1 II De weelde ee het Feminisme. EE1T HOSZJE "VOO Diinun I i "letaietigd Nieuw® V er koopingen. Marktberichten. E1T KI Voor de froitw. Voor de Jeugd. Zat T\ fc fa |liil f. 'i* „Maar beste jongen, dat is het rapport van Hans niet." „Wat „Weineen, hij is nog niet eens thuis. Dit is een oud schoolrapport van jou, dat ik toevallig in een kast vond, toen ik aan het opruimen was. Ik dacht, dat je er misschien prijs op zoudt stellen, om het te bewaren, daarom heb ik het op je bureau neergelegd." Er werd gebeld. „Daar is Hans", waarschuwde ze haastig. „Sluit dat schitterende lijstje van jou maar gauw weg vóór hij het te zien krijgt Toen de zoon des huizes een paar minuten later schoorvoetend naar zijn vader toekwam, was de goede man een 'en al vriendelijkheid. Zelfs over de drie voor wiskunde de eenige onvoldoende zei hij geen woord. „Ga maar gauw naar je moeder", was het eenige, wat hij kon uitbrengen. Eneh hier heb je een rijksdaalder voor het harde werken." Ik hoop van harte, dat in vele gezinnen dezer dagen zulke oude rapporten voor den dag komen en aanleiding mogen zijn tot zoo'n inzicht en zulk een veranderin g." UITKIJK. De sociale beweging van het Feminisme mag allerminst beschouwd worden als in actie van de opheffing van de uitsluiting der vrouw voor publieke functies opgaande. Men kan bezield en overtuigd voorstander van het Feminisme zijn, en toch principieel tegen de benoeming van de vrouwelijke bur gemeester, mitsgaders vrouwelijke secretaris en ambtenaar van den burgerlijken stand ernstige bedenking hebben. In ons land is er sociaal van een primaat van den man .geen sprake meer. Een breede kring van toonaangevende vrouwen schijnt het op elk gebied in 't betoon van energie en geest kracht van den man te winnen. De gang van het leven heeft dezen ommekeer op ongemeene wijze bevorderd. Het is de weelde, die hier veel tot die verandering heeft bijgedragen. Wel is waar, pakken zich boven het land- bouwleven steeds meer donkere wolken samen. Met angst en zorgen zien de boeren de naaste toekomst tegemoet. De enorme winsten van vroegere dagen zijn geheel of ten deele in weel de verteerd, en de bittere erkentenis heeft nu de overhand, dat een nieuw en moeilijk tijdperk is aangebroken. De geldbuidel, waarop men kon zitten, is bij velen weggeslonken, en de strijd om het bestaan moet door talloozen met de grootste kracht gestreden worden. De landbouw is aan een keerpunt gekomen. De levensstan daard is tot de uiterste grenzen opgevoerd; de landpachten tot de hoogste prijzen gestegen, en de sociale lasten drukken zwaar op het bedrijf. De tijd voor het „laisser faire", is definitief voorbij. Concentratie en inspanning van alle krachten is noodig. Een zelfverzekerd afwach ten dient plaats te maken voor een actief op treden. Het is alsof de duisternis op economisch ge bied het heeft gewonnen van het licht en het schijnt reeds of dem aatschappelijke dood de vale vlerken over tal van boeren heeft uit gespreid. Niets wordt gezien dan in de verte een flauw schijnend licht der hoop. Maar toch mint men het leven op hoogen toon. De jonge man bant alle ernst, kleedt zich keurig, speelt, rijdt en rost in auto en op motorfiets. Men koopt en verteert op crediet. In het gezinsleven is men een vreemde. Men wedijvert wie de luxste auto heeft, wie op de mooiste motor rijdt en wie de fijnste kleederen draagt. Alleen het mondaine leven schijnt de eenige bron van levensvreugd. Al zulk een leven put al spoedig zijn geldelijk vermogen uit. En als dan de jaren naderen, dat het aangaan van een huwelijk op zijn weg ligt, deinst hij hiervoor terug, daar het gezins leven bij beperkt inkomen een verlaging van stand van hem vordert, waar zijn smaak tegen opziet, daar bij de jonge huwbare vrouw gelijke zin voor weelde almeer de overhand krijgt. Dit maakt dan de vrouw in het huwelijk duur. Straks met kroost gezegend, voelt men financieel tegen de steeds toenemende uitgaven niet op gewassen te zullen zijn. Vandaar, dat duizenden en nogmaals duizenden jonge mannen een hu welijk niet aandurven, en dat, ten gevolge hier van, duizenden en nogmaals duizenden huwbare jongedochters zich gedoemd zien buiten huwelijk te leven en te sterven. Door de schuld van den man, zij 't al ten deele ook door de weeldezucht van de vrouw, wordt de regel om te huwen al meer en meer verbroken. De eerbare jongedochters zien zich verstoken van kinderweelde en moedervreugde, en hiermede van huwelijksgeluk. Deze onnatuurlijke toestand nu leidt vanzelf tot het zoeken en grijpen naar een andere levensbezigheid. Kan men voor zijn eigenlijke roeping als vrouw geen bevrediging meer vin den, dan zal de minder begaafde en lager staande zich allicht in eenvoudig niets-doen ver- liezïen, maar wie voelt dat dit haar tegen de borst stuit, werpt zich dan op iets anders. Hier bij zijn enkelen dan zoo gelukkig levensbezig heid te vinden in het philantropische en in het schoone, enkelen ook in wat naald of penseel vermag, maar verreweg de meesten moeten dan wel heil in het intellectueele zoeken, .en juist dit eenzijdige intellectueele verbreekt dan de har monie in de vrouwelijke natuur, die in haar gevoelsrijkdom schitterend, geen suprematie van het intellect gedoogt. Men verzaakt de mystieke zielsuiting, waar in de wereldveroverende kracht van de vrouw ligt, om zich te verliezen in een worsteling voor vrouwenrechten, die, helaas, geen ander gevolg kan hebben, dan om de essentieele overmacht van de vrouw over den man te doen minderen. Of ook, en dit spreken we hier nadrukkelijk uit, de belangstellende vrouw werpt zich op een hooger bedoelen, dat bij haar natuur minder past, om althans een gedeeltelijke vergoeding te vinden voor wat de nood der tijden aan haar vrouwelijke existentie misgunt. twee soortverschillen, het eerste tusschen man en vrouw, en het andere tusschen privaat en publiek leven, bestaat samenhang. Wat in de natuur der vrouw het schoonst uitkomt, richt zich op het particuliere, wat den man 't uit nemends! siert, hoort bij het publieke leven. Uit deze feiten volgt, dat de positie der vrouw het meest afdoende gehandhaafd wordt, zoo zij schitteren kgn in het private leven, en dat ze op het publieke terrein, waarvoor de man de aangewezen werker is, nooit dan een onder geschikte rol zal kunnen vervullen, waarin aan stonds haar minderheid zou uitkomen. De vrouw die, om dit te bedekken, den man wil nabootsen, verheft zich niet, maar daalt op de maatschap pelijke ladder. Wie zijn eigen soort zich schaamt, breekt eigen eere af. D. B. P. B. EEN TWINTIGJE. Een chauffeur van de Boompjes te Rotterdam had van den kantoorbediende v. N. een twin tigje in een loterij gekocht. Dinsdagmiddag om 3 uur kwam v. N. bij den chauffeur met de mededeeling, dat hij zich had vergist en het verkeerde briefje had gegeven. De chauffeur gaf hem het loterijbriefje mee, maar even later kwam hij tot de ontdekking, dat op het lot de 20.000 was gevallen en dat hij dus recht had op ongeveer 850. v. N. beweerde niet te hebben geweten, dat op het lot een prijs was gevallen. Tóen werd de politie in de zaak ge moeid, en weldra had zij iemand opgespoord, tegen wien v. N, reeds om 12 uur 's middags had gezegd, dat hij de 20.000 had getrokken. Hij had ook reeds het geld ontvangen; nood gedwongen droeg hij ten overstaan van de UW HUID GENEEST VLUGGER MET Sï M S g3 WONDBALSEM yfCiflU^ 23 en 50 GENT Uit de onnatuurlijke omstandigheid nu, dat het getal van vrouwelijke personen, die, óf te laat huwen, óf tot den einde toe ongehuwd blijven, toeneemt, is sterker dan uit iets anders de drang opgekomen, om de jonge vrouw zich voor een of nader professie, beroep, dienst of ambt te laten bekwamen. Vrij spoedig werd de behoefte gevoeld èn om een maatschappelijke positie voor zulke te laat of niet huwende vrouwelijke personen open te krijgen, èn om er candidaten voor gereed te maken. Het eerst zocht men dien uitweg bij het onderwijs van meisjes, en op de bewaarscholen en lagere scholen voor gemengde klassen. Daarna zocht men een onderkomen in magazijnen en winkels, en bij de kleedingindustrie. Allengs zocht men ook op het kantoor zich den toegang te ver schaffen, en toen eenmaal daar de slagboom viel, mikte men steeds hooger, en presenteerde zich voor de hooge studie op Hoogeschool en Universiteit. Doch hoe het ook zij, wat de Duitschers noemen het „ledig" blijven, zoowel tijdelijk door te laat huwelijk, als generaal voor heel het leven, heeft als tweede instantie, met het algemeen stijgen van de Cultuur medegewerkt, om de vrouw, die in deze ongelegenheid verkeerde, naar allerlei ambt of betrekking te doen dingen, er zich door nauwgezette studie toe voor te bereiden, en haar als zoodanig als concurrent van den man te doen optreden. Doch al redde dit persoonlijk en voor een tijdlang uit den nood- stand, er lag tevens het onlogische gevolg in, dat de vrouw aan tal van mannen door haar concurrentie het huwen nog meer bemoeilijkte, zoodat er opnieuw versterking van de „ledige" vrouw kwam, en ze hierdoor zichzelve nieuwe concurrenten, nu onder de eigen kunne, schiep. We houden dus steeds in het oog, dat er is tweeërlei menschelijke persoonlijkheid, de man en de vrouw, die èn lichamelijk èn geestelijk pricipieel in soort verschillen; en deze beide bevinden zich in een wereld wier leven evenzoo pricipieel in twee ongelijksoortige deelen uit eenvalt, het ééne de binnenkant, het andere de buitenkant van onze saamleving, twee sferen scheppend, privaat en publiek. Tusschen die politie het geld aan den chauffeur af, die zoo dankbaar was voor deze oplossing, dat hij den inspecteur, die de zaak had behandeld, 25 aanbood, welk geld natuurlijk niet is aange nomen. TWEE BOERDERIJEN AFGEBRAND. Tijdens het blusschingswerk een bedrag van f 8000.gestolen. M'en meldt uit Zwartsluis Dinsdagmiddag ontstond door hooibroei brand in een hooiberg van D. v. d. Velde in de buurtschap De Velde. Spoedig werd ook de boerderij aangetast, terwijl na betrekkelijk korten tijd eveneens de dichtbij gelegen boerderij van D. J. v. d. Velde vlam vatte. Na een uur waren beide boerderijen in de asch gelegd. Het huis raad kon nog gered worden. Persoonlijke on gevallen hebben niet plaats gehad. Toen de brandweer uit Zwartsluis met een motorbrand spuit ter plaatse verscheen viel er niets meer te blusschen. Tijdens het blusschingswerk is een geldkistje inhoudende een bedrag van 8000 'en toebe- hoorende aan D. v. d. Velde op onverklaarbare wijze verdwenen. De politie heeft deze zaak in onderzoek. MOTORFIETSONGELUK. Motorrijder ernstig gewond. Woensdagmorgen omstreeks 11 uur heeft op den Velzerweg te Beverwijk een ernstig motor fietsongeluk plaats gehad. De motortietsrijder M. G. van de Ende uit IJmuiden-Oost, die met groote snelheid in de richting van Velzen reed, kwam bij het passeeren van een hem tegen ko menden vrachtauto van den heer G(root, uit Avenhorn, met dien vrachtauto in aanraking. Hij verloor de macht over zijn stuur, met het ge volg, dat hij tegen een boom reed. In hope- loozen toestand werd hij 'naar het Roode Kruis- ziekenhuis overgebracht, waar een zware sche delbreuk werd vastgesteld. Verder bleek, dat de linkerarm hem nagenoeg van het lichaam was gerukt. Men vraagt zich af of men nu het laagste punt der depressie beleefd heeft, of dat de da lende lijn verder zal doorgaan. De National City Bank zegt in haar Juli-overzicht, dat wij dit punt dichter genaderd zijn, dan gewoonlijk wordt aangenomen, zoodat een herstel in het zakenleven aanstaande zou zijn. In denzelfden geest liet zich ook de vice-president der Repu blic Steel Corp. uit, die in Augustus betere en in September zelfs goede zaken verwachtte. In middels hebben depressie-berichten nog de over hand zoo verwekten de lagere winstcijfers der U.S. Steel over het tweede kwartaal en de te verwachten mindere uitvoer naar Canada krach tige baisse-aanvallen in Wallstreet, met gevolg een vrij sterke reactie. De malaise in de oude wereld grijpt steeds .verder om zich heen. In Duitschland zullen bin nenkort 3000 beambten in verschillende bedrij ven worden ontslagen het noodoffer, waardoor nieuwe lasten op de burgers worden gelegd, zal het bedrijfsleven nadeelig beïnvloeden. In Bel gië ondervinden textielfirma's en met deze bran che nauw gelieerde banken groote moeilijkhe den de ontvangsten van de Nationale Maat schappij van Spoorwegen zijn in het afgeloopen halfjaar van Bfr. 194 millioen v. j. tot Bfr. 76 millioen gedaald. In Oostenrijk bedroegen de orders voor de ijzer-industrie in Juni slechts 61.9 van de normale bedrijvigheid tegen 94.3 vorig jaar. Het aantal werkloozen steeg in 6 maanden met 40.000 'en de uitvoer is met 20 teruggeloopen. Naar men verwacht, zal de regeering in Engeland moeite doen om de katoennijverheid, na de mijnindustrie, weder op de been te helpen, waarvoor de minister Gra ham amalgamatie der bedrijven aanraadt. In Engeland nadert het werkloozencijfer snel de 2 millioen. Vanzelfsprekend hebben deze ongunstige be richten en factoren den handel ter beurze tot een minimum doen inkrimp'en. Aku's verloren het vorige week behaalde avans wegens de te genvallende uitvoercijfers over Juni, vooral om dat de waarde per eenheid is teruggeloopen, hetgeen er op wijst, dat de prijzen op de kunst- zijdemarkt nog niet gestabiliseerd zijn. De in de pers verspreidde berichten omtrent de doch- termijnen van Van Berkel hebben den koers geen goed gedaan. In Midden-Europa zouden ernstige verliezen zijn geled'en, in België en Frankrijk daarentegen zou de afzet wel beter en het verlies slecbts gering zijn geweest. Op een dividend zal wel niet meer te rekenen zijn. De gunstige berichten uit de petroleumindu strie, succesvolle beperking der productie, tot standkoming der Roemeensche overeenkomst, welke voor de wereldtrusts zelve voordeelen zal opleveren, de gestadige ontplooiing van het concern boezemen blijkbaar de beurs vertrou wen in, waardoor de koers der Koninklijke vrij stabiel bleef. Niettegenstaande het (overigens lang niet eenstemmig besluit van de Nederlandsche rub- berbelang'en hier te lande ook in Engeland in stemming heeft gevonden, bleef deze afdeeling ter beurze uiterst onbewogen. Het woord is thans nog eens aan het Indisch gouverne"ment, al is uit de Mem. v. Antw. reeds af te leiden, dat een actief ingrijpen van dien kant bezwaar lijk is te verwachten. De vooruitzichten voor de suikermarkt worden niet gunstig beoordeeld. H.V.A. brokkelen opnieuw af. Anaconda's iets beter in verband met geruchten dat de groote producenten een prijsverhooging in den herfst verwachten. De peseta vertoont een nieuwe inzinking. Daar de franc ditmaal beneden het gouduitvoer bleef, vond geen nieuwe goudafgdfte naar Frank rijk plaats. De weekstaat der Ned. Bank ver toonde weinig verandering. Prolongatie tot W Op Donderdag 31 Juli 1930 veiling en op Donderdag 14 Augustus d. a. v. afslag, beide dagen voorm. half twaalf uur (z.t.) te Brielle in hotel »De Nymph« van de kapi» tale Bouwmanswoning met schuur, wagenhuis (alles geheel van steen), erf, tuin, boomgaard en uitmuntende bouw» en weilanden, onder de gemeenten Abbenbroek en Nieuwenhoorn, tezamen groot 32.24.22 H.A. (70 gem. 62 R. V. maat), waarvan verhuurdde hofstede met 22.65.60 H.A. bouw» en weiland tot bloot» schoof 1930, (gebouwen c.s. tot 1 Mei 1931) aan den heer P. Scheijgrond Jz. te Abben» broek, en de overige landen aan de heeren A. van Marion Lz. en L. Noordermeer Lz. tot blootschoof 1930, aan M. Poldervaart Lz. tot blootschoof 1931. In diverse perceelen en combinatiën. Notarissen L. P. VAN DEN BLINK te Brielle en L. VAN DER SLUIJS te Dirksland. Verkooping op Woensdag 6 Augustus 1930, bij Inzet, op Woensdag 13 Augustus 1930, bij Afslag, telkens des avonds 7 uur (Zomertijd) in het Hotel Spee te Sommclsdijk. Het Woods met Winkelhuis, schuur, schuurtje en erf aan den Binnenweg te Sommelsdijk, toebehoorende aan den Heer A. W. Korvink te 's»Gravenhage, en een Huis aan den Oost» dijk te Sommelsdijk, ten verzoeke van den Heer P. van der Bij te Middelharnis. Notaris VAN BUUREN. Op Vrijdag 8 Augustus 1930, 's avonds 7.30 uur (Zomertijd), te Herkingen, ter herberge van Gebrs. Verschoor, veilingen op Vrijdag 15 Augustus 1930, 's avonds 7.30 uur (Zomer» tijd), te Herkingen, ter herberge van Mej. L van der Velde, afslagvan Een Huis met Erf en grond te Herkingen, op het dorp, kad. nr. 919, groot 86 centiaren. Dadelijk te aanvaarden. Ten verzoeke van Erven T. Bestman. Notaris VAN DER SLUYS. Zaterdag 9 Augustus, des avonds 6 uur (zomertijd) te Ouddorp, in het Logement Akers- hoek, van klaver 2e slag, cichorei, aardappelen en suikerpeenkoppen. Notaris VAN DEN BERG. Op Woensdagen 6 en 13 Augustus 1930, 's avonds 7 uur, te Poortvliet (Zeeland), res pectievelijk in hotels Kestero en Heelen, bij veiling en afslag van 1.90.95 H.A. Bouw- en Weiland te Poortvliet (Z.), in polder Poort vliet, kad. Sectie F no. 342, 343 en 178bis, verhuurd aan den heer JVT. Monteau tot bloot schoof 1933 voor 240..per jaar. Notarissen MEULENBERG te St. Maartensdijk (Z.) en L. VAN DER SLUYS te Dirksland, Centrale Veiling te Middelharnis. Veiling van Woensdag 6 Augustus 1930. Bloemkool f 0,70 tot f 9,— per 100 stuks. Savoye kool f 1,20 tot f 8,70 per 100 stuks. Roode kool f 4,70 tot f 8,50 per 100 stuks. Komkommers f 0,80 tot f 6,70 per 100 stuks. Perziken f 7,50 tot f 10,— per 100 stuks. Kroten f 0,30 tot f 2,60 per 100 bos. Peen f 7,50 per 100 bos. Andijvie f 1,— per 100 krop. Dubbele princessen f 4,10 tot f 6,50. Enkele princessen f 8,60 tot f 16,—. Stoksnijboonen f 13,— tot f 28,—. Stamsnijboonen f 4,50 tot f 12,—. Augurken f 8,50 tot f 18,—. Blauwputten f 4,40 tot f 5,—. Eigenheimers f 4,— tot f 4,20. Poters f 0,80 tot f 1,40. Noord-Holl. Suikerp. f 5,90 tot f 7,—. Handperen (Div. soorten) f 11,— tot f 15,—. Claps Favoriet (val) f 5,50 tot f 7,—. Oomskindeip. (val) f 5,20 tot f 10,—. Suikerperen f 4,80 tot f 7,—. Appels (val) f 6,50 tot f 11.—. Alles per 100 K.G Krozen f 8,50 tot f 11,— per 100 pond. Zwarte bessen f 10,— per 100 pond. Roode bessen f 13,— per 100 pond. Boter f 0,80 tot f 0,82 per pond. ROTTERDAM, 5 Aug. 1930. Op de heden in ons Veilingslokaal, War» moezierstraat 37—39, gehouden Veiling, wcr» den de volgende prijzen besteed Kipeierenf 4.50 tot 6,20 Eendeieren 4,90 tot 5,45 Aanvoer 165.000 stuks. DE ROTTERDAMSCHE VEILING Vacantie is nu h e t onderwerp van den dag. Ik vond over vacantie zulk een aardig artikeltje in „Onze Kinderen", dat ik dadelijk dacht: dat zal ik ons hoekje zetten, want het is het lezen meer dan waard VACANTIE. Als men vacantie heeft, komt men er zoo licht toe een taak, die men op zich genomen heeft en die ons opgelegd is, wat vluchtig af te doen. Immers in die taak is de voortzetting van den gewonen arbeid. Het is net, alsof het juist in de vacantie het drukst is. Men heeft nu eenmaal de zekerheid, het is vacantie en dus moet rust, dat is verandering van arbeid, volgen. Trouwens, het is ook eigen aan een mensch om vrij te zijn. Als men zoo weken en maanden heeft ge arbeid op de minuut, steeds op den tijd lettend, dan krijgt men zoo'n heerlijk gevoel over zich, wanneer de tijd is aangebroken, dat men nu eens niet op de klok behoeft te letten. Men leeft los van den tijd. En dat leven bevalt nog al. Het moet echter niet te lang duren. E'en dag of wat, of men begint weer op regel en regelmaat te zinnen. Het is, alsof de gewone orde van den dag het meest aantrekt. Men voelt zich niet gelukkig, wanneer men al maar door in de zoogenaamde vrijheid leeft. Trouwens, het is de vraag of het wel vrij heid is. Het raakt in elk geval licht den grens der losbandigheid. Vrij is men, wanneer men in zijn element leeft. Vrij is een visch, wanneer hij in 't water kan zijn, de vogel, wanneer hij in de lucht is. Zoo is ook vrij, die mensch, die in zijn elem'ent is. Ik weet wel, dat iemand ook de „vacantie" zijn element kan vinden. De luiaard, die ligt en zit, en van dag tot dag eiken arbeid schuwt, kan niet komen tot regelmatigen arbeid. Hij gevoelt er zich niet in thuis. Het is zijn element niet, de arbeid- sfeer. Het kind, het normale kind, is tot arbeid geroepen. Het is altijd aan zijn kinderlijken arbeid, het doet altijd wat, het leeft om te arbeiden. Rust is hem vreemd. Zoo leeft het bij Moeder thuis vóór het naar school gaat. Bouwen, teekenen, fantaseeren, voor Moeder iets doen, Vader helpen, ziedaar het element, het natuurlijk element van het kind. Gelukkig het kind, dat een Vader èn Moeder, een Moeder vooral heeft, die het bij dien ar beid kan leiden. Die straks het kind ook weet te brengen tot productieven arbeid. En als dan de schooljaren zijn aangebroken, moet de school aanpassen zooveel mogelijk aan het kinderleven vóór de schooljaren. Dat stil zitten, onverbiddelijk stil zitten, is voor menig kind een kwelling. Zeker, het moet leeren stil zitten, maar dit worde zooveel mogelijk langs den natuurlijken weg verkregen. Het kind moet overtuigd zijn, dat stil zitten noodzakelijk is, b.v. bij het ver tellen. Evenwel meene men niet, dat het kind bij het vertellen niets doet. Zijn fantasie verwerkt en bearbeidt het ma teriaal, dat de opvoeder, de verteller biedt, zijn fantasie schiet vaak vleugelen aan, zoodat de geest in actie is. Een actie, die voor den op voeder vaak verborgen blijft. Nog eens, gelukkig het kind, wiens ouders en onderwijzers zich indenken het leven van het kind, dat kind weten te brengen tot echte werkzaamheid. Het kind komt jubelend thuis als de school deur dicht gaat. „Moeder" we hebben vacantieHeerlijk, 6 weken in volle vrijheid. Maar ziet nauwelijks is de tweede vacantie- dag aangebroken, of het gezeur begint. „Moeder wat moet ik doen Ik heb niks te doen". En als er in de vacantie dan geen leiding gegeven wordt, of gegeven kan worden, dan kan een lange vacantie zeer deprimeerend werken op het kind. Straks zijn de heerlijke vacantiedagen weer voorbij. Hebben onze kinderen werkelijk vacantie ge had, dan moeten ze gearbeid hebben, maar anders dan gewoonlijk; dan moet hun rust ge boden zijn door verandering van arbeid. Alleen in dat geval zullen ze versterkt weer aan de lessen kunnen deelnemen. Is het een tijd geweest van zeuren en leuteren, dan kan bij een lange vacantie de invloed ook na de vacantie ongunstig doorwerken. Wie het kind inderdaad vacantiebezigheid heeft weten te geven, heeft een belangrijk werk verricht. En tochals s.traks de schooldeuren weer geopend zijn en het jonge volkje is weer tot zijn normalen regelmatigen arbeid ingegaan, dan keert, zal het goed zijn, ook de ware vreugd terug. De school passé zich aan aan het leven, dit j is ongetwijfeld waar. Maar dat leven van het kind, moet door de school worden verstaan. Geef het kind in huis bezigheid naar zijn aard. Dit behoeft niet te bestaan in kostelijk speelgoed. Laat het kind zich maar op zijn wijze ver maken. Het moet zich thuis gevoelen in zijn eigen hoekje. Maar laat dat kind straks in school ook weer zich onder paedagogische leiding ontwikkelen naar zijn aard en naar den eisch des levens. Het zal dan, al is de jubel niet; „Hoera, daar slaat het schooluur weer", het zal dan onge twijfeld in zijn hart met blijdschap weer de oude taak opvatten. Het keert dan niet in zijn milieu terug. Neen, het b 1 ij f t in zijn arbeidsfeer, al is die arbeid anders dan in de vacantie. Laten we het kind leeren werken. Wie op school en in huis, afgedacht van de noodzakelijkheid tot het verkrijgen van parate kennis, het kind heeft leeren werken, heeft het groote doel der opvoeding bereikt. Want arbeidend is de mensch alleen gelukkig. Mits gezorgd wordt deze arbeid zoo te geven dat er van arbeids vreugd gesproken kan worden. DE JONG. VACANTIE RA AD. Vacantie, op reis gaan en koffers pakken, dat hoort bij elkaar. Bij het vele, dat we moeten inpakken, be hoort natuurlijk ook een paar japonnetjes voor ons zelf en wat jurkjes voor de meisjes, en blouses voor de jongens. We doen het voor zichtig, preciesen als we op de plaats van bestemming zijn aangekomen, is het nog vaak hopeloos verkreukt. Een heel goed middel hiervoor is om kranten te gebruiken. We vouwën eerst de kleeding- stukken, die vooral niet mogen kreuken, zoo groot mogelijk als onze koffer het toelaat op. We leggen op tafel drie of vier groote kranten geheel uit elkaar gevouwen op elkander. Daar op leggen we ons stapeltje gevouwen goed. Slaan luchtig de kranten er overheen en spelden die aan de uiteinden met veiligheidsspelden dicht en leggen dat bovenop in de koffer. Dan zal het goed lang niet zoo gekreukt zijn en met 'enkele uren uithangen is alles weer in orde. M'n beste nichtjes en neeïjes! Nu heb ik een prettig nieuwtje te vertellen. Vanmorgen kreeg ik een aardig klein boekje .thuis van den heer H. J. Camphens, agent van de Burgers E. N. R. Rijwielen te Middelharnis. Deze boodschap werd er bij gegeven: „Als LI wilt kunt U er wel een stapeltje van krijgen om aan uw nichtjes en neefjes te geven". Ik wilde het wel heel graag, want het is een leuk boekje. Er staan veertien gekleurde plaatjes in en daarbij wordt op rijm verteld over al de lotgevallen van Bennie Burgers m et zijn nieuwe fiets. Wie er nu een hebben wil schrijft mij even zijn adres, dan zal ik voor toezending van een boekje zorgen. Den heer Camphens zal ik voor jullie allemaal bedanken. Zijn jullie al uitgeweest of moet je nog op reis 't Is jammer, dat het weer nog niet wat beter is. 'k Heb toch nog een paar briefjes gekregen. Van e'en paar vluggertjes heb ik al een in zending voor onzen wedstrijd ontvangen. Maar dat heeft nog wel drie weken den tijd. Doen jullie er maar heel goed je best voor. Nu allemaal heel veel groeten van jullie TANTE TRUUS. Leendert M. B. te Rotterdam. Dat was een langen brief over de vacantie. Ik geloof graag, dat het met het koude weer in Hoek van Hol land niet veel gedaan was. En als de boot zoo schommelt is het ook geen pleziertocht. Nog twee weken van de vacantie tegoed, dat is nog heel wat. Waar woont Opoe waar je gaat logeeren Ik denk, dat Bruno jou nog wel goed zult. kennen als je altijd zoo prettig met hem speelt. De groeten aan allemaal terug. Jaap L. te Den Bommel. Je zult nu niet zoo veel aan je tuintje kunnen doen, want het regënt veel, en daarna is alles zoo nat. Wat waren die Montbretia's in jou tuintje toch vlug. Bij mij komen er nu pas enkele uit. Nu zullen ze mis schien net allemaal bloeien als ik uit ben, dat is wel jammer. Jan D. te Melissant. Wel neef, wat een dikke brief was dat. Jij hebt ook kranig je best gedaan. Jammer, dat het weer zoo is. Maar ik denk, je zult toch nog best een dag uitgaan. Je hebt nog twee weken vacantie en dan zal je nog wel eens een dagje mooi weer] hebben, dat je uit kunt gaan. Doe Vader en Moeder de groeten terug van mij. TINEKE. III. „Blijf je met ons mee eten?" vroeg Moe. „Nee hoor. Ik heb nu maar even een slippertje naar A. gemaakt, dan had ik meteen jullie ant woord. Maar ik ga over een uurtje weer weg. Volgende week kom ik dan weer terug. Het zal je toch niet te druk zijn?" vroeg Oom nog even bezorgd. Hij wist wel, dat Moes niet sterk was. „Heelemaal niet", lachte Moe. „Ik vind het juist heerlijk. Dan is het dubbel feest, als jullie met zijn drietjes komen." Oom en Moes praten nog een poosje en Tineke ging in haar hoekje wat zitten spelen. Eigenlijk speelde ze niet veel. Tineke fantaseerde maar over al het heerlijke, dat er nu komen zou. Ja, want nu was het toch zoo fijn alle maal. Oom Niek met tante Suus en dan Lize nog, waar ze zoo fijn mee kon spelen. Ze zou den samen met de pop spelen, dan zou ze al haar speelgoed laten zien. Wat zou het fijn worden. Hoe had ze toch zoo kunnen mopperen van middag. Maar toen leek alles ook zoo vervelend. „Weet je wat we doen, Niek hoorde ze opeens Moe zegg'en. „Tini en ik gaan je weg brengen naar de tram, het weer is niet koud en daar kan ik wel tegen." „Als je er geen hinder van hebt, graag". En in een oogenblik waren ze met z'n drieën op weg. Tineke was nu een en al vroolijkheid. Fijn hoor, een wandeling met Moe was altijd een feest. En vooral nu Oom er bij was. De tram kwam veel te gauw naar Tineke's zin. Oom maakte nog een grapje en weg moest de -tram. Volgende week kwam Oom terug met Tante en Lize. „Echt, hé Moe „Ja hoor, kindje, ik vind het ook zoo prettig. We zullen Pa. eens verrassen, Tini Over een half uur komt de tram, waar Pa met mee komt, we zijn nu toch in het dorp, dan zal ik vast wat bestellingen doen, dan wandelen we weer naar de tram en halen Pa af. „Ja, ja, dat is fijn, dat doen we". Maar op eens werd Tineke stil. Dat deed Moe ook om haar, en als Moe eens te moe werd. „Moes, hoor eens." „Wat is er, kindje?" „Zal u dan niet te moe worden?" „Nee, we zullen het rustig doen, hoor." „Heusch niet, Moeke Moe knikte lachend van nee. Ze vond het lief, dat Tini daar om dacht. Dat was een andere Tini dan vanmiddag. (Wordt vervolgd). »MT Wat „1 langzamei Het is i schappij Maar De ge\ woord woordig op tentoc Zien v stand, da want ooi eeniging onder on Maar Wat vereenigii eiland te We 30 Sep op West De ele dorpen n; a.s. zal, spanning; op Flakk Natuur opgemerk Wij Neringdo haar tent te worde stelling Daaroi binatie, stand we de electri bracht w Wat We m Dit is wa; /'jjro aard zaj ,7-j.orden. uebben De exp zullen di doende K geest bez te concur uit welke Er blijl teit voor uitgebreit 'enkele n< Verder aan toe. te klappe neer ze Dit kui De ingi over We van 30 tento" (K ben. Dit gee karakter. Natuur worden eheele; Meteen om het dienen, Overig niet allef maar de Septembe len staan De „E toegezegc De Ph de t'entoc gemeente Middel avond in kend Hoe dc daarbij vooral snc verwacht De „K Zondag Leve Leve d m DE V ZUID-F ZEE In ver Van Rijc publiceeri A.R, Sta vragen tc gericht, v van het voetsluis De vn laten we 1. Is bij den h dat de harnis ii zonderlij] 2. Zoc over nad Ter n< het antv, Boeijen, delingen 1929. 1 en 2 Qedeput staat in

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1930 | | pagina 2