1
II
De weelde ee het Feminisme.
EE1T HOSZJE "VOO
Diinun
I i
"letaietigd Nieuw®
V er koopingen.
Marktberichten.
E1T KI
Voor de froitw.
Voor de Jeugd.
Zat
T\
fc
fa
|liil f.
'i*
„Maar beste jongen, dat is het rapport van
Hans niet."
„Wat
„Weineen, hij is nog niet eens thuis. Dit is
een oud schoolrapport van jou, dat ik toevallig
in een kast vond, toen ik aan het opruimen was.
Ik dacht, dat je er misschien prijs op zoudt
stellen, om het te bewaren, daarom heb ik het
op je bureau neergelegd."
Er werd gebeld.
„Daar is Hans", waarschuwde ze haastig.
„Sluit dat schitterende lijstje van jou maar gauw
weg vóór hij het te zien krijgt
Toen de zoon des huizes een paar minuten
later schoorvoetend naar zijn vader toekwam,
was de goede man een 'en al vriendelijkheid.
Zelfs over de drie voor wiskunde de eenige
onvoldoende zei hij geen woord.
„Ga maar gauw naar je moeder", was het
eenige, wat hij kon uitbrengen. Eneh
hier heb je een rijksdaalder voor het harde
werken."
Ik hoop van harte, dat in vele gezinnen dezer
dagen zulke oude rapporten voor den dag komen
en aanleiding mogen zijn tot zoo'n inzicht
en zulk een veranderin g."
UITKIJK.
De sociale beweging van het Feminisme mag
allerminst beschouwd worden als in actie van
de opheffing van de uitsluiting der vrouw voor
publieke functies opgaande.
Men kan bezield en overtuigd voorstander
van het Feminisme zijn, en toch principieel
tegen de benoeming van de vrouwelijke bur
gemeester, mitsgaders vrouwelijke secretaris en
ambtenaar van den burgerlijken stand ernstige
bedenking hebben.
In ons land is er sociaal van een primaat
van den man .geen sprake meer. Een breede
kring van toonaangevende vrouwen schijnt het
op elk gebied in 't betoon van energie en geest
kracht van den man te winnen.
De gang van het leven heeft dezen ommekeer
op ongemeene wijze bevorderd. Het is de
weelde, die hier veel tot die verandering heeft
bijgedragen.
Wel is waar, pakken zich boven het land-
bouwleven steeds meer donkere wolken samen.
Met angst en zorgen zien de boeren de naaste
toekomst tegemoet. De enorme winsten van
vroegere dagen zijn geheel of ten deele in weel
de verteerd, en de bittere erkentenis heeft nu
de overhand, dat een nieuw en moeilijk tijdperk
is aangebroken. De geldbuidel, waarop men kon
zitten, is bij velen weggeslonken, en de strijd
om het bestaan moet door talloozen met de
grootste kracht gestreden worden. De landbouw
is aan een keerpunt gekomen. De levensstan
daard is tot de uiterste grenzen opgevoerd; de
landpachten tot de hoogste prijzen gestegen, en
de sociale lasten drukken zwaar op het bedrijf.
De tijd voor het „laisser faire", is definitief
voorbij. Concentratie en inspanning van alle
krachten is noodig. Een zelfverzekerd afwach
ten dient plaats te maken voor een actief op
treden.
Het is alsof de duisternis op economisch ge
bied het heeft gewonnen van het licht en het
schijnt reeds of dem aatschappelijke dood de
vale vlerken over tal van boeren heeft uit
gespreid. Niets wordt gezien dan in de verte
een flauw schijnend licht der hoop.
Maar toch mint men het leven op hoogen
toon. De jonge man bant alle ernst, kleedt zich
keurig, speelt, rijdt en rost in auto en op
motorfiets. Men koopt en verteert op crediet.
In het gezinsleven is men een vreemde. Men
wedijvert wie de luxste auto heeft, wie op de
mooiste motor rijdt en wie de fijnste kleederen
draagt. Alleen het mondaine leven schijnt de
eenige bron van levensvreugd.
Al zulk een leven put al spoedig zijn geldelijk
vermogen uit. En als dan de jaren naderen,
dat het aangaan van een huwelijk op zijn weg
ligt, deinst hij hiervoor terug, daar het gezins
leven bij beperkt inkomen een verlaging van
stand van hem vordert, waar zijn smaak tegen
opziet, daar bij de jonge huwbare vrouw gelijke
zin voor weelde almeer de overhand krijgt. Dit
maakt dan de vrouw in het huwelijk duur.
Straks met kroost gezegend, voelt men financieel
tegen de steeds toenemende uitgaven niet op
gewassen te zullen zijn. Vandaar, dat duizenden
en nogmaals duizenden jonge mannen een hu
welijk niet aandurven, en dat, ten gevolge hier
van, duizenden en nogmaals duizenden huwbare
jongedochters zich gedoemd zien buiten huwelijk
te leven en te sterven.
Door de schuld van den man, zij 't al ten
deele ook door de weeldezucht van de vrouw,
wordt de regel om te huwen al meer en meer
verbroken. De eerbare jongedochters zien zich
verstoken van kinderweelde en moedervreugde,
en hiermede van huwelijksgeluk.
Deze onnatuurlijke toestand nu leidt vanzelf
tot het zoeken en grijpen naar een andere
levensbezigheid. Kan men voor zijn eigenlijke
roeping als vrouw geen bevrediging meer vin
den, dan zal de minder begaafde en lager
staande zich allicht in eenvoudig niets-doen ver-
liezïen, maar wie voelt dat dit haar tegen de
borst stuit, werpt zich dan op iets anders. Hier
bij zijn enkelen dan zoo gelukkig levensbezig
heid te vinden in het philantropische en in het
schoone, enkelen ook in wat naald of penseel
vermag, maar verreweg de meesten moeten dan
wel heil in het intellectueele zoeken, .en juist
dit eenzijdige intellectueele verbreekt dan de har
monie in de vrouwelijke natuur, die in haar
gevoelsrijkdom schitterend, geen suprematie van
het intellect gedoogt.
Men verzaakt de mystieke zielsuiting, waar
in de wereldveroverende kracht van de vrouw
ligt, om zich te verliezen in een worsteling voor
vrouwenrechten, die, helaas, geen ander gevolg
kan hebben, dan om de essentieele overmacht
van de vrouw over den man te doen minderen.
Of ook, en dit spreken we hier nadrukkelijk uit,
de belangstellende vrouw werpt zich op een
hooger bedoelen, dat bij haar natuur minder
past, om althans een gedeeltelijke vergoeding
te vinden voor wat de nood der tijden aan
haar vrouwelijke existentie misgunt.
twee soortverschillen, het eerste tusschen man
en vrouw, en het andere tusschen privaat en
publiek leven, bestaat samenhang. Wat in de
natuur der vrouw het schoonst uitkomt, richt
zich op het particuliere, wat den man 't uit
nemends! siert, hoort bij het publieke leven.
Uit deze feiten volgt, dat de positie der vrouw
het meest afdoende gehandhaafd wordt, zoo
zij schitteren kgn in het private leven, en dat
ze op het publieke terrein, waarvoor de man
de aangewezen werker is, nooit dan een onder
geschikte rol zal kunnen vervullen, waarin aan
stonds haar minderheid zou uitkomen. De vrouw
die, om dit te bedekken, den man wil nabootsen,
verheft zich niet, maar daalt op de maatschap
pelijke ladder. Wie zijn eigen soort zich
schaamt, breekt eigen eere af.
D. B.
P. B.
EEN TWINTIGJE.
Een chauffeur van de Boompjes te Rotterdam
had van den kantoorbediende v. N. een twin
tigje in een loterij gekocht. Dinsdagmiddag om
3 uur kwam v. N. bij den chauffeur met de
mededeeling, dat hij zich had vergist en het
verkeerde briefje had gegeven. De chauffeur
gaf hem het loterijbriefje mee, maar even later
kwam hij tot de ontdekking, dat op het lot de
20.000 was gevallen en dat hij dus recht had
op ongeveer 850. v. N. beweerde niet te
hebben geweten, dat op het lot een prijs was
gevallen. Tóen werd de politie in de zaak ge
moeid, en weldra had zij iemand opgespoord,
tegen wien v. N, reeds om 12 uur 's middags
had gezegd, dat hij de 20.000 had getrokken.
Hij had ook reeds het geld ontvangen; nood
gedwongen droeg hij ten overstaan van de
UW HUID GENEEST VLUGGER MET
Sï M S g3 WONDBALSEM
yfCiflU^ 23 en 50 GENT
Uit de onnatuurlijke omstandigheid nu, dat
het getal van vrouwelijke personen, die, óf te
laat huwen, óf tot den einde toe ongehuwd
blijven, toeneemt, is sterker dan uit iets anders
de drang opgekomen, om de jonge vrouw zich
voor een of nader professie, beroep, dienst of
ambt te laten bekwamen. Vrij spoedig werd de
behoefte gevoeld èn om een maatschappelijke
positie voor zulke te laat of niet huwende
vrouwelijke personen open te krijgen, èn om er
candidaten voor gereed te maken. Het eerst
zocht men dien uitweg bij het onderwijs van
meisjes, en op de bewaarscholen en lagere
scholen voor gemengde klassen. Daarna zocht
men een onderkomen in magazijnen en winkels,
en bij de kleedingindustrie. Allengs zocht men
ook op het kantoor zich den toegang te ver
schaffen, en toen eenmaal daar de slagboom
viel, mikte men steeds hooger, en presenteerde
zich voor de hooge studie op Hoogeschool en
Universiteit.
Doch hoe het ook zij, wat de Duitschers
noemen het „ledig" blijven, zoowel tijdelijk door
te laat huwelijk, als generaal voor heel het leven,
heeft als tweede instantie, met het algemeen
stijgen van de Cultuur medegewerkt, om de
vrouw, die in deze ongelegenheid verkeerde,
naar allerlei ambt of betrekking te doen dingen,
er zich door nauwgezette studie toe voor te
bereiden, en haar als zoodanig als concurrent
van den man te doen optreden. Doch al redde
dit persoonlijk en voor een tijdlang uit den nood-
stand, er lag tevens het onlogische gevolg in,
dat de vrouw aan tal van mannen door haar
concurrentie het huwen nog meer bemoeilijkte,
zoodat er opnieuw versterking van de „ledige"
vrouw kwam, en ze hierdoor zichzelve nieuwe
concurrenten, nu onder de eigen kunne, schiep.
We houden dus steeds in het oog, dat er is
tweeërlei menschelijke persoonlijkheid, de man
en de vrouw, die èn lichamelijk èn geestelijk
pricipieel in soort verschillen; en deze beide
bevinden zich in een wereld wier leven evenzoo
pricipieel in twee ongelijksoortige deelen uit
eenvalt, het ééne de binnenkant, het andere de
buitenkant van onze saamleving, twee sferen
scheppend, privaat en publiek. Tusschen die
politie het geld aan den chauffeur af, die zoo
dankbaar was voor deze oplossing, dat hij den
inspecteur, die de zaak had behandeld, 25
aanbood, welk geld natuurlijk niet is aange
nomen.
TWEE BOERDERIJEN AFGEBRAND.
Tijdens het blusschingswerk een bedrag van
f 8000.gestolen.
M'en meldt uit Zwartsluis
Dinsdagmiddag ontstond door hooibroei brand
in een hooiberg van D. v. d. Velde in de
buurtschap De Velde. Spoedig werd ook de
boerderij aangetast, terwijl na betrekkelijk korten
tijd eveneens de dichtbij gelegen boerderij van
D. J. v. d. Velde vlam vatte. Na een uur waren
beide boerderijen in de asch gelegd. Het huis
raad kon nog gered worden. Persoonlijke on
gevallen hebben niet plaats gehad. Toen de
brandweer uit Zwartsluis met een motorbrand
spuit ter plaatse verscheen viel er niets meer
te blusschen.
Tijdens het blusschingswerk is een geldkistje
inhoudende een bedrag van 8000 'en toebe-
hoorende aan D. v. d. Velde op onverklaarbare
wijze verdwenen. De politie heeft deze zaak
in onderzoek.
MOTORFIETSONGELUK.
Motorrijder ernstig gewond.
Woensdagmorgen omstreeks 11 uur heeft op
den Velzerweg te Beverwijk een ernstig motor
fietsongeluk plaats gehad. De motortietsrijder
M. G. van de Ende uit IJmuiden-Oost, die met
groote snelheid in de richting van Velzen reed,
kwam bij het passeeren van een hem tegen ko
menden vrachtauto van den heer G(root, uit
Avenhorn, met dien vrachtauto in aanraking. Hij
verloor de macht over zijn stuur, met het ge
volg, dat hij tegen een boom reed. In hope-
loozen toestand werd hij 'naar het Roode Kruis-
ziekenhuis overgebracht, waar een zware sche
delbreuk werd vastgesteld. Verder bleek, dat
de linkerarm hem nagenoeg van het lichaam
was gerukt.
Men vraagt zich af of men nu het laagste
punt der depressie beleefd heeft, of dat de da
lende lijn verder zal doorgaan. De National
City Bank zegt in haar Juli-overzicht, dat wij
dit punt dichter genaderd zijn, dan gewoonlijk
wordt aangenomen, zoodat een herstel in het
zakenleven aanstaande zou zijn. In denzelfden
geest liet zich ook de vice-president der Repu
blic Steel Corp. uit, die in Augustus betere en
in September zelfs goede zaken verwachtte. In
middels hebben depressie-berichten nog de over
hand zoo verwekten de lagere winstcijfers der
U.S. Steel over het tweede kwartaal en de te
verwachten mindere uitvoer naar Canada krach
tige baisse-aanvallen in Wallstreet, met gevolg
een vrij sterke reactie.
De malaise in de oude wereld grijpt steeds
.verder om zich heen. In Duitschland zullen bin
nenkort 3000 beambten in verschillende bedrij
ven worden ontslagen het noodoffer, waardoor
nieuwe lasten op de burgers worden gelegd, zal
het bedrijfsleven nadeelig beïnvloeden. In Bel
gië ondervinden textielfirma's en met deze bran
che nauw gelieerde banken groote moeilijkhe
den de ontvangsten van de Nationale Maat
schappij van Spoorwegen zijn in het afgeloopen
halfjaar van Bfr. 194 millioen v. j. tot Bfr. 76
millioen gedaald. In Oostenrijk bedroegen de
orders voor de ijzer-industrie in Juni slechts
61.9 van de normale bedrijvigheid tegen
94.3 vorig jaar. Het aantal werkloozen steeg
in 6 maanden met 40.000 'en de uitvoer is met
20 teruggeloopen. Naar men verwacht, zal
de regeering in Engeland moeite doen om de
katoennijverheid, na de mijnindustrie, weder op
de been te helpen, waarvoor de minister Gra
ham amalgamatie der bedrijven aanraadt. In
Engeland nadert het werkloozencijfer snel de 2
millioen.
Vanzelfsprekend hebben deze ongunstige be
richten en factoren den handel ter beurze tot
een minimum doen inkrimp'en. Aku's verloren
het vorige week behaalde avans wegens de te
genvallende uitvoercijfers over Juni, vooral om
dat de waarde per eenheid is teruggeloopen,
hetgeen er op wijst, dat de prijzen op de kunst-
zijdemarkt nog niet gestabiliseerd zijn. De in
de pers verspreidde berichten omtrent de doch-
termijnen van Van Berkel hebben den koers
geen goed gedaan. In Midden-Europa zouden
ernstige verliezen zijn geled'en, in België en
Frankrijk daarentegen zou de afzet wel beter
en het verlies slecbts gering zijn geweest. Op
een dividend zal wel niet meer te rekenen zijn.
De gunstige berichten uit de petroleumindu
strie, succesvolle beperking der productie, tot
standkoming der Roemeensche overeenkomst,
welke voor de wereldtrusts zelve voordeelen
zal opleveren, de gestadige ontplooiing van het
concern boezemen blijkbaar de beurs vertrou
wen in, waardoor de koers der Koninklijke vrij
stabiel bleef.
Niettegenstaande het (overigens lang niet
eenstemmig besluit van de Nederlandsche rub-
berbelang'en hier te lande ook in Engeland in
stemming heeft gevonden, bleef deze afdeeling
ter beurze uiterst onbewogen. Het woord is
thans nog eens aan het Indisch gouverne"ment,
al is uit de Mem. v. Antw. reeds af te leiden,
dat een actief ingrijpen van dien kant bezwaar
lijk is te verwachten. De vooruitzichten voor
de suikermarkt worden niet gunstig beoordeeld.
H.V.A. brokkelen opnieuw af. Anaconda's iets
beter in verband met geruchten dat de groote
producenten een prijsverhooging in den herfst
verwachten.
De peseta vertoont een nieuwe inzinking.
Daar de franc ditmaal beneden het gouduitvoer
bleef, vond geen nieuwe goudafgdfte naar Frank
rijk plaats. De weekstaat der Ned. Bank ver
toonde weinig verandering. Prolongatie tot
W
Op Donderdag 31 Juli 1930 veiling en op
Donderdag 14 Augustus d. a. v. afslag,
beide dagen voorm. half twaalf uur (z.t.) te
Brielle in hotel »De Nymph« van de kapi»
tale Bouwmanswoning met schuur, wagenhuis
(alles geheel van steen), erf, tuin, boomgaard
en uitmuntende bouw» en weilanden, onder
de gemeenten Abbenbroek en Nieuwenhoorn,
tezamen groot 32.24.22 H.A. (70 gem. 62 R.
V. maat), waarvan verhuurdde hofstede met
22.65.60 H.A. bouw» en weiland tot bloot»
schoof 1930, (gebouwen c.s. tot 1 Mei 1931)
aan den heer P. Scheijgrond Jz. te Abben»
broek, en de overige landen aan de heeren
A. van Marion Lz. en L. Noordermeer Lz.
tot blootschoof 1930, aan M. Poldervaart Lz.
tot blootschoof 1931. In diverse perceelen en
combinatiën.
Notarissen L. P. VAN DEN BLINK te
Brielle en L. VAN DER SLUIJS
te Dirksland.
Verkooping op Woensdag 6 Augustus 1930,
bij Inzet, op Woensdag 13 Augustus 1930,
bij Afslag, telkens des avonds 7 uur (Zomertijd)
in het Hotel Spee te Sommclsdijk.
Het Woods met Winkelhuis, schuur, schuurtje
en erf aan den Binnenweg te Sommelsdijk,
toebehoorende aan den Heer A. W. Korvink
te 's»Gravenhage, en een Huis aan den Oost»
dijk te Sommelsdijk, ten verzoeke van den
Heer P. van der Bij te Middelharnis.
Notaris VAN BUUREN.
Op Vrijdag 8 Augustus 1930, 's avonds 7.30
uur (Zomertijd), te Herkingen, ter herberge
van Gebrs. Verschoor, veilingen op Vrijdag
15 Augustus 1930, 's avonds 7.30 uur (Zomer»
tijd), te Herkingen, ter herberge van Mej. L
van der Velde, afslagvan
Een Huis met Erf en grond te Herkingen,
op het dorp, kad. nr. 919, groot 86 centiaren.
Dadelijk te aanvaarden. Ten verzoeke van
Erven T. Bestman.
Notaris VAN DER SLUYS.
Zaterdag 9 Augustus, des avonds 6 uur
(zomertijd) te Ouddorp, in het Logement Akers-
hoek, van klaver 2e slag, cichorei, aardappelen
en suikerpeenkoppen.
Notaris VAN DEN BERG.
Op Woensdagen 6 en 13 Augustus 1930,
's avonds 7 uur, te Poortvliet (Zeeland), res
pectievelijk in hotels Kestero en Heelen, bij
veiling en afslag van 1.90.95 H.A. Bouw- en
Weiland te Poortvliet (Z.), in polder Poort
vliet, kad. Sectie F no. 342, 343 en 178bis,
verhuurd aan den heer JVT. Monteau tot bloot
schoof 1933 voor 240..per jaar.
Notarissen MEULENBERG te St.
Maartensdijk (Z.) en L. VAN DER
SLUYS te Dirksland,
Centrale Veiling te Middelharnis.
Veiling van Woensdag 6 Augustus 1930.
Bloemkool f 0,70 tot f 9,— per 100 stuks.
Savoye kool f 1,20 tot f 8,70 per 100 stuks.
Roode kool f 4,70 tot f 8,50 per 100 stuks.
Komkommers f 0,80 tot f 6,70 per 100 stuks.
Perziken f 7,50 tot f 10,— per 100 stuks.
Kroten f 0,30 tot f 2,60 per 100 bos.
Peen f 7,50 per 100 bos.
Andijvie f 1,— per 100 krop.
Dubbele princessen f 4,10 tot f 6,50.
Enkele princessen f 8,60 tot f 16,—.
Stoksnijboonen f 13,— tot f 28,—.
Stamsnijboonen f 4,50 tot f 12,—.
Augurken f 8,50 tot f 18,—.
Blauwputten f 4,40 tot f 5,—.
Eigenheimers f 4,— tot f 4,20.
Poters f 0,80 tot f 1,40.
Noord-Holl. Suikerp. f 5,90 tot f 7,—.
Handperen (Div. soorten) f 11,— tot f 15,—.
Claps Favoriet (val) f 5,50 tot f 7,—.
Oomskindeip. (val) f 5,20 tot f 10,—.
Suikerperen f 4,80 tot f 7,—.
Appels (val) f 6,50 tot f 11.—.
Alles per 100 K.G
Krozen f 8,50 tot f 11,— per 100 pond.
Zwarte bessen f 10,— per 100 pond.
Roode bessen f 13,— per 100 pond.
Boter f 0,80 tot f 0,82 per pond.
ROTTERDAM, 5 Aug. 1930.
Op de heden in ons Veilingslokaal, War»
moezierstraat 37—39, gehouden Veiling, wcr»
den de volgende prijzen besteed
Kipeierenf 4.50 tot 6,20
Eendeieren 4,90 tot 5,45
Aanvoer 165.000 stuks.
DE ROTTERDAMSCHE VEILING
Vacantie is nu h e t onderwerp van den dag.
Ik vond over vacantie zulk een aardig artikeltje
in „Onze Kinderen", dat ik dadelijk dacht: dat
zal ik ons hoekje zetten, want het is het lezen
meer dan waard
VACANTIE.
Als men vacantie heeft, komt men er zoo
licht toe een taak, die men op zich genomen
heeft en die ons opgelegd is, wat vluchtig af
te doen. Immers in die taak is de voortzetting
van den gewonen arbeid.
Het is net, alsof het juist in de vacantie het
drukst is.
Men heeft nu eenmaal de zekerheid, het is
vacantie en dus moet rust, dat is verandering
van arbeid, volgen.
Trouwens, het is ook eigen aan een mensch
om vrij te zijn.
Als men zoo weken en maanden heeft ge
arbeid op de minuut, steeds op den tijd lettend,
dan krijgt men zoo'n heerlijk gevoel over zich,
wanneer de tijd is aangebroken, dat men nu
eens niet op de klok behoeft te letten.
Men leeft los van den tijd.
En dat leven bevalt nog al.
Het moet echter niet te lang duren.
E'en dag of wat, of men begint weer op regel
en regelmaat te zinnen.
Het is, alsof de gewone orde van den dag
het meest aantrekt.
Men voelt zich niet gelukkig, wanneer men
al maar door in de zoogenaamde vrijheid leeft.
Trouwens, het is de vraag of het wel vrij
heid is.
Het raakt in elk geval licht den grens der
losbandigheid.
Vrij is men, wanneer men in zijn element leeft.
Vrij is een visch, wanneer hij in 't water
kan zijn, de vogel, wanneer hij in de lucht is.
Zoo is ook vrij, die mensch, die in zijn
elem'ent is.
Ik weet wel, dat iemand ook de „vacantie"
zijn element kan vinden.
De luiaard, die ligt en zit, en van dag tot
dag eiken arbeid schuwt, kan niet komen tot
regelmatigen arbeid. Hij gevoelt er zich niet
in thuis. Het is zijn element niet, de arbeid-
sfeer.
Het kind, het normale kind, is tot arbeid
geroepen. Het is altijd aan zijn kinderlijken
arbeid, het doet altijd wat, het leeft om te
arbeiden. Rust is hem vreemd.
Zoo leeft het bij Moeder thuis vóór het naar
school gaat.
Bouwen, teekenen, fantaseeren, voor Moeder
iets doen, Vader helpen, ziedaar het element,
het natuurlijk element van het kind.
Gelukkig het kind, dat een Vader èn Moeder,
een Moeder vooral heeft, die het bij dien ar
beid kan leiden.
Die straks het kind ook weet te brengen tot
productieven arbeid.
En als dan de schooljaren zijn aangebroken,
moet de school aanpassen zooveel mogelijk aan
het kinderleven vóór de schooljaren.
Dat stil zitten, onverbiddelijk stil zitten, is
voor menig kind een kwelling.
Zeker, het moet leeren stil zitten, maar dit
worde zooveel mogelijk langs den natuurlijken
weg verkregen. Het kind moet overtuigd zijn,
dat stil zitten noodzakelijk is, b.v. bij het ver
tellen.
Evenwel meene men niet, dat het kind bij
het vertellen niets doet.
Zijn fantasie verwerkt en bearbeidt het ma
teriaal, dat de opvoeder, de verteller biedt, zijn
fantasie schiet vaak vleugelen aan, zoodat de
geest in actie is. Een actie, die voor den op
voeder vaak verborgen blijft.
Nog eens, gelukkig het kind, wiens ouders
en onderwijzers zich indenken het leven van
het kind, dat kind weten te brengen tot echte
werkzaamheid.
Het kind komt jubelend thuis als de school
deur dicht gaat.
„Moeder" we hebben vacantieHeerlijk, 6
weken in volle vrijheid.
Maar ziet nauwelijks is de tweede vacantie-
dag aangebroken, of het gezeur begint.
„Moeder wat moet ik doen Ik heb niks te
doen". En als er in de vacantie dan geen
leiding gegeven wordt, of gegeven kan worden,
dan kan een lange vacantie zeer deprimeerend
werken op het kind.
Straks zijn de heerlijke vacantiedagen weer
voorbij.
Hebben onze kinderen werkelijk vacantie ge
had, dan moeten ze gearbeid hebben, maar
anders dan gewoonlijk; dan moet hun rust ge
boden zijn door verandering van arbeid.
Alleen in dat geval zullen ze versterkt weer
aan de lessen kunnen deelnemen.
Is het een tijd geweest van zeuren en leuteren,
dan kan bij een lange vacantie de invloed ook
na de vacantie ongunstig doorwerken.
Wie het kind inderdaad vacantiebezigheid
heeft weten te geven, heeft een belangrijk werk
verricht.
En tochals s.traks de schooldeuren weer
geopend zijn en het jonge volkje is weer tot
zijn normalen regelmatigen arbeid ingegaan, dan
keert, zal het goed zijn, ook de ware vreugd
terug.
De school passé zich aan aan het leven, dit j
is ongetwijfeld waar.
Maar dat leven van het kind, moet door
de school worden verstaan.
Geef het kind in huis bezigheid naar zijn
aard. Dit behoeft niet te bestaan in kostelijk
speelgoed.
Laat het kind zich maar op zijn wijze ver
maken. Het moet zich thuis gevoelen in zijn
eigen hoekje.
Maar laat dat kind straks in school ook weer
zich onder paedagogische leiding ontwikkelen
naar zijn aard en naar den eisch des levens.
Het zal dan, al is de jubel niet; „Hoera, daar
slaat het schooluur weer", het zal dan onge
twijfeld in zijn hart met blijdschap weer de
oude taak opvatten.
Het keert dan niet in zijn milieu terug.
Neen, het b 1 ij f t in zijn arbeidsfeer, al is die
arbeid anders dan in de vacantie.
Laten we het kind leeren werken.
Wie op school en in huis, afgedacht van de
noodzakelijkheid tot het verkrijgen van parate
kennis, het kind heeft leeren werken, heeft het
groote doel der opvoeding bereikt.
Want arbeidend is de mensch alleen gelukkig.
Mits gezorgd wordt deze arbeid zoo te geven
dat er van arbeids vreugd gesproken kan
worden. DE JONG.
VACANTIE RA AD.
Vacantie, op reis gaan en koffers pakken,
dat hoort bij elkaar.
Bij het vele, dat we moeten inpakken, be
hoort natuurlijk ook een paar japonnetjes voor
ons zelf en wat jurkjes voor de meisjes, en
blouses voor de jongens. We doen het voor
zichtig, preciesen als we op de plaats
van bestemming zijn aangekomen, is het nog
vaak hopeloos verkreukt.
Een heel goed middel hiervoor is om kranten
te gebruiken. We vouwën eerst de kleeding-
stukken, die vooral niet mogen kreuken, zoo
groot mogelijk als onze koffer het toelaat op.
We leggen op tafel drie of vier groote kranten
geheel uit elkaar gevouwen op elkander. Daar
op leggen we ons stapeltje gevouwen goed.
Slaan luchtig de kranten er overheen en spelden
die aan de uiteinden met veiligheidsspelden dicht
en leggen dat bovenop in de koffer. Dan zal
het goed lang niet zoo gekreukt zijn en met
'enkele uren uithangen is alles weer in orde.
M'n beste nichtjes en neeïjes!
Nu heb ik een prettig nieuwtje te vertellen.
Vanmorgen kreeg ik een aardig klein boekje
.thuis van den heer H. J. Camphens, agent van
de Burgers E. N. R. Rijwielen te Middelharnis.
Deze boodschap werd er bij gegeven: „Als
LI wilt kunt U er wel een stapeltje van krijgen
om aan uw nichtjes en neefjes te geven".
Ik wilde het wel heel graag, want het is een
leuk boekje. Er staan veertien gekleurde plaatjes
in en daarbij wordt op rijm verteld over al de
lotgevallen van Bennie Burgers m et zijn nieuwe
fiets.
Wie er nu een hebben wil schrijft mij even
zijn adres, dan zal ik voor toezending van een
boekje zorgen.
Den heer Camphens zal ik voor jullie allemaal
bedanken.
Zijn jullie al uitgeweest of moet je nog op
reis 't Is jammer, dat het weer nog niet wat
beter is.
'k Heb toch nog een paar briefjes gekregen.
Van e'en paar vluggertjes heb ik al een in
zending voor onzen wedstrijd ontvangen. Maar
dat heeft nog wel drie weken den tijd. Doen
jullie er maar heel goed je best voor.
Nu allemaal heel veel groeten van jullie
TANTE TRUUS.
Leendert M. B. te Rotterdam. Dat was een
langen brief over de vacantie. Ik geloof graag,
dat het met het koude weer in Hoek van Hol
land niet veel gedaan was. En als de boot zoo
schommelt is het ook geen pleziertocht. Nog
twee weken van de vacantie tegoed, dat is nog
heel wat. Waar woont Opoe waar je gaat
logeeren Ik denk, dat Bruno jou nog wel
goed zult. kennen als je altijd zoo prettig met
hem speelt. De groeten aan allemaal terug.
Jaap L. te Den Bommel. Je zult nu niet zoo
veel aan je tuintje kunnen doen, want het regënt
veel, en daarna is alles zoo nat. Wat waren
die Montbretia's in jou tuintje toch vlug. Bij mij
komen er nu pas enkele uit. Nu zullen ze mis
schien net allemaal bloeien als ik uit ben, dat
is wel jammer.
Jan D. te Melissant. Wel neef, wat een
dikke brief was dat. Jij hebt ook kranig je best
gedaan. Jammer, dat het weer zoo is. Maar ik
denk, je zult toch nog best een dag uitgaan.
Je hebt nog twee weken vacantie en dan zal je
nog wel eens een dagje mooi weer] hebben,
dat je uit kunt gaan. Doe Vader en Moeder
de groeten terug van mij.
TINEKE.
III.
„Blijf je met ons mee eten?" vroeg Moe.
„Nee hoor. Ik heb nu maar even een slippertje
naar A. gemaakt, dan had ik meteen jullie ant
woord. Maar ik ga over een uurtje weer weg.
Volgende week kom ik dan weer terug. Het zal
je toch niet te druk zijn?" vroeg Oom nog
even bezorgd. Hij wist wel, dat Moes niet sterk
was.
„Heelemaal niet", lachte Moe. „Ik vind het
juist heerlijk. Dan is het dubbel feest, als jullie
met zijn drietjes komen."
Oom en Moes praten nog een poosje en
Tineke ging in haar hoekje wat zitten spelen.
Eigenlijk speelde ze niet veel. Tineke fantaseerde
maar over al het heerlijke, dat er nu komen
zou. Ja, want nu was het toch zoo fijn alle
maal. Oom Niek met tante Suus en dan Lize
nog, waar ze zoo fijn mee kon spelen. Ze zou
den samen met de pop spelen, dan zou ze al
haar speelgoed laten zien. Wat zou het fijn
worden.
Hoe had ze toch zoo kunnen mopperen van
middag. Maar toen leek alles ook zoo vervelend.
„Weet je wat we doen, Niek hoorde ze
opeens Moe zegg'en. „Tini en ik gaan je weg
brengen naar de tram, het weer is niet koud en
daar kan ik wel tegen."
„Als je er geen hinder van hebt, graag".
En in een oogenblik waren ze met z'n drieën
op weg. Tineke was nu een en al vroolijkheid.
Fijn hoor, een wandeling met Moe was altijd
een feest. En vooral nu Oom er bij was.
De tram kwam veel te gauw naar Tineke's
zin. Oom maakte nog een grapje en weg moest
de -tram.
Volgende week kwam Oom terug met Tante
en Lize.
„Echt, hé Moe
„Ja hoor, kindje, ik vind het ook zoo prettig.
We zullen Pa. eens verrassen, Tini Over een
half uur komt de tram, waar Pa met mee
komt, we zijn nu toch in het dorp, dan zal ik
vast wat bestellingen doen, dan wandelen we
weer naar de tram en halen Pa af.
„Ja, ja, dat is fijn, dat doen we". Maar op
eens werd Tineke stil. Dat deed Moe ook om
haar, en als Moe eens te moe werd.
„Moes, hoor eens."
„Wat is er, kindje?"
„Zal u dan niet te moe worden?"
„Nee, we zullen het rustig doen, hoor."
„Heusch niet, Moeke
Moe knikte lachend van nee. Ze vond het
lief, dat Tini daar om dacht. Dat was een
andere Tini dan vanmiddag.
(Wordt vervolgd).
»MT
Wat „1
langzamei
Het is i
schappij
Maar
De ge\
woord
woordig
op tentoc
Zien v
stand, da
want ooi
eeniging
onder on
Maar
Wat
vereenigii
eiland te
We
30 Sep
op West
De ele
dorpen n;
a.s. zal,
spanning;
op Flakk
Natuur
opgemerk
Wij
Neringdo
haar tent
te worde
stelling
Daaroi
binatie,
stand we
de electri
bracht w
Wat
We m
Dit is
wa;
/'jjro
aard zaj
,7-j.orden.
uebben
De exp
zullen di
doende K
geest bez
te concur
uit welke
Er blijl
teit voor
uitgebreit
'enkele n<
Verder
aan toe.
te klappe
neer ze
Dit kui
De ingi
over We
van 30
tento" (K
ben.
Dit gee
karakter.
Natuur
worden
eheele;
Meteen
om het
dienen,
Overig
niet allef
maar de
Septembe
len staan
De „E
toegezegc
De Ph
de t'entoc
gemeente
Middel
avond in
kend
Hoe dc
daarbij
vooral snc
verwacht
De „K
Zondag
Leve
Leve d
m
DE V
ZUID-F
ZEE
In ver
Van Rijc
publiceeri
A.R, Sta
vragen tc
gericht, v
van het
voetsluis
De vn
laten we
1. Is
bij den h
dat de
harnis ii
zonderlij]
2. Zoc
over nad
Ter n<
het antv,
Boeijen,
delingen
1929.
1 en 2
Qedeput
staat in