Orgaan
Be Chr. School voor llio.
Antirevolutionair
IN HOC SIGNO VINCES
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
Ulaiir Kinderen zijn
cliooa.
No. 3638
ZATERDAG 3 ME11930
45ste JAARGANG
EERSTE BLAD.
Op den Uitkijk.
Uit de Pers.
Fa. W. BOEKHOVEN*ZONEN
Het nadrukken van den inhoud van dit Blad ia verboden overeenkomstig de Wet op het Auteursrecht.
r. Men rake deze
Is de schakelaar-
l schakelaar naar
ïlementaire, doch
ierwezen worden,
iteit niet jaarlijks
ische.
og eens uitdruk-
geëlectrocuteerde,
loodig gedurende
ademhaling moet
achten tot de ge-
s vervoerd (wat
het onmiddellijk.
5ADISTJES,
vertoevend, zoo
loorde ik spreken
polsmouwen der
naam blijkt ont-
maam (Jean de)
uwschen prediker
taan en het land
zijn zedepreeken
.aten hebben over
g die er van der
rrmen uitgaat. Hij
niet. En daarom
ie zich onder zijn
smouwen aan, die
g altoos „labadis-
sman, zóó vonden
Knappert Gesch.
e mededeeling van
den voorzitter der
stigde het mij ten
n, die wij er naar
g van een ander
Labadie's naam
uffel, een stof, die
adisten-kolonie op
>ij Bozum in Baar-
ieke vroomheid, is
ezuïten-leerling uit
ons blijven leven,
/aalsche Gemeente
uit Frankrijk naar
oote scharen hoor-
ij keerde zich tegen
en spaarde daarbij
.atuurlijk ook nogal
ingen met zijn col-
kerkelijke besturen
in 668 werd De
rst. Hij ging echter
de Middelburgsche
Staten van Zeeland
?t kerkelijk bestuur.
,em de Synode en
n, dat hij zich zou
kcke exercitiën" en
die dagelijcksche
(Knappert, Gesch.
;n „vrije gemeente",
zij wel driehonderd
week De Labadie
lburgers verzochten
e gelasten, De La-
zetten. Tóen Veere
Staten te voldoen,
et geweld dwingen,
ok niet mis, liet de
ruiterij, zoodat men
or een burgeroorlog
•n werd doordat de
llig heenging. Hij
lam, waar de vroed-
hèm toevlucht bood
stichtte De Labadie
en invloed en mach-
'erd de vroedschap
en De Labadie op
en in 1670 uit Am-
stigden Zich in Her
laar verjaagd, weer
aar De Labadie in
oud. Tot 1732 bleef
kerk in stand.
door De Lairesse
■onder lezen wij
die man daar
elk van praat,
an meerder zeer
gehaat,
en meer tot laster
schrijven,
It, het zal wel
staande blijven.
menschen gelukkig
maar op mij. Het
m. Maar nu weet ik
:ouw.
ilijke naam. Wij zul-
Als ik hier weer
en dan zal ik je van
Maar wanneer het
liet. Misschien duurt
en."
juffrouw. Wat is u
erraderlijken glans in
2n zij hoorde, hoe de
te.
lanke hand uit, toen
het dorp genaderd
je goed, hoor. Ik
zien."
mogelijk na en wuifde
mkeek.
Hertha haar weg.
ng gelegen, naar de
te gaan, om dat deel
voelde zich zoo moe,
el bereikt te hebben,
lafde, hoewel zij wist,
as, dien drank niet te
rwgestel danig in de
erg, al zag zij de
iet. Die zou zij, als
vaak zien. Want
zij zou Maandag
dat zij het aanbod
zijn oom kon aan-
goed als zeker een
(Wordt vervolgd).
Deze Courant verschflnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post f 1.- b? vooruitbetaling,
BUITENLAND b| vooruitbetaling f 8,50 per icar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEEFSTER
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEK AANKONDIGING 10 cent per regel
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zfl beslaan,
AdvertentiCn worden Ingewacht tot DINSDAG- ea VRIJDAGMORGEN 10 uur.
Zoo is dan na moeite en strijd de
school geboren, waaraan op Flakkee
reeds jaren behoefte bestond. Een be
hoefte, die misschien door bedroevend
misverstand niet altijd even scherp ge
voeld werd, maar die er toch was, want
de school met den Bijbel, is niet maar
een liefhebberijtje van enkele Christen-
menschen^doch zij is den menschen van
's Heeren wege opgelegd, als de school
die in den grond der zaak alléén be
staansrecht heeft.
We weten het wel, dat als er zoo
esproken wordt, de steenen klaar leg-
^gesproken wordt, de steenen klaar
liggen om zulk een onverdraagzaam
vaarden van deze stelling doen wij toch
niets meer of minder, dan de palstaan
ders voor de openbare school doen. De
gelijkstelling die werd verkregen, is in
hun oog ten slotte toch maar een po
litieke noodzakelijkheid geweest waar
aan niet meer te ontkomen was, maar
als hun het hart tot spreken dringt, dan
hoort men het nog, dat de Chr. school
contrabande is, dat het neutrale onder
wijs den christelijken geest bij uitne
mendheid ademt, omdat daar liefde,
verdraagzaamheid en vriendschappe
lijkheid gekweekt wordt. De Chr. scho
len zijn toch maar dure sectescholen,
die parasiteeren op de gemeenschap.
Wanneer wij dus zeggen, dat alleen
de school met den Bijbel bestaansrecht
Iflfc heeft, dan zijn we dus niets onver-
^draagzamer dan zij.
En nu weten wij wel, dat ons politiek
beginsel de vrije school voor ieder
eischt, en dus ook de school zonder den
Bijbel toelaat, maar dat vindt zijn oor
zaak in het feit, dat de mensch betrek
kelijk moet zijn in zijn eisch. De mensch
is schepsel en is dus gebonden aan het
relatieve, hij mag de plaats van God
niet innemen, en zooals Mozes eenmaal
omdat hij relatief mensch was, den Jo
den vanwege de hardigheid huns harten
toestond een andere vrouw te nemen,
zoo mogen wij ook niet anders dan het
relatieve eischen van onzen naaste.
Maar naast dit betrekkelijk beginsel
staat het absolute beginsel, dat de
Schepper van Hemel en aarde stelt aan
het nietig schepsel en volgens dat ab
solute beginsel is alles wat uit het ge
loof niet is zonde, dus onheilig, dus
verwerpelijk, dus verboden. Ieder ster
veling is in zijn consciëntie gehouden
Gods heiligen wil te doen, en in alle
ding allereerst te vragen naar den hei
ligen wil van God, die geopenbaard is
in het Woord, dat wij Bijbel noemen.
Aan dat Woord moet alles in den wor
tel gebonden zijn, dus ook de opvoe
ding, dus ook het onderwijs, dus ook
de school. En dat geldt niet alleen voor
den Christenouder, maar voor eiken
vader en voor elke moeder. Dit be
ginsel is absoluut, wijl het van Godde-
lijken oorsprong is.
Natuurlijk wil de natuurlijke mensch
hier niet aan, wijl hij de oorsprong, het
middelpunt en het einddoel van alle
opvoeding in den mensch zelf zoekt.
In zijn oriënteerende rede heeft het
hoofd der Chr. U.L.O. Woensdag j.l.
het zoo duidelijk aangetoond, dat de
humanist der middeleeuwen hierin in
niets verschilt met den modernen
mensch van onzen tijd. Opvoeding be-
teekent bij hen: menschen maken, die
van goeden wille zijn, in dit leven tot
alle goed werk bekwamelijk toegerust,
opdat naar het woord van Prof. Op-
zoomer door den bouw van deze scho
len de gevangenissen gesloten zullen
worden.
Men aanvaardt de tweede tafel der
Wet met negatie vari de eerste. En
daarom moet al zulk pogen telkens weer
desillusie baren. Want het eerste ge
bod is God liefhebben boven alles. Dat
is de wortel waaruit de mensch leven
moet, zal hij geluk en vrede smaken.
Daarom is de godsdienstlooze school
zonde voor God, wijl zij Hem negeert
als niet bestaande. Zij vindt oorsprong,
middelpunt en doel in zichzelf en gunt
God den Hemel, als zij de aarde maar
heeft.
En nu scheen het alsof orthodox
Flakkee met dit humanistisch-materia-
listisch beginsel op goeden voet stond.
Neutrale H.B.S., neutrale Landbouw
school, neutrale U.L.O. school en zelfs
bloeiend neutrale lagere scholen kon
den ongehinderd rustig arbeiden om
de ziel van het Flakkeesche kind los te
weeken van het hoogste beginsel, dat
uit God is, zijn oog af te trekken van
het eeuwig absolute en het zich doen
verlustigen in het materialistisch-ver-
gankelijke.
Gelukkig komt hierin nu, voor wat
betreft het lager onderwijs en het U. L.
Onderwijs kentering. Alleen Nieuwe
Tonge mist nog de Chr. school, maar
de voorzitter van de Chr. U.L.O. heeft
te zeer zijn liefde aan de school met den
Bijbel verpand, dan dat hij ook hier niet
de kracht van het absolute beginsel zou
voelen en niet rusteloos zou arbeiden
aan de Chr. school van Nieuwe Tonge.
En zeker, nu waarschuwen wij voor
geldverspilling. Er moet op het terrein
van het Chr. onderwijs samenwerking
zijn. Wat God als zegen gaf, kan de
mensch tot een vloek maken. Liefde
moet hier het cement zijn, dat vereenigt
wat kerkelijk vaak helaas zoo verdeeld
ligt. De school met den Bijbel kan in
zich herbergen diverse kerkelijke ge
zindten. Dat is een eisch van het chris
telijke leven, dat he?t goede zoekt in el
kander en toenadering predikt. En wie
zich hieraan speent bedenke wel, dat
vloek en zegen vlak naast elkander lig
gen. De mensch heeft af te leggen alle
eigenwilligheid en eigen daden te laten
leiden door de saambindende kracht
van het Christelijk beginsel. Het is be
droevend, dat een waarschuwing hier
op haar plaats is. We stemmen toe, dat
de onderwijswet de gelegenheid tot
scheurmakerij opent, maar daarom des
te meer moet dit zelfde beginsel, dat
leefde in onze oude voorvechters voor
de Christelijke school, ook in ons leven
en waar zij hun beginsel toonden door
het financieele offer, moet ons beginsel
blijken door onze brandofferen aan te
dragen op het altaar der liefelijkheid en
de samenbinding, opdat ook zoo nog
een prediking van ons beginsel op de
wereld uitga.
Wij hopen dat de Chr. U.L.O. school
tot grooten zegen voor Flakkee zal
werkzaam zijn, dat er nauw contact zal
blijven tusschen ouders en onderwij
zend personeel en dat dit personeel on
der Gods genade zoo mag arbeidzaam
zijn in zijn zware taak, dat de jeugd, die
door deze school in het voorportaal der
H. B. S. komt, in die mate doordrongen
worde van den heerlijken dienst van
God, dat het godsdienstloos onderwijs,
dat haar daar wacht, aan de jeugdige
ziel geen schade meer berokkenen kan.
Een der grootste problemen van onze dagen
is zeker wel die van de vrouw en het huwelijk.
Een groot deel der moderne literatuur is aan
dit vraagstuk gewijd. Droef is het vaak te lezen
wat men in moderne kringen hierover ten beste
blijkt geeft. Het lijkt veel op de oude geschie
denis die altijd nieuw blijft. Het loopt altijd
weer over een Hij, een Zij en een Derde. Zelfs
heeft men voor deze onwettige verhouding een
vakterm gevonden en spreekt men van de „Drie
hoeksconstellatie."
En wat wel frappant is 't is alles melan
cholie wat men hier zietOf de vrouw dan
wel de man hun zin doorzetten en hun plicht
verzaken dan wel dat zij, niettegenstaande de
Derde in hun leven kwam, de verzoeking we-
derstaan en „trouw" blijven, het is al pessi
misme waar het op uit loopt. Ellende voor en
ellende in den bestaanden huwelijksband. Was
van een der personen, soms tot twee personen
en zelfs niet zelden tot geluksvernietiging van
alle drie de vlakken uit de „Driehoeksconstel
latie" af.
En de tendenz van deze moderne huwelijks
literatuur is één groot pleidooi voor de afschaf
fing van het bestaande huwelijk, want zoo raar
kan het niet loopen maar dè schrijvers en de
schrijfsters (opmerkelijk is dat het meestal
schrijfsters zijn) zoeken de oorzaak van alle
ellende in de bestaande huwelijksband. Was
die er slechts niet, dan zou het samenleven een
hemel op aarde zijn.
Intuschen is het zeer opmerkenswaard dat men
in deze moderne literatuur wel een eenheid in
het afbreken ziet, wel een homogeniteit in het
aanwijzen van de oorzaak, maar tenslotte laten
zij toch allen het probleem staan. Want wel
wordt er gezegd dat wanneer het huwelijk op
geruimd werd de zaak in orde zou zijn, maar
wanneer zij in hun beschrijving de up to date
moderne menschen in vrije liefde laten opgaan,
dan blijft nochtans de ellende. Het geluk wordt
niet gevonden. De vrouw die zich in vrije
liefde geeft blijft het slachtoffer ook in het mo
derne samenleven. En de man brengt het er
over het algemeen niet veel beter af. Dat is
inderdaad wel een opmerkelijk .verschijnsel in
de moderne roman, die hierin, we willen het
gaarne geloven, een getrouw beeld geeft van
het werkelijke leven.
Toch krijgt de huwelijksopvatting van het
positieve Christendom de schuld van alle ellende.
In dit verband is lezenswaard een artikel dat
ik dezer dagen in „Het Volk" las, geschreven
door een vrouw. Daar boven staat te lezen
„Om der wille van de kinderen" en daarin
komen de volgende passages voor
Nadat ze gewezen heeft op de groote ver
andering in de opvatting van vele dingen na
den wereldoorlog zegt ze
„Deze revolutie is de revolutie die ons
vrouwen meesleept, die ons verblijdt, ver
baast, verschrikt, ons dingen laat zien waar
van niemand de mogelijkheid had kunnen
vermoeden. Het Christendom, dat den sexu-
eeten omgang als een noodzakelijk kwaad en
de vrouw als een even noodzakelijk kwaad
beschouwde, dat men niet ontbeeren kon, heeft
de positie van de vrouw heel moeilijk ge
maakt, Zoo moeilijk - —dat de vrouw de
uitzonderingen daargelaten twintig eeuwen
lang als een onmondig en verdrukt schepsel
heeft geleefd. Wat was in dien tijd voor den
man van 40 50 jaar zijn echtgenoote, die
hem vaak meer dan zes kinderen ter wereld
bracht en bijna altijd ondergegaan was
geestelijk en lichamelijk in zorgen voor
gezin en kinderen. Dat de vrouw door deze
levenswijze groot en diep verdriet moet heb
ben gehad, wie kan dat beter begrijpen dan
wij, de vrouw van het heden Maar verzet
heeft zij zich nietin opstand gekomen is
zij niet. Zij heeft dit groote leed in stilte ge
dragen. Wat kon zij doen Haar opstandig
heid zou toch nutteloos zijn geweestzij was
immers aan handen en voeten gebonden aan
haar gezin, aan haar kinderen, zij was geen
zelfstandig mensch, zij was een slavin Toen
de vrouw een plaats ging innemen in het
maatschappelijk leven en zij ook vaak na
haar huwelijk geld bleef verdienen, veran
derde de verhouding. Dat geldverdienen maak
te haar en hare zusters tot een vrij mensch
natuurlijk zooverre een vrouw met kinderen
vrij kan zijn. Het twee kinderstelsel een
maatschappelijk verschijnsel heeft ook in
vele opzichten 't leVen gemakkelijker gemaakt,
heeft haar, zelfs als ze meer dan twee kinde
ren gekregen had, de mogelijkheid geopend
om te leven en te genieten.
„In het leven van nu ik meen dan het
normale huwelijk staan man en vrouw
als kameraden naast elkaar, die samen hun
kinderen groot brengen. Zij zijn kameraden,
hebben samen hun vrienden, hun genoegens
hun uispanningen en gaan samen door het
leven. De vrouw is in dit huwelijk meestal
gelukkig. De vrouw van heden verlangt van
haar man de huwelijkstrouw, die zij zelve
ook houdt, al weet zij dat de man polygaam
van aanleg is. De vrouw eischt van hem een
monogaan leven, op straffe van zelve ook de
huwelijkstrouw te breken. Dit kan zij nu zoo
gemakkelijk doen, want zij vreest de gevolgen
van illegale verhoudingen niet meer. Maar
wat het meest verbijstert, verschrikt en mis
schien ook wel verblijdt, is de onhoudbaar
heid van de stelling, de vrouw is „monogaam"
(en dan beschrijft ze de moeilijkheid als er
kinderen zlijn 'en man en vrouw willen van
elkander af.) „Hoe vrij wij vrouwen ook ge
worden zijn, voor deze groote moeilijke kwes
tie hebben wij nog geen oplossing gevonden
Men zou de vrouw dezelfde vrijheid
moeten geven als den man. Als zij dit wenscht
als zij zich niet in staat voelt om welke re
den dan ook, haar kinderen alleen groot te
brengen, dan moeten wet en maatschappij
haar hare vrijheid terug geven. Dan moet er
gelegenheid gevonden worden, in tehuizen of
bij particulieren waar de kinderen uit on
volledige gezinnen in harmonie kunnen worden
gorot gebracht. Evenals de man moet zij dan
haar krachten bijdragen in de opvoeding van
haar kinderen."
Ik heb meer geciteerd dan mijn plan was.
Hier is een socialistische vrouw aan het woord.
Met groote vrijmoedigheid laat zij haar levens
beschouwing zien.
In en in droef, leeg, kleurloos en arm is
zulk een beschouwing.
Van het christendom keert men zich af, om
dat deze de vrouw tot slaaf maakte, maar men
predikt een moraal, die geen moraal is, maar
een bang symptoom is van de ergste degeneratie.
Men predikt een vrijheid, die de gruwelijkste
losbandigheid is. En dat wordt door een vrouw
gepropageerd 1 Los van den man en desnoods
ook los van de kinderen omdat men zich zelf
wil zijn. Dit is de levensbeschouwing waarin
men wel rechten en lusten maar geen plichten
en lasten aanvaardt.
En zulke menschen oefenen snijdende kri
tiek op het christendom 1
Zulke moderne vrouwen, die zelfs geen na
tuurlijk gevoel meer over gehouden hebben,
durven onze christenvrouwen en -moeders sla
vinnen noemen 1
Dergelijke lectuur bewijst één ding, het bewijst
dat er in onze dagen een geslacht is gekweekt,
dat volkomen los staat van het christendom,
dat niet de minste notie heeft van wat er in
het christelijk huisgezin omgaat. Men praat over
mag Genius Wondbalsem niet
ontbreken Elk oogenblik komt
deze weldadige zalf te pas. Bij
branden, snijden, stooten, en alle
andere kleine verwondingen geeft
ze uitkomst. Genius Wondbalsem
dat helpt tenminsre. 25 en 50 ets. 9
dingen waar men niet de minste kennis van
heeft. Het christendom wordt veroordeeld zonder
dat het gekend wordt.
Toen ik dit artikel las dacht ik aan een boek
dat pas verschenen is. Het heet„Het huwe
lijksprobleem in leven en literatuur" geschreven
door Dr. J. C. Honig en Dr. C. Tazelaar. Ook
dit boek is een product van den tijd, maar het
is geen onrijpe vrucht van dezen tijd. Het ge
tuigd tegen de moderne opvatting van huwelijks
leven en huwelijkstrouw. Dr. Tazelaar neemt in
de tweede helft van dit boek de moderne hu
welijksroman onder het ontleedmes en er blijft
niet veel van over. Hij komt tot de slotsom
dat de roman van het huwelijksprobleem uit
literatuur en uit etisch sociaal en regilieus oog
punt verwerpelijk is. Hij noemt hem een zeer
gevaarlijke infectans van den tijd. Dr. Taze
laar doet hier zien, dat er veel gebazeld wordt
over de vrije liefde, maar in den grond der zaak
is het de vrije uitleving van zinnelust. Men
probeert de zinnelijkheid tot liefde te verwrin
gen en heel het probleem, dat men in die ro
mans opwerpt, is in den grond der zaak niet
anders dan een verkapt pleidooi voor een zin
nenleven naar eigen vrij en ongebonden be-
geeren. Wat hoogste idealiteit is (de Liefde)
wordt gelijk gesteld met het grofste materialisme,
zegt Dr. Tazelaar; wat offervaardigheid, toewij
ding, zelfovergave als diepste wezenstrekken be
zit, wordt verlaagd tot drijfveef van allerlei
egoïstische en individualistische handelingen; zij,
die naar haar aard dienen wil, wordt gemaakt tot
eischeres; zij, die in haar begeeren en open
baring rein is en zuiver, wordt bezoedeld tot
een duister instinct. En omgekeerd: wat sensua
liteit is en brandende zinnenlust, wordt ver
heven tot een ideëele behoefte aan levenswarmte
en omgetooverd tot een waarlijk niet ongeoor
loofde begeerte naar levensgeluk.
Dat is de vloek van het moderne leven. Deugd
en ondeugd hebben stuivertje gewisseld.
De eenvoudige, kuische Christenvrouw, die
haar geluk vindt in het intieme gezinsleven,
heet slavin en de boeleerster, de vrouw dié
blijkt „poligame neigingen" te hebben, moet een
plaats hebben in de maatschappij en de Staat
moet voor haar kinderen zorgen, want zij is
de vrijgemaakte vrouw, die recht op het leven
heeft
En het zijn vrouwen, die dat publiek neer
schrijven
God zal hier oordeelen. Het kan zijn, dat de
vrouw een tijd van vrijheid tegemoet gaat. Maar
dat zal een vrijheid zijn, die gelijk is aan een
vogelvrijverklaring. Zij zal haar natuurlijke be
scherming in het wreede leVen komen te missen,
zij zal volkomen alleen staan in het harde leven,
dat den ijzeren voet haar op den nek zal planten.
Want waar de vrouw zich zoo vergooid, daar
zal ze alle recht op eer en bescherming inboeten.
Die moderne vrouw zal straks in waarheid de
slavin van den man worden. Prof. Hepp zegt
in zijn boekje over Den Anti-Christ: „Wanneer
de menschen zich als liefhebbers van zichzelf
zullen doen kennen, zal zich dat eerst wreken
op de natuurlijke verhouding tusschen de ge
slachten. De wederzijdsche aantrekkingskrachten
zullen plaats maken voor afstootingskrachten.
Steil egoïstisch zullen de seksen naast elkander
voortleven en met elkander op gespannen voet
verkeeren. Thans belooft de leuze „emancipatie"
vrijverklaring der vrouw, een land van gouden
bergen, doorsneden met rivieren vol schuimende
champagne. Maar geen profetie liegt wreeder
dan die van het feminisme. Want als de vrouw
zich zal hebben vermand, zal de man haar niet
langer als vrouw respecteeren. Hij zal tegen
haar geldig maken het recht van den anti-christ,
dat is het recht van den sterkste. En de vrouw
zal het moeten afleggen."
Inderdaad, de vrouw zooals de schrijfster in
„Het Volk" haar hebben wil, zal zeker slavin
worden en wel slavin in erger mate dan de
oude heidenwereld ooit gekend heeft. En het
vreeselijke zal dan zijn, dat er in die dagen
geen Christendom met zijn gezegenden invloed
meer te wachten zal zijn om de vrouw vrij te
maken en haar de eerepositie in het leven te
schenken. Dat heeft het Christendom eenmaal
gedaan, maar in het rijk van den anti-christ zal
dat niet meer kunnen, want ook van de wereld
geldt het woord van God: wie eenmaal de
kennis der genade deelachtig is geweest en af
gevallen is, het is onmogelijk, dat die weder
tot genade kome.
UITKIJK.
HOE TE HELPEN.
I.
Wie zichzelf de vraag voorlegt, of, onder
de tegenwoordige omstandigheden, onze land
bouw c.a. voor steun in aanmerking komt, mag
niet blijven hangen bij den toestand van het
oogenblik. Immers komt het in elk bedrijf wel
eens voor, dat het een paar jaar minder goed
gaat, zonder dat daarin aanleiding gezocht en
gevonden wordt van Staatswege steun te ver
langen en te verleenen.
Men zal dienen te beginnen onderscheid te
maken tusschen het algemeërie en het bijzondere
in de crisis, die we doormaken; tusschen dat
gene, wat als van min of meer blijvende be-
teekenis althans als van langen duur moet
worden gezien en datgene wat waarschijnlijk
slechts als van voorbijgaanden aard mag wor
den beschouwd.
Dat zulk een onderscheiding niet gemakkelijk
te maken valt, geven we toe. Dat er, als men
haar gemaakt he'eft, nog ruimte voor yele
vragen overblijft, we denken er niet aan het
te ontkennen. Dat eensgezindheid in de beoor
deeling der feiten en der verwachtingen niet te
verkrijgen is, staat voor ons ook vast.
Maar als men niet altijd in het klaaghuis wil
blijven zitten, dan zal men, ook als politieke
partij, tot een beslissing moeten komen over
de vraag, of hulp voor den landbouw etc.,
noodig is en, zoo ja, op welke wijze die het
best kan worden verleend.
Nu zijn we, gelijk we in onze artikelen over
de landbouwcrisis meenen aangetoond te hebben,
inderdaad in e'en toestand gekomen, dat althans
onze akkerbouw in eene onhoudbare positie
verkeert. Met de veehouderij nijpt het nog niet
zoo, maar de prijs der melkproducten van" aller
lei soort is dalende en rooskleurig is het ook
daar allerminst. Ook voor den tuinbouw zijn
de vooruitzichten niet gunstig, en vooral niet
als onze akkerbouw inkrimpt en de tuinbouw
op eenigszins groote schaal wordt uitgebreid.
Als hoofdoorzaak van de malaise valt te
wijzen op de prijsverlaging der producten, als
gevolg van overproductie, welke prijsverlaging
saamvalt met t e hooge koop- en pachtprijzen
van den grond, en, bij vroeger vergeleken, aan
merkelijk hoogere kosten van productie uit
anderen hoofde.
Voor een deel is die overproductie gevolg
van volkomen natuurlijke omstandigheden
(graanbouw), wijl men er elders in geslaagd is
goedkooper voort te brengen dan wij het kunnen.
Voor een ander deel moet het worden verklaard
uit verschillende vormen van bescherming
in andere landen aan den landbouw verleend.
Ook op dit verschil zal moeten worden gelet,
indien men de te nemen maatregelen in be
schouwing neemt.
Nu staat het voor ons als een paal boven
water, dat e'en politiek van bescherming, a 1 s
systeem, geen uitkomst kan brengen. De
ervaring in andere landen bewijst het afdoende.
Men heeft daar jaren lang beschermd en thans
grijpen allen weer bij vernieuwing naar hoogere
en steeds hoogere protectie. En dat geeft dan
een paar jaar wel weer eenige verlichting bij
den landbouw met een terugslag nochtans
op andere belangen, die niet vooruit kan worden
voorzien maar het eind is, dat steeds naar
nieuwe kunstmiddelen moet worden gegrepen en
dat men ten slotte in een economisch gekken
huis terecht komt.
Wij meenen dan ook, dat als algemeene
gedragslijn moet worden aanvaard, dat de land
bouw in de eerste plaats op eigen kracht is
aangewezen.
Dat moge nu op het oogenblik voor de tob-
bers en zwoegers, die worstelen om het hoofd
boven water te houden, wat hard klinken,
maar dat is het toch niet.
Er is metterdaad nog veel te verbeteren,
waartoe Regeeringshult) niet noodig is.
Er moet, bij behoorlijke organisatie, toch