iCBDODliSClI IMverZiCDL
zTITTTITiriTirTXr
Gemengd Nieuws
Burgerlijke Stand
Marktberichten.
Verknopingen.
uit God." En waar deze tijd, met z'n vele el
lende, ons ook laat zien, dat de een zoo en de
ander zus gaat, daar zijn wij zelf nog God
dankbaar, dat ons zoo duidelijk getoond wordt,
dat in de wereld hoe dan ook, God niet is weg
te werken. Het geloof in God, als Schepper van
Hemel en aarde, is het fundamenteel ééne, dat
ons allen hedenavond één doet en kan doen
zijn.
Met den wensch, dat deze bijeenkomst een
vruchtbaar resultaat zal hebben, sloot spr. zijn
inleiding.
De heer J. Schouten, lid van de Tweede Ka
mer der Staten Generaal herinnerde aan de
H. Schrift-woorden „In de wereld zult gij ver
drukking hebbep." Velen die dit woord lezen,
vergeten, dat dit slaat op Gods Volk. Wij leven
in een tijd van zoo groote en weelderige vrij
heid, dat zij daaraan niet meer denken den
laatsten tijd is echter zachtjes aan weer bekend
geworden, dat die woorden nog steeds waarheid
bevatten. Het is goed er in door te dringen,
wat die woorden voor ons beteekenen.
Zijn wij anstig, dat God 't verliezen zal tegen
een geweldige demonische macht Dan hooren
wij hier niet thuis. God is almachtig, maar be
hoeft ons niet Zijn almacht te toorien en alle
aadsche macht is' minder dan niets, ze is ijdel-
heid. Geen angst dus brengt ons hier. Vreezen
wij dat Gods volk in Rusland zal worden ver
nietigd Ook dat niet. Wat moet ons Herbren
gen en één doen zijn, bij alle onderling verschil
en verdeeld zijn
Dit eene en groote.
Dat er in de wereld moet zijn een vrijheid
van geloofsprediking, gelijk een strijd van vele
eeuwen ons reeds heeft geleerd.
Die eisch geldt voor ons, voor anderen, voor
allen.
De wet voor Gods volk is een wet, waarnaar
alle aardsche wet zich heeft te gedragen. En
dat de vrijheid van geloofsprediking is aange
tast door de machthebbers in Rusland, dit is 't
wat ons samen doet protesteeren.
Spr. deed een beroep op de aanwezigen, om
te bidden voor onze broeders en zusters in Rus
land, ook om hen, die de overheid hebben aan
getast, ook voor hen, die onder de demonische
heerschappij staan. Zij immers en wij zijn zon
daren voor God.
Laten we met open oogen door 't leven gaan
en zien, dat de demonische macht de macht is
van den geest der wereld, die niet gebonden
is aan eenige staatkundige macht, ook niet aan
Rusland.
In Amsterdam werd o.a. ook door de vol
gende person'en gesproken
Toespraak Ds. H. Bakker.
De eerste spreker, Ds. H. Bakker, Ned. Herv.
predikant te Amsterdam, het woord verkrijgende,
herinnerde aan de episode uit het boek: „Het
werk Gods in Sovjet-Rusland", waarin een kind
wiens vader verboden had dat de kinderen ba
den, aan de buren vertelde: „Wij bidden nu
steeds onder den deken". Ik ben er van over
tuigd aldus spr. dat er thans vele kleinen
en grooten in Rusland „onder den deken bid
den", omdat dezelfde geest, die Nicodemus in
den nacht tot Jezus dreef, hen drijft hun ver
langen naar Jezus uit te spreken. „Geen God en
geen godsdienst", dat is thans de leuze in Rus
land, Lenin heeft eerst getracht het klaar te
spelen door de scheiding van Kerk en Staat.
Dan zou de Staatskerk èn daardoor ook de
andere Kerken wel ineenstorten. Doch hij heeft
zich vergist. Toen is 't geprobeerd met de groote
propagandatochten voor het atheïsme. Doch ook
dat is mislukt.
En nu zijn de godsdienstvervolgingen uitge
broken; 900 kerken zijn geslot'en en 77 syna
gogen en 200 bedehuizen van andere riligies.
Honderden geestelijken zuchten in de gevange
nis of zijn uit hun woonsteden verdreven. En
er vloeit weer bloed, als in de eerste tijden der
Christenheid.
Dat ontroert, dat pijnigt ons. En wij willen
daartegen ons protest doen hooren. Men zegt,
dat wij zoo machteloos zijn tegen het groote
Sovjet-Rusland, dat tot de tanden gewap'en'd is.
Doch God is er ook nog 1
En bovendien, de strijd, dien de vervolgers
daar strijden, is zoo hopeloos. Want het ma
terialisme is wetenschappelijk reeds een geheel
verlaten standpunt. Want men jaagt de beste
burgers over de grenzen. En die strijd is ook
zoo onvruchtbaar. Want als er geen God is,
waarom moeten de menschen dan zoo aange
spoord worden niet in Hem te gelooven. Maar
er is een God en deze strijd tegen Hem is gelijk
aan het schieten met pijlen naar de zon.
Rusland aldus besloot spr. mag niet
bidden. Doch het bidt „onder den deken". En
duizenden buiten Rusland bidden mede, omdat
zij erkennen, wat Dostojefski eens schreef: „Een
volk gaat zonder Gods Woord te gronde, omdat
zijn ziel er naar dorst". (Luid applaus).
Toespraak Deken G. C. van Noort.
De deken van Amsterdam, Dr. G. C. van
Noort, hierna het woord verkrijgend, wees er
op, hoe verblijdend het is te spreken voor zulk
e'en groote schare van burgers, die bij alles wat
hen helaas verdeelt, toch één zijn in de be
lijdenis van dien eenen God, voor Wien alle
knie zich moet buigen. (Applaus). Een schare,
die ongetwijfeld nog grooter was geweest, als
de beschikbare ruimte had toegelaten, de op
roep nog algemeener te doen zijn. Immers, welke
rechtschapen man en welke eerlijke vrouw zou
zich niet gaarne aansluiten bij dit protest tegen
de vervolgingen in Rusland, 't Leed, dat daar
wordt geleden, is niet in enkele oocjenblikken
te schetsen. En al zijn dan niet alle berichten
juist, vast staat, dat in Rusland de godsdienst
op de meest radicale wijze wordt bestreden en
den geloovigen het leven onmogelijk wordt ge
maakt. Dit is onbetwistbaar en vanuit het cen
trum der R.K. Kerk, waar men wellicht beter
dan ergens elders ingelicht is, heeft de Paus met
klem en nadruk zijn stem tegen de vervolgingen
doen hooren.
Tegen deze treurige geloofsvervolgingen past
ons e'en plechtige betuiging van oprechte deel
neming met de vervolgden. Doch daarnaast durf
ik van u allen vragen een nederig en volhardend
gebed tot God, dat Hij de vervolgden steune
en de vervolgers tot inzicht doe komen.
Doch daarmede zijn wij er niet. Neen, wij
moeten ook zelf de handen uitsteken. Ons
vlammend protest moet uitgaan, en de pers moet
dat blijvend doen hooren, opdat die kreet niet
verstomme.
En dan vergete men niet, dat de geest, die
in Rusland tot zulke excessen leidt, ook bestaat
in andere landen, ook in ons eigen land. Laat
allen in ons land, die van goeden wille zijn,
zich aansluiten, opdat die geest niet verder
doordringe. En waar1 die geest het best op
komt in verbitterde harten, laten daarom allen,
die op het terrein van het sociale leven arbei
den, hun plicht verstaan, opdat rechtmatige
grieven worden weggenomen en rechtvaardig
heid en liefde zullen heerschen. Daarom aldus
besloot spr. op voor God en godsdienst, op
voor ored 'en goede zeden, op voor rechtvaar
digheid en liefde. (Langdurig applaus).
Toespraak Opperabbijn Onderwijzer.
Derde spreker was de Opperrabbijn van het
Ned. Isr. Kerkgenootschap, de heer A. S. On
derwijzer.
Als geestelijke aldus spr. werp ik mij
niet in den politieken strijd, doch als mensch
en als vrijheidlievend Nederlander haat ik alle
tyrannie en daarom kan ik niet langer zwijgen.
Reeds lang zijn de klachten over de Russische
vervolgingen tot mij doorgedrongen, doch ik
moest zwijgen, omdat de vervolgden in Rusland
meenden, dat anders hun ellende nog grooter
zou worden. De geloovigen in Rusland zijn lam
geslagen door angst en vrees. De uitoefening,
van de religieuze plichten en de religieuze op
voeding der kinderen wordt in Rusland streng
gestraft, de kerkgebouwen worden verwoest of
aan den afgod, de Mammon, overgegeven. Wij
Nederlanders, die de zon der religieuze vrijheid
op ons erf zien schijnen, kunnen ons nauwelijks
voorstellen, wat dit is. Doch de kreten der
vervolgden snijden door de ziel.
Echter het jammeren daarover helpt niet.
't Is onze dure plicht op te komen met moed
en energie voor de heilige belangen, die wij
aangetast zien. Een luid protest van millioenen
aardbewoners zal misschien de leiders in Rusland
tot bezinning brengen.
De godsdienstvrijheid is het axioma, dat door
ieder redelijk mensch verdedigd wordt. Daar
over zijn wij het, bij alles wat ons scheidt, eens.
Laat daarom allen luid uw protest tegen de
aanranding van dit heihg beginsel hooren. Dan
mogen wij aldus besloot spr. verwachten,
dat de Allerhoogste ons pogen zal zegenen en
dat Hij het zoo zal leiden, dat ook weder in
Rusland het geloof zijn goddelijke z'ehding zal
kunnen vervullen. (Daverend applaus).
De volgende motie werd onder daverend
applaus aangenomen
De vergadering enz.
gehoord de vertegenwoordigers der meest
uitloopende godsdienstige gezindten in de
hoofdstad,
verklaart, dat zij met ontroering en diepe
smart kennis genomen heeft van de gods
dienstvervolgingen onder het huidige regime
in Rusland,
dat zij in den nood der vervolgingen me-
delijdt en medebidt,
dat zij voor God en mensch'en protesteert
tegen deze gruwelen
verzoekt de pers, dat zij de openbare mee
ning gestadig zal blijven voorlichten over de
vervolging, die in Rusland geleden wordt, en
besluit deze motie te brengen ter kennis der
Ned. Regeering met het eerbiedig verzoek
wel te willen overwegen, of zij haar invloed
kan laten gelden ook bij andere Regeeringen
teneinde de stem van heel de beschaafde
wereld tegen de godsdienstvervolgingen in
Rusland te laten hooren en deze zoo mogelijk
te doen eindigen.
Bijltje, de bekende Briefschrijver van „De
Standaard", gaf Zaterdag j l. een beschrijving
van een Kerkdienst, waarin een gebedsure werd
gehouden voor de geloovigen in Rusland.
We nemen er het volgende uit over
E'en vaste burcht is onze God,
Een toevlucht voor de zijnen.
't Klonk vreemd en zwak.
De ouderlingen keken een beetje onrustig;
maar die eenzame zanger ontving steun; anderen
vielen hem bij; hij had blijkbaar den toon aan
geslagen die klonk in veler hart; er kwamen
meer stemmen, en weldra zongen velen het
schoone Luther-lied mee.
Het orgel deed niet mee, en daar was ik blij
om. Men moet ook eens zonder orgel kunnen
zingen.
Zeker, hier werd van den regel afgeweken;
dat moet niet gebeuren, maar ja, wat zal ik
daar nu van zeggen. Laat ik maar beginnen met
te bekennen, dat ik ook een schuldige ben; ik
heb heusch meegezongen, tegen den regel in.
Maar regelen zijn lastige dingen als je hart wer
kelijk wordt aangeraakt, en ik voor mij kon er
best inkomen, dat deze broeder zijn hart eens
luchtte.
Het was dan ook de eenige onregelmatigheid.
De dienst eindigde waardiglijk op de gewone
wijze en we gingen de kerk uit om ons offer in
het offerblok te werpen, dat nu eens dienst deed
niet voor den bouw van nieuwe kerken in Am
sterdam, maar voor de instandhouding van de
heilige algemeene Christelijke Kerk, in welke
wij allen belijden te gelooven.
En nu hoor ik de vraag onder onze tegen
standers: Zou je nu werkelijk denken, dat dat
bidden iets helpt
Ik zal op die vraag antwoorden met het
volgende, dat mij uit betrouwbare bron werd
medegedeeld.
Jaren geleden was e'en broeder in groote angst.
Zijn nog jonge vrouw was door een ernstige
ziekte aangetast; de hoop op herstel was, ook
volgens den dokter, uiterst gering. De jonge
man zocht niet alleen zelf Gods aangezicht,
maar verzocht ook het gebed der gemeente.
Dat gebed werd Zondags in de kerk opge
zonden.
Zondagsavonds kwam er verandering ten
goede. Toen 's Maandags de dokter kwam,
vond hij vooruitgang.
„Ik begrijp er niets van", zei de geneesheer.
„Ik wel", antwoordde de man. „Er is in de
kerk voor haar gebeden."
De dokter begon te lachen; „denk je dat
zoo iets helpt
„Vast en zeker", antwoordde de ander.
„Vast en zeker" is ook mijn antwoord.
Heel de Bijbel toont ons de waarheid van
het woord: „Hij hoort hun geroep en verlost
h'en."
En dat denken de Russische vervolgers ook.
Waarom zouden ze anders de Christenen
vervolgen, dan uit vrees, uit bangheid
voor hun Koning. Ze sidderen voor Hem, Wien
gegeven is alle macht in hemel en op aarde,
en ze hebben gelijk dat ze sidderen, want een
maal zal Zijn macht ook hun openbaar worden.
Daarom gaan wij rustig voort met die Macht
in te roepen; de eenige, maar dan ook afdoende
Macht, die onze Russische broeders en zusters
volledig verlossen kan.
En 't leek me daarom zoo echt goed, toen we
Zondag j.l. kerkwaarts gingen, dat we vooruit
wisten, wat ons van d'en kansel zou worden
gezegd; er was een gebedsure voor den nood
der Christenen in Rusland. Nu komt in de bla
den nooit of tenminste bijna nooit, de beschrij
ving van een kerkdienst voor.
Politieke en andere vergadering met meer of
min bekende sprekers over allerlei onderwerpen,
ja, daar genieten we van; maar wie gaat er nu
over een kerkdienst schrijven
Wel, me lieve menschen, ik wil het vandaag
probeeren. De kerk, waarheen ik pleeg te gaan,
was flink bezet, als naar gewoonte, en ook als
naar gewoonte nam ieder rustig zijn plaats in.
Al is Amsterdam groot, je kent elkander toch
zoon beetje, wisselt enkele groeten en wacht
dan den aanvang van den dienst af. Je ziet de
ouderlingen binnenkomen; de diakenen; de predi
kant beklimt d'en kansel en dan zwijgt het orgel.
Reeds had mijn Zondagsche organist, die zich
altijd zoo prachtig bij het gesproken woord weet
aan te passen, mijn hart verkwikt met zijn
schoon spel, maar nu hield dat even op. De
predikant begon; na votum en zegen zongen we
de eerste twee verzen van Ps. 141.
'k Roep, Heer, in angst tot U gevloden,
Ai haast U tot mijn hulp en red,
Hoor naar de stem van mijn gebed,
Daar ik U aanroep in mijn nooden.
De organist gaf een tusschenspel.
Klanken vol roerende klacht ruischten door
het kerkgebouw, en vonden weerklank in onze
ziel; en onze stemmen gaven blijk van ont
roering, toen werd aangeheven
Mijn beê, met opgeheven handen
Klim voor Uw heilig aangezicht,
Als reukwerk voor U toegericht,
Als offers, die des avonds branden.
En toen volgde het gebed.
't Was mij tenminste, en ik denk wel, dat
velen dezelfde ervaring hadden, of we ver weg
in Rusland waren en onze bede vereenigden
met het geschrei, dat uit den kring der ver
volgden opklonk naar omhoog. We waren één
met h'en, die ginds lijden om den Naam des
Heeren en werden het hoe langer hoe meer,
toen de begaafde prediker ons een overzicht gaf
van het lijden in alle eeuwen door hen, die
Christus als hun Koning eeren. We gevoelden
het diep, dat wij leden zijn van die martelaars
kerk; broeders en zusters van de geloofsgenooten
uit alle eeuwen, en 't was vol vertrouwen, dat
we in den tusschenzang aanhieven
De Heer zal opstaan tot d'en strijd.
Zóó werden we voorbereid voor het gebed,
dat volgen -zou, en waarin Gods machtige hand
te hulp werd geroepen voor hen, die vervolgd
werden om hun geloof. Diepe stilte heerschte
er in het kerkgebouw; we baden allen onhoor
baar mee om verlossing, om hulp en bijstand
voor onze broeders en zusters daarginds.
Amen sprak de predikant.
En toen gebeurde er iets, dat in onze kerken
niet pleegt te gebeuren.
Voor in de kerk klonk bevend een stem.
't Scheen van een ouden broeder, die aanhief:
Ter beurze is in de afgeloopen week de stem
ming meerendeels onbevredigend geweest. Dit
was in de eerste plaats te wijten aan de zwak
kere stemming te New York. In den laatsten
tijd was men daar meer gewend geraakt aan
meer optimistische opvattingen, doch deze maak
ten thans voor ruimer aanbod plaats, waarvan
de invloed hier niet uitbleef. Nog enkele om
standigheden werkten bovendien mee om de
stemming aan de Amsterdamsche beurs onbe
haaglijk te maken. De berichten over de op
hooping der benzinevoorraden in de Ver. Sta
ten 'eri over de prijsverlaging van dit product
lokten aanbod van aandeeien Koninklijk uit. De
meening werd hier en daar echter verkondigd,
dat dit aanbod afkomstig was van teleurgestelde
houders, nu door de voorgenomen uitgifte eener
leening, de kans op een claim verkeken is.
Mocht zulks inderdaad het geval zijn, dan moet
toch worden gezegd, dat hierin e'en totaal ver
keerd inzicht blijkt, daar zoowel voor de Mij.
als voor de aandeelhouders een leening de goed
koopste vorm van kapitaalverschatfing is.
Ook het „geval" met de Ned. Mij. voor
Havenwerken droeg tot de ontstemming bij. De
ze wist onlangs met de Peking-Moekden Spoor
weg Mij. een groot contract voor aanleg eener
haven af te sluiten, waarvan de kosten uit de
ontvangsten van deze onderneming zouden wor
den bestreden. Het blijkt thans, dat Engeland
daartegen bij de Chineesche autoriteiten een
ernstig protest heeft ingediend en er op heeft
aangedrongen om het contract ongeldig te ver
klaren, totdat de schulden dezer Mij. ten volle
zijn afbetaald. Hoe ook de afloop van dit voor
val moge zijn, het maakte hier een slechten
indruk en deed den koers van de aandeeien der
genoemde Mij. afbrokkelen.
Hier bestond een bepaald vaste stemming voor
de rubberafdeeling daar men verwacht dat het
plan der stopzetting van den tap in Mei óók
wel in Engeland alle kans, van slagen heeft.
Aan dit plan zitten echter nog allerlei onzekere
factoren vast, o.a. de vraag welke de gevolgen
daarvan voor de inlandsche productie zullen
zijn. Naderhand liepen de koersen in deze af-
deeling weer wat terug. De prijs van het product
kon zich goed handhaven, terwijl de voorraad
in Engeland slechts met 93 ton steeg. De di-
videnduitkeering der Amsterdam Rubber komt
feitelijk neer op ééné nieuwe aandeel gratis op
8 oude, en de teruggang in de liquiditeit met
fl 3.8 millioen heeft eerder een teleurstellenden
indruk verwekt. Industrieele aandeeien, Philips
en Margarine Unie toonden weinig verandering.
Van Berkels konden zich iets herstellen van de
gestadige koersafbrokkeling van den laatsten
tijd. Ned. Kabel lager, naar aanleiding van het
bericht der oprichting van de Tw'entsche Kabel-
fabriek. De goederenmarkt verkeerde in een
zeer onaangename stemming. Niet alleen te
New York, doch ook op het Continent en te
Londen bleef deze stemming duidelijk merkbaar,
en de sluiting der katoen -en tarwebeurzen wordt
zelfs overwogen.
De koersen der voornaamste deviezen bleven
vrij vast. Prolongatierente veranderde niet noe
menswaardig, terwijl bij de Nederlandsche Bank
de voor rekening met het buitenland geschikte
middelen met ca. 1.4 milloen stegen.
INBRAAK.
Voor duizenden guldens gestolen.
In den nacht van Dinsdag op Woensdag ont
dekte een waker van den gecontroleerden par
ticulieren nachtveiligheidsdienst, dat de achter
deur van de firma R„ handel in optische in
strumenten aan de Hoogstraat te Rotterdam,
welke deur uitkomt aan den Steiger, open stond.
Hij waarschuwde de politie, die dadelijk een
onderzoek instelde, waaruit al spoedig bleek,
dat er was ingebroken. Kasten en Iaden waren
overhoop gehaald en een cylinderbureau was
opengebroken. Naar alle waarschijnlijkheid heb
ben de dieven zich Dinsdagavond in het pand
verstopt, om, toen dit verlaten was, hun slag
te slaan. Zij hebben het slot van de achterdeur
geforceerd, waarna zij het pand hebben ver
laten. Uit het cylinderbureau is een bedrag van
circa 1200 aan bankpapier gestolen. Uit de
kasten en laden zijn tal van optische instrumen
ten, lenzen, fotocamera's enz. gestolen. Eerst na
inventarisatie zal nauwkeurig kunnen worden
vastgesteld, wat er alzoo is gestolen, maar het
is zoo goed als zeker, dat het gestolene een
waarde van eenige duizenden guldens heeft.
AANVARING OP DE NIEUWE MAAS.
Twee zeeschepen beschadigd.
In den nacht van Dinsdag op Woensdag om
streeks middernacht is het Noorsche stoomschip
Seirstad van de Vulkaanhaven te Vlaardingen-
Oost vertrokken met bestemming naar Narvik
om erts te laden. Het schip moest achteruit de
haven worden uitgesleept en zou dan over stuur
boord draaien, om met den kop naar zee te
komen liggen. Maar nog voordat men met deze
manoeuvre kon beginnen is het schip aange
varen door een uit de richting van Rotterdam
komend schip. Dit, het Spaansche stoomschip
Aizkarai Mendi, voer in ballast en had den
sterken ebstroom mee, waardoor het niet tijdig
kon wijken of stoppen en een aanvaring on
vermijdelijk werd. De Seirstad werd aan stuur
boordzijde getroffen ter hoogte van ruim V,
even achter den achtermast. De huid van het
schip werd over de geheele hoogte opengereten,
spanten werden verbogen en de vloeren van
het ruim en van het tusschendek werden ver
brijzeld. Klinknagels werden uit de platen ge
drukt en een eind boven de waterlijn ontstond
een gat van \y2 bij Y2 meter. Ook onder de
waterlijn ontstond een scheur. Met pompen kon
men het instroomende water gemakkelijk bij
houden, maar Woensdagmorgen is men toch be
gonnen een zeil voor het gat te spannen. Het
schip is dadelijk weer de haven ingesleept. Het
zal hier repareeren. De Aizkarai Mendi is naar
Rotterdam teruggekeerd met een ingedrukten
voorsteven. Ook dit schip zal hier repareeren.
Het heeft voorloopig ligplaats gekregen aan
boei 25 op de rivier. Op de vorige reis had de
Seirstad bij Vlaardingen een anker met ketting
verspeeld. Dit was gevischt en juist Dinsdag
weer aan boord gebracht.
De Seirstad meet 6633 ton en werd in 1921
gebouwd. De Aizkarai Mendi meet 3309 ton
en werd in 1922 gebouwd.
gaan. Is men eenmaal in een gemeenteraad of
in e'en parlement gekozen en heeft men getee-
kend de wetten te zullen handhaven, dan moe
ten wij ons daaraan houden.
De heer van Burink (C.P.) zegt op het
standpunt te staan van Marx. Hij legt die ge
loften van de wetten te zullen nakomen, alleen
af, om zich een plaatsje in de Raadszaal te
verzekeren. Waar blijft u, mevrouw Groeneweg
met Troelstra's woord in November 1918 (hij
was toch Tweede Kamerlid)„Wij nemen de
macht in handen".
De heer van den Brule (R.K.): Dat was een
vergissing
De heer van Burink (C.P.): Neen, dat was
een misrekening. Mevrouw Grienweg zeide: Het
is vandaag 6 Maart. Dat is juistHeb ik dit
nu aan de orde gebracht
Eenige Raadsleden: Moskou, 6 Maart
De heer van Burink (C.P.): Buiten den raad
wordt momenteel gedemonstreerd voor belangen,
waaraan de S.D.A.P. niet meer meewerkt. De
strijd gaat tegen de parvenu's onder de arbei
dersklasse en dat zijn jullie. De S.D.A.P. heeft
bij een revolutie net zooveel te verliezen als
een mr. dr. Abraham van der Hoeven. (Alge
meene hilariteit). Revolutie beteekent voor de
S.D.A.P. den ondergang.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Het voorstel werd met 37 stemmen voor en één
stem (v. Burink) tegen, aangenomen.
Als de kok en de keukenmeid kijven, dan
IN EEN KUIP MET VETZUREN
GEVALLEN.
Ongeluk met doodelijken afloop. Een
23-jarige jongeman het slachtoffer.
In den nacht van Dinsdag op Woensdag heeft
in de oliefabriek de Engel, van de firma Crok
Z Laan te Wormerveer, een ongeluk met doo
delijken afloop plaats gehad. De 23-jarige on
gehuwde fabrieksarbeider L. uit Schermerhorn
was belast met het opkoken van een kuip vet
zuren. In deze kuip waren ongeveer 10.000 L.
vetzuten, welke door middel van een stoom-
leiding werden verhit. L. was belast met het
openen en sluiten van de stoomkraan. Toen de
voorman bemerkte, dat de kuip overkookte,
werd L. vermist, en men vermoedde, dat hij
door de gladheid in de kuip was gevallen. Na
dat de inhoud was weggevloeid, vond men den
atbeider in de kuip. Vermoedelijk is L. bij het
sluiten van de kraan in de kokende massa ge
vallen, doordat hij van een loopplank uitgleed.
Het lijk is per politiebrancard naar het ge
meentelijke ziekenhuis vervoerd.
HET MISDRIJF BIJ BENNEKOM.
Uit Ede meldt men
Woensdagmorgen half tien is de verdachte H.
per auto naar Arnhem overgebracht.
Woensdag zouden de bosschen nog eens met
politiehonden worden afgezocht; mogelijk zou
nog iets gevonden kunrfen worden wat op den
moord betrekking heeft.
H. is nog steeds blijven ontkennen. Hij toont
zich zeer verwonderd, dat zooveel menschen
hem kennen, terwijl hij hen niet kent. Hij doet
zeer vroom en bidt en dankt bij zijn maaltijden.
Dinsdagavond is H. door een inspecteur uit
Dusseldorp in verhoor genomen. De moorden
te Dusseldorp zouden namelijk veel overeen
komst hebben met den moord te Benenkom; ook
daar werden de slachtoffers door dolksteken
gedood.
DE MOORD ONDER STOMPWIJK.
De Haagsche rechtbank heeft met 30 dagen
verlengd de gevangenhouding van B., die ver
dacht wordt, onder Stompwijk den moord te
hebben «-gepleegd op den manufacturier v. d.
Drift uit Voorburg.
OOK EEN BARNEVELDER.
De onderwijzer vertelt zijn leerlingen van
Van Oldenbarneveldt en diens tragische dood.
Op last der Staten-Generaal werd hij ter dood
veroordeeld en 13 Mei 1619 te Den Haag
onthoofd.
Plotseling een ongeduldig vingertje van een
blijkbaar aandachtig leerling: „Meneer, verleden
week hebben wij ook 'n Barnevelder geslacht.
Ook 'n olden". Het ventje bedoelde natuurlijk
e'en Barnevelder kip, niet heel jong meer.
EEN NIET ONAARDIG MOMENT IN
DE ROTTERDAMSCHE
RAADSVERGADERING.
Het volgende is ontleend aan een verslag
van de Rotterdamsche raadsvergadering.
Het spreekt voör zich zelf
Uitbreiding bijzondere school
Catharina Beersmansstraat.
Het voorstel tot het verleenen van mede
werking tot de Uitbreiding van het gebouw der
bijzondere lagere school aan de Catharina
Beersmanssstraat No. 46.
De heer van Buririg (C.P;) vraagt stemming
over dit voorstel.
Mevrouw Groeneweg (S.D.A.P.) legt het
communistisch raadslid uit, dat hierover niet ge
stemd behoeft te worden. De wet is er eenmaal
'en dan hebben we ons daaraan te houden.
De heer van Buring (C.P.): Dat is wat
nieuws Ik dacht, dat mevrouw Groeneweg op
het standpunt stond van den klassenstrijd, de
omverwerping van alle machten, die niet be-
hooren tot de sociaal-democratische wereldpar
tij. Ik feliciteer de arbeiders met zoo'n partij,
die anders meer weg heeft van een liberale
partij, even tuk op het verdeelen van winst
gevende baantjes 1
De heer Mol: Neen zeg, dan de communisten
De heer van Buring (C.P.): Daar heb je
waarachtig de verdediger van de bankdirecteuren
ook al
Mevrouw Groeneweg (S.D.A.P.) zegt, dat,
ofschoon het 6 Maart is (de reclamedag voor
de communisten op het Van Alkemadeplein) zij
toch nog op het een en ander wenscht in te
Boerenwijsheid en humor.
WIE IS DE BAAS 7
Het volgende verhaaltje van een boer, die in
den winter zijn knecht wel graag kwijt wou,
dagteekent uit de tweede helft der vorige eeuw.
De baas: Hier, jongens, heb je een stuk spek
en brood.
De knecht: Hm't Mocht wat, 't is raap.
De baas: Wat zegt je, raap Ik zeg van spek.
De knecht: Je hoeft mij niks wijste maken,
't is raap.
De baas: Ik zeg van spek, en als je nog eens
zegt, dat het raap isEn hij wees in de
richting van de buitendeur.
De knecht begreep waar het den baas om te
doen was en zweeg, tot 's zomers in het begin
van den hooitijd.
De knecht: Baas, kom eens kijken, daar zit
een haas in de dakgoot.
De baas: Ja, 't zal wel, de kat.
De knecht: Ne'ert hoor, 't is een haas.
De baas: O jongen, zanik niet, 't is de kat.
De knecht: En ik zeg je, 't' is een haas
Toen raap was spek,
Moest ik houen m'n bek,
Maar nu de kas is een haas,
Nu ben ik de baas.
Dag baas! (En hij vertrok).
K. W. te S.
DE ELLENDE DER BOEDAPESTER
ADVOCATEN.
In de jaarlijksche vergadering van de orde^.
der advocaten te Boedapest, stelde het lid LajosBp
Glechmann voor, de advocaten, die niet in staat
waren hun contributie te betalen, niet van het
lidmaatschap vervallen te verklaren, vooral niet,
omdat het vorig jaar toch reeds 451 advocaten
om die reden waren uitgesloten.
DE LAATSTE WINTERLEZING
TE DIRKSLAND.
De laatste winterlezing te Dirksland op 27
Febr, was druk bezocht. Daar sprak de heer
Van Kempen, reizend Secretaris der Inwendige
Zending in Noord-Holland over: „Donker Am
sterdam en Noord-Holland en het Lichtende
Licht. Alles verduidelijkt door lichtbeelden. Er
is geen collecte gehouden voor dit belangrijke
werk, terwijl er bezoekers waren, die gaarne
zouden gegeven hebben.
Ten einde hen, die gaarne een gift willen zen
den, ter hulp te zijn, vermelden wij, dat het
adres van den heer Van Kempen is: Klopper-
singel 113, Haarlem. Postgiro 41604.
SOMMELSDIJK.
Geboren Leendert, zoon van Leendert Me
lissant en Wilhelmina Margaretha van Eek;
Dirk, zoon van Leendert Verkerke en Pieter-
nella Bogerman.
NIEUWE TONGE.
Geboren: Jan Uijthoven, z. v. J. C. Nieuwen-
huijzen en A. Slis; Pieter, z. v. E. v. d. Ouden
en M. v. d. Berg; Peter Hendrikus, z. v. A.
Mans en M. v. d. Baan.
Gehuwd D. Witte, j.m. 22 j„ en R. J. Ger-
ritse, j.d. 20 j.; H. Abramse, j.m. 33 j„ en H.
Dekker, j.d. 29 j.
Overleden Cornelia Margaretha van Alphen,
oud 20 jaar; Jacobina Buscop, oud 66 jaar,
echtgenoote van Pieter Kom.
DIRKSLAND.
Geboren Cornelia Jacoba, d.v. Hendrik Hog-
chem en Wilhelmina Michel.
CENTRALE VEILING TE MIDDELHARNIS,
Veiling van Donderdag 6 Maart 1930.
Kipeieren, 50-52 kg., 3.80 tot 3.90 per
100 stuks.
Kipeieren, 58-60 kg., 4.30 tot 4.70. per
100 stuks.
Kipeieren, 60-62 kg., 4.70 tot 4.95 per
100 stuks.
Kipeieren, bruin, 60-61 kg„ 4.75 tot 5.—
per 100 stuks.
Eendeneieren 4.40 tot 4.70 per 100 stuks.
Boter ƒ1.— per pond.
Aanvoer 22.000 eieren.
Op Donderdag 13 Maart 1930, des voor,
middags ten 10 uur, verkooping van vee
wagens, gereedschappen, jaapjesbieten, hooi
en stroo, eenig meubilair, enz., op de bouw*
manswoning »Zorgwijk«, aan den Groeneweg
te Nieuwe Tonge. Ten verzoeke van dhr,
L. van Dijk.
Notaris VAN ISPELEN.
Woensdag 19 Maart, des namiddags 1 uurs.
te Ouddorp, op het Moleciblok, bij de woning
van den verkooper, om contant geld, van
een partij afbraak, als balken, planken, palen
en pannen, voorts meubilaire goederen als
tafels, stoelen, matten, zeilen, glas en aarde»
werk en een mahoniehouten kabinet en een
partij korte en lange turf, ten verzoeke van
den Heer C. Tanis J Cz.
Notaris VAN DEN BERG,