voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden. Antire volutionair Orgaan No. 3611 WOENSDAG 29 JANUARI 1930 44ste JAARGANG IN HOG SIGNO YINCES Vergadering van de Centrale Prop. Club van Goeree en Overflakkee. W» BOEKHOVEN A ZONEN Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te eenden aan de Uitgevers Brieven uit Amerika. Wrijf Uw lijke spieren Deze Coura it verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franc per post f 1.— b| vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIjKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS SOMMELSDIJK Teief. latere. No. 202 Postbus No. 2 ADVERTENTIÈN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.- per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend tiaar de plaatsruimte, die zg beslaan. Advertenti6n worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. HET GEVAARLIJK STANDPUNT VAN Ds. KERSTEN. Op t oogenblik zijn we aan 't lezen in een klein boekske, een juweeltje 't Heet „Lourens Ingelse" en is geschreven door A. Janse, hoofd der Chr. School te Biggekerke. 't Is een koste lijk boekske, dat we wel in handen van al onze lezers wenschten We hopen er later elders in dit blad meer van te zeggen. Maar nu willen we op het volgende wijzen. Ds. Kersten pleit voor handhaving van art. 36„om te weren en uit te roeien alle valsche Godsdiensten". En dan wijst deze predikant op bet voorbeeld der vaderen 1 Nu die vaderen hebben ondervonden wat het zeggten wil als de hooge Overheid over de ware kerk moet waken 1 We vonden hiervan ook een treffend staaltje in bovengenoemd boeske. A Volgens de overheid moest ook te Westka- j P"He de nieuwe Psalmberijming door de kerk worden ingevoerd. Dat was in 1776. Maar de I gemeente verzette zich hiertegen. Ze hadden de berijming van Datheen te lief. En wat gebeurde Eerst werd door de plaatselijke overheid een zekere Ysbrand Borggraaf, een timmerman aan gezegd dat hij binnen 2 maal 24 uur te vertrek ken had uit Westkapelle. En toen de gemeente zich hiertegen verzette, kwam er soldatenmacht uit Den Haag, ruiters en soldaten (80 man) en werden Izak Verstraaten, Lourens Caland en Willem Lous „boven ebrocht" d.w.z. in den toren opgesloten. Zes maanden lang hebben zij in gevangenschap te Veere gezucht en Mei 1779 werden Verstraaten en Caland gegeeseld en daarop verbannen. Verstraaten levenslang en Caland voor 30 jaar. Willem Lous moest met een bord te pronk staan, waarop stond „oproer- inaker" en daarop werd hij eveneens verbannen. JBok Cornelis de Korte, Willem Wisse, J. Ma- hnusse, A. de Kam en J. W. Dekker werden gevangen gezet. Zoo heeft de regeering de een voudige kinderen Gods aan den schandpaal ge zet en uitgeworpen om des gewetens wil, zegt Ingelse Dat was de vrucht van dat hooggeloofde art. 361 Ds. Kersten wil het weer invoeren. „Om te weren en uit te roeien alle valschen godsdienst." Maar de geschiedenis leert, dat juist de ware Godsdienst steeds de dupe wordt van dit be ginsel 1 En dat leert ook het Woord van God. Laat het onkruid in den akker staan, opdat ge met het onkruid ook niet de tarwe uittrekt, aldus spreekt Gods Woortï. Maar Ds. Kersten is het daar niet mee eens, ofschoon óók de historie, van de waarheid van dit Woord Ds. Kersten zou moeten overtuigen. K* PATRIMONIUM. „Het vaderlijk Erfdeel 1" Kostelijke naam voor een kostelijke zaak 1 We gelooven niet, dat we voor onze lezers breed behoeven uiteen te zetten wat deze orga nisatie in ons land wil. Patrimonium is een oude organisatie die op positief Christelijken grondslag onder alle la ger. van ons volk wil arbeiden tot verdieping van de beginselkennis op het terrein van het Maatschappelijke en Sociale leven. Daarom is het eisch dat ook alle standen van ons Christenvolk deze organisatie zooveel mo gelijk steunen en daadwerkelijk deelnemen aan de werkzaamheden welke zij verricht. Dat is een dure roeping, vooral in onze dagen. En vooral ook in onze streken. Niet in de Roomsche, maar in de orthodox- rotestantsche streken van ons land won het socialisme veld. Op het „zwaar" orthodoxe Flakkee won het socialisme van 900 op 1600 stemmen. Zulke cijfers moeten ons toch verontrusten. Want deze hooge cijfers worden bereikt door- Oat het jonge geslacht rood stemt en dus straks voor het Christendom verloren is. Het schijnt soms alsof het onze menschen niet verontrust. En dat is eigenlijk nog wel het ergste. Want als wij „vrede, vrede, geen gevaar roepen, dan juist zal een haastig verderf ons overkomen Patrimonium wil een bolwerk vormen tegen het socialisme. En het is dat ook geweest nu reeds vele jaren lang. Waar onze menschen lid zijn van deze organisatie, blijven hun oogen open voor de verderfelijke beginselen van het socialisme. Door Patrimonium wordt beginsel kennis verworven, en door kennis krijgt men macht, macht om in volle wapenrusting den vijand tegemoet te treden en hem terug te drin gen van der vaderen erfdeel. Zóó hebben het steeds onze vaderen ver staan. Zij waren weionderlegd in het Woord en bleven bewaard voor allerlei wind van leer. Juist omdat het in onze dagen bij zulke groote groepen aan kennis ontbreekt, worden zij heel gemakkelijk ten prooi aan den geest dezer eeuw. Moeten wij Patrimonium van onze erve weren We gelooven, dat het een zonde zou zijn, die ons duur te staan komt. Er is hier een roeping voor patroon en knecht, beiden behooren in deze organisatie naast el kander, schouder aan schouder te arbeiden. Dezer dagen zal de heer Vingerling van Zuid- land op Flakkee speken over deze zaak. Laten wij onze roeping verstaan Beste Vriend 1 De winter heeft ook zijn bekoring. Het schijnt dat de natuur, die rustig alles bedekt met een schoon wit kleed, ook iets van dat rustige mede deelt aan den mensch. Vooral de buitenmenschen, tuinders en boe ren, kunnen die winteravonden zoo kostelijk be nutten, om in rustige stemming hun geest te verrijken. Hier in Amerika gaan wij nog al eens een dag bij elkander'op visite, 's Morgens om 9 uur of half 10 is het voeren afgeloopen, en hebben we den geheelen dag tot 's middags 4 uur om eens bij elkander te komen. Natuur lijk zijn alle menschen niet eender. Als je zoo een dag doorbrengt bij den een, dan moet je om aan 'S praten te blijven, een onderwerp hebben over een koe of een paard of varkens of land, maar er zijn gelukkig ook anderen. Menschen, die hooger leven, menschen die het in alles toonen, ook in hun gesprekken, dat ze de dingen zoeken die boven zijn, dat de eere Gods bij hun nummer één is. En dan zijn zulke dagen kostelijk, als men bij voorkeur die vrien den zoekt. En dat moet toch eigenlijk een van- zelfsheid zijn, als onze begeerte ook naar die dingen heenligt. Dan is de winter ook een zegen. Ik voor mij ben' best tevrecjen, dat ik in Michigan woon. In een staat als Californië, waar men 5 keer in 't jaar pan hetzelfde land klaver maait en gemiddeld twee oogsteni in haalt, in denzelfden tijd, dat wij er maar één hebben, wordt veel gemist. Zij missen onzen beerlijken rustigen winter. Nu zijn er ook menschen, die schier niet vatbaar zijn voor rust, die nog niet rusten al liggen zij op bed, menschen die geen oogenblik stil kunnen zijn, menschen, die als zij in. een stoel zitten, bij voorkeur een schommelstoel ne men, om zich onophoudelijk voor- en achter over te buigen. Ongelukkige stakkers Die leven eigenlijk niet, maar worden geleefd Zoo zijn er ook in Michigan. Ik las in de courant, dat onze staat 11.000 permissiën had uitgegeven voor de hertenjacht. In het Noorden van Michi gan zijn nog groote uitgestrektheden van bosch. Elke burger van den Staat kan een permissie krijgen om daar een hert te gaan schieten. Doch ook maar één, en dan moet dat een overjarig dier zijn van 't mannelijk geslacht. Dit is op een afstand gemakkelijk te zien. De bokken zijn veel grooter dan de vrouwelijke dieren, en aan hun gewei dat zij op hun kop hebben kan men zeer gemakkelijk zien of zij over het jaar oud zijn. Gisteren las ik in de courant, dat er een paar millionairs zoek waren uit de stad Detroit. Ze zijn ook een hert gaan schieten in 't Noor den, waar de sneeuw 4 a 5 voet hoog ligt. Hun auto is gevonden, deze stond ondergesneeuwd aan een zijweg, waar de groote bosschen be ginnen. Natuurlijk kan men in die bosschen de auto niet gebruiken. Zij zijn verdwaald geraakt. Men heeft getracht ze met paarden op te sporen, maar de sneeuw is zoo diep, dat die arme dieren er bij neervielen. Nu zijn ze er op uit met een kleine tractor, die ijzeren banden van 8 c.M. breed heeft over voor- en achterwielen. Deze machine is licht en glijdt zoodoende over de sneeuw heen. Zij heeft een groote misthoorn. Maar het geluid gaat niet ver zulk een bosch in. Zoo hoopt men de verdwaalden te vinden. De huisgenooten van de vermiste millionairs zijn eenigszins gerust gesteld met de mededee- ling, dat als zij maar lucifers en patronen ge noeg bij zich hebben, men niet bevreesd behoeft te zijn voor hun leven, want er is wild genoeg om te eten, en hout genoeg om zich te verwar men. En in 't bosch is het niet zoo koud als er buiten. Nu, dat zal zoo wel wezen. Maar ik denk, dat het een heele verandering is voor die rijke gasten. Thuis hebben zij een paleis waar ze in leven, en hun donzen bed wordt centraal verwarmd voor zij er 's avonds in gaan En nu 3 weken nacht en dag op en in de sneeuw. En dan de angst of zij er wel ooit levend uitkomen. Dit alles zal hun wel eens be nauwen. En dit als gevolg van hun rustelooze sportlust In den zomer is men half krank- zining met onzen base-ball en voetbalsport. Eiken dag staan onze daily papers vol van verslagen omtrent de sport. En in den winter gaat men op in de jachtNu weet ik wel, dat een zekere sportlust niet geheel af te keuren is, vooral voor onze jongens is ze op zichzelf goed, maar onze nationale zonde is, dat men er geheel in opgaat en millioenen dollars daarbij vermorst,, door weddenschap enz. Het is een en al „gam-bling". Een gevaar, dat wij onze kin deren bij den voortduur onder de oogen moeten houden. En vooral mannen van middelbaren leeftijd, vaders van gezinnen, hebben toch wel wat anders te doen, dan weken weg te gaan om een hert te schieten. Als wij onze roeping verstaan te genover onze kinderen, dan is er niet veel tijd over voor sport. Maar helaas weegt dit bij de meeste sportlustigen niet zwaar. Men leeft om te genieten en daarom genieten zij niet Zondag was het bij ons Avondmaal. Daar zag ik een vader en een moeder aangaan met al hun kinderen, getrouwd en ongetrouwd; zij zaten naast elkander en verkondigden, naar de begeerte van hun ziel, den dood des H e e r e n. Ik denk, er is niet één mensch in de wereld, die zijn genot zoekt buiten God, die geniet wat die Christenouders genoten. Als gezin aan den disch des verbonds, verkondigen de den dood des Heeren, totdat Hij komt, met Hem opgenomen in den Hemel, om daar in het huis des Vaders met zijn vele woningen, een woning te ontvangen voor ons en de onzen. Dat is genieten. Dat kent de wereld niet. Je AMERIKAANSCHE VRIEND. Zaterdag j.l. vergaderde in de Gereformeerde Weeshuisschool de Centrale Propaganda-Club van Goeree en Overflakkee. Deze vergadering werd geleid door den heer K. C. van Spronsen. Het zaaltje was goed bezet. Aanwezig waren broeders van Ouddorp, Melissant, Birksland, Sommelsdijk, Middelharnis, Stad aan 't Haring vliet en Den Bommel. De Voorzitter opende de vergadering met het lezen van 1 Cor. 12 1425. In zijn openings woord zette hij als doel der vergadering uiteen; het propageeren der Anti-Rev. beginselen. Deze vergadering draagt een instructief karakter. Wij komen hier bijeen om te leer'en. De heer R. A. den Ouden is zoo goed geweest om zich de moeite te getroosten naar dit afgelegen eiland te komen om ons te onderwijzen in een deel onzer beginselen. Dat is wel noodig. Als we letten op de stembuscijfeTS van het afgeloopen jaar, dan blijkt, dat werken in ons gewest nog geen luxe is. De S.G.P. handhaafde ongeveer haar cijfers en de S.D.A.P. klom van 900 op 1600 stemmen. Dit moet ons prikkelen tot voort durende actie. Want er wordt veel gedwaald uit onkunde. Spr. wees in dit verband op het optreden van het S.G.P. Kamerlid Ir. van Dis, die deze week eën rede hield te Sommelsdijk. Door hem werd getracht tusschen de politiek van de S.G.P. en de A.R.P. de scheidslijn te trekken: Calvinistisch en neo-Calvinistisch. Een onjuiste tegenstelling. Wanneer er hier van „neo" sprake kan zijn, dan beweegt veel eer de S.G.P. zich op die lijn. Want de A.R. geestesgesteldheid sluit zich aan-bij de vaderen der zestiende eeuw, terwijl uit het ideoom, de mentaliteit en de geheele denkwijze van de menschen, waaruit de S.G.P. haar kiezers trekt, zich veel meer aansluit bij de vaders der acht tiende eeuw, het tijdperk van verval. Spr. heet alle aanwezigen en inzonderheid den heer Den Ouden hartelijk welkom 'en spreekt den wensch uit, dat we straks met nieuwe bezieling en toe gerust met nieuwe kennis naar de plaats onzer woning zullen vertrekken, om ook weer met nieuwen moed te arbeiden voor de doorwerking der A.R. beginselen op het staatkundig en maat schappelijk terrein des levens. Rede van den heer Den Ouden. Hierna verkrijgt de heer Den Ouden het woord, die er op wijst, dat hij het ditmaal zal hebben over de maatschappelijke en sociale be- teekenis der A. R. partij. Spr. doet dit, omdat hij heeft gelezen, dat men ook op Flakkee zal trachten afdeelingen van Patrimonium te ves tigen, wat spr. van. harte toejuicht, want dit had al voor vijftig jaren moeten gebeuren. Vaderlijk erfdeel en Socialisme. Wannéér wij letten op den groei van 't socia lisme op dit eiland, waar het getal roode kiezers bijna verdubbelde, dan moet dit ons toch wel wat te zeggen hebben. Wanneer men ook op Flakkee voor vijftig jaren gedaan had wat mannen als Kater, Poesiat en Hovy gedaan hebben voor den arbeider, dan zou men wel licht voor zulk een groote afval bewaard zijn gebleven. Spr. hoopt, dat de actie voor Patri monium hier gelukken zal en men straks op verschillende plaatsen van Flakkee afdeelingen zal hebben waar onze menschen arbeiden voor het behoud van het Vaderlijk erfdeel voor de Christelijke levensbeginselen. Het is ook van de oprichting der Anti-Rev. partij af aan 't Stre ven dezer partij geweest om het sociale terrein te doordringen met den' positief Christelijken zuurdeesem. Er wordt in onze dagen tegen alle sociale actie gestreden, omdat dit niet in over eenstemming zou zijn met de Gereformeerde leer, en men noemt de Anti-Rev. partij neo- Calvinistisch, omdat zij' ook voor dit terreïïi regelen aangeeft 'en belijdt, dat de Overheid ook hier een taak heeft. Dit is echter een valsche voorstelling. Geen „neo". Er is hier van „neo" geen sprake. De Anti-Rev. partij staat op den ouden Calvinistischen grondslag, zooals zij dat in art. 1 van haar program belijdt: „De A.R. of Chr. Hist, richting vertegenwoordigt, voorzoo ver ons land aangaat, den grondtoon van ons volkskarakter, gelijk dit, door Oranje geleid, onder den invloed der Hervorming, omstreeks 1572 zijn stempel ontving; en wenscht dit, over eenkomstig den gewijzigden toestand, in een vorm, die aan de behoeften van onzen tijd vol doet, te ontwikkelen." In haar beginselprogram belijdt de A. R. partij het, dat zij op het oude Calvinistische standpunt staat. Maar zij belijdt ook, dat dat Calvinisme ge'en versteend en ver- drd dogma is, dat geen inwendige kracht ge noeg zou bezitten om zich bij gewijzigde toe standen aan te passen en ook voor nieuwe toe- 1 en stramme gewrichten, verdrijf die afmattende pijnen van rheu- i I matiek en spit met de beroemde/ AfTirpDC KLOOSTERBALSEM ^verzacht verrassend^ snel. WÏGeen goad too goed." standen het aloude beginsel ten grondslag zou weten te leggen. Dat is juist de karakteristiek van het Calvinisme, dat het nooit in een De- istische onaandoenlijkheid zich van het breede terrein van het menschelijke leven kan terug trekken, maar het geeft de normen voor alle tijden en voor alle toestanden. Wij belijden als Christenen, dat God doorwerkt en dat het werk niet bij onze voorouders der zestiende eeuw is blijven steken. En daarom kan ook voor onzen tijd het Calvinisme een kracht zijn, en is het mogelijk wat Groen van Prinster een zeide: Het Calvinisme is de oorsprong en de waarborg der constitutioneele vrijheden. A.-R. partij op het oude standpunt. Toen dan ook in 1872 op 1 April het eerste nummer van „De Standaard" verscheen als orgaan van het Anti-Rev. volk, dan werd in dat nummer weer een greep gedaan naar dat glorietijdperk der vaderen, dat d'en bloedigen krijg gestreden had voor vrijheid van geweten. Maar aan de herdenking van dat glorietijdperk voegt de schrijver, Dr. Kuyper, toe: „Sinds zijn drie eeuwen over ons volk en vaderland heen gegaan en geen brandstapel hoort ge meer knetteren, geen Alva trapt ons meer op de borst. En nu. Van Brielle's inneming weet elk kind nog op onze straten te zingen. Het feit was te machtig. De volksdeun van: „verloor Alva zijn briel" stierf nog niet weg. Maar wat wel bij de massa wegstierf, is de herdenking aan het Oranjewoord: „Dit werk is niet uit menschen, maar uit God". Men jubelt van Revolutie, men wappert met Oranjekleuren, men eert de Geu zen, van Roobol en Koppelstock weet weer elk te spreken. Maar waar blijft de eere, de dank zegging, de verootmoediging voor onzen God Wat wel dreigt weg te stervën, 'het is die eigen nationale geest, die eens van 's Heeren wege onze natie in hart en consciëntie geblazen werd. Wat reeds weer bedreigd wordt en gekrenkt, het is juist die heilige gewetensvrijheid; de vrij heid om in kerk en school der Vaderen God naar der Vaderen trant te dienen. Wat reeds bijna uitstierf, het is dat besef van zedelijke volksroeping, dat vooral Holland's natie ver koren is, om voor zich zelf 'en voor al Europa's volkeren banierdraagster, niet maar der vrij heid, maar der vrijheid van consciëntie te zijn." De geliberaliseerde maatschappij. In den tijd toen Dr. Kuyper dit schreef, leefde ons volk onder het oppermachtig regime van de Liberale heerschappij, die het er op toelegde om de kerk te moderniseeren, de school te neu traliseeren, opdat het volk geliberaliseerd zou worden. Men leefde onder de gematigde toe passing der beginselen van de Fransche Re volutie. Deze Revolutie bracht een geest onder het volk van Europa, die rechtstreeks inging tegen het Woord van God. Het was de leer van: „geen God en geen meester van vrijheid die bandeloosheid is, welke ook in ons land toepassing gevonden had. Men had de Fran- scH'en ingehaald en Oranje moest vluchten, met de woorden op de lippen: „God heeft een twist met Nederland". En ofschoon men enkele jaren later weer blij was, dat de Franschen den Ne- derlandschen bodem moesten verlaten, hun ideeën behield men. De Revolutieggeest vond gematigde toepassing. Oók op 't sociale terrein! Voorheen de Gilden. Want voorheen had men hier de gilden ge kend. Een organisatie van de verschillende be drijven en ambachten, waarbij zeer strenge re gels golden. Het sociale leven was ten dage onzer vaderen georganiseerd en geregeld door overheidsmaatregelen. Maar een fout was, dat de gilden zich niet bij de gewijzigde toestanden aanpasten. Ze raakten verouderd en op het eind der achttiende eeuw pasten zij niet meer op de omstandigheden. Zij werden dan ook door den Revolutiestorm omver geworpen en er voor in de plaats kwam in den Napoleonistischen tijd het „coalitie-verbod", hetwelk inhield, dat geen werkgevers of werknemers zich mochten or- ganiseeren. Het verbod werd vastgelegd in de Code Pénal en daarmee werd de „vrijheid" in het sociale leven geproclameerd Spr. staat er bij stil, dat de vrijheid van het sociale leven dus geen vrucht was van onze Dordtsche vaderen, maar van de Fransche re volutie. Ds. Kersten mag dit wel eens over denken, dan zal hij niet zoo gemakkelijk kunnen spreken van het „neo"-Calvinisme der A. R. partij, waar deze zich beijvert om ook op so ciaal terrein recht te doen gelden Sociale ellende. Het coalitieverbod heeft veel ellende over het arbeidersvolk der vorige eeuw gebracht. Spr. staat hier breedvoerig bij stil. De opkomst van het machinewezen maakte de arbeiders tot ver lengstukken der machine. Vrouwen- en kinder exploitatie werkte de werkloosheid der volwas sen arbeiders nog in de hand. Het werd een vreeselijke toestand. Kleine kinderen van vier jaar oud werden in de fabrieken |e werk ge steld. Daar verdienden zij. enkele centen per dag. Werkdagen van zestien tot achttien uur voor kleine kinderen was heel gewoon. De scholen werden slecht bezocht. Door het af beulen op jongen leeftijd moest een groot per- rentage dienstplichtigen als ongeschikt voor den dienstplicht worden afgekeurd. Vele arbeiders hadden nooit voldoend onderwijs gehad. Het getal analphabeten was schrikbarend groot. Spr. noemt enkele gevallen van de allervreeselijkste toestanden, die zich op het terrein van den arbeid voordeden, welke ons zijn opgeteekend door Prof. H. P. G. Quack. In Engeland was het 't ergste, maar ook in ons land kwamen vreeselijke toestanden vcor, b.v. in Leiden en in de steenbakkerijen en andere industrie-centra. De enpuêtes van staatswege in gesteld in de jaren 1842 en 1862 brachten ongelooflijke dingen aan het licht. Dat was onder het hooggelopfde liberale regime, welke in aanbidding geknield lag voor de theorie der Manchester-school, wel ke leerde, dat de arbeid vrij moest zijn, dat organisatie van den arbeid moest worden tegen gehouden En zeker waren er ook vrome liberalen, die zochten dezen toestand te verzachten door mild dadigheid. De arbeiders werden als armen be schouwd, die als het heel erg noodzakelijk was geholpen moesten worden door de particuliere liefdadigheid. Dan kregen ze een soepkaart enz. Maar er was ook een- liberale wreeddadigheid, die uitkwam in de gedichten b.v. van Tollens en anderen. Geen gunst, maar recht. Maar het is niet het AntiRev.- standpunt, dat de arbeidskwestie een kwestie is van ar menzorg Dat er recht geschiede Dat begrepen reeds Christenmannen als Bil- derdijk en Da Cbsta en Groen van Prinsterer. Eerstgenoemde waren uit reactie tegen deze el lendige liberale toestanden soms meer contra revolutionair dan anti-revolutionair, hetgeen vooral Bilderdijk bewijst als hij van den Staat eischt, dat zij zorg drage, dat ieder jonge man van twintig jaar in de gelegenheid is om te kunnen trouwen. Maar deze Christenmannen hebben toch be grepen, dat de Overheid ten aanzien van deze verschrikkelijke sociale toestanden e'en dure roe ping heeft. En ook Groen van Prinsterer heeft zich opgemaakt om ten aanzien van den arbeid de overheid op haar plicht te wijzen. Hij heeft

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1930 | | pagina 1