E
E
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden-
srïïüiï
Winen,
Antirevolutionair
Orgaan
UK
er
c-
U
te
e-
n.
es
ur
of
s-
e-
U
er
w
er
te
w
oi-
n.
er
e-
IN HOC SIGNO VINCES
In Middelharnis
FEUILLETON
Langs een diepen weg
168. nonerdam
h?
No. 3603
WOENSDAG 1 JANUARI 1930
44ste JAARGANG
>eroord
EERSTE BLAD.
Posterijen.
1PEN"
SOmmELSDIJH
[iddelharnis
f als zoovelen die
en bij ons hun
[den kochten. Wij
joie Eiken Huis
den billijken prijs,
erd ruime keuze.
Kapok, 37,—,
adres.
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Admin
istratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers
Brieven uit Amerika.
Land- en Tuinbouw.
ER, Bode
3HOEN te dragen
ge schoenwerk
ter en Apotheker
>ge en warme voeten
Ivelend,
Deze Courant veisch|nt eiken WOENSDAG en 7ATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franc per post f 1.- b| vooruitbetaling.
BUITENLAND bfl vooruitbetaling f 8.50 per jaar.
AFZONDERLIjKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS
W. BOEKHOVEN A ZONEN
SOMMELSDIJH
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN 1 1.- per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte, die z| beslaan.
AdvertentiCn worden Ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
OUD EN NIEUW.
De laatste dag van het jaar 1929 sterft
weg
En we glijden over in het jaar, dat de plaats
zal innemen van het aan ons ontschietende jaar.
Hoe snel vliegt het ons voorbij
En bij de scheiding van 1929 denken we een
oogenblik terug aan hetgeen het ons gebracht
heeft, gebracht aan lief en leed
Het is een jaar geweest van vreugd en smart,
■van leven en dood, van gelach en geween, van
ziekte en gezondheid, van welvaren en armoede.
En we maken onze balans op
Kunnen we tevreden zijn met hetgeen 1929
<ons bracht en ons ontnam
Oudejaarsdag is een dag van gedachtenis
En de Prediker sprak van veel ijdelheid, die
er onder de zon geschiedt.
Er is zoo véél ballast onder al het geen we
'ter gedachtenis nemenAls we het nog maar
„ballast" konden noemen
Maar voor elk der dingen zullen we komen
in het gericht.
1929 ging voorbij, maar al onze gedachten,
woorden en werken blijven, en het boek der
gedachtenissen, dat geopend ligt voor den Al
machtige is zuiverder dan het onze Geen zucht
wordt er in gemist
Moet het ons niet overweldigen
Ja zeker indien, we geen Borg en Middelaar
voor God den Vader hebben
Maar er is er Eén die machtig is met Zijn
Bloed al hetgeen voor God als zonden opgetee-
kend staat uit te wisschen
Het einde van alle dingen, óók van 1929 is
een toevlucht nemen tot het Kruis van Golgotha!
Dat is de oudejaarsavond-prediking.
En dan kunnen we ook moed grijpen 1930
in te gaan
Het waarachtig Christendom heeft een groote
troost voor leven en sterven
Laat ons zoeken te komen tot dagelijksche be
leving van het positieve beginsel, dat het chris
tendom predikt
En in die kracht verder gaan
Wij hopen dat te doen, óók met ons Blad.
In hoe signo vinces
Want ook in 1930 en in alle jaren die God
nog geeft zal het heil uit Sion moeten komen.
Voor ons persoonlijk.
Voor onze maatschappij
Voor onzen Staat
Alleen in het teeken van Christus' kruis ligt
de overwinning.
Laat deze waarheid, die van God tot ons
komt, de kracht van ons leven zijn
Dan zal het ook onzen lezers goed gaan en
is het meer dan een holle phrase wanneer wij
hen een „gezegend Nieuwjaar" toewenschen
Beste Vriend
Zooals ik je de vorige week schreef, hebben
wij besloten een nacht in Detroit te blijven.
Het neemt ongeveer 45 minuten rijden, den weg
van ons restaurant aan den „Seven mijl weg"
en het drukke centra der stad. De auto's rijden
met 4 en 5 rijen naast ons in dezelfde richting.
Wij gaan ongeveer 35 mijl per uur, dat is
meer dan 50 kilometer in Nederland en dat in
zulk een drukke stad Maar je moet, of je wilt
of witWant als je langzamer gaat, dan blaast
je buurman achter je den hoorn. En het kan
ook wel zijn, dat er tusschen al die auto's in
een motorfiets komt, met een politieman er op,
die je zegt: doorrijden, je houdt het verkeer
op
Opeens staan al die auto's gelijk stil, daar is
weer e'en rood licht. En dan gaan we weer
verder: mijl achter mijl, totdat wij een hand
zien, die ons wijst naar Highlandpark. Daar
moeten wij wezen. Hier heeft Henry Ford zijn
grootste autofabrieken.
Wij behoeven niet te vragen waar wij heen
moeten, mijn vrouw heeft in het restaurant een
platten grond van de stad gevraagd. Dit werd
haar kosteloos gegeven. Zij kijkt nu maar de
nummers en andere wegwijzers na en ik volg
getrouw de door haar aan gegeven richting.
Nu gaan wij langs hooge gebouwen, wel 30
en 40 verdiepingen hoog. Ginds voor ons gaat
een electrische tram over een hoog viaduct, wij
rijden er onder door en eindelijk zien wij aan
het eind van een breede straat masten van zee
schepen. Jadaar moet het ergens zijn. Een
hand wijst ons een hoek om naar de Ford
fabrieken. Daar lezen wij: „auto's parking
place here Wij rijden er heen en zetten onze
wagen op de aangewezen plaats. Een oppasser
geeft ons een nummer, en een gelijk nummer
hangt hij aan onzen wagen. Wij wandelen een
groote wachtkamer in en geven onzen naam
en woonplaats op. Wij moeten nog even wach
ten tot er een geleider komt om ons door de
fabriek te brengen.
Nauwelijks waren we gezeten of onze gids
diende zich aan, en vroeg ons hem te volgen.
In een speciaal daarvoor gemaakte kamer ging
hij op een verhooging staan en Ids ons eerst
voor wat de regelen zijn voor bezoekers der
Ford-fabriekenDit was onder andere: geen
fototoestel medenemen of eenig ander pakje. Dit
alles moet hier ter bewaring afgegeven, worden.
En ook niet spreken met het personeel. Daarna
zegt hij: deze fabriek maakt alleen automobielen,
of liever gezegd: hier worden de automobielen
in elkander gezet, al de onderdeelen worden
in andere Fordfabrieken gemaakt. In dezë fa
briek worden eiken dag 4200 auto's gemaakt
Onze jaarlijksche capaciteit is één millioen twee
honderd en vijftig duizend. De fabriek alhier
beslaat een oppervlakte van 305 acres. Elke
acre is ongeveer 200 Hollandsche roeden. Nu
moet U het zelf maar uitrekenen Van die 305
acres is 123 acres onder dak gebracht.
Daarna gaat hij ons voor de fabriek in. Bij
het begin zien wij een blok van een Ford
machine. Dit blok wordt op een met vet be
smeerde plank gelegd: een lange staaldraad trekt
het langzaam vooruit. Een tweede man schroeft
een einde pijp aan dit blok voor de verbinding
van de waterslang: e'en derde brengt er weer
een stuk aan. En steeds gaat dat blok maar
door. Wij volgen het geleidelijk. Met goed
door te wandelen kan men het zoo bijhouden.
Wij kijken eens achterom en zien in dat korte
einde, dat wij met dat blok meegeloopen zijn,
dat er al weer 3 andere blokken op die ge
smeerde binten gelegd waren. Iedere man doet
iets aan dat blok. Daar wordt het van voor met
de vooras verbonden. Het raam waar het boven-
stel op komt, is er al aan. Dan de achteras. Daar
staat een man al klaar met een stukje koper
draad. Daar weer een ander met een schroefje.
Even verder de voorwielen, daarna de achter
wielen. Een man ligt op zijn rug, en laat alles
over zich heen gaan. Hij moet zeker iets van
onderen bevestigen. Maar hij ligt zoo den ge-
heelen dag Daar hangt de body in de lucht
aan een paar touwen. Ik weet niet hoe jullie
dat noemen, maar .dat is de koets waar men
in zit. Het blok rijdt nu op zijn wielen. Nau
welijks is het onder; die body of dit wordt
neergelaten. De auto rijdt door en een volgende
man schroeft de body vast. Nog even verder
slikbord'en en de lichten worden bevestigd; nog
verder de tank wordt opgevuld met benzine
en het gaat maar aldoor, totdat de laatste
schroef en bout is aangedraaidDaar staat
een man in een wachtende houding Hij opent
de deur van de auto, gaat zitten en rijdt weg
met den nieuwen wagen. Nu kunnen wij hem
niet meer bijhouden, wij verliezen hem uit 't
gezicht. Wij zien elkander aan om onze be
wondering uit te spreken, maar wij hebben niet
lang tijd, want daar stapt al weer een andere
man in, om een nieuwen Ford uit te rijden
Zóó gaat het nacht en dag Deze wandeling
met die in elkander gezette auto nam zoo wat
een half uur in beslag. Van hier gaan we naar
een ander gebouw.
Volgende week meer.
Groetend,
Je AMERIKAANSCHE VRIEND.
Kort verslag van het verhandelde in de be
stuursvergadering van den Flakkeeschen Boeren
bond op 18 December 1929, onder voorzitter
schap van den heer G. C. van Schouwen.
Tegenwoordig waren alle leden.
Nadat de Voorzitter de vergadering had ge
opend en de notulen der vorige waren vastge
steld, komt aan de orde de ingekomen stukken.
Ie. Een schrijven over den stand van 't K. B.
inzake de uitvoering der landbouwuitvoerwet.
Besloten wordt een adres te richten aan de re
geering met het verzoek om spoedige inwerk
ingtreding.
Dit adres luidde
Aan Zijne Exc. den Minister van
Binnenlandsche Zaken en Landbouw.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen
het Bestuur van den Flakkeeschen Boerenbond,
goedgekeurd bij K. B. laatst van 24 December
1924. (Stbl. no. 24.)
dat in zijn gisteren gehouden vergadering ter
sprake kwam de handel in en den uitvoer van
uien, waarvan thans een zeer hoog percentage
bedorven is, terwijl bovendien ook nog partijen
hoe groot is hun niet bekend worden uit
gevoerd, wélke zelfs niet aan redelijke eischen
voldoen, omdat ze niet behoorlijk zijn afgestaart
en uitermate vuil worden verpakt, zoodat de
mogelijkheid niet is uitgesloten, dat deze uien
in het land van aankomst worden afgekeurd, of
als minderwaardige kwaliteit worden verhan
deld, zeer tot schade van onzen naam als uien-
exporteerend land.
Redenen, waarom hij zich tot Uwe Exc. wendt
met het eerbiedig verzoek de landbouwuitvoer
wet zoo spoedig mogelijk inwerking te doen
treden.
Het bestuur voornoemd
G. C. VAN SCHOUWEN, Voorzitter.
A. W. KEIJZER, Secretaris.
Oude Tonge/Herkingen, 20 December 1929.
2e. Een schrijven van Dirksland met ver
zoek aan de leden voorlichting te verstrekken
bij het aankoopen van electrische installatiën,
zoodra deze in den loop van 1930 zullen kunnen
worden geplaatst.
De Voorzitter zegt dat hierover reeds cor
respondentie is gevoerd met Centraal Beheer te
Amsterdam, terwijl voorts besloten wordt ad
vies te vragen bij het Instituut voor werktui
gen en gebouwen te Wageningen. Door den
Voorziter worden inlichtingen verstrekt over een
procedure, welke een onzer leden voert, door
tussch'enkomst van onzen rechtskundige, terwijl
een dezerzijds gezonden gelukstelegram met en
op den 70sten verjaardag van onzen oud-land-
bouwleeraar en consulent M. W. V. van Bij-
levelt te Dubbeldam beantwoordt werd met
eene hartelijke dankbetuiging.
Een schrijven van Stad aan 't Haringvliet om
aan te dringen bij de Regeefing op soepele toe
passing van de kinderarbeidswet. Men acht dit
thans nog voorbarig zoo lang men niet weet
op welke wijze ze zal worden uitgevoerd.
Van Melissant een verzoek om aan de Eerste
Kamer der Staten Generaal een verzoek te rich
ten om het wetsontwerp van den Heuvel c.s.
wel te willen aannemen, aan welk verzoek on
middellijk gevolg is gegeven.
Van de zelfde een verzoek om te trachten
de basaltlaag op de Prov. wegen met een laag
zand te dekken of op andere wijze deze zoo
danig in te werken dat deze wegen berijdbaar
zijn met rijwielen. De Voorzitter deelt mede,
dat daarover een conferentie is gehouden met
den Hoofdopzichter.
Een brochure van den „vertrouwensveehan-
del" met verzoek om steun. Men achtte steun
voor deze instelling niet op zijn plaats, omdat
den boeren voordeeliger crediet kan worden ver
strekt bij hun eigen leenbanken, terwijl bekend
is dat in Flakkee reeds van deze instelling ge
bruik is gemaakt. Men acht ze derhalve niet in
het belang van den veehouder.
Vervolgens wordt goedgekeurd dat steun is
verleend voor een autobusonderneming van Oud
dorp, resp. Herkingen naar Middelharnis-haven.
Voorts werd gelezen de correspondentie met
de kali-controlecommissie, waaruit blijkt dat de
secretaris met te groote voortvarendheid en
zonder opdracht van het bestuur heeft gehan
deld en hoewel geheel te goeder trouw, wordt
in overweging gegeven in het vervolg overleg
te plegen met den Voorzitter.
Inzake den afzet van onzen grooten aardap
peloogst wordt besloten overleg te plegen met
alle daarvoor in aanmerking komende Prov.
landbouw maatschappijen en Boerenbonden en
een inventarisatie te houden in Flakkee, met
verzoek om discretie.
Voorts komt ter sprake de aanleg der buizen
voor de waterleiding, waardoor de bewoners
buiten bebouwde kommen der gemeenten ver
stoten zullen blijven van deze leiding.
Medegedeeld wordt dat het oorspronkelijke
plan ontworpen is in 1902, zoodat zeer waar
schijnlijk een nieutf plan zal moeten worden
gemaakt, door de groote woningbouw na dien
en tevens opnieuw proefboringen zullen moeten
geschieden in de Ouddorpsche duinen, teneinde
zich te vergewissen of de toestand zich nadien
belangrijk heeft gewijzigd, en wordt besloten
onverwijld deze aangelegenheid ter bevoegder
plaatse ter kennis te brengen.
Betreffende de Pachtwet herscht groote een
stemmigheid, dat deze wet zoo min voor den
pachter als voor den verpachter voordeden
zal opleveren, dat het eigendomsrecht opnieuw
een duw krijgt, de energie van den pachter niet
wordt geprikkeld en daardoor de opbrengst niet
verder zal worden opgevoerd.
Door den secretaris is een ontwerp-adres sa-
samengesteld, nadat deze de betreffende verga
deringen hier en te Amsterdam had bijgewoond,
terwijl de Voorzitter als lid eener commissie
voor deze pachtwet de daargenomen conclusie
in elkaar zal verwerken en rondzenden aan al
de bestuursleden ter aanvulling en/of correctie
waarna een besluit kan worden genomen of deze
wet voor Flakkee al of niet aan te bevelen
is.
Eindelijk komt ter sprake de betere verbinding
van Flakkee met den vasten wal waarvoor tee-
keningen zijn ontworpen en waaruit blijkt, dat
deze verbinding niet onuitvoerbaar is en gezien
het geldelijk resultaat der Thoolsche brug, be
hoort te worden verzocht dat deze zaak in stu
die zal worden genomen, waarna de Voorzitter
op de gebruikelijke wijze de vergadering sloot.
De secretaris.
A. W. KEIJZER.
DE NIEUWE TELEFOONTARIEVEN.
Met ingang van heden 1 Januari worden de
interlocale telefoontarieven gewijzigd en ge
rekend naar de afstanden van het kantoor
(resp. bijkantoor) van uitzending. Er zal wor
den gerekend naar afstanden onderscheidenlijk
van 10, 15 en 35 K.M. hemelsbreedte, waar
voor dan resp. tarieven zull'en gelden van 10
IlSTELDE GOE»
(OR ALLE
'AN FLAKKEE
IGEN:
sche dienst
IL HARNIS
Uw Vruchtboomen
t ons Ged. Merk
llineum
F., dat geeft de beste
[sing 8-10 dan
aures over deze be«
sproelwerktulgen
ivrage franco toege»
eenverkooper voor
kkee
|n Teerproducten
en Tuinbouw.
door
H. ZEEBERG,
29)
Hij baadde in zijn zweet. Het was al angst,
dat nu alles zou uitkomen. Als die zwager
het te weten kwam, en dat stond vast, dan wa
ren het er al twee. Hij kende Veenman maar
oppervlakkig. Zou hij zwijgen Misschien was
het wel goed, als hij morgen eens met hem
praatte. Ook hem de situatie blootleggen en
ook hem smeeken zijn mond te houden. Het was
wel een vernedering, maar voor zijn schuld
moest hij boeten. Nooit zoo zwaar als nu voelde
hij zijn zonde tegenover de weduwe. Het moest
zoo gauw mogelijk in orde gemaakt. Zij was
edelmoedig geweest. Als zij onmiddellijk naar
e politie geloopen was, dan had hij niets kun
nen zeggen. Maar zij vergaf en gaf hem ge
legenheid goed te mak'en, wat hij misdaan had.
Het moest or^e hom en. Jammer, dat het hu-
welijk van Henk en Trude er tusschen kwam.
Anders kon hij volgende maand al een stuk
terugkoopen en dat juffrouw Mieras ter hand
stellen. Als hij Henk eens in vertrouwen nam
Hij kon, had hij zelf gezegd, het benoodigde
bedrag wel op een andere manier krijgen. Maar
neen, die vernedering was te groot. Niemand
kon dat van hem eischen. En dan kwamen ze
er allen achter. Tot nu toe had hij alles ver
zwegen om ze niet te verontrusten. Het moest
zoo blijven. Het kon ook wel. Als die zwager
nu maar zweeg, dan was het in orde. Over een
paar jaar waren ze dan teruggekocht. Dan had
Henk ook afbetaald. Het geld kwam ook wat
gemakkelijker binnen. En Hermans had hem
verleden week nog gezegd, dat hij op geleide
lijke afbetaling rekenen kon. Die kwam er lang
zamerhand weer bovenop. Neen, 't was beter,
om de zaak zoo te laten. Met dien Veenman
zou hij ook maar niet praten. Hij zal wel zwijgen
had juffrouw Mieras gezegd. Daarop moest hij
vertrouwen. Komaan, het zou wel gaan. Met
wat inspanning kwam hij er bovenop. Als nu
eerst dat huwelijk maar eens achter den rug
was.
Als hij met zijn gedachten tot deze hoogte
gekomen was, vielen ze plotseling weer in de
diepte.
Dan zag hij in het stadje alle menschen naar
hem kijken en| met den vinger nawijzen: de
effectendief.
Dan zag hij notaris Struman zijn kantoor
binnenkomen en hoorde hij hem zeggen: „Dief,
hoe staat het met de kas van „Boschzicht"
O, zeshonderd gulden te kort? Kan je onmid
dellijk aanzuiveren Neen Dan weet ik den
weg wel
Hij kreunde
„Voel je je weer niet goed, Albert vroeg
zijn vrouw, die ook nog niet geslapen had van
de emotie.
„Ja, 't is goed, Bet. Ik kan alleen maar niet
slanen."
„Ik ook niet. 't Greep me zoo aan, dat van
vanavond. Wat zou het toch geweest zijn
,,'k Weet het niet, kind."
„Gaf het gesprek met juffrouw Mieras er
aanleiding toe."
„Neen, neen", loog hij. „Vóór dien tijd voelde
ik het al aankomen. Dat heb ik je toch al
gezegd."
„O ja. 'k Dacht het maar. Je gaat dan van
alles denken."
„Dat moet je niet doen", zei hij ongerust.
t Zal wel overspanning zijn."
„Gaat het niet goed met de zaak 7"
Al wel honderd maal had zij het gevraagd, de
laatste maanden.
„De zwaarste tijd is, geloof ik, voorbij, Ber
tha. 't Geld zat geweldig vast bij de klanten.
Maar nu komt het geleidelijk binnen."
Hij zei het opgewekt. En thans met oprecht
heid. Omdat het de waarheid was.
„Gelukkigzei zij, opgelucht.
Zij verwonderde er zich niet eens over, dat
haar man, al was het dan maar in enkele woor
den, haar zóóveel van de zaak vertelde
„Willen wij nu eens probeeren te gaan sla
pen
„Ja", zei ze.
Maar Meerendonk sliep niet.
Zijn gedachten gingen weer aan het hollen.
Uit de diepte naar de hoogte: 't Zou wel gaan;
als die zwager maar zweeg.
Doch de hoogte besteeg Meerendonk niet.
Met schrik dacht hij er aan, dat hij dien
avond niet eens gebeden had. Maar wat gaf
het ook 't Waren! toch maar woorden, hij
wist het wel. Zijn ziel lag er niet in. In de
moeilijkheden had hij alle geestelijk contact ver
loren. Was het er vroeger wel geweest Diende
hij God alleen als het hem goed ging Waar
was nu zijn geloof Hij kwam niet uit de diepte,
't Was een stikdonkere nacht
Doodelijk vermoeid stond hij in den morgen
stond op.
Hij had dien nacht geen oog dicht gedaan
In-wit, met diepe kringen onder de oogen,
verscheen Meerendonk aan het ontbijt.
Met bezorgdheid sloegen zij hem gade.
,,'t Qaat wel", antwoordde hij op de deel
nemende vragen, ,,'k Heb alleen slecht geslapen,
'k Moet toch maar e'ens naar den dokter."
VIJFTIENDE HOOFDSTUK.
I.
Gedrukt bracht Trude Henk naar den trein.
„Zul je mij onmiddellijk telegrafisch waar
schuwen, als het met vader niet goed gaat
vroeg Henk.
„Ja, heb je er ook een zwaar hoofd in Het
drukt me zoo neer. 'k Weet het niet."
„Ik weet niet wat het is. Die aanval van
gisteravond kan zich herhalen. Vader zag van
morgen zoo in-bleek. En zoo vermoeid. Als hij
nu maar naar den dokter gaat."
Dat zal vader vandaag wel doen. En dan zal
ik je direct schrijven, wat dokter gezegd heeft."
„Goed hoor, kind. Miscchien maken wij ons
ongerust om niets. God geve het", zei Henk.
Het afscheidnemen viel Trude ditmaal al bij
zonder zwaar. De tranen stroomden haar over
de wangen. En zij wist niet waarom. Want over
drie maanden zou Henk haar voor goed komen
halen.
Met een beklemd hart verliet zij het station.
Bange voorgevoelens van een komend onheil,
dat zij niet nader definieei'en kon, bekropen
haar.
Maar dan richtte zij het hoofd op.
Zóó mocht het niet. Het was niet goed van
haar. Zij moest op God vertrouwen. De Heere
zou wel weten hoe het moest.
Thuis vernam zij, dat op aandringen van
Moe, Vader naar het morgenspreekuur van den
dokter was gegaan, zoodat zij angstig afwacht
ten wat het resultaat zou zijn.
Maar toen Meerendonk thuis kwam, was de
angst wel wat geweken.
„Zooals ik gedacht had", zei hij. „Wat over
werkt. De zenuwen overspannen. Ik moet rust
nemen. En zoo min mogelijk werken. Dan zal
het wel gaan, meent de dokter."
„Goddank", zeide z'n vrouw. „Als je nu zijn
voorschriften maar trouw opvolgt, Albert. Men
schen, zooals jij, die nooit met een dokter in
aanraking komen, verzuimen dat meestal."
„Ik zal mijn best er voor doen, Bertha", zei
Meerendonk op luchtigen toon. „Heelemaal rus
ten gaat natuurlijk niet. Maar wat kalmer aan
zal ik het toch doen."
„Kan ik je soms op het kantoor helpen
vroeg Trude.
„Neen, neen", zei hij haastig. „Dan moet je
je eerst inwerken, wat een heele tijd duurt. En
bovendien: de grootste drukte is voorbij."
De eerste dagen zat Meerendonk heel veel in
huis. Zoo nu en dan, als men hem bepaald
noodig had, liet hij zich even op het kantoor
zien. Maar op straat vertoonde hij zich heele
maal niet. En toen de Zondag aanbrak, verkoos
hij liever thuis uit de kerk te blijven
II.
Moe van den arbeid wierp Veenman, uit
rustend in zijn stoel, beide beenen over elkaar,
trekkend aan zijn sigaar. De kinderen waren
naar bed. En de courant noodde tot lezen. „Ik
heb vanmiddag mevrouw Zonruiter gesproken",
zei z'n vrouw.
„Zoo", merkt hij op. Het interesseerde hem
bitter weinig. Hij mocht de wandelende praat
jesmaakster niet graag lijden.
„Ze vertelde, dat Truus Meerendonk over een
paar maanden gaat trouwen."
„Dat is geen nieuws", zei hij.
„Bij Verbaan hebben zij een mooi aumeuble-
ment besteld. Het moet nog al duur zijn. Het
praatje over Meerendonk zal dus wel niet waar
zijn", zeide ze.
„Het was beter, dat zij er voor zorgden, dat
Meeréndonk z'n geld terug kreeg, dat hij in
hun faillissement liet zitten. Nu spelen Zon
ruiter en z'n vrouw mooi weer. Het is schande 1"
barstte Veenman los. „En dat heeft dan nog
praatjes."
„Ja, maar bij Meerendonk moeten ze ook niet
doen, alsof er niets aan het handje is. Het lijkt
daar wat, maar het is
Opeens sprong Veenman op. Hij kreeg een
duister vermoeden.
„Jij hebtjij hebt toch niets van Meeren
donk verteld vroeg hij met schrik in de oogen.
„Ik heb gezegd, dat het praatje wél waar is",
antwoordde zij, vurig hopend, dat haar man
niet verder zou vragen, omdat zij schuldbewust
was.
Maar Veenman vroeg wèl verder.
„Ik bedoel: Je hebt toch niets van de effecten
verteld
(Wordt vervolgd).