E E voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden- srïïüiï Winen, Antirevolutionair Orgaan UK er c- U te e- n. es ur of s- e- U er w er te w oi- n. er e- IN HOC SIGNO VINCES In Middelharnis FEUILLETON Langs een diepen weg 168. nonerdam h? No. 3603 WOENSDAG 1 JANUARI 1930 44ste JAARGANG >eroord EERSTE BLAD. Posterijen. 1PEN" SOmmELSDIJH [iddelharnis f als zoovelen die en bij ons hun [den kochten. Wij joie Eiken Huis den billijken prijs, erd ruime keuze. Kapok, 37,—, adres. Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Admin istratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers Brieven uit Amerika. Land- en Tuinbouw. ER, Bode 3HOEN te dragen ge schoenwerk ter en Apotheker >ge en warme voeten Ivelend, Deze Courant veisch|nt eiken WOENSDAG en 7ATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franc per post f 1.- b| vooruitbetaling. BUITENLAND bfl vooruitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIjKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS W. BOEKHOVEN A ZONEN SOMMELSDIJH Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2 ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN 1 1.- per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte, die z| beslaan. AdvertentiCn worden Ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. OUD EN NIEUW. De laatste dag van het jaar 1929 sterft weg En we glijden over in het jaar, dat de plaats zal innemen van het aan ons ontschietende jaar. Hoe snel vliegt het ons voorbij En bij de scheiding van 1929 denken we een oogenblik terug aan hetgeen het ons gebracht heeft, gebracht aan lief en leed Het is een jaar geweest van vreugd en smart, ■van leven en dood, van gelach en geween, van ziekte en gezondheid, van welvaren en armoede. En we maken onze balans op Kunnen we tevreden zijn met hetgeen 1929 <ons bracht en ons ontnam Oudejaarsdag is een dag van gedachtenis En de Prediker sprak van veel ijdelheid, die er onder de zon geschiedt. Er is zoo véél ballast onder al het geen we 'ter gedachtenis nemenAls we het nog maar „ballast" konden noemen Maar voor elk der dingen zullen we komen in het gericht. 1929 ging voorbij, maar al onze gedachten, woorden en werken blijven, en het boek der gedachtenissen, dat geopend ligt voor den Al machtige is zuiverder dan het onze Geen zucht wordt er in gemist Moet het ons niet overweldigen Ja zeker indien, we geen Borg en Middelaar voor God den Vader hebben Maar er is er Eén die machtig is met Zijn Bloed al hetgeen voor God als zonden opgetee- kend staat uit te wisschen Het einde van alle dingen, óók van 1929 is een toevlucht nemen tot het Kruis van Golgotha! Dat is de oudejaarsavond-prediking. En dan kunnen we ook moed grijpen 1930 in te gaan Het waarachtig Christendom heeft een groote troost voor leven en sterven Laat ons zoeken te komen tot dagelijksche be leving van het positieve beginsel, dat het chris tendom predikt En in die kracht verder gaan Wij hopen dat te doen, óók met ons Blad. In hoe signo vinces Want ook in 1930 en in alle jaren die God nog geeft zal het heil uit Sion moeten komen. Voor ons persoonlijk. Voor onze maatschappij Voor onzen Staat Alleen in het teeken van Christus' kruis ligt de overwinning. Laat deze waarheid, die van God tot ons komt, de kracht van ons leven zijn Dan zal het ook onzen lezers goed gaan en is het meer dan een holle phrase wanneer wij hen een „gezegend Nieuwjaar" toewenschen Beste Vriend Zooals ik je de vorige week schreef, hebben wij besloten een nacht in Detroit te blijven. Het neemt ongeveer 45 minuten rijden, den weg van ons restaurant aan den „Seven mijl weg" en het drukke centra der stad. De auto's rijden met 4 en 5 rijen naast ons in dezelfde richting. Wij gaan ongeveer 35 mijl per uur, dat is meer dan 50 kilometer in Nederland en dat in zulk een drukke stad Maar je moet, of je wilt of witWant als je langzamer gaat, dan blaast je buurman achter je den hoorn. En het kan ook wel zijn, dat er tusschen al die auto's in een motorfiets komt, met een politieman er op, die je zegt: doorrijden, je houdt het verkeer op Opeens staan al die auto's gelijk stil, daar is weer e'en rood licht. En dan gaan we weer verder: mijl achter mijl, totdat wij een hand zien, die ons wijst naar Highlandpark. Daar moeten wij wezen. Hier heeft Henry Ford zijn grootste autofabrieken. Wij behoeven niet te vragen waar wij heen moeten, mijn vrouw heeft in het restaurant een platten grond van de stad gevraagd. Dit werd haar kosteloos gegeven. Zij kijkt nu maar de nummers en andere wegwijzers na en ik volg getrouw de door haar aan gegeven richting. Nu gaan wij langs hooge gebouwen, wel 30 en 40 verdiepingen hoog. Ginds voor ons gaat een electrische tram over een hoog viaduct, wij rijden er onder door en eindelijk zien wij aan het eind van een breede straat masten van zee schepen. Jadaar moet het ergens zijn. Een hand wijst ons een hoek om naar de Ford fabrieken. Daar lezen wij: „auto's parking place here Wij rijden er heen en zetten onze wagen op de aangewezen plaats. Een oppasser geeft ons een nummer, en een gelijk nummer hangt hij aan onzen wagen. Wij wandelen een groote wachtkamer in en geven onzen naam en woonplaats op. Wij moeten nog even wach ten tot er een geleider komt om ons door de fabriek te brengen. Nauwelijks waren we gezeten of onze gids diende zich aan, en vroeg ons hem te volgen. In een speciaal daarvoor gemaakte kamer ging hij op een verhooging staan en Ids ons eerst voor wat de regelen zijn voor bezoekers der Ford-fabriekenDit was onder andere: geen fototoestel medenemen of eenig ander pakje. Dit alles moet hier ter bewaring afgegeven, worden. En ook niet spreken met het personeel. Daarna zegt hij: deze fabriek maakt alleen automobielen, of liever gezegd: hier worden de automobielen in elkander gezet, al de onderdeelen worden in andere Fordfabrieken gemaakt. In dezë fa briek worden eiken dag 4200 auto's gemaakt Onze jaarlijksche capaciteit is één millioen twee honderd en vijftig duizend. De fabriek alhier beslaat een oppervlakte van 305 acres. Elke acre is ongeveer 200 Hollandsche roeden. Nu moet U het zelf maar uitrekenen Van die 305 acres is 123 acres onder dak gebracht. Daarna gaat hij ons voor de fabriek in. Bij het begin zien wij een blok van een Ford machine. Dit blok wordt op een met vet be smeerde plank gelegd: een lange staaldraad trekt het langzaam vooruit. Een tweede man schroeft een einde pijp aan dit blok voor de verbinding van de waterslang: e'en derde brengt er weer een stuk aan. En steeds gaat dat blok maar door. Wij volgen het geleidelijk. Met goed door te wandelen kan men het zoo bijhouden. Wij kijken eens achterom en zien in dat korte einde, dat wij met dat blok meegeloopen zijn, dat er al weer 3 andere blokken op die ge smeerde binten gelegd waren. Iedere man doet iets aan dat blok. Daar wordt het van voor met de vooras verbonden. Het raam waar het boven- stel op komt, is er al aan. Dan de achteras. Daar staat een man al klaar met een stukje koper draad. Daar weer een ander met een schroefje. Even verder de voorwielen, daarna de achter wielen. Een man ligt op zijn rug, en laat alles over zich heen gaan. Hij moet zeker iets van onderen bevestigen. Maar hij ligt zoo den ge- heelen dag Daar hangt de body in de lucht aan een paar touwen. Ik weet niet hoe jullie dat noemen, maar .dat is de koets waar men in zit. Het blok rijdt nu op zijn wielen. Nau welijks is het onder; die body of dit wordt neergelaten. De auto rijdt door en een volgende man schroeft de body vast. Nog even verder slikbord'en en de lichten worden bevestigd; nog verder de tank wordt opgevuld met benzine en het gaat maar aldoor, totdat de laatste schroef en bout is aangedraaidDaar staat een man in een wachtende houding Hij opent de deur van de auto, gaat zitten en rijdt weg met den nieuwen wagen. Nu kunnen wij hem niet meer bijhouden, wij verliezen hem uit 't gezicht. Wij zien elkander aan om onze be wondering uit te spreken, maar wij hebben niet lang tijd, want daar stapt al weer een andere man in, om een nieuwen Ford uit te rijden Zóó gaat het nacht en dag Deze wandeling met die in elkander gezette auto nam zoo wat een half uur in beslag. Van hier gaan we naar een ander gebouw. Volgende week meer. Groetend, Je AMERIKAANSCHE VRIEND. Kort verslag van het verhandelde in de be stuursvergadering van den Flakkeeschen Boeren bond op 18 December 1929, onder voorzitter schap van den heer G. C. van Schouwen. Tegenwoordig waren alle leden. Nadat de Voorzitter de vergadering had ge opend en de notulen der vorige waren vastge steld, komt aan de orde de ingekomen stukken. Ie. Een schrijven over den stand van 't K. B. inzake de uitvoering der landbouwuitvoerwet. Besloten wordt een adres te richten aan de re geering met het verzoek om spoedige inwerk ingtreding. Dit adres luidde Aan Zijne Exc. den Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen het Bestuur van den Flakkeeschen Boerenbond, goedgekeurd bij K. B. laatst van 24 December 1924. (Stbl. no. 24.) dat in zijn gisteren gehouden vergadering ter sprake kwam de handel in en den uitvoer van uien, waarvan thans een zeer hoog percentage bedorven is, terwijl bovendien ook nog partijen hoe groot is hun niet bekend worden uit gevoerd, wélke zelfs niet aan redelijke eischen voldoen, omdat ze niet behoorlijk zijn afgestaart en uitermate vuil worden verpakt, zoodat de mogelijkheid niet is uitgesloten, dat deze uien in het land van aankomst worden afgekeurd, of als minderwaardige kwaliteit worden verhan deld, zeer tot schade van onzen naam als uien- exporteerend land. Redenen, waarom hij zich tot Uwe Exc. wendt met het eerbiedig verzoek de landbouwuitvoer wet zoo spoedig mogelijk inwerking te doen treden. Het bestuur voornoemd G. C. VAN SCHOUWEN, Voorzitter. A. W. KEIJZER, Secretaris. Oude Tonge/Herkingen, 20 December 1929. 2e. Een schrijven van Dirksland met ver zoek aan de leden voorlichting te verstrekken bij het aankoopen van electrische installatiën, zoodra deze in den loop van 1930 zullen kunnen worden geplaatst. De Voorzitter zegt dat hierover reeds cor respondentie is gevoerd met Centraal Beheer te Amsterdam, terwijl voorts besloten wordt ad vies te vragen bij het Instituut voor werktui gen en gebouwen te Wageningen. Door den Voorziter worden inlichtingen verstrekt over een procedure, welke een onzer leden voert, door tussch'enkomst van onzen rechtskundige, terwijl een dezerzijds gezonden gelukstelegram met en op den 70sten verjaardag van onzen oud-land- bouwleeraar en consulent M. W. V. van Bij- levelt te Dubbeldam beantwoordt werd met eene hartelijke dankbetuiging. Een schrijven van Stad aan 't Haringvliet om aan te dringen bij de Regeefing op soepele toe passing van de kinderarbeidswet. Men acht dit thans nog voorbarig zoo lang men niet weet op welke wijze ze zal worden uitgevoerd. Van Melissant een verzoek om aan de Eerste Kamer der Staten Generaal een verzoek te rich ten om het wetsontwerp van den Heuvel c.s. wel te willen aannemen, aan welk verzoek on middellijk gevolg is gegeven. Van de zelfde een verzoek om te trachten de basaltlaag op de Prov. wegen met een laag zand te dekken of op andere wijze deze zoo danig in te werken dat deze wegen berijdbaar zijn met rijwielen. De Voorzitter deelt mede, dat daarover een conferentie is gehouden met den Hoofdopzichter. Een brochure van den „vertrouwensveehan- del" met verzoek om steun. Men achtte steun voor deze instelling niet op zijn plaats, omdat den boeren voordeeliger crediet kan worden ver strekt bij hun eigen leenbanken, terwijl bekend is dat in Flakkee reeds van deze instelling ge bruik is gemaakt. Men acht ze derhalve niet in het belang van den veehouder. Vervolgens wordt goedgekeurd dat steun is verleend voor een autobusonderneming van Oud dorp, resp. Herkingen naar Middelharnis-haven. Voorts werd gelezen de correspondentie met de kali-controlecommissie, waaruit blijkt dat de secretaris met te groote voortvarendheid en zonder opdracht van het bestuur heeft gehan deld en hoewel geheel te goeder trouw, wordt in overweging gegeven in het vervolg overleg te plegen met den Voorzitter. Inzake den afzet van onzen grooten aardap peloogst wordt besloten overleg te plegen met alle daarvoor in aanmerking komende Prov. landbouw maatschappijen en Boerenbonden en een inventarisatie te houden in Flakkee, met verzoek om discretie. Voorts komt ter sprake de aanleg der buizen voor de waterleiding, waardoor de bewoners buiten bebouwde kommen der gemeenten ver stoten zullen blijven van deze leiding. Medegedeeld wordt dat het oorspronkelijke plan ontworpen is in 1902, zoodat zeer waar schijnlijk een nieutf plan zal moeten worden gemaakt, door de groote woningbouw na dien en tevens opnieuw proefboringen zullen moeten geschieden in de Ouddorpsche duinen, teneinde zich te vergewissen of de toestand zich nadien belangrijk heeft gewijzigd, en wordt besloten onverwijld deze aangelegenheid ter bevoegder plaatse ter kennis te brengen. Betreffende de Pachtwet herscht groote een stemmigheid, dat deze wet zoo min voor den pachter als voor den verpachter voordeden zal opleveren, dat het eigendomsrecht opnieuw een duw krijgt, de energie van den pachter niet wordt geprikkeld en daardoor de opbrengst niet verder zal worden opgevoerd. Door den secretaris is een ontwerp-adres sa- samengesteld, nadat deze de betreffende verga deringen hier en te Amsterdam had bijgewoond, terwijl de Voorzitter als lid eener commissie voor deze pachtwet de daargenomen conclusie in elkaar zal verwerken en rondzenden aan al de bestuursleden ter aanvulling en/of correctie waarna een besluit kan worden genomen of deze wet voor Flakkee al of niet aan te bevelen is. Eindelijk komt ter sprake de betere verbinding van Flakkee met den vasten wal waarvoor tee- keningen zijn ontworpen en waaruit blijkt, dat deze verbinding niet onuitvoerbaar is en gezien het geldelijk resultaat der Thoolsche brug, be hoort te worden verzocht dat deze zaak in stu die zal worden genomen, waarna de Voorzitter op de gebruikelijke wijze de vergadering sloot. De secretaris. A. W. KEIJZER. DE NIEUWE TELEFOONTARIEVEN. Met ingang van heden 1 Januari worden de interlocale telefoontarieven gewijzigd en ge rekend naar de afstanden van het kantoor (resp. bijkantoor) van uitzending. Er zal wor den gerekend naar afstanden onderscheidenlijk van 10, 15 en 35 K.M. hemelsbreedte, waar voor dan resp. tarieven zull'en gelden van 10 IlSTELDE GOE» (OR ALLE 'AN FLAKKEE IGEN: sche dienst IL HARNIS Uw Vruchtboomen t ons Ged. Merk llineum F., dat geeft de beste [sing 8-10 dan aures over deze be« sproelwerktulgen ivrage franco toege» eenverkooper voor kkee |n Teerproducten en Tuinbouw. door H. ZEEBERG, 29) Hij baadde in zijn zweet. Het was al angst, dat nu alles zou uitkomen. Als die zwager het te weten kwam, en dat stond vast, dan wa ren het er al twee. Hij kende Veenman maar oppervlakkig. Zou hij zwijgen Misschien was het wel goed, als hij morgen eens met hem praatte. Ook hem de situatie blootleggen en ook hem smeeken zijn mond te houden. Het was wel een vernedering, maar voor zijn schuld moest hij boeten. Nooit zoo zwaar als nu voelde hij zijn zonde tegenover de weduwe. Het moest zoo gauw mogelijk in orde gemaakt. Zij was edelmoedig geweest. Als zij onmiddellijk naar e politie geloopen was, dan had hij niets kun nen zeggen. Maar zij vergaf en gaf hem ge legenheid goed te mak'en, wat hij misdaan had. Het moest or^e hom en. Jammer, dat het hu- welijk van Henk en Trude er tusschen kwam. Anders kon hij volgende maand al een stuk terugkoopen en dat juffrouw Mieras ter hand stellen. Als hij Henk eens in vertrouwen nam Hij kon, had hij zelf gezegd, het benoodigde bedrag wel op een andere manier krijgen. Maar neen, die vernedering was te groot. Niemand kon dat van hem eischen. En dan kwamen ze er allen achter. Tot nu toe had hij alles ver zwegen om ze niet te verontrusten. Het moest zoo blijven. Het kon ook wel. Als die zwager nu maar zweeg, dan was het in orde. Over een paar jaar waren ze dan teruggekocht. Dan had Henk ook afbetaald. Het geld kwam ook wat gemakkelijker binnen. En Hermans had hem verleden week nog gezegd, dat hij op geleide lijke afbetaling rekenen kon. Die kwam er lang zamerhand weer bovenop. Neen, 't was beter, om de zaak zoo te laten. Met dien Veenman zou hij ook maar niet praten. Hij zal wel zwijgen had juffrouw Mieras gezegd. Daarop moest hij vertrouwen. Komaan, het zou wel gaan. Met wat inspanning kwam hij er bovenop. Als nu eerst dat huwelijk maar eens achter den rug was. Als hij met zijn gedachten tot deze hoogte gekomen was, vielen ze plotseling weer in de diepte. Dan zag hij in het stadje alle menschen naar hem kijken en| met den vinger nawijzen: de effectendief. Dan zag hij notaris Struman zijn kantoor binnenkomen en hoorde hij hem zeggen: „Dief, hoe staat het met de kas van „Boschzicht" O, zeshonderd gulden te kort? Kan je onmid dellijk aanzuiveren Neen Dan weet ik den weg wel Hij kreunde „Voel je je weer niet goed, Albert vroeg zijn vrouw, die ook nog niet geslapen had van de emotie. „Ja, 't is goed, Bet. Ik kan alleen maar niet slanen." „Ik ook niet. 't Greep me zoo aan, dat van vanavond. Wat zou het toch geweest zijn ,,'k Weet het niet, kind." „Gaf het gesprek met juffrouw Mieras er aanleiding toe." „Neen, neen", loog hij. „Vóór dien tijd voelde ik het al aankomen. Dat heb ik je toch al gezegd." „O ja. 'k Dacht het maar. Je gaat dan van alles denken." „Dat moet je niet doen", zei hij ongerust. t Zal wel overspanning zijn." „Gaat het niet goed met de zaak 7" Al wel honderd maal had zij het gevraagd, de laatste maanden. „De zwaarste tijd is, geloof ik, voorbij, Ber tha. 't Geld zat geweldig vast bij de klanten. Maar nu komt het geleidelijk binnen." Hij zei het opgewekt. En thans met oprecht heid. Omdat het de waarheid was. „Gelukkigzei zij, opgelucht. Zij verwonderde er zich niet eens over, dat haar man, al was het dan maar in enkele woor den, haar zóóveel van de zaak vertelde „Willen wij nu eens probeeren te gaan sla pen „Ja", zei ze. Maar Meerendonk sliep niet. Zijn gedachten gingen weer aan het hollen. Uit de diepte naar de hoogte: 't Zou wel gaan; als die zwager maar zweeg. Doch de hoogte besteeg Meerendonk niet. Met schrik dacht hij er aan, dat hij dien avond niet eens gebeden had. Maar wat gaf het ook 't Waren! toch maar woorden, hij wist het wel. Zijn ziel lag er niet in. In de moeilijkheden had hij alle geestelijk contact ver loren. Was het er vroeger wel geweest Diende hij God alleen als het hem goed ging Waar was nu zijn geloof Hij kwam niet uit de diepte, 't Was een stikdonkere nacht Doodelijk vermoeid stond hij in den morgen stond op. Hij had dien nacht geen oog dicht gedaan In-wit, met diepe kringen onder de oogen, verscheen Meerendonk aan het ontbijt. Met bezorgdheid sloegen zij hem gade. ,,'t Qaat wel", antwoordde hij op de deel nemende vragen, ,,'k Heb alleen slecht geslapen, 'k Moet toch maar e'ens naar den dokter." VIJFTIENDE HOOFDSTUK. I. Gedrukt bracht Trude Henk naar den trein. „Zul je mij onmiddellijk telegrafisch waar schuwen, als het met vader niet goed gaat vroeg Henk. „Ja, heb je er ook een zwaar hoofd in Het drukt me zoo neer. 'k Weet het niet." „Ik weet niet wat het is. Die aanval van gisteravond kan zich herhalen. Vader zag van morgen zoo in-bleek. En zoo vermoeid. Als hij nu maar naar den dokter gaat." Dat zal vader vandaag wel doen. En dan zal ik je direct schrijven, wat dokter gezegd heeft." „Goed hoor, kind. Miscchien maken wij ons ongerust om niets. God geve het", zei Henk. Het afscheidnemen viel Trude ditmaal al bij zonder zwaar. De tranen stroomden haar over de wangen. En zij wist niet waarom. Want over drie maanden zou Henk haar voor goed komen halen. Met een beklemd hart verliet zij het station. Bange voorgevoelens van een komend onheil, dat zij niet nader definieei'en kon, bekropen haar. Maar dan richtte zij het hoofd op. Zóó mocht het niet. Het was niet goed van haar. Zij moest op God vertrouwen. De Heere zou wel weten hoe het moest. Thuis vernam zij, dat op aandringen van Moe, Vader naar het morgenspreekuur van den dokter was gegaan, zoodat zij angstig afwacht ten wat het resultaat zou zijn. Maar toen Meerendonk thuis kwam, was de angst wel wat geweken. „Zooals ik gedacht had", zei hij. „Wat over werkt. De zenuwen overspannen. Ik moet rust nemen. En zoo min mogelijk werken. Dan zal het wel gaan, meent de dokter." „Goddank", zeide z'n vrouw. „Als je nu zijn voorschriften maar trouw opvolgt, Albert. Men schen, zooals jij, die nooit met een dokter in aanraking komen, verzuimen dat meestal." „Ik zal mijn best er voor doen, Bertha", zei Meerendonk op luchtigen toon. „Heelemaal rus ten gaat natuurlijk niet. Maar wat kalmer aan zal ik het toch doen." „Kan ik je soms op het kantoor helpen vroeg Trude. „Neen, neen", zei hij haastig. „Dan moet je je eerst inwerken, wat een heele tijd duurt. En bovendien: de grootste drukte is voorbij." De eerste dagen zat Meerendonk heel veel in huis. Zoo nu en dan, als men hem bepaald noodig had, liet hij zich even op het kantoor zien. Maar op straat vertoonde hij zich heele maal niet. En toen de Zondag aanbrak, verkoos hij liever thuis uit de kerk te blijven II. Moe van den arbeid wierp Veenman, uit rustend in zijn stoel, beide beenen over elkaar, trekkend aan zijn sigaar. De kinderen waren naar bed. En de courant noodde tot lezen. „Ik heb vanmiddag mevrouw Zonruiter gesproken", zei z'n vrouw. „Zoo", merkt hij op. Het interesseerde hem bitter weinig. Hij mocht de wandelende praat jesmaakster niet graag lijden. „Ze vertelde, dat Truus Meerendonk over een paar maanden gaat trouwen." „Dat is geen nieuws", zei hij. „Bij Verbaan hebben zij een mooi aumeuble- ment besteld. Het moet nog al duur zijn. Het praatje over Meerendonk zal dus wel niet waar zijn", zeide ze. „Het was beter, dat zij er voor zorgden, dat Meeréndonk z'n geld terug kreeg, dat hij in hun faillissement liet zitten. Nu spelen Zon ruiter en z'n vrouw mooi weer. Het is schande 1" barstte Veenman los. „En dat heeft dan nog praatjes." „Ja, maar bij Meerendonk moeten ze ook niet doen, alsof er niets aan het handje is. Het lijkt daar wat, maar het is Opeens sprong Veenman op. Hij kreeg een duister vermoeden. „Jij hebtjij hebt toch niets van Meeren donk verteld vroeg hij met schrik in de oogen. „Ik heb gezegd, dat het praatje wél waar is", antwoordde zij, vurig hopend, dat haar man niet verder zou vragen, omdat zij schuldbewust was. Maar Veenman vroeg wèl verder. „Ik bedoel: Je hebt toch niets van de effecten verteld (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1930 | | pagina 1