PUROL
GRATIS
FEUILLETON
Langs een diepen weg
Economisch MoverziiDL
intensfd Nieuw»
V erkoopingen.
Marktberichten.
Brieven uit Amerika.
A. VERWAAL
ROTTERDAM
drongen worden door Kerstboom en Kersthulst
en Kerstcadeautjes
Verzadig uw ziel, maar niet uw stoffelijk
leven
Hier is verzadiging
Laat het op Kerstfeest waarachtig voor U
zijn God met ons, opdat ge straks, als ge bij
Golgotha staat, ook moogt gevoelen, God voor
ons en ook, straks als de dag van het Pinkster
feest vervuld wordt, ge moogt jubelen God i n
ons.
Zóó zult ge vrede hebben
UITKIJK.
Beste Vriend
Wij zijn alweer dicht bij den laatsten dag
van 't jaar. De winter heeft bij ons zijn intrede
gedaan met een laagje sneeuw, dat nog wel
niet hindert aan het autoverkeer op den weg,
maar het landwerk is hiermede toch afgeloopen.
Wij hebben een mooi najaar gehad, veel
voorbereidend werk yoor het a.s. voorjaar is
daardoor gedaan kunnen worden.
Ik dacht: voor de erge koude invalt, gaan
wij nog een autoreisje maken naar Detroit. En
ik wilde U medenemen op onze reis Om je
onderweg een en ander gedurende onzen tocht
te vertellen. De stad Detroit is ongeveer 162
mile bij ons vandaan. Een prachtige cementen
weg (of „beton" zeggen jullie, geloof ik) loopt
van ons huis tot aan die groote wereldstad.
Eerst nemen wij weg: M. 50, d.w.z. „Michigan
wegnummer 50", tot aan Grand-Rapids. De
wegen hebben bij ons geen nammen, maar num
mers, heel practisch, want dan weet je altijd
precies waar je een bepaalden weg zoeken
moet. Dis is slechts 12 mile (een mijl is onge
veer 1 Yi K.M., niet precies, maar het scheelt
niet zoo veel).
Grand Rapids is e'en echte Hollandsche stad.
Niet minder dan 36 kerken zijn daar van Hol
landsche afkomstIn de winkels en in de Banken
kan men vooral terecht met de Hollandsche taal.
Het is dan wel niet zoo mooi, als het in Rot
terdam op de bewaarschool gesproken wordt,
maar elkeen die Hollandsch kent, kan het ver
staan. Prof. Hepp noemde dit het allervolmaak-
ste Hollandsch: Friesch, Groningsch, Zeeuwsch,
Geldersch (en dan nog het Flakkeesch natuur
lijk dit alles door elkander, maakt het Hol
landsch in Amerika uitEn zonder men er daar
erg in heeft gaat men met dit door elkaar ge
roerde Hollandsch mede Je zult dit ook wel
aan mijn brieven merken 1
Toch vind ik het jammer, want de Holland
sche taal is te mooi en te rijk, om zoo ver
knoeid te worden. Maar wij leven in Amerika
waar de taal des lands Engelsch is En ik moet
zeggen, dat Nederland zelf ook wel een beetje
schuld aan die taalverbastering heeft. De Ne
derlanders zelf doen geen 'enkele moeite om
eenheid in de taal te bewaren. Dus mag men
dit ook niet van ons, Amerikanen, verwachten
Wij rijden deze mooie stad door, die naar
alle zijden uitbreidt, zoodat zij elke 20 jaar
verdubbelt in zielentalEn dan gaan wij aan
den anderen kant het Oosten in. „M. 16", nu
hebben wij een andere 150 mijl voor den boeg
Maar het rijdt prachtig. De zon heeft de sneeuw
van den cementen weg afgesmolten. Wij zijn
in een lange file achter elkaar. De zware
vrachtauto's gaan wij voorbij: wij rijden zoowat
45 a 50 mijl per uur en wij denken ons middag
maal in Detroit te gebruiken. Daar aan den
weg is een gasstation (benzinepomp). Zoo
staan er tientallen langs den weg. Daar nemen
we 5 gallon benzine, dat is 20 liter, en het
kost ons 1.04 dollar. Nu kunnen wij met onze
Ruwe Huid
Ruwe Handen
Chevrolet weer e'en 100 mijl gaan. Op onzen
weg passeeren wij kleine dorpen, bestaande uit
een winkel, een garage en een school, en bijna
overal vindt men in al die kleine plaatsjes een
dichtgetimmerde smederij. Dat vak heeft bij ons
afgedaan. De boeren laten hun paarden niet
meer beslaan, want zij komen niet meer aan den
weg en verslijten daarom ook geen ijzers
meerDeze tak van bedrijf is in de garage
terechtgekomen
Ginds zien wij den toren van het „Capitol"
van de stad Lansing. Lansing is de hoofdstad
van Michigan. Daar vergadert onze Staatsover-
heid. De Gouverneur is een uiterst eenvoudig
man. Zijn naam is Green, in het Hollandsch zou
dat „Groen" zijn. Hij is verleden jaar voor de
tweede termijn van 4 jaar gekozen. Ik zal je
in 't kort iets van Gouverneur Green vertellen,
om je te laten zien hoe wij hier met een eersten
man van de Staatsregeering omgaan. Ongeveer
7 jaar geleden besloten wij als grondbezitters
den Staat 17 voet grond te bieden langs den
weg, die van Grand Rapids naar het groote
Michiganmeer loopt, op voorwaarde, dat de
Staat dien weg verbreeden en er 40 voet cement
in deed. Daarvoor gingen wij, op z'n echt
Amerikaansch met een honderd automobielen
naar Lansings. Wij benoemden onder op de
trappen van het Capitol, het Gouvernements
gebouw, onzen woordvoerder. Zonder ons eerst
aangediend te hebben, lieten wij den Gouver
neur weten, dat wij hem met een 300 of 400
man kwamen bezoeken om hem te spreken. In
den namiddag om half twee werden wij in zijn»
ontvangkamer toegelaten. Natuurlijk moesten al
le stoelen groot en klein uit het geheele gebouw
bij elkander gebracht worden om ons te laten
zitten. In een prachtige ruime salon aan een
lange tafel met zwaar groen kleed, zat onze
Gouverneur. Hij zei: „well boys, what you
want?" (wel jongens, wat wil je hebben). Onze
woordvoerder stond op en zei ongeveer: „Wij
komen allen van het Michiganmeer en dicht bij
Grand Rapids, wij hebben al jaren lang groote
behoefte gevoeld aan een flinken cementen weg
tusschen het meer en de tweede grootste stad
in Michigan. Nu hebben wij als grondeigenaren
besloten dit op voordeelige wijze voor den
Staat mogelijk te maken, door aan eiken kant
van dien weg 17 voet grond weg te geven". Hij
zei: „Uw naam is Groen en Groen heeft een
tweeledige beteekenis: het kan beteekenen: on
wetend of dom; maar ook: jeugdig en frisch.
Het laatste zal echter wel op U van toepassing
zijn, anders zouden de kiezers van Michigan U
hier niet als Gouverneur in dit gebouw ge
holpen hebben. Wij spreken den wensch uit,
dat U uw zelf komt overtuigen van de nood
zakelijkheid en dat U de wegencommissie zal
dagen order gegeven, een aantal aangiften, welke
den laatsten tijd waren binnengekomen, te
verzamelen, ten einde e'en actie in te stellen,
om den man zijn vergunning als caféhouder te
ontnemen en had een van de inspecteurs van
den justitieelen dienst, de heer Maandag, in ver
band hiermee den man tegen Woensdagmiddag
op het bureau doen ontbieden, toen bericht werd
ontvangen, dat de man in een aanval van
delirium op zijn vrouw, zijn schoonzuster en
familieleden had geschoten en bij zijn arrestatie
deswege de agenten met zijn pistool ernstig had
bedreigd, waardoor de agenten genoodzaakt wa
ren geworden op hun beurt van hun revolver
gebruik te maken, waarbij de man op twee
plaatsen is geraakt.
Het verloop van de gebeurtenissei}, die in de
buurt van de Schildstraat, waarin de schiet
partij is geweest, natuurlijk veel opschudding
teweeg brachten, komt op het volgende neer
Maandag was er voor den zooveelsten keer
hoogloopende twist tusschen den cafééhouder
en zijn vrouw geweest, om welke reden zij dien
avond na sluitingstijd de echtelijke woning heeft
verlaten, om een toevlucht te zoeken bij haar
moeder, die in de Schildstraat woont, met een
paar zusters. Dinsdag is de man komen vragen,
of de vrouw weer bij hem terug zou willen
komen, wat zij, omdat hij dronken was, heeft
geweigerd. De man is daarop weggegaan en
heeft in den loop van den dag, vermoedelijk van
een Chinees op Katendrecht, een automatisch
pistool van het 6.35 m.M. kaliber met een hou
der met zes scherpe patronen gekocht. Wo'ens-
dag heeft hij in een café in de Martinus Steijn-
Voor doofheid is slechts één afdoende hulp 1 De ACOUSTICON. Nieuwe Plein 34, Arnhem
verzoeken dit te overzien. Wij geven U 6 maan
den tijd, zoo lang is ons aanbod van waarde."
De Gouverneur stond op van zijn stoel en
zeide wel bekend te zijn in die omgeving. Hij
zou de commissie er mede in kennis stellen en
binnen den bepaalden tijd van zich laten hooren.
Gevolg is geweest, dat wij nu een van de
mooiste wegen in Michigan langs ons huis heb
ben, die 10 millioen dollars gekost heeft. Deze
onkosten worden betaald door de belasting op
benzine. Het grondwerk, zooals het gelijkmaken
tusschen heuvels en dalen, is door gevangenen
verricht.
Ook is hier in de stad Lansing een groote
Staatslandbouwschool, waar duizenden acres
land aan verbonden zijn. Wij rijden door, steeds
het Oosten in'n Prachtige weg, maar druk
verkeer. Af en toe zien wij een rood licht.
Dat zegt ons te stoppen voor een dwarsweg.
Als dit licht groen wordt, gaan wij weer verder.
We passeeren nog eenige dorpjes en dan zien
wij een groot vierkant bord, waar met groote
letters op staat: „Detroit, City Limites", hetwelk
beteekent, dat wij aan de grenzen van de stad
zijn. Nu nog een uur rijden en dan zijn wij in
het hart van de stad.
Mijn vrouw heeft het goed geraden, het is
zoowat etenstijd. Wij stoppen, omdat wij een
groot electrisch bord zien, waarop staat „Res
taurant". Het is nog geen twaalf uur, maar dat
is wel goed, anders loopen die zaken zoo vol,
dat men bijna niet geholpen kan worden. Wij
kiezen van onze menukaart: soep, aardappelen
met carbonade, worteltjes en fruit, met brood
en boter 'en een kop koffie. Dit kost ons ieder
55 cent
Terwijl wij daar met elkander aan een
tafeltje zitten, zegt mijn vrouw: 't is eigenlijk
onzin om vanmiddag weer naar huis te rijden,
laten wij vannacht hier blijven en dan een en
ander gaan bezichtigen. Dit voorstel vond ik
niet zoo slecht. Wij telefoneeren naar huis,
dat wij vanavond niet thuis komen
Volgende week hoop ik iets van de stad
Detroit mede te deelen. In hoofdzaak gaan wij
de Ford-fabriek'en bekijken, tenminste zooveel
de tijd dit toelaatMen zou eigenlijk hier een
week moeten zijn om alles zoo wat te zien f
Groetend,
Je AMERIKAANSCHE VRIEND.
straat het pistool geprobeerd, door één schot
dwars door den vloer te lossen. Vermoedelijk
heeft hij nog een enkele scherpe patroon extra
in zijn bezit gehad, want naar later is gebleken,
was de houder van het pistool kort daarna weer
geheel gevuld. Opnieuw is hij naar de woning
van zijn schoonmoeder aan de Schildstraat ge
gaan. Aan een van zijn schoonzusters, die open
deed, vroeg hij om zijn vrouw te spreken. Zij
liet hem daarop doorloopen tot op den drempel
van de woonkamer, welke geheel achteraan de
gang van het benedenhuis is gelegen. In die
kamer bevonden zich op dat oogenblik, behalve
zijn vrouw, zijn schoonmoeder en de schoon
zuster, welke hem had opengedaan, nog twee
zusters van de vrouw, van wie er één gehuwd
is en het bovenhuis bewoont. Ook dezen keer
was de man weer dronken en daarom weigerde
de vrouw weer, met hem mee te gaan. Hij heeft
daarop zijn pistool uit zijn binnenzak gehaald
en geroepen: Je gaat er aan De het dichtst
bij de deur staande zuster heeft toen kans gezien
den man achteruit de gang in te duwen, waarna
zij de kamerdeur dicht wierp en op slot deed.
Op hetzelfde oogenblik evenwel klonk er een
fZ
SCHIETPARTIJ IN DE SCHILDSTRAAT
TE ROTTERDAM.
Een dronken man lost enkele pistoolschoten.
De politie schiet terug en arresteert hem.
Sedert langen tijd krijgt de politie in de vijfde
afdeeling, bureau Nassaukade te Rotterdam,
geregeld klachten over den 42-jarigen caféhou
der A. Sch. van de Maashaven. Niet alleen
is de man voortdurend onder den invloed van
sterken drank, maakt hij doorloopend ruzie met
zijn bezoekers, welke hij de vorige week Zater
dag nog piet een bijl heeft bedreigd, maar boven
dien mishandelt hij telkens weer zijn vrouw en
zijn schoonzusters, die nog al eens voor haar
in de bres moeten springen. Reeds enkele keer'en
is hij wegens dergelijke misdrijven tot gevange-
nistraffen veroordeeld en toevallig had de com
missaris van de betrokken afdeeling juist dezer
en franco zenden wij
aan ieder die er om
vraagt, het boek van
Priester H a m o n,
handelende over
Kruiden geneeswijze
Aanvragen te rich»
ten tot de drogisterij
der Fa.
le Mlddellandetr. 49 n
■i Telefoon 7959 Bi
20
schot. De kogel is dwars door de deur gegaan,
op een hoogte van slechts enkele decimeters
boven de vloer. Vervolgens heeft de kogel het
schort van de schoonzuster doorboord, zonder
haar evenwel te raken. De vrouwen uit de
achterkamer zijn toen luid om hulp gillend het
plaatsje achter de woning opgevlucht, waar een
van de zusters over de schutting is geklommen
naar het tuintje van de buren. Door het be
lendende perceel is zij daarna naar buiten ge
gaan, om de politie te waarschuwen. Inmiddels
was Sch. echter ook naar buiten geloopen en
voor het huis van de buren ontmoetten zwager
en schoonzuster elkaar. Dadelijk heeft S. op
nieuw op haar geschoten, maar ook ditmaal
werd niemand getroffen. De schoonzuster is
gevlucht, maar juist kwamen van de zijde van
de Slaghekstraat twee agenten aanloopen. S. is
daarop, nog steeds met zijn pistool in de hand,
voor hen uit naar den hoek van de Schildstraat
en Kokerstraat gegaan, waar hij zich tegen den
muur opstelde. De agenten stonden op dat oo
genblik ongeveer voor het pand, waaruit de
zuster te voorschijn was gekomen, dat is aan
de overzijde van de straat op een afstand van
circa 17 meter van S. Deze richtte zijn wapen
op de politiemannen en riep: „als jullie me ar
resteeren schiet ik". De agenten hebben tóen
ook hun revolver getrokken en op S. gericht,
onderwijl hem sommeerend, het wapen weg te
gooien, aan welke sommatie hij niet voldeed.
In dien tusschentijd waren evenwel twee an
dere agenten, die op het geluid van de schoten
waren afgekomen, omgeloopen ten einde te
trachten S. via de Wapenstraat in den rug
te komen. Deze poging mislukte evenwel, door
dat S. deze mannen te vroeg ontdekte. Hij is
den hoek omgegaan, de twee omloopende agen
ten tegemoet. De beide politiemannen, die in
de Schildstraat stonden, zijn dadelijk de straat
overgestoken om zoodoende aan den kant te
komen, aan welken S. zich bevond, waarna
zij heel behoedzaam den hoek zijn genaderd,
waarachter S. uit hun gezichtsveld was ver
dwenen.
Op het oogenblik, waarop zij om den hoek
van de straat konden zien, had S. de beide
andere agenten bereikt. De drie mannen stonden,
ieder met een geladen revolver in de vuist, op
nog geen meter van elkaar. Weer herhaalde S.
dat hij zou schieten als men hem zou aanraken.
Beide laatstgenoemde agenten, die bloedvergieten
wilden voorkomen, zijn daarop een weinig terug
gegaan, de Wapenstraat in, vanwaar zij S.
goe^lJn het gezicht konden houden. De- beide
uit de Schildstraat komende agenten hadden
zich inmiddels aan den anderen kant verdekt
opgesteld. S. bleef op den hoek van de Wapen
straat en de Kokerstraat staan. Om beurten
richtte hij zijn wapen op de vier politiemannen,
onder het uiten van allerlei bedreigingen. Na
hem nogmaals te hebben gesommeerd zijn pis
tool weg te gooien, zijn de agenten op S. gaan
schieten, waarbij zij vooral op zijn beenen heb
ben gemikt. Daarbij is S. in den rechtervoet,
ter hoogte van den hiel, en in de rechterlies ge
raakt. Eerst toen wierp hij zijn wapen weg,
waarna hij kon worden gearresteerd. Hij is
naar den hulppost van den geneeskundigen
dienst aan de Maashaven overgebracht, waar
uit de eerste wond een kogel is verwijderd en
bleek, dat het tweede schot slechts een schamp-
wond had veroorzaakt. De geneesheer oordeelde
zijn toestand niet gevaarlijk en gaf toestemming
den man in het politiebureau aan de Nassau
kade op te sluiten. Als hij ontnuchterd was, zou
hij aan een verhoor worden onderworpen. Het
pistool en het schort van de vrouw zijn in be
slag genomen. Gebleken is, dat uit den houder
van het pistool twee patronen waren afge
schoten. Een derde is in den loop klem geraakt,
waardoor S. is verhinderd meer keeren te
schieten.
EEN ZEER ZWARE REIS.
Uitgeput van honger te R'dam aangekomen.
Zaterdagavond is hier het Zweedsche s s-
»Malva«, met een bemanning van 12 man<
ongeveer zes dagen over tijd, uit Stromstad
in Oost Zweden, binnengekomen. Op 5 De
cember was dit schip, geladen met stèenen,
vertrokkenop den 6en December werd het
nog gesignaleerd, toen het Hirthals passeerde
doch nadien werd er niets meer van ver»
nomen.
Reeds was het schip te Londen aan de
herverzekeringsmarkt gebracht.
Bij de aankomst te Rotterdam bleek het
dat de bemanning nagenoeg was uitgeput van
honger.
Tien dagen had men in de zware stormen
op zee gezwalkt en was, daar de voedsel voor»
ziening slechts voor vijf dagen berekend was,
honger gaan lijden. Terwijl de stortzeeën dag
en nacht over bet schip sloegen, had men
het leven moeten houden op enkel scheeps»
beschuit en water. Toen het schip eindelijk
hier in veilige haven aankwam, lagen bijna
alle leden der bemanning in hun kooien,
flauw van den honger, uitgeput en lusteloos.
Door de N.V. Gebr. v. d. Boom's Stoom»
bootreederij is terstond voor ruime voedsel»
voorziening gezorgd.
De schepelingen, die zoozeer te lijden heb»
ben gehad zijn nu weer aan de beterende
hand.
Gedurende den laatsten tijd is de beurs te
New-York afwisselend geweest, maar per saldo
zijn de koersen vrij belangrijk omhoog gegaan.
Deze verbetering is naar verhouding van veel
grooter omvang geweest dan die der locale
fondsen hier te lande. De verklaring daardoor
is wel deze, dat het publiek hier in veel ge
ringer mate dan ginds aan dén handel deelneemt,
terwijl de beroepshandel natuurlijk op kleine
schommelingen werkt en de tegenover elkander
staande partijen beurtelings aan het woord zijn.
Slechts in enkele afdeelingen hebben de orders
van de zijde van het publiek wat meer te be
teekenen en daarin komen dan ook grootere
verschillen voor.
Van de afgeloopen week werd de meest be
langrijke gebeurtenis gevormd door de uit
voerige mededeelingen Dinsdag ter vergadering
van de Margarine Unie aangaande de overeen
komst met Lever Brothers en de resultaten in
het loopende jaar. Het eerste punt was uit den
aard der zaak voor de beurs te veelomvattend
om dit snel te kunnen verwerken. Met betrek
king tot de resultaten luidde de officieele mede-
deeling, dat het winstcijfer in 1929, na betaling
van het dividend of pref. aandeelen, ongeveer
39 millioen zal bedragen of iets boven 20
over het gewone aandeelenkapitaal. Men vernam
voorts, dat niettemin het dividend op de gewone
aandeelen beperkt zou blijven tot 10 hetgeen
trouw'ens reeds sedert eenigen tijd als vaststaand
werd aangenomen. De uitlating, dat het bestuur
dit dividend vooralsnög op 10 wenscht te
handhaven, maakte een onbevredigenden indruk
ter beurze, en deed een vrij gevoeligen koers-
teruggang ontstaan.
Philips Gloeilampen, die anders tamelijk ge
regeld met de Margarine Unie op en neer gaan,
waren prijshoudend. Aku's hadden ditmaal een
gunstiger koersverloop in aansluiting bij Berlijn.
Het publiek blijft echter ten aanzien van dit
fonds meerendeels terughoudend, daar de vrees
bestaat, dat nog veel materiaal, uit de emissie
overgebleven, zal moeten worden gespuid. Van
Berkel's lusteloos. In aandeelen Acoustiek heeft
er den laatsten tijd een opleving plaats gevon
den ten gevolge van geruchten i.z. bereikte of
te verwachten overeenstemming met de Ameri-
kaansche belanghebbenden.
Suikeraandeelen afbrokkelend. Wel zal de
campagne op Cuba twee weken later worden
ingezet, maar de lage noteering van het pro
duct werkt ontmoedigend, waarbij kwam, dat
de berichten over deni oogst niet onverdeeld
gunstig luiden. Aandeelen Koninklijke bleven on
geveer op vorige koersen dobberen. De tabaks-
afdeeling had opnieuw eenig aanbod te ver
duren. Rubberaandeelen bij voortduring gedrukt
door de weinige hoopvolle vooruitzichten: de
voorraden in Engeland stegen verder met 1073
tot 71.353 ton. Scheepvaartaandeelen verlaten.
Singkep lager op de mededeeling, dat er geen
dividend zal worden uitgekeerd. Amerikaansche
fondsen per saldo hooger in aansluiting bij
New1-York.
Vrijdag 27 December, te Stellendam, in het
Logement Ka-shock, bij inzet en Vrijdag 3
Januari, te Stellendam, in het Logement Mijn»
ders, bij afslag, telkens des namiddags 3 uur,
van
a een huis met schuur en verdere opstallen
en bouwland, te Stellendam, in kavel 22 Een»
drachtspolder onder den Buitendijk, groot
1.15 60 HA. of 2 G 155 R. V. M
b een perceel bouwland te Stellendam, in
kavel 22 Eendrachtspolder, aan den Langeweg,
groot 0.87 90 H A. of 1 G. 274 R V. M.en
c. een perceel bouwland te Stellendam, in
kavel 57 Eendrachtspolder, aan den Plaatweg,
groot 0.55.37 H A. of 1 G 62 R. V. M.
Alles dadelijk na de toewijzing in gebruik 1
te aanvaarden.
Ten verzoeke van Mej de Weduwe M. van
Seters Lz. Notaris VAN DEN BREG.
Op Zaterdag 28 December 1929, v.m. 10 uur,
te Ouddorp, in den Ouden Oostdijk aan den
Bovenweg, op stuk genaamd „De vier Gemeten"
van zeer zwaar meerendeels wilgenhout, ge
deeltelijk om te hakken en gedeeltelijk om te
rooien. Ten verzoeke van den heer D. Goekoop
te Goedereede.
Notaris VAN DER SLUYS.
MIDDELHARNIS.
Veiling van Dinsdag 17 December,
Spruiten f 5,— tot f 11,20.
Kroten f 3,60,
Armgaard f 7,60 tot f 11,—.
Campagners f 8.80.
Zoete appelen f 6,20 tot f 9,20.
Huismanszoet f 10,90 tot f 11,20.
Goudreinet f 10,80.
Bellefleurs f 4,— tot f 7,20.
Schij velingen f 9,10.
Kleiperen f 5,10 tot 5,70.
Bergamot f 4,60 tot 9,10.
ROTTERDAM, 17 Dec. 1929.
Op de heden in ons Veilingslokaal, War<
moezierstraat 37—39, gehouden Veiling, wcr
den de volgende prijzen besteed
Kipeieren. f 5,35 tot f 10,05
Eendeieren7,05 tot 8,50
Ganseieren tot -,—
Middenprijs f
Aanvoer 145.000 stuks.
DE ROTTERDAMSCHE VEILING
door
H. ZEEBERG.
27)
„Och, dat spreekt vanzelf, mijnheer", meende
Veenman ongeduldig. „U voorziet den handel
van geld. Zoo zal het wel komen, dat men
meent, dat u er meer van weet,"
„Goed, stel, dat het nu zoo is, dan ga ik toch
niet klappen Het is best mogelijk, dat Meeren-
donk er niet al te best voor staat. Maar dat
vertel ik dan toch niet aan ieder, die het mij
vragen komt Het zou den man kwaad kunnen
berokkenen, terwijl zijn moeilijkheden meer van
tijdelijken aard zouden kunnen zijn."
„Dat wil ik gaarne aannemen", zei de heer
Sanderse. „Maar daar verandert mijn standpunt
niet van. Veronderstel, dat ik iets wist van
mijnheer Meerendonk, dan zou ik het nog niet
vertellen. Ieder zakenman heeft wel eens moei
lijkheden. Maar daarover behoeft niet gepraat
te worden. Hij heeft er maar last van."
Veenman wist genoeg.
Er was wat van waar, van Meerendonk, dat
was wel op te maken uit de voorzichtige woor
den van den bankdirecteur, maar deze liet niets
uit, de leeperd.
Hij besloot zijn laatste troef uit te spelen.
„U erkent met uw woorden dus, mijnheer,
dat het met Meerendonk niet zuiver zit."
„Dat erken' ik volstrekt niet. Hoe komt u
er bij
„Maar u ontkent het toch ook niet."
,,'k Heb noch reden, om te erkennen, noch
"om het te ontkennen. U weet dus van mij niets."
,,'t Spijt mij wel", zei Veenman, die opstond.
,,'k Had gaarne zekerheid gehad."
V.
„En
,,'k Zal je precies vertellen, Lies, hoe het
gesprek geloopen heeft", antwoordde Veenman
en vertelde.
En hij besloot: „Als het gerucht pertinent
onjuist was, dan zou mijnheer Sanderse het
zeker wel gezegd hebben. Nu hield hij zich
van den domme. Naar mijn overtuiging staat het
niet goed met mijnheer Meerendonk. Nu moet
je zelf maar weten, wat je doet. 'k Heb je
gewaarschuwd. In dit geval zijn je effecten niet
veilig. Voor alle zekerheid zou ik ze terug
vragen."
„Had ik ze maar nooit uit handen gegeven",
zuchtte de weduwe Mieras.
„Ja, dat is nu eenmaal gebeurd, 't Verstandigst
is, met mijnheer Meerendonk te gaan praten
en ze terug te halen. Dan komt hij niet in
de verzoeking en jij wordt van schade gevrij
waard."
VEERTIENDE HOOFDSTUK.
I.
Het was de avond vóór het vertrek van Henk.
De bedoeling was, dat hij vóór de bruidsdagen
niet weer komen zou. Dus was het een afscheids-
samenzijn.
Om negen uur werd er gebeld.
,,'k Hoop toch niet, dat we gestoord worden
zei Trude. „Bezoek kunnen we nu eigenlijk niet
afwachten."
Maar alleen Wies keerde terug.
„Vader, daar is juffrouw Mieras. Zij vroeg u
dringend alleen te spreken. Ik heb haar in het
kantoor gelaten."
Meerendonk werd eerst vuurrood, daarna lijk
wit.
„Ja, ik kom", stotterde hij, opstaande.
Hij wankelde bijna de kamer uit.
„Wat heeft Vader?" vroeg Henk fluisterend
aan Trude.
,,'k Weet het niet", antwoordde deze, on
gerust. ,,'k Begrijp er niets van."
Opeens was er, zonder dat een verklaring
gegeven kon worden, een beklemming op het
viertal gekomen. Slechts sleepend werd het ge
sprek voortgezet.
Mevrouw Meerendonk zweeg geheel.
Zij had gezien, hoe haar man opeens een paar
groote schrikoogen kreeg en wezenloos vóór
zich uitstaarde.
„Wat is er vroeg zij zich angstig af.
Met moeite kon zij de neiging om hem achter
na te loopen, onderdrukken.
Haar hart bonsde.
Het angstzweet brak haar uit
II.
Zich inspannend met al de kracht die in hem
was, om toch maar gewoon te schijnen, betrad
Meerendonk het kantoor.
Hij vond er de weduwe Mieras zitten, zicht
baar zenuwachtig.
Meerendonk gaf haar de hand, die zij werk
tuigelijk aannam.
„Juffrouw Mieras."
„Meerendonk."
Zij zag hem strak in de oogen, die hij af
wendde
Er heerschte even een tastbare, beklemmende
stilte in het kantoor.
„U hebt mij te spreken gevraagd waagde
Meerendonk dan op te merken.
Hij ging aan zijn bureau zitten en vermeed,
de weduwe aan te zien.
„Ja, Meerendonk", zei deze nerveus. „Maar
'k weet niet hoe ik beginnen moet. Deze stap
heeft mij een paar slapelooze nachten gekost.
Maar eindelijk heb ik de stoute schoenen aan
getrokken."
Meerendonk begreep alles.
Hij had nog de stille hoop gekoesterd, dat het
iets anders zou zijn. Maar deze inleiding was
voldoende. Hij was verloren.
Juffrouw Mieras wachtte even, omdat zij
meende, dat Meerendonk spreken zou, haar met
een enkel woord zou aanmoedigen. Nog altijd
kón zij het niet gelooven
Maar Meerendonk sprak geen woord. Hij
durfde niet, was bang voor zijn eigen stem
geluid. Ook staarde hij recht vóór zich uit.
Het werd de weduwe bang om het hart.
Doch zij moest nu doorzetten.
Aanvankelijk had zij eenvoudig haar effecten
willen terugvragen met de mededeeling, dat zij
die verzilveren wilde. Maar die pertinente leugen
kon zij niet op de lippen nemen.
Tenslotte had zij het beter gevonden, open en
rond voor de zaak uit te komen. Als er van het
gerucht niets waar bleek, zouden zij beiden er
eens om lachen en het was afgeloopen.
Zóó had zij gedacht. Mbar het eigenaardige
optreden van Meerendonk gaf haar bijna zeker
heid, dat iets niet in den haak was.
Nóg sprak hij geen woord.
„Ja", aarzelde zij, „men heeft mij verteld, dat
ge den laatsten tijd er heel slecht voor staat."
„Hecht u ook al geloof aan die praatjes
vroeg Meerendonk plotseling.,
Hij had zich beheerscht. Mischien kon hij
Jiaar, al stuitte het hem geweldig tegen de borst,
om den tuin leiden.
„Neen, ik kan het niet gelooven. 't Zou me,
als het waar was, vreeselijk voor u spijten. Maar
u begrijpt, dat ik graag zekerheid had, in het
geval, waarin ik tegenover u en u tegenover mij
verkeert. Anders had ik er natuurlijk niet mee
te maken."
„Wie heeft u dat meegedeeld vroeg hij
op den man af.
„Mijn zwager Veenman heeft mij gewaar
schuwd. Hij had het uit goede bron, al kon hij
het moeilijk gelooven. U begrijpt, als het waar
is, dat ik liever mijn effecten maar terug heb.
Ik verdenk u van niets, 'k heb er geen reden
toe", haastte zij zich te zeggen, „maar terwille
van de zuiverheid is het beter. Het is mij niet
gemakkelijk gevallen, hierheen te komen, maar
'k moet toch ook rekenen met mijn belangen,
die ik niet mag verwaarloozen, 'k Hoog nu maar
dat u mij kunt gerust stellen en dat er van het
gerucht niets waar is."
„Iets van het gerucht is wel waar, juffrouw
Mieras", zei Meerendonk. „Ik heb tegenslag
.gehad, doordat anderen, die ik geholpen had,
mij stroppen hebben bezorgd. Maar dat betee
kent niet, dat er reden voor ongerustheid behoeft
te zijn. Er is werkelijk geen reden voor u, om
uw effecten terug te vragen."
De bezoekster hoorde in zijn woorden weife
ling. Hij sprak niet uit volle overtuiging. Haar
besluit stond nu vast: zij zou de effecten mee
nemen, zelfs op gevaar af, dat hij er zeer ont
stemd over zou zijn. Dan was zij in ieder geval
verantwoord.
,,'k Ben blij dit te vernemen", zeide zij. „Uw
toestand wordt erg zwart afgeschilderd, 't Komt
weer eens uit, dat de menschen er altijd een
massa bij doen."
„Zoo is het", vond ook Meerendonk.
Hij voelde zich wat opgelucht. Het scheen,
dat de weduwe Mieras gerustgesteld was.
Maar oogenblikkelijk daarop was het, alsof
hij door den grond zakte, met stoel en al.
Want hij hoorde haar zeggen: ,,'k Hoop, dat
u uw zaken spoedig in het reine hebt. Maar me
dunkt het beter, en mijn zwager vindt dat ook,
dat ik mijn effecten meeneem. Uw ontvang
bewijs heb ik meegebracht."
Nerveus zocht zij in haar taschje.
Met ontzaggelijke inspanning van krachten,
elke zenuw in zijn lichaam trilde er van, be-
heerschte Meerendonk zich.
„Waarom zoudt u ze meenemen vroeg hij,
bijna toonloos. „Dat is toch een ongemotiveerd
wantrouwen
„Neen, Meerendonk" antwoordde zij op vas
ten toon nu, „wantrouwen is het niet, 'k geef
er u mijn woord op. 'k Heb er niet de minste
reden toe. Maar maar", zij wist nu niet goed
het rechte woord te vinden, „maar wij allen
zijn zondige menschen. Als u in financieele moei
lijkheden zit, dan zou het kunnen gebeuren, dat
.(Wordt vervolgd).
f