Antirevolutionair
Orgaan
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
BIGGELAAR'-',
STEYAER
GRATIS
No. 3594
ZATERDAG 30 NOVEMBER 1929
44STE JAARGANG
IN HOC SIGNO VINCES
EERSTE BLAD.
Haat het booze!
Op den Uitkijk.
Fa. W. BOEKHOVEN A ZONEN
Het nadrukken van den Inhoud van dit Blad is verboden overeenkomstig de Wet op het Auteursrecht.
A. VERWAAL
VANDAAG
ZIJN ZE AANGETEEKEND
Deze Courant verschjnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post f 1,— bij vooruitbetaling!
BUITENLAND b| vooruitbetaling f 8,50 per jaar,
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEEFSTER:
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 Postbus No, 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.- per plaatslag.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zfl beslaan»
Advertentiën worden Ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
XV.
Zouden we aan de trekken van het
ziektebeeld, dat de religie kan vertoo-
nen, nóg één trek toevoegen
Zouden we nog een artikel wijden,
durven wijden aan het geweldige
gevaar, waarin zoo velerlei mysti
cisme is verstrikt geraakt
Néén, en nog eens: néén!
We willen dit gevaar wel noemen;
we hébben het reeds aangeduid in
^het artikel, dat tot titel voerde: „Hij
gend hert."
Het is de gruwel der o n z e d e 1 ij k-
h e i d
We zullen er niet over uitweiden.
Maar is het niet allerbedroevendst
neen, wijs niet naar de groote ste
den dat de onzedelijkheid meest
d a a r de spuigaten uitloopt, waar men
veel spreekt, ja spreekt, over
's menschen onmacht.
Niet let wel alsof ik het be
lijden van de absolute onmacht
des menschen afkeur.
Ganschelijk onbekwaam
tot eenig goed?
Geneigd tot alle kwaad?
En we antwoorden van heeler harte
met onzen geliefden Heidelberger: J a
w IJ
I I
(Vraag 8).
Wat we dan bedoelen?
Dit
Dat er o zoo veel gepraat wordt
over onmacht, maar dat die on
macht niet wordt gevoeld
Integendeel
Zoo maakt „d e z e" leer der on
macht zorgelooze en godde-
1 o o z e menschen (Vraag 64 Heidelb.
Catechismus)
Daarom kan dat zich beroepen op
z'n onmacht niet Schriftuurlijk zijn.
Want de Schrift kweekt geen zorge
looze en goddelooze menschen. Waar
ligt dan de fout
Als men zoo den mond vol heeft over
's menschen onmacht, waar blijft
dan de verbrijzelde geest, die uit
de diepte roept om genade
Waarom wacht men dan niet met
het gepraat over onmacht, tot men
voor Gods Rechterstoel staat
Als de Hoogste Rechter wat Hij
genadig verhoede soms moest von
nissen: „Ga weg van mij, gij ver
vloekte, in het eeuwige vuur maak u
dan weerbaar, zooals ge dat hier be
neden waart met uw leer der onmacht
en hef het hoofd moedig op om dien
Rechter te antwoorden
„Hoe kón ik Ik ben onmach
tig!. G ij, Rechter, hebt m ij
niet getrokken met koorden van
liefde en menschenmin."
Maar dat dorsten zelfs de vervloek
ten niet.in Mattheus 25! Zij hadden
den Heere niet hongerig gezien, of dor
stig, o£ een vreemdeling, of naakt, of
-rank, 0f in de gevangenis, anders
hadden ze Hem wel gediend
Niet gekund??
Gij hebt Hetéénvan deze min
sten niet gedaan, dus Mij ook
niet! (Matth. 25 4j4^
Het had wél gekund, maar aan
dat kunnen was men niet toegeko
men Men was bij het n i e t- w il 1 en
reeds blijven steken
En zoo is het nóg
Het prate n over 's menschen o n-
m a c h t is zoo menigmaal slechts pra
ten. Omdat het voorop staat, dat
men niet w i 1, werwaats God wil.
En nu is het niet-kunnen o
zoo'n mooie term om godzaliglijk zijn
niet-willen te bedekken.
„Jeruzalem, Jeruzalem, gij die de
Profeten doodt, en steenigt die tot u
gekomen zijn, hoe menigmaal heb ik
uwe kinderen willen bijeenvergaderen,
gelijkerwijs een hen hare kiekens bij
eenvergadert onder de vleugelen, en
gijlieden hebt niet gewild!" (Matth.
23 37; Luc. 13 34).
O, bid God, dat H ij u van het ge
goochel met uw onmacht afhelpe,
want u zelf er van bevrijden kunt
ge niet! Gij wilt nietEn dat is
uw verantwoordelijkheid!
Waarom bezwijkt ge niet onder
die verantwoordelijkheid!
Waarom vlucht ge, voor zulkt een
verantwoordelijkheid beducht, niet tot
u w Heil and, met de zielekreet
„Red mij van mijn onwil, want ik
kan me er niet van losmaken Mijn
onwil houdt mij gevangen Buig G ij
dien wil en ik zal kunnen!"
En wat we zeggen willen over o n-
macht in verband met ons onder
werp, is dit. Dat niet weinig onze
delijkheid vergoelijkt wordt, met den
dekmantel van de menschelijke o n-
macht. Ja, driewerf ja, ge z ij t on
machtig! Maar dat is de straf
op uw goddelooze onwil! Gij keert
de zaak óm En o als ge maar
d o r s t en als het maar waar was
ge zoudt de schuld van uw verdoemenis
o zoo graag op uw Schepper wer
pen, want g ij kunt immers niet!!
Nu alleen kunt ge dat woordeken
„o n m a c h t" gebruiken als een oor-
k u s s s e n, ook om uw o n z e d el ij k
leven te b 1 ij v e n leiden
Dat we het hier niet over uit
zonderingen hebben, kunnen de
meeste lezers weten
Ook 't gedwongen hu wel ij k
als inheemsche zonde is of
ge wilt of niet een flagrante schen
ding van Gods ordinantiën voor het
zedelijke leven
Waarbij het allerergste is, dat be
paalde slechte gewoonten, bepaalde
schendingen van Gods heilige
Wet, door het menigvuldig voorkomen,
zoo erg niet meer gevonden wor
den. Alsof God de Heere óók zoo oor-
deelen zal,
Het verband tusschen het gepraat
over 's menschen onmacht en de
w i 1 om schandelijk te leven, bestaat
dus wel.
„A 11 e onkuischheid vervloekt
zegt onze Catechismus in vraag 108.
Alle! Ook die van den vrome!
En al zal straks zijn eindevrede
zijn, omdat dit hangt aan de verkiezing
Gods, daarom blijft zijn 1 e v e n te ver-
oordeelen. Laat 't einde exempel
zijn; de Heere roept op, niet tot een
godzalig einde, maar tot een
Hem gewijd leven. Een leven, dat
Hem verheerlijkt; een leven, dat Zijn
Naam doet schitteren te midden
van een krom en verdraaid geslacht;
een leven, dat dien Naam niet door
het slijk sleurt door er een eigen
„moraal" op na te houden.
Want zoo staan de zaken nu een
maal
En alle vroom of onvroom gepraat
verandert aan de waarheid van dat
feit letterlijk niets
Zóó komt het Goddelijk Woord tot
ons, scherpsnijdender dan eenig twee
snijdend zwaard
En ook nü, door het lezen van dit
eenvoudige artikel, is uw verant
woordelijkheid grooter ge
worden.
Hoe is u w positie tegenover den
Man van Galilea, die sprak en
spreekt: „Bekeert u en geloof
het Evangelie (Marc. 1 15). Stuit
dat woord ook op uw hart af als op
dat van Farizeeërs en Schriftgeleerden?
Die ook niet wilden. En in hun zon
dige levensrichting wenschten te vol
harden
Als dan werkelijk Gods stem met
majesteit insloeg in uw binnenste en
gij die stem herkent als die van uw
hemelschen Vader, zie dan toe, dat tot
u niet het verwijt komt: „Ben Ik dan
een vader, waar is mijne eer?" (Mal.
1: 16). „Indien gij Hem liefhebt, zoo
bewaart Zijne geboden!" (Joh. 14
vs. 15). „Die Hem niet liefheeft, die
bewaart Zijne woorden niet;
en het Woord, dat gij hoort, is het
Woord des Vaders!" (Joh. 14 24)
Dat Woord spreekt tot een iegelijk,
bovenal tot den vrome „G ij zu 11
nietechtbreken!" (Ex. 20 14)
„H aat het booze en hebt lief
het goede!" (Amos 5 14 en 15).
„Haat ook den rok, die van het
vleesch bevlekt is!" (Judas 23).
DE VERBINDING MET FLAKKEE.
Ons Tweede Kamerlid, Prof. Visscher heeft
bij de behandeling der Algeineene Beschouwin
gen van Waterstaat gewezen op de verbinding
met Flakkee.
Zeer terecht merkt Prof. Visscher op, dat het
toch eigenlijk niet aangaat dat een eiland met
32.000 inwoners is overgeleverd aan de wille
keur van een bepaalde maatschappij, die zich
blijkbaar ook van de verkeersbehoeften der
overige Zuid-Hollandsche Eilanden weinig aan
trekt. De R. T. M. trekt zich van rechtmatige
klachten niets aan en het Departement doet er
ook niets aan.
De minister heeft toegezegd, dat hij de zaak
zal onderzoeken en heeft zich derhalve een ant
woord op de vragen van Prof. Visscher voor
behouden.
Of 't ook helpen zal
KLACHTEN OVER HET KIESSTELSEL.
Ons Tweede Kamerlid, de heer v. d. Heuvel,
heeft in de Tweede Kamer de vraag ter sprake
gebracht, of het niet wenschelijk is een wijziging
van ons kiesstelsel te overwegen.
Het huidige stelsel van evenredige vertegen
woordiging bevredigt niet.
De klachten zijn dan ook algemeen.
Aanbevolen werd een kiesstelsel met Provin
ciale districten, zooals België dat kent.
Ongetwijfeld zou een zoodanig stelsel te ver
kiezen zijn boven hetgeen waar we nu mee op
geknapt zijn
Een belangrijke factor zou al zijn, dat er weer
een meer zedelijken band tusschen kiezers en
gekozenen zou kunnen komen.
En een tweede factor zou zijn dat uitwassen
zooals we nu kennen, dat b.v. een man, die
over het geheele land een 30.000 stemmen haalt,
zich een plaats in de Volksvertegenwoordiging
zou weten te veroveren, wat niet anders dan
tot schade van ons parlementair stelsel kan uit-
loopen.
Het is dan ook begrijpelijk, dat deze opmer
king van den heer v. d. Heuvel al direct instem
ming vond bij andere partijen.
Zeer terecht merkte de heer Schokking op,
dat het betreurd moest worden, dat de heer
Kersten er direct een politiek zaakje van maakt.
Het is een legende die direct maar bij de ge
boorte gesmoord moet worden, n.l. dat het den
heer v. d. Heuvel er om te doen zou zijn, de
S.G.P. den nek om te draaien.
Zooals de heer Van den Heuvel dan ook
terecht opmerkte, zou ook bij een provinciaal
districten stelsel, de S. G. P. haar 2 of 3 zetels
kunnen behouden, juist omdat zij slechts in een
paar provincies kracht ontwikkelt.
Intusschen, al wordt de wenschelijkheid van
wijziging in de Tweede Kamer eens betoogd,
daarmee is het er nog niet.
Voor wijziging van kiesstelsel is heel wat
noodig
Toch is het goed dat er in de Tweede Ka
mer als vast eens op gewezen wordt.
Clemenceau gestorven
Die zeer sterk zijn tachtig jaren
Maar de dood komt tóch en hij overwint
Frankrijks Lenin is hij genoemd. De oude Tij
ger„Père de la Victoire
Vader der Overwinning
Het verdrag van Versailles was zijn geestes
kind. In Mei 1919 zou het aan de Duitschers
overhandigd worden. Vijf minuten voor drie
kwam de Duitsche delegatie binnen en Clemen
ceau sprak toen kortaf„Het is noch de tijd,
noch de plaats voor overbodige woorden. Gij
staat tec/enover de vertegenwoordigers van de
kleine en de groote geallieerde en geassocieerde
mogendheden, die zonder ophouden meer dan
vier jaren den oorlog hebben gevoerd, die hun
werd opgedrongen. Het uur der groote afreke
ning is nu gekomen
En toen werd den Duitschers het „Verdrag
van Versailles voorgelegd
Onmogelijke eischen werden daarin aan de
Duitschers opgelegd. De bedoeling was klaar
blijkelijk om de Duitsche natie voor eeuwig de
onderworpene te maken van de Franschen en de
Engelschen.
En bij al die eisch'en was ook deze gesteld
dat Duitschland zou erkennen dat hij de oorzaak
van den oorlog was
Van het Verdrag van Versailles is niets te
recht gekomen.
Het is herzien en nog eens weer herzien en
weer eens veranderd en laatst is het in Den
Haag schier door een geheel ander vervangen.
Duitschland kon het Verdrag van Versailles
niet volbrengen. Misschien was het de bedoe
ling van de opstellers ook niet geweest, zou het
niet veel meer in hun bedoeling gelegen hebben
om die eisch'en zóó groot te maken, dat Duitsch
land in de schuld bleef ten eeuwigen dage
De wereldgeschiedenis is echter het wereld
gericht.
En de wereldgescheidenis zal ook het recht
vaardig gericht brengen over den staatsman
Clemenceau
Of is er reeds gericht gehouden
Toen niet lang daarna hem het Presidentschap
van Frankrijk onthouden werd, sprak Lloyd
George „Frankrijk verbrandt zijn Jeanne
d'Arc
En de oude Tijger moest zich in de eenzaam
heid van zijn studeercel terugtrekken
Feitelijk miskent door het volk dat naar zijn
eigen zeggen tot de overwinning geleid heeft.
En in de eenzaamheid van die studeercel
moest hij gadeslaan, dat zijn werk, hoewel uiter
lijk door Frankrijk tegën over de andere Mo
gendheden verdedigd, toch naar den geest ver
moord werd. Want zonder anuleering van het
Verdag van Versailles zou het onmogelijk zijn
geweest een verhouding tusschen Duitschland en
de vroegere vijanden te verkrijgen als nu be
staat. Dat Duitschland als vrije mogendheid ge-
en franco zenden wij
aan ieder die erom
vraagt, het boek van
Priester H a m o n,
handelende over
Kruiden geneeswijze
Aanvragen te rich
ten tot de drogisterij
der Fa.
le Middellandetr. 49 11
ROTTERDAM
OM Telefoon 7959 M
20
Iijkwaardig met de andere Europeesche naties
weer het hoofd opheft is ondanks Clemenceau, is
ondanks het Verdrag van Versailles
Het wereldgericht was er reeds
Maar over tientallen jaren zal het voor ieder
duidelijk zijn, beter dan nu, wat dit wereldge
richt over Versailles en over Clemenceau te
zeggen heeft
Toen Clemenceau in het begin van 1918, dus
toen de oorlog nog in vollen gang was, als eers
te minister in de Fransche Kamer trad legde hij
de volgende verklaring' af „Ik heb de macht
niet gezochtIk doe geen beloften ik zal
den oorlog voeren. Zie daar allesMeent
gij dat de mannen in de loopgraven, de vrouwen
en kinderen in de fabrieken, niet aan den vrede
denken Ook wij denken er met hen aan. Voor
de waardigheid van het leven, gewaarborgd
door den vrede, vechten zij. Als gij mij vraagt
naar ons oorlogsdoel, dan is mijn antwoord
mijn doel, dat is overwinnaar te zijn."
Aldus Clemenceau.
Le père de la Victoire
Hij werd de vader der overwinning
Maar toen was zijn levenswerk ook volbracht
Hij bracht het niet meer tot ministerpresident
en moest zich in de eenzaamheid van zijn stu
deerkamer terugtrekken.
En daar schreef hij een boek
Pijpeman is bruidegom
En Bestevaer is bruid.
Over 14 dagen dus
Vertrekt de huwelijksschuit!
Aangezien Pijpeman's uitschuif,
tafel te klein is om U allen van
avond aan zijn tafel te noodigen
deelt hij mede, dat de hoofdschotel
van 't feestdiner Bestevaer's
Rooktabak overal voor U ver
krijgbaar is. Het feestcomité.
PER&POND
Dat boek handelt over Demosthenes
Wie Demosthenes is geweest
De Clemenceau der Grieksche oudheid
Of moet ik zeggen dat Clemenceau de De
mosthenes der twintigste eeuw was
Demosthenes was Athene's grootste redenaar
en staatsman.
Eerst sprak hij zeer gebrekkig, maar door zijn
ijzeren wil wist hij zich te oefenen en werd hij
de grootste redenaar die Griekenland gekend
heeft. En dat wil wat zeggen.
Maar behalve redenaar was hij ook staatsman.
Door groote inwendige verdeeldheid werd
Griekenland in de dagen van Demosthenes ver
zwakt en toen kwam de vijand, koning Philippus
van Macedonië. Door een deel der Grieken was
hij tot scheidsrechter ingeroepen en eenmaal in
Griekenland wist hij zich er al vaster in te wer
ken.
En nu werd het de groote taak van Demos
thenes om tegen koning Philippus te waarschu
wen.
Het gevleugelde woord nóg in onze taal gang
baar „philippica's houden" is aan deze voortdu
rende waarschuwingen van Demosthenes ont
leend.
Maar het redenaarstalent van dezen grpoten
staatsman kon Athene niet redden. Hij kreeg het
nimmer zoover dat alle Grieken zich vereenig-
den en fn een slag moest Griekenland het onder
spit delven. Koning Philippus won het en werd
heerscher over het Helleensche ras. Het was met
de onafhankelijkheid- van Griekenland gedaan.
Is Clemenceau de Demosthenes der twintigste
eeuw
Men zegt dat er een tendenZj een bedoeling
in het boek van Clemenceau zit 'en dat zal wel
waar zijn. Zonder bedoeling schrijven zulke
menschen geen boeken.
Heeft Clemenceau den mensch der twintigste
eeuw willen suggereeren, dat hij een moderne
Demosthenes is geweest in den wereldoorlog
Demosthenes trachtte door zijn vurig woord
de Atheners duidelijk te maken dat met Grieken
land de beschaving der wereld zou ondergaan.
Wil Clemenceau van Frankrijk hetzelfde zeg
gen. Is Frankrijk het land der cultuur en bescha
ving en zijn de Duitschers het volk dat het er
op toelegde om de moderne beschaving fen onder
te brengen
Niet Clemenceau zal het wereldgericht uit
schrijven.
En zijn boek zal op het eindoordeel over den
vreeselijken wereldoorlog geen invloed uitoefe
nen.
De wereldgeschiedenis is het wereldgericht en
die wereldgeschiedenis wijst nu reeds op een an
deren uitslag van het wereldgericht dan Clemen-
seau misschien in zijn boek heeft willen sugge
reeren
En tenslotte, niet de mensch maar God Al
machtig houdt de draden van het wereldgebeu
ren in £ijn vingeren. Dat is een groote troost,
hoe het ook ga.