Antirevolutionair Orgaan voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden feuilleton -ALBUMS IN HOC SIGNO VINCES Langs een diepen weg T. 1929 No. 3569 WOENSDAG 4 SEPTEMBER 1929 44ste JAARGANG. V. «I van 1904 van 1925 ILIGATIEBABK ILIGATIEBABB DIRKSLOliD - Tele! 162 Provinciale Staten van Zuid-Holland BBHBBBEBtZflBEI :s f 3.- Groep A, C Bi0 Natuurlijk zijn de regeeringen aan hun par M. MIJLAND a. B. ROOS ROTTERDAM 'sauonds uan 6,30-8.30 uur NEERBUIZEN Isigezondeti Stukken. De waterleiding van Flakkee. Amsterdam 1928 voor geheel gaiiën waarbij >t een prijs I op beleening in Een en voordeelen ren de Combinatie tingen deelnemen 120.000 72.000 60.000 48.000 36.000 30.000 28.800 7 200 14.400 14.400 28.800 23.616 43.200 57.600 113.400 697.416 geschiedt. Maande» >or deze Groep :re trekking. )bligatiën, in 't bij» >p in loopende reke» toegez. door de l. |C. Hooftstr. 165 opzenden aan de 17 Mdebode (rekening van f 3.—, pi*) kunnen worden ding van het Koop» (de op de voordeelen pemie.Obligatiën en i loopende rekening. Ihr. Deze Courait verschijnt eiken WOENSDAG en 7 ATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franc per post f 1.— b§ vooruitbetaling, BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIjKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS W. BÖEKHO¥EM %®NEN SOMMELSDIJK Telef. lnterc. No. 202 Postbus No. 2 ADVERTENTIÈN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.- per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte, die zU beslaan, Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. (IlSe stukken voor <le Redactie bestemd, Advertentie» en verdere Administratie, francs© 4©® t© Kenden aan de Uitgevers EEN GESLAAGDE CONFERENTIE. W BESTELDE GOE. IEN VOOR ALLE M?N VAN FLAKKËE 1EZORGEN Zaterdag j.l. kwam de Haagsche Conferentie tot een goed einde. Er is op de gehouden redevoeringen veel kritiek uitgebracht en soms leek het ateof het tot geen accoord komen zou. Gelukkig zijn de sombere voorspellingen ge logenstraft en werd bereikt, dat het bezette gebied ontruimd zaf worden. Voor 30 Juni a.s. moet het geheele eiland ontruimd zijn. Het bekende Young-plan is onaangetast ge bleven en Briand noemde het resultaat een werkelijke liquidatie van den wereldoorlog. De Engelsche premier zeide aan de Engelsche afgevaardigde Henderson: „Een mooi stuk werk van vereffening, waarvan het resultaat spoedig te zien zal zijn in de de pacificatie van Europa." De verschillende gedelegeerden waren zeer tevreden over den uitslag. Niet alzoo de pers. Zoowel van Fransche ais van Engelsche en Duitsche zijde zijn zeer scherpe uitlatingen ge lanceerd. Men zegt zelfs, dat thans het tijdperk is ingetreden van nieuwe politieke oriëteering. En geland zou zich meer naar de zijde van Duitsch- iand en Amerika gaan richten en Frankrijk aan zijn lot overlaten. H'enderson heeft dat met bloemrijke taal ■ontkend. De toekomst zal moeten uitwijzen wat hier van aan is Dat de Engelsceh politiek in den laatsten tijd meer en meer los van de Fransche is komen te staan, is zeker. Intusschen mogen we ons verblijden met het geen te Den Haag bereikt werd. Stresemann is een persoon met ruimen blik, die zich niet door verkeerd chauvinisme van het goede pad laat afbrengen. Eveneens is het DDELHARNIS nci yucuc ^czu icici L CXLUI cxiycu. VCAICCUÖ 15 11C eMemuerMVt een groote zecjen voor de internationale ver. igelljksche dienst V.budingen, dat niet een man als Poincaré doel 11 m FR RnIIffl BHHI Briand Frankrijk vertegenwoordigde. lementen gebonden, maar er hangt toch zooveel van het diplomatiek beleid van den afgevaar digde af. De heeren waren vol of over de ontvangst en het verblijf in Den Haag. Met bekende Fransche hoffelijkheid zeide Briand: „Wat ons het best de moeilijkheden en de onjuistheid gedurende deze conferentie van 4 weken deed doorstaan, is wel de bijzonder hartelijke en groote gast vrijheid van Den Haag en de fijne attenties, waar mee de bevolking en de regeering van Nederland ons hebben omringd." Arts [NKERFRANSSTRAAT AL VOOR heumatiek, Jicht, chlas Neuralgiën KURENi iaandag 1,30—4 uur. Insdag 1,30-4 uur. onderdag 1,30—4 uur. aterdag 1,30-4 uur en levering alle stations ningpalen gerboomen ren en Ruiters H S. L E U N E ADVOCAAT VOOR KWADE ZAKEN. „Het Volk", het hoofdorgaan der S.D.A.P., gevoelt zich steeds bijzonder aangetrokken tot het beroep van advocaat voor kwade kwade zaken. Worden er van de een of andere zijde po gingen gedaan om de publieke eerbaarheid en zedelijkheid te beschermen tégen allerlei aan slagen van het moderne, perverse leven, dan is „Het Volk" er direct bij om die „zedelijk heids-apostelen" de les te lezen. Dat doet de redactie van dit blad wanneer het gaat over de bescherming van de Zondags rust, over een vloekverbod, over bepalirfgen (en aanzien van het strandleven en al wat dies meer zij. In het blad van Zaterdag j.l. gevoelt „Het Volk" zich geroepen om den spot te drijven met de „zedelijkheids-maniakken" te Almelo, die er tegen protesteerden, dat de arbeiders sport bond in deze stad, nog al liefst op Zondag, door de stad trokkën en waar deelnemers bij waren, die in zwemcostuum mee demonstreerden. In een artikeltje vlak daarop volgend be kritiseerd „Het Volk" de Indische regeering, die het gore boek van Barbusse „De Hel", waarover een tiental jaren geled'en in ons land zooveel te doen was, voor Ned. Indië verboden heeft. „Het Volk" schrijft: „Dit optreden van een postadministratie als een censor over .kunst werken, loopt toch wel alle spuigaten uit." „Het Volk" spreekt hier over „kuns t- w e r k e n". Wel een bedorven smaak Maar uit die voorliefde om op te treden als advocaat voor kwade zaken en dat schelden op de „zedelijkheids-maniakken", blijkt wel hoe groot de haat van het Socialisme tegen de Chris telijke zede is. Om de totaie verwerping er van is het te doen. De copie van Ingezonden (tukken, die biet ge plaatst zijn, wordt niet teruggeven. Bulten verantwoordelijkheid van Redactie en Uitgevers. TER NAVOLGING. De R.-K. Jeugdbeweging mag op een welge slaagden demonstratiedag terugzien. Begunstigd door prachtig zomerweer heeft de Nederlandsche R.-K. Jeugd in verscheidene plaatsen openbaar getuigenis afgelegd van hun idealen, en heeft door massa-demonstratie den indruk van een krachtige beweging gegeven. Ook 't snel groeien de Eindhoven, waar de gevaren voor de jeugd zoo groot zijn, was tot plaats van samenkomst uitgekozen, en wie het genoegen mocht smaken al die jonge mannen te zi'en getuigen, wat hen bezielt, dien zal ongetwijfeld hebben waarge nomen de liefde waarmede allen zich, bij een zomersche temperatuur, geheel en al gaven om deze demonstratie wel te doen slagen. In groote groepen kwamen ze de stad binnen, uit ver scheidene plaatsen uit de Meierij, hun banieren wapperend en hun leuzen met zich dragend. En een laaiend enthousiasme ging door die plm. 13.000 jongelingen, toen zij door hunne ieiders werden toegesproken, die hun wezen op de taak welke op hun schouders zal komen te rusten. Wat bij deze demonstratie ook op viel was het groote aantal ouderen (waar onder vele geestelijken), welke zich gaven om de jeugd met raad en daad bij te staan. Heeft zooiets niets te zeggen tot ons, Pro testanten 7 Beseffen wij wel recht, welk een groot voordeel het is de jeugd in handen te hebben 7 Is de waarheid van de leus: „Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst", wel e'ens recht tot onze voormannen doorgedrongen 7 Ik meen daarop ontkennend te moeten antwoorden. Hoe dikwijls zien wij het niet, dat men zich in onzen kring ook maar niets van de jeugd aantrekt, met het gevolg, dat deze hoe langer hoe meer van de Kerk afdwaalt 7 En is het thans, in een tijd waarin ongeloof en revolutie nog sterker woeden dan voorheen, niet meer dan noodig, dat ook onze Protestantsche (en speciaal onze Herv. Geref.) jongelingen in groote organisaties worden ondergebracht 7 Vooruitgang is er te constateeren, maar niet voldoendë. Och mochten onze dominé's e'ens een voor beeld nemen aan de R.-K. geestelijken, en zich wat meer voor de jeugdbeweging geven. Het zijn niet de ouderen, waaraan zij zich voornamelijk moeten geven, maar het moet de jeugd zijn, uit wien de leiders onzer beweging zullen moeten groeien. Speciaal voor Flakkee mogen we daarop nog wel eens wijzen. Op een enkele uitzondering na, wordt daar door de pre dikanten, ai heel weinig voor de jongeren ge daan; maar niet alleen door hen. Ook kerkeraden en ouders trekkën zich daar van het jeugdvraag- stuk ai bijzonder weinig aan, en het ware te te wenschen, dat daarin een kentering komen mocht. Laten we het Jeugdbewegingsvraagstuk toch niet onderschatten, en het niet alleen zien als een vraagstuk van het heden, maar bovenal als een van de toekomst. Doen wij het niet, dan zal het socialisme opze jeugd in handen krijgen. Hun aanval op het platteland bij de voorlaatste verkiezing is maar al te goed gelukt. Laat dat een aansporing mogen zijn tot grootere activi teit dan thans aan den dag gelegd wordt. Ouders, predikanten en kerkeraden, leest dit stukje niet, om het weer te vergeten, maar moge het U doen beseffen, dat U in de vervulling van Uw taak bent tekortgeschoten. De tijd, om goed te maken, wat U tot heden toe als niets-waardig hebt nagelaten, is thans gekomen. De winter staat voor de deur, de tijd voor propaganda onzer Jongelingsvereenigingen is aangebroken. Houdt U thans niet achteraf, maar geeft U daaraan, steunt deze beweging, bezoekt haar vergadering'en, kortom, doet wat LIw plicht in dezen is. Moge het voorbeeld van de R.K. U ter leering zijn, en sterkt dan zoo onze beweging, zoodat ook wij, in den komenden zomer, door onze landdagen, ook op Flakkee openlijk getuigenis mogen afleggen van het ideaal dat ons bezielt, hetgeen we samenvatten in de leuze„Met God voor Oranje en Nederland." Eindhoven, Sept. 1929. VR. Over de Waterleidingkwestie op Flakkee werd het volgende gezegd De heer TROUW: Mijnheer de Voorzitter Ik zou gaarne een enkel woord willen zeggen naar aanleiding van een opmerking in het Verslag op blz. 102, waar staat „Zooals in het vorige verslag werd mede gedeeld, was de aanleg voor e'ene water leiding op Flakkee op den achtergrond ge raakt, doordat meer belangstelling bestond voor de electrificatie van het eiland. Thans kan worden medegedeeld, dat van verschillende zijd'en opnieuw aangedrongen wordt op de oplossing van het drinkwater- vraagstuk op Flakkee. Zoo werd te Middelharnis onder voorzitter schap van het Statenlid den heer C. Warnaer eene vergadering gehouden, waarin het drink- watervraagstuk uitvoerig werd besproken." Verder vind ik over Voorne en Putten, waar de nood ook zeer nijpend is, weinig meegedeeld. Er wordt gezegd, dat van verschillende zijden aandrang is uitgeoefend, en dat mijn geachte rechterbuurman, de heer Warnaer, die zich al tijd inspant voor de belangen van zijn eiland, zich niet onbetuigd heeft gelaten, en een ver- gaedring heeft belegd. Maar wat wij in hooge mate heeft verwonderd is, dat er niet staat, op welke wijze Ged. Staten hebben gereageerd op dën aandrang, die van het eiland uit is ge komen in verband met de waterleidingkwestie. Gaarne zal ik daaromtrent enkele inlichtingen ontvangen, vooral omdat de stilte in de laatste weken op onrustbarende wijze is verstoord door mededeelingen van de eilandbewoners en van de bladen. Ik heb hier voor mij de geïllustreerde pagina van de Nieuwe Rotterdamsche Courant van Zaterdagavond j.l., waar men een groote plaat in kan vinden met het onderschrift: water voor 2 cent per emmer, het tekort aan water op de eilanden Uit een artikel in de Nieuwe Rotterdamsche Courantv an denzelfden dag blijkt, dat men te Middelharnis water kan koop'en voor 2J-2 cent per emmer, dat de gemeente het water koopt voor 3J-2 cent, en het per sproeiwagen die in andere gemeenten voor een ander doel wor den gebruikt distribueert. In de gemeente Stad aan 't Haringvliet is de toestand erger, want de booten met water tanks hebben te grooten diepgang, om daar de haven te kunnen binnenioopen. Men moet daar met vrachtauto's het water halen van het veer te Middelharnis. Daardoor komt het water aan de gemeente te staan op 8 a 10 c'ent, terwijl de inwoners betalen 3^2 cent. Daar is de dis tributie veel kariger, want men kan slechts 1 emmer water per dag krijgen. Wie meer wil hebben moet maar naar de slooten en poelen gaan, waar men zooveel kan krijgen als men wil, al laat het gehalte dan ook te wenschen over. Kan men het betalen, dan gaat men water hamsteren; dat komt ook voor. Verschillende menschen laten vaatjes water komen uit Rotter dam. In het reeds genoemde artikel in de Nieu we Rotterdamsche Courant, dat ongeveer twee kolom druks groot* is dat ik daarom niet zal voorlezen staat o.a., dat de oorzaak van de moeilijkheden o.a. is, dat tegenstrijdige belangen met elkaar in conflict komen en dat daardoor de plannen voor het tot stand brengen van een waterleiding afstuiten, de moeilijk heden zijn nog vele, zegt de schrijver vervolgens. Behalve de technische moeilijkheden zouden deze ook hierin bestaan, dat vele raadsleden eenigszins afwijzend staan tegenover de be moeienissen van hooger hand. Zelfs wordt in cfen Raad van de gemeente Sommelsdijk, volgens de courantenverslagen van een paar dagen geleden gezegd, dat Ged. Staten eenigszins schuld hebben aan het uitstel, dat de waterleidingplannen hebben geleden. In andere bladen wordt zelfs gesproken van scherpe kritiek, die op het College van Ged. Staten is uitgeoefend. Waar nu uit het Verslag met geen enkel woord blijkt, wat Gedeputeerde Staten inzake de waterleidingkwestie hebben gedaan, wil ik vragen in verband met de uitin gen in de pers en in den raad van de gemeente Sommelsdijk, hoe het op het oogenblik met het watervraagstuk op het eiland Flakkee staat, en wat het College van Ged. Staten heeft ge daan en nog voornemens is te doen om in de oplossing van deze dringende aangelegenheid wat schot te brengen. Ik zou die vraag tot het College willen richten ook met betrekking tot andere gebieden in onze Provincie, speciaal over de eilanden, waaraan ik het meest mijn hart verpand heb, Voorne en Putten, waar een belangrijk gedeelte niet van water is voorzien, en waarover ik een paar jaar geleden, in ver band met den ellendigen toestand te Spijkenisse, hier eenige opmerkingen heb gemaakt. De heer DE BRUIN Mijnheer de Voorzitter De heer Trouw heeft reeds de aandacht gevestigd op hetgeen in het verslag gezegd wordt over de drinkwatervoor ziening op Flakkee. De heer Trouw heeft zijn gegevens geput uit de Nieuwe Rotterdamsche Courant. Ik had, om over deze aangelegenheid iets te zeggen, mij gewapend met wat sterker materiaal en voor mij is dat de „Voorwaarts". In het nummer van de „Voorwaarts" van Za- door H, ZEEBERG. k leent gelden aan leden 'o 's jaars. elden op tegen 4 's ïaars' itten kunnen dagelijks wor» rraagd bij een der leden van r. Kantooruren Donder» aterdagavond van 6—8 uur. m. HOLLEMAN. Dirksland anaarde Sorteerlnfl alia prllzan. OMMELSDIJK- 6) Over den breederi straatweg, die over 's Heer Arendskerke naar Walcheren leidde, had men een prachtig gezicht op de landouwen, waarop de oogst in vollen gang was. Herhaaldelijk moest stapvoets gereden worden, om de breede hooggeladen boerenwagens te passeeren die het goudgele koren naar de schuren brachten Hartelijk groette het landvolk, dat schik had in de uitgelaten vroolijkheid van de jongelui in het tweede rijtuig. Het rijden over den dam, die Zuid-Beveland met Walcheren verbindt, was een nieuw eve nement. Met kracht kwam het water opzetten, bedek kend weer de tijdens de eb drooggelegde kwel ders. „Dat duurt geen honderd jaar meer, of de kwelders zijn herschapen in vruchtbaar bouw land", meende Henk. „Ja merkte Trude op, „het is een eigen aardige gedachte, dat wij rijden op wat vroeqer zee was." „Ik vind Zeeland heelemaal een eigenaardig land", zei Gretha. „Jullie moeten altijd maar tegen de zee vechten. „Ja, in Mïdstad merk je dat niet zoo. Maar hier op de dijken benauwt de gedachte, dat die je moeten beschermen tegen de woeste zee, wel eens. Ze kosten dan ook schatten aan onder- Boad. Doorloopend bijna wordt er aan gewerkt, vv ant die dijken kunnen zoo bedriegen. Soms zou je denken, dat er niets aan mankeert, zoo gaaf zijn ze van boven, maar o wee van onder onzichtbaar onder water, heeft de zee er heele stukken uitgeknabbeld. Trude geraakte in vuur. „Op en top een Zeeuwsche, niet Henk vroeg Gretha. „Ja", lachte hij terug. „Over dat alles kunnen wij niet meepraten, Greet. Wij zien altijd maar straten en winkels." ,,'t Zou me moeite kosten, uit Zeeland weg te gaan", bekende Trude. „Is daar dan sprake van vroeg Gretha, langs haaf neus weg. „Welne'en, hoe kom je er bij 7 't Was maar bij wijze van spreken." Maar onbarmhartig ging Gretha verder: „O, ik dacht het soms, 't Zou kunnen, dat de een of andere ridder uit Holland of Friesland of Groningen, of weet ik waar vandaan Trude begon hartelijk te lachen, maar kon toch een blos op haar wangen niet voorkomen. Zij voelde, dat Henk haar strak aankeek. „Een ridder 7" vroeg ze onverschillig. „Den riddertijd hebben we gehad." „Nu ja, je begrijpt me wel." „Neen, hoor, daar denk ik voorloopig nog niet aan", zei Trude. „Voorloopig meende Gretha. „O, dus de aanstaande ridder heeft toch wel kans." Verward keek Trude naar de voorbijglijdende velden. Met een straffen blik zag Henk Gretha aan. Zij begreep het stille verwijt. „Kom, kom", zei zij opgewekt, „het was maar gekheid. Ik vergat, dat we een heer bij ons hebben. Laat ons er maar over ophouden. Hij moest eens gaan denken, dat wij om de heeren verlegen zijn." „Exuseer me", zei Henk. „Ik denk niets. Wie begon er over 7" „Ja, ja, 't is. al goed. Ik was de flapuit weer. Je hebt gelijk." Ze waren nu door Nieuw- en St. Joostland gereden. Overal waar men passeerde, was alles kraakzindelijk. „Je kunt hier wel soep van de wegen en de straten efen", oordeelde Gretha. „Smakelijk eten", lachte Wies. „Ik krijg honger", meende Trude. ,,'t Komt zeker van de buitenlucht." „In Middelburg lunchen we hoor. Ik zie „Lange Jan" al", zei Wies. „Ja", zei Henk. „En de stadhuistoren heet „Gekke Betje", niet 7" „Ja, hoe weet je dat zoo 7" vroeg Trude. ,,'k Heb het eens gelezen in een van de boeken van Marporie Bowen. Middelburg moet een mooie stad zijn." „Zouden we niet eens op dien toren kunnen klimmen 7 Dat zou dol zijn 1" stelde Gretha voor. „Zijn jullie er wel eens bovenop geweest?" Zij moesten bekennen van niet. Zoodat, als de anderen het goed vonden, afgesproken werd, dat het viertal den toren beklimmen zou. III. Onder haar vroolijk gesnap verkeerde Trude toch in een emotievollen gemoedstoestand. De opmerkingen van Gretha, zooeven, hadden haar uit haar evenwicht gebracht. Deed zij die vragen zonder opzet 7 Of wist Henk er wat van 7 Was het e'en afspraakje tus- schen broer en zuster, om voor hem het pad te bakenen 7 Want sommige oogenblikken geloofde zij, dat Henk verliefd op haar was. Zij kon het zich niet verhelen, dat het haar vrouwelijke ijdel- heid streelde. Maar dan weer bande zij die gedachten met kracht terug, 't Was toch al te bespottelijk: hij kende haar nauwelijks. Doch als zij zich vergistte, waarom be wees hij haar dan zooveel attentie 7 Waarom keek hij haar dan vaak zoo raadselachtig aan 7 Hij leek haar niet iemand toe, die verliefd was op een lief gezichtje. Hij was te ernstig, om een teere zaak, als deze, als een grapje op te vatten Zou zij dan werkelijk gevoelens bij hem hebben opgewekt 7 Zij was er diep van over tuigd, dat zij niet geflirt had. Onbevangen was zij hem tegemoet getreden, zonder de minste bijbedoeling. En dat was steeds zoo gebleven. Eerst had zij gemeend, dat zij zich vergiste, Dat Henk haar attenties bewees, was gewone beleefdheid, niets meer. Wat beeldde zij zich wel in Straks was hij Mr. in de rechten en zij bleef een eenvoudig meisje uit den gegoeden burgerstand, al had zij wel algemeene ontwik keling. Maar sinds gisteravond was zij gaan twij felen. Gretha maakte zulke bedekte toespelingen. En vanmorgen was dat weer zoo. En waarvoor dienden dan haar vragen zoo even 7 Zij zou het kunnen beschouwen, en wilde dat ook het liefst doen, als een gewoon onbe- teekenend conversatiepraatje. Maar in het licht van andere uitlatingen en opmerkingen van Gretha kon zij daar moeilijk toe komen. Het kwam haar voor, dat Gretha op de hoogte was van de gevoelens van Henk. Had hij haar die dan verteld 7 En moest Gretha nu de brug worden, waarover hij komen wilde 7 Het griefde haar. Het zou van zijn kant een bewijs van lafheid zijn, die zij niet achter hem gezocht had. Want zij betrapte er zich op, dat zijn van Henk een ideaal maken ging. Het was een bewijs, dat hij haar gansch niet onverschillig was. Zij nam zich voor hem op een afstand te houden 'en Gretha geen aanleiding meer te geven bedekte toespelingen te kunnen maken. Dit besluit herstelde haar weer. Zij keek naar de beide andere meisjes, die met elkaar snapten. Dan, opeens, viel haar oog op Henk, tegen over haar, Henk, die haar, bijna onmerkbaar, aandachtig aanstaarde. VIERDE HOOFDSTUK. I. In Middelburg wist Trude ongemerkt in het gezelschap der drie ouders te komen. Zij meende althans, dat het haar ongemerkt was gelukt. Maar het was Henk opgevallen, hoe zij hem meed en vormelijk behandelde. Het deed hem pijn. Aanvankelijk kon hij, hoe hij ook peinsde, er de reden niet van bevroeden. Hij had haar toch niet onaangenaam bejegend, voorzoover hij wist. Zou hij zich dan vergist hebben, toen hij meende, dat zij ook wel van eenige toenadering wilde weten 7 ■Maar opeens, terwijl zij op de Markt liepen e;i het Middeleeuwsche stadhuis bewonderden, ging hem een licht op Natuurlijk, dat zou het zijnGretha, met haar onbezonnen opmerkingen in het rijtuig, die had het gedaan. Misschien waren ze on schuldig en onopzettelijk bedoeld geweest. Mis schien ook niet. Gretha was in een ander op zicht ook wel eens zoo. Maar hoe het ware, Trude had de woorden als ernst opgevat. Zekqr, dat zou het zijn. Misschien dacht zij wel, dat hij er achter zat Natuurlijk Henk was er van overtuigd: zoo zat de zaak in elkaar. Hij kon begrijpen, dat het grievend voor een meisje zijn moest, om zóó gepolst te worden. Dat Gretha dat niet inzag J Hij wilde zekerheid hebben. Het pijnigde hem, dat Trude hem, hoewel tactvol, dat prees hij in haar, behandelde, als ware hij bijna een vreemde voor haar. In de Lange Noordstraat wilde Henk naast Trude gaan loopen en een gesprek beginnen. Maar onmiddellijk wees zij zijn moeder op het postkantoor en praatte vlug, zoodat de gelegen heid hem ontnomen werd. Teleurgesteld wendde hij zich weldra af en begon met Gretha en Wies te gekscheren. Het hinderde Trude. Zij betrapte er zich op, dat zij hem gaarne in haar nabijheid zag. Maar hij moest, zoo oordeelde zij, begrijpen, dat hij Gretha in zulke zaken niet te mengen had (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1929 | | pagina 1