(SI «cis NIEMEIJERj FRIESCHE HEERENBAM Purol bij Doorzitten - Zonnebrand - Stukloopen. Doos 30 ct. 15 ds Pi BT lOcts VOOR FIJNPROEVERS FEUILLETON EGODomisc& liMouerziciii sss quw t 18 ets Gemengd Nieuws. Uit onze Partij. Het huisje aan den Zeedijk V erkooptngen» l pep half ons pep half ons vjroen f-!— 'pep half ons pep half ons Kood r- dooc met de mannen van Revolutie en Ongeloof mede te gaan. Wanneer spr. de horoscoop op de stembus trekken moest, zou hij slechts én mogelijkheid om uit de impasse te geraken kunnen noemen, en wel herstel der Rechtsche samenwerking. Wel wordt van Links de mogelijkheid van een samen werking tusschen de democratische elementen genoemd, doch spr. acht het niet mogelijk, dat de Roomsch-Kath. democraten met Links zullen medegaan. Komt Rechts als meerderheid uit de stembus, dan zal alle'eri door samenwerking mogelijk zijn een Kabinet te vormen, dat weer aan beginselpolitiek doet. Het ligt niet op den weg van de A. R. partij om het eerst over dief samenwerking te spreken. Zij zijn niet de oor zaak der verbreking geweest. In elk geval heb ben wij ons Program van Beginselen en ons actie-program en spr. eindigt er mede met er op te wijzen, wat we hierin belijden, dat we den verkiezingstrijd voeren voor de bewaring van de Christelijke grondslagen van ons volks leven, in overeenstemming met de gedachte, die in art. 1 van ons beginselprogram haar uit- drukkng vond, en daarbij den nadruk legt op 1. het tegen staan van de invloeden, die de ontkerstening der natie bevorderen; 2 .de noodzakelijkheid van de handhaving van het Gezag zoo hier te lande als in Indië; 3. de handhaving van ons Huwelijksrecht en de beveiliging van het Gezinsleven; 4. de beoefening der sociale gerechtigheid; 5. de handhaving onzer natianale zelfstandig heid. Deze rede werd met applaus beantwoord. Een zeer geanimeerde bespreking volgde er op, waarop de heer Den Ouden de vergadering met dankzegging sloot. zoodat de konijnen in dubbele mate bescherming genieten 3e. Is de minister, indien bovenstaande vragen bevestigend moeten worden beantwoord, bereid maatregelen te bevorderen, waardoor de ko- nijnenplaag dermate kan worden beteugeld, dat de gebruikers van de landerijen in den in vraag Je genoemden polder geen schade van betee- kenis meer aan de gewassen (cichorei e.a. pro ducten) zullen hebben 4e. Wil de minister mededeelen, of het juist is, dat in de onder de gemeente Oüddorp ge legen duinen geen duindoorn meer mag worden gekapt, en, zoo ja, op welke gronden deze maatregel steunt 5e. Is het den minister bekend, dat gedurende de wintermaanden een aantal arbeiders, voor heen met het kappen en verkoopen van duin doorn, die voor afrastering van perceelen land wordt gebezigd, loonenden arbeid vond en wil hij bevorderen, dat, indien noodig onder be paalde voorwaarden, het kappen van duindoorn wederom wordt toegestaan PECH. Meer dan tien dagen geleden heeft een kellner uit een pension aan den Schiedamschen singel te Rotterdam e'en colbert-costuum en een overjas gestolen. In het jasje had hij een loterij-briefje gevonden en Woensdagavond besloot hij te trachten, het briefje te verkoopen. In een dans zaal bood hij het briefje aan een bezoeker aan. Deze bezoeker was nu toevallig juist een vriend van den benadeelde en hij wist, dat in het gestolen jasje e'en dergejijk briefje had gezeten. Het nummer klopte en weldra was de kellner aangehouden en opgesloten. HSl DE DOMEINGRONDEN IN DE GEMEENTE OUDDORP. Het lid der Tweede Kamer, de heer J. ter Laan, heeft aan den minister van financiën de volgende vragen gesteld le. Is het juist, dat een of meer ingezeten'en van de gemeente Ouddorp in den jongsten tijd herhaaldelijk hebben aangedrongen op het tref fen van maatregelen tot beteugeling van de schadelijke konijnenplaag, waardoor vooral de gebruikers van de gronden in den polder Oude Nieuwland, gelegen langs de domeingronden in de gemeente Ouddorp, worden getroffen 2e. Is het juist, dat een langgerekte strook der aan bovengenoemden polder grenzende Rijksduin- en andere gronden verpacht is aan den heer S. Visser, aldaar, en dat deze pachter naast jager ook onbezoldigd rijksveldwachter is, BALDADIGHEID. Baldaigheid, die een fiets, een auto, een pui, 2 brooden, een snees eieren en 33 pond margarine kostte. Woensdagavond heeft de heer Ch. B. uit Overschie zijn luxe auto eenige oogenblikken onbeheerd laten staan in de Beiersche laan te Rotterdam. Twee jongens brachten den motor op, schakelden den wagen in en gingen er van door. De auto reed eerst tegen een bakkers wagen op, welke werd omvergeworpen. Twee brooden gingen hierbij verloren en een van de spatborden van de auto werd ingedrukt. De wagen reed daarna tegen een winkelhuis op. Voor de pui van dit pand stond een fiets, welke totaal werd vernield. De pui werd zwaar beschadigd. Van den auto is de vooras ge broken, de koplampen zijn vernield, het rechter voorwiel is gebroken, het andere spatbord is in elkaar gedrukt, de motor is zwaar beschadigd en de stuurinrichting is defect, In d'en winkel lagen 33 pondspakken met margarine, welke totaal werd bedorven en een snees eieren, die alle gesneuveld zijn. De jongens zijn onbekend gebleven. ALS HET WARM IS Warm weer werkt dikwijls onaangenaam op t het humeur. Er zijn menschen, die normaal al- tijd even welwillend, verdraagzaam en verge vensgezind zijn, maar die, zoodra de thermo meter wat hoog staat, prikkelbaar opvliegen en hevig uitvaren, waardoor zij nog warmer 'en dus ook nog kwader worden. Zoodra het warmer wordt stijgt het aantal aangiften bij de politie betreffende beleedigingen en mis handelingen en een statistiek over deze klachten zou aardig parallel loopen met den stand van de kwikkolom in den thermometer. Ter illus tratie kan het volgende voorval dienen. Twee jongelui uit Den Haag liepen Dinsdag over de West Kruiskade te Rotterdam. Een dienstmeisje was bezig de stoep van een huis te boenen 'erf een van de jonge mannen kon aan de verleiding geen weerstand bieden om een klap te geven op het gedeelte van het dienstmeisje, dat naar de straat was gekeerd.... Het dienstmeisje werd boos, pakte haar emmer op en keerde dezen pardoes om over den vrij- postigen Hagenaar. Om het stortbad nog eenigs- zins te ontgaan sprong de jongeman achteruit, waardoor hij tegen een voorbijgangstgr botste. Deze werd op haar beurt kwaad en begon te schelden, hetgeen weer onaangenaam werkte op het humeur van den anderen Hagenaar, die de juffrouw een klap boven op haar hoed gaf, zoodat haar hoofddeksel tot haar schouders zakte. Dit maakte een voorbij komenden meneer razend en hij gaf den hoed-belager een stomp. Deze trok zijn mes, zwaaide er mee in het rond en verwondde daarbij een totaal onschuldigen slagersjongen, die, zooals het een slagersjongen betaamt, van het eerste begin af, vol belang stelling was blijven staan kijken. Tegen den man van het mes is proces-verbaal opgemaakt; de slagersjongen, die e'en onbeduidende wond aan den linker elleboog had, is verbonden. LEEREN ZIEN. Uit 't Verloren Hoeksken van Het Laatste Nieuws Ik lees: dat we evengoed blind of doof konden geboren zijn en met een doode huid, vermits wij, van de milliarden dingen, dewelke in onze onmiddellijke omgeving zijn te zien, te hooren en te voelen, nog niet het milliardste waarnemen. Wij zijn verstrooid. Wij knoopen, iederen dag, vijftien keeren onze jas dicht, maar we weten niet hoeveel knoopen die jas heeft. Wij loopen, eiken ochtend, tienmaal onze huistrap: hebben wij er ooit de treden van geteld Welk nummer staat er op uw horloge en welk merk op uw zakmes En, uw dagelijksche vriend Rigobertus, heeft hij een blonde of een bruine snor Heeft hij wel een snor Zeg me, zonder u te gaan vergewissen, de kleur der oogen van uw moeder, van uw kind, van u zelf 1 Hoe zag er het tweede huis uit van de vijf waar ge jaren lang eiken dag aan voorbij zijt gekomen, maar die sedert acht dagen zijn af gebroken En hoort gij in de stemmen om u heen, in uw familie en elders, de gewijzigde trillingèn, door verborgen verlangen of verdriet Weet ge het wisselen van de geruchten elk uur van den dag en van den nacht, mede het telkens gewijzigd vloeien van licht en kleur, mede het steeds nieuw gezicht van plant en dier Merkt ge op hoe er plots rimpels zijn gekomen bij menschen, die u dierbaar zijn, en hoe hun haar is vergrijsd En let ge op hetgeen er in u zelf omgaat, hoe het daar aldoor anders trilt en werkt en wil Hebt gij er al ooit aan gedacht te gaan kijk'en welke ster er boven uw dak staat, wanneer ge gaat slapen, «en in welken hoek van uw kamer het eerst licht wordt of het eerst donkert, en hoe de dingen daarin komen te staan, en uw huisgenoot en gijzelf En, in de Freudistische kelders van uw ziel daalt gij er soms in neer, op zoek naar wat de fantazie daar weeft Wat kan mij dat allemaal schelen Ik lees: te letten, alle zinnen, geest en gemoed open, op de eindeloosheid van het leven binnen en buiten ons, dat is het begin van het genie. De zakenman had haar zijn liefde ver klaard en ze had ,,ja" gezegd. Bij het afscheid nemen zei hij Wel te rusten, lieveling. Dadelijk als ik thuis ben, zal ik je een brief schrijven met een bevestiging van ons gesprek van vanavond. VERGADERING van de HULP-CENTRALE DER FLAKKEESCHE ANTI-REV. KIESVEREENIGINGEN. Woensdagmiddag j.l. vergaderde de Hulp centrale der A. R. Kiesvereenigingen op Goe dereede en Overflakkee. De heer C. Warnaer opende de vergadering op de gebruikelijke wijze, heette alle aanwezi- een hartelijk welkom, inzonderheid den heer R. A. den Ouden en gaf enkele huishoudelijke zaken aan de vergadering ter bespreking over. Behandeld werd de te voeren verkiezingscam pagne, o.m. de financiën, sprekers enz. Na de rondvraag kreeg de heer Den Ouden geleg'eniheid tot het uitspreken van zijn rede, getiteld: „De beteekenis dezer Tweede Kamer verkiezing." In een helder en duidelijk betoog zette spr. uiteen, dat ook deze verkiezing gaat om het behoud der christelijke grondslagen van ons volksleven, zooals het uit Koninklijke mond bij het uitspreken der Troonrede in 1925 genoemd werd. Spr. releveerde hoe het na de verkiezing in 1925 was gegaan. De heer Colijn had in opdracht van H. M. de Koningin binnen zeer korten tijd een Kabinet van zeer principieele en bekwame mannen samengesteld. En hij ging zee in met een positief beginsel program. Het mocht echter niet lang duren. Spr. beschouwt het gezantschap bij het Vaticaan van luttele beteekenis. Het had beteekenis als luisterpost voor de buitenlandsche diplomatie en 't hield niet in de erkenning van den Paus als hoofd der kerk. Voor hen, die evenwel dat er wel inzien, mag de vraag gesteld worden of de Roomsche macht door het schrappen van dien post aan invloed heeft ingeboet. Immers neen Er is niet alleen door Ds. Kersten, doch ook door de !Roomsch-Kath. en de Chr. Hist, verkeerd ge handeld. Van de Roomschen was dit te be grijpen Z.ij waren reeds voor de verkiezingen door de felle antipapistische actie geprikkeld ge worden. En toen die actie in de Kamer werd voortgezet, was hun gemoedsgesteldheid te ver klaren. Waren ook zij geen vrije burgers van den Nederlandschen Staat Vormden zij geen derde deel van ons vrije Nederlandsche volk Van de Chr. Hist, was de houding minder ge makkelijk te begrijpen. Het gezantschap was hun plotseling een gewetenszaak geworden Toch hadden zij over die gewetenszaak in geen tien jaren gesproken Wij hebben na een groote chaos op staatkundig terrein het Kabinet-De Geer gekregen. Spr. vraagt zich af of hetgeen we daarmee gekregen hebben niet veel te duur gekocht is. Spr. wijst slechts op een paar zaken .waaruit de slappe 'en beginselooze hou ding van dit Kabinet blijkt. Toen er inzake de financiën een betere toestand geschapen was, dank zij het optreden van den heer Colijn, wilde de S. D. A. P. overgaan tot invoering van het verplichte zevende leerjaar. Het initiatief-voor stel van ons A. R. Kamerlid Zijlstra beoogde om de kleine scholen, die door de noodzakelijke bezuinigingsmaatregelen gedupeerd waren, uit de verdrukking te helpen. Dit voorstel werd door de Tweede en Eerste Kamer aangenomen. Het Kabinet-De Geer legde het echter naast zich neer. Spr. zou zoo verschillende dingen kunnen noemen, waaruit blijkt, dat niet alleen het vereischte verband tusschen de Volksver tegenwoordiging en de Regeering niet bestond, maar dat ook dit Kabinet zich zoo getrouw mogelijk hield aan haar uitgesproken Regee- ringsverklaring, dat zij zich onthouden zou van beginselpolitiek. Spr. is er van overtuigd, dat, wanneer het Kabinet-Colijn geen ontijdigen dood gestorven ware, wij van geen openstelling van postkantoren op Zondag gehoord zouden heb ben. Men zegt van antipapistische zijde wel, dat het de Roomsch-Kath. Staatspartij om ver sterking van de specifiek Roomsche beginselen en de vervulling van de specifiek Roomsche wenschen te doen is. Indien dit echter zoo ware, waarom hebben de Roomsch-Katholieken dan na derf val van het Kabinet-Colijn niet toe gegeven aan den wensch van de Sociaal-De mocraten, die als de Roomschen maar met hen mede wilden gaan, gaarne aan al die specifiek Roomsche wenschen wilden tegemoet komen? De S. D. A. P. wilde graag het Gezantschap bij den Paus terug geven en medewerken aan de opheffing van het processie-verbod, als zij maar samen met de R. Kath. een Kabinet konden vormen. Waarom zijn de Roomsch'en daar niet op ingegaan Het is alleenhieruit te verklaren, dat de Roomschen boven hun specifiek Room sche wenschen stellen de Christelijke beginselen, die zij met ons gemeen hebben. Dat zijn de beginselen, die dienen tot handhaving van de Christelijke grondslagen van ons volksleven. Het zijn de beginselen, die wij allen belijden omtrent het Gezag, de vrijheid van Godsdi'enst en ge weten ,van het Christelijk huwelijk, van de eer baarheid en de zeden en zooveel meer als waar voor wij den strijd te strijden hebben tegen On geloof en Revolutie. Dat zijn geen specifiek Roomsche beginselen en belangen, maar dat zijn de beginselen, die geheel ons Christenvolk be lijdt. En we mogen er dankbaar voor zijn, dat de Roomschen ten onzent deze beginselen nog zoo dierbaar achten, dat het hun weerhoudt om H, ZEEBERG. Toen hij gereed was, begreep hij, waarom die wijziging gekomen was: de oude moeder van den boer ging ook mede naar de stad, en omdat van de boot een logé gehaald moest worden, de knecht kende haar wel van den afgeloopen winter, was de tilburry natuurlijk te klein. Het mooie paard verliet het erf, nagestaard door de boerin en Marie, terwijl de knecht mompelde: ,,'t Is toch een kras oud mensch, dat moet er van gezegd worden." Het rijtuig reed het hek door en kwam op den landweg, die naar het stadje, het doel van den tocht, voerde. Het was een heerlijke zomermiddag. Welbe- hagelijk snoof Grootmoeder Blankert de geuren op, die van het land opstegen. ,',Lia zal wel opkijken, als zij mij in het rijtuig zitten ziet", zeide zij op vroolijken toon. „Dat zal waar zijn", vond ook haar zoon, die het paard, dat in een draf was gegaan, liet stappen even. „Het tocht toch niet, moeder? Zal ik aan een kant het zeil neerlaten vroeg hij bezorgd. „Neen, Adriaan, het is best zoo. 'k Heb vrij uitzicht. En wind is er niet van beteekenis." „Er is geen aasje wind", zeide hij. „Het is een pracht zomer, dien God ons geeft. Kijk toch eens, hoe mooi alles staat Met welgevallen rustten zijn oogen op de landerijen links en rechts van den weg. Schier onafzienbare, golvende korenvelden wisselden af met land, waarop suikerbieten en aardap pelen. Zoo nu en dan passeerden zij een stuk weiland, waar vredig de koeien graasden, die met hun lompe oogen het rijtuig nastaarden. .Adriaan „Ja, moeder Hij boog zich wat achterover, om haar beter te kunnen verstaan. „Je zult haar vriendelijker behandelen, hé „Het zal er niet aan mankeeren, moeder. Dat heb ik toch gezegd 't Was waar hij had het gezegd. En wat Adriaan Blankert zeide, gebeurde ook. Met een dankbaren blik keek de oude vrouw op den rug van haar zoon. Er was de afge loopen maanden wel een groote verandering bij hem gekomen. Gode zij dank, was hij heel wat milder over zijn zuster gaan denken. Het viel niet precies te verklaren, wat er de reden van was. Van achteraf beschouwd had het be zoek van Lia dezen winter toch in dit opzicht ook wel eenige uitwerking gehad. Zij had dan ook aller hart gestolen. Maar dat, overlegde Grootmoeder Blankert, was toch niet de eenige oorzaak. Zij onder schatte, als steeds, zichzelf, anders was zij tot de conclusie moet komen, dat ook haar ver warmende woorden invloed hadden uitgeoefend. En ten slotte wist zij wel, dat dominé Mei- nema, als het te pas kwam, veel met Adriaan gepraat had. Maar hoe dat alles nu was, het was een feit; dat hij anders geworden was en dat hij in sobere bewoordingen, hij was steeds weinig spraakzaam, erkend had, dat hij niet goed op getreden was. Het ruime hart van de oude vrouw was ver vuld met grooten dank. Het was al erg genoeg, dat Marie geheel was afgedwaald en zich niet meer om huis bekommerde. Moest daar nu nog bijkomen het verdriet, dat Adriaan met min achting over haar sprak en Marie's dochter kwalijk bejegende, het meisje, dat het toch zoo goed meende en dat een schakel worden kon, om de gebroken verhoudingen weer te heelen Er was de laatste dagen veel door het hoofd van Grootmoeder Blankert gegaan. Het stond voor haar vast, dat het In Utrecht niet goed ging. Maar wat er aan de hand was, wist zij niet. De brief, waarin Lia haar komst had gemeld, had aan duidelijkheid veel te wenschen overgelaten. De duidelijkheid lag alleen hierin, dat Lia kwam. Maar overigens werd alleen heel sober meegedeeld, dat moeder met Annie in pension waren gegaan, voor de gezondheid van deze laatste en dat ook de dokter het raadzaam vond, dat zij, Lia, van huis ging. Overigens had zij het beter gevonden, alles aan Groot moeder te vertellen. Instinctmatig had Grootmoeder Blankert, tus schen de regels door lezende, gevoeld, dat er in Utrecht iets haperde en dat van min of meer ernstigen aard was. Het kwam haar voor, dat Marie, die tot nu niet dan voorspoed had ge kend, leed ondervond. Haar hart trok naar haar dochter. Maar ook haar onophoudelijk gebed tot haar God was nóg vuriger geworden. Was het niet heel vaak zoo, dat Hij door lijden loutering bracht? Daarbij kwam, dat Lia weerkeerde Ook dat was geen ongunstig teeken na al, wat zij ge schreven had over de starre houding van haar vader, die haar het kerkgaan verboden had en die haar tegengewerkt had in dat, wat dezen winter haar dierbaarste gevoelens waren ge worden. En nu deze ommekeer, dat èn Lia s vader èn haar moeder haar, dat stond wel duidelijk in haar brief, aangeraden hadden, weer naar Grootmoeder te gaan. Het was wonderlijk in de oogen van de oude vrouw. En ook in die van de anderen, op de boerderij en in de pastorie. Grootmoeder had er niet veel van gezegd. Zij had alleen in haar kleine huisje aan den zeedijk de handen ge vouwen en een dank aan God gestameld. Want het stond voor haar vast, dat Hij, hoe dan ook, aan het werk was. „Slaapt u. moeder Adriaan Blankert had het hoofd half omge wend en zag haar lachend aan. „Hè", schrok zij uit haar gedachten op, „zeide je wat?" „Ik heb al tweemaal gezegd, dat wij bijna in de stad zijn", lachte hij, „maar ik geloof, dat u slaapt." „Neen, ik ben klaar wakker. Maar ik dacht aan Marie." „Ik ben toch werkelijk benieuwd naar wat daarginds aan de hand is", merkte hij op. „Zuivere koffie is het vast niet, dat was uit den brief wel op te maken. Enfin, wij zullen het wel gewaar worden." ,,'k Hoop toch, dat het niet iets zeer ernstig is. Maar 'k weet niet wat ik er van zeggen moet." Een geregeld gesprek was nu niet meer te voeren, want het rijtuig had, door links af te slaan, den landweg verlaten en ratelde nu over de keien van den weg, die de gracht van het stedeke begeleidde. Adriaan Blankert tuurde naar den scherp ge- punten stadhuistoren, wiens vergulde klokwij- zers schitterden in de avondzon. „Half zes riep hij. „Als de boot geen ver traging heeft gehad, kunnen wij juist op tijd zijn." Het rijtuig sloeg nu weer rechts af en reed door de eeuwenoude- poort met de twee torens, waarvan de ééne scheef was, om vervolgens door de nog stille straten, den havenkant te bereiken. „Ho, bles." Het paard stond stil bij de aanlegplaats van de boot. „Het komt prachtig uit", zeide de boer op vroolijken toon. „De boot is de haven inge draaid." Hij had gelijk. In de verte, aan den ingang der kaarsrechte haven, waarin, het was een prachtig gezicht, het water hoog stond, van dijk tot dijk, kwam statig op halve kracht de stoomboot aanvaren. „Nog een kwartiertje, moeder. Wij zullen maar niet meer omrijden. Het is prachtig weer." k De oude vrouw bleef in het rijtuig zitten, terwijl Adriaan Blankert den kop van zijn paard 5 streelde, Nog geregeld is men in de Vereenigde Staten bezig maatregelen te beramen, die de overspe- culatie moeten tegengaan, en den toestand van den geldmarkt moeten saneeren. Het advisee- rend lichaam van de Federal Reserve Board, bestaande uit vertegenwoordigers van elk der twaalf Federal Reserve-Banken, heeft thans be sloten den Federal Reserve Board te adviseer'en tot verhooging van het herdisconto tot 6 Of hiervan een ongunstigen invloed zal uitgaan, dient te worden afgewacht. Het geld in Amerika is geweldig duur, doch dit is niet uitslutend het gevolg van de groote speculatie, doch eveneens van het feit, dat verschillende takken van indu strie op een bijzonder hooge capaciteit werken, terwijl voorts bedacht dient te worden, dat het op gang houden van het intensieve bedrijfsle ven aan de overzijde van den Oceaan, groote kapitalen vereischt. Echter, al wordt de handel ter beurze door de hóoge geldkoersen eenigszins geremd, zoo laat het publiek zich toch niet weerhouden aan den handel deel te nemen. Deze was weliswaar niet van groote beteekenis, doch de affaire was vrij opgewekt en vooral in industrie-papieren von den opnieuw groote cSnzetten plaats. Groote belangstelling was er voor aandeelen Küchen- meister, waarvan de claims zelfs tot 1500.— per stuk werden verhandeld. De nieuwe aan deelen noteerden 247 a 250 Men heeft te doen met een maatschappij, die haar taak nog beginnen moet, doch gezien 't succes van soort gelijke ondernemingen in 't buitenland, meent men er wel 250 voor te kunnen betalen. Wij voor ons, meenen dit te mogen betwijfelen, en zouden er op willen wijzen, dat de „sprekende film" in vreemde talen, meestal Engelsch, ver toond zal worden, of om 't beter uit te drukken, gehoord zal worden. Aangezien het gewone publiek, hetwelk toch zeker voor 60 de bioscopen bezoekt, hiervan niets verstaat, zal het vrij zeker geen belangstelling er voor blijven toonen. Natuurlijk kunnen wij het mis hebben, doch wij zijn van meening dat met deze feiten terdege rekening zal moeten worden gehouden. Aandeelen Calvé Delft waren gevraagd, daar het jaarverslag een goeden indruk maakt, en men verwacht dat de directie op de vergadering van 31 Mei nog bijzondere mededeelingen zal doen. Margarine Unie waren eveneens druk ver handeld, doch boekten geen groote koersver schillen. Philips-aandeel'en konden zich gemakke lijk handhaven, evenals van Berkel. De belang stelling voor Aniems en Indische Gassen was eenigszins bekoeld. Een opmerkelijk verschijn sel was de vaste stemming voor rubberwaarden, en temeer, daar deze afdeeling reeds maanden lang verwaarloosd is gebleven. Wat wij reeds meerdere malen in ons overzicht schreven over deze rubriek namelijk dat er geen reden zijn om pessimistisch gestemd te zijn, begint algemeen ingang te vinden. De stock begint af te nemen, terwijl de consumptie die van 1928 met 40.000 ton heeft overtroffen. Wanneer m'en nu aan neemt dat het verdere verbruik in dit jaar even groot zal zijn als verleden jaar, dan bedraagt het totale verbruik 480.000 ton. Wanneer het verbruik van de niet-Amerikaansche landen 25.000 ton hooger is dan verleden jaar, en dus 265.000 ton, dan is het totaal 745.000 ton. De wereld-opbrengst wordt geschat op 720.000 ton. Wanneer men naar Rusland automobielen zal kunnen uitvoeren, dan zal de automobiel-indu strie nog veel meer rubber gaan gebruiken. En dan komt China nog. Dit alles geeft ons aanlei ding te gelooven, dat voor goede rubberaandee- len een kans op koersverbetering bestaat. Tabakken gaven bijwijlen een kleine handel te zi'en, doch de affaire had weinig te betee- kenen. Suikeraandeelen vast voor H.V.A.'s. Dit werd toegeschreven aan verwachtingen omtrent af doeningen van de V.I.SIP., waarvan echter niets bekend is. Scheepvaart-aandeelen aangeboden, terwijl Lloydwaarden het nulpunt nabij zijn. Het ver slag valt tegen, terwijl men de reorganisatie plannen geen goed hart toedraagt. Millioenen guldens zijn weer verlor'en. Petroleumwaarden weinig handel, terwijl van de mijnwaarden aandeelen Boetons nog steeds gevraagd worden. Aan Amerikaansche waarden werd zeer wei nig aandacht geschonken, terwijl deze bijna allen in koers terugliepen. Verkooping van een Woonhuis met Erf aan de Voorstraat te Middelharnis, geteekend A 260, bewoond door Mej. L. van de Rovaart, op Dinsdag 4 Juni 1929 bij inzet en op Dins' dag 11 Juni 1929 bij afslag, telkens des avonds 7 uur, Zomertijd, in het hotel Meijer teMid» delharnis. Notaris VAN BUUREN. Op de haven kwamen langzamerhand meer menschen, om de aankomst van de boot bij te wonen, zooals dit in het provinciestadje ge bruikelijk was. Opeens, het paard trilde er even van op zijn pooten, weerklonk het geluid va» de stoom fluit. En toen duurde het maar enkele minuten meer, of de groote passagiers- en vrachtboot lag gemeerd aan de due d'Alven. Tot stille, maar blijde verbazing van Groot moeder Blankert, had haar zoon het paard ter bewaking gegeven aan één der nietsdoeners op de haven, die gaarne een fooitje wilde opstrijken, en was hij naar den waterkant geloopen, kijkend naar de boot, die veel passagiers, meestal va- cantiegangers, vervoerde. Eindelijk ontdekte hij Lia, die uit de kajuit op het achterdek kwam, volgend den stroom van passagiers. Adriaan Blankert stak de hand op. En toen zag Lia ook hem. Een lach van herkenning gleed over haar gelaat, dat door een blos ge kleurd was. Zij naderde tot de reeling van de boot, zoodat met den man op den wal enkele woord'en kon den worden gewisseld. „Dag, Lia." Hij was de eerste die sprak Lia dacht aan den brief van Lies Meinema, die zij in Beieren ontvangen had en die haar had verteld, hoe haar oom jegens haar van opinie veranderd was. Het was geen praatje geweest, naar nu wel bleek. Een golf van dankbaarheid door stroomde haar, als zij de ontvangst van nu vergeleek met de meer dan koele, die haar den afgeloopen winter was ten deel gevallen. „Dag oom Adriaan. Maakt u het nog goed En Grootmoeder En de anderen (Wordt vervolgd). Hebt U het complete boekwerk bij de Uitgeefster dezes al besteld 1 Het kost vóór de verschijning f 2,25, daar» na f 2.90 per stuk.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1929 | | pagina 2