populariteit BESTEVAER Uotnik (tGOflomisch MierzictiL Dit numi Rechtzaken. Gemengd Nieiiwi V er koopingen. Voor de Vrouw. Voor de Jeugd. Zatei Boekbespreking. berust op de tevredenheid van een zien steeds uitbreidende krino van trouwe afnemers. A.V.P.BI0G ELAAR XhO A. ROOSENDAAL HOESJE VOOB VROUW E3ST SIIiTD SCI Zooals ik zei, geeft ik deze cijfers, omdat de heer Schut zegt, dat de statistiek ons op dit terrein veel leert. Welnu, ze kan hem lee- ren, dat onjuist is wat hij in zijn voorgaand schrijven meende te mogen condudeeren, dat de Kerken in dit opzicht „hard achteruit" ge gaan zijn. Juist die Kerken» waaruit de A. R. Partij wordt opgebouwd, mogen den toets der critiek doorstaan. Die cijfers bewijzen dan, dat „Het Volk" liegt als het zegt, dat „als zij het van de Antirev. moesten hebben, de werkloozen aan de naakte ellende zouden zijn overgeleverd." (Zie „Het Volk" van j.l. Dinsdag). Nogmaals alléén maar de A. R. hangen het niet aan de groote klok, dat zij jaarlijks millioenen opbrengen voor de armen en de el- lendigen. Zij vullen hun pers er niet mee en maken geen foto's van de gezinnen, die we kelijks 10.tot 20.— van de diaconie trekken, zooals in de groote steden gebeurt. En die kerken erkennen, dat er 'nog reden tot boete is en tot inhalen van schade. Want het ideaal der Gereformeerden is, dat hun armen alléén door de kerk geholpen wor den, omdat het een eere is voor de geholpenen niet door het wereldlijk armbestuur bedeeld maar door eigen broeders en zusters mede gedeeld te worden. (Dat was Kuyper's visie op deze zaak!). Verscheidene kerken in ons land zijn reeds zoover. (Ik wees reeds op Zuidland). En ook de diaconie der Ger. Kerken te Rotterdam vraagt niet meer „hoeveel de kas kan missen", doch „hoeveel eischt de eco nomische nood in een bepaald gezin". Dat ideaal is nog overal niet bereikt. En dat het vóór de 50-er en 60-er jaren der vorige eeuw (waarover Kuyper sprak) nog verder er van af waren, geef ik grif toe. Maar dat vond zijn oorzaak in het feit, dat juist in die jaren de kerken meer dan nu onder de doodende beademing gekomen waren van het beginsel waar ook de S.D.A.P. uit opleeft. Maar dat het hooge ideaal, dat Kuyper voor stond, ook nu nog niet overal bereikt is, mag den heer Schut geen oorzaak zijn om minach tend-op de geweldige offers der kerken neer te zien. Want het feit is niet weg te redeneerx, dat tegenover de millioenen, die de christenen zich getroosten voor al wat hulp behoeft, de S. D. A. P. nog geen slag heeft uitgevoerd. UITKIJK. „De bloeiende Wildernis", een Feestboek voor stille uren, door J. A. Tazelaar. Uitgave van de Uitgeversmaatschappij „Holland" te Amsterdam. Wie dit boek leest met aandachtig hart, het inderdaad een feestboek voor stille uren vinden. Een twee en twintig korte stukjes geven leiding in onze gedachten voor de Advent, Kerstfeest, Oudejaar, Nieuwjaar, voor Goeden Vrijdag enz., tot het laatste stukje „Na Pink steren', „Op naar bloeiende Tabernakelen", troostend besluit: „Laat ons leven nog zijn een leven vol zonden en zorgen, als het wezen mag eep opgang naar Sion van „jaar tot jaar" in Kerstnacht en in Passietijd, op Paschen en op Pinksteren, volgen zal ten slotte uit ge nade de feestelijke bekroning het eindeloos vieren van het Feest der Loofhutten, vieren met Hem." Van begin tot het einde hebben we van dit werkje genoten. En al was onze verwachting hoog gespannen, doordat we eerder van den zelfden schrijver lazen„Woestijn en Wijn gaard", we zijn in genen deele teleurgesteld Weer zagen we als toen een rijkdom van ge dachten weergegeven in keur van woorden. De meditatie „Lofzingend op den Lijdens weg" vóór Goeden Vrijdag, welk een troost en teerheid wordt hier uitgezegd. Christus heeft gezongen vóór Zijn lijden. Opdat wij zingen mogen. Zingen: Mijn Redder is mijn God. „Het stille Kruis". Hoe gaarne zoude ik deze Goede Vrijdag-meditatie geheel af schrijven, opdat zoovelen die lezen konden. En dan verder „Kerkhof en Kruidenhof", ja allen zouden we ze willen opnoemen, omdat ze één voor één ons ontroerd hebben, doordat zoo grooten rijkdom, troost en bemoediging uit de Schrift ons werd voorgehouden. Zoo voak krijgen we stichtelijke lectuur te lezen, we lezenen vergeten, doch wie van dit werkje heeft genoten, vergeet het niet, doch grijpt er telkens naar, om door nog eens te lezen, zooveel schoons zich geheel eigen te maken. De technische verzorging van dit werkje :s ook uitmuntend. „De Wandelaar". Geïllustreerd maandblad gewijd aan Natuurwaad'eering, Natuurbescher ming, Heemschut, Geologie en Folklore. Uit gave van A. G. Schoonderbeek, Laren. We hebben twee nummers van dit tijdschrift ontvangen en daarover kunnen we niet anders dan onze waardeering over uitspreken. De in houd is rijk aan verscheidenheid en keurig ver zorgd. We zullen in 't kort den inhoud van het tweede nummer aanstippen; dan kan ieder zien wat het geeft. De redacteur, Rinke Tolman, schetst in een causerie het leven der sierlijke blauwborstjes. naakt eens kennis met dit overheen/ijk. volrijp product per'-h pond. Prof. dr. J. van Baren beëindigt in dit nummer zijn Geologische wandeling, waarin hij op aan trekkelijk wijze een relaas gaf van al hetgeen er aan de Duinvorming vastzit. Hoe schoon het duinlandschap wordt wanneer dit door den witten winter wordt aangeraakt, vertelt ons G. P. Klijn in een fijn prozastukje. J. G. Bernink werd getroffen door de witte wereld in zijn geliefde Twentsche land en be schrijft hoe schoon het gebied van den kron kelenden Dinkel in den winter is. De, op donkere vogelnesten gelijkende, mis vormingen in het geboomte, die den naam hek- senbezems dragen, hadden de levendige aan dacht van P. J. Schenk, die geruimen tijd stil staat bij dit zoo zeer tot de verbeelding spre kende verschijnsel. Ds. J. I. van Schaick is er met een vrijbuiter en zijn hond in een blanke winternacht op uit getrokken om een otter te verschalken; geen jachttropeeën werden verzameld, maar wel een fonds van fijne herinneringen aan een ont roerend mooien tocht over sneeuw en ijs. Kanaal-aanleg zal in 't Limburgsche boeiende en bloeiende schoonheid te loor doen gaan; dr. Felix Rutten is het, die in een pakkend artikel dit verlies betreurt. G. J. Klokman J.Az., kenner van den Gelder- schen Achterhoek als weinigen, vertelt smakelijk van oude gebruiken die in zijn streek nog in eere zijn gebleven. Een nieuwe rubriek werd in 't tijdschrift .'ge opend, getiteld „Van en voor de lezers", waar in redactie en belanghebbend publiek korte notities geven met betrekking tot de meest uit- eenloopende onderwerpen. Tal van mooie foto's verluchten den tekst. Die foto's alleen reeds zouden het tijdschrift het bezitten waard maken. - Van uit de geheele staf van medewerkers willen we alleen de op dit gebied zoo bekende Prof. Dr. A. van Veldhuizen noemen. Wat deze twee nummers geven verdient waardeering en lof. Slechts een enkele opmerking moeten we maken en wel, dat we tegen enkele uitdruk kingen in het artikel van Ds. J. I. van Schaick bezwaar hebben, b.v.: Daar werd waarachtig al 't jagersbloed in mij wakker, en verder weer waar gesproken wordt over: „Gezegend dijkje Zulke uitdrukkingen kunnen beter vermeden worden, een bepaalde kring van lezers zal zich daaraan hinderen. HOOGE RAAD. De derde man bracht het geld an. De Hooge Raad heeft Dinsdag behandeld cassatieberoepen van mej. L. v. B. en P. J.. K„ de eerste eigenaresse van een lampekappezaak, de tweede zaakwaarnemer, beiden te Rotterdam. De zaak van mej. v. B. was niet naar wensch gegaan en zij had de hulp ingeroepen van den zaakwaarnemer K„ die voorstelde van de zaak een N.V. te maken, hetgeen mej. v. B. goed vond. K. werd president-commissaris, mej. v. B. bracht als aandeelhoudster de zaak in, die voor 25.000 te boek werd gezet. Men had nu nog een aandeelhouder noodig en plaatste een ad vertentie. Iemand uit Sommelsdijk werd het slachtoffer, stortte 5000 en zag er nooit meer wat van terug, want K. en mej. B. gingen spoedig een „zakenreisje" maken en toen zij terugkwamen was er van de 5000 nog maar 300 gulden over. De Rechtbank te Rotterdam veroordeelde mej. v. B. wegens verduistering tot 6 maanden gevangenisstraf, K. wegens heling tot 1 Yi jaar gevangenisstraf. Het Haagsche Gerechtshof had ten aanzien van de straf beide vonnissen bevestigd. Namens requiranten werden deze arresten be streden door mr. J. H. G. Bekker, te 's-Graven- hage, die tot vernieling concludeerde en daartoe 12 cassatiemiddelen voorstelde. De conclusie van het O. M. werd bepaald op 25 Maart. TWEE MEISJES VERBRAND. Te Hagen in Westfalen is een groot woon huis in de Marienstrasse vernield door een brand, die zoo snel om zich heen greep, dat het heele pand al in vlammen stond voordat de brandweer aankwam. Tal van bewoners moesten uit de vensters springen om zich te redden. Daarbij zijn twaalf menschen licht ge wond. Twee meisjes, van 24 en 26 jaar, doch ters van den eigenaar van het huis, zijn echter verbrand. Haar verkoolde lijken zijn in een slaapkamer gevonden. DIEFSTAL VAN EEN GELDKISTJE. Een aanzienlijk bedrag ontvreemd. Dinsdagavond tegen zes uur is in den winkel van de fa. J„ een pianohandel aan de Regen- tesselaan in Den Haag, toen deze winkel eenige oogenblikken onbeheerd stond, een man, die waarschijnlijk van de situatie goed op de hoog te is geweest, binnengekomen. Achter het ma gazijn is het kantoor der firma, dat door twee schuifdeuren van den winkel is gescheiden. Deze schuifdeuren waren aan de binnenzijde met een lip gesloten. De dief heeft echter kans gezien, deze deuren te openen. In het kantoor staat een schrijfbureau en daaruit is een geld kistje met eenige papieren en een bedrag van 8500 aan contanten gestolen. De diëf is er met het geldkistje van door gegaan; waarschijnlijk had hij een fiets buiten staan. Dadelijk daarop bemerkte de heer J. den dief stal. Men heeft nog getracht buiten een spoor van den vluchteling te ontdekken, maar dit moest men spoedig opgeven. De politie stelt een uitgebreid onderzoek in. Men vermoedt, dat deze man ook de hand heeft in verschillende andere diefstallen van den laat- sten tijd. KINDERARBEID. Het gemeentebestuur van Berlijn heeft op de lagere scholen een onderzoek laten instellen naar den omvang van ongeoorloofden kinder arbeid. Daarbij is gebleken, dat niet minder dan 7895 schoolkinderen, onder ontduiking van de bepalingen der kinderwet, werk verrichten. In 635 gevallen werken kinderen meer dan vier uur per dag, in 119 gevallen zelfs meer dan 6 uur en in 1735 gevallen verrichten zij arfieid op Zondag. De schoolartsen hebben bij 1347 kinderen schadelijke gevolgen geconstateerd en daarom heeft het gemeentebestuur besloten met de ui terste strengheid op de handhaving van het verbod van kinderarbeid toe te zien. De dubieuse toestand der geldmarkt, welke reeds geruimen tijd het zakenleven beïnvloed, is er ook in de laatste week niet op verbeterd, en in verschillende opzichten blijft deze toestand zorg baren. Er bestaat groote kans, dat indien niet van hoogerhand met beleid wordt opgetre den, en speculatieve manoeuvres in het juiste spoor worden geleid, er voor den handel in het algemeen zeer nadeelige gevolgen te duchten zijn. Indien er inderdaad gebrek aan geld bestond, dan zou voor een dergelijk vooruitzicht min der gevreesd worden dan nu er in werkelijk heid geldruimte bestaat, en desondanks de Lon- densche Bank onlangs genoodzaakt werd, haar middelen te beschermen door verhooging van den rentevoet, en een ongezonde verhouding met het overvloedige geld aan de andere zijde van den Oceaan tegen te gaan. Wij hebben te dezer plaatse er reeds vroeger op gewezen, dat de schuld van den obnormalen toestand op de wereld-geldmarkten bij New-York ligt. Bij een groote geldruimte in de Unie zijn de geldkoer sen aldaar zeer hoog, terwijl in het in opkomst zijnde Europa, alwaar met voorzichtigheid en wijs beleid de bestaande middelen productief worden gemaakt, de prijzen van het geld veel lager zijn. Zonder overdrijving kan men dit ge rust een abnormale verhouding noemen, waar mede weliswaar reeds sedert geruimen tijd is rekening gehouden, doch waarvan de nadeelige gevolgen ten slotte niet konden uitblijven. Goud verschuivingen van de Oude naar de Nieuwe Wereld konden op een zeker moment niet ver meden worden, vooral toen ook de wisselkoers den gouduitvoer noodzakelijk maakte. Zelfs op het oogenblik verkeert men nog in het onzekere of andere landen buiten Engeland in staat zullen blijken den bestaanden toestand het hoofd te bieden en of verhooging van den rentevoet hunner centrale instellingen noodig zal zijn. Het mag van algemeene bekendheid worden geacht, dat te New-York van hooger hand reeds gedurende geruimen tijd een heftige strijd ge voerd wordt tegen het onrechtmatig aanwenden der voorhanden zijnde ruime middelen. Een tij delijk succes werd bereikt door de disconto- verhooging der Fed. Res. Bank in den loop van het vorig jaar. De toestand werd echter van an dere zijde weer verzwaard door de speculatie de behulpzame hand te bieden en toen door credietbeperking op groote schaal de eenmaal in benarde omstandigheden geraakte dobbelaars van de baan werden geschoven, was de over winning nog niet verzekerd, omdat diegenen welke beter gesitueerd waren zich het hausse- spel niet lieten ontzeggen. Men begint er dan ook aan te twijfelen, of de door de Fed. Res. Bank gevoerde politiek wel de juiste zal blijken te zijn. Onlangs bestond er eenige onzekerheid, toen de credietbeperking met behulp van andere ban ken te New-York tot de uiterste grens werd ge voerd, en door buitengewoon hooge geldkoer sen de speculatie tot nadenken werd gebracht op het moment, dat de fondsenmarkt aldaar een ongekend hoogtepunt bereikt had. De ver hooging van het bankdisconto door de Engel- sche Bank gold onvoorwaardelijk als een ernsti ge waarschuwing in werkelijkheid legde Wall- street het hoofd neer, doch de haussiers vonden weder gelegenheid hun spel voort te zetten, zoo dra de geldkoersen terwille van het zakenleven gedaald waren. De activiteit der Amerikaansche Investment Trusts, verleende hiertoe een krach- tigen steun. Bedoelde Trusts zijn opgericht met groote kapitalen, en kunnen niet alleen voldoende ka pitaal voor belegging beschikbaar stellen, doch bovendien de markt ten zeerste beïnvloeden door verschillende catagoriën van fondsen te steunen. Bij de wetenschap, dat in verband hiermede een verhoogde rentevoet toch niet de gewenschte uitwerking zou hebben, heeft de Fed. Res. Bank haar toevlucht dan ook niet tot dit middel genomen. Zij blijft echter voortgaan met uiterste credietbeperking, welke in zekere mate dan toch eenig resultaat heeft. Daarom worden de geldprijzen te New-York voortdurend hoog gehouden en stegen dezer dagen zelfs 10 a 12 Hierdoor werd weliswaar aan de haus siers in Wallstreet paal en perk gesteld, doch het feit was absoluut niet van invloed voor waarden welke den buitengewoon gunstigen economischen toestand der Vereenigde Staten vertegenwoordigen. De berichten uit de industri- eele centra gaven hiertoe volop aanleiding. De Amerikaansche kopermarkt b.v. fleureert buitengewoon. Koper is een zeer belangrijk ar tikel, omdat het product voor zeer veel doel einden, welke tijdens en na den oorlog achter wege moesten blijven, weder sterk wordt aan gewend. Er is daardoor zeer groote vraag, en bijna alle mijnen ter wereld werken op volle capaciteit. Als gevolg daarvan is de productie sterk gestegen. Niettegenstaande dit, zijn door de groote afname de voorraden sterk geslon ken, en over de geheele wereld zijn koopers van het artikel in de markt, omdat men bevreesd is anders te laat te komen. Als gevolg hiervan zijn de koperprijzen sterk gestegen. Ook over den toestand in de Amerikaansche ijzer- en staalnijverheid luiden de berichten voortdurend gunstig, en zou in het eerste kwar taal een recordproductie worden verwacht. De ze toeneming der productie gaat eveneens ge paard met een verhooging der prijzen, hetgeen wijst op een toename der orders voor deze indu strieën. Alhoewel er geen directe behoefte aan ijzer bij de handelaars bestaat, willen deze niet als vorige jaren de nadeelige gevolgen onder vinden van de gewoonte, slechts tot dekking van de onmiddellijke behoefte te koopen, en geven daarom grootere opdrachten, teneinde niet te moeten wachten als nieuwe orders bin nenkomen. Op Woensdag 20 Maart 1929 des nam. 5 uur (na aankomst tram) te Stellendam, ter herberge van A. Kaashoek, verhuring van 56 perceelen hoverijland, in kavels 21 van den Adrianapolder, in kavels 6, 12, 25 en 31 van den Eendrachtspolder, en in kavel 7 van den Halspolder onder Stellendam, ten verzoeke van den Heer D. Goekoop te Goedereede. Notaris VAN DER SLUYS. Zaterdag 23 Maart bij inzet en Zaterdag 30 Maart bij afslag, telkens des avonds 6 uur te Ouddorp in het Logement Akershoek van een huis met schuurtje, tuin en bouwland in den polder Oude Oostdijk onder Ouddorp, aan den Noordweg, kadaster Sectie C No. 745, groot 17 Aren 36 Centiaren of 113'/jR. V.M. De grond is dadelijk te aanvaarden, het huis uiterlijk op 1 Mei 1929 Ten verzoeke van den Heer Kommer de Vogel Janszoon. Notaris VAN DEN BERG. Zaterdag 23 Maart bij inzet en Zaterdag 30 Maart bij afslag telkens des avonds 6 uur te Ouddorp in het Logememt Akerhoek van een huis van twee woningen waarvan één gericht tot winkel, met schuur en tuin te Ouddorp, aan den Nieuweweg, kadaster Sectie E No. 63.14.03 en 1404, groot 4 Aren 29 Centiaren. Dadelijk te aanvaarden. Ten verzoeke van den Heer A. W. Moerkerk, te Ouddorp. Notaris VAN DEN BERG. M'n lezeressen weten het misschien wel dat in Burlington House te Londen een Hollandsche Kunsttentoonstelling gehouden is. Veel Nederlanders hebben deze tentoonstel ling bezocht en H. M. de Koningin-Moeder is ook naar Londen gegaan om onze Hollandsche kunst daar te bewonderen. De Engelsche correspondent van „De Maas bode" schreef aan zijn blad een interressant stuk over den indruk die het bezoek van H.M. maakte. Ik vond het zelf zoo prettig zooveel liefs over Koningin Emma te lezen dat ik dade lijk dacht: dat zet ik in ons hoekje, dan kunnen allen eens zien hoe men in Lnoden over Konin gin Emma oordeelt. „A darling ,,'n Schat Neen, neen, dat is niet de officieele term, waarmee men in de „Court Circular", het „Hof-bulletin", een Koningin pleegt aan te duiden. Daarin heet Koningin Emma „Her Majesty the Queen Mother of the Nether lands." 1). Maar de jonge dames, die in Burlington House heden zoo verdacht veel belangstelden juist in de zaal, waar op zeker oogenblik Koningin Emma vertoefde, formuleerden haar „recensie" kort en bondig in den zachten uit roep „A darling 'n Paar dozijn malen heb ik dat woord ge hoord enin gedachten beaamd. En de Engelsche meisjes en dames, waarvan de meesten wel niets zullen afweten van 't on noemelijk vele, dat ons volk te danken heeft aan deze Koningin, kunnen er geen flauw be grip van hebben welk 'n „darling" wij, Hol landers haar wel vinden. Want wij zien hoe lief en innemend deze Vorstin is, maar wij weten hoe Koningin Emma op ons allen een groote schuld van dankbaarheid geladen heeft door haar wijs heid, haar toewijding en haar goedheid. Ik kon de verstoktste republikein zijn, maar van Koningin Emma zou ik niet minder hou den. En dat steeds opnieuw gefluisterde „A darling" deed mij goed 't ontroerde mij bijna, want „a darling" noemt een jonge vrouw een oudere, wanneer zij voelt dat zij haar tot moe der had willen hebben. En is Koningin Emma niet de Moeder van onze eigen Koningin is zij niet jarenlang de Moeder de jonge, maar ervaren Moeder van ons volk geweest En die 71-jarige Moeder is nog steeds jong, ofschoon de jaren haar zulk 'n diepe bekoor lijkheid gegeven hebben. Is iemand, die des nachts naar Londen reist, uren en uren lang door tentoonstellingszalen schrijdt, met geen andere rustpoos dan een korte lunch en een tea bij den gazant, en daarna naar 't station rijdt, omper trein en nachtboot terug te keeren, soms niet jong En onze Koningin- Moeder zag er, toen zij, na even op het perron vertoefd te hebben, in den salonwagen stapte, niet vermoeid uit. Welk een bewonderens waardige vitaliteit en wilskrachtVeel jon geren moeten zich geschaamd hebben Aanvankelijk werd iedere zaal ontruimd, al vorens Hare Mejesteit binnentrad, opdat het gedrang der bezoekers haar niet vermoeien zou. Maar hierin maakte Koningin Emma spoedig een einde. „Zij moeten de schilderijen óók zien", zei- de zijn. De „Evening News" schrijft over haar met een treffende verknochtheid. „A face mellowed and sweetened by age,, 2) zegt het blad. over het gelaat der Koningin- Moeder sprekend, 't Was dat lieve, moederlij ke gezicht, dat allen zoo sterk voor Hare Majesteit innam. Maar niet alleen 't gezicht. Lees hoe de „Evening News" het weergeeft „Rondom haar waren de vrouwen en meis jes van 't moderne Londen slank, geshing- led, met zijden kousen onder de korte rok ken. Maar de Koningin-Moeder was frank en fier ouderwetsch (frankly and proudly old- fashioned) van het topje van haar hoed tot aan den zoom van haar langen, zwarten rok." „De vrouwen", constateert het blad verder, „keken naar haar met een glimlach van groote sympathie -- zagen haar wit kanten kraag, de stevig vastgebonden zwarte paraplui, de kleine bruine boa over haar schouders, den hoed met den kleinen zwarten pluim, den bril, waardoor zij 't eene schilderij na 't andere bekeek. „Zij bekeek ieder schilderij twee maal en er zijn er honderden. Zij ging twee maal langs de muren van iedere zaal, eerst in de eene, dan in de andere richting. De meeste meesterwerken herkende zij. „Daar is de afdeeling van 't Kasteel Bent- heim", zeide zij, stilstaande voor het doek. „Mijn zuster woont daar. Ziet u dat venster Ik zie haar bijna er voor staan." De „human touch", die de Engelschen op zoo hoogen prijs Stellen, was in alles wat Hare Mejesteit deed en zeide. Bij haar aankomst had zij te kennen ge geven dat zij gelukig was in Engeland te Zijn. Londen op zijn beurt heeft haar aanwe zigheid niet minder gewaardeerd. „Loveliest old lady in Europa", 3) luidt de „kop" boven het verslag dat de „Daily Ex press" geeft van Koningin Emma's bezoek, 't Zelfde blad kwam, naar aanleiding van dat bezoek, twee dagen geleden met een klein hoofdartikel uit, getiteld „The friendly Dutch" Uit 't verslag citeer ik de volgende passa ge „Deze prachtige oude dame, de Koningin- Moeder van Nederland, was vol gratie, een kostelijke herinnering aan een gracieuser tijd, Zij was zich volmaakt onbewust van haar eigen bekoorlijkheid. Haar zacht roze gelaat werd verlevendigd door gelukige glimlachtjes. Zij scheen niets te voelen voor de drukte, die van haar gemaakt werd, en er toch een rustig behagen in te scheppen. „Allen om haar heen glimlachten. Geen van de officieele persoonlijkheden scheen ge jaagd of bezorgd te zijn. Dat zou in haar tegenwoordigheid onmogelijk geweest zijn. Naar haar kijken was glimlachen." De „Daily Mail" schrijft dat de „officials verbaasd stonden wegens de onvermoeidheid en energie der Koningin. (Niet-officials ook.) „Zij zag er merkwaardig frisch en opgewekt uit na haar reis van veertien uren", con stateerde de „Morning Post", en hetzelfde blad schrijft dat Koningin Emma „iedere schil derij" begreep en geen detalis over het hoofd zag." De „Daily Telegraph" merkte op dat Hare Majesteit zelfs bij haar vertrek van Victoria Station, na den drukken dag die gevolgd was op een nachtreis, nog niet de minste tee kenen van vermoeidheid vertoonde. 1) Hare Majesteit de Koningin-Moeder van Nederland. -) Een gelaat waar de ouderdom zachte en aangename trekken indrukte. 3) De liefste oude dame van Europa. ,,V CORRESPONDENTIE Volgende week hopen we de rest van ons breipatroon te geven. M'n beste nichtjes e» neefjes 1 Jullie zult wel dikwijls in mijn briefje lezen, dat ik een neefje of nichtje hartelijk dank zeg voor een aardig gedicht of rijmpje. Toen ik nu onlangs weer een paar van die aardige dingen ontvang, dacht ik: Ja, dat is nu echt leuk, maar ik heb er maar alleen de pret van". Maar meteen bedacht ik er bij: ,,'k Zal eens wachten tot ik een heele verzameling heb en dan zet ik ze in de krant, dan hebben we er allemaal pret van." En dat zal ik nu van dezen keer eens doen. Al die leutige gedichtjes en rijmpjes komen dus nu tegelijk. O ja, nog even wat vertellen. Daar wordt me zooveel gevraagd: Tante, wanneer krijgen we nu weer een wedstrijd dat ik nu heusch niet langer wil wachten. Ik beloof jullie, dat ik over veertien dagen alles van den wedstrijd in de krant zal zetten. Welken wedstrijd zullen we houden, denken jullie. Jullie mogen eens helpen kiezen. Nu hoor, ons praatje mag niet al te lang worden, „daarom allemaal heel veel groeten van jullie TANTE TRUUS. Ingezonden door Adriana R. te Ooltgensplaat: Mijn zusje ging eens baden, Eens baden in de zee. En bracht toen uit het water Twee mooie schelpjes mee. Ze waren mooi en keurig, En rozerood getint. Zus liet ze dadelijk drogen Door 't zonnetje en den wind. 'k Wed, dat ze niets zou leeren Als ze in de klasse zat, En zij haar mooie schelpjes Eens thuis gelaten had. Ja, als ze zonder schelpjes Naar bed zou moeten gaan, Zou ze nog liever slaperig Aan tafel blijven staan. Kent iemand nu die dingkes Van kleine zus misschien Wie haar op straat ziet loopen, Kan ze gemakkelijk zien. Antwoord Oorschelpen. Ingezonden door Gerrit P. te Numansdorp Winter. Winter, 't blijft maar winter, Alles koud en hard en stijf. Menschen zie je, verkleumd van de koude Met dikke jassen over het lijf. Ondanks de kou, het ijs en stilte, Tante kan geen ruste zien. De raadsel-brieven doen hun ronde, Zoo niet per boot, dan vliegmachien. Ingezonden door Gerrit P. te Numansdorp WINTER. Sneeuw en ijs Stel ik op prijs. De schaatsen aan, Over de baan, O, wat een pret, Droomen in bed Van sleden, en rijden, Plezier aan alle zijden- Ingezonden door Marie C. W. te Mïddelharnis: Als ik me niet vergist, Heeft U me wel gemist In onze Familie groot, 'k Gaf die niet graag brood. Met mijn Hadanger schiet ik goed op. Nog open werken en't zit er op. Schaatsen rijden wilde ik nog niet leeren. Ik was bang, dat ik mij zou bezeeren. En Tante, heeft U plezier gehad, Of hebt U de schaatsen niet onder gehad 7 En Tante, nu ga ik eindigen hierbij. Dat U dat puntje in de krant zette, daarom was ik blij. Nu is de brief wel niet heel lang, Maar U zijt toch niet boos Daarvoor ben 'k ook niet bang. Ingezonden door Riek P. te Numansdorp RIJMPJE. Er waren eens drie eendjes, in een pontje Het eene heette Bontje, Het tweede heette Gontje, En ,het derde heette Klisklasklepklepelklontje, Dat vond eens een klontje, Maar ze wou het niet geven aan Bontje. En gooide dien naar Klisklasklepklepel- klontje's been. „O, foei", zei toen Gontje, „Neem jij een steen, En gooi je dien naar Klisklasklepklepel- klontje's been Ingezonden door Hendrik P, te Dirksland RIJMPJE. Een blij gelaat, Een vroom gemoed, Een rappe hand, Een vlugge voet, Is ieder kind Een kost'lijk goed. Ziezoo kinderen, dat zijn er al heel wat, hé Maar nu heb ik er nog een paar liggen, die moet ik nog wat bewaren, anders maak ik nu ons hoekje te groot en dat mag niet. Allemaal gendag. TANTE TRUUS. Corresponden aan De sleutell met als drei| tegen deze op d6 te ol de thematisch 1L| 1 keering vanl 1f halfpennings Iedere va aanleiding d5 vrij geel Andere v\ 1 1 Bovendieij 4e variant gelmoes du^ en zwarte Pro JOf X/ Wit: Kb Zwart: Wit gee| Oplossin Men kaj toetreden, zet telt vo| oplossing (minimum delijksche punten hel) Heeft meri ingezonded mee te dol Stl C. TiemeJ A. Verbri) D. Hoflan H. Tiemeil A. v. Dijl W. Nieuvf F. C. La| „Udi" G. Mooiwl G. v. Geil Wij we| beklimmin Wit va 2. Db6- 5. Tb4j-, f Na 3. Witj Sand Wit: g2, h5. Zwart:! Er voli 41. Lg5,[ 44. Df5, moeten 47. Kh2,| 50. Lg7jl Zwart Dond Haas nil les te gi dacht Jes gezij

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1929 | | pagina 2