populariteit
BESTEVAER
Uotnik
(tGOflomisch MierzictiL
Dit numi
Rechtzaken.
Gemengd Nieiiwi
V er koopingen.
Voor de Vrouw.
Voor de Jeugd.
Zatei
Boekbespreking.
berust op de tevredenheid van
een zien steeds uitbreidende
krino van trouwe afnemers.
A.V.P.BI0G ELAAR XhO A. ROOSENDAAL
HOESJE VOOB VROUW E3ST SIIiTD
SCI
Zooals ik zei, geeft ik deze cijfers, omdat
de heer Schut zegt, dat de statistiek ons op
dit terrein veel leert. Welnu, ze kan hem lee-
ren, dat onjuist is wat hij in zijn voorgaand
schrijven meende te mogen condudeeren, dat
de Kerken in dit opzicht „hard achteruit" ge
gaan zijn.
Juist die Kerken» waaruit de A. R. Partij
wordt opgebouwd, mogen den toets der critiek
doorstaan.
Die cijfers bewijzen dan, dat „Het Volk"
liegt als het zegt, dat „als zij het van de
Antirev. moesten hebben, de werkloozen aan
de naakte ellende zouden zijn overgeleverd."
(Zie „Het Volk" van j.l. Dinsdag).
Nogmaals alléén maar de A. R. hangen
het niet aan de groote klok, dat zij jaarlijks
millioenen opbrengen voor de armen en de el-
lendigen. Zij vullen hun pers er niet mee en
maken geen foto's van de gezinnen, die we
kelijks 10.tot 20.— van de diaconie
trekken, zooals in de groote steden gebeurt.
En die kerken erkennen, dat er 'nog reden
tot boete is en tot inhalen van schade.
Want het ideaal der Gereformeerden is, dat
hun armen alléén door de kerk geholpen wor
den, omdat het een eere is voor de geholpenen
niet door het wereldlijk armbestuur bedeeld
maar door eigen broeders en zusters mede
gedeeld te worden. (Dat was Kuyper's
visie op deze zaak!). Verscheidene kerken in
ons land zijn reeds zoover. (Ik wees reeds op
Zuidland). En ook de diaconie der Ger. Kerken
te Rotterdam vraagt niet meer „hoeveel de
kas kan missen", doch „hoeveel eischt de eco
nomische nood in een bepaald gezin".
Dat ideaal is nog overal niet bereikt. En
dat het vóór de 50-er en 60-er jaren der vorige
eeuw (waarover Kuyper sprak) nog verder
er van af waren, geef ik grif toe. Maar dat
vond zijn oorzaak in het feit, dat juist in die
jaren de kerken meer dan nu onder de doodende
beademing gekomen waren van het beginsel
waar ook de S.D.A.P. uit opleeft.
Maar dat het hooge ideaal, dat Kuyper voor
stond, ook nu nog niet overal bereikt is, mag
den heer Schut geen oorzaak zijn om minach
tend-op de geweldige offers der kerken neer te
zien.
Want het feit is niet weg te redeneerx, dat
tegenover de millioenen, die de christenen zich
getroosten voor al wat hulp behoeft, de S. D.
A. P. nog geen slag heeft uitgevoerd.
UITKIJK.
„De bloeiende Wildernis", een Feestboek
voor stille uren, door J. A. Tazelaar. Uitgave
van de Uitgeversmaatschappij „Holland" te
Amsterdam.
Wie dit boek leest met aandachtig hart,
het inderdaad een feestboek voor stille uren
vinden.
Een twee en twintig korte stukjes geven
leiding in onze gedachten voor de Advent,
Kerstfeest, Oudejaar, Nieuwjaar, voor Goeden
Vrijdag enz., tot het laatste stukje „Na Pink
steren', „Op naar bloeiende Tabernakelen",
troostend besluit: „Laat ons leven nog zijn een
leven vol zonden en zorgen, als het wezen
mag eep opgang naar Sion van „jaar tot jaar"
in Kerstnacht en in Passietijd, op Paschen en
op Pinksteren, volgen zal ten slotte uit ge
nade de feestelijke bekroning het eindeloos
vieren van het Feest der Loofhutten, vieren
met Hem."
Van begin tot het einde hebben we van dit
werkje genoten. En al was onze verwachting
hoog gespannen, doordat we eerder van den
zelfden schrijver lazen„Woestijn en Wijn
gaard", we zijn in genen deele teleurgesteld
Weer zagen we als toen een rijkdom van ge
dachten weergegeven in keur van woorden.
De meditatie „Lofzingend op den Lijdens
weg" vóór Goeden Vrijdag, welk een troost
en teerheid wordt hier uitgezegd. Christus heeft
gezongen vóór Zijn lijden. Opdat wij zingen
mogen. Zingen: Mijn Redder is mijn God.
„Het stille Kruis". Hoe gaarne zoude
ik deze Goede Vrijdag-meditatie geheel af
schrijven, opdat zoovelen die lezen konden.
En dan verder „Kerkhof en Kruidenhof", ja
allen zouden we ze willen opnoemen, omdat
ze één voor één ons ontroerd hebben, doordat
zoo grooten rijkdom, troost en bemoediging
uit de Schrift ons werd voorgehouden.
Zoo voak krijgen we stichtelijke lectuur te
lezen, we lezenen vergeten, doch wie van
dit werkje heeft genoten, vergeet het niet, doch
grijpt er telkens naar, om door nog eens te
lezen, zooveel schoons zich geheel eigen te
maken.
De technische verzorging van dit werkje :s
ook uitmuntend.
„De Wandelaar". Geïllustreerd maandblad
gewijd aan Natuurwaad'eering, Natuurbescher
ming, Heemschut, Geologie en Folklore. Uit
gave van A. G. Schoonderbeek, Laren.
We hebben twee nummers van dit tijdschrift
ontvangen en daarover kunnen we niet anders
dan onze waardeering over uitspreken. De in
houd is rijk aan verscheidenheid en keurig ver
zorgd.
We zullen in 't kort den inhoud van het
tweede nummer aanstippen; dan kan ieder zien
wat het geeft.
De redacteur, Rinke Tolman, schetst in een
causerie het leven der sierlijke blauwborstjes.
naakt eens kennis met dit
overheen/ijk. volrijp product
per'-h pond.
Prof. dr. J. van Baren beëindigt in dit nummer
zijn Geologische wandeling, waarin hij op aan
trekkelijk wijze een relaas gaf van al hetgeen
er aan de Duinvorming vastzit.
Hoe schoon het duinlandschap wordt wanneer
dit door den witten winter wordt aangeraakt,
vertelt ons G. P. Klijn in een fijn prozastukje.
J. G. Bernink werd getroffen door de witte
wereld in zijn geliefde Twentsche land en be
schrijft hoe schoon het gebied van den kron
kelenden Dinkel in den winter is.
De, op donkere vogelnesten gelijkende, mis
vormingen in het geboomte, die den naam hek-
senbezems dragen, hadden de levendige aan
dacht van P. J. Schenk, die geruimen tijd stil
staat bij dit zoo zeer tot de verbeelding spre
kende verschijnsel.
Ds. J. I. van Schaick is er met een vrijbuiter
en zijn hond in een blanke winternacht op uit
getrokken om een otter te verschalken; geen
jachttropeeën werden verzameld, maar wel een
fonds van fijne herinneringen aan een ont
roerend mooien tocht over sneeuw en ijs.
Kanaal-aanleg zal in 't Limburgsche boeiende
en bloeiende schoonheid te loor doen gaan; dr.
Felix Rutten is het, die in een pakkend artikel
dit verlies betreurt.
G. J. Klokman J.Az., kenner van den Gelder-
schen Achterhoek als weinigen, vertelt smakelijk
van oude gebruiken die in zijn streek nog in
eere zijn gebleven.
Een nieuwe rubriek werd in 't tijdschrift .'ge
opend, getiteld „Van en voor de lezers", waar
in redactie en belanghebbend publiek korte
notities geven met betrekking tot de meest uit-
eenloopende onderwerpen.
Tal van mooie foto's verluchten den tekst.
Die foto's alleen reeds zouden het tijdschrift
het bezitten waard maken.
- Van uit de geheele staf van medewerkers
willen we alleen de op dit gebied zoo bekende
Prof. Dr. A. van Veldhuizen noemen.
Wat deze twee nummers geven verdient
waardeering en lof.
Slechts een enkele opmerking moeten we
maken en wel, dat we tegen enkele uitdruk
kingen in het artikel van Ds. J. I. van Schaick
bezwaar hebben, b.v.: Daar werd waarachtig
al 't jagersbloed in mij wakker, en verder weer
waar gesproken wordt over: „Gezegend dijkje
Zulke uitdrukkingen kunnen beter vermeden
worden, een bepaalde kring van lezers zal zich
daaraan hinderen.
HOOGE RAAD.
De derde man bracht het geld an.
De Hooge Raad heeft Dinsdag behandeld
cassatieberoepen van mej. L. v. B. en P. J.. K„
de eerste eigenaresse van een lampekappezaak,
de tweede zaakwaarnemer, beiden te Rotterdam.
De zaak van mej. v. B. was niet naar wensch
gegaan en zij had de hulp ingeroepen van den
zaakwaarnemer K„ die voorstelde van de zaak
een N.V. te maken, hetgeen mej. v. B. goed
vond. K. werd president-commissaris, mej. v. B.
bracht als aandeelhoudster de zaak in, die voor
25.000 te boek werd gezet. Men had nu nog
een aandeelhouder noodig en plaatste een ad
vertentie. Iemand uit Sommelsdijk werd het
slachtoffer, stortte 5000 en zag er nooit meer
wat van terug, want K. en mej. B. gingen
spoedig een „zakenreisje" maken en toen zij
terugkwamen was er van de 5000 nog maar
300 gulden over.
De Rechtbank te Rotterdam veroordeelde
mej. v. B. wegens verduistering tot 6 maanden
gevangenisstraf, K. wegens heling tot 1 Yi jaar
gevangenisstraf.
Het Haagsche Gerechtshof had ten aanzien
van de straf beide vonnissen bevestigd.
Namens requiranten werden deze arresten be
streden door mr. J. H. G. Bekker, te 's-Graven-
hage, die tot vernieling concludeerde en daartoe
12 cassatiemiddelen voorstelde.
De conclusie van het O. M. werd bepaald
op 25 Maart.
TWEE MEISJES VERBRAND.
Te Hagen in Westfalen is een groot woon
huis in de Marienstrasse vernield door een
brand, die zoo snel om zich heen greep, dat
het heele pand al in vlammen stond voordat
de brandweer aankwam. Tal van bewoners
moesten uit de vensters springen om zich te
redden. Daarbij zijn twaalf menschen licht ge
wond. Twee meisjes, van 24 en 26 jaar, doch
ters van den eigenaar van het huis, zijn echter
verbrand. Haar verkoolde lijken zijn in een
slaapkamer gevonden.
DIEFSTAL VAN EEN GELDKISTJE.
Een aanzienlijk bedrag ontvreemd.
Dinsdagavond tegen zes uur is in den winkel
van de fa. J„ een pianohandel aan de Regen-
tesselaan in Den Haag, toen deze winkel eenige
oogenblikken onbeheerd stond, een man, die
waarschijnlijk van de situatie goed op de hoog
te is geweest, binnengekomen. Achter het ma
gazijn is het kantoor der firma, dat door twee
schuifdeuren van den winkel is gescheiden.
Deze schuifdeuren waren aan de binnenzijde
met een lip gesloten. De dief heeft echter kans
gezien, deze deuren te openen. In het kantoor
staat een schrijfbureau en daaruit is een geld
kistje met eenige papieren en een bedrag van
8500 aan contanten gestolen.
De diëf is er met het geldkistje van door
gegaan; waarschijnlijk had hij een fiets buiten
staan.
Dadelijk daarop bemerkte de heer J. den dief
stal. Men heeft nog getracht buiten een spoor
van den vluchteling te ontdekken, maar dit
moest men spoedig opgeven.
De politie stelt een uitgebreid onderzoek in.
Men vermoedt, dat deze man ook de hand heeft
in verschillende andere diefstallen van den laat-
sten tijd.
KINDERARBEID.
Het gemeentebestuur van Berlijn heeft op de
lagere scholen een onderzoek laten instellen
naar den omvang van ongeoorloofden kinder
arbeid. Daarbij is gebleken, dat niet minder dan
7895 schoolkinderen, onder ontduiking van de
bepalingen der kinderwet, werk verrichten. In
635 gevallen werken kinderen meer dan vier
uur per dag, in 119 gevallen zelfs meer dan
6 uur en in 1735 gevallen verrichten zij arfieid
op Zondag.
De schoolartsen hebben bij 1347 kinderen
schadelijke gevolgen geconstateerd en daarom
heeft het gemeentebestuur besloten met de ui
terste strengheid op de handhaving van het
verbod van kinderarbeid toe te zien.
De dubieuse toestand der geldmarkt, welke
reeds geruimen tijd het zakenleven beïnvloed, is
er ook in de laatste week niet op verbeterd, en
in verschillende opzichten blijft deze toestand
zorg baren. Er bestaat groote kans, dat indien
niet van hoogerhand met beleid wordt opgetre
den, en speculatieve manoeuvres in het juiste
spoor worden geleid, er voor den handel in het
algemeen zeer nadeelige gevolgen te duchten
zijn.
Indien er inderdaad gebrek aan geld bestond,
dan zou voor een dergelijk vooruitzicht min
der gevreesd worden dan nu er in werkelijk
heid geldruimte bestaat, en desondanks de Lon-
densche Bank onlangs genoodzaakt werd, haar
middelen te beschermen door verhooging van
den rentevoet, en een ongezonde verhouding met
het overvloedige geld aan de andere zijde van
den Oceaan tegen te gaan. Wij hebben te dezer
plaatse er reeds vroeger op gewezen, dat de
schuld van den obnormalen toestand op de
wereld-geldmarkten bij New-York ligt. Bij een
groote geldruimte in de Unie zijn de geldkoer
sen aldaar zeer hoog, terwijl in het in opkomst
zijnde Europa, alwaar met voorzichtigheid en
wijs beleid de bestaande middelen productief
worden gemaakt, de prijzen van het geld veel
lager zijn. Zonder overdrijving kan men dit ge
rust een abnormale verhouding noemen, waar
mede weliswaar reeds sedert geruimen tijd is
rekening gehouden, doch waarvan de nadeelige
gevolgen ten slotte niet konden uitblijven. Goud
verschuivingen van de Oude naar de Nieuwe
Wereld konden op een zeker moment niet ver
meden worden, vooral toen ook de wisselkoers
den gouduitvoer noodzakelijk maakte. Zelfs op
het oogenblik verkeert men nog in het onzekere
of andere landen buiten Engeland in staat zullen
blijken den bestaanden toestand het hoofd te
bieden en of verhooging van den rentevoet
hunner centrale instellingen noodig zal zijn.
Het mag van algemeene bekendheid worden
geacht, dat te New-York van hooger hand reeds
gedurende geruimen tijd een heftige strijd ge
voerd wordt tegen het onrechtmatig aanwenden
der voorhanden zijnde ruime middelen. Een tij
delijk succes werd bereikt door de disconto-
verhooging der Fed. Res. Bank in den loop van
het vorig jaar. De toestand werd echter van an
dere zijde weer verzwaard door de speculatie
de behulpzame hand te bieden en toen door
credietbeperking op groote schaal de eenmaal
in benarde omstandigheden geraakte dobbelaars
van de baan werden geschoven, was de over
winning nog niet verzekerd, omdat diegenen
welke beter gesitueerd waren zich het hausse-
spel niet lieten ontzeggen. Men begint er dan
ook aan te twijfelen, of de door de Fed. Res.
Bank gevoerde politiek wel de juiste zal blijken
te zijn.
Onlangs bestond er eenige onzekerheid, toen
de credietbeperking met behulp van andere ban
ken te New-York tot de uiterste grens werd ge
voerd, en door buitengewoon hooge geldkoer
sen de speculatie tot nadenken werd gebracht
op het moment, dat de fondsenmarkt aldaar
een ongekend hoogtepunt bereikt had. De ver
hooging van het bankdisconto door de Engel-
sche Bank gold onvoorwaardelijk als een ernsti
ge waarschuwing in werkelijkheid legde Wall-
street het hoofd neer, doch de haussiers vonden
weder gelegenheid hun spel voort te zetten, zoo
dra de geldkoersen terwille van het zakenleven
gedaald waren. De activiteit der Amerikaansche
Investment Trusts, verleende hiertoe een krach-
tigen steun.
Bedoelde Trusts zijn opgericht met groote
kapitalen, en kunnen niet alleen voldoende ka
pitaal voor belegging beschikbaar stellen, doch
bovendien de markt ten zeerste beïnvloeden
door verschillende catagoriën van fondsen te
steunen. Bij de wetenschap, dat in verband
hiermede een verhoogde rentevoet toch niet de
gewenschte uitwerking zou hebben, heeft de
Fed. Res. Bank haar toevlucht dan ook niet tot
dit middel genomen. Zij blijft echter voortgaan
met uiterste credietbeperking, welke in zekere
mate dan toch eenig resultaat heeft. Daarom
worden de geldprijzen te New-York voortdurend
hoog gehouden en stegen dezer dagen zelfs 10
a 12 Hierdoor werd weliswaar aan de haus
siers in Wallstreet paal en perk gesteld, doch
het feit was absoluut niet van invloed voor
waarden welke den buitengewoon gunstigen
economischen toestand der Vereenigde Staten
vertegenwoordigen. De berichten uit de industri-
eele centra gaven hiertoe volop aanleiding.
De Amerikaansche kopermarkt b.v. fleureert
buitengewoon. Koper is een zeer belangrijk ar
tikel, omdat het product voor zeer veel doel
einden, welke tijdens en na den oorlog achter
wege moesten blijven, weder sterk wordt aan
gewend. Er is daardoor zeer groote vraag, en
bijna alle mijnen ter wereld werken op volle
capaciteit. Als gevolg daarvan is de productie
sterk gestegen. Niettegenstaande dit, zijn door
de groote afname de voorraden sterk geslon
ken, en over de geheele wereld zijn koopers
van het artikel in de markt, omdat men bevreesd
is anders te laat te komen. Als gevolg hiervan
zijn de koperprijzen sterk gestegen.
Ook over den toestand in de Amerikaansche
ijzer- en staalnijverheid luiden de berichten
voortdurend gunstig, en zou in het eerste kwar
taal een recordproductie worden verwacht. De
ze toeneming der productie gaat eveneens ge
paard met een verhooging der prijzen, hetgeen
wijst op een toename der orders voor deze indu
strieën. Alhoewel er geen directe behoefte aan
ijzer bij de handelaars bestaat, willen deze niet
als vorige jaren de nadeelige gevolgen onder
vinden van de gewoonte, slechts tot dekking
van de onmiddellijke behoefte te koopen, en
geven daarom grootere opdrachten, teneinde
niet te moeten wachten als nieuwe orders bin
nenkomen.
Op Woensdag 20 Maart 1929 des nam. 5
uur (na aankomst tram) te Stellendam, ter
herberge van A. Kaashoek, verhuring van
56 perceelen hoverijland, in kavels 21 van den
Adrianapolder, in kavels 6, 12, 25 en 31 van
den Eendrachtspolder, en in kavel 7 van den
Halspolder onder Stellendam, ten verzoeke
van den Heer D. Goekoop te Goedereede.
Notaris VAN DER SLUYS.
Zaterdag 23 Maart bij inzet en Zaterdag
30 Maart bij afslag, telkens des avonds 6 uur
te Ouddorp in het Logement Akershoek van
een huis met schuurtje, tuin en bouwland
in den polder Oude Oostdijk onder Ouddorp,
aan den Noordweg, kadaster Sectie C No.
745, groot 17 Aren 36 Centiaren of 113'/jR.
V.M.
De grond is dadelijk te aanvaarden, het
huis uiterlijk op 1 Mei 1929 Ten verzoeke
van den Heer Kommer de Vogel Janszoon.
Notaris VAN DEN BERG.
Zaterdag 23 Maart bij inzet en Zaterdag
30 Maart bij afslag telkens des avonds 6 uur
te Ouddorp in het Logememt Akerhoek van
een huis van twee woningen waarvan één
gericht tot winkel, met schuur en tuin te
Ouddorp, aan den Nieuweweg, kadaster
Sectie E No. 63.14.03 en 1404, groot 4 Aren
29 Centiaren. Dadelijk te aanvaarden. Ten
verzoeke van den Heer A. W. Moerkerk, te
Ouddorp.
Notaris VAN DEN BERG.
M'n lezeressen weten het misschien wel dat
in Burlington House te Londen een Hollandsche
Kunsttentoonstelling gehouden is.
Veel Nederlanders hebben deze tentoonstel
ling bezocht en H. M. de Koningin-Moeder is
ook naar Londen gegaan om onze Hollandsche
kunst daar te bewonderen.
De Engelsche correspondent van „De Maas
bode" schreef aan zijn blad een interressant
stuk over den indruk die het bezoek van H.M.
maakte. Ik vond het zelf zoo prettig zooveel
liefs over Koningin Emma te lezen dat ik dade
lijk dacht: dat zet ik in ons hoekje, dan kunnen
allen eens zien hoe men in Lnoden over Konin
gin Emma oordeelt.
„A darling ,,'n Schat
Neen, neen, dat is niet de officieele term,
waarmee men in de „Court Circular", het
„Hof-bulletin", een Koningin pleegt aan te
duiden. Daarin heet Koningin Emma „Her
Majesty the Queen Mother of the Nether
lands." 1).
Maar de jonge dames, die in Burlington
House heden zoo verdacht veel belangstelden
juist in de zaal, waar op zeker oogenblik
Koningin Emma vertoefde, formuleerden haar
„recensie" kort en bondig in den zachten uit
roep „A darling
'n Paar dozijn malen heb ik dat woord ge
hoord enin gedachten beaamd. En de
Engelsche meisjes en dames, waarvan de
meesten wel niets zullen afweten van 't on
noemelijk vele, dat ons volk te danken heeft
aan deze Koningin, kunnen er geen flauw be
grip van hebben welk 'n „darling" wij, Hol
landers haar wel vinden.
Want wij zien hoe lief en innemend deze
Vorstin is, maar wij weten hoe Koningin
Emma op ons allen een groote schuld van
dankbaarheid geladen heeft door haar wijs
heid, haar toewijding en haar goedheid.
Ik kon de verstoktste republikein zijn, maar
van Koningin Emma zou ik niet minder hou
den. En dat steeds opnieuw gefluisterde „A
darling" deed mij goed 't ontroerde mij bijna,
want „a darling" noemt een jonge vrouw een
oudere, wanneer zij voelt dat zij haar tot moe
der had willen hebben. En is Koningin Emma
niet de Moeder van onze eigen Koningin is
zij niet jarenlang de Moeder de jonge, maar
ervaren Moeder van ons volk geweest
En die 71-jarige Moeder is nog steeds jong,
ofschoon de jaren haar zulk 'n diepe bekoor
lijkheid gegeven hebben. Is iemand, die des
nachts naar Londen reist, uren en uren lang
door tentoonstellingszalen schrijdt, met geen
andere rustpoos dan een korte lunch en een
tea bij den gazant, en daarna naar 't station
rijdt, omper trein en nachtboot terug te
keeren, soms niet jong En onze Koningin-
Moeder zag er, toen zij, na even op het perron
vertoefd te hebben, in den salonwagen stapte,
niet vermoeid uit. Welk een bewonderens
waardige vitaliteit en wilskrachtVeel jon
geren moeten zich geschaamd hebben
Aanvankelijk werd iedere zaal ontruimd, al
vorens Hare Mejesteit binnentrad, opdat het
gedrang der bezoekers haar niet vermoeien
zou. Maar hierin maakte Koningin Emma
spoedig een einde.
„Zij moeten de schilderijen óók zien", zei-
de zijn.
De „Evening News" schrijft over haar met
een treffende verknochtheid.
„A face mellowed and sweetened by age,, 2)
zegt het blad. over het gelaat der Koningin-
Moeder sprekend, 't Was dat lieve, moederlij
ke gezicht, dat allen zoo sterk voor Hare
Majesteit innam. Maar niet alleen 't gezicht.
Lees hoe de „Evening News" het weergeeft
„Rondom haar waren de vrouwen en meis
jes van 't moderne Londen slank, geshing-
led, met zijden kousen onder de korte rok
ken. Maar de Koningin-Moeder was frank en
fier ouderwetsch (frankly and proudly old-
fashioned) van het topje van haar hoed tot
aan den zoom van haar langen, zwarten rok."
„De vrouwen", constateert het blad verder,
„keken naar haar met een glimlach van groote
sympathie -- zagen haar wit kanten kraag,
de stevig vastgebonden zwarte paraplui, de
kleine bruine boa over haar schouders, den
hoed met den kleinen zwarten pluim, den bril,
waardoor zij 't eene schilderij na 't andere
bekeek.
„Zij bekeek ieder schilderij twee maal
en er zijn er honderden. Zij ging twee maal
langs de muren van iedere zaal, eerst in de
eene, dan in de andere richting. De meeste
meesterwerken herkende zij.
„Daar is de afdeeling van 't Kasteel Bent-
heim", zeide zij, stilstaande voor het doek.
„Mijn zuster woont daar. Ziet u dat venster
Ik zie haar bijna er voor staan."
De „human touch", die de Engelschen op
zoo hoogen prijs Stellen, was in alles wat
Hare Mejesteit deed en zeide.
Bij haar aankomst had zij te kennen ge
geven dat zij gelukig was in Engeland te
Zijn. Londen op zijn beurt heeft haar aanwe
zigheid niet minder gewaardeerd.
„Loveliest old lady in Europa", 3) luidt de
„kop" boven het verslag dat de „Daily Ex
press" geeft van Koningin Emma's bezoek,
't Zelfde blad kwam, naar aanleiding van dat
bezoek, twee dagen geleden met een klein
hoofdartikel uit, getiteld „The friendly Dutch"
Uit 't verslag citeer ik de volgende passa
ge
„Deze prachtige oude dame, de Koningin-
Moeder van Nederland, was vol gratie, een
kostelijke herinnering aan een gracieuser tijd,
Zij was zich volmaakt onbewust van haar
eigen bekoorlijkheid. Haar zacht roze gelaat
werd verlevendigd door gelukige glimlachtjes.
Zij scheen niets te voelen voor de drukte, die
van haar gemaakt werd, en er toch een rustig
behagen in te scheppen.
„Allen om haar heen glimlachten. Geen
van de officieele persoonlijkheden scheen ge
jaagd of bezorgd te zijn. Dat zou in haar
tegenwoordigheid onmogelijk geweest zijn.
Naar haar kijken was glimlachen."
De „Daily Mail" schrijft dat de „officials
verbaasd stonden wegens de onvermoeidheid
en energie der Koningin. (Niet-officials ook.)
„Zij zag er merkwaardig frisch en opgewekt
uit na haar reis van veertien uren", con
stateerde de „Morning Post", en hetzelfde
blad schrijft dat Koningin Emma „iedere schil
derij" begreep en geen detalis over het hoofd
zag."
De „Daily Telegraph" merkte op dat Hare
Majesteit zelfs bij haar vertrek van Victoria
Station, na den drukken dag die gevolgd
was op een nachtreis, nog niet de minste tee
kenen van vermoeidheid vertoonde.
1) Hare Majesteit de Koningin-Moeder van
Nederland.
-) Een gelaat waar de ouderdom zachte en
aangename trekken indrukte.
3) De liefste oude dame van Europa.
,,V
CORRESPONDENTIE
Volgende week hopen we de rest van ons
breipatroon te geven.
M'n beste nichtjes e» neefjes 1
Jullie zult wel dikwijls in mijn briefje lezen,
dat ik een neefje of nichtje hartelijk dank zeg
voor een aardig gedicht of rijmpje. Toen ik
nu onlangs weer een paar van die aardige
dingen ontvang, dacht ik: Ja, dat is nu echt
leuk, maar ik heb er maar alleen de pret van".
Maar meteen bedacht ik er bij: ,,'k Zal eens
wachten tot ik een heele verzameling heb en
dan zet ik ze in de krant, dan hebben we er
allemaal pret van."
En dat zal ik nu van dezen keer eens doen.
Al die leutige gedichtjes en rijmpjes komen dus
nu tegelijk.
O ja, nog even wat vertellen. Daar wordt
me zooveel gevraagd: Tante, wanneer krijgen
we nu weer een wedstrijd dat ik nu heusch
niet langer wil wachten. Ik beloof jullie, dat ik
over veertien dagen alles van den wedstrijd
in de krant zal zetten.
Welken wedstrijd zullen we houden, denken
jullie. Jullie mogen eens helpen kiezen.
Nu hoor, ons praatje mag niet al te lang
worden, „daarom allemaal heel veel groeten van
jullie TANTE TRUUS.
Ingezonden door Adriana R. te Ooltgensplaat:
Mijn zusje ging eens baden,
Eens baden in de zee.
En bracht toen uit het water
Twee mooie schelpjes mee.
Ze waren mooi en keurig,
En rozerood getint.
Zus liet ze dadelijk drogen
Door 't zonnetje en den wind.
'k Wed, dat ze niets zou leeren
Als ze in de klasse zat,
En zij haar mooie schelpjes
Eens thuis gelaten had.
Ja, als ze zonder schelpjes
Naar bed zou moeten gaan,
Zou ze nog liever slaperig
Aan tafel blijven staan.
Kent iemand nu die dingkes
Van kleine zus misschien
Wie haar op straat ziet loopen,
Kan ze gemakkelijk zien.
Antwoord Oorschelpen.
Ingezonden door Gerrit P. te Numansdorp
Winter. Winter, 't blijft maar winter,
Alles koud en hard en stijf.
Menschen zie je, verkleumd van de koude
Met dikke jassen over het lijf.
Ondanks de kou, het ijs en stilte,
Tante kan geen ruste zien.
De raadsel-brieven doen hun ronde,
Zoo niet per boot, dan vliegmachien.
Ingezonden door Gerrit P. te Numansdorp
WINTER.
Sneeuw en ijs
Stel ik op prijs.
De schaatsen aan,
Over de baan,
O, wat een pret,
Droomen in bed
Van sleden, en rijden,
Plezier aan alle zijden-
Ingezonden door Marie C. W. te Mïddelharnis:
Als ik me niet vergist,
Heeft U me wel gemist
In onze Familie groot,
'k Gaf die niet graag brood.
Met mijn Hadanger schiet ik goed op.
Nog open werken en't zit er op.
Schaatsen rijden wilde ik nog niet leeren.
Ik was bang, dat ik mij zou bezeeren.
En Tante, heeft U plezier gehad,
Of hebt U de schaatsen niet onder gehad 7
En Tante, nu ga ik eindigen hierbij.
Dat U dat puntje in de krant zette, daarom
was ik blij.
Nu is de brief wel niet heel lang,
Maar U zijt toch niet boos Daarvoor
ben 'k ook niet bang.
Ingezonden door Riek P. te Numansdorp
RIJMPJE.
Er waren eens drie eendjes, in een pontje
Het eene heette Bontje,
Het tweede heette Gontje,
En ,het derde heette Klisklasklepklepelklontje,
Dat vond eens een klontje,
Maar ze wou het niet geven aan Bontje.
En gooide dien naar Klisklasklepklepel-
klontje's been.
„O, foei", zei toen Gontje,
„Neem jij een steen,
En gooi je dien naar Klisklasklepklepel-
klontje's been
Ingezonden door Hendrik P, te Dirksland
RIJMPJE.
Een blij gelaat,
Een vroom gemoed,
Een rappe hand,
Een vlugge voet,
Is ieder kind
Een kost'lijk goed.
Ziezoo kinderen, dat zijn er al heel wat, hé
Maar nu heb ik er nog een paar liggen, die
moet ik nog wat bewaren, anders maak ik nu
ons hoekje te groot en dat mag niet.
Allemaal gendag.
TANTE TRUUS.
Corresponden
aan
De sleutell
met als drei|
tegen deze
op d6 te ol
de thematisch
1L|
1
keering vanl
1f
halfpennings
Iedere va
aanleiding
d5 vrij geel
Andere v\
1
1
Bovendieij
4e variant
gelmoes du^
en zwarte
Pro
JOf
X/
Wit: Kb
Zwart:
Wit gee|
Oplossin
Men kaj
toetreden,
zet telt vo|
oplossing
(minimum
delijksche
punten hel)
Heeft meri
ingezonded
mee te dol
Stl
C. TiemeJ
A. Verbri)
D. Hoflan
H. Tiemeil
A. v. Dijl
W. Nieuvf
F. C. La|
„Udi"
G. Mooiwl
G. v. Geil
Wij we|
beklimmin
Wit va
2. Db6-
5. Tb4j-, f
Na 3.
Witj
Sand
Wit:
g2, h5.
Zwart:!
Er voli
41. Lg5,[
44. Df5,
moeten
47. Kh2,|
50. Lg7jl
Zwart
Dond
Haas nil
les te gi
dacht
Jes gezij