Antirevolutionair
Orgaan
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
IN HOC SIGNO VINCES
No. 3510
ZATERDAG 9 FEBRUARI 1929
43STE JAARGANG
EERSTE BLAD.
Op den Uitkijk.
Rheumatiek
W. BOEKHOVEN A ZONEN
Het nadrukken van den inhoud van dit Blad is verboden overeenkomstig de Wet op het Auteursrecht.
Sociale Politiek.
De pijn i» te verzachten,
het lijden te verminderen!
Wacht niet tot de kwaal ver
ergert, masseer direct met
Gemeenteraad»
De ze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 1,— vooruitbetaling.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per Jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS:
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zfl beslaan,
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
"j I ummm
i.
Een woord, dat nog menigeen af
schrikt.
Sociaal wordt door velen synoniem
geacht met socialistisch.
Neemt iemand het op voor de sociale
beweging, dan wordt hij bij voorbaat
gebrandmerkt als een „rooie", of al
thans als iemand met „roode neigin
gen".
En toch is niets minder waar.
De mensch, die sociaal aanvoelt en
meevoelt, is juist geen socialist.
Dat blijkt reeds hieruit, dat de socia
list zich stelt op het standpunt van den
klassestrijd en het slechts voor een be
paalde klasse der bevolking opneemt,
terwijl het woord „sociaal" het begrip
in zich sluit van „gemeenschap" zonder
uitzondering van wie dan ook.
Het is er mee als met het woord
„democratie", dat de socialist zich ook
heeft toegeëigend. De socialist is echter
verre van democratisch, juist omdat hij
opkomt voor een kleine groep van het
geheele volk en het woord „democra
tie" beteekent „al het volk" zonder
eenige uitzondering.
Zoo is bij nadere beschouwing het
woord sociaal-democratie een dubbele
leugen, dewijl de sociaal-democratie
nog sociaal, noch democratisch is.
Men verwarre dus het woord sociale
politiek niet met het Socialisme. Het
is er ver vandaan, dat deze woorden
ictzelfde zouden beteekenen.
.Sociale politiek" is het wachtwoord
onzer dagen. Ze staat in het brandpunt
der publieke belangstelling.
Nu moet men het woord sociale po
litiek niet te begrensd opvatten.
„Politiek" beperkt zich tegenwoordig
niet meer tot dat wat de overheid doet
of doen moet.
Ook de actie, die onafhankelijk van
de overheid in het maatschappelijk
leven gevoerd wordt, wordt tegen
woordig wel met het woord „politiek"
aangeduid.
Zoo spreekt men van „bedrijfs-
politiek", „handelspolitiek", „bouw-
politiek", enz.
In dien zin kan men ook spreken van
„sociale politiek".
Deze politiek houdt zich bezig met
het sociale vraagstuk zooals zich dat
op het breede terrein der menschheid
voordoet.
Het spreekt vanzelf dat deze politiek
zich niet beweegt op neutraal terrein.
Het gaat hier over verhoudingen van
mensch tot mensch, van overheid tot
maatschappij van patroon tot arbeider.
Het betreft hier dus de kwestie van
ethiek en moraal, van levens- en wereld
beschouwing.
Er zijn in onze dagen nog vele con
servatieve menschen die meenen, dat
de sociale politiek een actie van de laat
ste dertig, veertig jaar is.
Dat is onjuist.
Wie de geschiedenis van het Israë
litische volk kent, weet hoe in dit Theo
cratische koninkrijk de sociale politiek
een groot deel der wetgeving be-
heerschte.
Ook in de middeleeuwen was er so
ciale politiek, denk slechts aan het gil-
dewezen, dat een sterke organisatie
V,fn s°ciaal-politieke leven.
_nl.,a ,ien is inkrkimping der sociale
politieke gevolgd.
de^ïik^vi^ °Pk°mst van de anti-god-
Franscb ra«°nalisme dat de
werd "vV<?,utie ontketend heeft,
als het Vnjhei,d Van ^et sociale leven
p'opa^jeerd" -»
De „IJzeren loonwet" toch beheersch
te de maatschappij, en hield haar ge
zond. Ze werd als een natuurwet be
schouwd, die geen mechanische rege
ling van buiten af behoefde of zelfs ge
doogde.
Toen kwam de reactie.
Uitbuiting van den arbeid door het
kapitaal.
Het stoomwezen werkte er toe mede,
De mensch, verlengstuk der machine,
werd een nummer in de fabriek en wel
dra ook daarbuiten. Vrouwen en kin-
der-exploitatie verergerde de sla
vernij.
De rapporten en enquêtes ingesteld
in de tweede helft der vorige eeuw
openbaarden een wereld van jammer
en ellende. Men gruwt er van als men
leest op welke wijze de arbeidersklasse
in het liberale systeem werd uitgemer
geld.
Het individualisme vierde hoogtij. De
vraag van Kaïn, den broedermoorde
naar, „ben ik mijns broeders hoeder"
was de vraag die haar bloedig stempel
drukte op de sociale verhoudingen de
zer dagen.
Niet van socialistische, maar van
christelijke zijde heeft men het eerst en
het felst tegen deze liberale politiek qe-
ageerd.
Reeds Bilderdijk peilde in 1825 den
socialen nood en wees op het verband
tusschen den afval van Gods Woord
en de gruwelen der maatschappelijke el
lende.
Da Costa sprak in 1840 zijn ban uit
over de liberale politiek en de tegen
stelling tusschen kapitaal en arbeid en
noemde „toenadering eisch" van het
sociale leven.
De rechtsche partijen in het laatst
der vorige eeuw tot actie gekomen,
voerden van stonde af aan een sociale
politiek overeenkomstig den eisch van
Gods Woord.
We noemen slechts de namen van
mannen als Groen v. Prinsterer. Dr.
Kuyper, Talma, terwijl ook de R.-Ka-
tholieken in de Pauselijke Encycliek
„Rerum Novarum" van Paus Leo XIII
in 1891 het richtsnoer kregen voor hun
sociale politiek.
In deze encycliek werd de liberale
onthouding afgekeurd en de christe-
lijk-sociale politiek aangeprezen, terwijl
principieel positie gekozen werd tegen
den klassestrijdleer van het socialisme.
Zoo kwam er noodwendig, als een
reactie op de bange sociale verhoudin
gen der achttiende en negentiende
eeuw een kentering en is thans de lucht
als het ware met sociale politiek ver
vuld. Hoe hebben wij hier tegenover
te staan
Lady Bailey is op 't oogenblik de heldin van
't Engelsche volk.
En geen wonder
Ze vloog op haar eentje van Londen naar
Kaapstad en weer terug.
Ze ging eens naar haar man zien, die in
Kaapstad (de zuidelijkste stad van Afrika)
vertoeft.
Ze maakte er niet veel ophef van.
Alleen nu ze terug is schrijft ze een artikel
over haar luchtreis in een Engelsch blad.
Heen vloog ze over Marokko, langs de Goud
kust, over den Congo en geheel Zuid-Afrika.
Terug nam ze een andere route, ze volgde
den Nijl, over oerwouden, woestijnen en wil
dernissen.
En terwijl had ze den tijd kunnen vinden
aanteekeningen te houden, die ze nu in The
Times verwerkte.
Ze pleit voor een vaste luchtverbinding met
Zuid-Afrika en beripst de pratende en rede-
neerende mannen, dat ze hier al lang niet tot
de daad zijn overgegaan.
Dat is Lady Bailey.
En wie zou geen respect hebben voor deze
prestatie
Een onzer bladen schreef reeds: deze kranige
vrouw zou zich beslist thuis voelen bij onze
kranige K.L.M. met haar Nederland-Indië ver
binding
We leven in de eeuw van de Vrouw.
Niemand zal 't tegenspreken.
Stormenderhand heeft ze haar plaats in het
publieke leven veroverd en ze stelt den man
voor prestaties, die te denken geven.
Onlangs vloog een vliegenierster onder de
bogen van een Engelsche brug door en het is
bekend, wat ook de Amerikaansche zwakke
sekse op dit gebied vertoont.
Het schijnt met de vrouwelijke nerveusiteit
en zwakke lichaamsgesteldheid dus nog al los
te loopen.
Het gevolg is, dat ze in het publieke en
maatschappelijke leven een plaats komt innemen
naast den man.
Althans in sommige takken.
In sommige buitenlandsche steden is ze tram
conductrice, postbode enz., en in Groningen
heeft men reeds een inspectrice van politie.
Ook heeft men vrouwelijke burgemeesters, en
ons land, dat altijd een stapje achteraan komt,
heeft toch ook al vrouwelijke wethouders.
En zoo gaat het door.
Nu is het opmerkelijk, dat vooral op het
gebied van het physieke leven de vrouw den
man nabij streeft.
Dat ziet men in de sportwereld.
Waar het op behendigheid, vlugheid, snelheid
aankomt maakt de moderne vrouw haar groot
ste troeven.
Zij doet aan hardrijderij, zwemsport (denk
aan de Kanaalzwemster), hardlooperij en al wat
dies meer zij. En ook nu op het gebied van
de luchtvaart, waar de grootste eischen gesteld
worden aan de physieke krachten, maakt ze
overwinningen.
Dat zou niemand voorspeld hebben
De vrouwelijke aanleg is van oorsprong
schuchter, teer, zachtaardig, sterker in den geest
dan in het lichaam, dat ze het „zwakke vat"
genoemd wordt dankt ze niet aan geestelijke,
maar lichamelijke gesteldheid.
En nu juist op het gébied waar het op licha
melijk uithoudingsvermogen aankomt maakt ze
verrassende vorderingen, vorderingen waarmede
de geestelijke ontwikkeling geen gelijken tred
vermag te houden.
De ontwikkeling van de moderne vrouw gaat
in de richting van lichamelijke ontplooiing, het
geestelijke, het intellectueele, het zieleleven
houdt die snelle ontwikkeling niet bij.
Meer dan eens wordt er aan de hooge scholen
in het buitenland geklaagd over de middelmatig
heid van het vrouwelijk intellect, en in de prak
tijk des levens blijkt hoegenaamd niets van de
virtuositeit van het vrouwelijke intellectueele
leven.
Vroeger werd van de zijde der emancipatie
dames hiertegen steeds opgemerkt, dat men in
de geschiedenis daarom niet op vrouwelijke ge
niën kan wijzen, omdat men haar de gelegen
heid om zich te ontwikkelen steeds benomen
had.
Op deze stelliing is vee] af te dingen.
'k Herinner me eens gelezen te hebben van
een Russisch congres ('t was voor den oorlog)
waar beroejjide mannen en emancipatie-dames
tesamen kwamen om wetenschappelijke vraag
stukken te behandelen. In de pauze, werd in
een intiemen kring het vrouwenvraagstuk be
sproken en men kwam tot geen oplossing. Ook
daar beweerden de aanwezige dames, dat men
hun vroeger de gelegenheid om zich geestelijk
te ontwikkelen benomen had.
Tenslote werd besloten het vraagstuk eens
voor te leggen, aan een ouden professor, beroemd
over geheel Europa, die ook onder de aanwe
zigen was.
Deze ging niet dan na grooten aandrang op
het delicate onderwerp in, en gaf dan als zijn
meening te kennen dat na den tijd der middel
eeuwen het met de gebondenheid der vrouw wel
losliep, en al waren verschillende terreinen voor
haar gesloten gebleven er waren toch ook vol
doende terreinen open gebleven waarop ze zich
zou hebben kunnen ontwikkelen. Hij wees b.v.
op de schilderkunst. Het is de vrouw nooit belet
geworden daar haar gaven te toonen. „Maar
waar is de vrouwelijke Rembrandt vroeg hij.
De muziek „waar is de vrouwelijke Bach of
Mozart De litteratuur„waar is de vrouwe
lijke Shakespeare of Goethe En toch is juist
dit terrein haar nooit betwist geworden. Waar
de vrouw op dit terrein nog het meesté succes
te boeken heeft is het in haar boeken waar ze
de liefde als hoofdthema beschrijft en dat is
nu juist weer iets dat tot haar eigenlijke terrein
behoort."
De dames konden hier niet veel tegen inbren
gen.
Maar nu we volop de z.g. „vrijmaking" van
de vrouw beleven, bewijst de praktijk, dat deze
professor de bal niet ver pissloeg.
Van de superioriteit van den vrouwelijken
geest is nog niets gebleken.
Haar triumphen viert ze in de lichaams-cul-
tuur.
En juist dit symptoom maakt de heele moder
ne richting waarna de wereldsche vrouw zoo
verlangt heeft hoogst bedenkelijk.
Het heft haar positie niet op, maar drukt ze
neer en het moet ongetwijfeld groote schade
doen aan haar vrouwelijk sentiment.
We zien allen wel eens foto's van de moderne
vrouw die zich op 't gebied van de „sport" ver
dienstelijk heeft gemaakt.
Het vrouwelijk type is er af. De schaamte
loosheid, de verruwing en de ontaarding spreekt
je er uit tegen.
Men kan zich niet voorstellen dat deze on
vrouwelijke wezens „moeders" worden.
Het gaat zelfs zoo ver, dat linksche bladen
en heusch niet de kieskeurigste, onder de foto's
die ze van die sportdames opnamen, schreven
zoudt ge willen dat dit uw zuster was
Er gaat dan ook van linksche zijde reeds een
protest op tegen deze vrouwenontaarding en het
vergelijk met de meisjes en moeders van vroe
ger valt in het nadeel van de moderne vrouw uit
„Winst" behoeven we dus nog niet te zien in
deze vrijmaking van de vrouw, het lijkt meer op
losbandigheid dan op vrijheid.
Dat wil niet zeggen dat we alles over één
kam scheren, en b.v. een vliegtocht als van deze
Engelsche dame veroordeelen. We hebben res
pect voor haar prestaties, en vinden dergelijke
gevallen de minst schuldige van het moderne
vrouwen-type.
Maar toch gaat er iets moois van dergelijke
vrouwen af. Er breekt iets, dat pijnlijk aandoet.
Gunstig steken bij die soort vrouwen af de
meisjes en vrouwen, die hun echt vrouwelijke
natuur handhaven en in ziekenhuizen, krankzin
nigengestichten en huizen van barmhartigheid
zichzelve geven voor de opheffing van het ellen
dige en behoeftige.
Is er een taak op het publieke terrein des le
vens dan is het wel hier, waar de vrouw opge-
rept haar vrouwelijk leven kunnen handhaven en
de schatten van haar rijk gemoedsleven en
warm kloppend hart kunnen dienstbaar maken,
aan het menschelijk geslacht.
Het is te vreezen, dat er veel van dit vrou
welijk schoon verloren gaat.
De ontwikkeling, of beter de ontaarding van
AKKER's
KLOOSTERBALSEM
verzacht verrassen<3
snel.
ffieen goud
zoo goed."
het moderne vrouwenleven doet zien, dat het
nog altijd waar blijft wat Dr. Kuyper eens
schreef„Plaatst in uw gedachten naast elkaar
de geëmancipeerde Heltaire van Parijs, de suf
fragette van Engeland, en de nog steeds zoo
éénige huisvrouw uit Nederland's burgerlijk le
ven, en we klagen niet meer, en we pleiten niet
meer, maar laten aan uzelf de keuze."
Kuyper schreef dat 15 jaar geleden, toen de
vrouwenbeweging nog minder geaccentueerd
was en er nog teekenen waren die er op wezen
dat ze zich meer op het geestelijke en intel
lectueele leven van het publieke terrein zou
werpen.
Maar zeker hebben zijn woorden nu volle
waarheid, nu deze moderne beweging zich meer
en meer oriënteert naar de zijde van het phy
sieke, het lichamelijke en uitwendige leven.
UITKIJK.
VERGADERING van den Raad der ge
meente MIDDELHARNIS op Woens
dag 6 Februari des nam. half drie uur.
De VOORZITTER opende onder veel be
langstelling van de zijde van het publiek de ver
gadering met een nieuwjaarsrede, waarin hij de
leden dankte voor hun gelukwenschen en hun
veel voorspoed toewenschte. Dit jaar zullen
enkele belangrijke onderwerpen de aandacht
van den raad vragen, zei spr. o.m. grondaan
koop tot uitbreiding der gemeente, voltooiing
van het wegenplan en voorts zal spoedig ter
beslissing aan den raad de electrificatie-plan-
nen voorgelegd worden. Spr. hoopt dat de leden
gezondheid en krachten zullen erlangen om ge
zamenlijk de gemeentebelangen te behartigen
tot haar groei en bloei en dat dit alles onder
Gods zegen moge plaats hebben.
Verschillende ingekomen stukken worden ter
kennis der vergadering gebracht. Hieronder be
vindt zich een schrijven van Ged. Staten over
verdaging der goedkeuring van de gemeentebe-
grooting en een advies van dit college om zich
in verbinding te stellen met de archeologische
commissie (commissie van monumentenzorg) in
zake de bouwplannen naast het gemeentehuis.
De heer KOOTTE wil probeeren dat deze
commissie bijdraagt in de kosten wanneer er in
historisch-architectonische bouwstijl moet wor
den gebouwd. Dat is op andere plaatsen ook
gebeurd.
De geneeskundige dienst afd. Goeree en Over-
flakkee gaf kennis van een in haar afdeeling
aangenomen motie, waarin de wenschelijkheid
eener waterleiding werd uitgesproken in het
belang der volksgezondheid.
De VOORZITTER deelt mede hierover ge
confereerd te hebben met den voorzitter der
gezondheidscommissie en zegt dat momenteel
de plannen der waterleiding nog niet vatbaar
zijn voor behandeling in den Raad. B. en W-
hopen later met voorstellen te komen.
Het verzoek van de Kon. Ned. Politie-hond-
vereeniging om subsidie, wordt afgewezen.
Den pensioenraad, die schreef over de zaak-
Sneep zal bericht worden dat deze nimmer een
officieele aanstelling als gemeentebeambte ge
had heeft.
P. Nieuwland bedankt voor zijn benoeming
als plaatsvervangend lid der gascommissie. Op
voorstel van den heer VAN DER MEIDE, die
het hard noodig vindt, dat terstond een plaats
vervangend lid gekozen wordt, wordt terstond
een ander benoemd. Gekozen wordt de heer J.
Vroegindeweij Wz„ die deze functie aanvaardt.
Tot lid van de commissie tot wering van
schoolverzuim in de plaats van den heer J. van
der Waal, die bedankte, wordt met 9 stemmen
gekozen de heer J. Autsema. De heer Van Eek
had 2 stemmen.
De H.H. De Lindt en Daornbos verklaren
dat zij hunne benoeming, resp. tot regent van
het Weeshuis en lid der commissie van toezicht
op het Middelbaar Onderwijs aannemen.
J. van der Wende en J. van den Hoek kla
gen over ongelijke verdeeling van het schilder
werk.
De VOORZITTER zegt dat het hiermede
eigenlijk wat in de war geloopen is. Er was
het vorig jaar veel werk te doen. Het beste is
om Van der Wende dib jaar het schilderwerk
te gunnen en Van den Hoek het aanvullend
werk te geven.
De heer KOESE zegt dat deze kwestie met de
ambachtslieden ieder jaar weer ter tafel komt.
Spreker oppert het denkbeeld om het werk bo
ven een bepaald bedrag publiek aan te besteden
dan is men van alle moeite af. Nu zijn er die
1000.— aan de gemeente verdienen, terwijl
anderen het met 100.— moeten stellen.
De heer KOOTTE zegt dat de Raad twee
jaar geleden die zelfde kwestie met de timmer
lieden heeft gehad. Spr. zegter is toch een
rooster Wanneer B. en W. zich daar strikt
aan houden, kan er geen moeite komen. Wan
neer men nu die brieven leest lijkt 't wel of ze
allemaal tegelijk recht op het werk hebben.
De VOORZITTER antwoordt dat er in 't
afgeloopen jaar veel werk is gedaan dat noodig
was. Het jaar daarvoor was er geen geld en
moest het er zuinig naar toe.
De heer KOOTTE meent dat het dit jaar
Van den Hoek z'n beurt is, wanneer Van der
Wende nu voor gaat, slaat men Van den Hoek
weer over.
Wethouder ZAAIJER zegt dat deze ellende
zal blijven voortduren, wanneer er wordt afge-
geweken van het rooster. Er is een besluit ge
weest dat Van den Hoek zijn achterstand mocht
inhalen. Het is toevallig dat hij nu veel beschre
ven heeft, maar ook anderen hebben veel be
schreven. Daar komt bij, dat Dorsman ingevallen
is.
De heer STRUIJK juist dat is het onrecht
vaardige geweest, dat had niet moeten gebeuren.
Dorsman had onder op 't lijstje gemoeten.
Wethouder ZAAIJER zegt, dat er maar één
oplossing is, n.l. niet meer van het rooster af
wijken.
De heer STRUIK zegt dat men in het moeras
blijft zitten als dat modderen zoo doorgaat.
Verleden jaar heeft Van Dongen 900.
beschreven en Van den Hoek maar 180.
Nu hebben B. en W. er rekening mede willen
houden dat Van den Hoek dat inhaalde. Het
verwondert spreker echter, dat de andere schil
ders nu hun stem niet laten hooren, want van
Dongen heeft nu weer voor 2200.mogen
beschrijven en de anderen slechts voor 1400..
Spreker gelooft dat gekwanseld wordt en er
groote voorliefde voor den een boven den an
der is. Eerst krijgt Van Dongen 700..meer
werk dan Van den Hoek en nu krijgt hij weer
800.- meer dan anderen. Spreker vindt het
ook een groote fout dat de heer Dorsman die
8 jaar lang raadslid geweest is voorgeschoven
wordt. Er had niet van het rooster afgeweken
moeten worden. De heer Dorsman heeft zelf
niet gevraagd om eerst aan de beurt te komen.
Hij verzocht alleen om weer in aanmerking te
mogen komen als 't zijn beurt is. Het was billijk
geweest wanneer hij onder aan 't lijstje gezet
was.
De VOORZITTER betwist dat en meent
dat de heer Dorsman, die acht jaar als raadslid
het gemeentewerk heeft moeten ontberen, nu
eerst in aanmerking diende te komen,
De heer STRUIK ontkent dat en meent dat
de heer Dorsman, toen hij raadslid werd dat
alles vooruit geweten heeft. Spreker zelf is
vrachtrijder en weet ook dat hij als raadslid
geen geld aan de gemeente verdienen kan. Ieder
weet dat als hij raadslid wordt.
De heer VOGELAAR vraagt of 't niet moge
lijk is dat iedere schilder zoo lang voor de ge
meente werkt tot hij aan een vast bedrag geko
men is. Dan staan allen gelijk.
De heer STRUIK zegt dat Van der Wende
en Van der Sluijs nu beiden rechten laten gel
den en vraagt of B. en W. er om geloot hebben
wie nu voor moet gaan.
De VOORZITTER antwoordt ontkennend.
De heer STRUIJK constateert, dat er nu dan
weer willekeur in 't spel is. Van der Wende
wordt er dan door B. en W. uitgeschopt.
De heer VAN DER MEIDE weet een op
lossing en zegt, dat er nog wer kte doen is in de
school. .Laten de drie schilders nu elk een flink
cijfer beschrijven dan zijn de moeilijkheden opge
lost en kan vervolgens weer volgens rooster ge
werkt worden.
De VOORZITTER zegt dit denkbeeld in
B. en W. al besproken te hebben.
Aldus wordt met algemeene stemmen besloten,