ck HOEST ysnioop HOESTE VOOE TTROTJ W E No. 3492. Di( nummer hesiaat uil luiee Bladen tweede blad. SCHAAKRUBRIEK. I WM. wÊk m a a a '3 a 1 I- v. 1 0 s i 1 I'll 1 1 o I |i Plaatselijk Nieuws. Toch wijkl AKKER'* Voorde Borst. Voor de Vrouw. Voor de Jeugd. tn vrocsiGNO WSES Zaterdag 8 Dec. 1928. Correspondent^ ^e^Ru^e^etreBende te zenden No. 81. Probleem no. 92 heeft tot sleutelzet 1. Pg5,_ waardoor wit de witte toren op f3 pent. De dreiging is 2. Lc5 mat. De verdediging van zwart bestaat in hoofdzaak hierin, dat hij 't veld d5 vrij maakt. (Ontblokkeering)De va rianten zijn nu 1 Le6. 2. Pe6: mat. 1Lf7. 2. Tf4: mat. 1 Lc4. 2. Pc6: mat. 1. Lg3. 2. Td3: mat. De 2e en 4e variant bevat een directe ont- penning van den W. T„ benevens een inter ferentie. Een paar mooie echo-varianten. De 3e variant bevat weer een blokkeering van het veld c4. Op 1Tc3 volgt 2. Df2, wederom een blok- keering (van c3). Probleem voor den wedstrijd. No. 94. JOS. DUVERGé - Amsterdam. Eerste plaatsing. Zwart (6). Wit (8). Wit: Kh8, Dg8, Tel en h6, Ld2, Pf6 en g4. pi. d4. Zwart: Kf5, Le4, Pf4, pi. d3, d5, g6. Wit geeft in twee (2) zetten mat. Oplossing inzenden vóór Donderdag 20 Dec. Men kan a 11 ij d tot den oplossingswedstrijd toetreden. Een goede oplossing van een twee- zet telt voor 2 punten, enz. Voor een foutieve oplossing wordt een punt in mindering gebracht (minimum aantal punten is nul). Voor de maan- delijksche prijs van 2.50 moet men de meeste punten hebben (echter meer dan 20). Ook niet- abonné's zijn welkom. Heeft men 10 keer achter een geen oplossing ingezonden, dan wordt men geacht niet meer mee te doen. De winnaar va den Novemberprijs is de heer W. SCHIPPER. 4 Oplossing Eindspel no. 77. 1. Pf8, Pf8: 2. Kd6! Kb3; 3. Ke7, Ph7; 4. Kf7, Kc3; 5. Kg7, Kd3; 6. Kh7: Ke3; 7. Kgó, f4; 8. Kh5 enz. Eindspel no. 79. J. H a s e k. La Strategie - 1928: Wit: Ka2, Pf7, pi. a6 en f6. Zwart: Kc6, Lb8, pi. c5 en e4. Wit speelt en wint. Eindspel no. 80. (Uit Euwe^Hertog). Zwart aan zet en wint. 1Delf; 2. Lel, Pe2f; 3. Khl, Tfl mat. Den HertogEuwe. PRACTISCHE SCHAAKLESSEN. Deel IV. Met dit laatste deel is de serie compleet. Een werk geschreven door onzen nationalen kam- pioen, behoeft uit den aard der zaak geen kritiek. Ik zal dus volstaan met een overzicht te geven van den inhoud, in de hoop, dat menig lezer door deze bespreking meer van dit werk zal willen weten. In dit deel worden in de eerste plaats de hoofdfiguren van de schaak wereld met hunne theoriën besproken. Zooals Greco, Philidor, Andersen, Morphy en Steinitz. We zullen de allervoornaamste regels naar voren brengen. PhilidorWanneer men een L op de witte velden heeft, moet men zijn pionnen op de t zwarte velden plaatsen, omdat dan de L. de vijandelijke stukken verhindert tusschen de eigen pionnen te komen. (Natuurlijk is dit een algemeene regel), (pag. 16). MorphyGebruikt drie grondbeginselen: 1 ontwikkeling; 2. centrum; 3. open lijnen. (Uit gesproken door Steinitz). (pag. 36). Steinitz. (pag 56). Men mag dan pas aanvallen als bepaalde kenmerken dit motiveeren. 1. Voorsprong in ontwikkeling (zie Morphy). 2. Grootere beweeglijkheid. 3. Bezetting van het centrum (zie Morphy). 4. De geëxponeerde positie van den vijan delijken Koning. 5. Zwakke punten in de vijandelijke stelling. 6. De beste pionnenstelling. 7. De pionnenmeerderheid ip de Damevleugel. 8. Open lijnen (zie Morphy). 9. Het bezit van 2 loopers tegen L P of P2. Ook bestaat er materieel voordeel. Al deze kenmerken worden in verschillende partijen toegelicht. De besprekingen in de par tijen zijn zeer mooi en diepgaand, zoodat een enkele partij soms 6 blz. druk beslaat. Deze besprekingen zijn zeer levendig en overduidelijk en een studie meer dan waard. Op pag. 131 wordt de aanval op den Konings vleugel besproken en de gevallen, waarin men tot den aanval kan overgaan en wat men zóoal dient in acht te nemen (pag. 132). Hieronder komen diverse voorbeelden voor, ontleend aan partijen. Een en ander doorspekt met raadge vingen. Bijv. op pag. 150 lezen we: „De beste parade tegen een vleugelaanval bestaat in een tegenactie in het centrum. (In 't algemeen)." Dan wordt de aanval op de damevleugel be sproken (pag. 160). Ook hier dezelfde raad gevingen, enz. enz. Nog eens krijgt het eindspel in dit deel een beurt (pag. 180 e. v.) Eindspellen met pion nen, torens enz. enz. De besprekingen zijn zeer levendig en onderhoudend en niet zooals bij andere werken wel eens voorkomt een dorre opsomming van varianten en mogelijkheden. In tegendeel. Dit werk streeft m. i. tertcht naar algemeene regels. Op uitzonderingen wordt dan gewezen. Het werk staat m. i. op die hoogte, dat iedere schaakliefhebber een beginnende of wel een meer gevorderde of zelfs een vergevorderde er veel uit kan leeren, zoodat ik dit werk met een gerust hart kan aanbevelen, te meer daar het een nationaal werk is. De firma Van Goor, die reeds zooveel schaakwerken heeft uitge geven, een woord van lof voor de keurige be werking en duidelijke druk. Het eerste deel kost 1.25, de andere drie 2.25. Een prijs, die we zeer laag kunnen noemen. (Het vierde deel bevat 244 bladzijden). Tezamen gebonden kosten de deelen 7.90. Binnenkort hopen we een ander werk be treffende het eindspel ook verschenen bij Van Goor te bespreken. CORRESPONENTIE. Jos. Duv. U heeft gelijk gehad. No. 19. 1. Pc4: Goede cross-check met interferentie. No. 20. 1. De6. F. C. L. 1. Da6. (No. 657). Wedstrijd Schaakclub »Ons Genoegen* 1928-'29. GROEP I. "O o X 00 Bund 0 Hoek 1 11 Nanniog GROEP II. hl U ui ut Parée 9J B O U O Visser V» 1 Parée Va 1 17a Ie Comte 0 Va GROEP III. 3 "33 O Tl O 00 DO s I* J=> t* O» v. Gelder. Va Va Weeda Va Va Verbrugge 1 1 GROEP IV. o S3 o M T3 Q Jacobi. 1 1 M 1 II II c Kerkhoff 1 1 |o| |0|0 d K. J. Meijer O m O Cl. v. d. Wende d Nieuwland UI 1 1 UI \am\2 DE FILM DER NEDERLANDSCHE CENTRALE VEREENIGING TOT BESTRIJDING DER TUBERCULOSE. In verband met het feit, dat binnen niet al te langen tijd de oprichting te Middelharnis en Sommelsdijk van een consultatiebureau ter be strijding der tuberculose te wachten is, zou ik mede op verzoek van een paar Groene-Kruis- afdeelingen, de vertooningen dezer film met 't volgende willen inleiden. De tuberculose is een volksziekte, die hare offers eischt uit iederen stand en op iederen leeftijd en hoewel in steeds mindere mate toch jaarlijks in ons land nog duizenden ten grave sleepttienduizenden ja renlang ziek houdt en zeer velen na genezing ervan verzwakt of verminkt uit den strijd doet komen. De geneeskundigen hebben met 'de krachtdadige hulp der regeering den strijd hier tegen reeds een kwarteeuw georganiseerd en ge lukkig met verblijdenden uitslag. In 't middelpunt dezer bestrijding staat 't consultatiebureau. Dit is te beschouwen als 't hoofdkwartier, vanwaar uit de strijd geneeskundig en maatschappelijk geleid wordt. Nu we ook hier zoo'n bureau krijgen kan deze strijd ook op ons eiland met grooter kracht gevoerd worden. Hiervoor is echter noodig, dat het geheele volk hieraan deelneemt. Om dit hiertoe te bewegen is weer noodig, dat de breede massa der bevolking de voorgestelde maatregelen begrijpt en van de noodzakelijkheid er van doordrongen wordt. Tot dit doel heeft de Nederlandsche Centrale Ver- eeniging deze film doen samenstellen. Geen onderwijs is zoo vruchtdragend als aanschou welijk onderricht en hiervoor is de film bij uitstek geschikt. In een tijd van een paar uren worden door het levende beeld de tuberculose, hare gevolgen en bestrijding ons voor oogen gesteld en krijgt men hiervan een veel beter inzicht dan door lange redevoeringen alleen te verkrijgen zou zijn. Laten dus zeer velen deze filmvertooning komen bijwonen en laat vooral het vrouwelijk geslacht ruim vertegenwoordigd zijn, want in den strijd tegen de tuberculose kan de hulp der vrouw allerminst gemist wor den. De film is natuurlijk ernstig van inhoud, maar toch mooi om te zien en afgezien van het groote nut zal wel niemand zich den tijd der vertooning behoeven te beklagen. Ik heb voor ons eiland de beschikking ge kregen over deze film van 10 tot 22 December, misschien kan deze tijd op aanvraag nog ver lengd worden. Ze zal in de eerste plaats vertoond worden door de volgende Groene Kruis afdeelingen, die de tuberculosebestrijding reeds ter hand geno men hebben en aangesloten zijn bij de Ned. Centrale Vereeniging, n.l.: te Nieuwe Tonge 11 December, Middelharnis-Sommelsdijk 12 en 13 December, Ooltgensplaat 18 en 19 December en Dirksland 21 December. De overige dagen zijn nog vrij. Mocht een der andere Groene Kruis afdeelingen op een daarvan de film aan haar leden willen vertoonen, dan kan men dit bij ondergeteekende aanvragen. De kosten zijn 10.filmhuur (voor de niet-aangesloten ver- eenigingen 20.^, tenzij deze tot onmiddellijke aansluiting bij de N. C. V. a 5.— per jaar besluiten) voor de Ned. Centrale Vereeniging en plm. 20.honorarium voor den heer C. Witvliet, die voor de verlichting en ver tooning zal zorg dragen. De film kan dus over al uitstekend vertoond worden, al missen we nog de electrificatie van ons eiland. Moge deze filmvertooning een vruchtbaren bodlem ver schaffen voor de heilzame werking van het aanstaande consultatiebureau. Nieuwe Tonge. Dr. C. VAN GELDER. SOMMELSDIJK. Op de 1.1. Woensdag ge houden weekmarkt waren 12 biggen en eenige manden pluimvee aangevoerd. Belanghebbenden worden er aan herinnerd dat de ontvanger dezer gemeente op Dinsdag 11 December a.s. zitting zal houden tot het ontvangen van schoolgeld. De landbouwer L. Lodder alhier heeft ondershands een woonhuis gekocht van den heer G. P. Mast e.a., staande aa nde Hofstraat alhier. - In de maand November passeerden door de Wilhelminabrug 94 schepen. Hieronder zijn niet begrepen de beurtschepen en schejSen met jaarabonnement. -Donderdag 13 Dec. a.s., des avonds 6.30 uur, zal in het hotel Tabbers een Tuberculose- film worden vertoond. (Zie advertentie onder rubriek vergaderingen). MIDDELHARNIS. Door de gascommissie is de prijs van het gas met ingang van 1 Jan. 1929 verlaagd met 1 cent per M3 en zal het dan zijn metergas 11 cent en muntgas 12 cent per M3. Bij publieke verkooping van een burger- woonhuis van Mej. de Wed. J. Vermeer is dit afgemijnd door den heer G. v. d. Stoep voor 3240.—. Woensdag 12 Dec. a.s., des avonds 6.30 uur, zal in het hotel Meijer een Tuberculose- film worden vertoond. (Zie advertentie onder rubriek vergaderingen). STAD AAN 'T HARINGVLIET. Het woon huis van de erven Wed. H. E. de Ruiter is bij de gehouden afslag gemijnd door H. Trom mel Ez. op 3840. De prijzen van de veldvruchten waren deze week: aardappelen 2.40 en uien 6.25 per H.L. Laat het nooit zoover komen, dat Gij aan Uw hoest went en Uw vrienden U er reeds op een afstand aan her kennen. Evenmin moet Ge een hardnek- kigen hoest trachten te ontgaan door minder diep adem te halen. Dit kan voor de gezondheid van Uw adem halingsorgaan noodlottig worden. Verzorg iederen hoest, hoe schijnbaar onbeteekenend ook, onmiddellijk met de verzachtende en versterkende Akker's Abdijsiroop. Of zoo Ge tot dusverre vergeefs getracht hebt met andere middelen van een verwaarloosden, hardnekkigen en benauwden hoest af te komen, begin dan vandaag nog de oorzaak van den hoestprikkel - vastzittend slijm - te verdrijven met Per koker: f 1.50, f275, f 4.50 Gedurende de vorige maand zijn op het postkantoor alhier behandeld 23 telegrammen, 1186 gesprekken en 1 oproepberichten, De laatste suikerbieten zijn deze week van de kaai vervoerd per schip naar Dintel- oord. De bietencampagne is hiermede geëindigd. OOLTGENSPLAAT. Vorige week zijn ver scheept 4000 baaltjes uien a 5.en 2500 H.L. aardappelen a 2.50 benevens 600 H.L. peen a 1.25. De gemeenteveldwachter L. Jordaan heeft proces-verbaal opgemaakt tegen C. v. P. we gens straatschending. De lotelingen van de lichting 1929 wor den ingedeeld als volgt A. Neels 1625 Fe bruari, corps Genietroepen, 1 batt. Ie ploeg. C. J. van Nimwegen 16—25 Februari, corps Alle dagen cirkelt ons gedachtenleven meestal in een bekend kringetje rond. We hebben te zorgen voor t eten, voor drinken, kleeding; 't huis moet zindelijk en gezellig zijn, enz. zullen we er maar gauw achter zetten, we weten het allemaal wel en 't is toch te veel om op te noemen. Doch boven dit alles heeft de vrouw ook een aandeel in de heerlijke taak, de geestelijke zorg voor de kinderen. Hoeveel gebeden van moeders zouden er da gelijks opklimmen naar Gods troon. Moeders, die zelf weten hoe moeilijk het leven is of wor den kan, en ook hoe bovenmenschelijk zwaar de strijd tegen eigen zonde is. De kleine dingen van 't dagelijks leven kunnen wel eens de sfeer voor een oogenblik onaan genaam maken en menig moeder zal op de kwade dagen, als de kleinigheden tegenloopen, ze wel eens veel te groot zien, en dan wel eens zich verdrietig voelen, omdat Jan dit altijd maar met laten wil en zus altijd maar zeurt en nog meer van die onaangenaamheden, maar in de beste oogenblikken, als Moeder bidt voor en soms ook met de kinderen, dan pas zal zij et wezenlijk moeilijke van haar levenswerk zien doch tevens daarnaast ook het oneindig heerlijke, met de kinderen aan den voet van het kruis, vanwaar wij voor alles levenskracht en levenswijsheid mogen vragen en ook op 't gebed ontvangen. Het geestelijk meeleven met de kinderen is iets heerlijks, en welke moeder weet er grooter rijkdom voor haar kind, dan dat zij 't i 2ii °°k teer en schuchter, ziet gaan op dien weg, die overstraald wordt met licht aaI, uitstraalt van Golgotha's kruis. Elke moeder wier hart daarnaar uitgaat be- Hnder °nver^an'ce'ii'cen "jkdom voor haar Al spreken we er met anderen niet vaak over 'n onze christelijke kringen, toch voelen we dit a s een rijk bezit, en waaraan we echter qewoon zouden raken. Maar mij trof de groote geestelijke ellende an Rusland, waar men nu wil beginnen op systematische wijze het kind in de ongeloofs- steer groot te brengen. Eerst probeerde men het anders. Toen werd a es wat naar Godsdienst zweemde, gehaat, ge straft, gespot. Doch dit baatte niet. Nu heeft men een „betere manier gevonden, men begint bij de kinderen. In „Onze Kinderen" vertelt v. d. H. v. G. er iets van. Niet met ruwe negatie of bijtende spot wil men tegen het geloof te velde trekken. Neen, men-wil fijner wapenen hanteeren. Men zal trachten elk godsdienstig gevoel in de men- schelijke ziel, in de ziel van het kind vooral, te dooden. Blounsky schrijft: „Onze anti-godsdienstige propaganda zou er veel bij gewonnen hebben als we ons tot de studie hadden gezet van deze vraag: Om welke redenen worden de kinderen godsdienstig en hoe moeten we ze van den godsdienst losmaken Zonder twijfel zijn het motieven, die gegrond zijn op het innerlijk gevoel van zedelijkheid of deugd, die den jongeling of het meisje tot den godsdienst trekken. Niet in hun leven vindend, datgene wat hen kan voldoen, zoeken ze 't Opperste Goed. De luister waarmede de godsdienstige plechtigheden worden omgeven, verhoogen voor hen de aantrekkelijkheid van den gods dienst". De weg wijst zich nu vanzelf. Beneem nu maar, zoo redeneert de communist logisch, beneem nu de jeugd, het gevoel, dat zedelijk heid en deugd factoren van den godsdienst zijn. Overtuig hen van het tegendeel en wek zoo een afkeer van den godsdienst. „Men moet, zegt Blounsky, bij 't kind op rijpenden leeftijd godsdienstigen twijfel en een afschuw van de religie opwekken en hem voorhouden, dat de godsdienst vol is van immoraliteit en niets anders doet dan de wereld verdrukken, bedriegen en ontaarden." Daarbij willen ze gebruik maken van het onderwijs in natuurlijke historie en de be schavingsgeschiedenis om het godsdienstig ge voel ten onder te brengen. Die zullen den jongen en het meisje de oogen openen voor het bekrompene, dwaze en leugenachtige van de religieuze voorstellingen en zullen het zaad van twijfel en ongeloof doen ontkiemen. Hoe zullen ze echter slagen bij die kinderen die uit een godsdienstige omgeving komen Zullen deze niet van dag tot dag in de ge zinnen gesterkt worden in de religieuze ge voelens, te meer naarmate het voorbeeld der ouders krachtiger is in activiteit en toe wijding Zeker, tegen deze kinderen zou de com munistische propagandist het afleggen, indien hij niet een ander milieu wist te scheppen, waarin het kind ook dagelijks moet verkee- ren: de school. In het boek: „De kwestie van de anti godsdienstige opvoeding van het kind" door G. Goulit en P. Blounsky zeggen de schrij vers: „Wel zijn we niet bij machte het gods dienstig milieu van het gezin om te vormen, maar we moeten in de school en in de kin dertuinen de knderen door niet-geloo- vigen omringen. Dat is de eerste eisch, die aan den onder wijzer in Rusland gesteld wordt: ongeloovig zijnHij mag tot geen enkele godsdienstige belijdenis behooren en staat daartoe onder voortdurende controle van de Tchéka en de Komsomol, de raden van arbeiders en onder- wijs-organisaties. Dt opleiding van de onderwijzers wordt ernstig ter hand genomen, althans op het punt der communistische anti-religieuze propagan da. De opvoeder der jeugd moet partij leeren trekken van allerlei omstandigheden en ge schikte momenten om de wortels van de re- ligieuse beginselen uit de kinderziel los te rukken. Uit het bovengenoemde boek citeer ik nog: „Niet verhoorde gebeden, bittere klachten tegen God, een moeilijk oogenblik voor 't kind: dat moet men benutten als een bron voor zijn eersten twijfelDaarom is een der meest doeltreffende middelen in de anti godsdienstige opvoeding om het kind er van te overtuigen, dat zijn gebeden geen verhoo ring ontvangen. Het kind, dat de overtuiging krijgt, dat het de moeite niet loont om te bidden, omdat het gebed niet verhoord wordt, dat kind gelooft niet meer". Doch die propaganda moet met voorzichtig beleid geschieden. Directe aanvallen hebben geen succes. Langzaam aan moet op 't jeugdig gemoed worden ingewerkt. Met allerlei mid delen. Ravitch Stcherbo zegt: Niet slechts moet er een anti-godsdienstige strooming"loo- pen door 't onderwijs, maar deze moet ook tot uiting komen in de schoolboeken, in de kinderlectuur, in de paedagogische maand bladen". Wat is dat vreeselijk zoo te moeten leven. Gelukkig, dat het in ons land zoo nog niet is. M'n beste nichtjes en neefjes Hè hè, daar moet ik eens even voor zuch ten. Voor mij liggen een en twintig inzendingen 5 voor onzen wedstrijd. Gelezen heb ik alles al, maar nu komt het ergste nog aan. 'k Wil heel eerlijk de prijzen toekennen. En nou hebben ze allen zoo heel erg hun best gedaan. Natuurlijk is het een mooier dan van het ander, de één kan het ook weer wat beter. De leeftijden zijn ook niet allen gelijk. O, ik zie een berg bezwaren hoor. Een ding vind ik heel prettig en wel ,dat er over het algemeen niet veel fouten worden geschreven. Dat gaat werkelijk heel goed. Slechts een heel enkele was vergeten, dat het papier van de wedstrijd-inzendingen maar aan één kant mocht beschreven worden. De meesten hadden alles echter heel goed onthouden. Maar kom, we zullen nu maar niet te lang meer klagen over de bezwaren. Dat is al weer voorbij. Ik ga nu aan het prettige beginnen, 'k Krijg zoo het idee of ik ook weer voor St. Nicolaas ga spelen. Zoo maar ineens acht prijzen uitdeelen. Dat is wat hoor. 'k Zou wel eens even in de kamer willen kijken bij de gelukkige neefjes en nichtjes, als de krant komt. Zoo hoor, nu heb ik jullie lang genoeg nieuwsgierig gehouden. Ik ga nu de namen noemen. GRETHA VAN DER KEMP te Andelst „Twee jaar op Jachthuis". GERARDA SMOUTER te Rotterdam „Van vijf rijksdaalders en een gulden". JOHAN DE VOS te Ooltgensplaat t „Een Kerel". ADRIANUS VISBEEN te Nieuwe Tonge „De jongens van zeven". JAAPJE A. VAN ZANTEN te Middelharnis „Kerstmis bij Oma". HUIBERTJE DE BONTE te Dirksland: „Er op of er onder". RIEK PULLEMAN te Numansdorp „Beter zoo". ARIE WAGNER te Stad aan 't Haringvliet „Wat het turfschip bracht". Zie zoo, die zorg is achter den rug. Ik feli citeer al die gelukigen wel en de anderen moeten maar weer moed houden tot den volgenden keer. Het is nu, in den winter, echt de tijd voor wedstrijden, k wacht er nu niet al te lang mee, dat beloof ik jullie. 'k Zol zorgen, dat de prijzen zoo gauw mo gelijk verzonden worden, dan heeft ieder ze spoedig in 't bezit. 'k Wilde wel, dat ik jullie allen nu eens bij me had, wat zou er dan veel te vertellen zijn. Ja, 'k moet wel bekennen, dat ik echt nieuws gierig ben. Een paar van de nichtjes en neefjes hebben mij inhun briefje al aangeraden om heel goed op te passen tegen St. Nicolaas. Jullie begrijpt, dat ik terdege m'n best gedaan heb. Of St. Nicolaas mij vergeten is Nee hoor, heusch niet. Hij was zeker nog al te vreden. Wat denken jullie Nou hoor, ik eindig m'n praatjé, dat weer o zoo lang geworden is, met jullie allen har telijk te groeten. TANTE TRUUS. Hef opstel van GRETHA VAN DER K. te Andelst. DIE ONDEUGENDE MIEP. 't Is een heerlijke dag in September. Moeder zit voor het open raam en haakt aan een kleedje voor de bazar. Naast haar zit Miep de poes. Ze heeft zich behaaglijk tegen moeders voetkussen aangedrukt, en spint. Ze doet net of ze slaapt, maar het is niet zoo, let maar eens op haar. Soms gluren haar oogen listig naar de vischkom, waar de vischjes in dartelen. Van geen gevaar bewust. Hé, hoe graag zou ze zoo'n boutje oppeuzelen. Daar klingelt de bel door de gang. Zeker de bakker. Van dat oogenblik; maakt poes gebruik. Ze rekt zich eens uit, geeuwt eens en springt op de venster bank. Kijkt nog eens schichtig rond. En ein delijk waagt ze haar roofstuk. Ze loert eens naar de visschen, die bang naar den anderen kant zwemmen. Dan slaat ze haar klauw in de kom, deze wankelt, doch valt niet, nog eens beproeft ze het. En o wee, daar valt de kom aan gruizelementen. De vischjes liggen te spartelen op het mooie tafelkleed Net komt moe binnen met Lies. Ze is ze wezen halen uit de school. „O moe", roept zet verschrikt, „kijk Miep eens". Ook moeder schrikt. Ze lcopt gauw naar achteren en komt terug met een andere bak. Wel niet zoo mooi als de eerste, maar dat geeft niet En waar is Miep gebleven die stoute Miep Ze zit zich bij den buurman te drogen. Die schelm.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1928 | | pagina 3