ck HOEST
ysnioop
HOESTE VOOE TTROTJ W E
No. 3492.
Di( nummer hesiaat uil luiee Bladen
tweede blad.
SCHAAKRUBRIEK.
I WM. wÊk
m
a
a
a
'3
a
1 I-
v. 1
0
s i
1 I'll 1 1 o I |i
Plaatselijk Nieuws.
Toch wijkl
AKKER'*
Voorde Borst.
Voor de Vrouw.
Voor de Jeugd.
tn vrocsiGNO WSES
Zaterdag 8 Dec. 1928.
Correspondent^ ^e^Ru^e^etreBende te zenden
No. 81.
Probleem no. 92 heeft tot sleutelzet 1. Pg5,_
waardoor wit de witte toren op f3 pent. De
dreiging is 2. Lc5 mat. De verdediging van
zwart bestaat in hoofdzaak hierin, dat hij 't
veld d5 vrij maakt. (Ontblokkeering)De va
rianten zijn nu
1 Le6. 2. Pe6: mat.
1Lf7. 2. Tf4: mat.
1 Lc4. 2. Pc6: mat.
1. Lg3. 2. Td3: mat.
De 2e en 4e variant bevat een directe ont-
penning van den W. T„ benevens een inter
ferentie. Een paar mooie echo-varianten. De
3e variant bevat weer een blokkeering van het
veld c4. Op
1Tc3 volgt 2. Df2, wederom een blok-
keering (van c3).
Probleem voor den wedstrijd.
No. 94.
JOS. DUVERGé - Amsterdam.
Eerste plaatsing.
Zwart (6).
Wit (8).
Wit: Kh8, Dg8, Tel en h6, Ld2, Pf6 en g4.
pi. d4.
Zwart: Kf5, Le4, Pf4, pi. d3, d5, g6.
Wit geeft in twee (2) zetten mat.
Oplossing inzenden vóór Donderdag 20 Dec.
Men kan a 11 ij d tot den oplossingswedstrijd
toetreden. Een goede oplossing van een twee-
zet telt voor 2 punten, enz. Voor een foutieve
oplossing wordt een punt in mindering gebracht
(minimum aantal punten is nul). Voor de maan-
delijksche prijs van 2.50 moet men de meeste
punten hebben (echter meer dan 20). Ook niet-
abonné's zijn welkom. Heeft men 10 keer achter
een geen oplossing ingezonden, dan wordt men
geacht niet meer mee te doen.
De winnaar va den Novemberprijs is de heer
W. SCHIPPER.
4
Oplossing Eindspel no. 77.
1. Pf8, Pf8: 2. Kd6! Kb3; 3. Ke7, Ph7; 4.
Kf7, Kc3; 5. Kg7, Kd3; 6. Kh7: Ke3; 7. Kgó,
f4; 8. Kh5 enz.
Eindspel no. 79.
J. H a s e k.
La Strategie - 1928:
Wit: Ka2, Pf7, pi. a6 en f6.
Zwart: Kc6, Lb8, pi. c5 en e4.
Wit speelt en wint.
Eindspel no. 80.
(Uit Euwe^Hertog).
Zwart aan zet en wint.
1Delf; 2. Lel, Pe2f; 3. Khl, Tfl
mat.
Den HertogEuwe.
PRACTISCHE SCHAAKLESSEN.
Deel IV.
Met dit laatste deel is de serie compleet. Een
werk geschreven door onzen nationalen kam-
pioen, behoeft uit den aard der zaak geen
kritiek. Ik zal dus volstaan met een overzicht
te geven van den inhoud, in de hoop, dat menig
lezer door deze bespreking meer van dit werk
zal willen weten. In dit deel worden in de
eerste plaats de hoofdfiguren van de schaak
wereld met hunne theoriën besproken. Zooals
Greco, Philidor, Andersen, Morphy en Steinitz.
We zullen de allervoornaamste regels naar
voren brengen.
PhilidorWanneer men een L op de witte
velden heeft, moet men zijn pionnen op de
t zwarte velden plaatsen, omdat dan de L.
de vijandelijke stukken verhindert tusschen de
eigen pionnen te komen. (Natuurlijk is dit een
algemeene regel), (pag. 16).
MorphyGebruikt drie grondbeginselen: 1
ontwikkeling; 2. centrum; 3. open lijnen. (Uit
gesproken door Steinitz). (pag. 36).
Steinitz. (pag 56).
Men mag dan pas aanvallen als bepaalde
kenmerken dit motiveeren.
1. Voorsprong in ontwikkeling (zie Morphy).
2. Grootere beweeglijkheid.
3. Bezetting van het centrum (zie Morphy).
4. De geëxponeerde positie van den vijan
delijken Koning.
5. Zwakke punten in de vijandelijke stelling.
6. De beste pionnenstelling.
7. De pionnenmeerderheid ip de Damevleugel.
8. Open lijnen (zie Morphy).
9. Het bezit van 2 loopers tegen L P
of P2. Ook bestaat er materieel voordeel.
Al deze kenmerken worden in verschillende
partijen toegelicht. De besprekingen in de par
tijen zijn zeer mooi en diepgaand, zoodat een
enkele partij soms 6 blz. druk beslaat. Deze
besprekingen zijn zeer levendig en overduidelijk
en een studie meer dan waard.
Op pag. 131 wordt de aanval op den Konings
vleugel besproken en de gevallen, waarin men
tot den aanval kan overgaan en wat men zóoal
dient in acht te nemen (pag. 132). Hieronder
komen diverse voorbeelden voor, ontleend aan
partijen. Een en ander doorspekt met raadge
vingen. Bijv. op pag. 150 lezen we:
„De beste parade tegen een vleugelaanval
bestaat in een tegenactie in het centrum. (In
't algemeen)."
Dan wordt de aanval op de damevleugel be
sproken (pag. 160). Ook hier dezelfde raad
gevingen, enz. enz.
Nog eens krijgt het eindspel in dit deel een
beurt (pag. 180 e. v.) Eindspellen met pion
nen, torens enz. enz. De besprekingen zijn zeer
levendig en onderhoudend en niet zooals bij
andere werken wel eens voorkomt een dorre
opsomming van varianten en mogelijkheden. In
tegendeel. Dit werk streeft m. i. tertcht naar
algemeene regels. Op uitzonderingen wordt dan
gewezen.
Het werk staat m. i. op die hoogte, dat iedere
schaakliefhebber een beginnende of wel een
meer gevorderde of zelfs een vergevorderde
er veel uit kan leeren, zoodat ik dit werk met
een gerust hart kan aanbevelen, te meer daar
het een nationaal werk is. De firma Van Goor,
die reeds zooveel schaakwerken heeft uitge
geven, een woord van lof voor de keurige be
werking en duidelijke druk.
Het eerste deel kost 1.25, de andere drie
2.25. Een prijs, die we zeer laag kunnen
noemen. (Het vierde deel bevat 244 bladzijden).
Tezamen gebonden kosten de deelen 7.90.
Binnenkort hopen we een ander werk be
treffende het eindspel ook verschenen bij
Van Goor te bespreken.
CORRESPONENTIE.
Jos. Duv. U heeft gelijk gehad.
No. 19. 1. Pc4: Goede cross-check
met interferentie.
No. 20. 1. De6.
F. C. L. 1. Da6. (No. 657).
Wedstrijd Schaakclub »Ons Genoegen*
1928-'29.
GROEP I.
"O
o
X
00
Bund
0
Hoek
1
11
Nanniog
GROEP II.
hl
U
ui
ut
Parée
9J
B
O
U
O
Visser
V»
1
Parée
Va
1
17a
Ie Comte
0
Va
GROEP III.
3
"33
O
Tl
O
00
DO
s
I*
J=>
t*
O»
v. Gelder.
Va
Va
Weeda
Va
Va
Verbrugge
1
1
GROEP IV.
o
S3
o
M
T3
Q
Jacobi.
1 1 M 1 II II
c
Kerkhoff
1 1 |o| |0|0
d
K. J. Meijer
O
m
O
Cl.
v. d. Wende
d
Nieuwland
UI 1 1 UI \am\2
DE FILM DER NEDERLANDSCHE
CENTRALE VEREENIGING TOT
BESTRIJDING DER TUBERCULOSE.
In verband met het feit, dat binnen niet al
te langen tijd de oprichting te Middelharnis en
Sommelsdijk van een consultatiebureau ter be
strijding der tuberculose te wachten is, zou ik
mede op verzoek van een paar Groene-Kruis-
afdeelingen, de vertooningen dezer film met 't
volgende willen inleiden. De tuberculose is een
volksziekte, die hare offers eischt uit iederen
stand en op iederen leeftijd en hoewel in steeds
mindere mate toch jaarlijks in ons land nog
duizenden ten grave sleepttienduizenden ja
renlang ziek houdt en zeer velen na genezing
ervan verzwakt of verminkt uit den strijd doet
komen. De geneeskundigen hebben met 'de
krachtdadige hulp der regeering den strijd hier
tegen reeds een kwarteeuw georganiseerd en ge
lukkig met verblijdenden uitslag. In 't middelpunt
dezer bestrijding staat 't consultatiebureau. Dit
is te beschouwen als 't hoofdkwartier, vanwaar
uit de strijd geneeskundig en maatschappelijk
geleid wordt. Nu we ook hier zoo'n bureau
krijgen kan deze strijd ook op ons eiland met
grooter kracht gevoerd worden. Hiervoor is
echter noodig, dat het geheele volk hieraan
deelneemt. Om dit hiertoe te bewegen is weer
noodig, dat de breede massa der bevolking de
voorgestelde maatregelen begrijpt en van de
noodzakelijkheid er van doordrongen wordt. Tot
dit doel heeft de Nederlandsche Centrale Ver-
eeniging deze film doen samenstellen. Geen
onderwijs is zoo vruchtdragend als aanschou
welijk onderricht en hiervoor is de film bij
uitstek geschikt. In een tijd van een paar uren
worden door het levende beeld de tuberculose,
hare gevolgen en bestrijding ons voor oogen
gesteld en krijgt men hiervan een veel beter
inzicht dan door lange redevoeringen alleen te
verkrijgen zou zijn. Laten dus zeer velen deze
filmvertooning komen bijwonen en laat vooral
het vrouwelijk geslacht ruim vertegenwoordigd
zijn, want in den strijd tegen de tuberculose
kan de hulp der vrouw allerminst gemist wor
den. De film is natuurlijk ernstig van inhoud,
maar toch mooi om te zien en afgezien van het
groote nut zal wel niemand zich den tijd der
vertooning behoeven te beklagen.
Ik heb voor ons eiland de beschikking ge
kregen over deze film van 10 tot 22 December,
misschien kan deze tijd op aanvraag nog ver
lengd worden.
Ze zal in de eerste plaats vertoond worden
door de volgende Groene Kruis afdeelingen, die
de tuberculosebestrijding reeds ter hand geno
men hebben en aangesloten zijn bij de Ned.
Centrale Vereeniging, n.l.: te Nieuwe Tonge
11 December, Middelharnis-Sommelsdijk 12 en
13 December, Ooltgensplaat 18 en 19 December
en Dirksland 21 December. De overige dagen
zijn nog vrij. Mocht een der andere Groene
Kruis afdeelingen op een daarvan de film aan
haar leden willen vertoonen, dan kan men dit
bij ondergeteekende aanvragen. De kosten zijn
10.filmhuur (voor de niet-aangesloten ver-
eenigingen 20.^, tenzij deze tot onmiddellijke
aansluiting bij de N. C. V. a 5.— per jaar
besluiten) voor de Ned. Centrale Vereeniging
en plm. 20.honorarium voor den heer
C. Witvliet, die voor de verlichting en ver
tooning zal zorg dragen. De film kan dus over
al uitstekend vertoond worden, al missen we
nog de electrificatie van ons eiland. Moge deze
filmvertooning een vruchtbaren bodlem ver
schaffen voor de heilzame werking van het
aanstaande consultatiebureau.
Nieuwe Tonge.
Dr. C. VAN GELDER.
SOMMELSDIJK. Op de 1.1. Woensdag ge
houden weekmarkt waren 12 biggen en eenige
manden pluimvee aangevoerd.
Belanghebbenden worden er aan herinnerd
dat de ontvanger dezer gemeente op Dinsdag
11 December a.s. zitting zal houden tot het
ontvangen van schoolgeld.
De landbouwer L. Lodder alhier heeft
ondershands een woonhuis gekocht van den heer
G. P. Mast e.a., staande aa nde Hofstraat alhier.
- In de maand November passeerden door
de Wilhelminabrug 94 schepen. Hieronder zijn
niet begrepen de beurtschepen en schejSen met
jaarabonnement.
-Donderdag 13 Dec. a.s., des avonds 6.30
uur, zal in het hotel Tabbers een Tuberculose-
film worden vertoond. (Zie advertentie onder
rubriek vergaderingen).
MIDDELHARNIS. Door de gascommissie is
de prijs van het gas met ingang van 1 Jan. 1929
verlaagd met 1 cent per M3 en zal het dan
zijn metergas 11 cent en muntgas 12 cent
per M3.
Bij publieke verkooping van een burger-
woonhuis van Mej. de Wed. J. Vermeer is
dit afgemijnd door den heer G. v. d. Stoep
voor 3240.—.
Woensdag 12 Dec. a.s., des avonds 6.30
uur, zal in het hotel Meijer een Tuberculose-
film worden vertoond. (Zie advertentie onder
rubriek vergaderingen).
STAD AAN 'T HARINGVLIET. Het woon
huis van de erven Wed. H. E. de Ruiter is
bij de gehouden afslag gemijnd door H. Trom
mel Ez. op 3840.
De prijzen van de veldvruchten waren
deze week: aardappelen 2.40 en uien 6.25
per H.L.
Laat het nooit zoover komen, dat Gij
aan Uw hoest went en Uw vrienden
U er reeds op een afstand aan her
kennen. Evenmin moet Ge een hardnek-
kigen hoest trachten te ontgaan door
minder diep adem te halen. Dit kan
voor de gezondheid van Uw adem
halingsorgaan noodlottig worden.
Verzorg iederen hoest, hoe schijnbaar
onbeteekenend ook, onmiddellijk met de
verzachtende en versterkende Akker's
Abdijsiroop. Of zoo Ge tot dusverre
vergeefs getracht hebt met andere
middelen van een verwaarloosden,
hardnekkigen en benauwden hoest af
te komen, begin dan vandaag nog
de oorzaak van den hoestprikkel -
vastzittend slijm - te verdrijven met
Per koker: f 1.50, f275, f 4.50
Gedurende de vorige maand zijn op het
postkantoor alhier behandeld 23 telegrammen,
1186 gesprekken en 1 oproepberichten,
De laatste suikerbieten zijn deze week
van de kaai vervoerd per schip naar Dintel-
oord. De bietencampagne is hiermede geëindigd.
OOLTGENSPLAAT. Vorige week zijn ver
scheept 4000 baaltjes uien a 5.en 2500
H.L. aardappelen a 2.50 benevens 600 H.L.
peen a 1.25.
De gemeenteveldwachter L. Jordaan heeft
proces-verbaal opgemaakt tegen C. v. P. we
gens straatschending.
De lotelingen van de lichting 1929 wor
den ingedeeld als volgt A. Neels 1625 Fe
bruari, corps Genietroepen, 1 batt. Ie ploeg.
C. J. van Nimwegen 16—25 Februari, corps
Alle dagen cirkelt ons gedachtenleven meestal
in een bekend kringetje rond. We hebben te
zorgen voor t eten, voor drinken, kleeding; 't
huis moet zindelijk en gezellig zijn, enz. zullen
we er maar gauw achter zetten, we weten het
allemaal wel en 't is toch te veel om op te
noemen.
Doch boven dit alles heeft de vrouw ook
een aandeel in de heerlijke taak, de geestelijke
zorg voor de kinderen.
Hoeveel gebeden van moeders zouden er da
gelijks opklimmen naar Gods troon. Moeders,
die zelf weten hoe moeilijk het leven is of wor
den kan, en ook hoe bovenmenschelijk zwaar
de strijd tegen eigen zonde is.
De kleine dingen van 't dagelijks leven kunnen
wel eens de sfeer voor een oogenblik onaan
genaam maken en menig moeder zal op de
kwade dagen, als de kleinigheden tegenloopen,
ze wel eens veel te groot zien, en dan wel eens
zich verdrietig voelen, omdat Jan dit altijd maar
met laten wil en zus altijd maar zeurt en nog
meer van die onaangenaamheden, maar in de
beste oogenblikken, als Moeder bidt voor en
soms ook met de kinderen, dan pas zal zij
et wezenlijk moeilijke van haar levenswerk
zien doch tevens daarnaast ook het oneindig
heerlijke, met de kinderen aan den voet van
het kruis, vanwaar wij voor alles levenskracht
en levenswijsheid mogen vragen en ook op 't
gebed ontvangen.
Het geestelijk meeleven met de kinderen is
iets heerlijks, en welke moeder weet er
grooter rijkdom voor haar kind, dan dat zij 't
i 2ii °°k teer en schuchter, ziet gaan
op dien weg, die overstraald wordt met licht
aaI, uitstraalt van Golgotha's kruis.
Elke moeder wier hart daarnaar uitgaat be-
Hnder °nver^an'ce'ii'cen "jkdom voor haar
Al spreken we er met anderen niet vaak over
'n onze christelijke kringen, toch voelen we dit
a s een rijk bezit, en waaraan we echter qewoon
zouden raken.
Maar mij trof de groote geestelijke ellende
an Rusland, waar men nu wil beginnen op
systematische wijze het kind in de ongeloofs-
steer groot te brengen.
Eerst probeerde men het anders. Toen werd
a es wat naar Godsdienst zweemde, gehaat, ge
straft, gespot. Doch dit baatte niet.
Nu heeft men een „betere manier gevonden,
men begint bij de kinderen.
In „Onze Kinderen" vertelt v. d. H. v. G.
er iets van.
Niet met ruwe negatie of bijtende spot wil
men tegen het geloof te velde trekken. Neen,
men-wil fijner wapenen hanteeren. Men zal
trachten elk godsdienstig gevoel in de men-
schelijke ziel, in de ziel van het kind vooral,
te dooden.
Blounsky schrijft: „Onze anti-godsdienstige
propaganda zou er veel bij gewonnen hebben
als we ons tot de studie hadden gezet van deze
vraag: Om welke redenen worden de kinderen
godsdienstig en hoe moeten we ze van den
godsdienst losmaken Zonder twijfel zijn het
motieven, die gegrond zijn op het innerlijk
gevoel van zedelijkheid of deugd, die den
jongeling of het meisje tot den godsdienst
trekken. Niet in hun leven vindend, datgene
wat hen kan voldoen, zoeken ze 't Opperste
Goed. De luister waarmede de godsdienstige
plechtigheden worden omgeven, verhoogen
voor hen de aantrekkelijkheid van den gods
dienst".
De weg wijst zich nu vanzelf. Beneem nu
maar, zoo redeneert de communist logisch,
beneem nu de jeugd, het gevoel, dat zedelijk
heid en deugd factoren van den godsdienst
zijn. Overtuig hen van het tegendeel en wek
zoo een afkeer van den godsdienst. „Men
moet, zegt Blounsky, bij 't kind op rijpenden
leeftijd godsdienstigen twijfel en een afschuw
van de religie opwekken en hem voorhouden,
dat de godsdienst vol is van immoraliteit en
niets anders doet dan de wereld verdrukken,
bedriegen en ontaarden."
Daarbij willen ze gebruik maken van het
onderwijs in natuurlijke historie en de be
schavingsgeschiedenis om het godsdienstig ge
voel ten onder te brengen. Die zullen den
jongen en het meisje de oogen openen voor
het bekrompene, dwaze en leugenachtige van
de religieuze voorstellingen en zullen het zaad
van twijfel en ongeloof doen ontkiemen.
Hoe zullen ze echter slagen bij die kinderen
die uit een godsdienstige omgeving komen
Zullen deze niet van dag tot dag in de ge
zinnen gesterkt worden in de religieuze ge
voelens, te meer naarmate het voorbeeld der
ouders krachtiger is in activiteit en toe
wijding
Zeker, tegen deze kinderen zou de com
munistische propagandist het afleggen, indien
hij niet een ander milieu wist te scheppen,
waarin het kind ook dagelijks moet verkee-
ren: de school.
In het boek: „De kwestie van de anti
godsdienstige opvoeding van het kind" door
G. Goulit en P. Blounsky zeggen de schrij
vers: „Wel zijn we niet bij machte het gods
dienstig milieu van het gezin om te vormen,
maar we moeten in de school en in de kin
dertuinen de knderen door niet-geloo-
vigen omringen.
Dat is de eerste eisch, die aan den onder
wijzer in Rusland gesteld wordt: ongeloovig
zijnHij mag tot geen enkele godsdienstige
belijdenis behooren en staat daartoe onder
voortdurende controle van de Tchéka en de
Komsomol, de raden van arbeiders en onder-
wijs-organisaties.
Dt opleiding van de onderwijzers wordt
ernstig ter hand genomen, althans op het punt
der communistische anti-religieuze propagan
da. De opvoeder der jeugd moet partij leeren
trekken van allerlei omstandigheden en ge
schikte momenten om de wortels van de re-
ligieuse beginselen uit de kinderziel los te
rukken.
Uit het bovengenoemde boek citeer ik nog:
„Niet verhoorde gebeden, bittere klachten
tegen God, een moeilijk oogenblik voor 't
kind: dat moet men benutten als een bron
voor zijn eersten twijfelDaarom is een
der meest doeltreffende middelen in de anti
godsdienstige opvoeding om het kind er van
te overtuigen, dat zijn gebeden geen verhoo
ring ontvangen. Het kind, dat de overtuiging
krijgt, dat het de moeite niet loont om te
bidden, omdat het gebed niet verhoord wordt,
dat kind gelooft niet meer".
Doch die propaganda moet met voorzichtig
beleid geschieden. Directe aanvallen hebben
geen succes. Langzaam aan moet op 't jeugdig
gemoed worden ingewerkt. Met allerlei mid
delen. Ravitch Stcherbo zegt: Niet slechts
moet er een anti-godsdienstige strooming"loo-
pen door 't onderwijs, maar deze moet ook
tot uiting komen in de schoolboeken, in de
kinderlectuur, in de paedagogische maand
bladen".
Wat is dat vreeselijk zoo te moeten leven.
Gelukkig, dat het in ons land zoo nog niet is.
M'n beste nichtjes en neefjes
Hè hè, daar moet ik eens even voor zuch
ten. Voor mij liggen een en twintig inzendingen 5
voor onzen wedstrijd. Gelezen heb ik alles al,
maar nu komt het ergste nog aan. 'k Wil heel
eerlijk de prijzen toekennen. En nou hebben ze
allen zoo heel erg hun best gedaan. Natuurlijk
is het een mooier dan van het ander, de één
kan het ook weer wat beter. De leeftijden zijn
ook niet allen gelijk.
O, ik zie een berg bezwaren hoor. Een ding
vind ik heel prettig en wel ,dat er over het
algemeen niet veel fouten worden geschreven.
Dat gaat werkelijk heel goed.
Slechts een heel enkele was vergeten, dat het
papier van de wedstrijd-inzendingen maar aan
één kant mocht beschreven worden. De meesten
hadden alles echter heel goed onthouden.
Maar kom, we zullen nu maar niet te lang
meer klagen over de bezwaren. Dat is al weer
voorbij. Ik ga nu aan het prettige beginnen,
'k Krijg zoo het idee of ik ook weer voor
St. Nicolaas ga spelen. Zoo maar ineens acht
prijzen uitdeelen. Dat is wat hoor.
'k Zou wel eens even in de kamer willen
kijken bij de gelukkige neefjes en nichtjes, als
de krant komt.
Zoo hoor, nu heb ik jullie lang genoeg
nieuwsgierig gehouden. Ik ga nu de namen
noemen.
GRETHA VAN DER KEMP te Andelst
„Twee jaar op Jachthuis".
GERARDA SMOUTER te Rotterdam
„Van vijf rijksdaalders en een gulden".
JOHAN DE VOS te Ooltgensplaat t
„Een Kerel".
ADRIANUS VISBEEN te Nieuwe Tonge
„De jongens van zeven".
JAAPJE A. VAN ZANTEN te Middelharnis
„Kerstmis bij Oma".
HUIBERTJE DE BONTE te Dirksland:
„Er op of er onder".
RIEK PULLEMAN te Numansdorp
„Beter zoo".
ARIE WAGNER te Stad aan 't Haringvliet
„Wat het turfschip bracht".
Zie zoo, die zorg is achter den rug. Ik feli
citeer al die gelukigen wel en de anderen moeten
maar weer moed houden tot den volgenden keer.
Het is nu, in den winter, echt de tijd voor
wedstrijden, k wacht er nu niet al te lang mee,
dat beloof ik jullie.
'k Zol zorgen, dat de prijzen zoo gauw mo
gelijk verzonden worden, dan heeft ieder ze
spoedig in 't bezit.
'k Wilde wel, dat ik jullie allen nu eens bij
me had, wat zou er dan veel te vertellen zijn.
Ja, 'k moet wel bekennen, dat ik echt nieuws
gierig ben. Een paar van de nichtjes en neefjes
hebben mij inhun briefje al aangeraden om
heel goed op te passen tegen St. Nicolaas.
Jullie begrijpt, dat ik terdege m'n best gedaan
heb. Of St. Nicolaas mij vergeten is Nee
hoor, heusch niet. Hij was zeker nog al te
vreden. Wat denken jullie
Nou hoor, ik eindig m'n praatjé, dat weer
o zoo lang geworden is, met jullie allen har
telijk te groeten.
TANTE TRUUS.
Hef opstel van GRETHA VAN DER K.
te Andelst.
DIE ONDEUGENDE MIEP.
't Is een heerlijke dag in September. Moeder
zit voor het open raam en haakt aan een
kleedje voor de bazar. Naast haar zit Miep
de poes. Ze heeft zich behaaglijk tegen moeders
voetkussen aangedrukt, en spint. Ze doet net
of ze slaapt, maar het is niet zoo, let maar
eens op haar. Soms gluren haar oogen listig
naar de vischkom, waar de vischjes in dartelen.
Van geen gevaar bewust. Hé, hoe graag zou
ze zoo'n boutje oppeuzelen. Daar klingelt de
bel door de gang. Zeker de bakker. Van dat
oogenblik; maakt poes gebruik. Ze rekt zich
eens uit, geeuwt eens en springt op de venster
bank. Kijkt nog eens schichtig rond. En ein
delijk waagt ze haar roofstuk. Ze loert eens
naar de visschen, die bang naar den anderen
kant zwemmen. Dan slaat ze haar klauw in
de kom, deze wankelt, doch valt niet, nog
eens beproeft ze het. En o wee, daar valt
de kom aan gruizelementen. De vischjes liggen
te spartelen op het mooie tafelkleed
Net komt moe binnen met Lies. Ze is ze
wezen halen uit de school.
„O moe", roept zet verschrikt, „kijk Miep
eens".
Ook moeder schrikt. Ze lcopt gauw naar
achteren en komt terug met een andere bak.
Wel niet zoo mooi als de eerste, maar dat
geeft niet
En waar is Miep gebleven die stoute Miep
Ze zit zich bij den buurman te drogen. Die
schelm.