L UIT HET WOORD J onder redactie van -- G. WARNAER, Dirksland, Ds. C. VAN DER WAL, Dirksland, A. H. VAN YPEREN, Herkingen en Ds. G. VAN DER ZEE, Den Bommel, Eindredacteur ringen. PREDIKBEURTEN ISSSS ALLERLEI SSSSS ^richten. f 4,15 tot f 7,85 rerteerders. f, OP ZONDAG 5 AUGUSTUS 1928 Aan onze Lezers! SCHETSEN UIT DE KERKGESCHIEDENIS BOEKBESPREKING ote boeren, die ook de n hebben, zijn in hech- RAFENIS. p had een begrafenis jzonder droevige plech- lie begraven werd, was rd. De vrouw was door de gevangenis gezet, erouw gekregen te heb- e autoriteiten, of ze de onen. In zware rouw en^Pe kïst WTiet graf ze hevig te huilen en ingen echter, die mede roeve plechtigheid, wa- 'oren verbitterd, óf ze lank in dit rouwbetoon, een groote opgewon- boetvaardige in het- ven. Slechts met groote olitie, haar te redden; et. M GEGREPEN. 3ij rd gedood. de Gooische Boer" ongeval geschied, dat lan den 81-jarigen ver- vïannenhuis te Bussum. ek met een kennis was atende achteruit geloo- tten, dat hij daardoor uist kwam een tram tram aan. De man liep 'oen men hem had be- aan de bekomen ver eden. BOOM GEREDEN, ur gedood. ft op den Baarloschen tje buiten Bleritk, een lats gehad. De 2-jarige wam met een luxe-auto ie richting Baarlo, toen zwenking maakte en i boom opvloog. Door wam de wagen dwars venloos uit den wagen I grootendeels vernield. ING. laarlem is de 20-jarige 'iel tegen den auto van n zorgwekkenden toe- Elizabethsgasthuis te r VOOR DEN ZONDAG TE MIDDELHARNIS ag I Augustus 1928.'~v>< 12.40 per 100 stuks', at 9.per 100 stuks. per 100 stuks, t 18.per 100 stuks. 1.80 per 100 stuks. 40 per 100 bos. 4.60 per 100 bos. t 12,— per 100 K.G. aer 100 K.G. tot 34.per 100 Kg. :ot 16.10 per 100 Kg. 9.50 tot 17.80 per 16.- per 100 K.G. at 5.10 per 100 K.G. per 100 K.G. n, 9.70 tot 23.- en 11.— tot 27.70 't 23.per 100 K.G. er 100 pond. :ot 17.per 100 pond' 48.per 100 pond. - per 100 pond. ot 65 per 100 pon 0.67 per stuk. DAM, 31 Juli 1928. s Veilingslokaal, 3&ar ehouden Veiling, wer» :n besteed tot tot 5,60 tot 6,40 tot uks. DAMSCHE VEILING des avonds 6 uur te nent Akershoek, van naët, van een perceel 'p, in het Oudeland, n huur bij Abraham VAN DEN BERG. erkooping van Klaver en Ouddorp, worden Zaterdag 4 Augustus, VAN DEN BERG. Augustus 1928, des (balf zeven oude tijd) Van der Werf, van en Gabriëllinapolder, toepeen, uien, voeder» ten verzoeke van den ent van Jan Meijnders GROENENDIJK. is 1928, des namiddags van een partij afbraak, kozijnen, palen, mar» ls, dakpannen, enz, te tostelijken Achterweg, GROENENDIJK. a.s. opent de heer Oostdijk te Sommels- eischen des tijds in- Caas en Eieren, Krui- mooie, ruime winkel :h aanzien, wat voor eteekenis is. We fe- hens met zijn groote hem een welverdiend NED. HERV. KERK. Sommelsdijk, v.m. en 's av. Ds. den Oudsten van Elburg. Middelharnis, v.m. leesdienst en s av. Ds. van der Wal van Dirksland (Doop). Stad aan 't Haringvliet, 9 uur Ds. Polhuis, nam. 2 uur leesdienst. Den Bommel, vm. 9.30 uur Ds. van der Zee (Doop.) Ooltgensplaat, v.m. 9.30 uur leesdienst, s av. 6 uur Ds. Polhuijs. van Stad aan 't Haringvliet. Oude Tonge n.m. 6 uur de heer Van Yperen van Herkingen. Nieuwe Tonge, v.m. leesdienst, s av. 6 uur Ds. Van der Zee van Den Bommel. Herkinaen vm. 9.30 uur de heer Van Yperen nam, 2 uur Ds. Van der Wal (Doop en collecte.) Melissant, v.m. 9.30 en 's av. 6 uur Ds. Kloots van Zwammerdam. Ouddorp, v.m Ds. van Ameide van Sommels dijk en n.m. Ds. den Oudsten van Elburg (Doop). GEREFORMEERDE KERK. Middelharnis, v.m. en 's av. Ds. de Lange van Waarder. Stad aan 't Haringvliet, v.m. 9.30 (H.A.) en n.m. 5.30 Ds. de Graaff. Ooltgensplaat, v.m. 9.30 en 's av. 6 uur Ds. de Lange. Ouddorp, v.m. en n.m. Ds. Diemer. GEREFORMEERDE GEMEENTE. Middelharnis, v.m. en 's av. leesdienst. Dirksland, v.m. en s av. Ds. de Blois. Herkingen, v.m. 9, n.m. 2 en s av. 6 uur leesdienst. Ouddorp, v.m. en n.m. leesdienst. OUD-GEREF. GEMEENTE. Herkingen,'v.m. 9 en n.m. 2 uur leesdienst. Van de overige gemeenten! geen opgaaf. Gelijk de Redactie een en andermaal heeft medegedeeld is ons blad door toetreding van 5 eeltige medewerkers een uitbreiding ondergaan. Laat ik dan nog een paar opmerkingen mogen maken. Geregeld duikt het verlangen op, nu eens met meer, dan met minder succes, voor de Hervormde menschen een orgaan te hebben, waarin allerlei dingen kunnen worden besproken. Het spreekt vanzelf, dat nu hiertoe gelegen heid werd geboden, wij om allerlei redenen na eenige aarzeling die hebben aangegrepen, in het vertrouwen aan veler' wenschen tegemoet te komen. De rubrieken zullen hoofdzakelijk het gods dienstig en kerkelijk terrein bestrijken, met alles wat daaraan verbonden is, terwijl politiek geenszins als contrabande zal worden be schouwd. Wij stellen ons voor te schrijven voor Kerk, School en Huisgezin. De rubriek „Uit het Woord" zal worden onderteekend, de rest ligt voor ons aller ver- antwoording. Ook heb ik het plan opgevat eene beschrijving te geven van de kerkelijke gemeente van Den Bommel, sedert de stichting van het kerkgebouw anno 1647 tot ongeveer 1870. Op de predikbeurten zal met nauwgezetheid worden acht gegeven. Zoo ga het blad bij vernieuwing in zee, en vinde een gunstig onthaal bij alle lezers. D. B. EINDREDACTEUR. STICHTELIJKE OVERDENKING 13 EEN DAAD DES GELOOFS. En Jezus hun geloof ziende, zeide tot den geraakte Zoon, uwe zonden zijn U vergeven. Mare. 2 5. Daar is wat vreemds in dit woord. Vreemd voor de schriftgeleerde toehoorders, die den profeet van Nazareth het vermogen ontzeiden om de zondén te vergeven, ja, zij vonden het volgens vers 7 godslasterlijk. Maar hierop willen wij thans niet ingaan. Vreemd was ook voor alle toehoorders en voor den persoon in kwestie, dat Jezus schijn baar niet terstond inging op de bedoeling der vier medelijdende broeders, die het dak open braken en den geraakte, die niet gaan of staan kon, nederlieten. Immers niet aanstonds, doch straks werd hij genezen. Het vreemde waarop wij thans willen wijzen is dit, dat er staat: Jezus hun geloof ziende. Gij kunt buiten beschouwing laten of hiermee bedoeld zijn de vier dragers met of zonder den geraakte, in elk geval zijn de dragers er bij inbegrepen. Hun geloof zag Hij. Het was een daadwerkelijk geloof. Dit geloof redeneerde niet, wijl het opkwam uit het hart, dat met liefde en meedoogen ne- derzag op den ellendige. Zij twijfelden geen oogenblik aan de Almacht van den Heiland, aan Zijrï liefde, aan Zijn goedheid. - 1 .E.. Ik weet, wat gij zeggen zult„Het kon wel een wondergeloof zijn Maar voordat zich deze gedachte post vat jH hart, dient gij u rekenschap te geven hoe de Heiland er over denkt, en wat Hij doet. Op verschillende plaatsen wijst Hij het won dergeloof af. Als men een teeken begeert, dan zegt Hij vol toorn, daar Hij geen toovenaar is, dat geen ander teeken gegeven zal worden aan het boos en overspelig geslacht, dan dat van Jona den profeet. Als men Hem hoonend toeroept van het kruis af te komen en Zich zelf te verlossen, gaat Hij dit stilzwijgend voorbij. Maar hierHier gaat het niet om een wonder als zoodanig, doch hier gaat het om een door Satans macht verwoest menschen- leven En als de Hartenkenner dit ziet, slaat Hij met verwondering hun geloof gade. Dit geloof in den Heiland wordt niet be schaamd. Nooit kan het geloof immers te veel ver wachten. De uitkomst is dan ook overweldigend. Zijn zonden worden vergeven, den schrift geleerden tot ergernis, den geraakte tot zalig heid, den vier dragers tot blijdschap. Jezus hun geloof ziende. Hebt gij, lezer, hier wel eens op doorgedacht Gij vaders, hoe hebt gij uw kind ten doop gemeld, gij moeders hoe hebt gij uw kind ten doop geboden Neen, die doopsbediening is geen pand tot de zaligheid, maar hoe hebt gij met Gods beloften gewerkt? Is daar eenig pleiten op 's Heeren wonder dadig werkende genade, die op hun geloof ook den geraakte de zonden vergaf Als wij kalm redeneeren, verloopt dit mees tal in koel gepraat. Maar als de nood hoog is, en het gewicht der eeuwigheid drukt, de grimmigheid des doods gevoeld wordt, het oordeel aanstaande is, dan roept en loopt men om een bidder. Dit kan voorspruiten uit slaafsche vreeze. Maar 't kan ook zijn, dat men gestadig, door de duisternis heen, voor den zieke of stervende op Gods goedheid blijft hopen. Menig kind des Heeren, man of vrouw, werd aldus geroepen, om zieken of stervenden gees telijke hulpe te bieden. Gods Woord gaat hierin voor bij monde van Jacobus 5 vers 14. Gods daad zet het zegel op deze waarheid in de geschiedenis van den geraakte. Wie in zielsbenauwheid zijn weg op den Heere wentelt, zijn pad zal recht gemaakt worden. Wie in het geloof zijn toevlucht mag .nemen tot den Heiland der zielen, zal gered worden. Immers Hij zeide, dat zoo iemand geloof had, een berg zou gezet worden in het hart der zee. De wonderdadige macht des Heeren streeft het kloekst begrip te boven en overtreft de stoutste verwachtingen. Dit nu als een kracht te mogen bezitten, is de gave des geloofs. Op hun geloof heeft Jezus den geraakte geheeld. Hij deed het volkomen, naar ziel en lichaam. Lezer, wie hebt gij tot Hem gebracht Ook reeds uw eigen ziel D. B. G. v. d. Z. niemand dit kunnen tegenhouden. Wat zijn dan Uw bezwaren? Verreweg de meeste van finantieelen aard. Inderdaad zijn deze niet gering, maar bij tien a twintig jaren geleden zijn ze voor drie kwart gedeelte weggenomen. Lezers, geloof mij vrij, het ontbreekt aan liefde voor de kerk, omdat onder het jonge geslacht weinig liefde is voor des Heeren dienst, en omdat in de huisgezinnen tot het jeugdig hart weinig bemoedigende en aanmoe digende woorden worden gesproken. De Heere werkt in den middellijken weg. Vaders, spoort Uwe zonen aan 1 Moeders, moeders geeft' ons leeraren I Kinderen uit degelijke huisgezinnen vinden de tafel gedekt, om straks tot den arbeid in te gaan, want de kerk ontvangt 'de gerefor meerde leeraren met open armen. VAN DEN BOMMEL, doof Ds. G. VAN DER ZEE. GEBREK. Onder de vele gebreken, die onze Hervormde Kerk aankleven is zeer zeker ook te noemen de opleiding van jongelingen tot predikant. Over de theologische faculteit aan de Rijks universiteiten is veel geschreven en de wets wijziging van 1876 heeft veel pennen in be weging gebracht. Stap voor stap zijn wij in de negentiende eeuw achteruitgegaan, tengevolge van den geest der eeuw, die het met den profeet niet meer uitsprak De Heere heeft het gesproken, maar alles afleidde uit de reflectie van 's men schen denkend vermogen. De achtergrond van dit alles is zuiver on geloof, hier zich openbarend in grove onver schilligheid, daar in algemeene gosdienstigheid, elders in doffe, duffe en muffe lijdelijkheid. Zoo is ook te verklaren het gebrek aan predikanten. Zware orthodoxie, die geen acht geeft op des Heeren bevelPredikt het Evangelie Wie alzoo het gebod verlaat en het gebed vergeet, heeft des Heeren oordeelen te wachten. Dat oordeel ligt nu in dezen zin ook op onze kerk, waaronder 9 van de 13 gemeenten thans zuchten op ons eiland, verstoken zijnde van eigen herder en leeraar, waarvan 2 ge baat zijn met de in werking stellen van het instituut van godsdienstonderwijzer. Bijkomstige factoren buiten beschouwing ge laten, voelt men hier in het bijzonder, en in het vaderland in het algemeen, het nijpende van het tekort, dat in zijn geheel de 330 nadert. De uitersten vrijzinnigen en gereformeerden, tobben het meest. Procentsgewijze de gerefor meerden. Bij de vrijzinnigen is het 27 bij ons 34 Bij de eersten schuilt het gebrek in gods dienstige belangstelling, waartegen ook de mo derne professoren niets vermogen, aangezien te Leiden, waar vijf van de zeven vrijzinnig zijn, onderwijs geven aan een in verreweg de meerderheid orthodoxe studentengroep. De middenpartij, gerugsteund door de Doe- tinchemsche stichtingen, die in algemeen or thodoxen zin opleiden, heeft de meeste profes soren, naar rato meer dan hen toekomtdeze is er nog het beste aan toe, daar de richtings statistiek bewees, dat daar de voordeelen val len, o. a. ook bij elke finantieele ondersteuning. Toch kunnen wij hiervan leeren. Zonder Van Dijk zijn stichtingen zou het er menschelijkerwijs nog veel treuriger uitzien. Wat rest ons dan te doen In de eerste plaats ons standpunt te herzien ten opzichte van de Heilige Schrift, waarvan wij belijden, dat deze is het onfeilbaar richt snoer voor geloof en leven. Die Schrift is U op Uw levensweg gelegd, niet om het Uwe daaruit te nemen, maar om het Zijne te ontvangen. En nu in het onderhavige geval bij aanvang of vernieuwing het gebod tot prediking onder de oogen te zien, of daar ook knapen of jongelingen in Uw huisgezin zijn, die den wensch openbaren opgeleid te mogen worden tot den Dienst des \Voords. Of daar dan geen roeping moet zijn? Zeker I en als er Inderdaad roeping is, zal I. Het is reeds ruim dertig jaren geleden, dat bij den heer W. Boekhoven te Sommelsdijk van de pers kwam de geschiedenis van het eiland Goeree en Overflakkee, van de hand der heeren J. v. d. Waal, en F. O. Vervoorn. Waar echter deze heeren slechts terloops J- in hun toch- al groot en breed opgezet bestek, hun handen vol hadden aan de dorps- en polderarchiev en slechts terloops de ker kelijke geschiedenis ter hand konden nemen, dacht het mij niet ondienstig de voornaamste gebeurtenissen te verhalen i.. „"ooveel mogelijk samenhangende schetsen, geput uit het kerkelijk archief. De kerkelijke archieven zijn de bronnen voor de Kerkgeschiedenis, en moeten volgens het Kerkelijk Reglement daarvan zijnde, met de meeste zorgvuldigheid worden bewaard, ge rangschikt en gecatalogiseerd. Op menige plaats hapert daaraan nog veel, en dank zij de bijzondere zorg van de Synode, die de laatste jaren daar meer en meer controle op uitoefent. Ons archief, zooals ik dit met vluchtigen blik heb overzien, is nog in vrijwel goeden staat, al hebben de oudste stukken, als schier overal, veel door vocht geleden. De gegevens, die wij hier hebben, dateeren uit omstreeks 1640, daar deze gemeente van 1574—1647 met Ooltgensplaat verbonden is geweest, en sedert 1647 zelfstandig werd ver klaard. Met de burgerlijke gemeente was dit eveneens het geval, en wel tot het jaar 1812. Het archief bestaat uit oude perkamenten boeken, daar de losse folio papieren in vorige eeuwen tot een boek werden ingebonden. Er zijn echter ook vele stukken verloren gegaan, welke ik elders van gelijken aard mocht aantreffen. Ons bezit betreft danNotulenboeken van den Kerkeraad, Album van alle voornaamste Classicale besluiten sedert de stichting, met de namen der predikanten en hun werk naamlijst der kerkeraadsledenDiaconie-reke ningen, Kerkerekeningen, Doopboeken sedert 1811 (de oudere moesten in 1918 naar Den Haag, met de trouwboeken), processen en een aantal diversen. Genoeg om een vrijwel doorloopend verhaal te schrijven van wat in circa twee eeuwen alhier is geschied. Uit den aard der zaak zullen wij trachten deze gegevens zoodanig te verwerken, dat buiten de stoffelijke dingen, ook het geestelijke leven onzer voormalige dorpsbewoners in het licht gesteld wordt, hoewel een archief aan directe gegevens doorgaans weinig stof daarvoor biedt. Toch is het dikwijls tusschen de regels' door te lezen en uit de gedragslijn op te maken. Wie dus vermoedt, dat wij een speciaal beeld zulllen krijgen van de geestelijke ligging van ons voorgeslacht, zal gedeeltelijk beschaamd uitkomen. Maar alles tezamen genomen, is een dorps geschiedenis nochtans voor velen de moeite waard die te lezen. Het doet ons onze voorouders kennen in hun deugden en gebreken, in hun strijd en zegen, en leert ons bovenal kennen de voorzienige leidingen Gods, openbaar wordende in Zijn straffende gerechtigheid in dagen van revolutie en ongeloof, en in Zijne zegenende liefde in dagen van geloofsvertrouwen. Nadat in 1570 Den Briel den Prins van Oranje was toegevallen, en daarmede ook de Reformatie krachtiger naar buiten zich open baarde, kwam alhier op ons eiland te Oolt gensplaat de eerste predikant in het jaar 1574, en wel Ds. Joost Èmels, die met de heeren predikanten Siliginius 1578—80, Alb. Jansz. Schagen 1580—81, Joost de Neve 158186, Erasmus Puttaert 158799, Carolus v. d. Broek 1599—1600, Pieter Jansz. Zeegers 1600—6, Petrus Jansz. Pylius 16061647, te zamen ook Dienaren des Woords waren in Den Bommel. Waar de kerk of kapel gestaan heeft, voor heen der R. Katholieken eigendom, die nu tot de Reformatie overgingen, is onbekend, maar men wil uit een oud plaatje afleiden, dat dit boven aan den dijk, Oostzijde, op den hoek van de Voorstraat gestaan heeft. Ongeveer vijf en zestig jaren na de vestiging van den eersten predikant, gingen er stemmen op in de Classis Voorne en Putten, zooals de Classis tot 1816 heette (nu Classis Brielle), om eenige plaatsen van combinatie los te maken en zelfstandig te verklaren. Dit werd ter Provinciale Synode van Delft gebracht, met gevolg, dat de Classicale Ver gadering, den 29sten Juni 1639 in Nieuwe Tonge gehouden, de twee plaatsen Hellevoetsluis en Den Bommel voordroegen óm deze van een eigen predikant te voorzien. Den 11 en October 1639 werd op de Classis te ZwarteWaal de zaak nogmaals besproken, en werden de gedeputeerden belast voor deze zaak te waken, en bij de Hooge Overheid in Den Haag er op aan te dringen het besluit der Ed. Hoog Mogende Heeren uit te voeren om aan de Weduwen f 100.— 's jaars uit te keeren. Om tot daadwerkelijke scheiding van Oolt gensplaat en Den Bommel te kunnen geraken, had men noodig de medewerking en toestemming van den heer Aertsen, Ambachtsheer o.a. van Sommelsdijk en Den Bommel. Dit gaf eenige vertraging wegens diens reis naar Engeland, zoodat er een paar Class. Ver gaderingen overheen gingen voor men verder iets kon uitrichten. Deze gaf echter later in 1640 zijn toestem ming, maar toch zou het nog enkele jaren duren. De Classis van 25 Juni 1641 alhier gehouden, te „Bommeneede", gaf opdracht om in deze zaak te vigileeren. Maar in October d.a.v. op de vergadering te Stad aan 't Haringvliet kwam er merkbare vordering. Woordvoerders waren aldaar Jan Hubrechtse en Cornells Janse Qebuijs, behoorende onder de jurisdictie van Den Bommel, die hun dank uitspraken voor de bemoeienissen tot dusver betoond, en ijverden voor eene krachtdadige doorzetting. Maar de predikant Ds. Pylius was er op tegen. Als redenen voerde hij aan, dat het aantal toehoorders grootelijks zou verminderen, en dat hij 50.tractement zou moeten derven, hem toegelegd van Den Bommel. Na eenige bespreking bepaalde de Classis, dat voor hem geen finantieel nadeel zou ont staan. Echter was hij nog niet tevreden, en eischte, dat indien Den Bommel een eigen predikant kreeg, deze in Ooltgensplaat moest wonen. De Classis ging hier niet op in, hoezeer Ds. Pylius wegens hoogen ouderdom dit ook mocht begeeren. Nu waren er te Den Bommel lieden, die den afgezetten predikant A. Stamperius van Som melsdijk begeerden, en daartoe den Ambachts heer hadden aangezocht. Dit werd hen ten sterkste afgeraden. De Classis besloot om vanaf najaar 1641, te beginnen met 5 October, in de „vacature" van Den Bomme! wekelijks te voorzien. Door den Raad van Leger- en Vlootpredi- kanten te Den Helder is geschreven en uitge geven een „Leiddraad voor predikanten ten behoeve van de dienstplichtige leden hunner gemeente". Inderdaad een prijzenswaardig geschriftje van 32 blz„ klein formaat, dat in een lang gevoelde behoefte voorziet. Het bevat tal van nuttige wenken voor pre dikanten en kerkeraden, aan wie de zorg voor de jongelingschap is toevertrouwd en zal niet nalaten zijn zegen te verspreiden. Van harte bevelen wij dit keurige werkje allen aan ter lezing en bespreking op de Kerke- raadsvergaderingen, daar het iedere gemeente gratis is toegezonden, wijl de Raad daartoe in de gelegenheid blijkt gesteld te zijn door de Synode der Ned. Herv. Kerk, welke eene be langrijke subsidie van 200.gaf. v. d. Z. DIRKSLAND. Mej. L. Brouwer is thans be noemd tot assistente aan de Bijz. school alhier. HERKINGEN. De vacantie van de bijzon dere lagere school is reeds aangevangen. Die der openbare lagere school begint volgende week. OUDDORP. Bij de Hervormde Gemeente alhier is beroepen Ds. G. A. Oosterhuijs van Ernst. „De Waarheidsvriend" schrijft HEER OF HEERE? Men durft het wel eens voor te stellen, alsof een van de dingen, waaraan men een gerefor meerden dominé kan herkennen, zou te vinden zijn in het gebruik van wat men pleegt te noemen de stomme letter e aan h,et eind van het woord Heere. Rechtzinnige predikers zou den dan natuurlijk Heere zeggen en de minder rechtzinnigen daarentegen Heer. We wijzen natuurlijk het gebruik van deze zoogenaamde stomme „e" als creterium voor onze rechtzinnigheid onmiddellijk van de hand. Laat toch geen enkel lezer van de Waarheids vriend meenen, dat dit ook maar eenig gewicht in de schaal zoude leggen. Neen, dat weten zelfs de eenvoudigste ouder lingen van een plattelandsgemeente wel beter. Ik vroeg als consulent van een vacante ge meente eens aan een der ouderlingen, die er op uit werd gezonden om een dominé te beluis teren: Wel vriend, waar zult ge nu in het bijzonder toch wel op acht geven, als ge over morgen bij leven en welzijn zult uitgaan om u te X onder het gehoor van ds. Y. te stellen Weet ge, wat ik toen ten antwoord kreeg: Dominé, het is een moeilijk werk om een do miné te gaan beluisteren. Het is mij als een zware last op den schouder. Het verantwoor delijkheidsgevoel drukt mij zoo terneer, dat ik het haast niet zou aandurven, maar ik hoop, bij al wat ik hooren zal, toch bovenal te letten of die prediker God op het hoogst zal ver heerlijken en den mensch op het diepst zal ver nederen. Al is het, dat hij dan al niet naar de letter in het paradijs begint, we zullen toch moeten hooren, dat er alleen voor arme zon daren een plaats is bij den rijken Jezus, maar ook, dat de rijken en eigengerechtigen ledig worden weggezonden. Wat dunkt u, lezers, er kan verder veel aan kennis ontbroken hebben bij dezen broeder ou derling, maar we verzekeren onze tegenstanders, dat zulk een zijn stem niet zal geven aan een dominé, die een verkapte remonstrantsche leer verkondigt, ook al zou hij dan duizend maal Heere zeggen. Neen, het criterium ligt oneindig veel dieper. Om echter -nog eens terug te komen op die stomme e, we beginnen op te merken, dat het volstrekt niet onze bedoeling is om hard te vallen al degenen, die van hun jeugd af, dus als het ware uit kracht van opvoeding, gewoon zijn om Heer te zeggen. We wenschen echter ook geenszins door tegenstanders in een be spottelijk daglicht te worden gesteld. De uit spraken van de taalkundigen zijn stellig op onze hand. Op het adres van eene adellijke vrouw vinden we vaak de betiteling van „vrouwe". Niemand zou het wagen om in zulk een geval „vrouw" te schrijven. Welaan, indien het dan als een uitgemaakte zaak vast staat, dat we juist in die stomme „e" in onze taal een middel hebben om daardoor te komen tot de adellijke betiteling, waarom zouden we dan ook het Allerhoogste Wezen, den God des hemels en der aarde, niet met den verhevensten naam van „Heere" noemen. Dit is dunkt mij de eenigste argumentatie. Een beroep op den grondtekst baat u natuurlijk allerminst, aangezien 't Hebreeuwsche noch het Grieksche woord voor den naam van het Hoogste Wezen een „e" aan het einde heeft. Daarom is het ook dwaasheid, zoo men bij het bijbellezen in huis of in de voorhoven des Heeren nog zou willen blijven lezen in den trant van: „Ende gij en zult niet". Zonder dit den waarlijk oprechten eenvou- digen voorlezer ook maar een oogenblik kwalijk te nemen, moeten we toch aan de andere zijde waarschuwen voor het gevaar van een groote dosis eigenvroomheid, die voor den Heere is als een wegwerpelijk kleed. „De Waarheidsvriend" het orgaan van den Geref. Bond in de Ned. Herv. Kerk, schrijft DE POLITIEKE NEUTRALITEIT. Wij eindigden de vorige week ons artikel over „de godsdienst afgedaan" met de opmer king, dat een groot aantal onderwijzers van de Openbare School van het aankweeken bij de kinderen van liefde tot het Vorstenhuis niets willen weten. Dit nu behoeft geen verwondering te wekken, als men nagaat, dat de Bond van Nederlandsche Onderwijzers zich als organisatie bij de Sociaal Democratische Arbeiderspartij aansloot en deel uitmaakt van het Nederlandsch Verbond van V akvereenigingen Daarmede werd de Bond republikeinsch en oriënteerde hij zich revolutionair. Een bewijs, hoe het met de mentaliteit der openbare onderwijzers gesteld is, ten aanzien van de plaats, welke zij als opvoeders der jeugd op de school innemen met betrekking tot het inprenten bij hunne leerlingen van eerbied jegens het Vaderland en het Oranjehuis, werd nog ten vorigen jare geleverd bij het bezoek van de Koningin aan de hoofdstad des lands, toen kieren van de Openbare Scholen niet deel- naim'dstrijden worden gehouden, waar&ah ook 0P£)C| za' deelnemen. Het eenige Hollandsche OpeJia". dat In zijn klasse zal mededingen 0 gescfc naast, tralit' Of de Opeis in Oranjefeesten, niet op die feesten worden gevierd en om de liederen die daarbij worden gezongen, maar omdat de Openbare School niet een lichaam is, om in deze of gene richting partij te kiezen. Op deze wijze liet een ex-openbaar onder wijzer, als socialistisch raadslid in den Amster- damschen Gemeenteraad, zich uit, toen de kwestie van het niet verschijnen der kinderen van de Openbare School op den Dam bij de behandeling der gemeentebegrooting in Decem ber 1.1. aan de orde was. De kinderen der Openbare School mogen niet deelnemen aan Oranjefeesten, zij mogen zich niet verblijden over de aanwezigheid van Ko ningin en Prinses, zij mogen met de andere kinderen geen vaderlandsche liederen zingen, omdat dit alles een schending is van de poli tieke neutraliteit. Ziedaar de hoogste wijsheid, die in onzen tijd de Bond van Nederlandsche Onderwijzers verkondigt, en bij welke zienswijze ons volk zich maar rustig en kalm heeft neer te leggen. Is het wonder, dat de Openbare School door een dergelijk optreden van hare voorgangers zichzelf afbreekt en bij het volk in discrediet geraakt. Zelfs zijn er niet weinige voorstanders van neutraal onderwijs, die hun kinderen niet meer aan de republikeinsche onderwijzers willen toevertrouwen, maar deze in eigen scholen naar eigen inzicht onderwijs laten geven. Hoe ver het reeds met den Bond van Neder landsche Onderwijzers is gekomen, bewijzen de woorden van den heer Stenhuis, den onlangs afgetreden rooden voorzitter van het Neder landsch Verbond van Vakvereenigingen, die op den laatsten bondsdag der onderwijzers organisatie onder luid applaus der aanwezigen met genoegdoening verklaarde: dat de Bond zich „volkomen thuis gevoelt in het N. V. V.", den Bond verder de eer gaf, dat hij nu de zaken bekeek met de oogen van de strijdende proletariërs-organisatie, den Bond in het gevlij kwam, door hem te betitelen als „de onder wijzers-vakorganisatie" en de onderwijzers ani meerde, de dagen van vrede zoo te gebruiken, dat als de regeering weer oproept bij een oorlog er slechts één kreet klinkt, n.l. die van den opstand. Het is met de Openbare School wel een snelle afloop der wateren. De godsdienst wordt als contrabande (ver boden waar) beschouwd, zijnde voor onzen tijd van geen beteekenis meer en de liefde voor het Vaderland en het Vorstenhuis door de duizende roode onderwijzers uit de harten der kinderen gebannen. En in dien geest, den geest van vijandschap tegen godsdienst en Oranjehuis worden de kinderen opgevoed. Het blijkt duidelijk aan welk gevaar de jeugd blootstaat, zoo de kinderen op school het neutrale onderwijs genieten, dat door de socialistische onderwijzers wordt gegeven en niet worden opgevoed in de leering en de ver maning des Heeren. Gelukkig beginnen steeds meer ouders zich ervan rekenschap te geven, dat het onderwijs behoort tot de taak der opvoeding, welke taak met aan de Overheid, maar aan de ouders is opgedragen. Daarom behoort het pleit niet gevoerd te worden voor de kerstening van de Openbare School, waarvan toch niet terecht komt, maar moet ter wille van de toekomst van het volk naar uitbreiding van het Christelijk onderwijs worden gestreefd.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1928 | | pagina 5