L UIT HET WOORD J
onder redactie van --
G. WARNAER, Dirksland, Ds. C. VAN DER WAL, Dirksland, A. H. VAN YPEREN, Herkingen en Ds. G. VAN DER ZEE, Den Bommel, Eindredacteur
ringen.
PREDIKBEURTEN
ISSSS ALLERLEI SSSSS
^richten.
f 4,15 tot f 7,85
rerteerders. f,
OP ZONDAG 5 AUGUSTUS 1928
Aan onze Lezers!
SCHETSEN UIT DE
KERKGESCHIEDENIS
BOEKBESPREKING
ote boeren, die ook de
n hebben, zijn in hech-
RAFENIS.
p had een begrafenis
jzonder droevige plech-
lie begraven werd, was
rd. De vrouw was door
de gevangenis gezet,
erouw gekregen te heb-
e autoriteiten, of ze de
onen. In zware rouw
en^Pe kïst WTiet graf
ze hevig te huilen en
ingen echter, die mede
roeve plechtigheid, wa-
'oren verbitterd, óf ze
lank in dit rouwbetoon,
een groote opgewon-
boetvaardige in het-
ven. Slechts met groote
olitie, haar te redden;
et.
M GEGREPEN.
3ij
rd gedood.
de Gooische Boer"
ongeval geschied, dat
lan den 81-jarigen ver-
vïannenhuis te Bussum.
ek met een kennis was
atende achteruit geloo-
tten, dat hij daardoor
uist kwam een tram
tram aan. De man liep
'oen men hem had be-
aan de bekomen ver
eden.
BOOM GEREDEN,
ur gedood.
ft op den Baarloschen
tje buiten Bleritk, een
lats gehad. De 2-jarige
wam met een luxe-auto
ie richting Baarlo, toen
zwenking maakte en
i boom opvloog. Door
wam de wagen dwars
venloos uit den wagen
I grootendeels vernield.
ING.
laarlem is de 20-jarige
'iel tegen den auto van
n zorgwekkenden toe-
Elizabethsgasthuis te
r VOOR DEN ZONDAG
TE MIDDELHARNIS
ag I Augustus 1928.'~v><
12.40 per 100 stuks',
at 9.per 100 stuks.
per 100 stuks,
t 18.per 100 stuks.
1.80 per 100 stuks.
40 per 100 bos.
4.60 per 100 bos.
t 12,— per 100 K.G.
aer 100 K.G.
tot 34.per 100 Kg.
:ot 16.10 per 100 Kg.
9.50 tot 17.80 per
16.- per 100 K.G.
at 5.10 per 100 K.G.
per 100 K.G.
n, 9.70 tot 23.-
en 11.— tot 27.70
't 23.per 100 K.G.
er 100 pond.
:ot 17.per 100 pond'
48.per 100 pond.
- per 100 pond.
ot 65 per 100 pon
0.67 per stuk.
DAM, 31 Juli 1928.
s Veilingslokaal, 3&ar
ehouden Veiling, wer»
:n besteed
tot
tot
5,60 tot 6,40
tot
uks.
DAMSCHE VEILING
des avonds 6 uur te
nent Akershoek, van
naët, van een perceel
'p, in het Oudeland,
n huur bij Abraham
VAN DEN BERG.
erkooping van Klaver
en Ouddorp, worden
Zaterdag 4 Augustus,
VAN DEN BERG.
Augustus 1928, des
(balf zeven oude tijd)
Van der Werf, van
en Gabriëllinapolder,
toepeen, uien, voeder»
ten verzoeke van den
ent van Jan Meijnders
GROENENDIJK.
is 1928, des namiddags
van een partij afbraak,
kozijnen, palen, mar»
ls, dakpannen, enz, te
tostelijken Achterweg,
GROENENDIJK.
a.s. opent de heer
Oostdijk te Sommels-
eischen des tijds in-
Caas en Eieren, Krui-
mooie, ruime winkel
:h aanzien, wat voor
eteekenis is. We fe-
hens met zijn groote
hem een welverdiend
NED. HERV. KERK.
Sommelsdijk, v.m. en 's av. Ds. den Oudsten
van Elburg.
Middelharnis, v.m. leesdienst en s av. Ds. van
der Wal van Dirksland (Doop).
Stad aan 't Haringvliet, 9 uur Ds. Polhuis,
nam. 2 uur leesdienst.
Den Bommel, vm. 9.30 uur Ds. van der Zee
(Doop.)
Ooltgensplaat, v.m. 9.30 uur leesdienst, s av. 6
uur Ds. Polhuijs. van Stad aan 't Haringvliet.
Oude Tonge n.m. 6 uur de heer Van Yperen
van Herkingen.
Nieuwe Tonge, v.m. leesdienst, s av. 6 uur Ds.
Van der Zee van Den Bommel.
Herkinaen vm. 9.30 uur de heer Van Yperen
nam, 2 uur Ds. Van der Wal (Doop en
collecte.)
Melissant, v.m. 9.30 en 's av. 6 uur Ds. Kloots
van Zwammerdam.
Ouddorp, v.m Ds. van Ameide van Sommels
dijk en n.m. Ds. den Oudsten van Elburg
(Doop).
GEREFORMEERDE KERK.
Middelharnis, v.m. en 's av. Ds. de Lange van
Waarder.
Stad aan 't Haringvliet, v.m. 9.30 (H.A.) en
n.m. 5.30 Ds. de Graaff.
Ooltgensplaat, v.m. 9.30 en 's av. 6 uur Ds.
de Lange.
Ouddorp, v.m. en n.m. Ds. Diemer.
GEREFORMEERDE GEMEENTE.
Middelharnis, v.m. en 's av. leesdienst.
Dirksland, v.m. en s av. Ds. de Blois.
Herkingen, v.m. 9, n.m. 2 en s av. 6 uur
leesdienst.
Ouddorp, v.m. en n.m. leesdienst.
OUD-GEREF. GEMEENTE.
Herkingen,'v.m. 9 en n.m. 2 uur leesdienst.
Van de overige gemeenten! geen opgaaf.
Gelijk de Redactie een en andermaal heeft
medegedeeld is ons blad door toetreding van
5 eeltige medewerkers een uitbreiding ondergaan.
Laat ik dan nog een paar opmerkingen
mogen maken.
Geregeld duikt het verlangen op, nu eens
met meer, dan met minder succes, voor de
Hervormde menschen een orgaan te hebben,
waarin allerlei dingen kunnen worden besproken.
Het spreekt vanzelf, dat nu hiertoe gelegen
heid werd geboden, wij om allerlei redenen
na eenige aarzeling die hebben aangegrepen,
in het vertrouwen aan veler' wenschen tegemoet
te komen.
De rubrieken zullen hoofdzakelijk het gods
dienstig en kerkelijk terrein bestrijken, met alles
wat daaraan verbonden is, terwijl politiek
geenszins als contrabande zal worden be
schouwd.
Wij stellen ons voor te schrijven voor Kerk,
School en Huisgezin.
De rubriek „Uit het Woord" zal worden
onderteekend, de rest ligt voor ons aller ver-
antwoording.
Ook heb ik het plan opgevat eene beschrijving
te geven van de kerkelijke gemeente van Den
Bommel, sedert de stichting van het kerkgebouw
anno 1647 tot ongeveer 1870.
Op de predikbeurten zal met nauwgezetheid
worden acht gegeven.
Zoo ga het blad bij vernieuwing in zee, en
vinde een gunstig onthaal bij alle lezers.
D. B. EINDREDACTEUR.
STICHTELIJKE OVERDENKING
13
EEN DAAD DES GELOOFS.
En Jezus hun geloof ziende, zeide
tot den geraakte Zoon, uwe zonden
zijn U vergeven. Mare. 2 5.
Daar is wat vreemds in dit woord.
Vreemd voor de schriftgeleerde toehoorders,
die den profeet van Nazareth het vermogen
ontzeiden om de zondén te vergeven, ja, zij
vonden het volgens vers 7 godslasterlijk.
Maar hierop willen wij thans niet ingaan.
Vreemd was ook voor alle toehoorders en
voor den persoon in kwestie, dat Jezus schijn
baar niet terstond inging op de bedoeling der
vier medelijdende broeders, die het dak open
braken en den geraakte, die niet gaan of staan
kon, nederlieten.
Immers niet aanstonds, doch straks werd hij
genezen.
Het vreemde waarop wij thans willen wijzen
is dit, dat er staat: Jezus hun geloof ziende.
Gij kunt buiten beschouwing laten of hiermee
bedoeld zijn de vier dragers met of zonder den
geraakte, in elk geval zijn de dragers er bij
inbegrepen.
Hun geloof zag Hij.
Het was een daadwerkelijk geloof.
Dit geloof redeneerde niet, wijl het opkwam
uit het hart, dat met liefde en meedoogen ne-
derzag op den ellendige.
Zij twijfelden geen oogenblik aan de Almacht
van den Heiland, aan Zijrï liefde, aan Zijn
goedheid.
- 1 .E..
Ik weet, wat gij zeggen zult„Het kon wel
een wondergeloof zijn
Maar voordat zich deze gedachte post vat
jH hart, dient gij u rekenschap te geven
hoe de Heiland er over denkt, en wat Hij doet.
Op verschillende plaatsen wijst Hij het won
dergeloof af. Als men een teeken begeert, dan
zegt Hij vol toorn, daar Hij geen toovenaar is,
dat geen ander teeken gegeven zal worden aan
het boos en overspelig geslacht, dan dat van
Jona den profeet.
Als men Hem hoonend toeroept van het kruis
af te komen en Zich zelf te verlossen, gaat
Hij dit stilzwijgend voorbij.
Maar hierHier gaat het niet om een
wonder als zoodanig, doch hier gaat het om
een door Satans macht verwoest menschen-
leven
En als de Hartenkenner dit ziet, slaat Hij
met verwondering hun geloof gade.
Dit geloof in den Heiland wordt niet be
schaamd.
Nooit kan het geloof immers te veel ver
wachten.
De uitkomst is dan ook overweldigend.
Zijn zonden worden vergeven, den schrift
geleerden tot ergernis, den geraakte tot zalig
heid, den vier dragers tot blijdschap.
Jezus hun geloof ziende.
Hebt gij, lezer, hier wel eens op doorgedacht
Gij vaders, hoe hebt gij uw kind ten doop
gemeld, gij moeders hoe hebt gij uw kind ten
doop geboden Neen, die doopsbediening is
geen pand tot de zaligheid, maar hoe hebt gij
met Gods beloften gewerkt?
Is daar eenig pleiten op 's Heeren wonder
dadig werkende genade, die op hun geloof ook
den geraakte de zonden vergaf
Als wij kalm redeneeren, verloopt dit mees
tal in koel gepraat.
Maar als de nood hoog is, en het gewicht
der eeuwigheid drukt, de grimmigheid des doods
gevoeld wordt, het oordeel aanstaande is, dan
roept en loopt men om een bidder.
Dit kan voorspruiten uit slaafsche vreeze.
Maar 't kan ook zijn, dat men gestadig, door
de duisternis heen, voor den zieke of stervende
op Gods goedheid blijft hopen.
Menig kind des Heeren, man of vrouw, werd
aldus geroepen, om zieken of stervenden gees
telijke hulpe te bieden.
Gods Woord gaat hierin voor bij monde van
Jacobus 5 vers 14.
Gods daad zet het zegel op deze waarheid in
de geschiedenis van den geraakte.
Wie in zielsbenauwheid zijn weg op den
Heere wentelt, zijn pad zal recht gemaakt
worden.
Wie in het geloof zijn toevlucht mag .nemen
tot den Heiland der zielen, zal gered worden.
Immers Hij zeide, dat zoo iemand geloof had,
een berg zou gezet worden in het hart der zee.
De wonderdadige macht des Heeren streeft
het kloekst begrip te boven en overtreft de
stoutste verwachtingen.
Dit nu als een kracht te mogen bezitten, is de
gave des geloofs.
Op hun geloof heeft Jezus den geraakte
geheeld.
Hij deed het volkomen, naar ziel en lichaam.
Lezer, wie hebt gij tot Hem gebracht
Ook reeds uw eigen ziel
D. B. G. v. d. Z.
niemand dit kunnen tegenhouden.
Wat zijn dan Uw bezwaren?
Verreweg de meeste van finantieelen aard.
Inderdaad zijn deze niet gering, maar bij
tien a twintig jaren geleden zijn ze voor drie
kwart gedeelte weggenomen.
Lezers, geloof mij vrij, het ontbreekt aan
liefde voor de kerk, omdat onder het jonge
geslacht weinig liefde is voor des Heeren
dienst, en omdat in de huisgezinnen tot het
jeugdig hart weinig bemoedigende en aanmoe
digende woorden worden gesproken.
De Heere werkt in den middellijken weg.
Vaders, spoort Uwe zonen aan 1
Moeders, moeders geeft' ons leeraren I
Kinderen uit degelijke huisgezinnen vinden
de tafel gedekt, om straks tot den arbeid in
te gaan, want de kerk ontvangt 'de gerefor
meerde leeraren met open armen.
VAN DEN BOMMEL,
doof
Ds. G. VAN DER ZEE.
GEBREK.
Onder de vele gebreken, die onze Hervormde
Kerk aankleven is zeer zeker ook te noemen
de opleiding van jongelingen tot predikant.
Over de theologische faculteit aan de Rijks
universiteiten is veel geschreven en de wets
wijziging van 1876 heeft veel pennen in be
weging gebracht.
Stap voor stap zijn wij in de negentiende
eeuw achteruitgegaan, tengevolge van den geest
der eeuw, die het met den profeet niet meer
uitsprak De Heere heeft het gesproken,
maar alles afleidde uit de reflectie van 's men
schen denkend vermogen.
De achtergrond van dit alles is zuiver on
geloof, hier zich openbarend in grove onver
schilligheid, daar in algemeene gosdienstigheid,
elders in doffe, duffe en muffe lijdelijkheid.
Zoo is ook te verklaren het gebrek aan
predikanten.
Zware orthodoxie, die geen acht geeft op
des Heeren bevelPredikt het Evangelie
Wie alzoo het gebod verlaat en het gebed
vergeet, heeft des Heeren oordeelen te wachten.
Dat oordeel ligt nu in dezen zin ook op
onze kerk, waaronder 9 van de 13 gemeenten
thans zuchten op ons eiland, verstoken zijnde
van eigen herder en leeraar, waarvan 2 ge
baat zijn met de in werking stellen van het
instituut van godsdienstonderwijzer.
Bijkomstige factoren buiten beschouwing ge
laten, voelt men hier in het bijzonder, en in
het vaderland in het algemeen, het nijpende
van het tekort, dat in zijn geheel de 330 nadert.
De uitersten vrijzinnigen en gereformeerden,
tobben het meest. Procentsgewijze de gerefor
meerden. Bij de vrijzinnigen is het 27 bij
ons 34
Bij de eersten schuilt het gebrek in gods
dienstige belangstelling, waartegen ook de mo
derne professoren niets vermogen, aangezien
te Leiden, waar vijf van de zeven vrijzinnig
zijn, onderwijs geven aan een in verreweg de
meerderheid orthodoxe studentengroep.
De middenpartij, gerugsteund door de Doe-
tinchemsche stichtingen, die in algemeen or
thodoxen zin opleiden, heeft de meeste profes
soren, naar rato meer dan hen toekomtdeze
is er nog het beste aan toe, daar de richtings
statistiek bewees, dat daar de voordeelen val
len, o. a. ook bij elke finantieele ondersteuning.
Toch kunnen wij hiervan leeren.
Zonder Van Dijk zijn stichtingen zou het
er menschelijkerwijs nog veel treuriger uitzien.
Wat rest ons dan te doen
In de eerste plaats ons standpunt te herzien
ten opzichte van de Heilige Schrift, waarvan
wij belijden, dat deze is het onfeilbaar richt
snoer voor geloof en leven.
Die Schrift is U op Uw levensweg gelegd,
niet om het Uwe daaruit te nemen, maar om
het Zijne te ontvangen.
En nu in het onderhavige geval bij aanvang
of vernieuwing het gebod tot prediking onder
de oogen te zien, of daar ook knapen of
jongelingen in Uw huisgezin zijn, die den
wensch openbaren opgeleid te mogen worden
tot den Dienst des \Voords.
Of daar dan geen roeping moet zijn?
Zeker I en als er Inderdaad roeping is, zal
I.
Het is reeds ruim dertig jaren geleden, dat
bij den heer W. Boekhoven te Sommelsdijk
van de pers kwam de geschiedenis van het
eiland Goeree en Overflakkee, van de hand
der heeren J. v. d. Waal, en F. O. Vervoorn.
Waar echter deze heeren slechts terloops
J- in hun toch- al groot en breed opgezet bestek,
hun handen vol hadden aan de dorps- en
polderarchiev en slechts terloops de ker
kelijke geschiedenis ter hand konden nemen,
dacht het mij niet ondienstig de voornaamste
gebeurtenissen te verhalen i.. „"ooveel mogelijk
samenhangende schetsen, geput uit het kerkelijk
archief.
De kerkelijke archieven zijn de bronnen voor
de Kerkgeschiedenis, en moeten volgens het
Kerkelijk Reglement daarvan zijnde, met de
meeste zorgvuldigheid worden bewaard, ge
rangschikt en gecatalogiseerd.
Op menige plaats hapert daaraan nog veel,
en dank zij de bijzondere zorg van de Synode,
die de laatste jaren daar meer en meer controle
op uitoefent.
Ons archief, zooals ik dit met vluchtigen blik
heb overzien, is nog in vrijwel goeden staat,
al hebben de oudste stukken, als schier overal,
veel door vocht geleden.
De gegevens, die wij hier hebben, dateeren
uit omstreeks 1640, daar deze gemeente van
1574—1647 met Ooltgensplaat verbonden is
geweest, en sedert 1647 zelfstandig werd ver
klaard.
Met de burgerlijke gemeente was dit eveneens
het geval, en wel tot het jaar 1812.
Het archief bestaat uit oude perkamenten
boeken, daar de losse folio papieren in vorige
eeuwen tot een boek werden ingebonden.
Er zijn echter ook vele stukken verloren
gegaan, welke ik elders van gelijken aard
mocht aantreffen.
Ons bezit betreft danNotulenboeken van
den Kerkeraad, Album van alle voornaamste
Classicale besluiten sedert de stichting, met
de namen der predikanten en hun werk
naamlijst der kerkeraadsledenDiaconie-reke
ningen, Kerkerekeningen, Doopboeken sedert
1811 (de oudere moesten in 1918 naar Den
Haag, met de trouwboeken), processen en een
aantal diversen.
Genoeg om een vrijwel doorloopend verhaal
te schrijven van wat in circa twee eeuwen
alhier is geschied.
Uit den aard der zaak zullen wij trachten
deze gegevens zoodanig te verwerken, dat buiten
de stoffelijke dingen, ook het geestelijke leven
onzer voormalige dorpsbewoners in het licht
gesteld wordt, hoewel een archief aan directe
gegevens doorgaans weinig stof daarvoor biedt.
Toch is het dikwijls tusschen de regels' door
te lezen en uit de gedragslijn op te maken.
Wie dus vermoedt, dat wij een speciaal
beeld zulllen krijgen van de geestelijke ligging
van ons voorgeslacht, zal gedeeltelijk beschaamd
uitkomen.
Maar alles tezamen genomen, is een dorps
geschiedenis nochtans voor velen de moeite
waard die te lezen.
Het doet ons onze voorouders kennen in hun
deugden en gebreken, in hun strijd en zegen,
en leert ons bovenal kennen de voorzienige
leidingen Gods, openbaar wordende in Zijn
straffende gerechtigheid in dagen van revolutie
en ongeloof, en in Zijne zegenende liefde in
dagen van geloofsvertrouwen.
Nadat in 1570 Den Briel den Prins van
Oranje was toegevallen, en daarmede ook de
Reformatie krachtiger naar buiten zich open
baarde, kwam alhier op ons eiland te Oolt
gensplaat de eerste predikant in het jaar 1574,
en wel Ds. Joost Èmels, die met de heeren
predikanten Siliginius 1578—80, Alb. Jansz.
Schagen 1580—81, Joost de Neve 158186,
Erasmus Puttaert 158799, Carolus v. d. Broek
1599—1600, Pieter Jansz. Zeegers 1600—6,
Petrus Jansz. Pylius 16061647, te zamen ook
Dienaren des Woords waren in Den Bommel.
Waar de kerk of kapel gestaan heeft, voor
heen der R. Katholieken eigendom, die nu tot
de Reformatie overgingen, is onbekend, maar
men wil uit een oud plaatje afleiden, dat dit
boven aan den dijk, Oostzijde, op den hoek
van de Voorstraat gestaan heeft.
Ongeveer vijf en zestig jaren na de vestiging
van den eersten predikant, gingen er stemmen
op in de Classis Voorne en Putten, zooals de
Classis tot 1816 heette (nu Classis Brielle), om
eenige plaatsen van combinatie los te maken
en zelfstandig te verklaren.
Dit werd ter Provinciale Synode van Delft
gebracht, met gevolg, dat de Classicale Ver
gadering, den 29sten Juni 1639 in Nieuwe Tonge
gehouden, de twee plaatsen Hellevoetsluis en
Den Bommel voordroegen óm deze van een
eigen predikant te voorzien.
Den 11 en October 1639 werd op de Classis
te ZwarteWaal de zaak nogmaals besproken,
en werden de gedeputeerden belast voor deze
zaak te waken, en bij de Hooge Overheid in
Den Haag er op aan te dringen het besluit der
Ed. Hoog Mogende Heeren uit te voeren om
aan de Weduwen f 100.— 's jaars uit te keeren.
Om tot daadwerkelijke scheiding van Oolt
gensplaat en Den Bommel te kunnen geraken,
had men noodig de medewerking en toestemming
van den heer Aertsen, Ambachtsheer o.a. van
Sommelsdijk en Den Bommel.
Dit gaf eenige vertraging wegens diens reis
naar Engeland, zoodat er een paar Class. Ver
gaderingen overheen gingen voor men verder
iets kon uitrichten.
Deze gaf echter later in 1640 zijn toestem
ming, maar toch zou het nog enkele jaren
duren.
De Classis van 25 Juni 1641 alhier gehouden,
te „Bommeneede", gaf opdracht om in deze
zaak te vigileeren.
Maar in October d.a.v. op de vergadering
te Stad aan 't Haringvliet kwam er merkbare
vordering.
Woordvoerders waren aldaar Jan Hubrechtse
en Cornells Janse Qebuijs, behoorende onder
de jurisdictie van Den Bommel, die hun dank
uitspraken voor de bemoeienissen tot dusver
betoond, en ijverden voor eene krachtdadige
doorzetting.
Maar de predikant Ds. Pylius was er op
tegen.
Als redenen voerde hij aan, dat het aantal
toehoorders grootelijks zou verminderen, en dat
hij 50.tractement zou moeten derven, hem
toegelegd van Den Bommel.
Na eenige bespreking bepaalde de Classis,
dat voor hem geen finantieel nadeel zou ont
staan.
Echter was hij nog niet tevreden, en eischte,
dat indien Den Bommel een eigen predikant
kreeg, deze in Ooltgensplaat moest wonen.
De Classis ging hier niet op in, hoezeer Ds.
Pylius wegens hoogen ouderdom dit ook mocht
begeeren.
Nu waren er te Den Bommel lieden, die den
afgezetten predikant A. Stamperius van Som
melsdijk begeerden, en daartoe den Ambachts
heer hadden aangezocht. Dit werd hen ten
sterkste afgeraden.
De Classis besloot om vanaf najaar 1641,
te beginnen met 5 October, in de „vacature"
van Den Bomme! wekelijks te voorzien.
Door den Raad van Leger- en Vlootpredi-
kanten te Den Helder is geschreven en uitge
geven een „Leiddraad voor predikanten ten
behoeve van de dienstplichtige leden hunner
gemeente".
Inderdaad een prijzenswaardig geschriftje van
32 blz„ klein formaat, dat in een lang gevoelde
behoefte voorziet.
Het bevat tal van nuttige wenken voor pre
dikanten en kerkeraden, aan wie de zorg voor
de jongelingschap is toevertrouwd en zal niet
nalaten zijn zegen te verspreiden.
Van harte bevelen wij dit keurige werkje
allen aan ter lezing en bespreking op de Kerke-
raadsvergaderingen, daar het iedere gemeente
gratis is toegezonden, wijl de Raad daartoe in
de gelegenheid blijkt gesteld te zijn door de
Synode der Ned. Herv. Kerk, welke eene be
langrijke subsidie van 200.gaf.
v. d. Z.
DIRKSLAND. Mej. L. Brouwer is thans be
noemd tot assistente aan de Bijz. school alhier.
HERKINGEN. De vacantie van de bijzon
dere lagere school is reeds aangevangen. Die
der openbare lagere school begint volgende
week.
OUDDORP. Bij de Hervormde Gemeente
alhier is beroepen Ds. G. A. Oosterhuijs van
Ernst.
„De Waarheidsvriend" schrijft
HEER OF HEERE?
Men durft het wel eens voor te stellen, alsof
een van de dingen, waaraan men een gerefor
meerden dominé kan herkennen, zou te vinden
zijn in het gebruik van wat men pleegt te
noemen de stomme letter e aan h,et eind van
het woord Heere. Rechtzinnige predikers zou
den dan natuurlijk Heere zeggen en de minder
rechtzinnigen daarentegen Heer.
We wijzen natuurlijk het gebruik van deze
zoogenaamde stomme „e" als creterium voor
onze rechtzinnigheid onmiddellijk van de hand.
Laat toch geen enkel lezer van de Waarheids
vriend meenen, dat dit ook maar eenig gewicht
in de schaal zoude leggen.
Neen, dat weten zelfs de eenvoudigste ouder
lingen van een plattelandsgemeente wel beter.
Ik vroeg als consulent van een vacante ge
meente eens aan een der ouderlingen, die er op
uit werd gezonden om een dominé te beluis
teren: Wel vriend, waar zult ge nu in het
bijzonder toch wel op acht geven, als ge over
morgen bij leven en welzijn zult uitgaan om
u te X onder het gehoor van ds. Y. te stellen
Weet ge, wat ik toen ten antwoord kreeg:
Dominé, het is een moeilijk werk om een do
miné te gaan beluisteren. Het is mij als een
zware last op den schouder. Het verantwoor
delijkheidsgevoel drukt mij zoo terneer, dat ik
het haast niet zou aandurven, maar ik hoop,
bij al wat ik hooren zal, toch bovenal te letten
of die prediker God op het hoogst zal ver
heerlijken en den mensch op het diepst zal ver
nederen. Al is het, dat hij dan al niet naar
de letter in het paradijs begint, we zullen toch
moeten hooren, dat er alleen voor arme zon
daren een plaats is bij den rijken Jezus, maar
ook, dat de rijken en eigengerechtigen ledig
worden weggezonden.
Wat dunkt u, lezers, er kan verder veel aan
kennis ontbroken hebben bij dezen broeder ou
derling, maar we verzekeren onze tegenstanders,
dat zulk een zijn stem niet zal geven aan een
dominé, die een verkapte remonstrantsche leer
verkondigt, ook al zou hij dan duizend maal
Heere zeggen.
Neen, het criterium ligt oneindig veel dieper.
Om echter -nog eens terug te komen op die
stomme e, we beginnen op te merken, dat het
volstrekt niet onze bedoeling is om hard te
vallen al degenen, die van hun jeugd af, dus
als het ware uit kracht van opvoeding, gewoon
zijn om Heer te zeggen. We wenschen echter
ook geenszins door tegenstanders in een be
spottelijk daglicht te worden gesteld. De uit
spraken van de taalkundigen zijn stellig op
onze hand. Op het adres van eene adellijke
vrouw vinden we vaak de betiteling van
„vrouwe". Niemand zou het wagen om in zulk
een geval „vrouw" te schrijven.
Welaan, indien het dan als een uitgemaakte
zaak vast staat, dat we juist in die stomme „e"
in onze taal een middel hebben om daardoor
te komen tot de adellijke betiteling, waarom
zouden we dan ook het Allerhoogste Wezen,
den God des hemels en der aarde, niet met
den verhevensten naam van „Heere" noemen.
Dit is dunkt mij de eenigste argumentatie.
Een beroep op den grondtekst baat u natuurlijk
allerminst, aangezien 't Hebreeuwsche noch het
Grieksche woord voor den naam van het
Hoogste Wezen een „e" aan het einde heeft.
Daarom is het ook dwaasheid, zoo men bij
het bijbellezen in huis of in de voorhoven des
Heeren nog zou willen blijven lezen in den trant
van: „Ende gij en zult niet".
Zonder dit den waarlijk oprechten eenvou-
digen voorlezer ook maar een oogenblik kwalijk
te nemen, moeten we toch aan de andere zijde
waarschuwen voor het gevaar van een groote
dosis eigenvroomheid, die voor den Heere is
als een wegwerpelijk kleed.
„De Waarheidsvriend" het orgaan van den
Geref. Bond in de Ned. Herv. Kerk, schrijft
DE POLITIEKE NEUTRALITEIT.
Wij eindigden de vorige week ons artikel
over „de godsdienst afgedaan" met de opmer
king, dat een groot aantal onderwijzers van
de Openbare School van het aankweeken bij
de kinderen van liefde tot het Vorstenhuis
niets willen weten.
Dit nu behoeft geen verwondering te wekken,
als men nagaat, dat de Bond van Nederlandsche
Onderwijzers zich als organisatie bij de Sociaal
Democratische Arbeiderspartij aansloot en deel
uitmaakt van het Nederlandsch Verbond van
V akvereenigingen
Daarmede werd de Bond republikeinsch en
oriënteerde hij zich revolutionair.
Een bewijs, hoe het met de mentaliteit der
openbare onderwijzers gesteld is, ten aanzien
van de plaats, welke zij als opvoeders der jeugd
op de school innemen met betrekking tot het
inprenten bij hunne leerlingen van eerbied jegens
het Vaderland en het Oranjehuis, werd nog
ten vorigen jare geleverd bij het bezoek van
de Koningin aan de hoofdstad des lands, toen
kieren van de Openbare Scholen niet deel-
naim'dstrijden worden gehouden, waar&ah ook
0P£)C| za' deelnemen. Het eenige Hollandsche
OpeJia". dat In zijn klasse zal mededingen 0
gescfc
naast,
tralit'
Of
de Opeis
in Oranjefeesten, niet
op die feesten worden gevierd en om de liederen
die daarbij worden gezongen, maar omdat de
Openbare School niet een lichaam is, om in
deze of gene richting partij te kiezen.
Op deze wijze liet een ex-openbaar onder
wijzer, als socialistisch raadslid in den Amster-
damschen Gemeenteraad, zich uit, toen de
kwestie van het niet verschijnen der kinderen
van de Openbare School op den Dam bij de
behandeling der gemeentebegrooting in Decem
ber 1.1. aan de orde was.
De kinderen der Openbare School mogen niet
deelnemen aan Oranjefeesten, zij mogen zich
niet verblijden over de aanwezigheid van Ko
ningin en Prinses, zij mogen met de andere
kinderen geen vaderlandsche liederen zingen,
omdat dit alles een schending is van de poli
tieke neutraliteit.
Ziedaar de hoogste wijsheid, die in onzen
tijd de Bond van Nederlandsche Onderwijzers
verkondigt, en bij welke zienswijze ons volk
zich maar rustig en kalm heeft neer te leggen.
Is het wonder, dat de Openbare School door
een dergelijk optreden van hare voorgangers
zichzelf afbreekt en bij het volk in discrediet
geraakt. Zelfs zijn er niet weinige voorstanders
van neutraal onderwijs, die hun kinderen niet
meer aan de republikeinsche onderwijzers willen
toevertrouwen, maar deze in eigen scholen naar
eigen inzicht onderwijs laten geven.
Hoe ver het reeds met den Bond van Neder
landsche Onderwijzers is gekomen, bewijzen de
woorden van den heer Stenhuis, den onlangs
afgetreden rooden voorzitter van het Neder
landsch Verbond van Vakvereenigingen, die
op den laatsten bondsdag der onderwijzers
organisatie onder luid applaus der aanwezigen
met genoegdoening verklaarde: dat de Bond
zich „volkomen thuis gevoelt in het N. V. V.",
den Bond verder de eer gaf, dat hij nu de
zaken bekeek met de oogen van de strijdende
proletariërs-organisatie, den Bond in het gevlij
kwam, door hem te betitelen als „de onder
wijzers-vakorganisatie" en de onderwijzers ani
meerde, de dagen van vrede zoo te gebruiken,
dat als de regeering weer oproept bij een oorlog
er slechts één kreet klinkt, n.l. die van den
opstand.
Het is met de Openbare School wel een
snelle afloop der wateren.
De godsdienst wordt als contrabande (ver
boden waar) beschouwd, zijnde voor onzen
tijd van geen beteekenis meer en de liefde voor
het Vaderland en het Vorstenhuis door de
duizende roode onderwijzers uit de harten der
kinderen gebannen.
En in dien geest, den geest van vijandschap
tegen godsdienst en Oranjehuis worden de
kinderen opgevoed.
Het blijkt duidelijk aan welk gevaar de
jeugd blootstaat, zoo de kinderen op school
het neutrale onderwijs genieten, dat door de
socialistische onderwijzers wordt gegeven en
niet worden opgevoed in de leering en de ver
maning des Heeren.
Gelukkig beginnen steeds meer ouders zich
ervan rekenschap te geven, dat het onderwijs
behoort tot de taak der opvoeding, welke taak
met aan de Overheid, maar aan de ouders is
opgedragen.
Daarom behoort het pleit niet gevoerd te
worden voor de kerstening van de Openbare
School, waarvan toch niet terecht komt, maar
moet ter wille van de toekomst van het volk
naar uitbreiding van het Christelijk onderwijs
worden gestreefd.