Bil nummer iiesiaai uil flrie Bladen Zaterdag 24 Maart 1928. No. 3418. TWEEDE BLAD. OM DE WAARHEID. SCHAAKRUBRIEK. oo'.o', i nm'.ii ffl Ingezonden Stukken. Plaatselijk Nieuws. i\ wor. «.IDNO VfflSES Ons antwoord heeft den heer Van Dorp niet bevredigd. Zijn Eerw. schrijft: „Al blijft de toon cor rect, de inhoud geeft aanleiding tot velerlei op merkingen, ja, tot een boekdeel Nu hadden wij natuurlijk geen oogenblik iets anders verwacht. Iemand met zin voor humor, heeft eens als het verschil tusschen een roman en een polemiek genoemd, dat ze elkander in een roman altijd, maar in een polemiek nooit krijgen, 'k Vrees, dat we hier van dien al- gemeenen regel wel niet zullen afwijken Nu willen wij nog even in herinnering bren gen, dat we deze polemiek niet uitgelokt heb ben, maar dat Pastoor van Dorp zelve ze ons opgedrongen heeft. De ervaring heeft in den loop der eeuwen geleerd, dat het polemisch geschrijf tusschen Roomschen en Protestanten al bitter weinig oplevert .In de grondtrekken van hun levensbeschouwingen staan Roomsch- Katholiek en Calvinist zoo ver van elkander af, dat van eenige toenadering geen sprake kan zijn. We bedoelen dit natuurlijk alléén in theo logisch opzicht. In staatkunde en politiek hebben ze gelukkig nog zoo veel gemeenschappelijke elementen, dat samenwerking mogelijk en vaak geboden is. Het is opgevallen, ook in deze polemiek, dat het onderscheid tusschen de Roomsche en Calvinistische wijze van aanvoelen en van uit drukken zoo breed uiteenloopt, dat het moeilijk is, om elkander zelfs maar te verstaan of ook maar in elkanders gedachtengang in te leven. Het is dan ook alleen het diep-ernstige op schrift, dat Pastoor Van Dorp boven zijn laatste drie couranten-artikelen in „De Maas bode" plaatst: „Om de Waarheid", dat we ons genoopt gevoelen nogmaals op zijn schrijven in te gaan. Wij doen dat ditmaal niet op de voorpagina van ons blad, daar dit te veel plaatsruimte, die uit den aard der zaak voor artikelen van andere strekking beschikbaar moet blijven, zou in nemen. Jammer is, dat onze geachte criticus blijkbaar slecht de kunst verstaat het subjectieve element uit zijn polemiek te weren. Daar toch bereikt hij zeker niets mee. Het subjectieve en sug gestieve, dat we enkele malen in zijn artikelen aantroffen, moge misschien voor zijn lezers, die gewend zijn op gezag te gelooven, eenige pole mische waarde hebben, indien hét „om de Waarheid te doen is, moet men zich van zulke middelen niet bedienen. Allereerst wille we even terug komen op hetgeen we gezegd hebben over de Roomsche geschiedbeschouwing. Onze lezers herinneren zich misschien, dat we gezegd hebben, dat Rome's geschiedkundigen zich blijkbaar nog steeds niet boven het peil van een Denifle e.a. kunnen verheffen, doch nog immer voortgaan Luther's „Umschwung" louter te verklaren uit psychologische en zede lijke motieven, in plaats de eigenlijke oorzaak te zoeken in het zich buigen voor het eenig Lis:/ onfeilbaar Woord van God. Wij hebben dit gegrond op den inhoud van een artikel uit „De Maapbode" over Luther- fortschung, waarin Luther's „dwalingen" uit vloeisels genoemd werden van zijn karakter en persoonlijkheid. In plaats van objectieve zakelijke bestrijding, (indien hier iets te bestrijden is) neemt onze geachte opponent hier de toevlucht tot de sub jectieve veronderstelling, dat wij Denifle niet kennen. Als wij even in den stijl van den heer van Dorp mogen vervallen merken we op, dat „naar het schijnt" deze schrijver van „De Maasbode" „kennen en „gelooven hier synoniem acht. Maar dat behoeft niet altijd zoo te zijn, waarde heer Pastoor. Het is een groote vraag of we bewaard zouden zijn voor ons (ongegrond?) oordeel, indien we Denifle en Hartmann-Grisar werkelijk kenden In ieder geval weten we zooveel van De nifle, dat hij overal weer „Luthers trauriges Innere der Mittelpunkt seiner Theologie" acht, dat Denifle alles over Luther's bekeering niets dan leugen, een fabel en roman betitelt, door Luther verzonnen om zijn volgelingen te mis leiden. Het is bekend, dat Denifle getracht heeft Luthers „Umschwung" louter te verklaren uit psychologische en zedelijke, om niet te zeggen onzedelijke motieven, aan een bekeering van Luther gelooft Denifle niet. Welnu, precies op hetzelfde standpunt staat de schrijver van het artikel Lutherforschunq m „De Maasbode". Dit deed ons zeggen: „Jam mer, dat Romes geschiedkundigen zich blijk baar nog steeds niet boven het peil van een Demlle kunnen verheffen". Is dit oordeel nu ongegrond Het subjectieve en suggestieve in 's heeren van Dorps polemiek blijkt ook uit' zijn be wering, dat „wij van geen psychologische en zedelijke motieven weten willen". Waar hebben we dat gezegd We weten wel beter Er is geen enkele bekeering, die buiten psy chologische en zedelijke motieven omgaat, maar we hebben het streng in Rome's geschiedkun digen afgekeurd, dat ze telkens weer Luthers verandering louter uit psychologische en zede lijke motieven verklaren willen, in plaats van de eigenlijke oorzaak te zoeken in het zich buigen voor het Woord des Heeren. Wij waardeeren het in den heer van Dorp, dat hij ons eenige Roomsche beschrijvingen aan ae hand wil doen. Misschien kunnen we hem een wederdienst bewijzen, door een ernstige studie van de Rectoraatsrede van Prof. H. H. Kuyper „Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome", in overweging te geven. Zijn Eerw. zal daaruit zien, dat er door be voegden toch wel anders over Denifle's ge schriften geoordeeld wordt, dan hi' wil doen voorkomen. Correspondentie deze Rubriek betreffende te zenden aan F, W. Nanning Middeiharnis. No. 49. Eenige weken geleden kwam in een maxi- mummer een witte promotietask voor. 't Is merkwaardig op te merken, dat als men bij iets lang stilstaat, men het vaak daarna voor een tweede keer tegenkomt. Zoo ook hier. Bla derende in het interrsante werk van H. Wee- nink: „Het Schaakprobleem" kwam ik tegen een witte pionpromotietaskin een directe driezet. Ik kon niet nalaten dit pro bleem den oplospers voo rte leggen. De oplos sing van no. 50 is 1. f7, ed4: 2. f8L, Kfó. 3. Ta6 mat. Een dame zou pat veroorzaken en een T of P een vluchtveld op d6. 1e4 (Kd6). 2. f8D onv. 3. De7 mat (of c5 mat). Een T, L of P kan geen mat geven na 1 Kd6. 1ef4: 2. f8T, Kd6. 3. Tf6 mat. Een D zou weer pat veroorzaken, evenals een L. Een P kan na 2Kd6 geen mat ten gevolge hebben. 1Kfó. 2. f8P, ed4: 3. Tf7 mat. Hier moet een P gekozen worden om gó te dekken. Probleem voor den wedstrijd. No. 53. V. MARIN - Barcelona. 3de prijs „Meredith"-tournooi „Fallirk Herald". Zwart (6). Wit (4). Wit: Kh3, Dh7, Tg3, Pe2. Zwart: Khl, Ta3 en e8, Ph8, pi. e4 en f5. Mat in twee (2) zetten. Oplossingen inzenden vóór Donderdag 5 April. Sleutelzet voldoende. Stand van den ladderwedstrijd na probleem no. 50. C. Tiemens 51; „Udi" 34; J. Parrée 32 (1); G. v. Gelder 30 (3); A. Verbrugge 24 (3); G. Tiemens 18; D.Hofland 12; L. Eggink 11 (6); W. Nieuwland 10 (2); W. Schipper 5; D. Uitert 3; „Animo" 0 (1). Het tweede cijfer geeft aan, hoeveel maal achtereen men geen oplosing ingezonden heeft. Men kan a 11 ij d tot de oplossingswedstrijd toetreden. Een goede oplossing van een twee- zet telt voor 2 punten, enz. Voor.een foutieve oplossing wordt een punt in mindering gebracht (minimum aantal punten is nul). Voor de maan- delijksche prijs van 2.50 moet men de meeste punten hebben (echter meer dan 20). Ook niet- abonné's zijn welkom. Heeft men 10 keer achter een geen oplossing ingezonden, dan wordt men geacht niet mee te doen. Oplossing Eindspel no. 28. 1. Kgó, Tg4: 2. f7 (a7 Ta4. 3. f7, Taó| Tf4. 3. a7 en wint, of 1Ta2. 2. Le2, Te2: 3. f7, Teóf 4. Kf5, Ke7. 5. f8Df en wint. Eindspel no. 29. H. Rink. (150 Fins de partie). Zwart (4) Oplossing 1. Kc7, Tb5: 2. Ta3f, Kb4. 3. Pc2f, Kc5. 4. Tg3, c3. 5. Tg5f, Kc4. 6. Pa3f, Kb4. 7. Pb5: c2. 8. Tgl, Kb5: (Kb3 Pd4f 9. Tel en wint. Op 1Th8 dan 2. bó, Th7f 3. Kcó en wint. Eindspel no. 30. R. R t i. Wit; Ke5, Tel, Lhó. Zwart: Ka2, pi. b3. Wit speelt en wint. Geweigerd Damegambiet. Gespeeld in de match tusschen Dr. A. G. Olland en J. Davindson, 20 September 1927. Wit: J. Davidson. Zwart: Dr. A. G. Olland. 1. d2d4 d7.d5 2. Pgl—f3 Pg8—f6 3. c2—c4 c7—có Dit is de zoogenaamde Tsjechische verde diging, die als zeer solide geldt. 4. Pbl-d2 e7—eó 5. g2—g3 Hier is e2—e3 meer gebruikelijk en waar schijnlijk ook beter. 5Rf8b4 6. a2—a3 Dd8a5 Zwart had hier als volgt een pion kunnen winnen: 6. Rd2Xf 7. Ld2X, dc4X (op 7. Pfd2X, dc4X 8. Pc4Xzou Dd5 zwart een stuk doen winnen). Aangezien deze pionwinst vermoedelijk niet blijvend zou zijn, koos zwart een voorzichtiger voortzetting. 7. Tal—bl Rb4—dó 8. b2b4 Verleidelijk, evenals de volgende zet van wit. Weinig schakers zouden aan dezen op- marsch. weerstand hebben kunnen bieden, maar Dr. Olland bewijst, dat deze manoeuvre min der goed is. 8Da5c7 9. c4c5 Ook met dezen zet had wit beter nog wat kunnen wachten. Het punt c4 wordt later zeer zwak, zooals zwart bij zijn 20sten zet aan toont. 9Rdóe7 10. Rflg2 Pb8~d7 Zwart wil e6—e5 voorbereiden en wit tracht dit te beletten. 11. Rcl-b2 0-0 12. 0—0 Tf8e8 13. Ddl—c2 Re7—f8 14. h2—h3 Dit belet indirect eóe5, omdat zwart na 15. de5X niet meer Pg4 spelen kan. Zwart werpt zich nu op den damevleugel. 14a7—a5 Dit ware te verhinderen geweest, als wit tijdig Pd2b3 had gespeeld, hetgeen op den 13en zet had kunnen geschieden. 15. Pf3-e5 a5Xb4 16. a3Xb4 Pd7Xe5 17. d4Xe5 Pfó—d7 18. f2—f4 b7—bó 19. Pd2-b3 Op cbóX gaat de pion op b4 door DbóX ook verloren. 19b6Xc5 20. b4Xc5 Rc8—aó 21. Rb2-d4 Raóc4 22. Tfl-cl Beter was wellicht Tfl—el, gevolgd door 23. Pb3d2, om den op c4 staanden sterken raadsheer af te ruilen of te verdrijven. 22Te8-b8 23. Rg2—f3 Tb8-b5 24. Rd4—f2 Pd7Xc5 25. Pb3-d4 Tb5Xbl 26. TclXbl Ta8a2 27. Dc2—cl Pc5-a4 28. f4—f5 có—c5 29. Tbl—al Een valstrik. Na 29cd4X zou volgen TalXa2 en de zwarte raadsheer op c4 staat gepend. Na 29. feóX kan zwart laten volgen cd4X met de voorzetting: 30. Rd5X, Pc3. 31. ef7Xi, Kh8. 32. Rc4X, Dc4X en wit heeft geen goede voortzetting meer. 29Dc7Xe5 30. TalXa2 Rc4Xa2 31. Del—a3 c5Xd4 32. Da3Xa2 Pa4—c3 33. Da2-d2 Rf8-c5 34. f5Xeó f7Xeó 35. Dd2—c2 d4—d3 Zwart beëindigt de partij nu op elegante wijze. Nog fraaier zou het dameoffer op g3 zijn geweest. 36. e2Xd3 De5Xg3f 37. Rf3g2 Rc5Xf2f 38. Dc2Xf2 Dg3Xd3 39. Df2—bó Dd3-d4f! En wit gaf het op, daar na 40. Dd4X het schaak met het paard op e2 volgt. Noten van J. H. Goud in het Utr. Dagblad. Match EuweBogoljubow. Op 4 April begint deze belangrijke match. Deze match is daarom belangrijk, daar het een zich meten van twee matadors beteekent, die beiden in de toekomst wel eens bod kunnen doen naar de titel van: Wereldkampioen. Men herinnere zich slechte de match Aljechin—Euwe. De winnaar van deze match zou in aanmerking kunnen komen. Dat wij onzen kampioen een groot succes toewenschen, behoeft geen betoog. Wedstrijd Schaakclub »Ons Genoegens CQ ■UI1, o 11 H 111111111111 8 1 al 1 !l!lj 0 0 1111 11 1|1|7 0 1 0 I 1 I 1 01 1 I',1 0 ,|4 o I o o o 11101BIBIo i l'i H |3~ 00 0 01'.s 1 0oI'. 0 s o O s 3 Sf o Ij 0 0 0i0|0[0|011|0!i|2 111 n 0M0| li io[ijl|5 111111 11 IJ_|[0115_ 1 11 I I 1 I o II 1 I 1 I |6_ iIQ1011101 |Q|QWTo|ftT2 11oIoIo111 101 1111 4 cU RJ E V) XJ e C O) •a ctJ CU <D E 0 0 s 0 CQ <D ■a CQ H N /—V Groep I L. Bund F. Nanning J. Hoek J. Vink A. Visser A. Verbrugge Groep II D. Jacobi L. Vink J. Parrée C. Ie Comte G. Bergman G. v. Gelder Groep III A. Kerkhof M. Boomsma J. Boomsma W. Nieuwland J. Thielman G. v.d.Wende In groep II moet een naronde gespeeld wor den tusschen v. d. Wende, M. en J. Boomsma om de 2e prijs. De copie van ingezonden stukken, die niet ge plaatst zijn, wordt niet teruggeven. Buiten verantwoordelijkheid van Redactie en Uitgevers. Geachte Redactie 1 Hetzij mij vergund een enkele opmerking en een enkele vraag te stellen aan allen die de Gereformeerde Kerk te Dirksland bezoeken. Ik kan dan niet nalaten mijn afkeuring uit te spreken o er hen die steeds Zondag aan Zondag deze Kerk bezoeken en met hun auto zoo woest rijden dat werkelijk het publiek gevaar loopt ongelukken te krijeen. Kan dat niet veranderen Wij kennen de bestuurders van die wagens wel en achten het nog niet altijd noodig dat deze met een auto naar de kerk moeten komen. Vervolgens erger ik mij altijd aan de hou» ding waarmee verloofde paartjes ter kerke ko» 1 i11 1 1 1 1 1 10 8', o 1 i' l 0 110 ',:5II o.oo;iïïïi';;"i 00:0 1:0*1 1 1 1 0 *5 0 0 0.0:0 0:0 0 0.0:0 0:1 OjOjliOililHI SS', men, wat men bij andere kerken niet ziet, ge> beurt te D rksland Een ieder onderzoeke zelf wel wat hier bedoeld wordt en Ouders letten zelf op hun kroost. En ten slotte een vraag. Van welingelichte zijde hebben wij vernomen dat het bouwen der nieuwe kerk niet bij publieke besteding zal plaats hebben. Indien dat waar is, ik twijfel niet aan de waarheid, gezien mijn zegsman, dan moet ik toch de kerkeraad of de commissie op het ge- vaarlijke van hun standpunt waarschuwen. Gesteld, slechts een enkele worde aangezocht om prijsopgaaf te vers'rekken en geen publieke bestedig heeft plaats is de kerkeraad dan vol doende gewaarborgd dat de geteekende gelden allen zullen binnenkomen 't Zijn slechts vragen die ik in het midden leg doch die oplossing eischen. Met dank voor de plaatsing. Middeiharnis, 22 Maart 1928. Geachte Redactie Beleefd verzoek ik u eenige plaatsruimte voor het volgende In het nummer van Dinsdag 20 Maart stond een artikel, getiteld: „Drank- en Dansgevaar". Over 't algemeen heb ik dit artikel met ge noegen gelezen, in de eerste plaats, omdat het blijk gaf van belangstelling voor onze drank bestrijdersbeweging en in de tweede plaats, omdat het opbouwende critiek leverde. Wij deelen volkomen uw meening omtrent het dansgevaar. In onjs orgaan „De Blauwe Vaan" zijn daarover reeds enkele artikelen ge schreven. Alleen uw schrijven had wellicht iets weg van de methode om met een kanon op musschen te schieten. Ik meen, dat de schrijver dat ook voelde, toen hij aan 't eind zich aldus uitliet: „We weten natuurlijk heel goed, dat een dorpsvergadering, waar na afloop een dansje gegeven wordt, niet op één lijn met deze dansholen gesteld kan worden". En stereotyp is de uitdrukking „Bal na" bij ons in 't geheel niet, daar het voor 't eerst was, dat zij op een programma van ons voor kwam. Bovendien: wanneer er van een dansgevaar wordt gesproken, dan bedoelt men het gevaar van dansgelegenheden met sterken drank, terwijl op onzen feestavond de zaal volkomen drank- vrij was. Er is dan ook geen sprake van, dat we het dansgevaar de hand gereikt zouden hebben. Op een ander punt is de schijver geheel mis, namelijk daar waar hij spreekt van een ge heelonthoudersactie, uitgaande van de S.D.A.P. Een dergelijke geheelonthoudersactie bestaat nietGelukkig niet, zou ik zeggen, 't Is goed, dat we op dit gebied, bij alle verschil van inzicht, het groote en mooie doel voor oogen houden en er naar streven in eendrachtige sa menwerking, zoowel landelijk als plaatselijk. 't Eerste, wat we zouden doen, als hier een christelijke drankbestrijdersvereeniging gesticht werd, zou zijn, het richten van een uitnoodiging tot samenwerking, 'k Hoop, dat dit duidelijk is. Als deze korte discussie er toe geleid heeft, dat de redactie ons steunt in den strijd tegen alcoholgevaar en dansgevaar, dan kan zij met het bestuur van de N. V. afdeeling nog lang in één schuitje varen. Met dank voor de plaatsruimte. P. DE VRIES, Voorz. van de afd. M'harnis-S'dijk van de N. V. [Onderschrift der Redactie. De geachte inzender heeft onze bedoeling blijkbaar niet gevat. Tegenover het drankgevaar stelt men g e- heelonthouding. Tegenover het dansgevaar, dat even diep in ons volksleven invrat en zelfs door vooraan staande menschen van Vrijz. Dem. en Sociaal- Dem. richting „kweekplaatsen van misdaad en prostitutie", ja een „sociaal gevaar" genoemd wordt, stelt men geen geheelonthouding. In tegendeel, een feestavond van de geheelont- houders-afd. besluit men heel genoeglijk met een dansje. Nu was slechts dit onze vraag waarom tegenover het ééne volkskwaad geheelonthou ding en tegenover het andere, dat even groote afmetingen aannam, niet? Immers, als een „onschuldig dansje" op zichzelf geen kwaad kan, waarom zou een onschuldig glaasje bier of wijn in even netten kring gebruikt, dan wel kwaad kunnen Wanneer gij zegt: „er is geen sprake van, dat we het dansgevaar de hand gereikt zouden hebben", dan kan een matig drinker dat met evenveel recht zeggen ten opzichte van het drankgevaar. Slechts op deze inconsequentie willen wij wijzen. Dat onder dansgevaar alleen verstaan wordt het gevaar van dansgelegenheden met sterken drank, is slechts een persoonlijke meening van U. In het door ons geciteerde stuk wordt over sterken drank niet gesproken. Dat de S.D.A.P. als partij geen geheelont houders-actie voert, is ons bekend. We be doelden slechts onze sympathie te betuigen met de actie harer leden in dit opzicht.] SOMMELSDIJK. De heer J. Wolfswinkel, Ontvanger der Registratie en Domeinen alhier, wordt op zijn verzoek als zoodanig verplaatst naar Amsterdam en werkzaam gesteld aan de inspectie der directe belastingen aldaar. Aan de heeren G. P. Mast Pz., A. de Keizer en D. van der Bij is vergunning verleend tot het bouwen van een tweetal woningen aan de Tuinstraat. Onze vroegere dorpsgenoot de heer M. Peekstok Mz. slaagde te Naaldwijk aan de Rijkstuinbouw winterschool voor het diploma, met zeer veel vrucht. Aan Adrs. Troost is verlof verleend tot den verkoop van alcoholhoudende dranken, an deren dan sterken drank. Bij de 1.1. Maandag en Dinsdag gehouden keuring voor den dienstplicht, lichting 1929, zijn voor deze gemeente 28 personen geschikt, 3 tijdelijk ongeschikt en 6 voor goed ongeschikt verklaard. MIDDELHARNIS. De zoon van J. Geldhof had 't ongeluk een klap van een hit tegen het hoofd te krijgen, waardoor hij een bloedende hoofdwonde bekwam. Geneeskundige hulp was noodzakelijk. De heer T. Jordaan heeft een woonhuis, staande aan den Oostdijk, gekocht van de erven A. Vroegindeweij. STAD AAN 'T HARINGVLIET. Woens dag 4 April a.s., des nam. 2 uur, zal gelegen heid bestaan tot kostelooze in- en herinenting ten huize van den gemeente-geneesheer. Uitslag van de keuring voor den dienst plicht, lichting 1929: J. Bevaart, H. van Biert, W. van den Bogaart, A Fris, J. Huizer, J. Mulder, A. van Splunter en L. A. van Splun- ter, allen geschikt. DEN BOMMEL. Naar men ons mededeelt heeft de collecte voor een aan te schaffen vaandel voor de afdeeling der B. V. L. alhier, opgebracht 138.57. Als een bijzonderheid zij gemeld, dat Woensdag 1.1. het water zoo laag wegliep, dat het 1.60 A.P. was. Dit is, volgens mede- deeling, de laagste waterstand, die men zich kan heugen. Uitslag keuring voor den dienstplicht, lichting 1929: C. Bakker, C. Fokkert, E. J. Jansen, C. Melissant, J. A. de Waal, allen ongeschikt. C. Bogerman, Joh. Broeders, K. Buth, J. Donkersloot, P. Donkersloot, J. J. van Gelder, A. Hokke, G. Rosmolen, A. Verkerke, P. C. van der Linde, allen geschikt. Een dienst plichtige is niet ter keuring verschenen. OOLTGENSPLAAT. Woensdag 21 Maart vergaderde de vereeniging „Steun bij Zieken- huisverpleging" en hield haar 1-jarig bestaan. Het verslag van den secretaris toont een beeld over h.et afgeloopen jaar. Hij zeide daar o.a.: In dit eerste jaarverslag, dat ik aan de Vergadering uitbreng, leg ik in de allereerste plaats vast, de geschiedenis der oprichting. In het voorjaar van 1927 werd door enkele in woners dezer gemeente de noodzakelijkheid in gezien, een vereeniging tot onderlingen steun bij ziekenhuisverpleging op te richten, gelijk reeds in meerdere gemeenten bestond. Dat het werkelijk gebleken is in een behoefte te voor zien, zal uit het volgende blijken. Het bestuur der zustervereeriging te Middel- harnis-Sommelsdijk heeft zich belangeloos ter beschikking gesteld, ten einde uit hare ervaring op dit gebied mededeelingen te doen, welke voor onze vereeniging van groot belang zijn gebleken. Met dankbaarheid kan dan ook wor den vermeid, dat genoemd bestuur op de eerste vergadering van 11 Mei 1927 den krachtigen stoot heeft gegeven tot oprichting. Het beschik baar gestelde reglement dier vereeniging heeft hier tot richtsnoer gediend en is op de tweede algemeene vergadering van 25 Mei 1927 dan ook aan de hand hiervan ons reglement met geringe afwijkingen vastgesteld. Op deze ver gadering kon met vreugde worden geconsta teerd, dat de vereeniging reeds direct begon met 1525 leden. Deze beide vergaderingen kon den met welwillende medewerking van den ge meenteraad gehouden worden in de ruime gym nastiekzaal der openbare school no. 1. Op verzoek van enkele leden is toen op 6 Juli 1927 Zenuwachtig, Overspannen en Slapeloos Mijnhardt's Zenuwtabletten zullen U w zenuwen kalmeeren en sterken en Uw slapeloosheid verdrijven. Buisje 75 ct. Bij Apotü. en Drogisten. een propaganda-vergadering gehouden in Acht huizen in het voor dit doel bereidwillig af gestane Patronaatsgebouw. Hierdoor, en door voortdurenden groei der vereeniging, kan met voldoening worden gezegd, dat het aantal leden op 31 December 1927 reeds was gestegen tot 1830, of ongeveer 56 der bevolking. Hoewel dit cijfer reeds mooi kan worden genoemd, toch moet met alle kracht worden voortgewerkt om dit aantal nog zeer belangrijk op te voeren. Het moet minstens met een derde, liefst met de helft stijgen, wil van werkelijken bloei gespro ken kunnen worden. Door de rsultaten, die de vereeniging heeft afgeworpen, is wel zeer duidelijk komen vast te staan, de onmisbaarheid dezer vereeniging. Immers, ieder mensch, zonder onderscheid van rang of stand, oud of jong, kan plotseling voor een spoedbehandeling, waarbij het leven soms in groot gevaar is, moeten worden vervoerd naar een ziekenhuis. Dan ontlast te zijn van de financieele zorgen, is van niet te onderschatten belattg. Toch kan 1927 in dit opzicht niet an ders dan gunstig worden genoemd. Werd oor spronkelijk gevreesd, dat de eerste stoot de krachtigste zou zijn, deze vrees is gelukkig niet in vervulling gekomen, slechts 4 patiënten behoefden voor rekening der vereeniging te worden opgenomen. Alle patiënten konden ge lukkig hersteld terugkeeren. Het door de algemeene vergadering van 25 Mei 1927 gekozen bestuur, heeft in het af geloopen jaar 6 vergaderingen gehouden. Beide personen, die tot bode waren aangesteld, hebben in de loop van het jaar bedankt en zijn door anderen vervangen. De regeling van het vrij vervoer, heeft ook een lastig punt van bespre king uitgemaakt, waarom het bestuur besloot een voorstel tot definitieve regeling aan de al gemeene vergadering te doen. Met den wensch, dat het tweede vereenigings- jaar in ale opzichten minstens even gunstig mag verloopen als het eerste, dan het ledental op het begeerde peil komt, dat het aantal patiën ten zoo gering mogelijk mag zijn en allen her steld in haardsteden mogen terugkeeren, eindig ik het eerste jaarverslag. Uit de rekening en verantwoording van den penningmeester blijkt dat is ontvangen aan con tributies 2437.86, aan reglementen 1.50, vrijwillige bijdragen 31.87. Totaal 2471.23. Uitgaven: Salaris boden 168.76, provisie boden 64.90, drukwerk 75.30, kleine on kosten 9.80, doktersrekeningen 110.06, ver- plegingskosten 216.44, vervoerkosten 62.40, batig saldo 1763.57. Totaal 2471.23. OUDE TONGE. Op 4 April a.s. zal ten gemeentehuize kostelooze inenting en herin enting plaats hebben, des nam. 4 uur. NIEUWE TONGE. Het zoontje van den heer C. H. had het ongeluk in een sloot te vallen. Door toegeschoten hulp was het spoedig op het droge. De prijzen van de veldvruchten gaan al hier nog steeds omhoog. Voor de uien besteedt men 12.— en voor de peen 7.per H.L. MELISSANT. Naar wij vernemen is het mond- en klauwzeer onder het vee van de landbouwers M. L. en C. J. S. geweken ver klaard. Door de rijksveldwacht is tegen A. v. P. uit deze gemeente proces-verbaal opgemaakt wegens het rijden op een rijwiel zonder voor geschreven licht. Uitslag keuring dienstplichtigen: C. van Driel, T. Grootenboer, E. Grootenboer, J. Ko ningswoud, T. Nagtegaal, J. Poortvliet en P. van der Spaan, geschikt; L. Siesse, C. W. Lok ker, S. Robijn, T. Troost en J. A. van Zanten, voor goed ongeschikt. -Door het bestuur der Geref. Gemeente te Dirksland is bij het gemeentebestuur alhier een aanvraag ingediend tot het bouwen van een kerk nabij den Gelederschen Dijk te Dirks land.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1928 | | pagina 3