goor den Jötti>a§
Het Vulpenhuis
ËCODomiSGli MwrziciiL
ROTTERDAM.
Gemeenteraad.
Rechtzaken.
VULPENHOUDERS
VULPOTLOODEN
MIJNHARDT's
Hoofdpijn-Tabletten 60 «l
Laxeer-Tabletten 60
Zenuw-Tabletten .^75 et.
Staai-Tabletten 90 et.
Maag-Tabletten' 75'ct.
Bij Apoth. en Drogisterij
wcnschen dat de Regeering en het particulier
initiatief dit vraagstuk niet blijven negeeren,
maar bet goed onder oogen zien.
Overbevolking behoeft er niet te zijn, de
wereld is nog groot genoeg.
UITKIJK.
JESAJA 66 2b,
„Maar op dezen zal Ik zien, op
den arme en verslagene van geest,
en die voor mijn woord beeft".
I.
Het is een onuitsprekelijk voorrecht,
als de Heere ingenade op ons ziet,
zoodat wij in de gunst van den Al
machtige mogen deelen. Maar op wie
ziet Hij alzoo
Zij worden in onzen tekst met ver
schillende namen genoemd. Het zijn de
armen van geest, die gering van zich-
zelven denken en gevoelen van hun
onmetelijke schuld aan God geen pen
ning te kunnen betalen; arme zondaren,
verloren voor God. Snood hebben zij
tegen hun Schepper en Weldoener over
treden, en daar dragen zij van harte
leed over. Zij kunnen zich Gode niet
aangenaam maken, hun zonde is niet
goed te maken, hun schuld niet uit te
delgen door eenige gerechtigheid van
hun zijde. Immers zij maken hun schuld
dagelijks meerder.
Het tegengestelde van de armen van
geest zijn de eigengerechtigen, die hoog
denken van zichzelven, en meenen heel
wat te zijn. De zonde is in hun oog
maar een gebrek, waarvcor zij allerlei
verontschuldigingen weten aan te voe
ren. Zij zijn wel niet, zooals zij be-
hooren te zijn, maar alles saamgeno
men, staat 't met hen zoo kwaad niet.
Eigenlijk is God gehouden het goede,
dat zij doen, te loonen. Ontvangen zij
den hemel, dan is dat naar verdienste.
Zij zijn als de Farizeër, die dankte, dat
hij zooveel beter was dan de tollenaar.
Welk een treurige toestand arm te
zijn en te denken, dat men rijk is. Welk
een zelfbedrog Want arm zijn allen,
ook de mensch die meent te kunnen
roemen op zijn deugden. Maar dat
wordt niet door allen gevoeld. Velen
zijn niet arm van geest. Die zijn ar
moede gevoelt, is ook een verslagene
van geest. Zijn armoede grijpt hem
aan, ontroert zijn ziel. Dit is het diep
treurige van zijn toestand, dat hij on
bekwaam is iets van zijn schuld af te
doen en daarbij te doen heeft met een
heilig God, die van Zijn eisch, om hei
lig te zijn, niet kan aflaten. Er moet
betaling geschieden. En dien eisch van
God moet hij billijken. Hij heeft gezon
digd tegen de hoogste Majesteit. Het
is rechtvaardig, als God hem verdoemt.
Hij moet zichzelven veroordeelen. Dat
hij God niet de eere geeft die Hem
toekomt, ja van nature dat niet kan,
doet hem leed. Maar dat doet hem
ook uitzien naar Christus. Een ver
slagene van geest kan 't in zijn ver
slagenheid niet uithouden. Hij zoekt
iets, dat hem opbeurt, hem troost in
zijn droefheid, zijn gewonde ziel heelt.
Met blijdschap verneemt hij het evan
gelie, dat Jezus Christus in de wereld
is gekomen om de zondaren zalig te
maken. Hij heeft voor de zonden be
taald en aan God de geëischte gehoor
zaamheid bewezen. En dien Jezus te
bezitten, met Zijn gerechtigheid bekleed
te zijn, is voor hem de hoogste zalig
heid.
Die heerlijke wetenschap put de ver
slagene van geest uit het Woord van
God. Dat zegt hem, dat er redding
voor hem is. Vandaar, dat zulk een
verslagene voor dat woord leert beven.
Beven voor het woord, dat is ook een
kenmerk van degenen op wie de Heere
ziet. Laat ons echter wel verstaan. Dat
is geen beven in den zin van angstig
sidderen, waardoor men van God af
gedreven wordt, maar een beven van
eerbied en ontzag voor wat God zegt.
Met vreugde wordt de boodschap des
heils vernomen en in kinderlijk geloof
wordt ze aangenomen.
God verbiedt ons veel in Zijn woord.
Waarschuwend en vermanend spreekt
Hij tot ons. En die voor dat woord
beeft, geeft daarop acht en bedenkt, dat
't God is, die hem daardoor iets te
zeggen heeft. Hij is bevreesd Hem on
gehoorzaam te zijn.
In Zijn woord heeft God ons Zijn
inzettingen gegeven, hoe wij te leven
en Hem te verheerlijken hebben door
Zijn wil te doen. Die voor dat woord
beeft, begeert van ganscher harte te
doen wat den Heere welbehagelijk is
en bidt, dat Zijn wegen gericht wor
den om Gods inzettingen te bewaren.
Hij keurt den Heere al zijn lusten en
al zijn leven waardig.
Gods Woord komt ook met bedrei
gingen. God is liefde maar ook een
verterend vuur voor den zondaar. Hij
neemt 't zeer nauw. Die voor Zijn
woord beeft, neemt 't ook nauw. Hij
denkt niet licht over de zonde, maar
haat en vliedt ze. Hij begeert met God
verzoend te zijn. Hij slaat Zijn straffen
gade en vreest Zijn toorn. Voor hem
is het leven ernstig, want het is de tijd
der genade .Daarom bidt hij vurig, dat
God zich zijner ontferme.
In Gods Woord vinden wij ook tal
van beloften, beloften voor tijd en eeu
wigheid. Hij voorziet in onzen tijdelij-
ken nooddruft, en die Hem zoekt, zal
Hem vinden. Niemand, die tot Jezus
komt, wordt door Hem uitgeworpen.
Die voor Zijn woord beeft, verlaat zich
daarop, geeft er zich aan over. O, ze
ker, met veel gebrek. Hij moet zijn gan-
sche leven leeren dat meer te doen.
Maar op Gods beloften zegt hij amen.
Die zijn hem tot troost. Hij neemt ze
geloovig aan, omdat ze hem door God,
die niet liegen kan, gegeven zijn.
En op zulken nu zal de Heere zien,
hen aanzien in genade, over hen zich
ontfermen. Ze zijn Hem aangenaam.
Bij hen wil Hij wonen met Zijn Geest,
hun Zijn vertroostingen doen smaken,
Zijn bedgeheimen bekend maken, Zijn
heerlijkheid openbaren.
Rotterdam. (Wordt vervolgd).
HOOFDSTË£G 5,
GEEN FILIALEN
van 3 gulden tot 250 gulden
ALLE MERKEN VOORRADIG
van 35 cent tot 115 gulden
Alle voorzien van 14 kar. gouden pennen
Naam graveeren gratis
Vergadering van den Gemeenteraad van
SOMMELSDIJK, op Dinsdag 6 Sep
tember, des nam. 4 uur.
De Voorzitter, burgemeester Den Hollander,
opent de vergaderding met gebed, waarna de
nieuwe raad de bij de gemeentewet voorgeschre
ven eeden aflegt.
De twee sociaal- dem. afgevaardigden wen-
schen te vol/staan met het afleggen van de
belofte.
De VOORZITTER wenscht de leden geluk
met hun benoeming en hoopt, dat de nieuwe
raad, vrij van persoonlijke hartstochten, de be
langen der gemeente zal kunnen behartigen. Spr.
vraagt de steun van de leden en wenscht dat op
een eendrachtig samenwerken de zegen Gods
zal rusten.
De geloofsbrieven van den heer L. Hokke
worden door de H.H. Mijs en M. Joppe nage
zien en in orde bevonden. Zij adviseeren tot
toelating, waartoe met algemeene stemmen be
sloten wordt.
Bij punt 3 der agenda benoeming Wethou
der (vacature M. Born) zegt de heer BLOK
(S.D.A.P) te meenen, dat bij deze verkiezing
van geen vacature sprake is, de oude raad is
op dezen morgen geh.eel afgetreden, er treedt
een nieuwen raad op, dus wordt er ook een
geheel nieuw college van B. en W. benoemd.
De VOORZITTER antwoordt, dat door het
overlijden van wethouder Joppe, bij de verkie
zing van een wethouder, niet art. 83 der ge
meentewet, doch art. 84 moet worden toege
past; dit artikel luidt als volgt
„De verkiezing ter vervulling der plaatsen,
die door ontslag, overlijden, of om een andere
reden openvallen, geschiedt binnen veertien
dagen na dat openvallen.
„Gaat dit laatste gepaard met het open
vallen eener plaats in den Raad, dan beginnen
die veertien dagen te loopen van den dag,
waarop het ter vervulling benoemde lid is
toegelaten".
De heer BLOK is het hiermee niet eens en
blijft er bij, dat niet art. 84, doch art. 83 hier
moet worden toegepast. Bovendien is het de
schuld van den Raad zelf, dat het zoo geloopen
is. Er had allang in de vacature kunnen voor
zien zijn.
De VOORZITTER vindt het kras, dat de
heer Blok dit verwijt durft maken en wil wel
eens graag nader hooren uiteenzetten op welken
grond de raad te beschuldigen is. Spr. is 20
jaar in het vak, maar natuurlijk nooit te oud
om te leeren.
Spr. is niet zoo maar te werk gegaan, doch
heeft deze kwestie eerst nauwkeurig onderzocht.
Spr. stelt zich op het standpunt van v. Loenen,
die zegt dat de Raad zich op het breede stand
punt moet stellen, om wanneer er een vacature
ontstaat, de raad voor een wethoudersverkiezing
eerst de vacature moet aanvullen, opdat zoo
veel mogelijk raadsleden aan de verkiezing kun
nen deelnemen.
De heer BLOK zegt, dat art. 84 alleen slaat
op een tusschentijdsche verkiezing, dat is hier
niet het geval. De vacature had bovendien al
lang voorzien kunnen zijn.
De VOORZITTTER vraagt of de heer Blok
wel weet, dat een nieuw benoemd raadslid 2
maanden tijd heeft met het indienen van zijn
geloofsbrieven. Weet de heer Blok wel, wanneer
die geloofsbrieven zijn ingekomen
De heer BLOK zegt dit niet te weten. Mis
schien zijn ze nu nog wel niet ingekomen.
De VOORZITTER merkt op, dat ze nu na
tuurlijk ingekomen zijn, hoe zouden ze anders
in deze vergadering nagezien kunnen zijn. Spr.
vindt het ongepast van den heer Blok een on
gemotiveerde beschuldiging tot den Raad te
richten en herhaalt nog eens, dat hij zich in
goed gezelschap bevindt. Een analoog geval
heeft zich in Groningen voorgedaan, waarbij
op advies van den Commissaris der Koningin
ook art, 84 is toegepast. Spr. geeft de heer Blok
in overweging zich tot Ged. Staten te wenden.
Spr. waagt dat er gerust op. Overigens zegt
spr. dat er de volgende week weer een raads
vergadering zal worden gehouden om in de
vacature Joppe te voorzien.
Dan wordt overgegaan tot verkiezing van
een wethouder in de vacature Born.
Uitgebracht worden 8 stemmen op den heer
Bom en 2 stemmen op den heer Blok.
De heer BORN (A.R.) neemt zijn benoeming
onder dankzegging voor het in hem gestelde
vertrouwen aan.
De notulen worden voorgelezen en onge
wijzigd vastgesteld.
Bij de ingekomen stukken ip een schrijven
van Ged. Staten, meldende, dat wanneer Som-
melsdijk en Middelharnis niet tot overeenstem
ming komen over de wisselplaats achter de
gasfabriek, Ged. Staten volgend jaar een be
slissing zullen nemen.
De heer MIJS (V.B.) zegt, dat dus voor-
loopig de zaak hiermede van de baan is. Wan
neer Ged. Staten de begrooting der gasfabriek
(welke Sommelsdljk niet goedgekeurd heeft)
had goedgekeurd, het geschil zou zijn opgelost,
indien het daarbij bleef. Maar Ged. Staten zeg
gen bereid te zijn het volgend jaar een beslis
sing te nemen, indien de betrokken gemeenten
niet tot overeenstemming komen. Maar dat is
reeds onmogelijk gebleken. Spr. vraagt wat de
gascommissie nu denkt te doen.
De VOORZITTER antwoordt, dat het blijk
baar de bedoeling van Ged. Staten geweest is
de kwestie van de wisselplaats op zich, afge
scheiden van de begrooting der gasfabriek te
bezien. Dat lijkt spr. zeer logisch ook. Het beste
is, dat de gascommissie tracht een oplossing
te krijgen en lukt dat niet, dan het geschil maar
aan Ged. Staten ter beslechting op te dragen.
Aldus wordt goedgevonden.
Bericht is ingekomen, dat met ingang van
1 October de gasprijs met 1 cent wordt ver
laagd.
Besloten wordt als lid toe te treden van de
vereeniging van lager landbouwonderwijs. De
contributie is 5.per jaar.
Tot lid van het bestuur dezer vereeniging
(vacature G. Joppe) wordt benoemd de heer
Slis.
B. en W. bieden den raad de gemeente
rekening dienst 1926 aan.
Deze sluit in ontvangsten en uitgaven als
volgt
Gewone dienst
Inkomsten 130262.09; uitgaven 117304.475;
batig slot 12975.61®.
Kapitaaldienst
Inkomsten 15454.—; uitgaven 14742.—;
batig slot 712.—.
B. en W. krijgen machtiging tot wijziging
der gemeentebegrooting 1927.
Besloten wordt evenals vorige jaren weer
een opzichter te benoemen aan de haven voor
de a.s. bietencampagne.
Tot leden der commissie belast met het on
derzoek van de gem. rekening, rek. burgerlijk
armbestuur en weeshuis en rek. gasfabriek, wor
den door den raad gekozen de heeren Le Comte,
Mijs en Slis.
In de rondvraag zegt de heer BLOK, dat de
Sociaal-dem. fractie in de Staten van Zuid-
Holland een voorstel hebben ingediend om gel
den beschikbaar te stellen ter bestrijding der
werkloosheid. Spr. vindt, dat het op den weg
van den Raad ligt dit voorstel te ondersteunen
en wil in een motie adhaesie aan dat voorstel
betuigen.
De VOORZITTER zegt, dat hij iedere op
lossing tot bestrijding der werkloosheid dank
baar aanvaarden wil. Maar zou het wel op
den weg van den Raad liggen een dergelijke
motie aan te nemen
De heer BLOK voert aan, dat andere ge
meenten het ook wel gedaan hebben.
De VOORZITTER zegt er geen bezwaar
tegen te hebben dit punt op de agenda der
vergadering van de volgende week te brengen.
De heer BLOK stelt vervolgens in verband
met het proces Dambruin contra de gemeente
de volgende vragen Is het juist, dat de ge
meente dit proces verloren heeft, ten tweede
op welke gronden is de gemeente veroordeeld
en ten derde, waarom hebben B. en W. den
Raad van den gang van dit proces niet op de
hoogte gehouden
De VOORZITTER antwoordt, dat de ge
meente dit proces voor den Kantonrechter ge
wonnen, maar in hooger beroep verloren heeft.
Er is nog geen afschrift van het vonnis ont
vangen, vandaar dat dit den Raad nog niet
meegedeeld is.
De heer MIJS spreekt over de landbouw-
huishoudschool en zegt, dat er pogingen in het
werk gesteld worden 3 dezer cursussen op
Flakkee te krijgen, één te Oude Tonge, één te
Goedereede en één te Sommelsdijk. Het is een
cursus waaraan de meisjes uit alle standen
kunnen deelnemen. De regenten van het Wees
huis zijn bereid een lokaal voor dit doel af
te staan en spr. vraagt of de gemeente nu niet
bereid zou zijn voor vuur en licht en als het
kan voor een kleine subsidie te zorgen.
De VOORZITTER zal ook dit punt in de
volgende vergadering ter sprake brengen.
De heer SLIS (C.H.) zegt, dat de weg naar
de begraafplaats veel geld gekost heeft. Toch
is deze weg slecht, hetzij door de stof of de
modder. Spr. stelt de vraag of er geen af
zonderlijk spoor voor het verkeer te maken is
en de weg overigens vrij te houden voor de
begraafplaats.
De VOORZITTER zal onderzoeken of het
mogelijk is twee sporen op dezen weg aan te
brengen.
De heer LE COMTE (S.G.P.) klaagt over
het ontbreken van licht op het perron van de
R. T. M.
In de gascommissie zal hierover nog eens ge
sproken worden.
Ten slotte wenscht de heer MIJS den voor
zitter geluk met zijn herbenoeming tot burge
meester en hoopt, dat deze ook in de nieuwe
periode zijn volle kracht aan de belangen der
gemeente zal kunnen geven.
De andere raadsleden betuigen hiermede hun
instemming.
Dan sluiting.
Vergadering van den Gemeenteraad van
NIEUWE TONGE, op Dinsdag 6
September, des nam. 3 uur.
De Voorzitter, burgemeester Sterk, opent de
vergadering met gebed, waarna de nieuwe raad
de bij de gemeentewet voorgeschreven eeden
aflegt.
De heer HOLLEMAN (S.G.P.) wenscht te
volstaan met de belofte.
De VOORZITTER wenscht de leden geluk
met hun benoeming en brengt in herinnering de
goede samenwerking tusschen de leden van
den ouden raad. Gedurende de 5 jaren, dat
spr. burgemeester dezer gemeente is, heeft hem
Steeds de aangename toon getroffen. Spr. hoopt
dat dit bestendig zal blijven. Want ook de cor
recte houding der raadsleden tegenover elkan
der is in het belang der gemeente. Ten slotte
hoopt spr., dat het de gemeente onder leiding
van den nieuwen raad goed zal gaan.
Dan wordt overgegaan tot benoeming van
wethouders.
Gekozen worden de heeren PRINSE en v. d.
KROON (beiden neutraal). Zij aanvaarden
him benoeming onder dankzegging.
De heer VAN NIEUWENHUIJZEN (A.R.)
dankt den voorzitter voor zijn woorden tot den
nieuwen raad gericht. Spr. beseft als jongste
raadslid voor welke moeilijke taak hij staat.
Het belang der gemeente zal bij hem echter
steeds op den voorgrond staan en spr. hoopt,
dat bij alle verschil van meening, dit toch
steeds bij alle raadsleden zoo zijn zal.
De heer VAN VLIET (V.B.) denkt terug
aan de vorige zittingsperiode toen hij lid van
den Raad was. Met leedwezen denkt hij aan
zijn overleden vrouw, toen door den dood van
zijn zijde weggerukt. Ook is toen de nieuwe
burgemeester geïnstalleerd en dan denkt hij ook
terug aan den ongelukkigen gang inzake de
nieuwe raadhuisbouw. Wanneer spr. weer zit
ting neemt, doet hij dat met dankbaarheid voor
alle swat de man wiens plaats spr. inneemt, de
heer D. Breesnee, voor de gemeente heeft ge
daan. Diens werk zal bij spr. in dankbare her
innering blijven. En voorts hoopt hij, dat de
woorden van den voorzitter in vervulling zul
len gaan.
De heer HOLLEMAN (S.G.P.) herinnert
aan de woorden van den heer Van Vliet, in
een vorige ziettingsperiode geuit, n.l. de gerech
tigheid verhoogt een volk, maar spr. brengt
in herinnering, dat er op volgt„de zonden
zijn een schandvlek der natiën", en staat hierbij
breedvoerig stil.
De heer NELISSE (A.R.) dankt den voor
zitter voor zijn hartelijke woorden en hoopt
evenzeer ,dat ze in vervulling zullen gaan. Spr.
herinnert er aan, dat hij reeds meer als raadslid
de belangen der gemeente heeft mogen dienen.
Hij heeft toen niet gedacht, dat hij na een
onderbreking van 4 jaar, weer tot dit werk
geroepen zou worden.
Over het algemeen is het maar beter als stil
burger een rustig leven te leiden, dan geroepen
te worden op het voorgestoelte. Vooral in de
periode die er ligt tusschen candidaatstelling en
verkiezing worden de hartstochten opgezweept
en is het allesbehalve aangenaam zijn persoon
voo reen candidatenlijst te leenen. Spr. betreurt
hetgeen bij een vorige verkiezing is voorgeval
len en ook zijn persoon niet aan deze kwade
praktijken ontkomen is. Spr. hoopt nu op een
aangename samenwerking in den Raad, opdat
de belangen van de gemeente zoo goed mogelijk
behartigd zullen worden.
Dan sluit de voorzitter de vergadering.
Een moeilijk geval.
Terecht heeft gestaan de 32«jarige wissel
looper«timmerman M. v. d. M., uit Melissant,
gedetineerd, wien ten laste was gelegd, dat hij
in het eerste halfjaar van 1927, althans in den
tijd van 1 Januari 1926 tot 1 Juli 1927, een
bedrag van f 190, althans van f 150, althans
van f 70, welk geld hij voor H. Tieleman had
geïnd, heeft verduisterd. Ten tweede werd
verdachte ten laste gelegd verduistering van
ongeveer f 100, althans f 50 k f 60, ten nadeele
van G. Mooiweer, welk geld hij voor bedoek
den Mooiweer ook had geïnd.
Verdachte bekende. Hij had ten nadeele
van Tieleman, naar zijn meening, ongeveer
f 80 en ten nadeele van Mooiweer ongeveer
f 50 k f 60 verduisterd. Dat geld had hij op
Flakkee geïncasseerd.
Dr. S. J. R. de Monchy gaf een uitvoerige
toelichting, buiten tegenwoordigheid van ver»
dachte, van zijn rapport naar aanleiding van
een door hem ingesteld psychiatrisch onder»
zoek. Daaruit bleek, dat de man waarschijnlijk
erfelijk belast is zijn moeder heeft epileptische
toevallen en ook meer familieleden van die
zijde. Hij is zwaar psychopaath, is al meer»
malen in gestichten opgenomen en al meer»
malen is een onderzoek naar zijn geestvermo»
gens ingesteld. Hoewel hij daarmede al een
stap buiten zijn eigenlijk terrein deed, wilde
de deskundige wel verklaren, dat hij een voor»
waardelijke veroordeeling voor verdachte niet
op zijn plaats acht.
Een heelen tijd kon verdachte zich goed
houden, werkte hij tot tevredenheid van zijn
werkgever en plotseÜDg valt hij dan weer.
Bovendien is hij ijdel en bekent hij niet gaarne
zijn armoede, in het laatste geval hebben de
omstandigheden wel eenigszins weer aanleiding
gegeven om hem tot zijn fraude te brengen
Het O M. stelde de vraag of als de psychiater
meent, dat verdachte niet voorwaardelijk moet
worden veroordeeld, omdat daarin niet vol»
doende prikkel voor hem zit en waar het O.M.
zelf van oordeel is, dat verdachte, die in eer»
gesticht zich altijd uitstekend gedraagd, hij
daaruit weer na een half jaar ontslagen zal
word.-n, een gevangenisstraf niet de juiste straf
zal zijn, die het verdachte duidelijk zal maken,
dat het ernst is.
Getuige G. Tieleman verklaarde op een vraag
van den verdediger, mr. A. Blom, dat hij deD
verdachte een getuigschrift had meegegeven,
waarin stond, dat hij altijd goed had voldaan.
Naar getuige zeide, zou hij zelf ook geen
bezwaar hebben, den man als timmerman weer
in dienst te nemen. Niet als wissellooper echter.
In één geval had verdachte geld geïnd zonder
dat hem een kwitantie was meegegeven.
Getuige G. Mooiweer verklaarde, dat ook
te zijnen opzichte verdachte had gehandeld
als ten opzichte van Tieleman.
Het O.M. achtte de feiten vast te staan.
Eenige twijfel zou er over de grootte der be«
dragen nog kunnen zijn. Het O M. houdt zich
daarvoor aan de door verdachte zelf gegeven
sommen. Van den beginne af is er door ver»
dachte's familie aangedrongen op zijn plaatsing
in een krankzinnigengesticht. Het O.M. heeft
na het rapport van den psychiater echter dezen
maatregel niet willen nemen en nog willen
afwachten wat de mondelinge toelichting var,
den psychiater zou opleveren. Maar noch
rapport noch toelichting hebben spreker, toe»
gevende dat hij leek is en misschien juist
daarom de overtuiging bijgebracht, dat
plaatsing in een gesticht voor verdachte de
juiste straf zou zijn. Een voorwaardelijke ver»
oordeeling acht het O.M. met den psychiater
niet op zijn plaats, maar het aarzelt ook ten
opzichte van het onderbrengen in een krank»
zinnigengesticht. Zou een ernstige gevangenis,
straf niet de prikkel zijn, die verdachte noodig
heeft? Het O.M. wil daartoe dan ook raden.
Eisch 6 maanden gevangenisstraf.
De verdediger, mr. A. Blom, merkte op, dat
deze zaak in de instructie om de kwestie van
de toerekenbaarheid draait. Iedereen kan het
er mee eens zijn, dat we hier met een grens»
geval te doen hebben. De psychiater beziet
dit geval uit een anderen hoek dan pleiter.
Met zijn conclusie is mr. Blom het niet eens
Mocht verdachte ontoerekenbaar worden ver»
klaard, dan zou hij gaarne te Zutfen worden
geplaatst. Ook de familie dringt daarop aan.
Pleiter heeft ondanks het psychiatrisch rapport,
getracht eenige reclasseering voor verdachte
te krijgen. Het Genootschap stond afwijzend
tegenover het uitbrengen van een rapport, de
Vereeniging tot behartiging van zielszieken
heeft wel hulp toegezegd, zonder echter nog
een rapport in uitzicht te stellen. Pleiter voor
zich zou willen condudeeren tot toereken»
baarheid en een voorwaardelijke veroordeeling.
EEN VECHTERSBAAS UIT
NIEUWENHOORN,
De 22-jarige A. d. B. uit Nieuwenhoorn heeft
zich te verantwoorden gehad, verdacht van
mishandeling op 18 Juli van A. Langendoen,
dien hij met een mes had gestoken of geslagen,
waardoor Langendoen achter het schouderblad
bloeden verwond werd. De wond zou levens
gevaarlijk zijn geweest, had operatief ingrijpen
en Langendoen's verpleging gedurende 10 dagen
in een ziekenhuis noodig gemaakt. Gedurende
eenigen tijd had de getroffene zlja werk als
landarbeider niet kunnen verrichten.
Verdachte gaf toe met Langendoen twist te
hebben gehad en dezen, terwijl hij, verdachte,
een mes in de hand had, heeft geslagen.
Als deskundigen werden gehoord de doktoren
H. C. v. Aardennen en H. C. Sauer, die ver
klaarden dat de wond met erg veel kracht moest
zijn toegebracht. De wond was ongeveer 1 did.
diep en 2 a 3 c.M. breed. Het was nu een huid-
speerwond ,die ,als ze meer rechts was toege
bracht en loodrecht, zeker levensgevaarlijk zou
zijn geweest. Na tien dagen verpleging heeft
Langendoen nog eenigen tijd niet kunnen wer
ken.
De gemeente-veldwachter H. Helmstrljdt ver
klaarde, dat verdachte meermalen ruzie had.
Ook de rijksveldwachter A. Tielemans had wel
eens klachten over verdachte gehad.
Getuige A. Langendoen zeide 210 schade
te heben gehad. De twist was ontstaan over
een aanrijding met een fiets. Een uur later had
getuige d. B. ontmoet en hem aangesproken.
Deze begon dadelijk te dreigen Dacht je, dat
ik bang voor je was Get.'s repliek was daar
op: Jij en je vader zijn altijd bezig. Je moest
je schamen Daar op had verdachte zijn mes
genomen en driemaal naar getuige gestoken. De
laatste stoot was raak geweeest. De vader en
moeder van Langendoen en A. J. den Bakker
hadden de vechtpartij gezien.
Het O.M. wees er in zijn requisitoir op, dat
er tusschen verdachte en Langendoen reeds
lang een veete bestond. Langendoen is indertijd
door den politierechter al wegens mishandeling
van verdachte veroordeeld. Bij die gelegenheid
heeft deze verdachte ook al een ernstige waar
schuwing gehad, wijl hij bij die ruzie een mes in
de hand had genomen. Na de laatste vechtpartij
is verdachte in het huis van bewaring opgeslo
ten geweest, maar na eenige tijd door de recht
bank ontslagen. Verdachte heeft zich bij deze
vechtpartij zeer ruw gedragen. Wegens het op
zettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk let
sel, eischte het O. M„ meenende, dat verdachte
al een ernstige straf heeft gehad, 6 maanden
gevangenisstraf voorwaardelijk, met een proef
tijd van 3 jaar en bijzondere voorwaarden,
al dan niet met de verplichting tot het betalen
van den aan Langendoen toe te wijzen schade
vergoeding.
Mr. de Greoth vond ,dat de veldwachter in
de stukken een te zwart beeld had opgehangen
van verdachte. Dat deze een ruziezoeker zou
zijn ,is een wel wat ver gaande conclusie. Plei
ter dringt aan op een voorwaardelijke veroor
deeling.
Uitspraak 20 September.
Volgens de raadsoverzichten van de gemeen
ten Utrecht en 's-Gravenhage ziet het er daar
met de financien allerbedroevendst uit en mag
met groote bezorgdheid de begrootingsrede
de z.g. millioenenrede van den Minister van
Financiën tegemoet gezien worden. Tót heden
moeten de gegevens, die den Minister verstrekt
zijn, niet bijster opwekkend geweest zijn, zoo
dat er vrees wordt uitgesproken voor nieuwe
belastingen, waarvan dan de radio-enthousias
ten wel de eerste slachtoffers zouden zijnhet
bezit van een radio-ontvangtoestel zou dan be
lastbaar worden gesteld, zijnde luxe, wat voor
de meeste bezitters inderdaad het geval is.
Voor de zakenwereld echter, die belang heeft
bij koersen van buitenlandsche beurzen en an
dere zakelijke berichten ,zou deze belasting
minder juist zijn, omdat een gedeelte van den
handel in het algemeen reeds is ingesteld op
radiografische verbindingen, en kan zulks moei
lijk als luxe worden beschouwd. Elke belas
ting is echter antipathiek, zoodat ook deze even
tualiteit minder prettige gezichten zal veroor
zaken, doch er zal weinig aan te doen zijn, en
degene, die zich de weelde kan permitteeren,
kan ook best die paar belastingcenten betalen,
zoo erg zal het wel niet zijn vele kleinen
maken een groote.
Het is wonderbaarlijk ,hoe vast gestemd de
New-Yorksche beurs blijft, doch jammer, dat
daarvan in Holland zoo weinig geprofiteerd
wordt. Van Intercontinental Rubbers shares
b.v. moeten de heeren speculanten aldaar niets
hebben, evenmin als van andere z.g. rubbish-
aandeelen, die hier nog bij honderdtallen zitten,
en de enkele goede aandeelen als Steels, Gene
ral Motors e. d. zijn hier nog maar zeer schaars
aanwezig: al het goede is tegen hoogere koer
sen naar den overkant verhuisd, zoodat wij er
maar weinig aan hebben of de New-Yorksche
beurs vast opende en willig sloot
Amsterdam moet het den laatpten tijd van de
beroepsspeculatie hebben, die dan weer dezen
dan genen hoek opzet, om elkaar een rijksdaal
der af te snoepen, want als b.v. de laatste
hausse in H. V. A. door het publiek was in
elkaar gezet, dan zou het zich bont en blauw
betaald hebben aan provisie- en zegelkosten en
daarop is men allerminst gesteld; dus ligt het
voor de hand, dat de vraag werd veroorzaakt
door den beroep,shandel, die gaarne een stuk
van 8000.enkele keeren per middag omzet,
om 20.per saldo te verdienen, wat voor
het publiek door de kosten onmogelijk wordt
gemaakt, want een omzet van één aandeel
H.V.A. kost reeds 56.—. Men begint daar
niet aan.
Het volledige bewijs voor de stelling, dat de
beroepshandel de op- en neerwaartsche bewe
ging ter beurze veroorzaakt, wordt wel ge
leverd door de houding van de beurs van heden
Dinsdag. De thee-aandeelen, die zoo sterk ge
favoriseerd waren wegens zeer gunstige toe
komstmogelijkheden, waren heden sterk aan den
flauwen kant en laatbeurs was er van sommigen
dier aandeelen geen afkomen aan, wat natuurlijk
voor de hand ligt, omdat er geen koopers zijn
van de zijde van het publiek: eer zal hierin
deze afdeeling wel een veer gelaten moeten
worden. De aandacht is thans weer meer op de
suiker-afdeeling gevestigd, waar vrij levendige
handel was bij de vaste stemming, zoowel voor
de courante als de incourante waarden. Er is
n.l. een bericht dat de V.I.S.P. biedingen van
16.50 heeft geweigerd. Ook echter bestond
er een betere stemming voor Scheepvaart- waar
den, die alle min of meer in prijs konden ver
beteren. Wat de reden daarvan is, werd niet
gemeld, waarschijnlijk het bekende spelletje.
Voor de petroleumafdeeling waren er berich
ten, die wijzen op totstandkoming eener over
eenkomst tusschen de Standard Oil en de Ko
ninklijke betreffende de Russische petroleum.
Het aandeel Kon. Petroleum noteerde 347
Geld op prolongatie wordt weer ruimer, thans
3 H