oor den Jfondag
VITRAGE
COHEN
KINADRUPPELS
Economisch uieehooerzicM.
"I
Hel goedkoopste, Hel grootste, Het meest gesorteerd
Hoeden- en Pettenmagazljn
PSALM 94 19.
II.
Hoe men de Miezers
voorlicht.
TEGEN VEEL VER
MINDERDE PRIJZEN
RUIMEN WIJ OP
PRACHTIGE LAPPEN
DIVERSE MATEN
OVERGEBLEVEN LIN
NEN GO R D IJ N E N.
EXTRA GOEDKOOP
DIRKSLAND
Gemengd .Nieuws.
Dr. H.NANNING's
V er koopingen.
Notaris VAN DEN BERG,
VOO» ELK «'IN KDU9
Klpotraat 85>87 1 Rotterdam
gV ZIE DE 5 ETALAGES
Voor Hoeden No. 85. Voor Petten No. 87
Aanbevelend, HENIGER JP.
die opgewektheid, die geloofszekerheid, maar
ook die strenge puriteinsche levenswandel, die
geheele overgave aan GodWat een weelde
voor onze jeugd in zulke kringen opgevoed
te mogen worden
Moge ons volk dat weer eens goed leeren
verstaan, dat het leven der dankbaarheid een
eerste levenseisch is, want hierdoor moet niet
slechts de wereld gewonnen worden voor Chris
tus, volgens onzen Heidelberger, maar evenzeer
ons opkomend geslacht bewaard blijven van
den afval, die in onze dagen zoo ernstig toe
neemt.
UITKIJK.
„Als mijn gedachten binnen in mij ver
menigvuldigd werden, hebben Uw ver
troostingen mijn ziel verkwikt".
(Slot).
Het kunnen bange oogenblikken zijn
als onze gedachten in ons vermenig
vuldigd worden en wij ons voor onop
losbare raadselen geplaatst zien. Indien
de Heere ons dan aan ons zeiven over
liet, zouden wij, door den maalstroom
onzer gedachten meegesleurd, in den
afgrond van ongeloof en wanhoop ver
zinken. Maar God laat niet varen het
werk Zijner handen, maar is tot onze
hulp nabij. Dan zijn 't alleen Zijn ver
troostingen, die ons bemoedigen, ster
ken en verkwikken kunnen.
Troost heeft ieder mensch noodig bij
zoovele benauwende gedachten, br is
niemand of hij zoekt troost. Zijn hand
grijpt naar iets, waaraan hij zich kan
vastklemmen, waar zooveel hem ontvalt
Maar, helaas, velen vinden geen steun,
geen verkwikking, geen troost, geen
licht, omdat zij 't zoeken, waar het niet
te vinden is. Neen, 't helpt niet, of wij
al trachten hetgeen ons benauwt, van
ons af te zetten. Het is een vruchteloos
werk door verstrooiing te willen ver
geten wat ons drukt, 't Gaat niet al die
bange gedachten, die in ons opkomen,
zoo maar op zijde te zetten en onze
oogen voor de werkelijkheid te sluiten.
Wij kunnen misschien voor een oogen-
blik ons misleiden of ons iets opdringen
maar in dezen weg wordt de ware
troost niet gevonden. Ons hart blijft
bij -dat alles onrustig.
Troost, blij venden troost kan God
alleen geven. Hij verkwikt de vragens-
moede ziel door de beloften van Zijn
woord en de werking van Zijn Geest.
Wanneer uw gedachten in u vermenig
vuldigd worden, vlucht dan tot Hem
en geef u in kinderlijk geloof aan Hem
over. Houd op met peinzen en vragen
en houd u aan Zijn Woord, dat Hij in
Christus voor tijd en eeuwigheid de
God is van allen, die op Hem betrou
wen. In die belofte ligt zooveel, ligt
alles opgesloten. Zijn woord verzekert
't ons, dat Hij regeert met wijsheid en
rechtvaardigheid. Hoe wonderlijk en
ondoorgrondelijk ook Zijn wegen zijn,
't zal eenmaal blijken, dat alle dingen
hebben meegewerkt ten goede denge
nen, dit Hem liefgehad hebben en naar
Zijn voornemen geroepen zijn. Wij
moeten met lijdzaamheid het einde af
wachten. De Heere zal eenmaal open
lijk recht doen. De goddelooze zal van
Zijn aangzicht vlieden en de rechtvaar
dige zich verblijden. Ja, de Heere doet
hier reeds in het leed verstaan, dat Hij
God is, zoodat wij de hand op den mond
liggen en zwijgend aanbidden. Soms
doet Hij ons zien, hoe goed 't voor ons
was verdrukt te zijn. Hij geeft Zijn
volk wel eens psalmen in den nacht,
zoodat zij in druk nog Zijn lof vertellen
en onder al hun ellende zich rijk ge
voelen in Hem. En als de gedachte aan
onze zonden ons verschrikt, ook dan
is Hij 't alleen, die ons recht kan troos
ten. Het geeft een aan zich zeiven ont
dekten zondaar geen troost, wanneer
de menschen hem zeggen, dat hij de
zonde niet zoo zwaar moet nemen. Het
schenkt hem geen rust als anderen hem
wijzen op zijn deugden of de algemeene
goedheid Gods. Vrede geeft hem de
verzekering, dat God utit loutere genade
de zonde vergeeft om het slachtoffer
van Jezus Christus, aan het kruis vol
bracht. Het geloof, dat God den god
delooze rechtvaardigt en hem de ge
rechtigheid van Christus toerekent,
doet den storm in zijn binnenste be
daren.
Zulke vertroostingen had de dichter
gesmaakt. Hij zegt, dat ze zijn ziel ver
kwikt hebben. Hij spreekt van een ver
leden tijd. Van zulke ervaringen weet
elk kind van God te spreken. De Heere
heeft hem niet begeven, hem in veel
leed ondersteund, uit vele benauwd
heden gered. Hij heeft bange tijden
doorleefd, maar ook ondervonden de
trouw van zijn God, die hem uit den
maalstroom zijner gedachten verloste
en hem door de vertroostingen van
Zijn woord en Geest rust en vrede
schonk.
Maar die vertroostingen hebben wij
gedurig noodig. Het is niet genoeg, die
eens voor een enkele maal in ons leven
te ondervinden, ünze gedachten staan
niet stil. Satan houdt niet op ons aan
te vechten om ons aan het wankelen
te brengen. Telkens komt hij weer met
nieuwe verzoekingen tot ons. Hij mis
gunt ons den troost en is er steeds op
uit den vrede uit ons hart weg te nemen
Is de rust in het hart wedergekeerd, dan
is er maar een kleinigheidje noodig om
den storm weer op te wekken. Helaas,
wij geven maar al te zeer voet aan twij
felmoedige gedachten en loopen daar
door gevaar telkens daarin verward te
worden. Daarom kunnen wij ons leven
lang de vertroostingen Gods niet
missen.
Maar de Heere onthoudt die ons
ook niet. Hij wijkt van ons niet met
Zijn Geest. Hij wil ons telkens weer
opnieuw vertroosten en zorgt, dat 't
ons aan niets ontbreekt, wat wij noodig
hebben naar gelang van de omstandig
heden. Hij gaf ons voor iederen dag
Zijn woord tot een lamp voor onzen
voet en een licht op ons pad. Hij brengt
ons eiken rustdag onder de verkondi
ging daarvan om ons te sterken tot den
strijd, en stelde het sacrament in tot
een spijze en drank voor onze hon
gerige en dorstige zielen. Hij weet hoe
machtig en talrijk onze vijanden zijn, en
dat wij zwak van moed en klein van
krachten zijn.
Zoo hebben wij dan gedurig onze
twijfelmoedige vragen voor den Heere
te brengen om in Zijn vertroostingen
de rust te hervinden. Nooit wordt Hij
tevergeefs gezocht. Het wordt telkens
weer ervaren, dat het licht gezaaid is
voor den rechtvaardige en vroolijkheid
veor de oprechten van hart. Tot den
verslagene van hart zegt Hij„wees
welgemoed, uw zonden zijn u verge
ven". „Die ook Zijn eigen Zoon niet
gespaard heeft, maar heeft Hem voor
ons allen overgegeven, hoe zal Hij ons
ook met Hem niet alle dingen schen
ken
De heer Lingbeek heeft in zijn rede op de
jaarvergadering der H. G. S. ook gesproken
over de A. R. onderwijspolitiek.
Hij zeide daarvan
„En aangaande de school heette het in artikel
12 van het antirevolutionaire program (dus niet
in de uitlegging van het Program door Dr. Kuy-
pe zelf) „De antirevolutionaire richting „voor-
kome dat de overheidsscholen voorzoover noo
dig, tot propaganda van godsdienstige of van
tegen den godsdienst gekeerde begrippen mis
bruikt worden."
„De antirevolutionaire richting acht, ja noemt
het dus een „misbruik", wanneer in een Chris
tenland als het onze op de overheidsschool aan
de kinderen het evan.gelie wordt bekend ge
maakt
En de uitwerking (daarvan, dus in par. 171,
lezen wij„dat in aJle overheidsscholen geen
andere opvoeding plaats zou mogen grijpen, dan
tot orde en tucht, waarheidszin en rechtsbesef,
volharding en zindelijkheid.
„Zoo werd door de nieuwe leer uit alle
openbare instellingen, voor het behoud van wier
Christelijk karakter Groen zoo had gestreden,
uit beginsel, alle geopenbaarde, ja zelfs alle
natuurlijke godsdienst uitgebannen".
Tot zoover Ds. Eingbeek.
We willen hier bij zijn kiezersvoorlichting
twee kanetteekeningen plaatesen
1. het mededeelen van halve waarheden en
het verzwijgen van de andere helft, kan het
dienen van de xnmaarheid zijn. De heer Lingbeek
vermoffelt de helft van de waarheid in hetgeen
hij it par. 171 (het is 172) van Ons Program
citeert. Het door hem medegedeelde vervolgt
met deze woorden
„Zoo echter, dat de ouders, wier kinderen
op zulk een school gingen (miset eenstemmig
zijnde) het geven vain onderwijs in den gods
dienst op een door hun kerk aan te wijzen
voet, zouden kunnen eischen
2. de voorstelling, alsof het A. R. Program
te dezer zake in strijd zou zijn met datgene,
waarvoor Groen zou hebben gestreden, is on
waar hetgeen blijkt uit wat Groen schreef in
zijn „Onus schoolwet-program 1896" over den
eisch tot schrapping van het woord „Christe
lijk" in art. 23 der Schoolwet.
„Op den voorgrond stel ik, wat zoo menig-
werf ook door mij gezegd is. Dit uitwisschen
strekt, niet om het openbaar onderwijs te be
derven, maar wel om door volkomen neutraliteit
door godsdienstloosheid, tegen ongeloofspropa-
ganda te zijn gewaarborgdopdat de staats
school, waar geen christelijke school is, ofschoon
niet genoegzaam, althans bruikbaar voor ons zij"
Het teeendeel van wat Ds. Liingbeek beweert,
is dus waar het A. R. program dekt volkomen
dat, waarvoor Groen streed.
Over A. R. regeeringspolitiek handelend, zegt
Ds. Lingbeek
„Gods Woord b.v. dwong om partij te kiezen
voor het Protestantisme en tefjeri de afgoderij
van Rome en liet dus wel ruimte voor een
tolereeren van den Roomschen godsdienst, zoo
als de Vaderen dat gedaan hadden
Hier een vraagZou Ds. Lingbeek eens
willen aantoonen, hoe of waar „Gods Woord
ruimte toelaat voor een tolereeren van den
Roomschen godsdienst
Wij, antirevolutionairen, zijn ook van deze
meening, n.l. voor zoover het gaat over „het
ambt der Overheid" en daarom zijn wij van
oordeel, dat „Artikel 36" ten opzichte van dit
acbt den plicht „om te weren en uit te roeien
alle afgoderij en valschen godsdienst" onschrif-
tuurlijk gesteld heeft. Dit ijs nu juist, wat de
heer Lingbeek „Gemeene-gratie-poiitiék" noemt.
Dus frappeert het ons uitermate ditzelfde nu
uit Ds. Lingbeek's mond te vernemen.
Daarom vragen we hem Bewijs dit nu eens
uit Gods Woord? Niet om ons, antirevolutio
nairen, te vergewissen, maar om Uzelf en Uw
H. G. S.-ers te overtuigen, dat het A. R. be
ginsel in overeenstemming is met Gods Woord.
In hetzelfde nummer van „Staat en Kerk",
waarin we het bovenstaande vonden, lazen we
ook deze verklaring van den heer Jac. J.
W(oldendorp) te G(roningen)
„Wij, voor ons, hebben dan ook geen enkel
bezwaar tegen een politiek program, waarop
punten voorkomen, waarvan „men" zegt, dat
zij onbereikbaar zijn".
Niet waar Dat is nog eens politiek 1
Men richt een politieke partij op. Zij kiest
zich een program vol „onbereikbare punten".
Daar schrijft en praat men wat over, in kranten,
op kiezersvergaderingen, in de Tweede Kamer
en in Gemeenteraden, endan heeft men
zijn schuldigheid gedaan. Men schrijft b.v. in
zijn Statuten
„(De H. G. S.) wil, in overeenstemming met
Art. 36 der Ned. Geloofsbelijdenis, het hervormd
karakter van onze natie handhaven en tot zijn
recht doen komen in de grondwet"
men praat daar veel, heel veel over, maar
verwaarloost elk praktisch middel, waardoor
„de handhaving van de Christelijke grondslagen
van ons volksleven" bereikbaar is
men praat en schrijft veel, heel veel, maar legt
rustig den eed af op de grondwet, die met
zijn eigen beginselen, naar eigen verlaring, in
strijd iszit jaar na jaar in de Tweede Kamer,
en praat, maar wendt nimmer één praktische
poging aan om te komen tot een „grondwets
herziening in Nederlandschen zin", waarnaar
men zegt te „streven".
Men praat, en laat straks Nederland door de
vrijzinnige en sociaal-democratie regeeren
Men schrijft in zijn program
„(De H. G. S.j weigert derhalve te berusten
in hetgeen langp den weg der afscheiding en
in den vorm van „bijzondere" instellingen voor
't Christendom verregen wordt
Men schrijft en praat daar veel, heel veel
over. Men verwerpt de „bijzondere" school met
den Bijbel, men stelt den eisch, dat „op de
Overheidsschool aan de kinderen het Evangelie
wordt bekend gemaakt". Men praat daar alweer
veel, heel veel over; en laat...... rustig de kin
deren onzes volks op de Openbare school on
derwijzen en opvoeden door heele en halve
socialische en communistische onderwijzers.
Hoogstens jammert men daar eens over, als
men aan het Haagsche spoorwegstation de „roo-
de kindertjes" bij honderdtallen voor het roode
feest ziet arriveeren.
Men praat er over, maar breekt de politiek,
die daartegen den strijd voert, af. Men heeft
immers zelf geen bezwaar tegen een politiek
program, waarop punten voorkomen, die „on
bereikbaar zijn in een tijd, waarin de Christenen
in het politieke leven afs het ware tot einde-
looze machteloosheid gedoemd zijn".
Of er een politiek is, die niet alles, maar iets
bereiken kan, dat deert niet. Als men maar
een partij heeft en een program, waarover
men praten en schrijven kan 1
R. A. d. O.
MOORD EN ZELFMOORD?
Twee jonge menschen dood gevonden in
een hotelkamer te 's-Gravenhage.
Dinsdagmiddag heeft zich in een der kleine
hotels aan de Wagenstraat in Den Haag een
tragedie afgespeeld. Sinds Maandag logeerde
daar de 23-jarige student U. uit Leiden met
een tot nog toe onbekend gebleven meisje, dat
naar schatting eenige jaren jonger was dan hij.
Dat er oneenigheid bestond tusschen hen bleek
uit niets integendeel, de twee jonge menschen
waren oogschijnlijk heel opgewekt.
Dinsdagmiddag om 12 uur is de jongeman het
laatst gezien hij vroeg toen om de courant en
men kon niets bijzonders aan hem bemerken.
Een half uur later hoorde men twee klappen,
doch men schonk er geen aandacht aan. Toen
echter om half vier alles nog stil was en de
beide jongemenschen nog steeds niet aan tafel
waren verschenen, klopte men aan de deur van
hun kamer. Men kreeg echter geen gehoor en
toen men de deur wilde openen bleek deze op
slot te zijn. Met een reservesleutel werd zij
geopend en toen zag men beiden te bed liggen
in een bloedplas, met doorschoten hoofd. Het
meisje had een revolver in de hand.
Onmiddellijk werden de politie en de genees
kundigen dienst gewaarschuwd. Spoedig waren
de hoofdcommissaris van politie, de heer Van
't Sant, de commissaris, de heer Kramer, en de
substituut-officier van justitie, de heer Enger,
ter plaatse. De geneeskundige dienst constateer
de den dood en bracht de lijken naar het lijken
huisje in de Delistraat.
Naar nog wordt gemeld, verwerpen zoowel
bloedverwanten als vrienden van den jongeman
met stelligheid de veronderstelling, dat hij zelf
moord zou hebben gepleegd.
Nader wordt gemeld
De beide jonge menschen hadden reeds meer
malen samen in het hotel gelogeerd. De student
had zich altijd als koopman uit Rotterdam in
het register ingeschreven en voorgegeven, dat
het meisje zijn echtgenoote was. Ook ditmaal
stonden zij als zoodanig in het register vermeld.
Van te voren hadden zij reeds een kamer be
steld, waarbij werd opgegeven, dat zij Zondag
avond zouden aankomen. Zij kwamen echter
pas Maandagavond en gingen onmiddellijk naar
hun kamer.
Toen Dinsdagmorgen omstreeks 12 uur het
dienstmeisje thee ging brengen, trof zij de
jonge vrouw alleen aanzij had over haar
nachtkleeding den mantel aangetrokken. Zij
was opgewekt en zeide glimlachend tegen het
dienstmeisje„Weet u, dat hier nog een japon
van u hangt Neemt u die liever mee". Het
dienstmeisje is daarop weer naar de keuken
gegaan en even daarna kwam de jongeman bi)
haar en zeide op vroolijken toonGeeft u mij
even een lucifer voor mijn cigaret. Ongeveer
tien minuten later hoorde men de klappen.
Nader vernemen we nog, dat de jonge man
sinds eenige dagen uit het huis van zijn ouders
te Leiden verdwenen was en dat de ouders de
politie hadden verzocht, hem op te sporen.
Het onderzoek, dat de politie Woensdagnacht
heeft voortgezet in zake het tragische geval, dat
zich Dinsdagmiddag heeft afgespeeld in een
klein hotel aan de Wagenstraat in Den Haag,
heeft haar tot de overtuiging gebracht, dat men
hier inderdaad te doen heeft met een moord
gevolgd door zelfmoord. Het meisje, mej. J.,
die in den Haag woonde, was 20 jaar en werd
sinds eenige dagen uit de ouderlijke woning
vermist. Zij was afkomstig uit een hoogst fat-
soeulijk gezinhaar vader is een kleine bouw
ondernemer. Mej. J., die ook gunstig bekend
stond, was wel meer uit huis afwezig gedurende
eenige dagen, doch wist daarvoor dan steeds
een aannemelijke reden op te geven. De ouders
wisten echter, dat zij verkeering had met een
Leidschen student, maar waren er onkundig
van, dat zij met hem ook wel in een hotel
verbleef. Het meisje moet voor den jongeman
een groote liefde hebben gevoeld en had een
dweepzieke, sentimenteele natuur.
De ouders van den student hadden er zeer
op tegen, dat hij met mej. J. omgang had. Ver
moed wordt nu, dat hij haar heeft meegedeeld,
dat er van een huwelijk tusschen hen niets kon
komen, of dat zij dat uit zichzelf begrepen
heeft, waardoor de gemoedstoestand zou zijn
ontstaan, die haar ertoe geleid moet hebben
eerst haar geliefde en vervolgens zichzelf van
het leven te berooven.
Hiervan staat natuurlijk niets met absolute
zekerheid vast, maar het wordt de meest voor
de hand liggende veronderstelling geacht. De
politie en de ouders van den jongeman achten
het zeer onwaarschijnlijk, dat hij zelf eenig
aandeel aan moord of zelfmoord zou hebben
gehad. Hierop zou ook het feit duiden, dat
de student, even voordat de schoten in het hotel
werden gehoord, een courant had gevraagd. Uit
de houding van de beide lijken zou zijn op te
maken, dat de jongeman de courant moet
hebben zitten lezen, toen hij door den kogel
getroffen werd.
Toen de politie Dinsdagavond laat aan de
EETLU5T-0PWEKKEND. 1.30 p.fl.
ouders van mej. J. zeer omzichtig het gebeurde
meedeelde, waren zij radeloos.
De beide lijken zijn reeds Dinsdagavond vrij
gegeven. Dat van den stdent is Dinsdagavond
naar Leiden vervoerd.
Nader wordt gemeld
De medische student U. droeg vaak een re
volver bij zich, een Browning van zwaar kaliber,
tot het dragen waarvan hij gerechtigd was uit
hoofde van zijn militairen dienst. Met dezen
revolver zijn twee schoten gelostde beide
kogels zijn gevonden.
Zoowel de student als het meisje was ge
troffen ter zijde van het voorhoofd, in den slaap,
zoodat zij onmiddellijk na het vallen van het
schot dood moeten zijn geweest. Toen de politie
de hotelkamer binnen trad, vond zij het meisje
met de Browning in de rechterhand.
Het meisje zou eenige dagen geleden in hui-
selijken kring hebben gezegd, dat, indien zij
hem niet kon krijgen, het leven haar niets meer
waard was, en een ander hem ook niet zou
hebben. De student kwam geregeld bij mej. J.
thuis en haar ouders hadden op den omgang
niets tegen. Dit was wel het geval met zijn
ouders, die niet zoozeer iets tegen het meisje
hadden, maar er tegen waren, dat hun zoon
zich meer met haar, dan met zijn studie bezig
hield.
LASTIGE REIZIGERS.
Met den trein van 14.20 vertrokken Dinsdag
vier veehandelaren van het Maasstation te Rot
ter dam naar Gouda. De trein was nog niet in
beweging, of zij begonnen te vechten. Een
hunner, J. v. O. uit Haastrecht, kreeg er geducht
van langs en werd in korten tijd door het
tusschenschot van het compartiment gewerkt,
waardoor hij in een damescoupé terecht kwam.
In dit compartiment zat een jonge dame, die
zoo weinig gesteld was op het haar opgedragen
gezelschap, dat zij aan de noodrem trok. Toen
de trein tot stilstand kwam, had hij nog maar
net de Oude Plantage bereikt. Conducteurs
van den trein, bijgestaan door een paar ran
geerders, hebb ende vier handelaren uit den
trein gehaald en aan de politie overgeleverd.
Tegen drie hunner is procep-verbaal opgemaakt
wegens mishandeling. De Nederlandsche Spoor
wegen zullen trachten, de veroorzaakte schade
op de lastige reizigers te verhalen.
OPLICHTING.
Dezer dagen ontving een winkelier in Delft
een briefkaart, welke onbestelbaar was gebleken
en aan hem, die als afzender stond aangegeven,
was teruggezonden. De winkelier had de kaart
evenwel niet verzonden en gaf haar aan de
politie .Deze stelde een onderzoek in en toen
bleek, dat een manufacturier uit Delft en een
bode er werk van maakten, briefkaarten te ver
zenden aan grossiers te Rotterdam met bestel
lingen voor winkeliers in Delft. Als afzender
noemden zij te goeder naam en faam bekend
staande personen. De bode ging dan, zooge
naamd door den Delftschen winkelier gestuurd,
het bestelde bij de grossiers ophalen. De aldus
ontevangen goederen werden ten eigen bate
verkocht. Bij het adresseeren van een kaart
hebben zij zich evenwel verschreven, met het
gevolg, dat de kaart als onbestelbaar bij den
door hen als afzender aangegeven winkelier
is gekomen. Beiden zijn nu aangehoden en op
gesloten. Zij hebben enkele grossiers te Rotter
dam in het geheel voor 900 op deze wijze be
nadeeld.
DE DOOD VAN SHEBA.
Een struisvogel die een sardinenblik-
sleutel in haar maag had.
In den Londenschen dierentuin is de struisvo
gel Sheba gestorven, die daar gezien was. De
lijkopening van een struisvogel maakt altijd be
langstelling van de oppassers gaande, omdat er
dan muntstukken uit de maag te voorschijn ple
gen te komen die de bezoekers het dier tot be
vordering van zijn spijsvertering hebben voorge
worpen. Voorts komen er steenen uit, die in de
maag voor de vermaling van maïskorrels moe
ten dienen.
In Sheba's maag vond men slechts V/i stuiver
aann bronzen muntstukken, voorts de noodlge
steentjes en een sleutel voor het openen van een
sardinenblik van het bekende model, mvt eea
spleet waarmee men hvt blikje pakt en omdraait.
In het oog van dien sleutel zat echter een een
steen beklemt en deze combinatie was voor She
ba noodlottig geweest. Zoodat bij de lijkschou
wing uitgemaakt is dat de dood veroorzaakt
was door den sleutel voor het openen van een
sardinenblik.
DE ONBEWAAKTE OVERWEGEN.
Een man doodgereden.
Woensdagmiddag is op den onbewaakten
overweg te Molenhei onder Teteringen, de 46-
jarige ongehuwde H. Blom een der firmanten
van de leerfabriek gebrs. Blom te Oosterhout,
die per fiets den overweg passeerde door den D,
trein Berlijn-Vlissingen gegrepen.
In de afgeloopen week zijn de omzetten ter
beurze weer sterk ingekrompen, daar zich op een
enkele uitzondering na geen factoren voordeden,
die den ondernemingslust weer konden aanwak-
keren. De eenige stimulans was de Zaterdag be
kend geworden aanstaande uitgifte van de H.V.
A., waarop wij in ons vorig nummer konden wij- j
zen. Hierdoor was er de eerste dagen een vrij
groote affaire in dit fonds, doch ook hier luwde
de belangstelling zeer spoedig.
De berichten omtrent het verloop van de
New-Yorksche beurs luiden in de laatste tijden
veel gunstiger, doch de koersvariaties blijven
zeer gering, zoodat er van die zijde geen stimu- 1
lans voor ons publiek in te vinden is daar komt
bij, dat de Berlijnsche en Parijsche beurs, die j
beiden een langdurige hausseperiode achter den I
rug hebben, deze week sterk van aanbod te lij- t
den hadden, hetgeen op onze beurs voor somml-
ge fondsen met name Kunstzijde aandeelen een
ongunstige stemming teweeg bracht.
In de afdeeling der Mijnwaarden trokken deze
week aandeelen Redjang Lebong eenige aan
dacht, door de sombere uitlatingen van de Direc
tie in het pas verschenen jaarverslag. Het divi
dend ad 16 viel ook al niet mee, doch op
een veel lagere uitkeering dan verleden jaar was
al gerekend. Intusschen viel de koers toch van
210 %o p 168
In dit fonds is de Indische voorwetenschap
altijd een belangrijke factor, dat men ten onzent
eigenlijk nooit op wat voor publicaties ook kan
ingaan. I
Van de tinaandeelen hielden Singkep Tis zich
goed op oeqsen van 506 a 510 terwijl Billiton J
Tin meer vraag ontmoetten en tot 850 stegen. DeM\
resulteten over het afgeloopen jaar zijn bijzonder
gunstig geweest en brengen de tegenwoordige
hooge tinprijzen der Maatschappij nog meer
winst.
De Suikermarkt was deze week tamelijk vast
gestemd tengevolge van de betere houding van
d suikerprijzen op Cuba.
De dividenddeclaratie ad 30 van de H.V.
A. met het aangekondigde claimrecht en een
vooruitzicht op eenzelfde dividend op het ver-
groitte kapitaal voor dit jaar,' trok aanvankelijk
zeer groot belangstelling voor dit fonds, dat in
twee dagen tijds van 723 tot 776 opliep, om
daarna weer tot 760 te reageeren en 765 te
blijven.
Tegen den tijd dat de claims verhandeld zal 1'
worden, verwachten wij nieuwe belangstelling I
en adviseeren aandeelhouders hunne stukken te
behouden, en eventueel indien men niet wil in-
schrijven, den claims te realiseeren. Hiervoor j
zijn 7 claims noodig om 1 nieuw aandeel a pari
in te schrijven, terwijl het claimsrecht op den
huidigen oers c.a. 80 waard is.
Sommige incourante soorten ontmoetten eeni
ge vraag in verband met meevallende dividen- iJ
den, waaronder de Suiker Cultuur maatschappij,
dei 20 declareerde.
Van de zware soorten verbeterden o.a. Tjep-
per sterk, en stegen van 772 tot 808 naar wij j
vernemen zal het dividend 60 worden, ter
wijl het voor dit jaar weer op 100 getaxeerd i
wordtvergeleken bij de Watoe Toeli's, die
51 gaf en exdividend 840 noteert, is de Tjep-
per nog zeer koopwaardig.
De kunstzijdemarkt heeft deze week een zeer I
bewogen verloop gehad. Na aanvankelijk vast j
gestemd te zijn geweest, liep de markt de laatste
twee dagen scherp terug tengevolge van de zeer j
flauwe houding van de Berlijnsche beurs. De j
koersen waren ginds zoo sterk opgeloopen, dat
de reactie er des te heviger is geweesthet is
momenteel nog niet te overzien of de crisis
spoedig afgeloopen zal zijn, doch het wil voor
komen, dat er wel van hooger hand eenigen
steun verleend wordt, waardoor de dalende
richting spoedig tot staan is gebracht.
Openbare verkooping van een huis met schuur
te Stad aan 't Haringvliet, ten overstaan van
Notaris P. A. van Buuren te Middelharnis, op
Woensdag 18 Mei 1927 bij inzet en op
Woensdag 25 Mei 1927 bij afslag, telkens des
middags 4 uur (zomertijd), in café Smits te
Stad aan ,t Haringvliet. Eenige koopHet huis
met schuur en verdere getimmerten te Stad
aan 't Haringvliet, belast met het eeuwigdurend
recht van erfpacht van den grond kadastraal
aldaar bekend nummers 973 en 974, samen groot
1 Are 16 Centiaren.
Bewoond door Joost Kamerling te Stad aan 't
Haringvliet
Notaris VAN BUUREN.
Zaterdag 28 Mei bij inzet en Zaterdag 4 Juni
bij afslag, telkens des avonds 6 uur (zomertijd)
te Ouddorp in het Logement Akershoek van:
1.37,80 H.A. of 3 G. bouwland te Ouddorp,
in het West Nieuwland aan den Bontweg,
kadaster sectie A no. 338, in 3 perceelen en
in massa, 1,09,00 HA. of 2 G. 112 R.V.M,
bouwland te Ouddorp, in het West Nieuw»
land, aan den Groeneweg, kadaster sectie A
no. 170, in 2 perceelen en massa, 1,92,90 H.A.
of 4 G. 60 R.V.M. bouwland te Ouddorp, in
het Oudeland, in »Dimmenstee«, aan den
Nieuweweg, kadaster sectie D nos. 163 en 165,
in 4 perceelen en combinatiën en 0,99,00 H.A.
of 2 G. 47 R.V.M. weiland te Ouddorp, in
het Oudeland aan den Lageweg, kadaster
sectie D no. 151, in 1 perceel. Het bouwland
is blootschoof 1927 en het weiland is 1 Nov.
1927 door de koopers in gebruik te aanvaar»
den. Ten verzoeke van den heer C. Lodder
J.Czoon te Ouddorp.
Cofl
aan
dat
eem
noc
eerm
veil
zwI
pre
pai|
8
nul
zet I
vol
A.[
te
tiei
te
5