oor den Jfondag VITRAGE COHEN KINADRUPPELS Economisch uieehooerzicM. "I Hel goedkoopste, Hel grootste, Het meest gesorteerd Hoeden- en Pettenmagazljn PSALM 94 19. II. Hoe men de Miezers voorlicht. TEGEN VEEL VER MINDERDE PRIJZEN RUIMEN WIJ OP PRACHTIGE LAPPEN DIVERSE MATEN OVERGEBLEVEN LIN NEN GO R D IJ N E N. EXTRA GOEDKOOP DIRKSLAND Gemengd .Nieuws. Dr. H.NANNING's V er koopingen. Notaris VAN DEN BERG, VOO» ELK «'IN KDU9 Klpotraat 85>87 1 Rotterdam gV ZIE DE 5 ETALAGES Voor Hoeden No. 85. Voor Petten No. 87 Aanbevelend, HENIGER JP. die opgewektheid, die geloofszekerheid, maar ook die strenge puriteinsche levenswandel, die geheele overgave aan GodWat een weelde voor onze jeugd in zulke kringen opgevoed te mogen worden Moge ons volk dat weer eens goed leeren verstaan, dat het leven der dankbaarheid een eerste levenseisch is, want hierdoor moet niet slechts de wereld gewonnen worden voor Chris tus, volgens onzen Heidelberger, maar evenzeer ons opkomend geslacht bewaard blijven van den afval, die in onze dagen zoo ernstig toe neemt. UITKIJK. „Als mijn gedachten binnen in mij ver menigvuldigd werden, hebben Uw ver troostingen mijn ziel verkwikt". (Slot). Het kunnen bange oogenblikken zijn als onze gedachten in ons vermenig vuldigd worden en wij ons voor onop losbare raadselen geplaatst zien. Indien de Heere ons dan aan ons zeiven over liet, zouden wij, door den maalstroom onzer gedachten meegesleurd, in den afgrond van ongeloof en wanhoop ver zinken. Maar God laat niet varen het werk Zijner handen, maar is tot onze hulp nabij. Dan zijn 't alleen Zijn ver troostingen, die ons bemoedigen, ster ken en verkwikken kunnen. Troost heeft ieder mensch noodig bij zoovele benauwende gedachten, br is niemand of hij zoekt troost. Zijn hand grijpt naar iets, waaraan hij zich kan vastklemmen, waar zooveel hem ontvalt Maar, helaas, velen vinden geen steun, geen verkwikking, geen troost, geen licht, omdat zij 't zoeken, waar het niet te vinden is. Neen, 't helpt niet, of wij al trachten hetgeen ons benauwt, van ons af te zetten. Het is een vruchteloos werk door verstrooiing te willen ver geten wat ons drukt, 't Gaat niet al die bange gedachten, die in ons opkomen, zoo maar op zijde te zetten en onze oogen voor de werkelijkheid te sluiten. Wij kunnen misschien voor een oogen- blik ons misleiden of ons iets opdringen maar in dezen weg wordt de ware troost niet gevonden. Ons hart blijft bij -dat alles onrustig. Troost, blij venden troost kan God alleen geven. Hij verkwikt de vragens- moede ziel door de beloften van Zijn woord en de werking van Zijn Geest. Wanneer uw gedachten in u vermenig vuldigd worden, vlucht dan tot Hem en geef u in kinderlijk geloof aan Hem over. Houd op met peinzen en vragen en houd u aan Zijn Woord, dat Hij in Christus voor tijd en eeuwigheid de God is van allen, die op Hem betrou wen. In die belofte ligt zooveel, ligt alles opgesloten. Zijn woord verzekert 't ons, dat Hij regeert met wijsheid en rechtvaardigheid. Hoe wonderlijk en ondoorgrondelijk ook Zijn wegen zijn, 't zal eenmaal blijken, dat alle dingen hebben meegewerkt ten goede denge nen, dit Hem liefgehad hebben en naar Zijn voornemen geroepen zijn. Wij moeten met lijdzaamheid het einde af wachten. De Heere zal eenmaal open lijk recht doen. De goddelooze zal van Zijn aangzicht vlieden en de rechtvaar dige zich verblijden. Ja, de Heere doet hier reeds in het leed verstaan, dat Hij God is, zoodat wij de hand op den mond liggen en zwijgend aanbidden. Soms doet Hij ons zien, hoe goed 't voor ons was verdrukt te zijn. Hij geeft Zijn volk wel eens psalmen in den nacht, zoodat zij in druk nog Zijn lof vertellen en onder al hun ellende zich rijk ge voelen in Hem. En als de gedachte aan onze zonden ons verschrikt, ook dan is Hij 't alleen, die ons recht kan troos ten. Het geeft een aan zich zeiven ont dekten zondaar geen troost, wanneer de menschen hem zeggen, dat hij de zonde niet zoo zwaar moet nemen. Het schenkt hem geen rust als anderen hem wijzen op zijn deugden of de algemeene goedheid Gods. Vrede geeft hem de verzekering, dat God utit loutere genade de zonde vergeeft om het slachtoffer van Jezus Christus, aan het kruis vol bracht. Het geloof, dat God den god delooze rechtvaardigt en hem de ge rechtigheid van Christus toerekent, doet den storm in zijn binnenste be daren. Zulke vertroostingen had de dichter gesmaakt. Hij zegt, dat ze zijn ziel ver kwikt hebben. Hij spreekt van een ver leden tijd. Van zulke ervaringen weet elk kind van God te spreken. De Heere heeft hem niet begeven, hem in veel leed ondersteund, uit vele benauwd heden gered. Hij heeft bange tijden doorleefd, maar ook ondervonden de trouw van zijn God, die hem uit den maalstroom zijner gedachten verloste en hem door de vertroostingen van Zijn woord en Geest rust en vrede schonk. Maar die vertroostingen hebben wij gedurig noodig. Het is niet genoeg, die eens voor een enkele maal in ons leven te ondervinden, ünze gedachten staan niet stil. Satan houdt niet op ons aan te vechten om ons aan het wankelen te brengen. Telkens komt hij weer met nieuwe verzoekingen tot ons. Hij mis gunt ons den troost en is er steeds op uit den vrede uit ons hart weg te nemen Is de rust in het hart wedergekeerd, dan is er maar een kleinigheidje noodig om den storm weer op te wekken. Helaas, wij geven maar al te zeer voet aan twij felmoedige gedachten en loopen daar door gevaar telkens daarin verward te worden. Daarom kunnen wij ons leven lang de vertroostingen Gods niet missen. Maar de Heere onthoudt die ons ook niet. Hij wijkt van ons niet met Zijn Geest. Hij wil ons telkens weer opnieuw vertroosten en zorgt, dat 't ons aan niets ontbreekt, wat wij noodig hebben naar gelang van de omstandig heden. Hij gaf ons voor iederen dag Zijn woord tot een lamp voor onzen voet en een licht op ons pad. Hij brengt ons eiken rustdag onder de verkondi ging daarvan om ons te sterken tot den strijd, en stelde het sacrament in tot een spijze en drank voor onze hon gerige en dorstige zielen. Hij weet hoe machtig en talrijk onze vijanden zijn, en dat wij zwak van moed en klein van krachten zijn. Zoo hebben wij dan gedurig onze twijfelmoedige vragen voor den Heere te brengen om in Zijn vertroostingen de rust te hervinden. Nooit wordt Hij tevergeefs gezocht. Het wordt telkens weer ervaren, dat het licht gezaaid is voor den rechtvaardige en vroolijkheid veor de oprechten van hart. Tot den verslagene van hart zegt Hij„wees welgemoed, uw zonden zijn u verge ven". „Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven, hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schen ken De heer Lingbeek heeft in zijn rede op de jaarvergadering der H. G. S. ook gesproken over de A. R. onderwijspolitiek. Hij zeide daarvan „En aangaande de school heette het in artikel 12 van het antirevolutionaire program (dus niet in de uitlegging van het Program door Dr. Kuy- pe zelf) „De antirevolutionaire richting „voor- kome dat de overheidsscholen voorzoover noo dig, tot propaganda van godsdienstige of van tegen den godsdienst gekeerde begrippen mis bruikt worden." „De antirevolutionaire richting acht, ja noemt het dus een „misbruik", wanneer in een Chris tenland als het onze op de overheidsschool aan de kinderen het evan.gelie wordt bekend ge maakt En de uitwerking (daarvan, dus in par. 171, lezen wij„dat in aJle overheidsscholen geen andere opvoeding plaats zou mogen grijpen, dan tot orde en tucht, waarheidszin en rechtsbesef, volharding en zindelijkheid. „Zoo werd door de nieuwe leer uit alle openbare instellingen, voor het behoud van wier Christelijk karakter Groen zoo had gestreden, uit beginsel, alle geopenbaarde, ja zelfs alle natuurlijke godsdienst uitgebannen". Tot zoover Ds. Eingbeek. We willen hier bij zijn kiezersvoorlichting twee kanetteekeningen plaatesen 1. het mededeelen van halve waarheden en het verzwijgen van de andere helft, kan het dienen van de xnmaarheid zijn. De heer Lingbeek vermoffelt de helft van de waarheid in hetgeen hij it par. 171 (het is 172) van Ons Program citeert. Het door hem medegedeelde vervolgt met deze woorden „Zoo echter, dat de ouders, wier kinderen op zulk een school gingen (miset eenstemmig zijnde) het geven vain onderwijs in den gods dienst op een door hun kerk aan te wijzen voet, zouden kunnen eischen 2. de voorstelling, alsof het A. R. Program te dezer zake in strijd zou zijn met datgene, waarvoor Groen zou hebben gestreden, is on waar hetgeen blijkt uit wat Groen schreef in zijn „Onus schoolwet-program 1896" over den eisch tot schrapping van het woord „Christe lijk" in art. 23 der Schoolwet. „Op den voorgrond stel ik, wat zoo menig- werf ook door mij gezegd is. Dit uitwisschen strekt, niet om het openbaar onderwijs te be derven, maar wel om door volkomen neutraliteit door godsdienstloosheid, tegen ongeloofspropa- ganda te zijn gewaarborgdopdat de staats school, waar geen christelijke school is, ofschoon niet genoegzaam, althans bruikbaar voor ons zij" Het teeendeel van wat Ds. Liingbeek beweert, is dus waar het A. R. program dekt volkomen dat, waarvoor Groen streed. Over A. R. regeeringspolitiek handelend, zegt Ds. Lingbeek „Gods Woord b.v. dwong om partij te kiezen voor het Protestantisme en tefjeri de afgoderij van Rome en liet dus wel ruimte voor een tolereeren van den Roomschen godsdienst, zoo als de Vaderen dat gedaan hadden Hier een vraagZou Ds. Lingbeek eens willen aantoonen, hoe of waar „Gods Woord ruimte toelaat voor een tolereeren van den Roomschen godsdienst Wij, antirevolutionairen, zijn ook van deze meening, n.l. voor zoover het gaat over „het ambt der Overheid" en daarom zijn wij van oordeel, dat „Artikel 36" ten opzichte van dit acbt den plicht „om te weren en uit te roeien alle afgoderij en valschen godsdienst" onschrif- tuurlijk gesteld heeft. Dit ijs nu juist, wat de heer Lingbeek „Gemeene-gratie-poiitiék" noemt. Dus frappeert het ons uitermate ditzelfde nu uit Ds. Lingbeek's mond te vernemen. Daarom vragen we hem Bewijs dit nu eens uit Gods Woord? Niet om ons, antirevolutio nairen, te vergewissen, maar om Uzelf en Uw H. G. S.-ers te overtuigen, dat het A. R. be ginsel in overeenstemming is met Gods Woord. In hetzelfde nummer van „Staat en Kerk", waarin we het bovenstaande vonden, lazen we ook deze verklaring van den heer Jac. J. W(oldendorp) te G(roningen) „Wij, voor ons, hebben dan ook geen enkel bezwaar tegen een politiek program, waarop punten voorkomen, waarvan „men" zegt, dat zij onbereikbaar zijn". Niet waar Dat is nog eens politiek 1 Men richt een politieke partij op. Zij kiest zich een program vol „onbereikbare punten". Daar schrijft en praat men wat over, in kranten, op kiezersvergaderingen, in de Tweede Kamer en in Gemeenteraden, endan heeft men zijn schuldigheid gedaan. Men schrijft b.v. in zijn Statuten „(De H. G. S.) wil, in overeenstemming met Art. 36 der Ned. Geloofsbelijdenis, het hervormd karakter van onze natie handhaven en tot zijn recht doen komen in de grondwet" men praat daar veel, heel veel over, maar verwaarloost elk praktisch middel, waardoor „de handhaving van de Christelijke grondslagen van ons volksleven" bereikbaar is men praat en schrijft veel, heel veel, maar legt rustig den eed af op de grondwet, die met zijn eigen beginselen, naar eigen verlaring, in strijd iszit jaar na jaar in de Tweede Kamer, en praat, maar wendt nimmer één praktische poging aan om te komen tot een „grondwets herziening in Nederlandschen zin", waarnaar men zegt te „streven". Men praat, en laat straks Nederland door de vrijzinnige en sociaal-democratie regeeren Men schrijft in zijn program „(De H. G. S.j weigert derhalve te berusten in hetgeen langp den weg der afscheiding en in den vorm van „bijzondere" instellingen voor 't Christendom verregen wordt Men schrijft en praat daar veel, heel veel over. Men verwerpt de „bijzondere" school met den Bijbel, men stelt den eisch, dat „op de Overheidsschool aan de kinderen het Evangelie wordt bekend gemaakt". Men praat daar alweer veel, heel veel over; en laat...... rustig de kin deren onzes volks op de Openbare school on derwijzen en opvoeden door heele en halve socialische en communistische onderwijzers. Hoogstens jammert men daar eens over, als men aan het Haagsche spoorwegstation de „roo- de kindertjes" bij honderdtallen voor het roode feest ziet arriveeren. Men praat er over, maar breekt de politiek, die daartegen den strijd voert, af. Men heeft immers zelf geen bezwaar tegen een politiek program, waarop punten voorkomen, die „on bereikbaar zijn in een tijd, waarin de Christenen in het politieke leven afs het ware tot einde- looze machteloosheid gedoemd zijn". Of er een politiek is, die niet alles, maar iets bereiken kan, dat deert niet. Als men maar een partij heeft en een program, waarover men praten en schrijven kan 1 R. A. d. O. MOORD EN ZELFMOORD? Twee jonge menschen dood gevonden in een hotelkamer te 's-Gravenhage. Dinsdagmiddag heeft zich in een der kleine hotels aan de Wagenstraat in Den Haag een tragedie afgespeeld. Sinds Maandag logeerde daar de 23-jarige student U. uit Leiden met een tot nog toe onbekend gebleven meisje, dat naar schatting eenige jaren jonger was dan hij. Dat er oneenigheid bestond tusschen hen bleek uit niets integendeel, de twee jonge menschen waren oogschijnlijk heel opgewekt. Dinsdagmiddag om 12 uur is de jongeman het laatst gezien hij vroeg toen om de courant en men kon niets bijzonders aan hem bemerken. Een half uur later hoorde men twee klappen, doch men schonk er geen aandacht aan. Toen echter om half vier alles nog stil was en de beide jongemenschen nog steeds niet aan tafel waren verschenen, klopte men aan de deur van hun kamer. Men kreeg echter geen gehoor en toen men de deur wilde openen bleek deze op slot te zijn. Met een reservesleutel werd zij geopend en toen zag men beiden te bed liggen in een bloedplas, met doorschoten hoofd. Het meisje had een revolver in de hand. Onmiddellijk werden de politie en de genees kundigen dienst gewaarschuwd. Spoedig waren de hoofdcommissaris van politie, de heer Van 't Sant, de commissaris, de heer Kramer, en de substituut-officier van justitie, de heer Enger, ter plaatse. De geneeskundige dienst constateer de den dood en bracht de lijken naar het lijken huisje in de Delistraat. Naar nog wordt gemeld, verwerpen zoowel bloedverwanten als vrienden van den jongeman met stelligheid de veronderstelling, dat hij zelf moord zou hebben gepleegd. Nader wordt gemeld De beide jonge menschen hadden reeds meer malen samen in het hotel gelogeerd. De student had zich altijd als koopman uit Rotterdam in het register ingeschreven en voorgegeven, dat het meisje zijn echtgenoote was. Ook ditmaal stonden zij als zoodanig in het register vermeld. Van te voren hadden zij reeds een kamer be steld, waarbij werd opgegeven, dat zij Zondag avond zouden aankomen. Zij kwamen echter pas Maandagavond en gingen onmiddellijk naar hun kamer. Toen Dinsdagmorgen omstreeks 12 uur het dienstmeisje thee ging brengen, trof zij de jonge vrouw alleen aanzij had over haar nachtkleeding den mantel aangetrokken. Zij was opgewekt en zeide glimlachend tegen het dienstmeisje„Weet u, dat hier nog een japon van u hangt Neemt u die liever mee". Het dienstmeisje is daarop weer naar de keuken gegaan en even daarna kwam de jongeman bi) haar en zeide op vroolijken toonGeeft u mij even een lucifer voor mijn cigaret. Ongeveer tien minuten later hoorde men de klappen. Nader vernemen we nog, dat de jonge man sinds eenige dagen uit het huis van zijn ouders te Leiden verdwenen was en dat de ouders de politie hadden verzocht, hem op te sporen. Het onderzoek, dat de politie Woensdagnacht heeft voortgezet in zake het tragische geval, dat zich Dinsdagmiddag heeft afgespeeld in een klein hotel aan de Wagenstraat in Den Haag, heeft haar tot de overtuiging gebracht, dat men hier inderdaad te doen heeft met een moord gevolgd door zelfmoord. Het meisje, mej. J., die in den Haag woonde, was 20 jaar en werd sinds eenige dagen uit de ouderlijke woning vermist. Zij was afkomstig uit een hoogst fat- soeulijk gezinhaar vader is een kleine bouw ondernemer. Mej. J., die ook gunstig bekend stond, was wel meer uit huis afwezig gedurende eenige dagen, doch wist daarvoor dan steeds een aannemelijke reden op te geven. De ouders wisten echter, dat zij verkeering had met een Leidschen student, maar waren er onkundig van, dat zij met hem ook wel in een hotel verbleef. Het meisje moet voor den jongeman een groote liefde hebben gevoeld en had een dweepzieke, sentimenteele natuur. De ouders van den student hadden er zeer op tegen, dat hij met mej. J. omgang had. Ver moed wordt nu, dat hij haar heeft meegedeeld, dat er van een huwelijk tusschen hen niets kon komen, of dat zij dat uit zichzelf begrepen heeft, waardoor de gemoedstoestand zou zijn ontstaan, die haar ertoe geleid moet hebben eerst haar geliefde en vervolgens zichzelf van het leven te berooven. Hiervan staat natuurlijk niets met absolute zekerheid vast, maar het wordt de meest voor de hand liggende veronderstelling geacht. De politie en de ouders van den jongeman achten het zeer onwaarschijnlijk, dat hij zelf eenig aandeel aan moord of zelfmoord zou hebben gehad. Hierop zou ook het feit duiden, dat de student, even voordat de schoten in het hotel werden gehoord, een courant had gevraagd. Uit de houding van de beide lijken zou zijn op te maken, dat de jongeman de courant moet hebben zitten lezen, toen hij door den kogel getroffen werd. Toen de politie Dinsdagavond laat aan de EETLU5T-0PWEKKEND. 1.30 p.fl. ouders van mej. J. zeer omzichtig het gebeurde meedeelde, waren zij radeloos. De beide lijken zijn reeds Dinsdagavond vrij gegeven. Dat van den stdent is Dinsdagavond naar Leiden vervoerd. Nader wordt gemeld De medische student U. droeg vaak een re volver bij zich, een Browning van zwaar kaliber, tot het dragen waarvan hij gerechtigd was uit hoofde van zijn militairen dienst. Met dezen revolver zijn twee schoten gelostde beide kogels zijn gevonden. Zoowel de student als het meisje was ge troffen ter zijde van het voorhoofd, in den slaap, zoodat zij onmiddellijk na het vallen van het schot dood moeten zijn geweest. Toen de politie de hotelkamer binnen trad, vond zij het meisje met de Browning in de rechterhand. Het meisje zou eenige dagen geleden in hui- selijken kring hebben gezegd, dat, indien zij hem niet kon krijgen, het leven haar niets meer waard was, en een ander hem ook niet zou hebben. De student kwam geregeld bij mej. J. thuis en haar ouders hadden op den omgang niets tegen. Dit was wel het geval met zijn ouders, die niet zoozeer iets tegen het meisje hadden, maar er tegen waren, dat hun zoon zich meer met haar, dan met zijn studie bezig hield. LASTIGE REIZIGERS. Met den trein van 14.20 vertrokken Dinsdag vier veehandelaren van het Maasstation te Rot ter dam naar Gouda. De trein was nog niet in beweging, of zij begonnen te vechten. Een hunner, J. v. O. uit Haastrecht, kreeg er geducht van langs en werd in korten tijd door het tusschenschot van het compartiment gewerkt, waardoor hij in een damescoupé terecht kwam. In dit compartiment zat een jonge dame, die zoo weinig gesteld was op het haar opgedragen gezelschap, dat zij aan de noodrem trok. Toen de trein tot stilstand kwam, had hij nog maar net de Oude Plantage bereikt. Conducteurs van den trein, bijgestaan door een paar ran geerders, hebb ende vier handelaren uit den trein gehaald en aan de politie overgeleverd. Tegen drie hunner is procep-verbaal opgemaakt wegens mishandeling. De Nederlandsche Spoor wegen zullen trachten, de veroorzaakte schade op de lastige reizigers te verhalen. OPLICHTING. Dezer dagen ontving een winkelier in Delft een briefkaart, welke onbestelbaar was gebleken en aan hem, die als afzender stond aangegeven, was teruggezonden. De winkelier had de kaart evenwel niet verzonden en gaf haar aan de politie .Deze stelde een onderzoek in en toen bleek, dat een manufacturier uit Delft en een bode er werk van maakten, briefkaarten te ver zenden aan grossiers te Rotterdam met bestel lingen voor winkeliers in Delft. Als afzender noemden zij te goeder naam en faam bekend staande personen. De bode ging dan, zooge naamd door den Delftschen winkelier gestuurd, het bestelde bij de grossiers ophalen. De aldus ontevangen goederen werden ten eigen bate verkocht. Bij het adresseeren van een kaart hebben zij zich evenwel verschreven, met het gevolg, dat de kaart als onbestelbaar bij den door hen als afzender aangegeven winkelier is gekomen. Beiden zijn nu aangehoden en op gesloten. Zij hebben enkele grossiers te Rotter dam in het geheel voor 900 op deze wijze be nadeeld. DE DOOD VAN SHEBA. Een struisvogel die een sardinenblik- sleutel in haar maag had. In den Londenschen dierentuin is de struisvo gel Sheba gestorven, die daar gezien was. De lijkopening van een struisvogel maakt altijd be langstelling van de oppassers gaande, omdat er dan muntstukken uit de maag te voorschijn ple gen te komen die de bezoekers het dier tot be vordering van zijn spijsvertering hebben voorge worpen. Voorts komen er steenen uit, die in de maag voor de vermaling van maïskorrels moe ten dienen. In Sheba's maag vond men slechts V/i stuiver aann bronzen muntstukken, voorts de noodlge steentjes en een sleutel voor het openen van een sardinenblik van het bekende model, mvt eea spleet waarmee men hvt blikje pakt en omdraait. In het oog van dien sleutel zat echter een een steen beklemt en deze combinatie was voor She ba noodlottig geweest. Zoodat bij de lijkschou wing uitgemaakt is dat de dood veroorzaakt was door den sleutel voor het openen van een sardinenblik. DE ONBEWAAKTE OVERWEGEN. Een man doodgereden. Woensdagmiddag is op den onbewaakten overweg te Molenhei onder Teteringen, de 46- jarige ongehuwde H. Blom een der firmanten van de leerfabriek gebrs. Blom te Oosterhout, die per fiets den overweg passeerde door den D, trein Berlijn-Vlissingen gegrepen. In de afgeloopen week zijn de omzetten ter beurze weer sterk ingekrompen, daar zich op een enkele uitzondering na geen factoren voordeden, die den ondernemingslust weer konden aanwak- keren. De eenige stimulans was de Zaterdag be kend geworden aanstaande uitgifte van de H.V. A., waarop wij in ons vorig nummer konden wij- j zen. Hierdoor was er de eerste dagen een vrij groote affaire in dit fonds, doch ook hier luwde de belangstelling zeer spoedig. De berichten omtrent het verloop van de New-Yorksche beurs luiden in de laatste tijden veel gunstiger, doch de koersvariaties blijven zeer gering, zoodat er van die zijde geen stimu- 1 lans voor ons publiek in te vinden is daar komt bij, dat de Berlijnsche en Parijsche beurs, die j beiden een langdurige hausseperiode achter den I rug hebben, deze week sterk van aanbod te lij- t den hadden, hetgeen op onze beurs voor somml- ge fondsen met name Kunstzijde aandeelen een ongunstige stemming teweeg bracht. In de afdeeling der Mijnwaarden trokken deze week aandeelen Redjang Lebong eenige aan dacht, door de sombere uitlatingen van de Direc tie in het pas verschenen jaarverslag. Het divi dend ad 16 viel ook al niet mee, doch op een veel lagere uitkeering dan verleden jaar was al gerekend. Intusschen viel de koers toch van 210 %o p 168 In dit fonds is de Indische voorwetenschap altijd een belangrijke factor, dat men ten onzent eigenlijk nooit op wat voor publicaties ook kan ingaan. I Van de tinaandeelen hielden Singkep Tis zich goed op oeqsen van 506 a 510 terwijl Billiton J Tin meer vraag ontmoetten en tot 850 stegen. DeM\ resulteten over het afgeloopen jaar zijn bijzonder gunstig geweest en brengen de tegenwoordige hooge tinprijzen der Maatschappij nog meer winst. De Suikermarkt was deze week tamelijk vast gestemd tengevolge van de betere houding van d suikerprijzen op Cuba. De dividenddeclaratie ad 30 van de H.V. A. met het aangekondigde claimrecht en een vooruitzicht op eenzelfde dividend op het ver- groitte kapitaal voor dit jaar,' trok aanvankelijk zeer groot belangstelling voor dit fonds, dat in twee dagen tijds van 723 tot 776 opliep, om daarna weer tot 760 te reageeren en 765 te blijven. Tegen den tijd dat de claims verhandeld zal 1' worden, verwachten wij nieuwe belangstelling I en adviseeren aandeelhouders hunne stukken te behouden, en eventueel indien men niet wil in- schrijven, den claims te realiseeren. Hiervoor j zijn 7 claims noodig om 1 nieuw aandeel a pari in te schrijven, terwijl het claimsrecht op den huidigen oers c.a. 80 waard is. Sommige incourante soorten ontmoetten eeni ge vraag in verband met meevallende dividen- iJ den, waaronder de Suiker Cultuur maatschappij, dei 20 declareerde. Van de zware soorten verbeterden o.a. Tjep- per sterk, en stegen van 772 tot 808 naar wij j vernemen zal het dividend 60 worden, ter wijl het voor dit jaar weer op 100 getaxeerd i wordtvergeleken bij de Watoe Toeli's, die 51 gaf en exdividend 840 noteert, is de Tjep- per nog zeer koopwaardig. De kunstzijdemarkt heeft deze week een zeer I bewogen verloop gehad. Na aanvankelijk vast j gestemd te zijn geweest, liep de markt de laatste twee dagen scherp terug tengevolge van de zeer j flauwe houding van de Berlijnsche beurs. De j koersen waren ginds zoo sterk opgeloopen, dat de reactie er des te heviger is geweesthet is momenteel nog niet te overzien of de crisis spoedig afgeloopen zal zijn, doch het wil voor komen, dat er wel van hooger hand eenigen steun verleend wordt, waardoor de dalende richting spoedig tot staan is gebracht. Openbare verkooping van een huis met schuur te Stad aan 't Haringvliet, ten overstaan van Notaris P. A. van Buuren te Middelharnis, op Woensdag 18 Mei 1927 bij inzet en op Woensdag 25 Mei 1927 bij afslag, telkens des middags 4 uur (zomertijd), in café Smits te Stad aan ,t Haringvliet. Eenige koopHet huis met schuur en verdere getimmerten te Stad aan 't Haringvliet, belast met het eeuwigdurend recht van erfpacht van den grond kadastraal aldaar bekend nummers 973 en 974, samen groot 1 Are 16 Centiaren. Bewoond door Joost Kamerling te Stad aan 't Haringvliet Notaris VAN BUUREN. Zaterdag 28 Mei bij inzet en Zaterdag 4 Juni bij afslag, telkens des avonds 6 uur (zomertijd) te Ouddorp in het Logement Akershoek van: 1.37,80 H.A. of 3 G. bouwland te Ouddorp, in het West Nieuwland aan den Bontweg, kadaster sectie A no. 338, in 3 perceelen en in massa, 1,09,00 HA. of 2 G. 112 R.V.M, bouwland te Ouddorp, in het West Nieuw» land, aan den Groeneweg, kadaster sectie A no. 170, in 2 perceelen en massa, 1,92,90 H.A. of 4 G. 60 R.V.M. bouwland te Ouddorp, in het Oudeland, in »Dimmenstee«, aan den Nieuweweg, kadaster sectie D nos. 163 en 165, in 4 perceelen en combinatiën en 0,99,00 H.A. of 2 G. 47 R.V.M. weiland te Ouddorp, in het Oudeland aan den Lageweg, kadaster sectie D no. 151, in 1 perceel. Het bouwland is blootschoof 1927 en het weiland is 1 Nov. 1927 door de koopers in gebruik te aanvaar» den. Ten verzoeke van den heer C. Lodder J.Czoon te Ouddorp. Cofl aan dat eem noc eerm veil zwI pre pai| 8 nul zet I vol A.[ te tiei te 5

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1927 | | pagina 2