voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
Antirevolutionair
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
No. 3315
WOENSDAG 30 MAART 1927
42STE JAARGANG
Uit de Pers.
Q3£ÈIHHinm3
Officieel Gedeelte.
Gemeenteraad.
W. BOEKHOVEN ZONEN
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Ad ver ten tiëst en verdere Ad minis tra tl e, franco toe te zenden aan de Uitgevers
Dc candidatenlijst der Antirevolu
tionaire Partij voor de Staten van Zuid
Holland is als volgt samengesteld
C, WARNAER, Dirksland.
J. C. DIEPENHORST, Strijen.
Dr. J. SEVERIJN, Dordrecht.
A. R. VAN NES Cz., Rijsoord.
W. J. DONKERSLOOT,
Ooltgensplaat.
C. VAN ANDEL, Zuidland.
P. KöGELER, Zwijndrecht.
L. VAN VLIET, Westmaas.
A. VAN VLIET, Slikkerveer.
J. VAN DER LINDE, Tinte.
Stemt op 6 April No. 1 van lijst 6,
den heer C. WARNAER G.Lz. te
Dirksland..
Vier bakens.
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post f 1.- hij vooruitbetaling.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING lOcent per regel
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
Colijn komt toch
Na het teleurstellend bericht, dat de Heer
Colijn Dinsdag niet kon spreken te Middel*
harnis, is nog een uiterste poging gedaan>
met dit succes, dat onze Partijleider D.V.
Zaterdag 2 April zal komen.
De plaats en de tijd van aanvang blijven
onveranderd.
Laat AntieRev. Flakkee trouw betoonen.
De Geref. Kerk in Middelharnis is groot
genoeg 1
Plaatsen zullen er niet licht tekort zijn.
En laten ook onze vrouwen medekomen.
Wat de Heer Colijn te zeggen heeft geldt
ons allen.
V Ook onze Vrouwen.
De Anti<Rev. Partij blijft het Vrouwen
kiesrecht wraken.
Aldus was de uitspraak der Deputaten»ver»
gadering in 1921.
Zij staat nog op hetzelfde standpunt.
Niet omdat de H. Schrift het vrouwen»
kiesrecht verbiedt
In dat geval mogen onzen vrouwen niet
stemmen en ware het aanvaarden van zetels
die door vrouwenstemmen verkregen zijn
zondig.
Maar omdat wij opkomen voor het organisch
kiesrecht.
Daarvoor blijft de A. R. Partij het pleit
voeren.
En in dit organisch kiesrecht is ook plaats
voor vrouwenkiesrecht, mits zij optreedt als
hoofd des gezins.
Men gevoelt, dat de A. R. Partij nooit het
vrouwenkiesrecht als in strijd met Gods Wood
geacht heeft.
Daarom heeft de A. R. Partij geen princi»
pieel bezwaar gehad om, uu wij gedwongen
werden op het pad van het revolutionair»
individualistisch kiesrecht een stap verder te
gaan, ook de A.»R. vrouwen op te roepen
haar plicht te vervullen.
Gelukkig hebben onze vrouwen schier zon»
der uitzondering, dien plicht verstaan.
De uitslag der verschillende .stemmingen
heeft aangetoond, dat niet slechts de A.=R.
vrouwen, maar ook duizende vrouwen der
S. G. P., hun stemplicht n kwamen.
Intuitief blijken zij te gevoelen, dat er ge»
vaar dreigt, dat het gaat om onze hoogste
goederen, waarbij óók het gezinsleven, óók
de opvoeding der kinderen, óók de ecre»positie
der vrouw betrokken worden.
Een opwekking tot onze vrouwen is dus
overbodig.
Ook nu zullen zij trouw opkomen naast
hun mannen en broeders en aan de stembus
hun getuigenis afleggen: tegen de Revolutie
het Evangelie I
V Groen en de S.G.P.
De heer Kuijk doet in De Banier van 24
Maart nog een wanhopig» poging om de kie»
zers aan het verstand te b):engen, dat: Groen
anti.papist was.
Hij weet niet beter te doen dan to t twee»
maal een zelfde citaat uit een van Groen's
werken over te schrijven.
Als dat de vrucht is van eea Groen» studie
is ze wel heel schraal.
Kan de heer Kuijk niet ander; vinden
Wij gelooven dat we nog wel scherpere uit»
latingen van Groen tegen Rome zouden kun»
nen aanhalen dan de heer Kuijk vinden kan 1
Maar wat bewijst dat alles?
Niets in het verband waarom het hier gaat.
Wij herhalen het Groen's staatkunde was
niet Roomsch of onroomsch, maar geloof of
ongeloof, en in den strijd tegen het Ongelood
zocht hij samenwerking met de Roomsche
Staatspartij in ons land.
Laat de heer Kuijk dit feit eens ontkennen.
Dat kan hij niet, zonder de geschiedenis ge»
weid aan te doen.
Het is een kleine kunst om uit een der
werken van Kuyper dezelfde scherpe bestrijding
van Rome te vinden, en toch was ook hij ook
voor samenwerking met de Roomsche Staats»
partij. Precies als Groen.
En dit is geen tegenstrijdigheid.
Evenmin als Ds. Kersten met Rome behoeft
te heulen, als hij in de Tweede Kamer met
de Roomsche Staatspartij mede stemt tegen
principieele voorstellen van het Ongeloof 1
In het zelfde artikel neemt de heer Kuijk
het de A.R. partij kwalijk dat zij art. 36 niet
handhaaft.
Een oude kwestie 1
De S.G P. wil art. 36 handhaven en doet
dus zelf wat zij in Rome bestrijdt.
Maar ook hierin stelt ze zich weer lijnrecht
tegenover de staatkunde van Groen.
De oud» Minister Heemskerk heeft hierop
eens gewezen.
Groen's levensdevies wastegen de Revolutie
het Evangelie.
Het zwaard des Geestes, hetwelk is Gods
Woord.
De S.G.P. zegttegen de Revolutie het
zwaard der Overheid.
Een principieel onderscheid.
Wanneer zal de S G P. eens begrijpen dat
haar beroep op Groen onjuist is en misleidend
voor de kiezers die terecht aan Groen groot
gezag toe kennen.
Waarom erkent zij niet eerlijk dat zij Groen's
staatkunde niet deelt?
DE A.«R. PARTIJ EN DE
NED. HERV. KERK.
Is het waar, wat een ChristeIijk»Historisch
spreker enkele weken terug ergens in Zuid»
Holland in een verkiezingsredevoering zeide
«Wie positief Hervormd is, moet Christelijk»
Historisch wezen* 't Is reeds merkwaardig,
dat deze zelfde C »H. voorman eenige jaren
terug, toen de bekende legerpredikant Ds.
Janssen, het woord van Groen van Prinsterer
aanhaalde«In beginsel is elk Christen anti»
revolutionair* uitriepGod beware ons,
Christelijk'Historischen, voor zulk een hoo»
vaardigheid.
De man kende blijkbaar toen het gevleu»
gelde woord van Groen niet; anders zou hij
er niet zulk een commentaar op hebben ge»
gev en.
Wij houden niet van politieke stemming
maken met de Ned. Hervormde Kerk. Maar
als men de A.«R. Partij daarmede begint te
belagen, meenen we haar te moeten verweren.
Daarom volgen hier eenige uitspraken van
bekende predikanten der Ned. Herv. Kerk,,
die op den bodem der gereformeerde waar»
heid staan. Ze zijn niet allen voor deze Staten»
stembus geschreven of gesproken, maar heb»
ben desalniettemin ook nu nog haar volle
waarde.
«Ook hierin herinnert Groen van Prinsterer
ons, dat in onze beginselvastheid onze kracht
ligt. Waar nu aan de overzijde gewerkt wordt
op verzwakking en verwerping van het Gods»
geloof. Waar diar het beginsel naar voren
wordt gedragenin plaats van de openbaring
Gods het gezag der menschelijke rede en in
plaats van de souvereiniteit Gods de souve»
reiniteit des menschen, daar hebben wij ons
meer bewust te worden wat onze christelijke
levens» en wereldbeschouwing zijn. Om als
geestverwanten van Calvijn en leden der anti*
revolutionaire partij, er naar staan, dat straks
bij den stembusstrijd onze heerlijke beginse»
len worden ingezet en verdedigd, waarbij
ieder van ons met een heiligen eed zich ver»
bindt, om niet alleen zélf alles te doen, maar
ook anderen, manner en vrouwen, op te
wekken, met een heiligen ijver en met vurige
liefde vervuld, opdat alle man en vrouw in
actie kome en we met eerlijke consciëntie ons
voor God kunnen stellen, die zegt: die Mij
eeren, zal Ik eeren, maar die Mij versmaden,
zullen licht geacht worden«.
Ds. M. VAN GRIEKEN.
Ned. Herv. predikant te Rotterdam.
«Onder de christelijke staatkundige partijen
biedt mijns inziens de Antirevolutionaire, ge»
let op haar verleden en gelet op de mannen,
die in haar voorste gelederen staan, den mees»
ten waarborg van trouw aan de zaak die ons
lief is;
Daarom aarzel ik niet, allen, bij wie mijn
woord eenige ingang heeft, hartelijk en drin»
gend te raden, schenkt ook ditmaal de voor»
keur van Uw vertrouwen en Uwe instemming
aan de mannen van antirevolutionairen stama.
Ds. J. H. F. REMME.
Ned. Herv. predikant Amsterdam.
«Ik zegen het oogenblik, dat ik mij publie»
kelijk onder het Antirevolutionaire vaandel
heb geschaard; juist omdat deze groep zoo
kloek opkomt voor de heerschappij der hei»
lige ordinantiën in het menschelijk leven en
daarmede voor de eere onzes Gods.*
Ds. J. J. KNAP.
Ned. Herv. predikant te Groningen.
»Zelfs de grondbeginselen van het Chris»
tendom loopen gevaar. En daarom kan bij
de komende stembus geen tijd meer verloren,
geen man of vrouw gemist en geen kracht
verspild worden. Bijzonder de Geref. belij»
ders moeten dit zich voor gezegd houden.
Hun beginse], van wat Kerk ze ook zijn,
vindt uitdrukking en vertegenwoordiging in
de Antirevolutionaire Partij, zijnde «ons volks»
karakter gelijk dit, door Oranje geleid, onder
invloed der Hervorming, omstreeks 1582 zijn
stempel ontving.««
Ds. L, G. BRUIJN.
Ned. Herv. pred. te Bergschenhoek.
«Een Gereformeerde in de Ned. Hervorm»
de Kerk mag niet anders doen, dan
stemmen op de lijst der Antirevo»
lutionaire part ij Want, de Antirevolu»
tionaire partij staat de Calvinistische begin»
selen voor. Zij belijdt de souvereiniteit Gods,
zij aanvaardt de Goddelijke autoriteit van de
Heilige Schrift, zij eischt oo staatkundig en
maatschappelijk terrein een leven naar de or»
dinantiën des Heeren, zij klampt zich aan de
eere Gods vast. En uit dien hoofde behoort
de Gereformeerde in de Hervormde Kerk tot
de Antirevolutionaire partij«.
De Waarheidsvriend, het blad van de Ge»
reformeerden in de Ned. Herv. Kerk.
«Wee mij, indien ik niet Anti*Revolutionair
ben*.
Dr. SEVERIJN.
Ned. Herv. predikant te Dordrecht.
De antirevolutionaire partij wordt van ver»
schillende zijden bestreden, omdat zij van alle
protestantsche groepen ter rechterzijde het
sterkst aandrong en ook thans nog blijft aan»
dringen op de samenwerking met de Roomsch»
Katholieken. Op, zoo mogelijk, herstel van de
coalitie in het parlement en handhaving daar»
van in de Provinciale Staten. Nog pas geleden
in den aanvang van de propaganda voor de
Statenstembus, maakte een christelijk»historisch
Kamerlid, als spreker ergens in Zuid>HolIand
daarvan één der elementen van zijn bestrijding
der A.R. Partij. We begrijpen dat niet, waar
toch in onze Nederlandsche parlementaire
geschiedenis de schoolstrijd het onwraakbaar
monument is van het principieele nut der
Coalitie. We willen hier nog op een viertal
andere, noem het incidenteele, belangrijke
gevolgen van de samenwerking der Prote»
stantsch'Christelijke groepen met de Roomsch»
Katholieke Staatspartij wijzen.
Vier bakens langs de politieke wateren.
In 1903 dreigde «een misdadig avontuur*,
de spoorwegstaking, een der meest belangrijke
verkeersaderen voor den nationalen bloeds»
omloop, te stoppen. Het kabinet»Kuyper, ge»
steund door de Rechtsche meerderheid, ver»
ijdeide niet slechts dezen levensgevaarlijken
aanslag, maar behoedde tevens het nationale
leven voor een oproerige beweging.
In 1914 brak de wereldoorlog uit en een
oogenblik greep de angst de volksziel aan,
of wellicht ook Nederland niet door de vlam»
men van dien oorlogsbrand zou geblaakt wor»
den. De vlotheid der mobilisatie en de paraat»
heid onzer weermacht, waren, ook naar luis
van het getuigenis van de veldheeren der
oorlogsmachten, de middelen, waardoor God,
de Heere, het gevaar heeft doen keeren. En
die paraatheid en vlotte mobilisatie dankte
Nederland, middelijkerwijze, aan de eensge»
zinde trouw, waarmede in 1912 de Rechterzijde
de reorganisatie onzer Weermacht, door het
Kabinet'Heemskerk en den minister Colijn
voorgesteld, heeft aanvaard.
In November 1918 stortte het Duitsche front
ineen. De groote Keizer zocht op een mis»
tig n Zondagmorgen over de grenzen van ons
kleine land een schuilplaats voor de revolutie,
die den dolkstoot in den rug van het mach»
tige Keizerrijk toebracht. Toen dreigde ook
in Nederland het vreeselijkste aller gevaren,
een burgeroorlog. Het leger en de politie
zouden immers de geweren aan de mannen
in handen geven, die langs onwettigen weg
naar de macht wilden grijpen Ook toen was
het de Regeering, levende uit de beginselen
der Rechterzijde, gesteund door de vooraan»
staande mannen der Coalitie, die als middel
in Gods hand, het dreigend gevaar, zonder
het storten van één enkelen druppel bloed,
wist te keeren.
En het vierde baken. In 1924 dreigde de
nationale welvaart weg te zinken in den poel
van stoffelijke jammeren met de daaraan
verbonden zedelijke ontaarding waarin
andere volken worstelden om het hoofd weer
boven te krijgen. Opnieuw was het de vrucht
van de coalitie»politiek steunend de maat»
regelen der Regeering hoe hard die ook
moesten zijn welke Volk en Land voor
dat alles heeft mogen bewaren.
Is het niet roekeloos en onverstandig deze
bakens te willen verzetten, zoolang het getij
niet verloopen is? R. A, d. O.
•GEEF ONS COLIJN TERUG.«
•Politieke onschuld?*
«Merkwaardig, zeer merkwaardig is het, dat
in de Eerste Kamer de S. D. A. P. thans openlijk
uitkomt met den kreet«Geef ons Colijn
weerom*, schrijft «Het Vaderland« terecht. Het
liberale orgaan uit den Haag voegt er bij
«Berouw komt te laat en is altijd een gevolg
van haast.
Wat was er een haast om Colijn weg te
krijgen, en daarvoor ging de S. D. A., wie
het niet kon schelen of er al of niet een ge»
zantschap bij den Heiligen Stoel is, bij den
anti-papist Kersten op schoot zitten, van de
leer «que tous les moyens bons, hors ceux
qui avortent*.
De S. D. A. P. stond trouwens niet meer
vrijzij kon geen middel ongebruikt laten
om den gehate te doen vallen, nu den amb»
tenaar en den onderwijzers was voorgespiegeld
dat de gulden tijd weer zou aanbreken, als
hij maar voor een ander had plaats gemaakt.
Hoeveel verstandiger en hoeveel meer in
's Lands belang zou de S. D. A. P. en al wie
ter Linkerzijde wenschte, dat de verbetering
van onze financiën ook gepaard zou gaan met
verzachting van de maatregelen, die slechts
door den financieelen nood waren gerecht»
vaardigd, gehandeld hebben, als ze Colijn
hadden laten zitten, die weer aan den opbouw
had willen beginnenals ze dan al hun in»
vloed hadden gebezigd om hem in dezen tot
iets sneller tempo te krijgen, dan van dezen
voorzichtigen financier was te verwachten.
Voorzichtig is hier een lofwoord, want het
was de eigenschap die de Minister van Finan»
ciën, die in Augustus 1923 optrad, moest
hebben, waar hjj onze geldmiddelen in zoo
bedroevenden staat vond. En bij die opbou»
wende politiek had de S. D. A. P. zeker ook
NV ZEEPPABRie*
.DE HLOn--MCEft»
steun van Rechts gehad. Nu zit zij met een
groote massa telurgestelden, die zich van de
houding van de S. D. A. P. op 11 November
1925 gouden bergen hadden gedroomd, en dat
zulks een gevaar oplevert voor een partij als
de S. D. A. P. zal wel geen betoog behoeven,
en haar machteloosheid om voor deze teleur»
gestelden iets te doen, brengt sommige leden
daarvan zoo van de kook, dat ze openlijk
bekennen dat ze in de politieke woestijn zijn
geraakt en dat ze daarom terug verlangen naar
ae vleeschpotten van Farao»Colijn.
Dit alles deert natuurlijk het tegenwoordige
ministerie niet; de Rechterzijde zal er weinig
voor voelen de S. D. A. P. uit de impasse te
helpen, waarin zij zichzelve door het avontuur
van 11 November heeft gestort.
En ze heeft daarenboven toch wel door de
crisis op dien dag veroordeelt, dit geleerd, dat
alle overhaasting, om weer in coalitie vereenigd
te worden, op teleurstelling moet uitloopen.
Zoo is deze noodkreet in het Voorloopig
verslag van de Eerste Kamer dan ook niet van
practische beteekenis, maar meer een uiting
van politieke ingenuiteit, die bij de laatste
crisis hoogtij heeft gevierdhet blijkt meer
en meer, dat zoowel S. D. A. P. als V. D.
wezenlijk geloofd hebben, dat zij het gezant»
schap bij den Paus eerst maar met behulp van
de Chr. Hist, hadden af te schaffen, en het
daarna den Roomsch»Kath. aan te bieden om
deze met tranen van vreugde in de oogen tot
hun politieke bondgenooten te krijgen.
Maar al doet zooveel politieke onschuld
weldadig aan, ze rekende niet met twee pri»
maire waarheden, ten eerste, dat de Katholieken
aan dit gezantschap niet die waarde hechten,
die een Kersten of Lingbeek daaraan toekennen,
die in ernst meenen, dat met het behoud of
de afschaffing daarvan de Katholieke Kerk
ten onzent staat of valt. Ten tweede, dat voor
de nieuwe partijformatie de coalitie zich gan»
schelijk moet hebben uitgeleefd, en zulks is
nooit het geval met wien men ontijdig den
levensdraad afsnijdt.*
OPENBARE KENNISGEVING.
Aanbesteding leverantie en vervoer
grint, enz.
Burgemeester en Wethouders van Sommels»
dijk brengen ter kennis van belanghebbenden
dat zij voornemens zijn op Zaterdag 2 April
a.s. des voormiddags IIJ/2 uur, ten gemeente»
huize in het publiek aan te besteden
le, de levering op keur van 850 Ms
goed gew sschen niet al te fijne Pruisische
onderhoudsgrint, waarvan 250 M3 franco
in den daarvoor bestemden bak nabij de
Haven te Sommelsdijk en de overige franco
op den wal aldaar;
2e. het vervoer van de hiervoren bedoelde
grint naar daarvoor aan te wijzen plaatsen
binnen deze gemeente, zoomede het tot de
aanbesteding in het volgende jaar voorkomen»
de vervoer van keien, klinkers, zand, puin, enz.
De levering bedoeld onder le behoort
plaats te hebben voor 1 Augustus 1927 en
het vervoer bedoeld onder 2e moet geschieden
binnen de termijnen door of namens den
Burgemeester te bepalen.
De betaling van de geleverde grint zal plaats
vinden per 1575 K.G.het gewicht zal worden
bepaald naar de waterverplaatsing.
Bij de betaling voor de levering van elk
schip grint zal 10 van hetgeen verschul»
digd is worden ingehouden, terwijl het aldus
ingehoudene aan de gemeente zal verblijven
zoo de grint niet binnen den gestelden termijn
wordt aangevoerd.
Bij voldoening aan de voorwaarden zal het
ingehoudene bij de levering van het laatste
schip grint worden uitgekeerd.
De grintleverancier zal enkel door verloop
van den gestelden termijn in gebreke worden
gesteld, zoodat geen gerechtelijke aanzegging
daartoe noodig is
Gezegelde inschrijvingsbiljetten worden in»
gewacht ter secretarie dezer gemeente vóór of
op den dag van de aanbesteding, terwijl aldaar
nadere inlichtingen kunnen worden gevraagd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
SecretarisBurgemeester
Iz. GEELHOED. L. J. DEN HOLLANDER.
Sommelsdijk, 25 Maart 1927.
KOSTELOOZE INENTING.
Burgemeester en Wethouders van Sommels»
dijk maken bekend, dat de aangekondigde
kostelooze inenting of herinenting op Donder»
dagen 31 Maart en 7 April a.s. niet zal door»
gaan, rnair dat daartoe de gelegenheid nader
zal ziju opengesteld op Donderdagen 7 en 14
April a.s., des namiddags 2 uur, ten huize
van den arts S. Knöps, alhier.
Sommelsdijk, 28 Maart 1927.
Burgemeester en Wethouders voornoemd:
Iz. GEELHOED, L.J. DEN HOLLANDER,
Secretaris. Burgemeester.
VERGADERING van den Gemeente»
raad van OUDDORP.
De Voorzitter, burgemeester Gobius du Sart,
opent de vergadering met gebed, waarna hij
mededeelt dat de door den heer Breen gestelde
vraag ten opzichte van de plannen voor uit»
breiding der haven nog in behandeling zijn.
Tengevolge van de bezwaren door den heer
T. Tanis geopperd en door den heer KL West»
hoeve onderstreept tegen deze uitbreiding wordt
besloten voorloopig de zaak te laten rusten.
Het idee van den heer Mastenbroek om de
uitbreiding in Oostelijke richting te zoeken,
wordt als onuitvoerbaar van de hand gewezen.
Daarna werden de notulen der vorige ver»
gadering voorgelezen en onveranderd goed»
gekeurd.
Ingekomen stukken.
De goedkeuring van Ged. Staten over ge»
nomen raadsbesluiten.
Een missieve van den Minister van Onder»
wijs, Kunsten en Wetenschappen, waarin werd
medegedeeld het bedrag der vergoeding over
het jaar '27 voor de scholen.
De goedkeuring van Ged. Staten over de
gemeenterekening dienst 1924.