Hoest- mmmmwmg Zaterdag 19 Febr. 1927.No. 3304. Drie Bladen. KINADRUPPELS tabletten MIJNHARDT'S TWEEDE BLAD. Gemeenteraad. Flakkeesche Brieven. üy Doos SOct Keelpijntabletten 30 en 6O ct ill!- en üi mm .Dit nummer bestaat uit' VERGADERING van den Gemeente» raad van MIDDELHARNIS op Don» derdag 17 Febr. des nam. half 3 uur. De Voorzitter, burgemeester den Hollander, opent de vergadering met gebed, waarna de notulen worden voorgelezen. Naar aanleiding dezer notulen merkt wet» houder VROEGINDEWEIJ (A.»R) op, dat volgens het raadsbesluit in de vorige vergadering genomen, de Raad niet van het rapport inzake de drinkwatervoorziening af is. De notulen vermelden dat de Raad besloot thans niet op dit rapport in de gaan De be« doeling van de raadsleden was echter anders. Zij wilden van dit rapport geheel af zijn en dachten dat het voorstel» B. en W. inhield op dit rapport in 't geheel niet in te gaan. De heer DORSMAN (Volksbelang) sluit zich hierbij aan. 't Ware beter geweest indien het voorstel»B. en W. bij de ingekomen stuk» ken was geweest, dan hadden de raadsleden het kunnen instudeeren. De heer KOOTE (A.»R) deelt mede dat wethouder Vroegindeweij in de fractie»verga« dering had medegedeeld, dat volgens het voorstehB. en W. de raad geheel van het rapport zou af zijn. Nu moeten öf de vóór» stellen van den burgemeester onjuist zijn en dan bestaat er geen vertrouwen meer tus» schen den burgemeester en wethouder Vroeg» indeweij, of de heer Vroegindeweij heeft on« waarheid gesproken in de fractie»vergadering en dan verliest hij het vertrouwen der A.«R. raadsfractie. Spr. vraagt hoe deze zaak zit. De VOORZITTER antwoordt, dat het voor» stel»B. en W., zooals het is genotuleerd, wel twee, driemaal in de vorige raadsvergadering is voorgelezen. De heeren kunnen dus wel weten wat het zooal inhield. Het zou nu toch ,wel een beetje belachelijk zijn om thans vast Ëe stellen dat de heeren toch eigenlijk iets anders bedoeld hebben. Wethouder Vroeg» indeweij heeft gezegd dat hij de formuleering aan spr. overliet en spr. houdt vol dat het voorstel zooals het genotuleerd is volkomen naar den geest van de vergadering is De heer KOOTE weet een andere oplos» sing. Spr. stelt voor thans in deze vergadering uit te maken of er wel of niet een waterlei» ding zal komen. Dat is ook geheel in den geest van den heer v. Boeyen die in de Prov. Staten van Zuid»Holland gezegd heeft, dat Flakkee wat voortgang moet maken met zijn beslissiDg De VOORZITTER heeft hiertegen ernstige bezwaren. In de eerste plaats zijn er twee raads» leden, die bericht gezonden hebben dat ze verhinderd waren aanwezig te zijn, niet tegen» woordig (de H.H Slis en Nipius) welke raads» leden ook groote belangstelling hebben in de waterleiding-kwestie. Bij eenig nadenken moet het den heer Koote toch duidelijk zijn, dat het niet in den haak is, nu plotseling zonder deze beide heeren een principieele beslissing te nemen. Bovendien staat het niet op de agenda. I De heer KOOTE: Maar een volgende ver» gadering kunnen er wel weer drie andere raadsleden afwezig zijn. De VOORZITTER wijst er op dat het toch niet hetzelfde is. Dan kan toch op de agenda het punt vermeld worden en weten de af» wezige heeren in ieder geval wat er gaande is. De heer KOOTE zegt dat de Raad altijd het recht heeft besluiten te nemen, die niet op de agenda voorkomen. Waarom kan dat nu niet? De VOORZITTERMaar vindt U dit dan een reële manier van zaken doen .De heer VOGELAAR (A.<R.) begrijpt niet wélk bezwaar de heeren tegen de genotuleerde formule van het besluit kunnen hebben. De heer KRIJGSMAN (A.»R.) zegt dat de heer Vroegindeweij in de raadsfractie een andere lezing van het geval gegeven heeft. Er is in de raadsvergadering niet geluisterd naar de redactie van het voorsteLB. en W. Men vertrouwde dat het wel goed was. De VOORZITTER heeft er geen bezwaar tegen om aan den wensch der bezwaarde heeren tegemoet te komen. Spr. is er van overtuigd dst de heeren dit rapport toch niet willen. En als er een wijziging in aangebracht wordt, al is het nog zoo gering, dan is toch ook een ander rapport. In den grond der zaak verandert er dus aan de kwestie zelve niets. Wethouder ZAAIER (Gemeentebel.) begrijpt niet wat voor zin dit alles heeft. Spr. vraagt Wethouder Vroegindeweij heeft in de fractie» vergadering toch geen voorstel van B. enW. voorgelezen De heer KOOTE: Ja, dat heeft hij wel. Wethouder ZAAIERdat kan hij niet ge» daan hebben, want het zou overgelaten wor» den aan den Voorzitter. De heer KOOTE: ja maar hij heeft het uit het hoofd voor gelezen. Wethouder VROEGINDEWEIJ zegt dat de bedoeling was dat dit rapport niet zou worden aangenomen, maar dat er een nieuw rapport zou komen. In de raad hebben de raadsleden niet geluisterd naar het voorstel zooals het door den Voorzitter is voorgelezen. De be» doeling was echter niet dat er in zou staan, dat thans niet op het rapport zou worden ingegaan maar dat het van de baan zou zijn. De heer KOOTE meent dat de Voorzitter de raadsleden die tegen de waterleiding zijn er heeft laten inloopen. De bevolking zegt de burgemeester heeft jullie bij den neus ge» had Het blijkt nu niet te zijn zooals de heer Vroegindeweij heeft voorgesteld. 1 -j-e keer DORSMAN meent dat de water» leiding veel goedkooper kan worden dan dit rapport aangeeft. De VOORZITTER verwacht van den heer Uorsman eens een ander rapport. De heer DORSMAN belooft dat dit nog wel eens gebeuren kan. De VOORZITTER zegt dat het in ieder ge» vai niet op gaat nu te besluiten dat er op Flakkee nooit een waterleiding komen zal. Het mag een poosje welfden tegengehouden, maar komen doet ze toch. Men leeft in een tijd van vooruitgang, men is bezig met plannen voor electricitett, en overal komt er waterleiding. Eens zal er dus een tijd komen dat ook Flak» kee waterleiding krijgt. Het zou dus onzin zijn om te besluiten dat deze er nooit komen zal. Spr. heeft er echter geen bezwaar in de no» tulen overeenkomstig den wensch der heeren te wijzigen. De SECRETARISmaar dat gaat toch niet Voorzitterwat de notulen vermeldt zijn toch de feiten geweest. Het voorstel is in den raad geweest en aangenomen met alg. st. zooals het in de notulen is geformuleerd. De VOORZITTER: dan maken we een nieuw voorstel en nemen dat nu aan. Met algem. st. wordt hierop besloten het woordje »thans« uit de redactie te lichten, waardoor de raad besluit niet op dit rapport in te gaan. De heer v. d. MEIDEN (C. H zag gaarne in de notulen vermeld dat hij heeft voorge» stelt de weg voor de openb. school te bestras» ten. Hiertoe wordt alsnog besloten. De heer DORSMAN zegt dat men in het dorp een verkeerde voorstelling heeft gekre» gen van zijn voorstel inzake de hondenbelas» ting. Spr. wil de trekhonden niet zwaarder belasten. Spr. wil trekhonden vrijlaten. De trekpaarden der boeren zijn ook niet belast. De heer STRUIJK wil de trekhonden op f 3,— brengen. De VOORZITTER zegt dat dit nu niet gaat, de verordening is pas klaar en koninklijk goedgekeurd De heer DORSMAN zegt, dat de bedoeling van de raadsleden die het voorstel gedaan hebben toch anders was De SECRETARIS merkt op, dat de heer Dorsman zooeven d.n wensch uitsprak dat de voorstellen van B. en W. schriftelijk gedaan werden en bij de ingekomen stukken moesten zijn. Nu komt hij zelf over een eigen voorstel zeggen dat hij wat anders bedoelt dan er be» Dr. H.NANSSING'S EETLU5T-0PWEKKEND. /l.30p.fl. sloten is. Laat hij dan zelf ook met schrifte» lijke voorstellen komen. De VOORZITTER wil het dit jaar zoo houden als het is. Wanneer de menschen de trekhonden maar vast houden is de zaak ook opgelost. De Secr.zegt, dat als ze hun honden vast houden ze er met f 1,5.0 per jaar af zijn. De heer STRUIJK is er tegen dat de men» schen die met de honden hun brood moeten verdienen belast worden. Spr. stelt voor hun daarom vrijstelling te verleenen van verhoogde belasting. Na nog eenige discussies wordt ten slotte hiertoe besloten. De heer Blokland, Radiotoeste11en»handelaar vraagt een concessie tot plaatsing van een ra» dio»centra!e en dat voor hem alleen met uit» schakkeling van ieder ander. B. en W. meenen dat dit moeilijk kan. Deze zaak behoort ter beslissing bij B. en W„ maar daar het nog al belangrijk is willen zij de be» slissing aan den Raad zelf geven. Het gaat natuurlijk moeilijk hem ais eenig exploitant te erkennen. Na eenige bespreking wordt besloten deze zaak nog aan te houden. De heer Dijkers zond een verzoekschrift omtrent de rioleerirg bij zijn huis. De VOORZITTER stelt voor dit nog aan te houden voor prae>advies van B. en W. De heer DORSMAN is hier tegen. De rio» leering daar moet goed worden aangepakt. Desnoods moet het maar wat geld kosten. Zoo kan het niet blijven. De boel daar is verknoeid. Spr. zou den opzichter een brevet van onbekwaamheid willen uitreiken. De VOORZITTER zegt, dat als de heer Dorsman kennis genomen had van het rapport dat B. en W. ontvangen hebben, hij zou weten, dat den opzichter absoluut geen schuld treft. De heer v. d. SLIK (A.R.) zegt het zeer op» merkelijk te vinden, dat de heer Dijkers toen hij het vorig jaar een huisje bouwde, gezegd heeft geen last van de rioleering gehad te hebben en dat hij, nu bij een huis bouwt zegt dat het niet deugt. Dat geeft te denken. Besloten wordt de buizen te verleggen en in de volgende vergadering een rapport over de rioleering over te leggen. De landarbeidersvereeniging alhier wijst op de groote werkloosheid, zoodat de kas niet toereikend is. Zij vraagt de uitgetrokken werk» looze leden productieven arbeid in gemeente» dienst te laten verrichten, en zoo dat niet gaat, hun een uitkeering te geven gelijk aan de kasuitkeeringen. De VOORZITTER stelt voor dit adres te renvoyeeren naar B. en W. De heer KRIJGSMAN dringt op spoed aan. Er is toch voor de raadsvergadering een wet» houdersvergadering geweest. Waarom is het toen niet behandeld. De VOORZITTER zegt, dat het onmogelijk is een schrijven, dat 3 uren voor de raads» vergadering inkomt, in B. en W. definitief te behandelen. Op de vraag wanneer er aan den wegnaar het havenhoofd begonnen wordt, antwoordt spr. dat dit wel April zal worden. De heer KOOTE meent, dat de gemeente ook rekening moet houden met de ongeorga» niseerde arbeiders. Men mag het afkeuren, dat zij buiten de organisatie blijven, maar nu het feit er eenmaal is, moet er toch rekening mede gehouden worden. Deze menschen moeten toch ook eten. De VOORZITTER zegt toe, dat er rekening mede gehouden zal worden. Overeenkomstig de besluiten van den Raad wordt thans definitief de politieverordening gewijzigd. De Industrieele Maatij. De Mabeg geeft be» richt inzake het in te stellen onderzoek naar de rioleering in deze gemeente, dat deze Maatij. bereid is een deskundig onderzoek te doen instellen door haar vertegenwoordiger tegen vergoeding van i 15,— per dag, reis» en ver» blijfkosten inbegrepen. De wegen zullen dan ^gewaterpast* worden en de diepten worden vastgesteld. Slechts zoo is berekening van de bestaande rioleering en de nog aan te leggen rioleering mogelijk. Een volledig plan van rioleering voor de kom en de naaste omgeving komt op f 800,—. De VOORZITTER zegt, dat B en W. be» zwaar hebben deze kosten te maken. De heer STRUIJK meent, dat er in Middel» harnis, Sommelsdijk of Den Bommel ook wel deskundigen zijn, die dat kunnen. Neemt b.v. den heer Smit van Den Bommel, dan komt het zeker heel wat goedkooper uit. Een onder» zoek zal er toch m aeten worden ingesteld. Al zegt de heer v. Varik dat het rioolstelsel goed is. Een gedeelte van den raad en van de ge» meente zegt, dat het niet zoo is, dat er te weinig beschot in de rioleering is. De VOORZITTER antwoordt, dat die men» schen het mis hebben. Het ligt aan de wegen. Maar er is geen bezwaar tegen den heer Smit uit te noodigen. Aldus wordt besloten. Overeenkomstig de L. O. wet wordt het voorschot aan de Bijz. Lagere School toegekend In verband met de erfpacht»aanvragen van de H.H. Dijkers, Rikxoort en Kroos wordt breedvoerig gesproken over het doortrekken van de Ruiterstraat en de Gl. Cornelissenstraat. De VOORZITTER deelt mede, dat niemand achter de garage van de fa. Koert S. Witvliet wil bouwen, zoodat het daar wel een open terrein zal blijven. Productief is het dus de Gl. Cornelissenstraat door te trekken tot het Zandpad. De heer DORSMAN zegt dat die garage daar de heele boel bedorven heeft. Maar nu die er eenmaal is moet de straat toch worden doorgetrokken, zoo wordt de geheele omgeving ontsierd. De heer KOOTE is dit laatste met den heer Dorsman eens. De weg moet rechtuit worden doorgetrokken anders wordt daar alles inge» sloten. Het nageslacht zou er ons nog een verwijt van maken als men het liet zooals het nu is. De heer v. d. MEIDE pleit voor het voor» stel van den Voorzitter. Als de Ruiterstraat wordt doorgetrokken, wordt er veel geld weg» gegooid. Dat is improductief. Besloten wordt dit en de aanvragen om erfpacht der H H. Rikxoord en Kroos aan te houden. Wegens bedanken van den heer L. v. d. Baan voor zijn benoeming tot lid der schoolcom» missie wordt met 8 stemmen en 1 blanco hierin benoemd de heer T. Overweel. Gekozen worden de leden en plaatsverv. leden der resp. stembureaux. Een wijziging der gemeentebegrooting dienst 1926 wordt toegestaan. Over de gemeentebegrooting dienst 1927 hebben B. en W. een schrijven ontvangen van Ged. Staten, met verzoek de ontvangsten en uitgaven met elkander kloppend te maken. De belastingopbrengst is tegengevallen en er moet nog een post gebracht worden op den dienst van 1926, zoodat alles bij elkander er een tekort is van.f 9802,—. Dit moet worden aangevuld. De VOORZITTER deelt mede dat het op de uitgaven n et gevonden kan worden en evenmin op de ontvangsten. Maar er is één post die verhoogd kan worden, dat is de be» lasting. Ook kan geprobeerd worden of de winst der gasfabriek kan worden aangesproken. Het zou niet aangenaam zijn voor den raad tot belastingverhooging te moeten overgaan. De heer STRUIJK zegt in geen geval aan belastingverhooging te willen medewerken. De heer DORSMAN vraagt wat het heffings» percentage zou moeten worden. De VOORZITTER zegt dat het een paar jaar geleden is gebracht van 3'/2 op 2V2- Er is één lichtpunt, n.l. dat in Mei de 25 opcenten der rijksbelast, vervallen. Van 1926 is weinig overgeschoten. Toch moet men niet denken dat het er >n Middelharnis nu financieel zoo slecht bij staat. Er is in de laatste jaren ont» zettend veel verbeterd. En de herstellingen aan den toren, de kaaimuur en het schoolhek zijn uit de gewone middelen gedekt, hoewel hiervoor oot^een geldleening had kunnen worden gesloten. Het is een tegenvaller dat de belastingopbrengst minder was dan andere jaren. Maar men moet het niet te donker inzien. Middelharnis heeft in vergelijking met andere gemeenten heel weinig schuld. Een f 30,000,— is een ongelooflijk klein bedrag voor een gemeente van deze grootte. De heer DORSMAN maar daarmede dekt men het tekort niet. De VOORZITTER zegt alleen maar te willen zeggen dat men niet de conclusie behoeft te trekken dat Middelharnis er nu zoo slecht voor staat. De heer STRUIJK meent dat het intusschen wel een aansporing is om wat zuiniger te worden. Aan de middelen die de Voorzitter aanwees tot dekking, winst gasfabriek, wijst spr. nog op de verlaging der salarissen en pensioenbijdragen. De VOORZITTER zegt dat het al heel ge» makkelijk zou zijn om wanneer de gemeente voor een tekort zit dit maar te verhalen op de salarissen en pensioenbijdragen. Met de pensioenbijdragen dekt men bovendien nog niet eens de helft van het bedrag. De heer DORSMAN komt tot de conclusie dat Middelharnis in 1926 te royaal geleefd heeft. Er is b.v. besloten dat de putten uit de straten gehaald zouden worden op kosten der gasfabriek, dat is niet gebeurd. Het heeft f 2200,— gekost, zonder dat de Raad er iets van wist. Met de urinoir die f 600,— kostte ging het evenzoo. Spr. stelt voor een commissie te benoemen om de begrooting nog eens na te gaan en te zien of er nog wat op gevonden kan worden. De VOORZITTER vraagt den heer Dors» man of hij soms verondersteld dat B. en W. de zaak nog niet bekeken hebben. Wanneer de Ged. St. hun goedkeuring aan de posten gehecht hebben, is het wel in orde en zullen er heusch geen posten te laag beraamd zijn. De heer DORSMAN zegt dat als het be» last in „cijfer met 1 °/oc#« boven moet, men per hoofd een f 12,— betalen moet. In Sommels» dijk is het maat f 10,— De heer VOGELAAR vraagt naar de oor» zaak. De VOORZITTER zegt dat er in '26-77 een f 3000,— te weinig is ontvangen. Volgens voorschrift moet er nog een f 1900,— op den dienst van 1926 gebracht worden enz. De heer DORSMAN zegt dat het niet geeft al wordt een gasfabriek zuinig beheerd als een burgemeester het weggooit De VOORZITTERWat zegt U doet de burgemeester dat? De heer DORSMAN Neen, ik zeg als een burgemeester. De VOORZITTER: Als U verwijten wilt maken moet U den Raad noemen. De Raad beslist, niet een burgemeester. Als er te royaal geleefd is ligt alle schuld bij den Raad en den Raad alleen. Spr. zegt nog eens dat voor verschillende uitgaven wel een leening had kunnen worden aangegaan, b.v. voor het schoolhek. De heer DORSMAN zegt, dat als het hek er nog komen moest, spr. ervoor zou zijn het te schrappen. Wethouder VROEGINDEWEIJ wil een commissie van drie personen om de begroo ting nog eens te onderzoeken. Er moet nu zoo zuinig als mogelijk is geleefd, worden. Als er f 4100,— alleen van de boeren minder inkomt, maakt dat een groot verschil. Het zou mis» schien goed zijn dat de boeren precies werden aangepakt als iemand in Klaaswaal. Wordt er één te pakken genomen dan komt er gewetens» geld vo'doende los. De heer KRIJSMAN wil een rijksaccoun» tant de kohieren laten nagaan. Besloten wordt ten slotte een commissie te benoemen om te zien wat er aan te doen zij om zonder belastingverhooging de begrooting sluitend te krijgen. Tot leden van deze commissie worden be» noemd de H H. Dorsman, Krijgsman en Struijk. Zij nemen hun benoeming aan. In de rondvraag wijst de heer KOOTE op de wenschelijkheid dat er door de doorbraak van de 3e Weistraat niet gereden wordt. Dit ter voorkoming van ongelukken. In B. en W. zal hierover gesproken worden. De heer KRIJGSMAN klaagt over de ver» lichting in het nieuwe gedeelte bij den heer Doornbos. De heer VOGELAAR vraagt hoe het nu zit met de schoolgeldregeling der kinderen uit deze gemeente die in Stad aan 't Haring» vliet schoolgaan. Het verschil is toch te groot. In Middelharnis betaalt men 35 cent en in Stad 70 cent per kind. Deze verhouding is niet zoo mooi. Wethouder VROEGINDEWEIJ meent dat het niet aangaat die kinderen uit de gemeen» tekas toelage te geven. De heer VOGELAAR antwoordt dat toch in ieder geval voor de kinderen wier ouders het niet betalen kunnen, de gemeente zal moeten betalen. Maar spr. zou gaarne zien dat allen eep gelijk bedrag betaalden. Uit een billijkheidsoogpunt is dit gewenscht. De VOORZITTER zegt nog eens overwe» ging toe. De heer DORSMAN zegt in gesloten zit» ting reeds meermalen over de kwestie van het huis van den heer Bakker gesproken te heb» ben. Dit huis is gebouwd beneden de opper» vlakte welke de bouwverordening aangeeft. Spr. vraagt of de Raad nu bedrogen wordt, ja of neen. Moet het vertrouwen in dien gemeen» teambtenaar worden opgezegd of niet. De heer STRUIJK merkt op dat het weinig geeft al wordt hier in gesloten zitting iets verteld. Het wordt den volgenden dag al uit» gebazuind wat hier in geheime vergadering wordt behandeld. Wat het huis van den heer Bakker betreft, zegt spr. dat de heer Grooten» boer opmeting heeft gedaan en het bleek dat gemeten van binnen de plinten af er zelfs nog overschot is. Van de praatjes is dus niets waar. Spr. begrijpt niet dat de heer Dorsman telkens weer begint te kankeren over den ge» meenteopzichter. De heer DORSMAN vindt dat het met de geheimhouding in dezen raad allertreurigst gesteld is Op denzelfden avond al wist men te vertellen wat er in geheime vergadering was besproken. De heer KOOTEKun je geen naam noemen. Dan weten we wie er klapt. De heer KRIJGSMAN vindt het ontzettend dat hier telkens over Varik gesproken wordt. In een vakman als Grootenboer kan gerust vertrouwen gesteld worden, en deze zegt dat er niet tegen de bouwverordening gezondigd is. Er betaat in Middelharnis helaas een slechte verhouding tusschen den gemeenteopzichter en de ambachtslui, 't Is zelfs zoo erg, dat als de duivel jongen kon, dezen niet anders deden dan schelden op Varik. De heer DORSMAN zegt dat Grootenboer bedrogen is. De heer STRUIJK begrijpt niet hoe dat mogelijk zou zijn. Hij heeft zelf de opmeting gedaan. Wie zou hem dan bedrogen kunnen hebben De VOORZITTER zal deze zaak eens laten nagaan. De heer DORSMANdat had U allang moeten laten doen. De VOORZITTERik heb wel wat anders te doen. De heer DORSMANzóó, zóó 1 De VOORZITTER: ja zeker, en bovendien, vaD zoo groot belang acht ik deze zaak nu niet. De heer DORSMANja daar heb je het nu al. De VOORZITTER zal de zaak laten onder» zoeken en vraagt of de heer Dorsman nog meer heeft. De heer DORSMANja zeker, d:e ééne keer dat we in de drie maanden bij elkander komen, moeten we maar eens rustig spreken. De rekening van het burgerlijk armbestuur, dienst 1925, geeft hooge prijzen van ambachts» lieden. Spr. zou die rekening nader willen laten onderzoeken. Dat is nog niet gebeurd. De VOORZITTERdat is wel gebeurd. Er is gewerkt volgens de tarieven. De heer DORSMAN zegt dat hem gebleken is, dat de raadsleden, die de reis naar Tholen gemaakt hebben om een onderzoek in te stellen naar de werking van de waterleiding aldaar, dit op gemeentekosten gedaan hebben. Dat keurt spr. af, ze hadden het uit eigen zak moeten betalen. De heer STRUIJK zegt dat het afspraak was dat dit voor gemeenterekening was. Toen de wenschelijkheid besproken was door den Raad is besloten dat er een commissie naar Tholen zou gaan. Het spreekt vanzelf dat dit voor gemeenterekening was. 't Gold een ge» meentebelang. De heer VOGELAAR begrijpt niet dat de heer Dorsman daar nu mede komt. Waarom heeft hij er toen niet direct over gesproken Het *is heel logisch dat de onkosten door de gemeente betaald worden. Ieder had er be» lang bij. De VOORZITTER merkt op dat iemand als de heer Krijgsman b.v. toch al zijn verlet had. Wanneer hij zijn reis ook nog had moeten betalen, had bij zeker niet mee gekund. De heer DORSMAN vindt dat de raads» leden het zelf moeten betalen en niet op de belasting moeten laten neer komen. De heer STRUIJKals ze het willen, kun» nen ze het nog terugstorten. De heer KRIJGSMAN weet zich goed te herinneren dat toen over Tholen gesproken werd de raadsleden het goedvonden dat er een commissie heenging. Er waren twee raads» leden die zeiden dat het voor rekening der gemeente gebeuren moest. Spr. weet zich echter niet meer te herinneren wie dat waren. De heer STRUIJK één er van was de heer Dorsman. De heer Dorsman laat het altijd voorkomen alsof hij zoo zuinig is voor de gemeente, maar het is ook niks met hem ge» daan. Want toen hij in den raad voorstelde en er door kreeg om de hondenbelasting te verhoogen, was hij zelf er direct bij z'n eigen hond op te ruimen I De heer DORSMAN die hond van me is doodgereden. De VOORZITTER zegt dat het de gewoonte is dat onkosten die commissie's uit den raad maken, voor rekening der gemeente zijn. Spr. noemt hiervan enkele voorbeelden. Wethouder VROEGINDEWEIJ zegt dat het geen raadsbesluit was dat de kosten vergoed zouden worden. De heer DORSMAN vraagt of de Voor» zitter er voor zorgen wil dat de commissie die de begrooting zal controleeren, haar be» spreking geheim houdt. De heer KRIJGSMANMag er zelfs niet gesproken worden met andere raadsleden? De heer DORSMANNeen, geen mensch mag er wat van weten. De heer KRIJGSMAN: Dan bedank ik als lid van die commissie. Aan die geheimzinnig» heid werk ik niet mee. De VOORZITTER voelt veel voor het stand» punt van den heer Krijgsman. Het is geheel overeenkomstig den geest van de gemeente» wet, dat de gemeentefinanciën zoo openbaar mogelijk behandeld worden. Maar spr. vindt dat de heeren hun tijd hierover niet langer moeten zoek maken. De heer v. d. MEIDENJa, het wordt nu amusant. Spr. vraagt nog of het mogelijk is te verbieden dat er gereden wordt over een bepaalden particulieren weg. De VOORZITTER antwoordt dat dit niet gaat. Hiermede is de voorstelling afgeloopen. XXIX. 9 Binne dur dan noe gronduge in wettugge redenen om onze A.R. Fartie de rik toe te keeren Heit die, ons volk, deur coalitie enz. niet un beetje misleid? As je inkele menschen hoort, zou je dat haest gae dienke, Mar 't fejt is noe eenmal zoo, dat wiele as Protestantse partieën niet op mekaore rekene kanne, want un heel groot gedeelte van de zun eige noemende Protesten binne pure god» loochenaers, atheïsten, Vriezinnig, Soosjelist, Communist enz. Aol die luu motte van un deurwerken onzer kristelukke beginselen niks haawe. Jae heulje staan mit aol dur macht in aol dur kracht die deurwerking van onze beginsels tegen. Want ze haette God in Zien dienst. Ze wille geen banden, in in drieste overmoed roepe ze 't uut, wiele haawe Zien banden verschoort, in Zien juk van ons ofgewurpe. »Want waer is God, dat wiele die diene zouwe Dat is tael van 't pure ongelaof, zooas je dat kan beluustere bie de mannen van de Daegcraed, bie de vriedienkers. 't Soosjelisme dienkt 't ur aok wel zoo over, mar wil toch nog un valsche reliesje geve, om de erme verdoolde menschen de te zeker» der in slaep te wiegen, om ze deur 't soosje» lisme (as un nieuwe reliesje) te begeesteren in betaoveren mit aerdsche ideaolen, in zoo, as 't kon, onvatbaer te maeken voor Hemel» sche ideaolen. Tegen dat ongelaof gaet de stried op 't staetkundig terrein van 't leven. Dat ongelaof, dat nooit rust, mir aoltied deur weer mar probeert invloed te kriegen om zoo daerdeur de Kristelukke grondslaegen van onze saemleving te ondergraeven in te ondermienen. Daer bonde onze ontslaepe voormannen dun stried tegen an. Inzonderheid de stichter in gronlegger van onze Partie, heit daer as 't waere heel zun leven angewild. As Kabinets-Secretaris, in Huus, archivaris van 't huus van Oranje, maekte Hie in 1830 de revolutie in België mee. In leerde daer de ontzettende gevolgen kennen, van 't geen God in geen meester, dat in die daegen aok luudkeels uutgebruld wier. Hie leerde daer dat revolutie is opstand, opstand tegen God. Dat brocht 't tot naedienken, tot bestudee» ren. In toen zag Hie niet zien scherpe geest, dat de Liberaole staetkunde, die in 1813 hier in Nederland toi ontwikkeling gebracht wier, feiteluk 't eerste" kind van de revolutie was. Want wel wier Oranje met o zoo'n groot vertoon gehuldugd, mar de wetten in de in» richting van de staatkunde droeg nog de ge» volgen, jae, was feiteluk gegrond op de leer van de Fransche revolutie, die aok hier in 1795 in laeter gewoed hadt. Wel zei mun dat mun daer niks van haawe most, mar der was geen bekeering iot God mit boete in berouw, mar mun woi) diezelfde beginsels noe gemaetugd toepasse. Aol 'tver» keerde dat mun gezie»ë hadt, mit aol dun an» kleve daervan zou mun mie«ë, mar vorders wier der vortgebouwd op 't fondament, deur de mannen van 1795 geleid. In daer toornde Groen tegen, daer bondt 't un de stried tegen an. In Hie taste de on» gelaofstheorieën in dur grond in wortel an, onophoudeluk in onofgebroke, heit un volk opgeroepe in de stried tegen ongelaof in revolutie. Hie heit 't ons geleerd dat er op staetkundig terrein, rechtens mar twee partiën binne, de partie van 't ongelaof in de partie die 't op» neemt voor de ordenantiën des Heeren. Zwaer in bitter is die stried van Groen geweest. Want godsdienstug wazze de menschen wel, mar ze moste rechtdeur mar weer bewerkt worre, om dur roeping te verstaen. Eerst heit Groen, omdat zien eige leger te klein was, om gewicht in de schaele te leggen, jaeren an een stik saemgewerkt mit de Con» servatieven van die daegen, welke zie»ë aok op te kommen voor de vrieheid op school» gebied inz., welke aok vrome menschen wazze. Mar rechtdeur op de gewichtugste momen» ten liete ze Groen in de steek. Wel zei Groen %In ons Isolement ligt onze krachtwat dichte glad verkeerd begrepe is, want Groen bedoelde daermee niet om alleen te bluuve staen, om mit un boekje in un hoekje zun eige verom te trekke. Nee is dur ooit een woord dat misbruukt wordt, aok nog wel in den tegenwoordugun tied, dan is 't wel dat woord van Groen. Hie bedoelde daarmee aores niks as in onze zelfstandugheid, in onze beginselvastheid leit onze kracht, zoo beschrieft 't un zelf. Daerom motte mun dat woord niet mis» bruuke. Mar as Groen ziet dat or ze zelfstandugheid rechtdeur opgeofferd mot worre an de con» servatieve, breekt 't un in 1871 mit aolle ouwe vrienden in komt mar mit drie candidaoten uut bie de 2e Kamerverkiezing mit Kuyper, ^•bij apoth. en drogisten

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1927 | | pagina 3