Antire volut
Orgaan
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
BIGGELAAP'S
No. 3304
ZATERDAG 19 FEBRUARI 1927
41ste JAARGANG
IN HOG SIGNO VINCES
EERSTE BLAD.
Op den Uitkijk.
MORIAAN-BAY
Eén
op iedere vijf
Nederlanders
KI 00$ ter balsem
Alle stukken voorde Redactie bestemd, Adverteutiën en verdere Administratie, franco toe ie asenden aan de Uitgevers
Het beroep op Groen.
De heer Kuyk heeft in De Banier
(S. G. P.) een paar artikelen gewijd
aan een serie artikelen van ons over
het „beroep op Groen".
Het is moeilijk met De Banier van
gedachte te wisselen.
Men blijkt van die zijde zich niet te
kunnen verheffen op het standpunt dat
ieder Christen betaamt, n.l. goede trouw
te veronderstellen bij den tegenstander.
Reeds vroeger bleek dat de heer
Kuyk maar al te spoedig het tegendeel
van zijn tegenstander aanvaardt.
Zoo ook thans beticht hij ons zonder
eenige reserve van valsch citeeren.
De heer Kuyk meent dat onze lezers
niet onder de oogen mocht komen dat
Groen een vijand was van het ultra-
montanisme. Daarom namen wij de
toevlucht tot het valsche citaat.
't Wordt door den heer Kuyk wel
wat euphemistisch gezegd, maar hierop
komt het toch ten slotte neer.
Wij laten dit voor rekening van den
heer Kuyk.
De zaak waarom het ging was deze
Was Groen vóór samenwerking met
de R. K. Staatspartij of niet?
Wij beantwoordden deze vraag be
vestigend en wezen op vele uitspraken
van Groen in diens werken.
De Banierschrijver zegt„neen, maar
Groen maakt onderscheid tusschen
Roomsche personen en de Roomsche
partij". Wij hebben getracht het verschil
te vatten, maar konden er niet achter
komen. Maar dat kan wel aan ons
liggen.
Welk een verwarring van denkbeel
den en begrippen omtrent deze kwestie
bestaat bij de Staatkundig Gerefor
meerden blijkt wel uit een citaat, dat
de heer Kuyk aanhaalt uit Groen's
werk Ongeloof en Revolutie, waarin
Groen te velde trekt tegen de Room
sche Kerkleer, de souvereiniteit van
den Paus, de leer der twee zwaarden
enz.
Immers had de heer Kuyk onder
scheid gemaakt tusschen een samen
gaan op staatkundig terrein met de
R. K. Staatspartij en een samengaan
met Rome inzake diens kerkleer, dan
had hij Groen aan zijn zijde gevonden
en had zijn citaat uit Ongeloof en Re
volutie eenige beteekenis gehad, maar
dan vond hij ook de Anti-Rev^ partij
aan zijn zijde 1 Want dezelfde Anti-
Rev. die op staatkundig gebied in
sommige opzichten met de Roomsche
Staatspattij samengaan, verzetten zich
scherp tegen Rome's kerkleer. Precies
als Groen 1 Ja, wij durven verder gaan
en zeggen dat de Staatk. Geref. in dit
opzicht bij ons Anti-Rev. volk ter schole
kunnen gaan. Met al hun gedaas tegetv
het A.-R. volk kunnen zij aan het optre
den der A.-R. tegen Rome's kerkleer en
dogmatiek, aan de evangelisatie in
Roomsche streken, aan het vasthouden
der zuivere Calvinistische beginselen
een voorbeeld nemen.
Wij vragenhebben de Staatk. Geref.
broeders inderdaad ooit wel eens iets
van beteekenis tegen de Roomsche
dwaalleer gedaan en een hand uitge
stoken om in Roomsche kringen het
Evangelie te prediken?
Om bewijs aan te halen dat de A.-R.
steeds lijnrecht tegenover Rome's kerk
leer stonden is een beroep op Groen
overbodig. Dr. Kuyper, de man die
na Groen (en op diens aandrangde
samenwerking met de R. K. Staatspartij
>n de hand werkte, bestrijdt in schier
al zijn werken de Roomsche dwaalleer.
1" al zijn standaardwerken vindt ge
een grondige en afdoende weerlegging
van *Roomsche dogmatiek en kerkleer
en een geniale verdediging van de belij
denis onzer Dordtsche vaderen
Het citaat van Groen dat de heer
Kuyk aanhaalt is dus een slag in de
lucht. Hij bereikt er niets mede, dan
alleen dit, dat hij toont geen besef te
hebben nóch van den arbeid van Groen
nóch van het werk der A.-R. partij.
En welke reden zouden wij hebben
Groen's afkeer van het ultra-montanisme
te verbergen.
Indien hij ons blad volgt, weet hij
dat we daarop zelf gewezen hebben
En in dit voetspoor van Groen wan
delt óók in dit opzicht nóg de A.-R.
partij.
Dr. Kuyper toonde zich steeds scherp
gekant tegen al het ultra-montaansch
streven van Rome. En de A.-R. partij
denkt er heden ten dage nog precies
zoo over.
Maar dit alles zegt niets ten opzichte
van het samengaan met de R.-K. Staats
partij in de politiek, voorzoover wij
gemeenschappelijke doeleinden najagen.
En die zijn er velen.
Dat Groen de geestelijke vader der
Coalitie, er ook zoo over dacht bewijst
duidelijk hetgeen hij schreef in de
Ned. Gedachten van 27 September
1875:
Inderdaad ook in zijn tijd waren er
antipapisten die hen hierover fel be
streden, evenals nu de heer Kuyk c.s.
het de A.-R. partij doen.
Groen wist niet beter te doen dan
dezulken ironisch te antwoorden
„Dit alles is tegen mij en mijn vrien
den in het midden gebrachtin proza
en poëzie, in romantische tafereelen,
zoodat de Nederlandsche letterkunde
aldus met onderscheidene werken is
verrijkt, om stijl en vernuft zeer lezens
waard".
Helaas, we mogen het laatste Groen
niet eens nazeggen
We herhalen wat we reeds meer ge
zegd hebben
Groen was Coalitie-man. Slechts met
de historie der vorige eeuw geweld aan
te doen kan dit worden geloochend.
Dr. Kuyper heeft eens medegedeeld,
dat toen hij de leidsel uit Groen's han
den overnam, hij zelf nog eenigszins
sceptisch stond tegenover het samen
gaan met de R.-K. Staatspartij, maar
toen is het Groen 'zelf geweest die
hem hierover heen hielp, en met klem
op de noodzakelijkheid van* een gaan
in die richting wees.
Wij herinneren nog eens aan het
woord van Groen in zijn Ned. Gedach
ten van 24 Juli 1873:
„Bestrijd Rome. Niet met de begin
selen van 1789. Niet met de vrijzinnig-
protestantsche takken van 1825. Niet
met kleingeestigheid en geweld van
politie en bureaucratie (cursiveering
van ons, red.). Evenzeer als tegen het
Liberalisme is tegen het Ultra-monta
nisme slechts een Christelijke polemiek
genoegzaam. Herleving der Kerk, die,
ook in de 16e eeuw, over eiken vijand
getriumfeerd heeft".
Men bleef tot heden in gebreken aan
te toonen dat de A.-R. partij van dezen
weg is afgeweken.
Dat de partij van Ds. Kersten er ooit
langs gewandeld heeft in ons onbekend.
Reclame-^ededeaSingen.
en ki'eze daarom
R@eiairete«ilÉetiesl@s§§Irsg@f?.
gebruikt
AKKER's
Deze Courait verschijnt eiken WOENSDAG en 7 ATERDAG.
ABONNEM -.NTSI'RIjS per drie maanden franco per post f 1.- bij vooruitbetaling.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS
W. BOEKHOVEN ZONEN
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIÈN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel.
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.- per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan.
Advertentiën worden lngewacht\tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
„Aan onze uitnemende vrienden dr.
Kuyper en mr. Savornin Lobman wordt
overleg met Roomsch-Cath. bij de stem
bus door weinigen, het is zoo, maar
wier oordeel wij niet gering schatten,
euvel geduid. Als verloochening van de
zinspreukIn ons isolement ligt onze
kracht. Hiertegen moet ik opkomen.
Periculum in mora.
„In ons isolement ligt onze kracht".
Dit was steeds het devies onzer vlag.
Zelfstandigheid die, het heterogene af-
stootend, al wat homogeen is aantrekt,
die zelf onwrikbaar, ter aansluiting
bereidvaardig de hand reikt. Van 1829
tot nu toe was ik steeds zoo ik meen,
aan het zinrijk adagium getrouw".
V 't Gevolg van Antipapisme.
Voor eenige weken gaven wij het resultaat
weer van het onderzoek dat de heer den
Ouden heeft ingesteld naar de stembus<cijfers
in Noord«Brabant.
Zooals onze lezers zich zullen herinneren,
was dit het resultaat, dat wanneer de kleiDe
partijtjes, waaronder de S. G. P. en de H. G. S.
in Brabant met een eigen lijst uitkomen, ge»
rekend naar de cijfers van '23 en '25, de Antirev.
partij wel een zetel verliest, maar de Roomsch'
Kath. en de S. D A. P. beiden één zetel
winnen, terwijl deze kleine partijtjes zelve geen
kans hebben in de Staten te komen.
Thans heeft de heer den Ouden een gelijke
berekening gemaakt van Gelderland.
Hij komt tot hetzelfde resultaat en geeft
den volgenden commentaar op de cijfers
Zie nu ook hier weer het »merkwaardig«
resultaat. Het optreden der H. G. S., de
felle kampioen tegen »Rome« bezorgt een
zetel aan de Roomsch*Katholiekr Staats»
partij. Als haar kiezers aan de anti»papisti»
sche propaganda der leiders van de H. G. S.
het oor leenen, bezet «Rome® 20 zetels in
de Staten. Steunen ze daarentegen de groote
Protestantsch«Christelijke partijen, dan wordt
de Roomsche invloed op 19 zetels terug»
gedrongen.
Maar wanneer deze kiezers dan eens
hun stem gaven aan die andere «anti»
Roomsche«, de Staatk. Geref." Partij
Dan zou het niet baten.
Dan kreeg de S. G. P. met 8477 3410
11687 stemmen terstond bij eerste toewij»
zing 2 zetels met een overschot van 1039
stemmen. Zij zou echter niet voor een derden
zetel in aanmerking komen, wijl haar ge»
middelde dan 11687 3 *38952 3, dat is
kleiner dan 75 pCt. van den kiesdeeler
(3993) zou worden. Het overschot der A. R.
lijst zou dan weer op 1256 dalen, dat der
C. H. lijst op 1198 en van de R..K. Staats»
partij zou met een overschot van 2678
stemmen, de 61ste zetel toevallen, de 62ste
aan de A. R. partij, terwijl de C.*H. Unie
haar 9ie zetel zou onthouden blijven.
Antipapisme komt in den regel Rome ten
goede en breekt den invloed der Protestantsch
Christelijke beginselen.
Nadruk verboden.
Ik las het zinnetje in een ofijer kerkbodes
«Waardeering, behalve van zichzelf, valt aan
Nederlandsche Christenen altijd erg zwaar
Ik weet niet of deze hebbelijkheid een spe»
cifieke Hollandsche karaktertrek is, en buiten»
landers er minder of niet mede behebt zijn.
Wie eenigermate het mensch.lijk hart kent,
weet dat ieder mensch geboren wordt met
een zekere mate van eigenliefde. Bij de een
mag dit grooter zijn dan bij den anderin
geschapen is het ieder: Dus geloof ik wel,
dat buitenlandsche christenen ook tegen het
kwaad dat hier besproken wordt te strijden
hebben. «Liefhebbers van zich zelve,® de
Heilige Schrift voorspelt ons dat zij inzonder»
heid in het laatst der dagen zich zullen
openbaren, maar het beginsel, het leeft in elk
menschelijk hart.
Toch bezien in het verband, waarin deze
schrijver het neer schreef, geloof ik dat hij
gelijk heeft en wij hier te doen hebben met
een zondige hartstocht, welke in bizondere
mate ons Nederlandsche volk kenmerkt.
Zooals mijn lezers wel gelezen zullen hebben
werd voor eenige weken te Rotterdam de
nieuwe Theol. school van Ds. Kersten en de
Oud»Geref. geopend. De woorden die daarbij
gesproken zijn door een der predikanten en
die nogal liefst leeraar aan deze school zal
worden hebben de aandacht getrokken.
En het was naar aanleiding dezer woorden,
dat een predikant bovenaangehaalde zin neer
schreef.
Er was n.l. bij de opening dezer school
door een der sprekers beweerd, (waarschijnlijk
trof het ook Uw aandacht wel) dat er nergens
in Nederland goed Theologisch onderwijs
wordt gegeven het is overal maar «verstands»
werk®, geen hartswerk.
Over deze woorden hebben zich enkele
Chr. Geref. schrijvers boos gemaakt, want zooals
het daar gezegd is geldt deze scherpe veroor»
deeling niet slechts de opleiding der Ned.
Herv. en Geref. predikanten in Utrecht, Kam»
pen en Amsterdam maar evenzeer de opleiding
der Christel. Geref. te Apeldoorn. Het oordeel
gaat over ieder en alles wat niet behoort tot
de Geref. gemeenten.
De predikant nu die ik bedoel troost zijn
Christelijke Geref. broeders met de gedachte,
dat hetzelfde over een paar jaar ook van de
school van Ds. Kersten zal gezegd worden.
Immers zoo zijn cu de manieren van som<
40 cent perjregel.
I
Sfogni 3abafofaGrt<
t,*3ie ÏTSjrlaan'
2A ,v. d .315 9 efo ar
3*q0 sen daal
A.ud BIGGELAARt,CoR005ËMDAAL."
migen. Wat de eene lastert over Utrecht,
Kampen en Amsterdam, zegt de ander even
rustig na over Apeldoorn en straks een derde
over Rotterdam.
Inderdaad zóó is het in ons goede landje.
Waardeering van den arbeid van broeders
uit een andere kerkverband dita waartoe men
zelf behoort is voor den Nederlandsche
christen o, zoo moeilijk.
Dat treft men in het buitenland niet zoo aan.
Daar kan men uren met een medechristen
spreken zonder dat men te weten komt in
welk kerk'verband hij leeft.
Ik herinner me van een onzer predikanten,
dat hij in zijn vacantie verblijf hield in
het grensgebied van Italië en Zwitserland en
daar, zondagsmorgens op weg naar een pro»
testantsche kerk in gesprek kwam met een
mede kerkganger. Het bleek een oprecht kind
des Heeren te zijn en in het gesprek voelde
beide mannen de innige gemeenschap die zij
hadden door hun geloof in het verzoenend
bloed van Christus.
Ook na den kerkgang werd de kennismaking
voortgezet en daarbij trof het onzen predikant
hoe hier, zoover van zijn vaderland, in dit
kleine dorpske een krachtig geloofsleven ge»
vonden werd, zich openbarend in de mystieke
eenheid der broeders en zusters onderling.
Daar werd niet gesproken over kerkgeschillen,
hem werd niet eens gevraagd van welke kerk
hij was, daar werd gesproken over de rijkdom
die er is in Christus Jezus, onze Heere, die
zondaren zalig wil maken.
Zie, daar was de »Unio mystica® de verbor»
gen gemeenschap die kinderen Gods samen»
bindt. De predikant voelde daar iets van wat
geheerscht heeft in de eerste christengemeente,
waarvan de brief over J de Handelingen der
Apostelen spreekt.
En dat is toch de vrucht van genade
Waardeering voor en liefde tot anderen die
met ons in Christus het Hoofd der Kerk be«
groeten en aanbidden.
En daarbij moet ons hart zoo ruim zijn, dat
wij de pluriformiteit der Kerk erkennen. Dat
wil zeggen, dat wij erkennen, dat de kerk des
Heeren in verschillende kerkverbanden zich
openbaart. De onzichtbare kerk, het mystieke
lichaam des Heeren is niet begrensd in een
bepaalde kerkformatie. Wie dat gelooft en in
zijn woorden en daden toepast valt in de
Roomsche fout der «alleen zaligmakende kerk«
Maar als wij dan erkennen, dat God niet
slechts uit alle «tongen en naties® maar even»
zeer uit alle kerken, mits zij slechts in Chris»
tus Naam saamkomen, zijn uitverkoren volk
roept, dan waardeeren we ook het goede, dat
in andere kerken gevonden wordt.
In geen geval zetten wij ons- op de rechter»
stoel van Christus, en veroordeelen we alles
wat niet denkt en spreekt als wij. Dat leert
niet de genade, maar dat leert ons eigen zon»
dig hart.
Als wij eens bedenken dat zelfs Christus,
de Heilige, de hartenkenner, tijdens zijn rond»
wandelingen op aarde zich van het oordeel»
vellen onthield, maar het oordeel over liet
aan Zijn Heiligen Vader, hoe moeten wij ons
dan niet schamen om het oordeel uit te spre»
ken over de gesteldheid des harten van onze
naasten 1
Waarschuwend verheft zich de stem van
den Heiland tegen ieder die klaar staat om
over het hart van een ander te oordeelen:
«oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld worde,
want met wat maat gij meet, zult gij wederge»
meten worden.®
Indien het dan ook waar is dat bij de
opening van de theologische school van Ds
Kersten gezegd is, dat het aan andere hooge
scholen alles «verstandswerk® is en geen harte»
werk, dan moet hierover scherpe afkeuring
uitgesproken worden. Dat past niet in den
mond van wie ook.
Wie of wat is de mensch, dat hij een ander
oordeelen zou Als we kenners zijn van eigen
hart verleeren we het oordeelen wel 1
Het oordeel komt alléén aan God toe. Zijn
oordeel is gansch rechtvaardig.
Maar waarom
Omdat God de alléén»Wijze is, en de God
des rechts.
Immers deze twee: alwetendheid en recht'
vaardigheid zijn noodzakelijke voorwaarden
om een zuiver oordeel te krijgen.
En juist deze twee eigenschappen bezit geen
sterveling.
Wij zien altijd maar een stu' je van de
waarheid. Wij zijn fragmentarisch, dwz. wij
zijn gebonden aan een onderdeel van het ge»
heel. Wij zien de dingen maar van één kant.
Iemand had eens een vierkanten lantaarn,
voorzien van glas in vier kleuren. Iedere kant
had een andere kleur. En toen het oordeel
aan vier verschillende personen over de kleur
van het licht gevraagd werd, kreeg men vier»
derlei oordeel. De man die tegen het roode
glas keelT antwoordderooddie aan de
andere zijde keekgroen en een derdegeel,
40 cent per regel.
Gij zijt het dus niet alleen, die lijdt aan
stijfheid der gewrichten en rheumati che
aandoeningen. In ons klimaat van regen,
vocht en tocht, heeft één op vijf menschen
last van bovengenoemde aandoeningen.
^IKER's KLOOSTERBALSEM heeft bewezen
de eigenschappen te hebben stijve spieren
spoedig weder lenig te maken, een gevolg
van zijn warmteverwekkend vermogen
en de groote doordringende kracht.
AKKER's KLOOSTERBALSEM, s-avonds
aangewend, zet gedurende de slaap zijn
verzachtende pijnstillende en genezende
werking voort en tien tegen één dat
men 's-ochtends ontwaakt zonder pijn.
AKKER's KLOOSTERBALSEM bij voort
gezette behandeling geeft immer resultaat.
Pcijper pot van 20 Gram 60 cent
Zéér grootf. potten a f l.~ 6 f 1.75
een vierdeblauw. Zoo had men vier ver»
schillende oordeelen over het zelfde licht.
En hoe had het antwoord eigenlijk moeten
zijn
Natuurlijk wit, want het licht zelf was wit,
en bleef wit al gaf het gekleurde glas aan de
uitstraling een andere tint 1
Welnu zoo is het met ons aller oordeel.
Om zuiver te kunnen oordeelen moeten
we niet slechts alle zijden kennen maar ook
weten hoe het er van binnen uitziet. Ach,
we zijn zoo gauw klaar met ons oordeel, en
de schijn hebben we soms vaak mede. Dan
lijkt het alsof we gelijk hebben. Maar dat
komt, doordat we maar één zijde zien, d.w.z.
gebrekkig zien. We moeten de zaak aan alle
kanten bekijken en dandan hebben we
het vaak nog mis, omdat we altijd weer door»
gekleurd glas zienl
Maar ook al waren we alwetend en kenners
der harten, dan nog zouden we niet mogen
en kunnen oordeelen, omdat we niet recht
vaardig zijn. Ons rechtsgevoel is door de
zonde afgestompt. Wij weten niet wat recht
is, en ook al wisten wij het, dan zouden wij
het recht nog niet willen. We zijn subjectief
in ons oordeel, d.w.z. wij willen het recht
zien toegepast naar onzen zin en de uitkomst
moet zijn zooals wij het tevoren reeds vast»
gesteld hebben.
Daarom waarschuwt Christus ons ernstig
toch nimmer over het hart van onze naasten
te oordeelen en zegt Hij ook, dat het kind
van God straks in den Hemel ontmoeten zal
menschen die hij er volstrekt niet verwacht
had, terwijl hij er zal missen die hij er beslist
verwacht had.
Daarom leert de Schrift ons iets anders, n.l.
dat wij elkander zullen liefhebben. Liefhebben