oor den Jfondog
Economisch uisekooerzichL
Reclame-Mededeelingen.
Bijenteelt.
Uit onze Partij*
Marktberichten.
Gemengd Nieuws.
II
Zoo is er geen plaats of gelegenheid,
waar een christen niet wordt waarge
nomen door de wereld met de bedoe
ling hem te beschuldigen van iets
onbehoorlijks. De diepste oorzaak van
zulk een boos waarnemen isvijand
schap tegen de waarheid, tegen Christus
en Zijn belijders.
Welk een genot, als men iets te
hunnen nadeele bij hen vindt 1 En als
men 't gevonden heeft, werpt men 't
hun gretig voor de voeten. Vergeten
wij echter niet, dat zulk een gezind
heid veelal getuigt van een onrustig
geweten. Er zijn zooveel menschen die
zeggener is geen God, geen oordeel,
de Bijbel is een boek vol fabelen en
tegenstrijdigheden, godsdienst is* maar
huichelarij en de fijnen zijn geveinsden.
Meent echter niet, dat men nu ook zoo
vast overtuigd is van hetgeen men zegt.
Het is meer een wenschen dat dit alles
zoo was in plaats van een vast geloof.
De wereld is met haar ontkenning niet
gerust. In het geweten verneemt ze
wel een andere stem. Daarom neemt
ze christenen waar met de heimelijke
hoop iets op hen te kunnen aanmer
ken, en als ze iets gevonden heeft,
dan zegt zeZiet ge wel, dat die zoo
genaamde vromen niet beter zijn dan
wij, 't zijn huichelaars, met een masker
van vroomheidmaar wij, al zijn wij
niet zoo fijn met den mond, wij zijn
oprecht en toonen ons, zooals wij zijn.
Zoo wil de wereld de onrustige consciën
tie het zwijgen opleggen en haar zon
den bemantelen door de gebreken der
christenen breed uit te meten.
Up zulk een wijze waargenomen te
worden, is geen aangename zaak. Ook
in 't natuurlijke is dat hinderlijk, 't
Geeft een onpleizierig gevoel, als men
ons op allerlei manieren zoekt, altijd
aanmerkingen heeft en ons op de vin
gers kijkt, zoodat wij nooit iets goeds
kunnen doen. Scharen wij ons aan de
zijde der wereld tegen Christus en
Zijn volk, zoo zullen wij allicht genade
vinden in haar oogen, maar als wij God
meer gehoorzaam zijn dan de men
schen en de zonde bestraffen, zullen
wij ons haar vijandschap op den hals
halen. Een discipel van Jezus zal in
het lot van zijn Meester deelen. Wien
dat kruis te zwaar is, die kan Zijn
discipel niet zijn die Hem verloochent,
zal door Hem verloochent worden.
Maar al is 't onaangenaam steeds
waargenomen te worden met vijandige
bedoelingen, toch kan 't voor ons
noodig en heilzaam zijn. Aan alle kan
ten omringt ons de verleiding en ons
hart is zwak. Wij hebben als christenen
de dure roeping den Heere te verheer
lijken in ons leven. Maar hoe licht
verliezen wij dat uit het oog. Wij zijn
in de wereld, verkeeren in het midden
van wereldsche menschen, met wie
onze levenstaak ons telkens in aanra
king brengt. En als wij niet op onze
hoede zijn, worden wij hun zoo licht
gelijkvormig 1 'tls noodig, dat op ons
toezicht wordt gehouden. Zoo is'took
in 't natuurlijke. Ook zonder toezicht
moeten wij ijverig en trouw ons best
doen, maar wij leven en arbeiden niet
altijd in het besef daarvan. Wij men
schen hebben een prikkel noodig. En
een prikkel tot nauwgezette plichtsbe
trachting is ook de overweging, dat er
op ons gelet wordt. Al moet dat niet
de eenige en voornaamste prikkel zijn,
er is toch niets tegen, dat wij ons
daardoor laten beïnvloeden. Zoo ligt
er ook voor den christen in de weten
schap, dat hij waargenomen wordt, een
aansporing om op zich zeiven en zijn
gezin toe te zien. Dat kan hem in den
middellijken weg van veel kwaad te
rughouden. Hij moet onstraffelijk wan
delen in het midden van een,[krom en
verdraaid geslacht, waardiglijk het evan
gelie van Jezus Christus en ^daarom
den vijand geen oorzaak van. lastering
geven. Hij heeft zich de eére Gods
en den goeden naam der gemeente
zelfs van den schijn des kwaads te
onthouden. Geeft een christen aanlei
ding tot gegronde aanmerking, dan is
't zijn schuld dat Gods naam gelasterd,
Zijn gemeente gesmaad en Zijn werk
miskend wordt. En dat moet voor hem
het ergste wezen. Die den naam des
Heeren, die zijn Heiland liefheeft, zal
voorzichtig wandelen, wetende hoe de
vijand hem van alle kanten gadeslaat.
Wij kunnen 't der wereld niet kwa
lijk nemen, dat zij aldus handelt. In
zekeren zin heeft zij recht op ons toe te
zien, en van ons een leven overeen
komstig onze belijdenis te eischen.
Van een christen mag iets anders ver
wacht worden dan van de wereld.
Immers hij belijdt, dat God rechtheeft
op zijn dienst en waardig is gediend
te worden. Hij belijdt te gelooven in
Jezus Christus als Zijn eenigen Zalig
maker, hem dierbaar boven alles. Hij
belijdt verantwoording schuldig te zijn
aan God, die een iegelijk vergelden
zal naar zijn werken. Daarom mag van
hem geëischt worden, dat hij door
daden toone, dat 't hem ernst is met
zijn belijdenis, dat hij de zonde haat,
Gods gebod het richtsnoer van zijn
handelen en hij een heihelburger is.
Hij belijdt, dat de Heilige Geest in
hem woont, zijn Leermeester en Troos
ter is. En dat moet hierin uitkomen,
dat hij zich dagelijks bekeert van zijn
zonden en God en zijn naaste liefheeft.
Zoo dat niet het geval is, geeft hij der
wereld reden te zeggengodsdienst
is huichelarijdie zich christenen noe
men spreken wel mooi en zalvend,
maar ge moet niet op hun daden let
ten. O, als wij er van doordrongen
zijn, hoe de wereld ons waarneemt en
hoeveel er in verband staat met onze
woorden en daden, zal 't zeker onze
bede zijn„Heere, leer mij den weg
Uwer inzettingen, en ik zal hem hou
den ten einde toe. Geef mij het ver
stand, en ik zal Uw wet houden, ja,
ik zal ze onderhouden met mijn gan-
sche hart".
en een kopje kleiner maken. Hadden zij drie
eeuwen geleden geen krijg gevoerd tegen die
van B en zouden ze nu beter zijn. Neen A
dat was, in zijn oog de vijand.
En deze dwaze man ging met zijn rug naar
den dijk staan, bij wilde de zwakke plekken niet
zien 1
Heftig waren zijn woorden tegen de volge»
lingen van den leider uit B, die het zelfde
wilde doen wat die wijze man vóór hem ge>
daan had.
De dwaze man maakte zich boos tegen hem
en ging zelfs betwijfelen öf die wijze man
oudtijds wel zoo gesproken had Jammer dat
hij de geschiedenis niet beter kende.
Helaas, sommigen volgden hem En de strijd
liep zelfs zoover, dat zij afzonderlijk gingen
wonen.
Maar treuriger nog was de uitkomst van
het gesprokene woord in C.
Daar stónd een fanatiek man op, een ze»
loot, die eveneens met den rug ging staan
naar de zee die hem bedreigde en naar den
dijk die hem beschermde
Woest voer hij u't tegen de lieden van A.
en trachtte zijn hoorders aan het verstand te
brengen dat die de groote vijanden, de aarts»
vijanden van deze streek waren. Met felle
kleuren schilderde hij hun hoe nu drie eeuwen
geleden en vroeger die van A. geheerscht
hadden en ieder onderdrukten die niet ge»
loofde zooais zij. Ja, hij trachtte zelfs te doen
gelooven dat de lieden van A nog precies
waren als drie», vierhonderd jaar geleden en
dat zij het gevaar waren dat dreigde,
Dit nu was zeker erg dwaas, want die van
A hadden niet meer inwoners dan B of C,
zoodat als zij werkelijk wilden vechten een
macht dubbel zoo groot als ze zelf waren
tegenover zich zouden vinden. Maar trouwens
niemand van A dacht daarover, en er waren
ook geen bewijzen van. Zij waren tevreden
met hetgeen zij hadden en deden slechts hun
best te houden wat zij hadden. Waar ze na»
tuurlijk recht op hadden. Overigens lieten ze
die van B. en C. met rust.
Het gevolg van het drijven van den dwazen
man., uit C was echter, dat de bewoners van
C. bang voor hem werden, ofschoon lang
niet allen het met hem eens waren, en velen
wel terdege het gevaar dat achter den dijk
dreigde zagen als het^eenige, het werkelijke
40 cent per regel
Het veelvuldig voorkomen van spoorweg»
en andere ongevallen met publieke vervoer»
middelen heeft de firma van Rossem er toe
geleid, het publiek tegen de finantieele gevol»
gen hiervan te verzekeren. In elk pakje van
Rossem's tabak vindt men een polis, die slechts
behoeft te worden ingevuld om den houder
gedurende veertien dagen gratis verzekerd te
doen zijn. Door dus elke week een pakje
tabak te koopen, kunt U twee leden van Uw
gezin, doorloopend verzekeren. Zie dc bijzon»
derheden op de polis.
gevaar. Maar ofschoon de enkele volgelingen
van den dwazen zeloot uit C. ook afzonderlijk
een gehucht stichtten, bleven de leden
van C voor hen zóó bevreesd, dat hun
handen slap bleven en zij niets deden om de
lieden van A en B te helpen aan het werk
dat aan den dijk wachtte en dringend noodig
was. Integendeel zij waren bang dat nog meer»
deren uit hun dorp zouden overgaan naar het
gehucht van den zeloot en daarom praatten
de verschillende leiders die men hier had
maar zoo'n beetje mee als 't ging over het
vermeende gevaar dat dreigde van de zijde
van de lieden van A.
Toen werd de toestand critiek 1
Immers, was het wonder, dat sommige lieden
van A zich beleedigd achtten over de opsto»
kerij en de leelijke vermoedens die men over
hen opperde?
En ook deze weigerden langer met die van
B en C te doen te hebben.
Zoo bleven er niet velen over die bereid
waren den dijk te versterken.
Toch trokken zjj nog op, de lieden uit A
en uit B die steeds het oog gevestigd hieiden
op den grooten vijand die allen bedreigde.
Zij zwoegden aan den dijk, werkten als reu»
zen, niettegenstaande de volgelingen der beide
dwaze mannen het hun lastig maakten en
steeds doende waren om meer volgelingen te
krijgen en het troepje der werkers aldus te
verminderen. Zij lieten geen gelegenheid voor»
bijgaan om het twistvuur tusschen die van A
en te stoken. Over het gevaar achter den
dijk werd niet gepraat, zij maakten zich slechts
druk over het gevaar van A, dat niet bestond l
Die van B. werden door hen beschimpt als
als trouweloozen, die den landstreek aan de
leiders van A verkochten en het werk der
vaderen vergaten, die veel van de A=bewoners
geleden hadden. Iets wat geheel onjuist was.
Immers zij deden niet anders dan wat de
oude, wijze mannen hen voor jaren bij het
bouwen van den dijk geleerd hadden en zij
wisten heel goed dat het gevaar uit A niet
meer bestond maar dat het sinds langen tijd
dreigde van de zijde van de groote zee.
Ik zag hen werken en tobben en worstelen.
Maar hun getal was te klein.
En het brokkelde helaas telkens nog af
onder het gestook der beide mannen die een
eigen groep gevormd hadden en probeerden
groot te worden.
Waren de lieden van C nu maar niet be»
vreesd geworden voor den dwazen man uit
hun dorp en zijn weinige volgelingen, het
werk zou, gemeenschappelijk verricht, nog
gelukt zijn.
Nu waren de krachten hoe ingespannen ook
gebruikt, te klein.
Ik zag uit mijn wachttoren en wat ik zag
ontzette mij.
De woeste golven hoopten zich al meer op
tegen den dijk. Zij beukten en sloegen en
stampten met ontzettend geweld, alsof zij de
schade van een halve eeuw wilden inhalen.
En telkens weer opnieuw sloegen de massa's
water met brandende bruising tegen den dijk,
eens door dien wijzen man en zijn volgelingen
jn eendracht gebouwd.
De trouwe werkers waren te weinig in getal.
Vulden zij hier de gaten, sleepten zij daar
met zakken zand, sloegen zij ginds kistdam»
men op, het hielp niet.
Die ontzettende kracht van dien stroom 1
Toen zag ik het einde I
De dijk scheurde over den kruin. Het
woeste water had een diep gat in den dijk
uitgehold, en hij brak door als een latje.
Toen had de kokende zee vrij spell
De lieden die de dwaze mannen gevolgd
waren, zagen het nu, zij sloegen zich tegen
het hoofd in bitter zelfverwijt en doodelijke
angst.
Maar nu was het te laat.
Er was geen keeren meer aan.
Met wellust en hartstocht drong de vijand
van deze streek naar binnen.
Hij nam bezit van alles wat voor hem kwam.
De drie dorpen, ja, maar ook de beide ge
huchtjes der dwaze maDnen overstroomde hij.
En waar hij kwam bracht hij verwoesting.
Weldra was er niets meer der vruchtbare
landouwen te zien. De witschuimende golven
van dien aartsvijand speelden er zooals ztj
vroeger vijftig en meer jaren geleden gespeeld
en geheerscht hadden.
Weg ging alles wat met zooveel zorg en
ijver was opgebouwd. Geen huisje bleef staan,
maar ook de kerken en de scholen moesten
er aan gelooven, hóé stevig gebouwd, nu de
dijk de bevolking beschermd had, zij ver»
mochten tegen het ontzettend woeden dier
vreeselijke golven geen stand te houden 1
Dat was het einde.
Toen dachten de lieden van deze streek
niet meer aan de onderlinge veeten 1
Men gevoelde weer dat men toch eigenlijk
één was.
Dat men dezelfde belangen had.
Dat men door dezefde gevaren bedreigd
was.
En men begon opnieuw.
Wéér eensgezind, geleerd door de ontzet»
tende ervaring.
Ik sprak in een gelijkenis.
Mocht mijn bedoeling U moeite geven,
mijn lezer en lezeres, twee draden zal ik U
in handen gevende oude wijze man is Mr.
Groen van Prinstererde gevaarlijke zee die
in later jaren met versterkte en verwoeder
krachten de streek teisterde is de macht van
Ongeloof en Revolutie, eerst in den vorm van
liberalisme, later als socialisme en communis»
me. 'k Meen dat beide draden voldoende zijn.
Mijn lezers vinden de rest nu wel
UITKIJK.
LUKAS 14 i 1.
«En het geschiedde, als Hij
gekomen was in het huis van
een der oversten der farizeeën,
op den sabbat, om brood,te eten,
dat zij Hem waarnamen.*
(Vervolg).
(Slot volgt).
Verslag der Vergadering der Afd. Goeree
en Overflakkee van de Vereeniging tot Bevor»
dering der Bijenteelt in Nederland op 25
Januari 1927 in Hotel Spee te Sommelsdijk
onder Voorzitterschap van den heer J. Vis.
Aanwezig 15 leden.
De Voorzitter opent de vergadering met een
hartelijk welkom aan de talrijk ogekomenen,
waarna overgegaan wordt tot lezing der no>
tulen welke, behoudens een kleine verandering,
worden goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede, dat geen stukken
van belang zijn ingekomen, zoodat tot ver»
kiezing van een bestuurslid kan overgegaan
worden, in de vacature van den heer P. C.
Kappetein. Bij eerste stemming wordt de heer
P. van Gent gekozen, welke zijn benoeming
aanneemt
De heer Keijzer stelt nu voor, tot uitbrei»
ding van het bestuur over te gaan, aangezien de
werkzaamheden en verantwoordelijkheid voor
3 bestuursleden te groot wordt. Na eenige
discussie wordt staande de vergadering besloten
2 nieuwe bestuursleden bij het oude bestuur
te voegen. Bij eerste stemming worden gekozen
de heeren A. van Seters en A. Knöps te
Dirksland, welke hun benoeming aannemen.
De nieuwgekozenen nemen aan de bestuurs»
tafel plaats.
Komt aan de orde Suikerbestelling en Sui»
kerlevering. De Secretaris maakt de opmerking
dat de vracht vanaf station Maas tot Middel»
harnis zoo hoog is, dat men met 2 cent opslag
per K.G. bijna niet toekomt.
De heer van Gent maakt de opmerking, dat
volgens bepaling in 't maandschrift, de suiker
franco Middelharnis dient geleverd te worden.
De heer van Seters meent gelezen te hebben
franco naaste station, zoodat in dit geval de
vracht vanaf Rotterdam voor onze rekening
komt. Aangezien hierover meeningsverschil
bestaat, wordt de Secretaris opgedragen deze
zaak nog nader te onderzoeken.
Komt aan de orde honingverkoop. De heer
Keijzer zegt dat in dezen een treurigen toe»
stand bestaat. Terwijl het artikel op Flakkee
vrijwel onbekend is, wordt door de leden
onderling een felle concurrentie gevoerd om
toch maar van hun product af te komen. Spr.
stelt voor deze zaak nader onder de oogen
te willen zien opdat hierin verbetering mag
komen b.v. door reclamebiljetten, etiketten enz.
De heer van Gent stelt voor, ieder lid der
Afd. te verplichichten sluitetiketten der Afd. te
gebruiken.
De heer van Seters stelt voor een uniforme
prijs vast te stellen en gr.eft te kennen dat hij
vertrouwd dat de leden zooveel voor het werk
hunner organisatie zullen gevoelen, dat zij zich
hieraan zullen houden.
De heer Mosselman stelt voor H.H. doktoren
te verzoeken hun patiënten op de geneeskracht
en voedzaamheid van honing te wijzen. Na
een uitgebreide duiscussie wordt deze zaak tot
nader onderzoek in handen van het bestuur
gegeven.
Hierna heeft plaats een verloting van ver»
schillende imkersartikelen, gratis beschikbaar
gesteld door Afd. Handel der Vereeniging.
De heer Keijzer merkt nog op dat verleden
jaar besloten is op de eerstkomende vergadering
gelegenheid te geven tot het doen van een
collectieve bestelling.
De heer Buijs vraagt of Afd. Handel ge»
negen is een depót op Flakkee in te richten.
De heer van Seters merkt op, dat,Afd..Handel
dit niet mag doen. «sauSi M±3
De heer Vis stelt voor, een depót te houden
van kunstraat en verdere.artikelen, welke noo»
dig mochten zijn op te geven bij 't bestuur.
De heer Buijs zag liever, dat de Secretaris
zijn depót van de Meza aanhield, dit >s ge»
makkelijk en geeft voor de Afd. geen risico.
Na aftoop der Vergadering volgde nog een
aangename discussie tusschen de leden. Besloten
wordt nog subsidie aan te vragen tot het hou»
den van een practische les in den zomer van 1927
Niets meer te behandelen zijnde sloot de
Voorzitter ongeveer 6 uur op gebruikelijke
wijze de vergadering.
In den na»afloop dezer vergadering gehouden
bestuursvergaderingj.zijn de functie's der be»
stuursleden door loting als volgt verdeelt:
VoorzitterA. VAN SETERS, Diksland.
Vice» Voorzitter P. VAN GENT, Sommelsdijk.
Secretaris: C. KEIJZER A. Wz., Herkingen.
PenningmeesterJ. VIS Cz., Dirksland.
AdjunctA. KNOPS, Dirksland,
H. K. ;s
A.iR. Klesvereen. te Helle voetsluis en
Nieuw» Hel voet.
Woensdag 26 dezer kwamen genoemde ver»
eenigingen in gecombineerde vergadering bij»
een.
Nadat de voorzitter, de heer L. Quack, op
gebruikelijke wijze geopend heeft worden
eenige zaken in velband met de a.s. Staten»
verkiezing besproken en geregeld.
Hierna verkrijgt de heer J. de Jonge van
Nieuw»Helvoet het woord om te refereeren
over het schema«Handhaving der Chr.
grondslagen* en wel de punten de vrije loop
van het Evangeliede vrijheid van geloof
en overtuiging, vrijheid der Kerk, en de eed
in het staatsrecht.
Allereerst toont Spr. aan hoe de Overheid
in een Chr. Staat van Godswege geroepen is
om als Zijn dienaresse te zorgen voor den
vrijen loop van het Evangelie. Dat echter het
Evangelie tot het terrein der Kerk behoort en
dus de Overheid zich daarbuiten moet hou»
den.
Dat van Staatswege geen contra»Evangelie
ingevoerd of beschermd kan worden. Hoe
hieruit volgt, dat de Staat vrijheid van geloof
aan allen moet laten.
De staatsmacht is begrensd. God riep naast
den Staat allerlei instellingen in het leven,
die de souvereiniteit in eigen kring bezitten.
Alleen daar, waar door de zonde ontstane
misstanden naar buiten treden, vindt de Over»
heid roeping voor de uitoefening van haar
algemeen politiek gezag.
Vervolgens staat inl. stil bij de consciëntie,
die een bolwerk vormt voor de persoonlijke
vrijheden. De Staat moet de consciëntie vrij
laten en dwinge daarom niet tot vaccinatie
enzoovoort.
Hierna zet Spr. uiteen het wezen van den
eed ia het staatsrecht, waartoe hij dient en
welk gebruik daarvan mag en moet worden
gemaakt. De eed plaatst èn Overheid èn on»
derdaan in onderlinge betrekking tot God.
Blijve de eed in oni land in eere om zijn
heiligheid, en zij het leven van ons volk
(aldus Spr.) dicht bij God, dan zal het ook
in de maatschappij beter gaan.
Van de gelegenheid tot bet stellen van vra»
gen wordt een goed gebruik gemaakt, zoodat
een aangename bespreking volgt.
Spoedig wordt een vergadering gehouden
ter vaststelling van een gemeente»program.
Men leest de laatste weken in finantieele
bladen niet veel anders dan over uitgiften van
buitenlandsche obligaties, die blijkbaar enorm
gewild zijn tegenwoordig. Dinsdag stond de
inschrijving open van 7 Fransche Sporen
in Zwitsersche francs tot den koers van 94'/a-
Er is alweer een buitengewoon druk gebruik
gemaakt van deze gelegenheid tot belegging,
er was zelfs plaats tekort voor het invullen
der inschrijvingsbiijetten ter beurze, aangezien
ieder commissionair overging tot inschrijving
bij alle kantoren, in de hoop, dat hij van ieder
kantoor één stuk zou krijgen, zooals geschied
is met de jongste Parijsleening.
De meeste belangstelling ter beurze bestaat
verder voor de Kunstzijdeaandeelen, die spe»
ciaal voor Enka sterk gevraagd zijn, zoodat
heden de koets van 247 werd bereikt op
berichten, dat deze maatschappij zal worden
opgenomen in de combinatie van Kunstzijde»
fabrieken, waarover wij de vorige week schre»
ven. De andere aandeelen blijven goed op
prijs op het verhoogde niveau, doch de handel
daarin is belangrijk afgenomen.
Aan het einde der vorige week vertoonde
zich weer het zich steeds herhalende relletje
in scheep vaartaandeelen, doch thans boekten
aandeelen Holland» Amerikalijn een belangrijk
koers»avans door zelfs tot 78 op te loopen,
steeds op geruchten van de verbeterde toe»
standen op scheepvaartgebied, terwijl voorts
de obligaties tot een paar percent onder pari
opliepen. Aandeelen Maas staan thans op een
niveau van 120 alsmede Nievelt Goudriaan,
terwijl het aandeel Oostzee tot pl.m. 87 's
gemonteerd, waaruit wel mag blijken, dat het
publiek zich de laatste weken meer voor deze
afdeeling schijnt te gaan interesseeren. De
toekomst zal moeten uitduiden of het gelijk
heeft gehad.
Wat betreft andere afdeelingen is er een vaste
stemming gekomen voor aandeelen Rotter»
damsche Bankvereeniging, waarschijnlijk op
grond van vermoedens, dat er een deel van
het Müller-crediet terugbetaald zal worden.
Het aandeel steeg tot 94'/2 dus begint wel
te naderen tot pari. in het algemeen is het
echter erg stil, zoodat het opvalt, dat er af en
toe eens een bepaald fonds bij den kop gepakt
wordt.
In de Industrieele afdeeling bv. was er een
tijdje een aardige handel in Stokvis.waarden,
waarvan de aandeelen tot 114 zijn opgeloopen,
op vermoedens van betere toekomstkansen.
Doch het schijnt, dat hierin gemanipuleerd
wordt door een groep die waarschijnlijk ook
getracht heeft de aandeelen Kwatta op te zetten
tot het peil, waarop het publiek wel zoo goed
zal zijn er in te gaan. Gelukkig maar, dat er
de laatste jaren veel geleerd is, want de infor»
maties luiden, dat er geen enkele reden is,
om zoo optimistisch te zijn. Het volste bewijs
van slechte zaken in December bv. is wel,
dat er slechts voor f 240000,- beurszegels ver»
antwoord werden, wat een gering bedrag is,
en het schijnt er niet naar uit te zien, dat de
eerste maanden van 1927 beter zullen zijn.
Wat de laatste tijden een geweldig speculatie
object is, was: de afdeeling derRubberafdee»
ling, thans zoo dood als een pier. Er gaat in
de incourante waarden geen stuk om en in
Amsterdam Rubbers af en toe, zoodat ook
daar veel leergeld betaald schijnt te zijn.
MIDDELHARNIS.
Centrale Veiling voor Goeree en Overflakkee
op Vrijdag 28 Januari 1927
Kipeieren 60—67 Kg f 7,10 tot 8,10
50-51 Kg. f 5,65 tot 6,-
bruin 60 Kg. f 7,40
Eendeieren 70 K.g. f 7,10
Roode kool f 3,— tot 3,50
Savoye kool f 8,50
Boerekool f 0,90 tot f 1,—
alles per 100 stuks.
Prei f 2,10 tot 2,40 per 100 bos.
Snijsla f 20
Spruiten f 8,60 tot 12,—
Kleiperen f 19,60
Zoete appelen f 19,80
Zure Bellefleurs f 12
Bergemotten f 21,50
Kroten f 4,50
Knollen f 1,10 tot 1,20
alles per 100 K.G.
Boter f 1,10 tot 1,12 per pond.
Centrale Veiling voor Goeree en Overflakkee
op Dinsdag 1 Febr. 1927.
Kipeieren 60—61 Kg. f 7,19 tot f 7,45
50 Kg. 5,60 tot f 5,75
bruin 61 Kg f 7,40 tot f 7,50
Eendeiren 70 Kg f. 6,75
Roode kool f 1,30 tot f 3,50 alles per 100 st.
Spruiten f 3,50 tot 6,50 per K.G.
Kaas 20 plus f 0,40
Boter f 1,12 tot f 1,15 beiden per pond.
Honing f 0,70 tot f 0,71 per pot.
Uienveiling van Donderdag 3 Febr. 1927.
Met U. C. B. merk:
Grove uien f 2,13.
Gewone uien f 2,12.
Drielingen f 1,45.
Pickets f 1,34.
Zonder U. C. B. merk:
Gewone uien f 0,53—f 1,48.
Pickets f 1,01.
Aanvoer 380 balen.
ROTTERDAM, 1 Febr. 1927
Op de heden in ons Veilingslokaal, War»
moezierstraat 37—39, gehouden Veiling, wer»
den de volgende prijzen besteed:
Kipeierenf 7,05 tot f 8,50
Idem (klein)5,50 tot 6,95
Idem extra zwtot
Eendeieren6,65 tot 7,60
Ganseierentot 4
Kalkoeneieren tot
Kievitseieren tot
Middenprijs f
Aanvoer 105.000 stuks.
DE ROTTERDAMSCHE VEILING
Vrachtauto over den kop geslagen.
Onder Bemmel (O.B.) is op den Waaldijk
bij Sprokkelenburg een met meubels geladen
vrachtauto bij het passeeren van een anderen
vrachtauto van den hoogen dijk gereden. De
wagen sloeg over den kop en kwam in het
prikkeldraad terecht. De beide inzittenden
kwamen er met eenige ontvellingen af, doch
van de meubels bleef geen stuk heel.
Verdronken.
Wolff seint uit Blankenburg in den Harz
Maandag zijn in een vijver in Blankenburg
een 16»jarige en een 17.jarige scholier, die
nabij den vijver een sledetocht ondernomen
hadden, op het ijs van den vijver terecht ge y
komen en er door gezakt.
Toen er hulp kwam opdagen, waren beiden
reeds verdronken.
Lyk opgehaald.
Het vermoeden dat de 19»jarige banketbak»
ker A. W. P. te Leiden, die de vorige week
des nachts om zijn weg huiswaarts te bekorten
over de spoorbrug bij De Vink was gegaan,
te water zou zijn geraakt en verdronken, is
bewaarheid. Vannmorgen heeft een familielid
dat daar heeft gedregd, het lijk opgehaald.
Vijf passagiers door een waanzinnige
gedood.
Uit Manilla wordt gemeld, dat een inland»
sche politie»agent, die zich aan boord van een
stoomschip bevond, in eenvlaag van waanzin
5 passagiers, waaronder een Amerikaansche
luitenant, gedood en 7 andere personen ern»
stig gewond heeft.
Geen sleutelgeld ontvangen.
Wel f 100 geaccepteerd.
Naar aanleiding van de beschuldiging, doot
eenige leden der Woningbouwvereeniging
«Patrimonium* te Weesp geuit tegen den
voorzitter, het oud»raadslid v. d. H., dat deze
een bedrag van f 100 als z.g. sleutelgeld van
een der bewoners geaccepteerd zou hebben,
zonder dat deze gelden aan de vereenigingskas
verantwoord waren, is in deze aangelegenheid
op verzoek van den beschuldigde een onder»
zoek ingesteld.
Uit de verklaringen van een vroegeren
»Patrimonium«»bewoner en diens echtgenoote
is thans gebleken, dat den voorzitter wel de»
gelijk sleutelgeld aangeboden en ook betaald
Niettemin ontkende de voorzitter, dat zulks
het geval zou zijn geweest. Wel wist hij zien
te her nneren, dat hij op een ochtend f 1W
in zijn brievenbus gevonden had. Maar dat
geld kon volgens den voorzitter nooit ais
sleutelgeld betiteld worden, omdat degene
van wien het afkomstig was, op dat o°8en'
biik reeds eenige weken de woning betrokken
had. Naar de meening vaq den heer v.
H. kan alleen van sleutelgeld sprake zijn.
wanneer de overreiking der sleutels van con»
tanten vergezeld gaat.
Om je suf te denken 1
Om den gevel van een boerderij te Oude»
water staat de volgende rebus te lezen:
Geen deel zonder deel; deel geen zon
deel. Dit is een aardigheid van den vroegere
eigenaar. Toen men hem vroeg, waarom J
dat er zoo op liet zetten, zei hij
daar weten de schoolmeesters eens lekker ge
antwoord op, als de jongens er om vrage
Het beteekent:
«Geen (voor)deel zonder (na)deel;
Geen (na)deel zonder (voor)deel«,