lüftSCH ilRIEtSDIJK voor de Zuldhollandsche en Zeeuwsche Eilanden. J mm Antire voluiionair Orgaan can! IN HOG SIGNO VINCES eerste blad. nzn. - Ede (fi.) salon No. 40 HIIDOELHftRIIIS er Ham 3226 ZATERDAG 22 MEI 1926 Pinksterfeest. Monumenten. Op tien Uitkip,, I HEIJDEN 1AAN z "ba v> ten uit voorraad ALEN en ERS 41ste JAARGANG ftectame-Medodeelingen. lel goedkoopste, let grootste, let meest gesorteerd Hoeden- en Pefienmagazijn W. BOEKHOVEN ZONEN A He stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën ess verdere Administratie, fratieo toe te zeitden aaa de Uitgevers 'foon no. 82 EL. VNT. EKHOUDEN aktijk en voor 1 Belastingzaken 1926« fleschjes) 6 pon» pakje door toe» kokend water, lond. iriek aat verkrijgbaar VAN REE. op voor Goeree schouw» en Dui» uideBeveland en ossier gezocht. AAT 40 Tramstation DAM 10 cent 20 cent rzeep 59 cent af 6 cent 24 cent >ste adres voor illetartikelen eriën. ff a X Z G sevelend, II 1 M EIKEN» en GE. BELEN, LEER» en sJITUREN, LIN» FETTEN, THEE» ITEN, TAFEL» en I, KARPETTEN. Wij vestigen uw ude kussenstoelen ima vaklui gestof Vlugge bediening lend, .AND )ERLANDSCHE TE VOORZIET. C, TIJDSCHRIF» TEVENS SIER. DER PERS I Courant Een ivoudig en prac» tactische mappen ort op weinig or» ontbreken Het is om zoo van Columbus, n deze practische e Nederlandsche icces It'saoB»» ïi. ii.i» ali i.", wwi—ii.wr-M«gom—i—rii ta-i En anderen spottende, zeiden «zij zijn vol zoeten wijns«. Hand. 2 13. Daar is geen macht op aarde, die zoo ver en zoo diep reikt, als de macht van het woord. Wie dat woord recht weet te hanteeren heeft daarmede een instrument ontvan gen, machtiger dan de grootste soldaten keizer ooit had in de keurkorpsen van zijn legerscharen. De reden hiervan is deze, dat zich in ons menschelijk woord iets afspiegelt van het eeuwige Woord. En, door het Woord des Heeren zijn immers de he- ^melen gemaakt. Door dat Woord worden immers alle dingen gedragen van oogenblik tot oogenblik. Ja hemel en aarde zullen voorbijgaan, maar dit Woord zal immers geenszins voorbijgaan. En waar dit Woord ook nu nog onder menschen uitgaat, is het snijdender en scherper dan eenig tweesnijdend scherp zwaard, doorgaande tot de verdeeling der ziel en des geestes. Iets nu van de macht en mogendheid van dat Woord, straalt ook nog af uit het welgeoefende menschenwoord. En zoo dat wapen van het woord wel wordt geslepen en naar zijn aard wordt gehanteerd, dan reikt dit machtsmiddel van het gezorgen of gesproken woord verder dan ooit eenig stoffelijk middel onder menschen reiken kan. Maar zal de macht van hel woord we zenlijk gevoeld worden, dan hangt er '$iies aan, of het gedragen wordt door een hoogere dan stoffelijke, d.i. geeste lijke macht. En zoo bezien, dan beslist weer de vraag of het is de Geest Gods die ons menschenwoord inspireert en draagt, dan wel de geest des Satans. Toen op Pinksteren de Geest Gods werd uitgestort in de harten der Jezus jongeren, toen begonnen ze te spreken. Te spreken met andere talen. Zij kon den de woorden niet van hun lippen terug houden. De innerlijke kracht, waarmede zij inwendig aangegrepen waren, drong hen, met onweerstaanbaar geweld, tot spreken. Zij konden niet zwijgen. Ze moesten spreken van de groote werken Gods. Dit is zoo waar, dat overal waar het Pinksterwonder zich voortzet onder de Heidenen te Saesarea (Hand. 1041) of onder de Johannes-jongeren te Efese (Hand. 19 6), er uitdrukkelijk vermeld staat, dat ook zij, op wie de Heilige Geest toen kwam, begonnen te spreken en te profeteeren, evenals eenmaal de honderd en twintig in Jeruzalem's op perzaal. De Geest is het dus, die ons welspre kende maakt, en ons bekwaamt om het woord te voeren voor de eere Gods en de zaligheid der zielen. Maar daarom nu is de macht van het woord ook, onder zondaren, een instru ment waarvan de Booze, die machtige geest, zich kan bedienen, om God en Zijn zake tegen te staan en de zielen te verderven. En inzonderheid is dan de hoofd vorm, waarin hij de macht van het menschenwoord afslijpt, het wapen van den spot. De dolk van den spot is het mach tigste woordwapen, waarvan de Vorst der duisternis zich onder menschen bedient, om den Christus Gods tegen te staan, en de zielen van dezen eenigen Naam te vervreemden. Een vreeselijk wapen, omdat er geen schild zoo hard is, of het dringt er ten slotte door; en zijn wonde, goed aan gebracht, doodelijk is door zijn gif. Dat machtig Pinksterwonder kon de Satanas op dien eeuwig gedenkwaar- digen dag des Pinksterfeestes niet loo chenen. De uitwerking daarvan op de jongeren van Jezus was te zicht- en te hoorbaar ook voor den natuurlijken mensch. 't Was duidelijk waarneembaar, hoe deze discipelen des Heeren door hoogere dan aardsche macht aangegrepen waren en als bezielde sprekers duizenden aan hunne lippen deden hangen. Doch de Vader der leugenen wist raad. Het feit zelf kon hij niet loochenen. Dat vurig spreken over de groote werken Gods, kon hij niet weerleggen of on gedaan maken. Welnu, dan met het woordwapen van den spot maar gepoogd, het van zijn drang op de harten, te ontdoen. En fluks heeft hij sommigen zijner kinderen het in den mond gegeven, spottende te zeggen„dezen zijn vol zoeten wijns''. Hun bezieling is niet echt. Hun woorden zijn niet van God inge geven, maar (zich zelf onmiddellijk aanwijzen wilde Satan niet) uit den roes van den wijn. Zoo kwam dan ook op den Pinkster dag weer het echt-duivelsch karakter van den onheiligen spot aan het daglicht. Want dit is altijd de zenuw van den spot, die tegen Gods volk gehanteerd wordt„gij Gods gunstgenooten, gij Zijn- lievelingen 't mocht wat, gij zijt de onbeholpenheid, de armzaligheid, het bedrog zelve, en in den grond niets anders waard dan om uitgelachen te worden". De grondtoon van allen duivelschen spot is altijd weerbeah, waar is nu hun God, ze hebben er geen ze denken zich dien maar in hun roes der verbeel ding". En wat is, tegenover dit vreeselijk wapen van den spot, nu het geboden tegenmiddel van verweer Geen ander dan óók het wapen des woords te hanteeren. Maar dat wapen, bezield en gedreven door den Geest Gods. Petrus, op den Pinksterdag, zweeg niet toen de spotters daar hun giftige woor den spraken. Integendeel, met gelijk soortige wapenen, deed hij zijn verweer. Ook hij ging spreken. Kwam in zijn spreken eerst recht op dreef. Niet, door ook het wapen van den spot te hantee ren. Maar wel, door met vastberadene zachtmoedigheid, de giftige pijl, die de spotters op hem afgezonden hadden, uit de wonde te trekken. En niet alleen de ongerijmdheid, van dien spot, maar ook de schriftuurlijkheid van eigen staat en toestand den tegenstanders bloot te leggen, met groote, geestelijke kalmte. En dat hielp, onder den zegen des Geestes. Duizenden, die misschien om die spot taal gelachen of de verderfelijke kracht er van ondergaan hadden, werden op hun beurt „gestoken in hun hart", ver slagen van hart op Petrus' manmoedig getuigend woord. Maar niet altijd is er voor Gods kinde ren gelegenheid, noch zijn ze zóó uit nemend gezalfd door den Geest, om als Petrus deed, het giftige wapen van den spot te keeren. Ais de spotters hen rusteloos achter volgen en steeds nieuwe, in gif gedoopte pijlen des spots in des vijands pijlkoker verzameld worden. Ziet, dan kunnen Gods kinderen wel eens „des spots der weelderigen" veel te zat worden. Welnu, dan is er nog een woord wapen voor Gods kinderen weggelegd. Dan kunnen ze de woorden huns gebeds stellen tegenover der weelde rigen woorden van den spot. In het gebed toch om genade voor zich, maar ook nog voor die verharde spotters is hun dan het onfeilbaar schild geboden, om ook de vurigste pij len van den meest satanischen spot uit te blusschen. En gelijk door het onweder de at mosfeer verfrischt wordt en de koorts somtijds het lichaam kan bevrijden van wat niet goed is, zoo kan ook de ziel van Gods kinderen, na zulk een gebeds- strijd met den spot der ongeestelijke lieden, innerlijk verrijkt en gesterkt wor den door de meerdere genade die juist door den spot der goddeloozen, van hun God hun ten deel viel. Want dan gevoelen ze er iets van, dat de Geest der heerlijkheid Gods op hen rust. Ten aanzien van de dingen die bij de meesten volkomen zekerheid hebben, heerscht er bij sommigen een wonderlijke opvatting Tot groote soms onherstelbare schade van de zaak die zij dienden of nog dienen. Onlangs sprak ik b.v. iemand die 20 jaar secretaris geweest wa» van een vereeniging en gaandeweg een heele groote flesch inkt bad verbruikt in notulen, brieven, verslagen Deze man was bij zijn heengaan maar zéér moeilijk te overtuigen, dat al die diDgen van de ver» een'ging waren, ze waren z.i. zijn persoonlijk eigendom Ik weet het niet, maar uit-tie misère die omtrent vast moet staan. Nu is het misschien nog tijd al die gegevens te verzamelen. De zaak der vak-beweging, van het sociale programvan de sociale wetgeving het zijn drie momenten die op de lijst van de onver» vreemdbare, het volk toebehoorende d ngen behooren. Ik kan me voorstellen dat er menschen zijn die zeggen Patrimonium heeft op dat gebied zooveel gedaan en anderen hebben op dat belangrijke terrein zijn taak met zooveel zegen overgenomen dat ze zich zelf als vereeniging kan ontbinden. Het is zeker een gróóte eer, dat de program» punten zoo zeer zijn uitgewerkt als met Patri» monium het geval is. Alleende vrienden, die zoo spreken, vergeten misschien dat Patrimonium op die gebieden werkte met een bepaalde bedoeling. Een bedoeling die nu dringen moet tot in» spanning van alle kracht op breeder terrein. Het ging, het gaat, het zal moeten blijven gaan om ons volk te bewaren voor ongeloof en revolutie. Het verleden met zijn speciale taak zij profetie voor de toekomst met zijn algemeene eiscben. Niet -altijd komt het uit, hoe groot, hoe heilzaam, niet alleen voor de leden der vak» organisatie de invloed is van onze vakbewe» ging. Daar zou nu reeds een boek over ge» schreven kunnen worden, over den strijd ook daar op twee fronten, als 't niet op drie is. Wij moeten als we uit de verte dien |trijd Zaterdag maakten een aantal dames en heeren een propagandatocht door den Haag voor den bijeenkomst van de Vereen. Volkenbond en Vrede gehouden op 18 Mei. Met auto's maakte men een tocht door de stad en gaf pamfletten uit terwijl ook hier en daar redevoeringen werden gehouden voor den Vredesdag. men veel heeft als men de geschiedenis be» schrijven wil, zou je haast afleiden dat er meer zoo over denken Ja die nog verder schijnen te gaan en de oude papieren weg doen, waar het nageslacht zoo hoog prijs op stelt Het is wel een zeldzaam voorrecht hetwelk Patri» monium heeft, dat bij het 50«jarig feest, een der medeoprichters nog leeftdie al was hij geen secretaris toch wel veel bescheiden onder zich zal hebben. Daar moest wat aan te doen zijn. »Vereeni« gingen tot behoud van natuurmonumenten®, »Monumenten«zorg«, «Behoud van historische gebouwen«, etc werken op ander gebied heel nuttig Maar op vereenigingsgebied is dit nog niet overal geheel in orde. Op één* punt moeten we althans probeeren het kwaad te voorkomen. Patrimonium heeft zéér, zéér veel gedaan voor het oprichten van vakvereenigingen. Er zijn plaatsen waar het uit de notulen van de afdeeling van Patrimonium of der vakvereeni» gingen kan blijken, dat zoo goed als alle plaatselijke vakorganisaties zijn gesticht door Patrimonium. Laten we er voor waken, dat die bescheiden niet zoek raken. Zoowel onze landelijke en centrale als de plaatselijke ver» eenigingen hebben vtij algemeen hun oorsprong in de actie van «Patrimonium® En de actie onzer christelijke vakbeweging is van zóó gróóte beteekenis dat de historie déir zien, niet te gauw critiseeren, want er moet op 't eene front, soms even méér kracht wor» den geconcentreerd dan op het andere. Tegen het socialisme, het liberalisme en het onrecht is de strijd soms zeer zwaar. Dank Patrimoniumdat zij op dat gebied pioniersarbeid deed. Het sociale program van Patrimonium is een tweede monument dat ik noemde. Als daar een vereeniging een eerbiedwaardig aantal wen» schen opstelt voor het volksleven van belang; en men komt na 25 jaar tot de ontdekking dat dat program bijna letterlijk moet terzijde gezet omdatalle wenschen wet zijn geworden dan vraag ik u wie doet het 'm na Samen» stellers en werkers voor het program, én Re» geering en volksvertegenwoordiging, hen past daarvoor wel dank I Patrimonium's invloed op de sociale wetge ving. Het derde gedenkteeken. Is het niet grootsch? Wat is er met grooten hartstocht gestreden tegen allerlei sociaal kwaad, dat nu niet meer of niet meer in die mate wordt ge» vonden. Tal van groepen arbeiders zegenen den arbeid van Kuyper, Talma, Aalberse, om nu maar geen levenden te noemen, en meer» dere wetten hebben voor het geheel van ons arbeidende volk reeds jaren veel goeds gege» ven. Op dit standbeeld komen de Patrimoni» um»mannen van het vorige geslacht, zij het dan in bas»relief en bescheiden, toch duidelijk uit. Maar, als we binnenkort feest gaan vieren en we zenden ons offer naar vermogen voor het fonds aan r iro 61.600 den Haag, dan doen we dit in elk geval óók uit dank» baarheid voor deze drie dingen. En we gaan dan weer in Gods kracht, met belijdenis van persoonlijke en vereenigings» zonden ook in dezqfearbeid gedaan, voor. W. HEIJNS. t&dtv» Voor dezen keer geeft Uitkijk het woord aan »Uddo« De groote massa»staking in Engeland bepaalt onze gedachten weer onwillekeurig bij het groote revolutie»gevaar, dat het oude Europa nog steeds bedreigt. Daar zijn van die gebeur» tenissen, die allerwege doen denken aan het gerommel, dat aan de uitbarsting van een vul» kaan voorafgaat en die soms doen vragen «Is de ondergang van het avondland aanstaan» de 't Heeft zijn goede zijde, dat gerommel, 't Doet de dommelende dreumelaars eens weer opschrikken 't leert de oppervlakkige oppor» tunisten eens weer merken op de fundamenten van het Staatsgebouw wellicht weerhoudt het zelfs kleinzielige Christelijk:Historischen van Paapsche stoutigheden. Nietwaar? Men slaapt zoo gaarne op het kussen der zelfgenoegzaamheid en troost zich, dat ons flegmatieke volk tot dwaasheden niet overslaat. En vergeetdat de Schrtft ook mei» ding maakt van «een geest der dwaling«, die God kan zenden en door welken de kudde zwijnen, zich zelve vanaf de steilte in de zee stort om te versmoren. Het waren de flegmatieke Friezen, die in de dagen der Fransche Revolutie zich in razernij vergrepen aan het gebeente van »Us 40 cent per regel VOOR DIOK Z'IN KDUS Kipstraat 85»87 C2 Rotterdam iT ZIE DE 5 ETALAGES Voor Hoeden No. 85. Voor Petten No. 87 Aanbevelend, d- HES^SiGESi dï". Heit« en van «Marykemeu®. Nog wijst de graftombe van Menno Baron van Coehoorn te Wyckel U aan, tot welk zot vandalisme dit kalme volk verviel. En zie uu in Engeland! Daar was de kalmte; daar heerschte het gezond verstand bij uitnemenheidJohn Bull was zakenman zonder weerga hij kwam destijds niet eens onder de bekoring van de Parijsche Marianne. En nu Hij neemt vrede met een nationaal verlies van millioenen per dag, begeesterd al hij is door den geest van den klassenstrijd I Ik voor mij heb altijd mij de situatie der oude wereld ongeveer zoo gedacht: Van de honderd menschen zijn er tien bewust revolu» tionair en ook tien regeeringstrouw. Daar'us» schen schommelen er tachtig van «zooals de win i waait waait mijn jasje.« Nu zijn er onder die tachtig zeer zeker een heele groep, die 't liefst de bestaande orde zouden handhaven. Daar hebt ge allereerst de brave liberalen en die Socialisten, die, naarmate zij meer geldbezit kregen, gaandeweg verkleurd en verschoten zijn van bloedrood tot rose. Dezulken wenschen de bestaande Staatsorde, omdat de wereld hen goed naar de zin ligt, doch hun principe wordt door den geldbuidel bepaald en voor de handhaving der bestaande orde van zaken, behoeft niemand op hen te rekenen Komt het tot een u tbarsting, dan kijken zij de kat uit den boom en zal het voor hen beslissend zijn, wie de voorzet heeft op het schaakbord. Winnen de regeeringsge» trouwen, dan scharen zij, als in 1918 zich oogenblikkelijk aan de zijde van het Gouver» nement en loopen over van Oranjeliefde, ja kussen bijkans de plaats, op welke het H M. de Koningin behaagde, Haar voetzool te zetten. Doch niet zoodra blijken de revolutiemannen te winnen of de liefde dier harten ontbrandt ineens voor dien rooden arbeider en H M. de Koningin wordt op zijn best toegestaan te vluchten bij de gratie van het volk. Op deze groep valt dus in het minst niet te rekenen. Zij doen als hun Vader Erasmus zij schelden op de priesters in welgekozen be» woordingen, zoolang dit den machthebbers Deze Coura it vei schijnt eiken WOENSDAG en ATERDAG. ABONNEM -NTSl'RIJS per drie maanden franco per post 75 cent bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij voo-uitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS SOMMELSDIJK Telef. Interc. No. 202 - Postbus No. 2 ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING lOcent per regel. DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing. Groote letters en vignetten wordt:, berekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. j II :i! ml li

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1926 | | pagina 1