w. ^hwi§emeesé-en 1 li I t* I i goor Hen Jjotidog Rechtzaken. Buitenland. V er koopingen. Dri TWl Bi F' Ff I ill i I I III. (Slot.) De vrucht van Christus' dood is een onverderfelijk leven voor allen, die gelooven. Nu zegt de apostel van dat leven, dat Christus het aan het licht heeft gebracht door het evangelie. Daarin ligt uitgedrukt, dat het oorspron kelijk verborgen was, nl. verborgen bij God. Zijn eeuwige raad had 't voor ons weggelegd, 't ons bereid. En op Zijn tijd heeft Hij 'tons geopenbaard, ons laten bekend maken door het evangelie. De heidenen kenden zulk een heerlijk leven niet. Men mocht gelooven aan een leven na dit leven, volle zekerheid had men echter niet. En in ieder geval had men geen verwachting, waarvan een sterkende en bezielende kracht uitging. Op een zalig leven, dat in heerlijkheid het aardsche verre te boven Reclame-Mededeelfngeri. ging, had men geen blijde hoop. Het leven van den heiden was dan ook veelszins somber en troosteloos. Aan Israël echter had de Heere een heerlijk vooruitzicht geopend tot troost van de vromen. Uit hun zangen ver nemen wij, hoe zalig hun de voorsmaak daarvan was. Toch was 't toen vooral nog maar een kennen ten deele en een zien door een spiegel in een duistere rede. Eerst bij de verschijning door de prediking van Jezus is dat onverderfe lijke leven in het licht gesteld. Jezus heeft ons verklaard, dat Hij moest lijden en sterven om ons tot dat leven te brengen. Door Hem is een helder licht opgegaan over den dood en het graf van allen, die met Hem gestorven en begraven zijn. Het evangelie heeft 't ons geopenbaard, dat Zijn dood ons leven is geworden. Zijn kruis ons een kroon heeft verworven. De boodschap van Jezus' dood is daarom een evangelie voor allen, die verstaan, dat zij van nature midden in den dood liggen en van hun kant geen weg tot een onverderfelijk leven leidt. Schijnbaar is dat wonderlijk, dat iemands dood oorzaak tot blijdschap is voor degenen, die hem liefhebben. Sterfdagen zijn droevige dagen, die het hart somber stemmen, en waaraan wij later nog met weemoed terugdenken. Wat is pijnlijker dan de verbreking van zulke teedere banden Wat smartelijke gewaarwording, als ouders gedenken aan de ure, waarin een dierbaar pand hun van het hart gescheurd werd. Maar bij Jezus is 't omgekeerde het geval. Met dank aan God, mot onuitsprekelijke vreugde gedenkt de gemeente het ster ven van haar Heiland en Zaligmaker. De discipelen hadden daar eerst geen begrip van. Met diepe verslagenheid stonden zij bij het kruis en zagen hoe het lichaam van hun Heiland in het graf werd neergelegd. Zoo schenen zij dan tevergeefs ge hoopt te hebben. Later hebben ze even wel verstaan, dat 't geheel anders zou geweest zijn, indien zij Jezus' woorden geloofd hadden. Toen hun de Schriften geopend werden, en zij verstonden, dat de Christus door lijden in de heer lijkheid moest ingaan, begrepen zij, dat het kruis en het graf geen reden gaven tot droefheid. Toen werd 't hun een evangelieJezus is gestorven, opdat Hij den dood zou te niet doen en een onverderfelijk leven zou verwerven. Zal dat ook voor ons een evangelie zijn, dan moeten wij den dood kennen als een macht ten verderve, waardoor wij ons zeiven door onze zonde ge steld hebben, en in de rampen des levens de gevolgen onzer ongehoor zaamheid aan God zien. Dan zullen wij niet blijven klagen onder het leed, dat ons treft, maar ons zeiven aanklagen voor God en ons voor Hem veroot moedigen en aan den dood als aan een oordeel Gods zoeken te ontkomen. Dan zal er hoop in ons hart gewekt worden door de boodschapJezus is onzen dood gestorven, en stervende, heeft Hij de schuld en straf der zonde van ons weggenomen. Dan predikt Zijn stetven ons Gij zult niet sterven, maar eeuwig leven. Heeft die prediking reeds een lieflijk licht doen opgaan over onzen dood en ons graf? Velen spreken niet gaarne over den dood, zij willen er niet aan denken, de gedachte daaraan trachten ze aanstonds van zich af te zetten, door verstrooiing en afleiding te zoeken. Maar wat baat het? De dood komt zeker en gewis. Wie weet, hoe nabij hij is. Er is maar één schrede tusschen hem en ons. En wat, als 'tgeen ont slapen in Jezus is 1 Dan zal de dood zijn een betaling der zonden, de door gang tot de hel, en eindigen in een eeuwige rampzaligheid, waar ziel en lichaam aan het verderf worden prijs gegeven. Hoe verschrikkelijk zoo te moeten scheiden van alles, waaraan het hart hing en waarop alle hoop was gevestigd. Hoe zullen wij dan niet zoeken te ontkomen aan zulk een vijand door bij Jezus bescherming te zoeken Gij, die gelooft, vrees den dood niet. Hij is eigenlijk geen dood meer. Hij is te niet gedaan. Gij zijt met Christus gestorven. Satan heeft geen macht meer over u hij is door Jezns overwonnen. Voor een heilig God behoeft ge niet meer te sidderen. Gij zult leven, al waart gij ook gestorven. Geen dood kan u houden, geen oordeel u treffen. Ge moogt verzekerd zijn, dat noch dood, noch leven u zal kunnen scheiden van de liefds Gods, welke is in Christus jezus onzen Heere. Economisch Weekoverzicht. Alle si Dit nuttf feest za| a.s. Wot NIET l5i I hij die gesprekken, die holle praatjes, die dingen<van<niets es góéd bekijkt wat hebben ze dan weinig inhoud en wat is het stoffelijke leven daarin vaak het een en het al. De »religie« is en blijft toch iets hoogers. Zeker wair, doch zijn we voorzichtig 1 Niet wie hier 't meeste over de Schrift en haar gezag zal gesproken hebben, doch die haar kinderlij ^eenvoudig heeft aanvaard, die zal zalig zijn. Altijd voorzichtig Of liever, nooit zorgeloos Dat blijft het wachtwoord in onze Oost. Telkens blijkt dat opnieuw. Bijvoorbeeld uit de herhaalde overvallen van Nederlandsche patrouillis op Atjeh, den laatsten tijd. 't Blijkt nu wel, dat hier van georganiseerd verzet geen sprake was, maar het toonde weer eens duidelijk, dat er altijd nog vuur bleef smeulen onder de asch. Daarom is ook de Zending voor ons Gezag van zoo groote waarde de ervaring toch leert, dat waar de bevolking voor een goed deel gekerstend is, zij zich de trouwste onderdanen toont van de Compagnie, denk aan de Minahassa en aan Ambom. Waar 't mohamedanisme heerscht, Daar is het altijd oppasssen 1 Zelfs bij de meest lijdzame bevolking. Want als de Islamiet zich opzweepen laat, dan is hij tot alles in staat, tenminste tot veel wanneer hem ingeprent wordt dat hij daarmee een Allah welgevallig werk doet. Daar hebt ge nu b.v. Solo. De bekende hoofdstad op Midden»Java, waar onze dr. Van Andel met de zijnen zoo gezegend arbeiden in den dienst des Heeren. Wie zou dair nu «mot® verwachten 1 Toch is 't er kort geleden geweest. 't Is er altoos mee als met de vulkanen op Java: al komt er maar een héél dun plofje rook uit, ze kunnen met één, twee dagen staan te schudden op hun grondvesten. In Solo zijn opstootjes geweest. Zóó zelfs dat 't Gezag schieten moest. En 't merkwaardigste was, dat onze gezag» voerders, die anders land en luijden door en door kennen, langen tijd er geen erg in hadden, dkt er wat broeide. Zóó sluw ging men te werk. 't Eenige wat onzerzijds werd opgemerkt, was, dat de menschen veel vaker en in veel grooter getale de moskeeën bezochten. Maar zoo iets gebeurde méér. Er zijn altijd, regelmatig, tijden van gods» dienstige opleving. En luisteraars, onzerzijds naar de moskee gestuurd, kwamen terug met de boodschap, dat daar niets bizonders gebeurde er werden gebeden opgezegd en de Koran werd verklaard. Maar er was wél iets bizonders. Doch daar kwamen de onzen slechts heel op 't laatst achter 1 Toen trok het hun opmerkzaamheid, dat altijd en altijd weer een bepaald deel van den Koran werd behandeld, een klein deel, dat de geschiedenis behandelen moet van den boozen Radjah Firon. Dat was indertijd geweest een slecht vorst, een echt tyran, een plaag voor, een uitzuiger van het volkin één woord, de Koran kon geen kwaad genoeg van dezen Radjah zeggen. Maar 't begon deze gezaghebbers toch te bevreemden, dat het wel scheen, alsof er nu niets anders uit den Koran te prediken viel, dan over dien Radjah Firon. Een zeer nauwkeurig onderzoek werd in» gesteld. En wat bleek? Dat elke Javaan precies wist, al werd het nooit gezegd, dat alles wat van dien Radjah verteld werd precies net zoo van toepassing was op het Nederlandsche Gezag 11 Tóén werd men wakker onzerzijds. En toen kort daarna een aanvraag kwam, om een groote Mohamedaansche optocht te mogen houden, zei het Gezag kortafNeen 1 En dat Neen I bleef gehandhaafdook toen de inlanders het tóch probeerden en er zelfs schoten moesten worden gelost. Nü is alles weer rustig en stil. Maar men vóélt hieruit, hoe men er toch altijd leeft op een vulkaan! Ziezoo, dat was een mooi stukl De heer Colijn sprak van zich af. Hij is, laat ik 't zoo es even mogen zeggen een Jantje Secuur. En nu heeft hij, met de feiten en datums er bij, met de brieven en snippertjes papier er naast, in de «Standaards precies en nauw keurig man en paard genoemd en aangetoond dat niet pas in November, maar rééds in Juli, de Chr. Historischen én de R. Katholieken van weerskanten wisten, welke politieke ge» volgen er aan een verwerping der Gezant» schaps»gelden zouden vastzitten. Tenminste, ze kónden 't weten. De heer Nolens wist het, perfect. De heeren Schokking en De Visser wisten het. De heer Colijn is zoo precies mogelijk: Tóén heb ik met hém gesproken tóén heb ik hèm dit briefje geschreven enz enz. Er is geen speld tusschen te krijgen. Elk schalmpje in de ketting zit vast. Het is een mooi, secuur artikel. «Als dus zoo besluit het de Chr. His» torischen in Juli nief op de hoogte waren, dan is dit mijn schuld niet; ik had het hun beiden, Schokking en De Geer, duidelijk genoeg ge» zegd«. Laten we dit in 't oor knoopen Weer een praatje de wereld uit 1 UITKIJK. 2 Timotheus 1 10b. «Die den dood heeft te niet gedaan, en het leven en de on» verderfelijkheid aan het licht ge» bracht door het evangelies. 40 cent per regel Moeders. Laat U omtrent de voeding en de verzor» ging van Uw zuigeling door een dokter voor» lichten. Ook als Uw kind gezond is. Zoodoende kunt Gij veelal voorkomen, dat de kleine ziek wordt. GEZONDHEIDSRAAD. Arrondissementsrechtbank. Zitting van den politierechter. Maandag 29 Maart. Oorlog te Stellendam. De 26e Eebruari is voor Stellendam een «dies ater« geworden, en wel door een nood» lottige gebeurtenis, waarvan het niet eens vaststaat hoe zij zich eigenlijk heeft toegedra» gen. Wat er gebeurd is? Zekere C. v. d. L. zou met z'n mestwagen «expres® den hond der familie K. hebben aan» gereden. Dit feit heeft groote gevolgen gehad. Allereerst zou de 54>jarige landbouwer A. K. den mestkar»bezitter v. d. L. met een hooi» vork hebben mishandeld. Vervolgens is er een belangwekkende strijd ontstaan, waarbij een hooivork en twee mes» sen te pas kwamen. Bij die gelegenheid zou toen de 24«jarige C. v. d. L. zijn collega J. Kbroer van A. K., eerst de pijp uit den mond hebben »gesneden« en daarna nog eens met een mes in diens wang «gearbeid® heb» ben. C. v. d. L. ontkende dit en beweerde dat K. zichzelf met een riek heeft bezeerd. Wel erkende hij een mes te hebben getrok» ken, uit zelfverdediging, en ook omdat zijn vader, de oude A. v. d. L., hem aanspoorde met de bloedige woorden Steek ze overhoop I J. K. heeft zich echter ook niet onbetuigd gelaten. Hij zou C. v. d. L. met een riek hebben afgedroogd. In elk geval, het was een formeele oorlog, en de politierechter, mr. dr. J. Wijnveldt, noch de vertegenwoordigers van het O. M., mr. J. G. Holsteyn, waren erg over deze ma» nier van «leven« te spreken. A. K. werd overeenkomstig den eisch ver» oordeeld tot f 25 boete subs. 10 dagen hech» tenis. C. v. d. L. conform den eisch, tot f 40 boete subs. 20 dagen hechtenis. En na een eisch van f 25 boete subs. 10 dagen hechtenis, werd J. K. veroordeeld tot f 15 boete subs. 10 dagen hechtenis, opdat zijn boete, gevoegd bij die van zijn vader, evenveel zou bedragen als de boete, die het gezin v. d. L. moet lijden, dank zij het op» treden van hun familielid. Een klapjekker. De 50'jarige arbeider C. K., uit Stellendam, schijnt een gevaarlijke tooverjas in zijn bezit te hebben. Die jas had hij tot zijn schadfr aan op den 13en Februari, juist toen hij op het tramstation te Stellendam iemand ont» inoette, die uit het grauw verleden nog een vordering op hem had, n.l. een som van één gulden en vijftig cent. De »iemand« was Klaas van 't Hof. Klaas van 't Hof vertelt, dat C. K. hem plotseling een klap in den nek heeft gegeven, toen hij het over die vordering had. K. echter houdt vol, dat zijn hand onver» wachts uit z'n jekkerzak iosvloog en per on» geluk terechtkwam tegen den nek van Van 't Hof. Heel erg schijnt de mishandeling niet ge» weest te zijn, daar Van 't Hof, niettegen» staande hij belast en beladen was, niet is ge» vallen. Na een eisch van f 25 boete subs. 20 dagen hechtenis, werd C. K. veroordeeld tot f 15 boete subs. 10 dagen hechtenis. De 24jarige Ph. G., recidivist, gedetineerd uit anderen hoofd, zou zich aan strooperij (van hakhout) met behulp van een vaartuig, hebben schuldig gemaakt. Overeenkomstig den eisch werd hij veroor» deeld tot 1 maand gevangenisstraf. De 25»jarige T. B. en de 20»jarige P. v. D., uit Ouddorp, zouden op 27 Februari, toen een kameraad, de 37»jarige J. v. d. L., weder» spannig was tegen den veldwachter, dezen veldwachter hebben belemmerd in de recht» matige uitoefening van zijn ambt. Conform den eisch kreeg T. B. f 25 boete subs. 10 dagen hechtenisP. v. D. f 30 boete subs. 15 dagen hechtenis, en J. v. d. L. f 15 boete subs. 10 dagen hechtenis (voor hem was de eisch f 25 boete subs. 10 dagen hechtenis). M. van 't H, 39 jaar, los»werkman te Dirks» land, zou op 22 Februari j 1. het dochtertje van mej. Zoetje Makketros, huisvrouw van Welker, hebben geschopt. Wijl zulks ongepast is voer een man, die zelf zeven kinderen heeft, werd hij, conform den eisch, veroor» deeld tot f 20 boete subs. 10 dagen hechtenis. Wasschen op Zondag. Ten slotte stond terecht de 36»jarige Jo» hanna W. uit Dirksland, die op 18 October 1925, op 'n Zondagmorgen, toen de menschen uit de kerk kwamen, mej. Jannetje Meurs, die juist voorbijging, zou hebben uitgemaakt voor al wat leelijk was, omdat ze gehoord bad, dat zekere juffrouw Van Prooyen van een andere juffrouw gehoord had, dat een ander zei, dat Jannetje Meurs het er over ge» had had, dat zij, Joh. W, op Zondag den wasch deed. hetgeen een »logen« was. De verdachte ontkende tegen Jannetje Meurs te hebben gescholden. Ze zei dat ze 't maar in de ruimte gezegd had. Hoe het zij, Jannetje Meurs had het zich aangetrokken, ook zelfs de woorden «soort zoek soort®, welke uitdrukking de politie» rechter een biologische eigenschap vond. Wegens beleediging werd de verdachte na een eisch van f 15 boete, subs. 10 dagen hechtenis, veroordeeld tot f 5 boete, subs. 2 dagen hechtenis. Uitspraken. In een zaak van J. M., 39 jaar, landbouwer te Sommelsdijk, appellant van een vonnis van den kantonrechter, waarbij hij wegens over» treding van de Jachtwet was veroordeeld tot f 10 boete subs. 5 dagen hechtenis roet ver» beurdverklaring van het in beslag genomen geweer, heeft de rechtbank het vonnis bevestigd De eerlijke mensch. Huisheer tot een candidaat»huurder»U zegt, u hebt geen kinderen, geen gramaphoon, geen radio en houdt ook geen hond. U schijnt dan wel de rustige huurder te zullen zijn, dien ik voor mijn huis zoek.® Huurder«Als ik heelemaal eerlijk en op» recht wil zijn, mag ik u toch niet verzwijgen, dat mijn vulpen nu en dan weieens een beetje krassen kan*. (Msb.) Vurige kolen. Ergens in Afrika hadden twee mannen elkan» der eeuwige haat gezworen. Daar ontmoette op zekeren dag de eene het kind van zijn vijand in het bosch, in duivelsche woede sneed hij het arme wicht twee vingers van de rech» terhand, en zond het kind bloedend en schrei» end naai huis, er een vreugde in vindende deze schanddaad bedreven te hebben. Jaren gingen er overheen. Het zoo wreed verminkte meisje wa: vrouw geworden. Op zekeren dag meldde zich een bedelaar bij haar aan om een aalmoes, al ware 't maar een droog stuk brood, om zijn honger te stillen. De vrouw herkende hem aanstonds, maar liet niets blij» ken zij liet hem een goede portie eten voor» zetten en zette er zich bij neder er zich in verheugende, dat hij zich zoo te goed ge» daan had als uitgehongerde, aan de spijze. Toen hij oprees en vertrekken wilde, toonde zij hem haar verminkte hand en zeide«Nu heb ik mij gewroken«. Schraapzucht. Een arme daglooner te Weenen, lang geleden was in schuld bij een «tienpercent® menschen» vriend. Deze kon zijn schuldenaar echter niet te pakken krijgen, omdat de bezitting van den daglooner uit slechts één koe bestond en vol» gens een nieuwe wet daarop geen beslag mocht worden gelegd. Nu verzon de inhalige, hard» vochtige man er het middeltje op om den daglooner »rijker« te maken. Het bracht hem een geit ten geschenke. Zoo doende was de koe niet meer alleen en kon het gerechtelijk beslag volgen. Een vriend van den schuldenaar die zich over de zeldzame goedheid van den rijken vrek verbaasde, maakte het boertje aan» dachtig op den sluwen streek en gaf hem een goeden raad. De geit, die behoorlijk het eigen» dom van den armen man was geworden, werd geslacht; het talrijke gezin smulde aan het vleesch en toen de rijke vlaschbaard weinige uren later den deurwaarder met de getuigen zond, was de geit verdwenen en stond de koe weder alleen en onaantastbaar. Een lieflijke ontmoeting. De beroemde Moffat, schoonvader van Li» vingsfone, verhaalt, dat toen hij eens op een zijner zendingstochten in de woestijnen van Afrika verdwaald was, hij een oude vrouw ontdekte. Hij riep haar. Zij had een pot melk bij zich, dien zij voor hem nederzette, terwijl zij hem uitnoodigde te drinken. Daarop ver» wijderde zij zich. Eenige oogenblikken daarna kwam zij met spijzen terug, die zij, na ze eerst te hebben schoongemaakt, in zijn bijzijn kook» te. Hoe verbaasden zich de zendeling en zijn metgezellen op dit gezicht 1 Maar toen het eten gedaan was, volgde de opheldering. De Afri» kaansche vrouw zeide tot dc reizigers«Ik heb Hem lief, wiens dienstknechten gij zijt wat ben ik gelukkig, u te mogen zien 1* En daarop uit een plooi van haar kleederen een Nieuw Testament, in haar volkstaal, voor den dag halende, voegde zij er bij «Zietdaar, de bron, waaraan ik mij laafde olie, die mijn lamp doet branden Zou ik hen dan niet lief» hebben, die dezen kostelijken schat aan mijn volk gebracht hebben Na Zeven Jaren. Ja, we leven verbazend snel. Zeven jaar is 't nu al geleden dat het fas> cisme in Italië werd ingevoerd en Mussolini als dictator er de macht in handen kreeg, indien ergens, dan is dêir de Kroon gewor» den tot een «ornament®. Natuurlijk is het fascism., iets anders dan stokslagen en wonderolie. Het is een stelsel van regeering. En men zou onbillijk zijn, door niet te er» kenneD, dat Mussolini voor Italië heel wat goeds heeft tot stand gebracht. Nog pas heeft hij 't eiland Sicilië van het vreeselijke gehei» me genootschap der Maffia verlost en 't kan best zijn, dat een bezem als de zijne noodig was om al het vuil in Italië op te ruimen en dat als de fascisten niet gewonnen hadden Italië ten prooi zou zijn gevallen aan bolsje» wisme en anarchie. Maar men houde wel in 't oog Fascisme beteekent tyrannie. Is met recht en vrijheid in strijd. Nu is een tyran altijd nog beter dan re» geeringsvrijheid, maar er gaat toch ook heel wat goeds in vroeger dagen verwonnen, te loor. Mussolini zei zoo terecht: Wij hebben den triomf van het fascisme verzekerd en alle oppositie uitgeroeid. Er is geen oppositie meer. Ten minste dien naam waardig. Zij zwijgt of is naar het buitenland gevlucht. En een oppositie is voor een land en volk even noodig als een regeering en regeerings» partij. Oppositie wil zeggentoezicht. Een regeering, die zich in vrij, open debat voor de oppositie verantwoorden moet, past op haar tellen. Doet niet, wat ze maar wil. Wacht zich met name voor onrecht. Wetende, dat ze dan ten aanschouwe van 't gansche volk wordt aan de kaak gesteld. Maar als er geen »oppositie« is; Dan heeft willekeur vrij spel. 't Is met fascisme als met revolutie Een oordeel, waarin God nog een zegen leggen kan. Zooals bekend is hebben de leden der ge» wezen Duitsche Keizerlijke familie belangrijke terugbetalingen geëischt van de Duitsche regeering voor hunne in bezit genomen goe» deren. De eischen zijn nu door de regeering slechts voor een zeer klein erkend, zoodat er voor de leden der familie wel heel weinig zal overblijven. Het is echter genoegzaam bekend, dat de roerende goederen grooten» deels tijdens den oorlog reeds in veiligheid zijn gebracht, zoodat men geen zorgen voor de financiën der vroegere heerschers behoeft te hebben. De eischen waren buitensporig hoog en wel circa 1 milliard mark, dat het verarmde volk, bij toewijzing, zou hebben moeten betalen, wat er op wijst, dat de ex» keizerlijke familie niet veel medelijden, heeft met de gewezen onderdanen. In Frankrijk is de politieke toestand nog verre van helder en dreigt er ieder uur van den dag een mi» nistercrisis, speciaal door de enorme moeilijk» heden bij Financiën. De daling van den Franc tot 8,50 voorspeld niet veel goeds en het zal groote bekwaamheden en zorgen vereischen eer er eenige rust op dit gebied zal kunnen intreden, die eerst ontstaat, als het land uit den financiëelen noodtoestand zal gered zijn. Wat de beurs betreft is er al buiten» gewoon weinig» nieuws te vertellen, omdat ae handel nog steeds minimaal is en de om» zetten geheel zonder beteekenis, geheel in tegenstelling met Neuw»York, waar dagelijks tusschen 2 en 3 millioen shares worden om» gezet. De stemming aldaar is de laatste dagen flauw, en voor sommige fonden zelfs zeer flauw, b.v. voor American Cans, welk fonds in enkele weken 100 terugliep en thans circa 240 noteert, wat wel een bewijs is dat de markt belanhrijk topzwaar was door veel te groote aankoopen. Geforceerde likwi» laties door opzegging van posities en sterke baissemanipulaties hebben natuurlijk het hunne ertoe bijgedragen om de koersen te drukken. Gelukkig is het bij ons anders en was de markt niet topzwaar door te sterke aankoopen en al was er veel gekocht, een overgroot deel is met contant geld betaald zoodat er geen zwakke posities bestaan, die door koersdaling moeten worden aangezegd. De hoofdschotel is nog steeds de Rubber» markt, die ook door de loome tendenz van het artikel in een ongeanimeerde stemming verkeert met dientengevolge een dalende rich» ting, doch zeer bescheiden en kalm. Amster» dam Rubber zijn thans op ongeveer 335 aangeland en werden nogal verkocht op ge» ruchten van een matig dividend, men sprak van 23 Dit zou inderdaad zeer tegenvallen, omdat er wel over 35 is gesproken. Ook de andere maatschappijen declareeren nu niet bepaald schitterende dividenden, b.v. Silan Sumatra 14 wat bij een tegenwoordige koers van 190 behoorlijk doch niet erg veel is, omdat men toch bij dergelijke spe» culatiepapieren wel op 10 rente van zijn geld mag rekenen, waaraan slechts de Hessa voldoet met 55 dividend bij een koers van 490 »/o De andere afdeelingen geven totaal geen reden tot bespreking, omdat de koersen niet varieeren. De Fransche Franc was flauw en zakte tot 8,50, terwijl de Belgische het voorbeeld volgde en tot 9,70 is ingezakt, wat ook weinig hoop» vol stemt voor de financiëele herstelplannen der regeering. Wegens beursvacantie op 2, 3 en 5 April zal dit overzicht de volgende week niet ver» schijnen. Verkooping op Zaterdag 3 April 1926, des namiddag 2 uur, in het café van A. P. de Weerd te Oude Tonge vanDe opstal van een pakhuis aan de haven te Oude Tonge, om af te breken, en verder roerend goed.dfA ten verzoeke van den heer J. P. Mast c.s. Notaris VAN ISPELEN. Op Zaterdag 3 April 1926 des voorm. 10.30 uur, op het land van dhr. Moureau aan den Heerendijk te Oude Tonge, publieke verkoo» ping van een put ajuin. Betaling contant. Notaris AKKERMAN. Op Donderdag 8 April 1926 te Ooltgens» plaat in Hotel «Hobbel® bij veiling en op Donderdag 15 April 1926 aldaar in Hotel «Moelker®, "bij afslag, beide dagen des nm. half acht uur, openbare vrijwillige verkooping van Een huis en erf aan de Tuinstraat te te Ooltgensplaat, kad. sectie A No. 2040, groot 50 c.A. Dadelijk te aanvaarden. Bewoond door Jac. van Nimwegen Ten verzoeke van de Erven van Jac. Korteweg Pz. Notaris AKKERMAN. Op Donderdag 8 April 1926, te Oolgens' gensplaat, in Hotel «Hobbel®, bij veilingen op Donderdag 15 April 1926. aldaar, in Hotel «Moelker®, bij afslag, beide dagen n.m. half 8 uur (na afloop verkoop huis Tuinstraat), ten verzoeke van den Heer Jb. van Gurp,,^. aldaar, van Een steenen landbouwschuur met aange» bouwd steenen paardenstal, groot erf, verplaats» baar bouten wagenhuis en idem betonnen varkenshok en loop. Breeder omschr. bij bilj. In 3 perc. en comb. Notaris AKKERMAN. Op Donderdag 8 April 1926 des namiddags 5 uur te Sommelsdijk aan de Kaai, van scheeps» afbraak, alsplanken, luiken, deuren enz. en van nieuwe houtwaren. Deurwaarder GROENENDIJK. Op Vrijdag 9 April 1926 des namiddags 5 uur te Middelharnis aan de Kaai, van scheeps» afbraak, als: planken, luiken, deuren enz. en van nieuwe houtwaren Deurwaarder GROENENDIJK. Op Donderdag 8 April 1926, des voorm. 11 uur, ten verzoeke van den heer L. J. van Dis te Spijkenisse, publieke verkooping van 17 melkkoeien, 14 schapen, 8 lammeren, boe» renwagens, karos op veeren, ploegen, eggen, windmolen, bietensnijder, hooisnijder, maai» machine, ijzeren landrol, melk» en stalgereed» schappen, enz. enz. Betaaldag 1 November 1926, mits soliede borgen stellende. Bij con» tante betaling 3 pCt. korting koopsommen. Een uur vóór de verkooping te bezichtigen. Inlichtingen geeft de verkooper voornoemd. Notaris LOEFF. Openbare vrijwillige verkooping in het café «De Keizer® te Spijkenisse, op Donderdagen 15 en 22 April 1926, voorm. 11 uur bij vei» ling en afslag in 2 perceelen, van Het sedert tal van jaren met succes gedreven Café «De Keizer® met vergunning met erf en tuin, strekkende van de Voorstraat tot aan de Haven te Spijkenisse, te zamen groot 5 Aren 33 cA., bevattende koffiehuiskamer en sociëteitszaal, woonkamer, keuken, bijkeuken, bierkelder, bergplaatsen, logeerkamertjes en zolder, voorzien van electrisch licht met café» en hotelinventaris, alsmede ijstent met toon» bank. Een woon» en winkelhuis annex café, groot 84 cA., verhuurd tot 1 Mei 1927 voor f7,— per week. Inlichtingen geeft de eigenaar N. Essebag» gers te Spijkenisse. Hyp. beschikbaar tot 70 Ct. der koopsom met een maximum van 10000,— voor solieden kooper. Notaris LOEFF. Deze Couran ABONNEME1 BUITENLAN1 AFZONDERL BC W« Voetganger. Loop op het trottoir rechts. Volg in smalle straten het rechtsche trottoir. Sta niet stil op het trottoir, daar waar ge het passeeren van andere voetgangers belem» mert of deze tot betreden van den rijweg dwingt. GEZONDHEIDSRAAD. De koning Wat klinkt van Frankrijk, rijk als Republ r/ Hij was dan De hertog v naar hij zeidC troon verdreve de wettige koi heel klein gro< wordt erkend. I 'n «Pretende En die aansi Als zoodanj wonen. Hij stierf da Een nieuwel Eindelijk zijn Bourbon en geslachten in Stuarts, misschJ niet meer wore Briand staat Hij en z'n Er is in de groepen een Dat kwam nieuwe credie Syrië, waar Fl ■^bandieten of Bij wijze va aangenomen, oen francs miq 't Scheelde Doch dat is Dat voor zf schrapt, dat want de Regei zij noodig hee is zooveel alf ringsbeleid. En met di$ voor den zoo behandelen I Men houdt Het is toch Een der vel volk tegenwo, de Duitsch»na Die hebben men, dat vooi verschillende gen gekozen afkomst zijn. De lezer ve| «Zuiver Ari Het wil ze geen jood m de graat is, joodsch bloed Gelukkig d, hebben gebra De cbristel geen Joodsch het beginsel i Een jood ui omdat hij joo van slechts Een pater» in het orgaa niet onverma Rusland zich «Vrijdag op politie»bu De chef (e lend voorko te willen ho Gij moet u alleen, begon Stommelin antwoord. bezig te hou En wat do Wel, als d of schrijf ik, En wat gre Iets wat gi En wat da: Roode ko Onmogelij

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1926 | | pagina 2