Antirevolutionair
Orgaan
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
neel
NIJKERÏ
IN HOG SIGNO YINCES
No. 3212
ZATERDAG 3 APRIL 1926
41ste JAARGANG
EERSTE BLAD.
PASCHEN.
uizenden
eerdan
rdam
Op den Uitkijk»
Alle stukken voor de Redactie bestemd» Advertentiën en verdere Adminis tratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers
f wend U tot
Cadeau
enkast
'allentin.
F BOEKEN III
ill
Van dien Opstandingsmorgen kunnen
wij slechts stamelen.
Van dien „morgen der verrijzenis"
Jeruzalem is nog niet ontwaakt.
De diepe schaduwen liggen nog in
de nauwe stratenslechts als men op
een der hoogste plaatsen staat in de
stad, ziet men het eerste morgenlicht
den oostelijken hemel kleuren, de rich
ting uit van den Jordaan en het Over-
jordaansche.
Kajafas ligt nog en rust.
n raa(i is §ev°lgd en tegen de
1/ j^neer gematigde elementen in, heeft
'men één mensch ter dood gebracht,
opdat niet het gansche volk zoude ver
loren gaan.
Men moet hard kunnen zijn 1
Straffe midielen durven gebruiken,
't Is immers ten oorbaar van 't volk
Dien Jezus is het zóó vergeten.
En dan staan de stoelen van het
Sanhedrin weer ast
Pilatus ligt neder enrust
Ach, ja! waarom ook hij niet?
Zeker, hij had het recht gewraakt;
hij had het onrecht doen zegevieren
hij had een onschuldige ter dood ge
bracht en hij wist dit allesmaar
't was dan toch in 't eind slechts een
nietswaardige, joodsche slaaf geweest,
wien het gold, de moeite niet waard,
om er zich, gelijk zijn al te gevoelige
vrouw, in den slaap en in de rust door
1^3 laten benauwen!
Jeruzalem lag neder en sliep.
Hoe was het mógelijk geweest, dat
ze zich door een machteloozen gekrui
sigde zóó hadden laten vervoeren
Gelukkig maar, dat de „vaderen" waak
ten voor 't geestelijk heil des volks
Even buiten de stad ligt de hof.
Met den grooten wentelsteen er vóór,
het zegel er op en de hangerige sol
daten er om heen, ze zouden die
gehate joden kunnen vloeken, nu zij
om een grilwie neemt nu in ernst
de mogelijkheid aan, dat die laffe dis
cipelen, die in Gethsemané wegvlucht
ten als hazen, tot brutale grafschennis
in staat zouden zijnnu zij om
een gril hun warm nachtleger moesten
prijsgeven, om de wacht te houden bij
een graf
Gelukkig, het zit er haast óp
Van „drie dagen" sprak de Gekrui
sigde.
Na drie dagen zoude Hij opstaan.
Hoe zullen ze in die waaknachten
met dat woord den spot hebben ge
drevenWat ergerlijke taal zullen zij
om den gestorvene zich niet veroor
loofd hebben
Laten we 't niet diep indenken.
„Vader, vergeef het hun, wat zij weten
niet, wat zij doen", heeft Hij gebeden,
wiens graf zij bewaken
Het wórdt morgen't is nog nacht,
'n Enkele vogel steeg reeds omhoog.
Flauwe schemer doet de sterren ver-
bleeken.
Nog 'n korte poos, dan worden de
soldaten afgelost.
En danplotselinggelijk
de komst van den Zoon des menschen
zélf eenmaal wezen zal, zoo is hier de
verschijning van zijn dienstknecht,
een uit de twaalf legioenen engelen,
die de Vader in dien anderen hof reeds
e zijnen dienste gereed had.
Zijn gedaante was als de bliksem.
Zijn kleeding wit als sneeuw.
Een groote aardbeving verzegelde
zijn komst.
Alle mond is gestopt, verstomd.
Met een uiterste angstkreet werpen
de wachters zich neer en liggen als
dood op den grond.
De engel wentelt den steen af.
En gaat dan eerbiedig terzij.
En de Koning begint zijn glorieweg
„Want Hij is opgestaan!"
Zoo jubelt, niet alleen elk Paasch-
feest opnieuw, maar altijd door, Gods
volk op aarde.
Ach uw Jezus, smaalt de wereld.
Wat een figuur toch als ge hem stelt
naast de helden der menschheid, naast
de grooten aller eeuw 1
Zoozèg mij, waar zijn ze
Wat bleef er van hen over?
Is niet reeds hun stof lang vergaan
Maar wat dére Jézus aanbelangt,
Hij is opgestaan; Hij lééft; Hij heeft
thans alle macht in den hemel en op
de aarde en Hij komt op de wolken
des hemels en zij, die Hem doorstoken
hebben, zullen moeten getuigen, dat Hij
het is, die op Golgotha gehangen heeft
aan het Kruis.
Dit nu is een stuk van ons geloof.
Dat geloof kunt ge niemand over
dragen, het wordt in ons gewerkt
door den Heiligen Geest.
't Is geen gewrocht-van-redeneering.
't Is een vrucht des gelóófs.
Hoe de Heilige Geest dat geloof en_
zijn vruchten in u groeien en rijpen
doet, gij weet het niet en gij onderzoekt
het niet curieuselijk,
Gij verblijdt u er in.
't Staat voor u duizendmaal vaster
dan de meest bewezen resultaten der
Wetenschap.
Of liever, er is géén vergelijking
Gij verblijdt u in Jezus' opstanding.
Gij zingt en jubelt het uit.
Want dit is toch maar de kroon op
alle werk en nü is den satan voorgoed
de kop vermorzeld
Juich dan, hemelen en aarde 1
Juich, Sion, uw Koning komt
Juich, gij engelen die het heil dienen
mocht, doch aan wie straks door de
gemeente de „veelvuldige wijsheid
Gods" zal worden gepredikt, voorzoo
ver gij daar in blikken kunt.
Juich, kerk des Ouden Verbonds,
want
Eeuwig bloeit de gloriekroon
Op het hoofd van Davids grooten
[Zoon.
Juich, gemeente des Nieuwen Ver
bonds, die van dag tot dag de kracht
Zijner opstanding ervaart.
Looft den Heere, mijne ziel
V olkshiblioth eken.
P Neen, ik geef ze geen ongelijk
i£Die twee ministers*ambtenaren. Donner en
Kan, die netjes achter zich hun plaats hebben
opengehouden, waar zij zich onmiddellijk
kunnen neervleien als de golven der politiek
hen achter de Groene tafel wegspoelen.
Bet gosdkoopste, Het grootste, Het mees! gesorteerd
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent bfj vooruitbetaling.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS
W. BOEKHOVEN ZONEN
SOMMELSDIJK
TeleL Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan,
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
70
anbod waarbij
chtwerken ter
woon formaat.
grootst aantal
M. 1,50 hoog,
van den 29en
van de auteurs
4ING.
erkrijgbaar bij
:ver.
ngenaaide,
0,75 hooger).
»Hij is opgestaan, gelijk Hij
gezegd heeft«.
Onder de mededeeling, die ik ontviDg, over
arbeid welke hier en daar door Patrimonium*
afdeelingen geschiedt, vindt ik ook het volgen»
de schrijven
Waarde Heer en Vriend,
Het is mij een eer en genoegen u iets te
schrijven over onze bibliotheek. Laat ik u maar
de heele zaak in volgorde mogen verhalen,
dan zullen de gestelde vragen vanzelf aan de
orde komen.
't Begin onzer bibliotheek ligt in 'n faillie
ten boekhandel van den heer N., alhier, 'k
Denk dat onze afdeeling zoowat 'n 400 2e
handsch boeken overnam van diens chr. lees»
bibliotheek. Maar dat was vóór mijn
tijd.
In Januari 1917 kreeg ik als bestuurslid
(zonder functie) onzer afdeeling het beheer
van dit onbeheerde zaakje. Vóórdien had de
uiigifte van boeken plaats gehad tegen den
prijs van f 0 01 per deel per week en de man
die toen bibliothecaris was de man is reeds
jaren dood lachtten we wel eens uit als hij
op de jaarvergadering mededeeling deed van
boekde Institutie van Calvijn, de Negerhut
van Oom Tom, Ons Program van Dr. Kuyper
20.000 mijl onder zee en een Ned. Maccabeër.
(Later heb ik wel eens gewetenswroeging ge»
had omdat ik hetzelfde deed als hij, al deed
ik de opgaven van aankoop wat systematischer
en op grooter schaal).
Er waren toen ik de verzameling vond in
een kast, dik onder 't stof, een 700 nummers.
De nummering veranderde iknaar de
grootte d w.z. de hoogte der boeken
deed ik het en dan liet ik groote ruimten tus»
schen de no's open, opdat ik altoos een afda»
lende lijn zou hebben in de boekenkast. (Deze
methode leerde de heer Heukels, ouddid der
2e Kamer, ons op de J.V.). Nu b.v. met ruim
4000 nummers is het hoogste no. toch reeds
7028.
Mei 1917 begon ik met de uitgifte. We ad»
verteerden in ons chr. dagblad en we verhoog»
den den leesprijs met 100 1° dat eerste
jaar ontving ik f 60.—, dus had ik 3000 boeken
uitgereikt het eerste jaar. In ons gebouw «Pa»
trimonium" is de zaak gevestigd, de afdeelings»
kas betaalt de huur voor het lokaal.
^Jdet 2e jaar gaf ik een nieuwen catalogus
uit. De afdeelingskas betaalde de 1000 ex. it
f 75,—. Maar ik streek voor de bibliotheek
62 gulden aan advertentie»ontvangsten op. En
de toename van het gebruik ging steeds door
tot ze stond op gemiddeld 18000 boeken per
jaar. (Zelfs van buiten van de Veluwe
haalt men soms boeken of vraagt ze per
post)
De 2e herdruk van de catalogus, welken ik
hierbij doe, kostte ruim 300 pop. De ad ver»
tentieopbrengst was f 370,—, waar 15 colpor
gen ook anderen aanzetten mogen, om de
christelijke volksbibliotheek ook bij hen op
't dorp of in de stad te organiseeren
»(w.g) X. te A.«
Toen ik dit schrijven nog eens las, dacht
ik, in een flinke provincie»stad zooals A. kan
zoo'n christelijke volksbibliotheek wel bloeien,
maar waar ik er niet op de hoogte mee
ben rees de vraag, zou dat nu geen plage»
rij zijn voor ijverige broeders op het platteland?
En ik had haast spijt er van den brief te heb»
ben overgeschreven, als ik niet had vernomen
van een plattelandsafdeeling, dat men 't óók
daar heel goed voor elkaar kan gekregen. Een
goede vriend in het N. schreef n.l.»De afd.
maakt 't niet best hier, maar we hebhen toch
'n bibliotheek opgericht; We verspreiden een
circulaire onder onze menschen en haalden
in 14 dagen 300 boeken op en f 150,— aan
geld.®
Zoo blijkt dus uit den langen en den kor*
ten brief, dat de zaak der christelijke volks»
bibliotheek in stad en platteland aan een be»
hoefte voldoet, zonder salarissen en zonder
subsidie kan floreeren, en de liefde van onze
menschen daarvoor wel klopt, als je maar
goed luistert.
We zijn er nog wel niet, want als ik de
verzuchting hoor van een bibliothecaris over
de onwijsheid in de boekenkeus (lang niet
alle volwassenen kunnen zelf goed kiezen),
de sensatie»zucht óók onder ons lezend publiek
het soms zotte oordeel over boekenschoonheid,
Sedert vijf jaren hebben de Amsterdamsche Padvindsters een oud gebruik in eere hersteld,
namelijk het vervaardigen van Pilmpaaschjes Zaterdagmorgen gingen vanuit het Padvinsters»
huis aan de Amstelveenscheweg te Amsterdam de meisjes naar het Kinderziekenhuis om aan
de zieke kleintjes hun aard ge geschenken uit te reiken.
tage»kosten afging. En we verkoopen het boekje
voor 20 cent.
Uit de opbrengst der uitleening betaal ik alles
advertentiën in verschillende bladen, drukken
supplementen, aankoop nieuwe boeken, bind*
werk. Dit jaar had ik een extraatje van f 300
als 1/10 aandeel uit een bazar*opbrengst.
Het leesgdd is nu 3 cent per deel per week,
de klanten betalen als ze de lectuur terugbe»
zorgen.
Salarissen, daar geven we niets voor uit,
dus hebben we ook geen moeite met salaris»
acties. Eerst deed ik het alleen een avond
van 8—10 uur. Toen met z'n beiden. Daarna
met z'n drieën. Nu werken we met 7 man in
twee ploegen en is de bibliotheek een namid»
dag 5 uur (van 4—9 uur) aan één geopend.
Het eene deel administreert, een ander deel
geeft uit, afdeeling drie bergt op. Een eenvou»
dige kaartenbak doet goeden dienst.
De Rekening van het vorige jaar zag er zoo
uitontvangsten leesgeld en catalogisverkoop
f 660.51; uitgaven: aankoop f 363,75, répara»
tie f 159,70, advertentiën f 68,85, tijdschriften
f 23.30, drukwerk en porti f44,81, saldo f 0,10
Hadden we vroeger de zaak 's zomers ge*
sloten de latere jaren kon dat niet meer, om
het vele gebruik en om de opbergruimte. Er
zijn door elkaar altijd 1000 boeken uit.
Ja, waarde heer we mogen van veel zegen
gewagen, moge het zijn dat mijn mededeelin»
de slordigheid van behandeling der boeken
als ze geen particulier bezit zijn dan kan
ik den man alleen troosten met deze woorden
Och, beste vriend. Er moet nog heel wat
opvoedend werk geschieden ook onder de
ouderen, ga daar mee dóór 1 En de slordig*
heid, die is bewijs van de juistheid onzer
beginselen en een protest tegen de socialisatie*
idee 1 Maar vooral. Er is in heel het leven
niets heerlijkers dan in ootmoed en blijmoe»
digheid Jezus voetstappen te drukken en om
Zijnentwil u te geven voor het heil van ons
volk. En de literatuur is daarin een gróóte
factor 1
W. HEIJNS.
Zij zijn waarschijnlijk géén millionair.
Misschien wel heel gewone menschen met
een spaarboekje en een paar geërfde of ge»
kochte »stukjes«.
Lééf daar es van met je gezin 1
Dat is er in een half jaar dóór.
En zeg nu niet dat ik zoo laag»bij»de»grond
redeneer; watl zoo'n aangezochte minister
heeft toch ook 'n gezin en als je dkn een
goede betrekking hebt, laat je die toch niet
varen voor 'n ongewis ministerschap, 't
voorbeeld is er immers van ex*minister Weiter
uit 't kabinet»Colijn, die er zijn Indische be»
trekking voor liet varen, naar Nederland
kwam, om zonder een woord te hebben
gezegd, op 11 November weer te worden
omvergekegeld al heeft hij dan nu de»
zelfde betrekking weer teruggekregen
Dat kan iedereen overkomen.
En hoe onstuimiger en ongewisser de baren
worden op 't Binnenhof, hoe meer kans elke
Exellentie heeft om te verdrinken.
Wat staat daar tegenover?
Het salaris, zal men zeggen.
Er is wel ophef gemaakt over die salaris»
verhoogingik geloof van f 15.000 op f 16.000.
't Was weer wat van Colijn 1
Nu, zal men zien, kraait er geen haan naar.
Of een minister dan van f 16.000 niet rijk
worden kan
Och, wat zal ik zeggen.
Als hij een tweede étage huurteen aar*
dige suite, keukentje, spreekkamertje van 3
bij 2 en boven een groote en twee kleine
kamertjes als z'n vrouw dan voorts een dag»
40 cent per regel.
VOOR BUK KDUS
Hoeden- en Petlenmagazijn
Kipstraat 85»87 r Rotterdam
ZIE DE 5 ETALAGES
Voor Hoeden No. 85. Voor Petten No. 87
Aanbevelend, J» HE1MI0ER Jr.
hitje huurt'n huisnaaster neemt enhaar
japonnen zelf maakt van stof ergens, op een
uitverkoop opgedaan als hij in de vacantie
es 'n paar dagreisjes maakt, de blikken trom»
mei met boterhammen mee, als hij geen
avondvisite vraagt, nooit een maaltijd geeft,
zoowat alle verkeer met de menschen, waarmee
hij ambtelijk als minister omgaat, afzegt»We
zijn zoo klein behuisd, ziet u
Och ja 1 dan blijft er 'n zoet duitje over.
Ieder voelt, dat kan zoo niet.
En daarom moet men in dat salaris de vele
«slechte kansen® toch ook wel een weinig
verwerken 1
»Wachtgeld« krijgen ze als minister niet.
't Pensioen als ze b.v. acht of twaalf
maanden minister zijn gewees, is waarlijk zoo
groot niet 1
Zijn ze geen ambtenaar, maar hebben ze
een particulier bedrijf of betrekking, niemand
vergoed het verlies. Waarlijk, elk die 't hoe
dan ook, doen kan, heeft groot gelijk als hij
zich op de een of andere wijz dekt en niet
afwacht of ook straks ergens een «postje®
voor hem open komt
Een vrijzinnige schreef over de «gerefor»
meerden«.
En al is 't waar, dat er dan vaak rare soep
opgeschept wordt, 't gebeurt toch ook wel
dat een vrijzinnige, in dat kamp rondkijkende
een helder oogenblik heeft.
Hij schreef over ja maar waarover zal
een vrijzinnige anders schrijven dan over de
zaak»Geelkerken
Aan welke zijde hij zich schaarde?
Aan geenerlei zijde; als vrijzinnige was hij
hoogelijk verheven boven al dat kleinzielig
gedoe. Hij stond, meende hij, aan 't eind van
den weg en zoowel Dr. Geelkerken als de
Synode, stonden bij 't begin en worstelden
om één stap meer of minder 1
Eigenlijk de moeite niet waard.
De Synode wil de Belijdenis handhaven en
Geelkerken zegt hetzelfde, en wat heeft nu
een vrijzinnige met de belijdenis van doen 1
Maar tóén keerde hij een oogenlik tot
zichzelven in.
Ik kan tóch die gereformeerden benijden,
schreef hij, dat zij n.l. om zulke dingen, die
nu es niet het stoffelijk leven raken en waar»
mee, platvoersch gezegd, niets te verdienen
valt, zich zóó kunnen inspannen, er zoo in
kunnen meeleven, er zich zoo warm over
kunnen maken, hun gesprekken er door laten
beheerschen.
Toen keek hij es rond in eigen kring.
«Zoo iets zou in den Protestantenbond on
mogelijk zijn®, zuchtte hij.
Inderdaad, dat geloof ik ook.
Daar is men heet noch koud.
De religie is daar een snufje, dat over 't
leven heen gestrooid wordt.
En bij die «gereformeerden®, dat zag onze
baas wel, daar was zij het voornaamste deel
van 't leven zélf en dat benijdde hij ons.
Hij kent zijn eigen kringen.
Waar men zich over veel bekommertover
veel babbelt, zelfs wel druk maakt, maar als