voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
E8HE
tsmarht 14
isteeg 2-4
r
r
Antire volutionair
Orgaan
I
IN HOG SIGNO YINCES
iOMELSDIJK
No. 3211
WOENSDAG 31 MAART 1926
41ste JAARGANG
Buitenland.
I
I
W. BOEKHOVEN ZONEN
/life stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers
Verwantschap is niet
te loochenen.
schappen
ïieuwe graan-
:ule, 500 K.G.
i., nog een van
goed als nieuw,
e ploeg C 2 E,
J)BOUWWERK-
f lage prijzen.
*ulld.
ipen voor
Petroleum
ctricitelt
keiwaren
sioudelljke
*tikelen.
elef. 2845
otterdam
Opmerkelijk is het hoe angstvallig
de socialistische pers telkens weer op
nieuw iedere verwantschap tusschen
Socialisme en Bolsjewisme tracht te
loochenen.
Bizonder werd onze aandacht weer
op deze houding gevestigd door een
artikel in Het Volk, waarin de schrijver
de bovengenoemde verwantschap van
de hand wijst, tegenover een
anderen Sociaal democraat Andries
Sternheim, die dezer dagen een brochure
schreef waarin hij het voor de Bolsje
wisten opneemt. Deze noemt de Bolsje
wisten „vredesvrienden" en schrijft
Noem het een diktatuur van of over
het proletariaat, het is om het even,
s—maar dat de Sovjetregeering vanaf 1917
%$ich tot doel heeft gesteld het socialisme
in Rusland te vestigen ook al is zij
daarin nog niet geslaagd, valt zeker
niet te ontkennen".
Met deze beschouwing is de schrijver
van Het Volk het lang niet eens. Hij
loochent iedere verwantschap met de
Bolsjewisten en.noemt ze zelfs „onze
onverzoenlijkste en giftigste vijanden".
Hij schrijft, dat zijn partijgenoot in dit
boekje niet zeer vleiend voor hem
„letterlijk alles op zijn kop zet". Hij
roept zelfs uit: „Hoe kan een sociaal
democraat zulk een hemeitergenden
onzin schrijven Hij zou bladzijde na
bladzijde het geschrift kunnen uit één
rafelen en vindt dat zijn partijgenoot
de eenvoudigste waarheden omtrent
wat in Rusland gebeurt met voeten
treedt".
Men ziet hieruit, dat de sociaal-
l^üemocraten nu niet bepaald het in alles
volkomen met elkander eens zijn.
Doch dit moeten zij zelf weten.
Wij zeiden, dat het opmerkelijk is
dat de socialistische pers (en verreweg
de meeste socialistische grootheden)
angstvallig iedere verwantschap met
de Bolsjewisten loochenen.
Wanneer dit gebeurt om taktische
redenen, dan is deze houding niet ge
heel onbegrijpelijk. Immers staat het
Bolsjewisme bij de meeste Nederlanders
niet hoog aangeschreven. Wanneer ons
volk eens bij referendum moest uit
maken of het hier den Bolsjewistischen
heilstaat wilde invoeren, vreezen wij
dat het Bolsjewisme een slechte kans
zou maken. Daarom is het begrijpelijk,
dat de S. D. A. P. geen behoefte ge
voeld het Bolsjewisme als een broertje
van het Socialisme aan ons volk voor
te stellen. Een leuze als: „geen man
en geen cent voor landsverdediging"
gaat er altijd nog beter bij verschil
lende menschen in, dan de leuzeleve
het Bolsjewisme l"
Uit tactische overwegingen is deze
houding dus te begrijpen.
Maar als het alleen uit een oogpunt
van tactiek gebeurt, moeten wij toch
zeggen, dat de S. D. A. P. in deze
tactiek niet heel erg eerlijk is
Immers de verwantschap is niet te
loochenen.
Er mag een gradueel verschil zijn
tusschen Socialisme en Bolsjewisme,
een verschil in wezen is er niet.
Beiden zijn geesteskinderen van één
vader. En het eenige onderscheid is,
dat de ééne meer consequent is dan de
ander.
Wanneer het socialisme in ons land
er toe overging om zijn beginselen in
praktijk te brengen kregen wij hier de
zelfde toestanden als in Rusland. Dat
het Socialisme in ons land een betrek
kelijk onschuldig, althans onbloedig
aanzien heeft, komt hierdoor, dat het
inconsequent is, zich aan past bij de
„burgerlijke toestanden" wel veel lawaai
maakt met den mond en de gebalde
vuist wel eens op de groene tafel legt
maar overigens alles laat zooals het is.
Natuurlijk is een gewoon mensch
daar blij om. Liever een inconsequente
socialist dan een consequente Bolsje
wiek
Maar hierover gaat het nu niet.
De socialisten moeten zich niet scha
men voor hun broertje in Rusland,
daartoe hebben zij geen recht.
Veeleer is het te begrijpen dat de
Russische socialisten (want dat zijn de
Bolsjewisten) zich schamen voor hun
geestverwanten in Holland en in andere
burgerlijke landen.
Wat is nu eigenlijk het principiëele
onderscheid tusschen een Socialist en
een Bolsjewist Niemand heeft dat nog
ooit aangetoond. En niemand zal dat
ooit aantoonen, want er is geen onder
scheid.
Wel gaat de schrijver van Het Volk
geweldig te keer omdat zijn partijge
noot het wagen durft de Bolsjewisten
voor Socialisten te houden en wraakt
hij het in den brochureschrijver dat
deze het socialistisch durft noemen,
dat een kleine sterk gewapende met
het bloedigst geweld toegeruste kliek
het proletariaat overheerscht met ver
krachting van elke democratie, met ver
nietiging van persvrijheid, vereenigings-
en vergaderrecht, met mondelinge ver
kiezingen onder schrikbewind enz."
maar wij stellen in gemoede de vraag
waarheen voert, consequent toegepast,
het socialisme anders, dan tot deze
gewelddaden en verkrachting der ware
democratie. Zou het in 1918 als Troelstra
zich niet vergist had en ons leger eens
wat minder betrouwbaar geweest was,
anders geworden zijn onder Socialis
tische dictatuur?
Welke waarborg was er geweest, dat
een socialistische overheersching die
de Grondwet en het Grondwettelijk
parlementaire stelsel met voeten treedt,
de grondrechten van den burger niet
vertreden zou En zou een socialis
tisch bewind, dat zich verzekerd had
van de macht door „niet te tellen maar
te wegen" d.w.z. door eens te zien wie
op zeker moment het sterkste is, zich
op andere wijze hebben kunnen hand
haven, dan men thans in de Sovjet
republiek ziet gebeuren
De vraag stellen is haar beantwoor
den 1
Maar hoe kan het ook anders Bei
den zijn ze kinderen van Marx. Door
één geest worden beiden bezield. De
socialist, die het Bolsjewisme loochent,
loochent Marx en wie Marx loochent
kan onmogelijk socialist zijn.
Marx heeft aan het socialisme zijn
kracht gegeven, door het den steeds
scherper wordenden klassenstlijd op te
dragen, een strijd die kapitalisten en
proletariërs in felle botsing tegenover
elkander plaats, een strijd die volgens
de Marxistische leer uitloopt op gewel-
dadigde omverwerping van de oude
maatschappij. Marx zegt: Daar is maar
één middel om de moorddadige doods-
weeën der oude maatschappij, de bloe-
dige geboorteweeën der nieuwe te ver
korten, te vereenvoudigen, te concen-
treeren, maar één middel het revo
lutionair terrorisme" „Het wapen
der kritiek sluit de kritiek der wapenen
niet uit", sprak Marx. Het Kremlin te
Moskou vertoont de uitgehouwen ont
zettende spreuk: „Godsdienst is opium
voor het volk." Toch is dit woord niet
nieuw. Marx predikte hetzelfde al voor
tientallen jaren. Het Bolsjewisme is
zuiver Marxistisch en dus consequent-
socialistisch.
Men kent het Communistisch Manifest
dat van Marx uitging en dat eindigt
met de woorden: „De communisten,
versmaden het, hun overtuiging en hun
bedoelingen te verheimelijken. Zij ver
klaren het openlijk dat hun doel slechts
bereikt kan worden door de geweld
dadige omverwerping van alle tot nu
toe heerschende maatschappelijke orde.
Dat de heerschende klassen sidderen
voor een communistische omwenteling.
De proletariërs hebben bij haar niets
te verliezen dan hunne ketenen. Zij
hebben eene wereld te winnen. Prole
tariërs van alle landen vereenigt U 1"
Inderdaad, Socialisme en Bolsjewisme
zijn één, één in oorsprong, één in we
zen, één in einddoel. Slechts dit verschil
is er: het Bolsjewisme is consequent
en het Socialisme is dit niet.
En nu moge het Socialisme ten onzent
alle geestesverwantschap van de hand
wijzen, wie zich niet door den schijn
bedriegen laat, weet beter. Maar die
ziet ook hoe valsch vele voorstellingen
der Socialistische leiders zijn. Immers,
die beseft dat er voor den Christen
arbeider in de gelederen der S.D.A.P.
geen plaats kan zijn, die beseft, dat het
Socialisme wèl een gevaar is voor den
godsdienst en de geloofsvrijheid, die
beseft, dat Socialisme geen ware demo
cratie eerbiedigt, doch met voeten treedt,
die beseft, dat als in schokkende tijden,
het Socialisme zich ontpopt, en het
revoluitionaire vuur, dat steeds op den
socialistischen haard smeult, oplaait,
de smartentijd, zooals Rusland dien
kent, is ingetreden.
Nten, de verwantschap is niet te
loochenen.
Socialisme en Bolsjewisme zijn kin
deren der Revolutie.
En de Revolutie, zij is de broeder
moord op groote schaal, de tijd waarin
de Satan oogst met blijden lach, de
tijd waarin de hemel rouwt.
Laten wij ons dan niet leenen, om
als arbeiders het land te bereiden en
het zaad te strooien, dat tot zóó bloedige
oogst leiden moet 1
llli
1
"i
1 -
Deze Coura it veischljnt eiken WOENSDAG en 7 ATERDAG.
ABONNEM NTSl'RIJS per drie maanden franco per post 75 cent bij vooruitbetaling.
BIUTENLANjI bij voo'uitbetallng f 8.50 per jaar.
AFZONDEKLI.KE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIÈN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING lOcent per regel.
DIENST A AN VRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing.
Groote letters en vignetten wordtti berekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
P
388
I
I
Bij inleve» j
ring van 25
Vogeltjes
I KNOT
CADEAU
•OMMELSDIJK
Het Kabinet'Colijn.
Uit het heldere, klare »Standaard«=artikel
(van den heer Colijn, mogen we gerust zeggen).
De heer Colijn was allerminst er op gebrand
om in Juli zóó in zee te gaan.
Hij wist precies, wat komen zou.
En 't éénige kansje was nog, dat een der
twee coalitieepartijen op 't laatste oogenblik
voor de ernstige, politieke gevolgen terugdein»
zen zou.
Toen hij dan ook den 14en Juli H. M.
mededeelde, dat hij de opdracht in beraad
wilde nemen, voegde hij er direct bij, dat hij
er groote bezwaren tegen had.
Hij wist er tevoren alles van.
Van Juli tot November... en dan?
Meent iemand, dat eenig staatsman anders
dan met grooten tegenzin op zóó lossen grond
een kabinet bouwen zou?
Waarom Colijn 't dan tóch deed
Zie, zooals 't nü liep weet iedereen klaar
en duidelijk, waarop de Coalite is gestrand
en waarom zij brak.
Het is van de daken gepredikt.
In Kamer en Pers gedurig gezegd.
Het ligt alles open en bloot.
In Juli was 't alles gissen gebleven.
Immers, alle wéét van de toekomst grond»
de zich op persoonlijke gesprekken en particu»
liere mededeelingen. De leidende personen
wisten 't voor zichzelf, maar ze konden en
mochten 't niet hard op zeggen. Klaarheid
kon er eerst komen, als elk voor zich in de
Kamer open en rond spreken moest. En om
daartoe den weg te banen, déirom mee, zoo
niet in de eerste plaats, heeft Colijn zijn kabi»
net gevormd.
De R. K. Partij na de beslissing.
Dit moet erkend en gewaardeerd
De Roomsch»Katholieken houden zich onder
de nederlaag, die hun zeer pijnlijk moet zijn
geweest, kalm en waardig.
Zij kunnen dat ook doen.
Onze verblinde antipapisten hebben groot
ongelijk door te meenen, dat er nu wel een
aardig stuk van de macht<van<Rome is geknot,
nu dat Gezantschap zal opgeheven worden 1
Die macht bestaat in heel andere dingen.
't Is bovenal een geestelijke macht.
Die alleen met geestelijke middelen kan
worden wederstaan, de Protestantsche preek,
die ongerept de Waarheid handhaaft naar luid
der Schrift is véél sterker dam dan al die
uiterlijkheden.
Men heeft een klein steenpuistje uit een
meterdikken muur gekrabbeld, dat is Al. En
men heeft de zeer vele »antirevolutionair«room»
schen« het woord is van Groen 1 die er
bleken te zijn, min of meer in afzondering
gesteld, in plaats van als voorheen mèt hen
te vormen de sterke wal tegen de Revolutie.
En wat zegt nu Rome
«Speel het dan nu voortaan zelf met de
Revolutie maar klaar?»
Neen I juist andersom
«Wij kunnen wachten en wij züllen wachten
op een tijd, dat alle christelijke partijen weer
één front tegen de mannen der Revolutie be»
zetten kunnen.
Dat is een nobele houding.
Laat dit onzerzijds gerust worden erkend.
De Glindhorst.
Voor velen een pijnlijke herinnering.
Ook, ja I om finantieele schade,
Maar nóg meer vanwege den smaad, die er
over den christen»naam, over het gereformeerde
erf werd gebracht.
Het mes is er toen diep ingezet.
Met 't verleden werd radicaal gebroken.
Nieuwe mannen vatten 't werk op.
Een commissie van hoogstaande personen
werd gevormd, met mr. A. Bosch, vice»presi»
dent van den Hoogen Raad aan 't hoofd,
om alles nauwkeurig te onderzoeken, zooals
't nu was na de «reformatie» en dan rapport
uit te brengen.
Dat Rapport is dan nu verschenen.
En met dankbaarheid mogen we opmerken,
hoe over het «nieuwe tijdperk» op de Glind»
horst met veel waardeering gesproken wordt.
«Hun ernstig streven heeft ontegenzeggelijk
reeds een groote verbetering tengevolge gehad»
zoo heet het.
«Na gezien te hebben, wat de nieuwe man»
nen in een jaar tijds wisten te bewerken, mee»
nen wij dat hun gelegenheid moet worden
gegeven, om hun werk van herstel voort te
zetten».
Dat is een schoon getuigenis.
Een aantal punten werden nog genoemd,
waaromtrent verbetering zou kunnen worden
aangebracht en het Bestuur heeft zich reeds
bereid verklaard, die punten uit te voeren.
Zoo is er dus kans, dat de Glindhorst zich
op den langen duur uit zijn diepen val zal
kunnen opheffen en dat langzamerhand de
smet op haar naam zal worden uitgewischt.
Wegenwet.
Een Wegenwet komt gauw af.
Aldus de Minister van Waterstaat.
Nu, het wordt tijd ook.
Onze wegen hebben al enkele jaren schrik»
kelijk te lijden gehadze vorderen veel meer
onderhoud dan voorheen. Niet anders dan
billijk, dat waar de tollen zijn afgeschaft van
de weggebruikers 'n behoorlijke wegbelasting
zal worden gevorderd, zooals die komende
Wegenwet wil.
De opbrengst gaat niet in de «groote pot«,
maar wordt weer gebruikt tot verbetering van
het wegennet in ons land.
Als ze billijk geregeld wordt, kunnen we
zulk een wet wel met instemming tegemoet
zien.
NOG EENS HET GEZANTSCHAP.
Eerstdaags verschijnt een belangrijke brochu»
re van de hand van Mr. G. M. den Hartogh,
den schrijver der artikelen in A. R. Staatkunde
over het standpunt van Groen en Kuyper
tegenover het gezantschap bij den Paus.
In deze brochure heeft de schrijver zijn
twee artikelen uit het orgaan der Dr. A. Kuy»
perstichting ineengevoegd, nader uitgewerkt
en daardoor overzichtelijker en meer volledig
gemaakt. Het werkje verschijnt onder den
titel«Eén uitgangspunt, één weg, één doel I«.
Het stelt als ondertitel de vraag«Bleef de
A, R. Partij inzake het Gezantschap bij het
Vaticaan in de lijn van Mr. G. Groen van
Prinsterer en Dr. A. Kuyper
Achtereenvolgens worden deze onderdeelen
aan beschouwing onderworpen Niets dan de
waarheidGeschiedenis van het Gezantschap
tot 1862Groen's standpunt vóór 1862Groen's
standpunt in 1862Waardoor was dus de op» j
heffing van het Gezantschap onvermijdelijk
Groen's standpunt in 1871; Dr. Kuyper in
1888Dr. Kuyper in 1893Dr. Kuyper in
1915 Consequentie gevraagd De A. R. Partij
alleen in het spoor van Groen en Kuyper
Was en is vrees voor Roomsche overheersching
gewettigd Groen en Kuyper over de samen»
werking met de RoomschenIdealisme en
werkelijkheidszin.
Hier is alles verzameld en in beschouwing
genomen, wat men wenscht en wat noodig
is.
Wie deze brochure onbevooroordeeld leest
en aandachtig overdenkt, zal met den schrijver
gaarne de door hem in den ondertitel gestelde
vraag in bevestigenden zin beantwoorden.
Tegenover de gemakkelijke poging van andere
zijde beproefd om door het aanhalen van cita»
ten uit de werken van Groen en Kuyper, uit
hun verband gerukt en buiten eenige beschou»
wing van de werkelijkheid, waarin zij schreven
of spraken, de gestelde vraag ontkennend te
beantwoorden, is het noodzakelijk, dat al onze
vooraanstaande mannen en kiesvereenigingen
en propagandaclubs zich met dit wapentuig
uit ons arsenaal toerusten.
Het gezantschap moge uit de gouvernemen»
teele politiek verdwenen zijn het zal dit nog
niet wezen in de actie der bestrijding van de
A. R. Partij. Men schaffe zich dus deze bro»
chure aan en zorge, dat de zoo deugdelijk
bewerkte stof als propagandemateriaal ons
aller geestelijk eigendom worde.
Het werkje verschijnt bij den uitgever J H.
Kok te Kampen.
R. A. d. O.
Een moedig meisje.
De befaamde vuurtorenwachter, die op een
eenzamen post bij de Engelsche kust langen
tijd alleen zijn taak bleef vervullen, daar het
ruwe weer zijn aflossing onmogelijk maakte,
heeft thans zijn evenknie gevonden in een
14»jarig meisje.
Drie nachten lang heeft het kind de lichten
van St. Helena's lighthouse bij Bembridge
(eiland Wight) brandende gehouden.
Sinds Zaterdag bevond zij zich daar, wijl
een storm den terugkeer van haar vader en
moeder, die aan wal gegaan waren, tot het
doen van inkoopen, belette. Ze bezat slechts
één brood om haar honger te stillen.
Den eersten avond van het wegblijven der
ouders was men zeer benieuwd, of het meisje
de lichtseinen als gewoonlijk in werking zon
stellen
Op het daartoe vastgestelde uur zag men
werkelijk de lichten schijnen. Zondag en Maan»
dag waren de ouders zeer ongerust, wijl zij
wisten, dat hun dochter maar weinig voedsel
had Herhaaldelijk werd getracht, het seinhuis
te bereiken. lederen avond schenen de sein»
lichten regelmatig.
Eindelijk slaagde men er in den vuurtoren»
wachter en zijn vrouw met behulp van een
motorboot op hun post terug te brengen.
Het meisje had tot het laatste toe trouw
haar plicht gedaan en iedere vier uur het
mechaniek opgewonden, dat de seinlantaarns
doet draaien.
Een vrouw, die opklom.
«Little miss Dillon», zooals ze genoemd
wórdt, aldus meldt een bericht uit New»York,
is de eerste vrouw, die de leiding van één
van Amerika's grootste lichamen gekregen
heeft.
Drie en twintig jaar geleden begon ze ali
een gewone kantoorjuffrouw en klom vervol»
gens op tot afdeelingscheffin, algemeene
cheffin en onderdirectrice van de «Brooklyn
Boroug Gas Company», waarvan zij thans het
ofiicieele hoofd is geworden.
Zij wordt bijgestaan door twee andere dames,
resp. als secretaresse en kanselierster der maat»
schappij, welke een kapitaal van 12 millioen
gulden heeft en 40.000 klanten bedient.
Miss Dillon schrijft haar succes toe aan
haar gemak om den menschelijken kant bij
het zakendoen in het oog te houden. Zij ver»
klaart, dat «sentiment bij het zakendoen een
eerste vereischtte is De mannen geven zich
hiervan geen rekenschap. De vrouwen doen
het wèl.
Mist te Londen.
Donderdagmiddag even na twaalf uur is
Londen door een plotseling opkomenden gelen
mist overvallen, die de stad in het driekwart
donker zette en het opsteken van de straat
verlichting noodzakelijk maakte. Op de rivier
onstond eenige verwarring door het groot
aantal sleepbootjes dat een veilige schuilplaats
langs de kaden en in de binnenhavens moest
zoeken om niet overvaren te worden. Omstreeks
half 1 kon men op de theems geen 5 meter
voor zich uitzien, maar om half twee trok
de mist even onverwachts en vlug op als hij
neergedaald was.
Het mijnongeluk bij Oberhausen.
Waarschijnlijk 12 dooden.
Naar het bestuur van de Gute Hoffnungs»
huette meedeelde, worden, behalve de zes
Üw
•i
- ll