voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
o
Antirevolutionair
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
No. 3193
WOENSDAG 27 JANUARI 1926
40STE JAARGANG
W. BOEKHOVEN ZONEN
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Adtuünis tratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers
V Watersnood en Financiën.
V Onze Landbouw.
Uit de Pers.
Ingezonden Stukken
Binnenland.
De Kabinetscrisis.
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent Mj vooruitbetaling.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.- per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
V Wat nü niet kan.
»De Zeeuw« in deze dagen van «Patrimo*
nium«»herdenking, herinnert ook aan het eerste
Chr. Sociaal Congres, dat nu ruim 35 jaar
geleden gehouden werd.
Patrimonium gaf daartoe den stoot.
Die 't eerst uit Friesland kwam, waar dsj.
v. Andel destijds de Leeuwarder afdeeling
met raad en daad bijstond.
Op de jaarvergadering van P. werd beslo*
ten het Cent. Comité van A.=R. Kiesvereeni»
te verzoeken in overleg met P. zulk een Con«
gres saam te roepen.
En dan gaat »De Zeeuw aldus voort
Het Centraal Comité ging op dit ver»
zoek in en besloot saamwerking te zoeken,
niet alleen met Patrimonium, maar ook o.a.
met den Chr. Volksbond.
De eerste vergadering der Regelingscom»
missie voor dit Chr. sociaal congres had
plaats te Amsterdam. In die Commissie had«
den zittingVoor het Centraal Comité
\dr. Kuyper, H. Waller en J. A. Wormser;
voor Patrimonium K. Kater, P. van Vliet
en Slegtvoor den Chr. Volksbonddr.
F. van Gheel Gildemeestervoor de A.»R.
Kamerclub de heeren Van Alphen, Van
Kempen, Van Löben Seis.
Vrucht van deze samenwerking was dat
hetgeen toen nog mogelijk was het
Congres bijeen kwam en uit leden bestond,
uit alle bekende kerkformaties. Hervorm»
den, Doleeerden, Chr. Gereformeerden, Ev.
Lutherschen, Hersteld Ev. Lutherschen, Broes
ders Darbisten, elk leverde zijn contingent.
Wij herhalendit kon toen nog geschies
den.
Tegenwoordig, niettegenstaande de tijden
zooveel ernstiger werden, zou dit allicht
niet meer mogelijk zijn. Onbegrijpelijk toch,
terwijl alle Christenen elkander zoo noodig
hebben.
»Dat kon toen nog geschieden«.
Wat houden die weinige woorden, goed
bezien, toch in, een droeve klacht over, haast
zeiden we een aanklacht tegen de christenen
van Nederland 1
Cl Tóén kon dat nog geschieden.
Nü, en een iegelijk onzer zegt dadelijk
Helaas 1 het is zoo Nü kan dat niet
meer.
Zoo is de verwijdering toegenomen.
En nu vragen we nietAan wie de schuld
Want het antwoord weten we
Aan de christenen van Nederland.
Neen, wij pleiten allerminst, dat men alle
verschillen begraven zal en met een »geloofs»
belijdenis die men op een stuivertje schrijven
kan», genoegen zal nemen.
De belijdenis moet ons dierbaar zijn.
Niet als oud, eerwaardig document.
Maar, moge het do^r Gods genade alzoo
zijn I als uitdrukking van ons levend, vurig
geloof.
Maar zij diene tot onderscheiding.
Niet tot geheele scheiding 1
Neen 1 géén verflauwing der grenzen. Maar
ook de grenzen niet uitgegraven tot diepe
afgronden 1 Het brengt zulk een magerheid
over de ziel. Er is toch nog zooveel terrein
waarop we gezamenlijk kunnen getuigen voor
onzen Heer en Heiland en samen front kuns
nen maken tegen het ongeloof.
Tóén kón zoo iets nognü niet
Hoe zal 't in de toekomst zijn?
Daar zal, naar onze vaste overtuiging, ook
voor een deel de toekomst van ons volk van
afhangen.
De uitkomst zal denkelijk wel leeren,'dat
ook 's Lands financiën bij den Watersnood
nauw betrokken zijn.
We doelen nu niet op hulp.
Ook min. Colijn liet dit in 't midden; hij
liet er zich niet over uit, maar de particuliere
liefdadigheid ga krachtig vóór.
Er is echter nog iets anders.
Zij 't niet dadelijk, zoo zal zich toch, ver*
moeden wij, de eerstvolgende maanden, de
invloed der ramp, die zich véél en véél ver»
der uitstrekt dan Maas»en«Waal, laten gevoe*
len in de opbrengst der belastingen.
Tienduizenden zijn voorloopig onmachtig
tot betalen.
En waar niet is, verliest de keizer zijn recht.
Of en wat er naderhand nog van terecht
komt, moeten we afwachten. Maandenlang
zal de invloed der ramp zich nog in de cij*
fers doen gevoelen. Neemt men daarbij in
aanmerking, dat een goed deel van onzen
vooruitgang op 't oogenblik van Indischen
oorsprong is, dan blijft er alle reden, om
zorgvuldig met de financiën om te gaan.
Pessimist zijn willen we niet.
Het mig niet, - en er is geen reden voor.
Maar aan den anderen kant stare niemand
zich blind op cijfers en uitkomsten van dézen
tijd en van één jaar, alsof dit een norm, een
maatstaf voor de naaste toekomst zou zijn.
Die blijft nog altijd vrij onzeker.
En een feit is nu eenmaal, dat in steeds
sterker mate, en juist in de landen van welke
wij het hebben moeten, een streven veld wint,
om eigen bronnen van inkomsten door be
scherming te sterken tegen de concurrentie
van het buitenland.
Neem nu b.v. Engeland.
't Klassieke land van den vrijhandel.
De Rijkstuinbouwconsulent te Londen gaf
er ten vorigen jare eenige voorbeelden van.
Dat de teelt van groenten, van groot en
klein fruit, in 1924 toenam, kan nog zijn ge»
volg van meer inspanning, maar men kan er
op rekenen, als de concurrentie van buiten
te lastig wordt, dan zal de vraag naar be>
scherming in wat vorm ook, niet van de
lucht zijn.
Maar dat de teelt van suikerbieten van
3360 H.A. in 1922 toenam tot 8976 H.A. in
1924 is ongetwijfeld mèe een gevolg van de be*
scherming, die dit deel van 'tlandbouwbedrijf
sinds enkele jaren geniet.
Dan wil de Regeering aan de productie der
»dominions« (Canada, Z.=Afrika, Australië)
voorkeurrechten toekennen.
Dan is een bepaalde soort bescherming uit*
gedacht voor industrieën en bedrijven, wier
malaise het gevolg heet te zijn van door
vreemde landen uitgeloofde uitvoerpremies of
van lagere loonen, langere werktijden en la*
gere belastingen en men begrijpt, wat
er niet al, met wat goeden wil hieronder te
brengen is. Dat dit ook speciaal Nederland
raakt, toont wel het feit, dat de boom* en
bloemkweekers ginds nü al hun best doen,
om hier ook van te kunnen profiteeren.
Let, naast Engeland op Duitschland.
Nogeens 't behoeft ons niet ter neder te
slaan, maar 't kan en moet toch wél manen
tot groote voorzichtigheid.
Belangrijke uitspraak.
De bladen hebben in den laatsten tijd het
volgende bericht
Artikel 123. Voor de zending is van be*
teekenis het bericht uit Indië, dat de verga,
dering van missionnaire predikanten en
andere zendingsarbeiders op Soemba (zen*
ding der Gereformeerde Kerken) betreffend
artikel 123 Regeeringsreglement het volgende
voorstel heeft aangenomen nadat door Ds. L.
P. Krijger, docent aan de opleidingsschool,
'n referaat was gehouden over bedoeld ar*
tikel«De vergadering van missionnaire
dienaren op Soemba is van oordeel, dat
overeenkomstig 't ingediend rapport, artikel
124 R. R. geheel zonder meer, ingetrokken
moet worden, en dus de Overheidle de
evangelieprediking geheel vrij moet laten
en 2e nooit preventief mag optreden door
de vestiging van een bepaalde zending op
een bepaald terrein te verbieden, teneinde
z.g dubbele zending te weren.»
Dit is een belangrijke uitspraak.
Zeker, zij ligt op de lijn onzer a.r. beginselen.
Maar in den laatsten tijd was ook in onze
kringen weieens de gedachte opgekomen of
eenige regeling, die de Overheid in haar hand
hield niet goed zou zijn en nuttig werken
tegen 't gevaar der «dubbele zending», als
b.v. de R.»K. gelijk ze reeds met Solo doen,
zich met man en macht gingen werpen op
terrein, reeds door óns bezet.
Niemand zal 't gevaar, dat hierin schuilt,
ontkennen.
Maar onze arbeiders in Indië durven dat kin.
Onder biddend en vertrouwend opzien tot
hun God.
Om het in hun oog grootere gevaar te ont*
gaan dat de Overheid de kerk des Heeren
paal en perk stellen zou, waar zij het Evan*
gelie prediken mag en waar niet.
Dit oordeel, van de mannen, die er daar*
ginds middenin zitten, zal zeker voor onze
groep van meer dan gewone beteekenis wor»
den geacht.
Keuchenius en Lohman.
Aan het slot eenei artikelenreeks onder
bovengenoemd opschrift maakt «De Nederlan*
der« onderstaande juiste opmerking
«Lohman had grooten eerbied voor den ge»
loofsmoed van Keuchenius. Nog in 1897 noemt
hij hem in één adem met Bilderdijk, da Costa,
Groen. «Heeft niet vooral» zoo laat hij dan
volgen «Keuchenius geen gelegenheid laten
voorbijgaan om, ook op staatkundig gebied,
ook als Minister, van de heerschappij van
Koning Jezus krachtig en onbeschroomd te
getuigen Van verzwijging van Diens naam
wilde hij niet hooren. Nog kort voor zijn
dood gaf hij aan een zijner vrienden zijn af»
keuring te kennen over een artikel in de
«Heraut" van 22 October 1893 waarin het
publiek gebed werd verdedigd mits niet ge*
schiedend in den naam des Heeren Jezus Chris*
tusen zulks ter wille van Joden en moder*
nen«. Een paar weken voor zijn dood zat
Lohman nog aan zijn ziekbed als een bewijs,
dat, ondanks verschil op ondergeschikte pun»
ten, de broedertrouw ongeschokt was, En
Keuchenius verdiende deze trouw ten volle.
Ook hij had nooit opgehouden Lohman te
eeren. Steeds, ook in het heete Kamerdebat,
bleef hij hem betitelen als «mijn geachte vriend»
in Keuchenius' mond allerminst een klank.
Want bij dezen man was alles echt en waar.
Maar daarom moest er tusschen hem en Lohman
een band blijven tot in den dood. Want ook
Lohman was een Nathanaël zonder bedrog.
«Doch den grootsten eerbied hebben wij
voor beider kinderlijke en heldhaftige vroom*
heid.
Keuchenius met zijn stukgelezen bijbelboekje
dat met hem in de kist werd neergelegd,
Lohman met zijn kostelijke nalatenschap in
dat«Ik weet, dat mijne ziel is gered». Zij
beiden hebben de reeks van geloofshelden
van Hebr. 11 in onze dagen aangevuld en
blijven heerlijk spreken, nadat zij gestorven
zijn, zoowel tot onze personen, als tot de
staatslieden van deze tijd. Het hoogste ideaal
bleef hun en blijft ons de bevordering van
Christus, Koninkrijk.
«Maar daartoe moeten de gelederen worden
gesloten en alle verschillen worden onderge*
schikt gemaakt aan de bereiking van dat
heilig doel«.
Inderdaad, zóó is het.
Laten ook de volgelingen van Keuchenius
maar ook die van Lohman. zich dit kostelijke
advies van het Chr.*Hist. blad immer ten
nutte maken.
«De Zeeuw«.
De Copie van Ingezonden stukken die niet ge*
plaatst zijn wordt niet teruggegeven. Buiten
verantwoordelijkheid van Redactie en Uitgevers
Mijnheer de Redacteur I
Mag ondergeteekende naar aanleiding van
een breedvoerig verslag, dat in Uw blad ver»
scheen van het requisitoir van het O. M. voor
het Kantongerecht te Sommelsdijk d.d. 10 Dec.
'25 tegen ons Instituut uitgesproken, het vol»
gende opmerken.
Te Middelharnis, in Hotel Zaaijer, wordt
gedurende een jaar spreekuur gehouden voor
de welbekende geneesmethoden der Indische
Kruidenaanwending van Dr. Hemmers en
de in Zwitserland met zooveel succes als voor
jaren toegepaste Homoeopatische kuren van
Dr. Ruppricht.
De zittingen gaan uit van het Electro*Ho*
moeopatisch Kruidkundig Instituut «Dr. Hem*
mers« Berschelaan 218 Rotterdam. Deze In*
richting waaraan ook is verbonden een La*
boratorium voor Scheikundig Microscopisch
en Bacteriologisch onderzoek van bloed, spu*
turn, faeces en Urine stond gedurende de
vele jaren van bestaan, onder leiding van
ervaren Artsen, specialisten, o.a. onder leiding
leiding van Dr. H. van Meer, Dr. G. H. Dun»
newold, Dr. J. E. Alberts en thans onder Me»
dische en Pharmaceutische leiding van den
WelEd. Zeer Gel. Heer Dr. J. M. Nijland, arts.
In verschillende plaatsen van Nederland
wordt zitting van dit Instituut gehouden voor
het aanmelden van nieuwe patiënten.
De ijverige Directeur*Geneesheer Dr. J. M.
Nijland, geholpen door zijn Annex assistenten,
werken eiken dag met veel succes ter bestrij»
ding der meest hopelooze kwalen. De ernstigste
kranken worden geregeld door Dr. Nijland
aan huis bezocht, op verzoek is deze door
geheel Nederland aan huis te consulteeren.
Dit Electro*Homoeopatisch Instituut onder*
gaat over een maand een ruime uitbreiding
door het aanbrengen van een gedeelte waarin
de Radium*Therapie en Hoogtezonbehandeling
ter genezing van kranken, tuberculosen en
engelsche ziekte wordt uitgeoefend.
De tegenwerking welke de Homoeopatie
en de Indische Kruidengeneeswijze ondervin*
den van andersdenkenden, die nog altijd de
ouderwetsche systhemen, ook in de Genees»
kunst willen handheven wordt langzamerhand
minder, daar deze Heilmethoden en wonderlijk
werkende radicaalkuren baan breken en een
goede toekomst tegemoet gaan.
De eerst verachte en geschuwde Homoeo*
patie, waarvoor onze onvergeetlijke en alom
geëerde Dr. A. Kuyper zoo goed heeft gespro»
ken en zoo krachtig gestreden, zal na de vele
resultaten, die met deze methode verkregen
zijn, eindelijk de eer ontvangen, die deze als
vooraanstaande geneesmethode toekomt.
Wij hopen binnenkort van dit Instituut
meer te kunnen berichten.
Met dank voor de plaatsing,
Electro Homoeopatisch Therapeutisch Instituut
«Dr. HEMMERS*
Bergschelaan 218, Rotterdam.
Directeur-Geneesheer
Dr. J. M. NIJLAND.
Dr. de Visser verzocht ontheffing van
zijn opdracht. Mr. J. Limburg
Kabinetsformateur.
Dr. J. Th. de Visser heeft Vrijdagochtend
aan H. M. de Koningin ontheffing verzocht
van zijn opdracht tot vorming van een Kabinet.
Hare Majesteit heeft daarop den voorzitter
van de Tweede Kamer de Staten=Generaal,
Jhr. Mr. Ch. J. M. Ruys de Beerenbrouck
ontvangen en vervolgens in den namiddag
Mr. J. Limburg, lid van Gedeputeerde Staten
van Zuid»Holland, aan wien H. M. de samen»
stelling van een extra*parlementair Kabinet
heeft opgedragen.
Mr. Limburg heeft verzocht, deze opdracht
in beraad te mogen houden.
Mr. J. Limburg, werd in 1890, na promotie
te Leiden, advocaat. Hij werd in 1897 be*
noemd tot rechterplaatsvervanger in de arr.
rechtbank te 's»Gravenhage en in 1903 tot lid
van het algemeen college van toezicht op de
rij ksop voedingsgestichten.
In 1904 werd hij lid der Prov. Staten van
Zuid»Holland en in 1907 lid van Ged. Staten
van dit college, welke functie hij op het
oogenblik nog bekleedt.
Mr. Limburg, die de vrijz *dem. beginselen
is toegedaan, werd in 1905 gekozen tot lid
der Tweede Kamer en bleef dit onafgebroken
tot 1918. Als lid dier Kamer nam hij het
initiatief tot het wetsvoorstel, waardoor het
mogelijk werd gemaakt, dat men zonder Latijn
en Grieksch te hebben bestudeerd, kan pro*
moveeren tot doctor in de geneeskunde en
de wis* en natuurkunde, wanneer men eind*
diploma H. B. S. bezat.
Als lid van de staatscommiseie, onder voor»
zitterschap van wijlen den vice*president in
den Hoogen Raad Mr. S. Gratama had hij
een belangrijk aandeel in het samenstellen
van een ontwerp van een nieuw wetboek van
Burgerlijke rechtsvordering. Mr. Limburg is
voorzitter van de staatscommissie voor de
burgerlijke wetgeving, die partieele herzie»
ningen in onze wetboeken ontwerpt. Verder
is hij o.m. voorzitter van de commissie van
advies voor volkenrechtelijke vraagstukken,
door den Minister van Buitenlandsche Zaken
ingesteld en lid van de Staatscommissie voor
internationaal privaatrecht. Hij is curator der
Leidsche Universiteit en deken van de Haag*
sche orde van advocaten. Driemaal is hij ge*
delegeerde geweest ter vergadering van den
Volkenbond. Hij is voorzitter van de Ver»
eeniging voor Volkenbond en Vrede. Hem is
indertijd na het aftreden van Zimmerman het
burgemeesterschap van Rotterdam aangeboden,
waarvoor hij gemeend heeft te moeten be»
danken. In verschillende zaken heeft Mr. Lim»
burg voor het Perm. Hof van Intern. Justitie
gepleit, o.a. namens de Ned. Regeering in de
kwestie betreffende de toelating van den Ned.
arbeidersgedelegeerde tot de arbeidsconferen»
tie te Genève. Voorts in Mr. Limburg van
1923 tot Dec. j 1. arbiter geweest in het
Fransch Duitsch scheidsgerecht te Parijs. Hij
is ridder in de orde van den Ned. Leeuw en
commandeur van het Legioen van Eer. Hij is
59 jaren oud.
Een vraaggesprek met Oud.»Gouv.
Generaal Idenburg.
Een bijzonderen medewerker beschrijft in
«Timotheus» een vraaggesprek met Oud»Gouv.
Generaal Idenburg,
Het is nog niet zoo heel lang géleden, dat
een der heeren, met wie ik een vraaggesprek
voor «Timotheus» heb gehad, den heer Iden*
burg wilde bezoeken. Hij bracht het niet ver*
der dan een dwaaltocht door de slingerlanen
der Scheveningsche boschjes, eindigende in
het Hotel [de Promenade waar hij ten einde
raad zijn gezochten gastheer opbelde en hem
mededeelde, dat hij nog steeds op weg was
naar zijn woning. «Nu dan zal ik u wel even
halen«, zei de heer Idenburg, en zoo geschiedde
Wie rust begeert kan zich dus geen idealer
plek kiezen, dan de Minister van Staat Iden»
burg gedaan heeft. En hoe komt het dezen
trouwen werker toe 1 Hij, die van zijn eerste
uitzending naar Indië af in woord en daad
getuigd heeft, dat het mogelijk is, groot te
worden in de oogen der menschen en toch
klein te blijven in eigen oog, ook klein voor
het oog van God. Die hem van stap tot stap
heeft voortgeleid op den weg van genade en
eere. Vele jaren staande in de bruising van
het leven, later geroepen tot de hoogste ambten
heeft de heer Idenbuig gewerkt, zoolang het
dag was en nu de avond gedaald is, moet men.
hem zoeken in de rust van een der schoonste
plekjes onzer Residentie. In de rust, ja, dat
wil zeggen nog lang niet in de ruste. Want
als ik de werkkamer van den oud.«Gouv.
Generaal ben binnengetreden, waar het volle
daglicht op het in de erker geplaatste bureau
valt, hoor ik al een mededeeling, die voor
mij de beteekenis van een vonnis heeft
Ik heb maar een uur. Om elf uur wacht
ik weer iemand.»
gen uur voor een vraaggesprek met den
man wiens levenswerk een boekdeel vult I
Nu dan viel er niet te talmen.
Uw levensbeeld, Excellentie, allereerst. Graag
ten voeten uit. Uw geboorte en
«O ik ben geboren als ieder ander».
Laat ik den lezer terstond mogen zeggen,
dat deze woorden, uitgesproken met een vluch»
tig glimlachje, op dat oogenblik een buitenge»
woon scherp licht gegoten over de figuur van
mijn gastheer. Immers 't was bijna vijfjaren
geleden, dat deze zelfde man stond aan het
sterfbed van een anderen grooote Dr. Kuyper,
en toen de omstanders ontroerde door zijn
kinderlijk eenvoudig gebed om een ruimen
ingang voor den moegestreden lijder. Welnu
van dien groote mocht hij getuigen«Hij is
gestorven als een arm zondaar, precies als
allen die door de enge poort ten leven moet
ingaan.« En toen ik, na het gesprek terugwan»
delde doorflitste mij weer dat zinnetje gebo»
ren als ieder ander. Ja inderdaad, ook in den
heer Idenburg wordt die wonderschoone levens»
lijn afgewonden waarvan begin en einde in
Gods handen zijn en die daarom zoo zuiver
afteekent wat het zeggen wil, groot te zijn in
het koninkrijk Gods.
Veertigduizend waren het er i
Even zóóveel mannen en vrouwen hebben
't vorige jaar bij de Kamerverkiezing niet
gestemd.
Een voorloopig onderzoek is ingesteld,
'r Werden 12,000 uitgezift.
En 32 politie*agenten zijn vele dagen bezig
geweest, om 12,000 dagvaardingen uit te reiken.
Thans ratelt de kantonrechter recht.
Ziehier, hoe de zaak door een dezer Am»
terdamsche heeren, volgens 't verslag in de
N. R. C. wordt getracteerd.
Het beloop der procedure (maximum duur
1 minuut) was ongeveer als volgt
KantonrechterWaarom is u niet ter stem*
bus geweest?
Beklaagde'. Ik had hoofdpijn.
KantonrechterU hebt f 3,— boete. Vol*
gende zaak.
Kantonrechter (tot den volgenden be»
klaagde, terwijl diens voorganger nog wat
beteuterd staat te kijken, maar veelal van
alle magistratelijke belangstelling verstoken
blijft)Waarom is u niet ter stembus ge»
weest
BeklaagdeIk heb gemoedsbezwaren.
Waarom
KantonrechterU hebt f 3,— boete.
Beklaagde af.
Kantonrechter tot den volgenden be*
klaagde En U waarom is u
BeklaagdeWelke os kiest zijn eigen
slachter Ik
KantonrechterU hebt f 3,— boete.
Beklaagde af.
Kantonrechter tot den volgenden be*
klaagdeWaarom hebt u niet gestemd
Beklaagde (een zorgvuldig op papier ge*
stelde redevoering uit zijn binnenzak pro»
duceerend en glimlachend): Alias Troelstra
noch alias Caulaan (wie geen Amsterdammer
is wete dat dit Colijn beteekent 1) kunnen
mij dwingen naar de stembus te gaan
Kantonrechterf 3,— boete, volgende zaak.
Nu zijn er, met name in een stad als Am»
sterdam, natuurlijk heel wat, die 'r een «potje
van maken«, omdat ze van «de heele poppe»
kasterij» niets willen weten.
Dat die worden afgezouten, 't zij zoo.
Maar dat b.v. ook zij, die gemoedsbezwaren
hebben, met geen enkel woord daarop mogen
ingaan, 't doet ons denken aan Daendels
massa*doop met de brandspuit, naar men zegt,
of aan Hessels ad*patibulum, als is 't dan
hiér gelukkig I slechts een drie*guldens*guillo»
tine, die als met 'n knopje heen en weer be»
wogen wordt
Niet iederéén verdient per minuut drie gul
den voor den Staat I
Verheffend is zoo'n rechtspraak niet.
Waar een last wordt opgeheschen,
Past het zeer bedacht te wezen
Wil dus met Uw lichaam wijken,
Daar de lus licht kan bezwijken.
«Het Veiligheidsmuseum», Amsterdam,