U DERDE BLAD Scheren PUROL Zaterdag 24 Oct. 1925. No. 3166. Uit de Pers. Buitenland. Kerk en School. mÊÊÊrnm*. y:-'" Rec9ame-üededee!ing@n. Marktberi ctiten. Land- en Tnlnbonw. 9) Ja rAFELS tgoedkoop. 15,-. Salon- RDERIJ Boekaankondiging. •mm. mm X Uit de Landbouwwereld. Nadruk verboden. - R'dam Merkwaardige verschijnselen. In Gelderland, in het ambtsgebied van den Rijkslandbouwconsulent te Zutphen, zijn zooals we al vroeger meedeelden een aantal proefvelden aangelegd met het doel te demon» streeren het verschil in werking tusschen een zure en een alcalische bemesting. Wij herinne» ren, dat zure meststoffen b.v. zijnsuperfos» faat en zwavelzure ammoniak, en alcalische slakkenmeel, kalk, mergel, Chilisalpeter en Norge»salpeter. Zeer leerzaam zijn die velden, ook nog in ander opzicht dan alleen het oogst» resultaat. Wij willen enkele voorbeelden noe» men. Te Harfsen stierven in den nazomer de meeste aardappelplanten af door de aardappel» ziekte (Phytophtora infestans), maar het eerst en het ergst werden de kalkarmste perceelen aangetasthet loof was hier reeds geheel geel en zwart, toen het op de kalkrijkste perceelen nog groen was. Op de laatste had het loof een lengte van wel een meter, op de eerste niet meer dan een paar decimeter. Op proef» velden te Hummelo en Nijkerk werden kool» rapen geteeld, niet van den korrel, maar van planten, die een tijdlang op een goeden grond hadden gestaan. Ook deze planten bleken zeer gevoelig voor den kalktoestand te zijn De zuurbemeste planten stierven totaal afop de kalkarme perceelen ontwikkelden de planten zich matigop de kalkrijke perceelen groeide een prachtig gewas. Te Warnsveld, op het bedrijf van de stichting Groot»GraÉEel, ver» dwenen al de bieten op de kalkarme perceelen waar een zure bemesting was gegeven. Hoewel het zaad ontsmet was, werden de planten hier hevig aangetast door bietenbrand. Men weet, dat de oorzaak dezer ziekte een schimmel is. Blijkbaar leeft deze schimmel het krachtigste op de kalkarmste perceelen. Schimmels houden van een zure omgeving, gelijk iedere huisvrouw wel ervaren heeft, terwijl de meeste bacteriën meer kalk wenschen. Men zag dan ook op de kalkrijke perceelen de bietenbrand niet optre» den. Later in den tijd zag men echter op de f kalkrijkste stukken de bladeren geel worden *-■ net eerste verschijnsel van Veenkoloniale haver- ziektede grond had te veel kalk 1 Een paar jaar tevoren was die grond zóó zuur, dat er geen biet kon groeiennu was hij door be» mergeling reeds in een te alcalischen toestand gebracht. De door de Veenkoloniale haver» ziekte aangetaste bieten kregen bovendien nog te lijden door een bladvlekschimmel en zwart» zwam. Men ziet: een verkeerde, averechtsche bemesting bederft niet alleen den oogst, maar maakt het gewas ook vatbaar voor verschil» lende ziekten. De bodemtoestand luistert nauw. Wij hebben te zorgen voor den meest ge» wenschte bodemtoestand, en dit is alleen mo> gelijk door grondonderzoek. Het rooien van bieten. In verschillende deelen van ons land is de bietenteelt in de laatste jaren zeer toegenomen. Waar men vóór 10 h 15 jaar geen biet meende te kunnen verbouwen, wordt nu de teelt, dank zij den kunstmest, vrij algemeen toege» past. Van groot belang is daardoor voor steeds meerderen de vraag geworden hoe rooi ik mijn bieten het beste In 't Zuiden van ons ywland, Zeeland—Brabant, was men al lang zoe» kende naar een geschikten rooiploeg. De Com» missie voor het Bieten vraagstuk zocht daartoe in Saksen, België en Noord»Frankrijk en kwam thuis met een vinding van het Pommritzer proefstation, die daar goed beviel en waarmee zij daarom dit najaar in ons land proeven wilde nemen. Onder leiding van Prof. Visser te Wageningen had onlangs een demonstratie plaats in den Eendrachtspolder op land van den heer G. Braat De proef voldeed echter nietonze Hollandsche grond bleek andere eischen te stellen een groot deel, bijna de helft der bieten, kwam beschadigd of gebroken uit den grond Na deze teleurstelling kwam de heer Braat voor den dag met een rooiploeg, waarmee hij vier jaar geleden bieten had ge» rooid gekopte bieten en over de werking was hij tevreden. Toch had hij de ploeg niet meer gebruikt, omdat vóór het rooien de bieten eerst »gekopt« moeten worden en het af» snijden van het loof bij vaststaande bieten niet gemakkelijk gaat. Zette hij den ploeg in werking op de bieten met vol loof, dan stopte dit op tusschen den verticalen, cirkel» vormigen beugel, waaraan de geleiders zijn bevestigd. Bij de genoemde demonstratie bleek dit ook. De bieten zelf werden dan ook ernstig beschadigd, en werden niet goed schoon de ploeger moest voortdurend op de bieten trap» pen om het loof uit den beugel te verwijderen, 't Ging met dezen ploeg dus evenmin als met de Duitsche. Maar de eerste, die van den heer Braat, zou wel dienst kunnen doen, als het mogelijk was om de vaststaande biet goed en snel te koppen. Hierop is nu werkelijk iets gevonden. Ook al een vinding van voornoemd Pommritzer proefstation, 't Is een scherpe schoffel, voorzien -van eenige ronde draadstan» getjes, als bij een oude handhooihark. Op die stangetjes komt het loof te rusten, dat bij het afschoffelen direct in den wagen kan worden geworpen of in zwad op het land komt te liggen. De bieten worden bij deze rooimethode meerendeels aan twee zijden schoongeschraapt. Het systeem berust op het feit, dat de biet door wigvormige tusschenruimte der »gelei» ders« naar boven moet uitwijken. De ploeg werd bij de demonstratie getrokken door twee paarden en liep met een snelheid van een gewonen ploeg De grond werd slechts opper, vlakkig losgemaakt. De ploeg van den heer firaat gaat dus niet naar den rommelzolder terug, maar zal in combinatie met den schoffel goede diensten kunnen bewijzen. Het koppen met den schoffel ging best: 3 man kopten in anderhalf uur 20 rijen van 120 Meter lang. Ten slotte zij nog vermeld eere wien eere toekomt! dat de ploeg een Hollandsche vin» ding is, en wel van twee smids de heeren P. Visser teZevenhuizen en B. Monster te Bleiswijk Goed kokende erwten. Hoe teelt men goedkokende erwten? Dit vraagstuk is al sedert jaren met tusschenpoozen aan de orde. Men heeft de oplossing vooral in de richting der bemesting gezocht. De heer W. W. Schipper te Winschoten, die er zich al lang mee bezig houdt, is in 't vorige jaar begonnen erwten te verbouwen op pas ont» gonnen heidegrond, dus op een maagdelijken bodem. Uit de verkregen resultaten meent hij het volgende te mogen afleidenle. Door louter varkens» of koemest laat zich op schralen, kalkarmen zandgrond, ook zonder enten, een goeden erwtenoogst winnen. Bij gebruik van varkensmest kan de opbrengst nog vermeerderd worden door toevoeging van kalk. 2e. Phos- phorzuur in den bodem heeft onmiddellijken invloed op de kookbaarheid van erwten in gunstigen zin. 3e. Kalk heeft geen onmiddel» lijken invloed op de kookbaarheid. 4e. Kalk heeft een gunstigen invloed op de weligheid van een erwtengewas, en buiten dit om ook nog op de vorming van zadenin dier voege dus, dat bij een gelijke weligheid de zaadop» brengst grooter zal zijn naarmate een voldoende hoeveelheid opneembare kalk ter beschikking gestaan heeft. Deze meststof draagt dus bij erwten langs twee wegen tegelijk bij tot het verkrijgen van een goed beschot. B—r. pas wèlvaren wanneer alle Hoogescholen gesloten waren. En daar zoowat de helft van alle mannen, die zij ontmoette, die verderfelijke inrichtingen bezocht hadden, en vrijwel elk hunner een veeg uit de pan kreeg, als hij ook maar van verre het ge» vaarlijke onderwerp naderde, lachte ieder» een om die «zure tante« en waren de glossen op haar legio. Maar nu heb ik onlangs van iemand, die haar goed had gekend, het een en ander over haar levens» en lijdensgeschiedenis vernomen, en ik verzeker u, toen bestierf mij toch elke glimlach op de lippen. Uit zeer goede, zelfs a nzienlijke familie stam» mend, was haar vader het slachtoffer ge» worden van een handig advocaat, die zijn geld en zijn land volkomen hem afhandig had weten te maken. Haar beeldschoone zusje was, zeventien jaar oud, met een medicus verloofd geraakt, die haar op de schandelijkste wijze misbruikt en als een hulpeloos wrak, geknakt naar lichaam en geest, had verlaten. En zijzelve, die in een aanzienlijke familie gouvernante was gewor» den, was door den oudsten zoon des huizes, een jurist, die heel degelijk en heel vroom was, ten huwelijk gevraagd toen hij op het punt stond een zeer lucratieve betrekking in Indië te krijgenzij zou hem na één jaar als zijn echtgenoote volgen, maar reeds op de boot verslingerde hij zich aan den buffetjuffrouw en toen hij aan wal stapte schreef hij haar af. Van smart en woede raakte zij aan het tobben, werd zeven jaar lang in een zenuwinrichting als derde klasse patiënt verpleegd en toen zij eindelijk, le» vende van f 1200 pensioen, door enkele vrienden haars vaders voor haar bijeenge» bracht, op het stille dorpje was gevestigd, waar ik haar en af toe bezocht, was zij tot die «wonderlijke tante® gerijpt, als welke Hierbij een foto van een (woerd) van den heer S. Hollandsche Witborst»eend L. Hilaridus uit Pingjum. »De Maatschappij«De Maatschappijn Christelijk sociaaheconomisch weekblad, uit» gave Drukkerij Oranje Nassau te Baarn, opent deze week met een zeer lezenswaard artikel van Mr. Dr. H. H. A. v. Gybland Oosterhoff over: De Indologische Faculteit te Utrecht. Een tweede uitnemend artikel is van Mr. G. H. A. Grosheide en handelt over de wijzigin» gen in de Faillissementswet. Van den verderen inhoud noemen we, behalve het Economisch overzicht, het Financieel weekoverzicht en Vrouwenbelangen, nog de volgende artikelen Centraal verslag 1924 van de Arbeidssinspectie Bevolkingsaanwas; Uit de bladen en tijd» schriften Ons dagelijksch brood Siberische boterWerkgever, werknemer en het werk Het kiesstelsel voor de Kamers van Koop» handelOnze baksteenindustrie Steenkool, stookolie en waterkracht. Goede foto's en aardige caricaturen uit Bui» tenlandsche tijdschriften geven verder het blad, dat wekelijks niet minder dan twaalf pagina's tekst in omslag bevat, een prettig aanzien. Wij ontvingen van den uitgever J. H. Kok te Kampen het eerste nummer vandenllden jaargang Oude Paden, een tijdschrift van Ds. J. j Knap, dat ook in onze omgeving be» kend is. Bizonderlijk verdient in dezen nieuwen jaar» gang de aandacht de rubriek «Bouwsteenen® van de hand van den hoofdredacteur, die daarin een practikale verklaring van het Boek Daniël zal geven. Zoo bekend is verschenen in de vorige jaar» gangen serie's artikelen over den Profeet Zacharia, welke algemeen de aandacht trokken. Oude Paden heeft verschillende rubrieken, zoo geeft dit eerste nummer van den nieuwen jaargang o.m. de rubriek «Uit de Fonteinen des Heps« en «Onder het Klankbord« (resp. medidatiën en preek). Gaarne vestigen wij de aandacht op dit tijdschrift. Vraagt ter kennismaking dit proef» nummer eens aan 1 *Anti-Rev. StaatkundeUitgave J. H. Kok te Kampen. Het October»nummer is weer prachtig. Mr. Rutgers geeft een vervolg over «Hef Belgische verdrag en de beginselen van den Volkenbond.* Dr. H. Dooyeweerd vervolgt zijn studie over: «Proeve van fundeexing der Calvinistische levens- en wereldbeschouwing in hare Wets-idee.* Vervolgens is zeer lezenswaard de beoor» deeling van het boek van Tazelaar over Groens' jeugd door Mr. Fabius. Mr. J. A. de Wilde wijdt een artikel aan «Ons standpunt inzake het gemeei.telijk bedrijf.* De Vragenbus is weer actueel. Onze raadsleden, besturen van K.V.'s en P.C.'s, alsmede ieder die in zijn kring eenige politieke leiding heeft te geven kunnen de A R Staatkunde niet missen Straks begint de nieuwe jaargang Geeft U bijtijds op als abonné De prijs is slechts f 4,— Werkelijk voor deze lectuur spot» goedkoop 1 Levensbeeld. Ds. J. H. Gunning heeft er al heel wat gegeven in zijn »Pniël«. Ook dit is uit genoemd weekblad overge» nomen Onlangs stierf een oude juffrouw, die ik jaren lang gekend, maar nooit begrepen heb. Zij kleedde zich heel wonderlijk, had het altoos over «papa en raama«, ook toen zij al dicht bij de zeventig was en had een waarlijk bespottelijken afkeer van het genus »student«. Alle studenten waren in haar oogen zedelijke monsters en de wereld zou zij door de meesten bespot werd en had het begrip »student« voor haar kranke ver» beelding zoowat het karakter gekregen van al wat leelijk en verderfelijk en slecht was Noem dat dwaas voor mijn part, maar lach en spot er niet over 1 Locarno 1 de kleine stad in Zwitserland, niet ver van Italië, zal zoo goed als Versailles bij Parijs lang in der menschen geheugenis blijven. Versailles om het verdfag dat er gemaakt is na den oorlog, waarbij Duitschland is gekne» veld, ja ontkracht, door de geallieerden en Locarno om zijn conferentie, zoo noodig voor alle landen vooral van West=Europa om te kunnen bestaan. Tot op die conferentie was er geen vertrou» wen. 't Eene land vreesde voor 't ander, 's Lands welvaren moest daaronder lijden. De handel lag aan banden. Men durfde niet van wal te sieken. Toen zich deze conferentie»gedachte begon uit te spreken, zei mennu ja, dat zal de zooveelste zijn, en daarom was men er minder warm voor. Maar zij kwam en nu staan we reeds achter haar. Haar vrucht is 1. Verdrag tusschen Duitschland, België, Frankrijk, Engeland, Italië. 2. Arbitrageverdrag tusschen Duitschland en België. 3. Arbitrageverdrag tusschen Duitschland en Frankrijk. 4. Arbitrage verdrag tusschen Duitschland en Polen. 5. Arbitrageverdrag tusschen Duitschland en Tsjecho=SIowakije. Deze verdragen zijn massaal en door ieder in 't bizonder geteekend, en nu is elke Staat brak toen los, dat niet meer tot rust kwam. Het toppunt werd bereikt, toen de Belgische Kabinetchef het zoo even geteekende protocol voor de menigte zichtbaar uit 't raam hield. Groote ovaties kwamen los toen de delegaties het paleis verlieten. Vooral toen de Duitschers Luther en Streseman met Chamberlain de Engelschman de trappen afgingen. Wat moet nu de eerste vrucht dezer confe» ren tie zijn Niet minder dan een ontwapenings, tenminste wapenverminderings=conferentie. Deze gedachte wordt reeds uitgesproken door Coolidge, Amerikaansch president. Een telegram uit Washington zegt dat de president er niet op aandringt dat die ontwapenings» of wapenveiminderings.conferentie in Amerika zal worden gehouden, daar de hooge kosten zou doen afschrikken. Zij zou in den Haag kunnen plaats vinden. Nu dat zeggen ook alle Hollanders, want wij hebben in den Haag zelfs een vredespaleis I kan 't mooier Door het geloof. Onlangs op bezoek bij een zeer oude zus» ter, die ernstig ziek was, werd me gevraagd, Hebr. XI eens voor te lezen, 't Zou, zoo zei ze, wel eens de laatste maal kunnen zijn, dat ze Gods Woord hoorde. En daarom wilde ze dat hoofdstuk nog eens hooren. Toen straks aan 't verzoek voldaan en haar de vraag gedaan was, waarom ze juist dat Kapittel nog eens wilde hooren voorlezen, was 't antwoord «dat zal ik u eens vertellen.« En toen kwam het verhaal. Van jongs af dan had deze zuster den Heere gezocht, maar had niet tot vastheid in 't geloof kunnen komen. AHijd was ze een baar der zee gelijk geweest. Den eenen dag stond ze in 't licht, en meende ze er te zijn. -En den anderen dag stond ze in het donker, en vreesde ze zich te hebben misleid. Tientallen van jaren had die schommelende toestand wel geduurd. Op eenmaal echter was 't anders geworden. Liggende op haar ziekbed, had ze dagen ach» tereen in diepe donkerheid verkeerd, 't Scheen wel of 't licht van binnen geheel uitgegaan was. Want ook de vertroostingen, die ze vroe» ger gedurig ervoer, waren achterwege geble» ven. En zie, toen ze daar als 'n gansch hul» pelooze ter neer gelegen had, en 't licht van binnen gedoofd was, was 't licht, dat buiten haar, in Christus is, opgegaan. Op eenmaal, niets meer in zich zelf overig gehouden heb» bende, had ze 't gezicht gekregen in 't vol» maakte offer van Christus. Ze had zich als vóór 't kruis van Christus geplaatst gezien. En 't was geweest of van dat kruis de stille sprake tot haar uitging«Is dit nog niet ge» noeg voor uw zonden En toen, toen had ze geantwoord«ja, dat is genoeg En van dat oogenblik af had ze genoeg gehad aan 't offer van Christus. Daarmede kon ze het doen. En merk waaidig was, dat nu op eenmaal ook opgehouden hadden die lieflijke ver» troostingen van voorheen, dat zalig zich voelen in God, en dat zich verliezen in Christus. Althans niet in die mate als voorheen werden Gods vertroostingen ervaren Het mindere was weggegaan maar het meerdere gekomen. Thans leefde ze door geloof. Vroeger leefde ze door gevoel. Gevoelige genade, 't mocht aangenaam zijn, vastheid gaf het niet. Vastheid was er pas gekomen, toen ze, met of zonder gevoel, geleerd had genoeg te hebben aan 't offer van Christus. En zie, waar God nu zoo goed ge» weest was, haar te leeren leven door 't geloof, daar was Hebr. XI haar hoofdstuk geworden, en daarom zou nu ook haar verzoek om voor» lezing van dat hoofdstuk wel duidelijk zijn geworden. Wat boven medegedeeld is, legt de wonde» plek van veler geestelijk leven bloot. Vele oprechte zoekers van den Heiland kunnen maar geen rust vinden voor hun ziel omdat ze leven op het gevoel, en niet door het ge* loof. Nu is het leven door het geloof geen gemakkelijke zaak. Het Evangelie is niet naar den mensch. Vandaar dat het vaak zoo heel lang duurt voor 'n geloovige geheel ontledigd is, elk standpunt in zich zelf kwijt is, ook niet meer steunt op gevoelige genade, maar genoeg heeft aan 't offer van Christus. De leerscnool des Geestes moet hier doorloopen worden 1 Werken als van Erskine echter kunnen on» der den zegen des Heeren veel donkerheid wegnemen en op den goeden weg brengen. In een zijner verhandelingen zegt hij «Velen zijn meer genegen om te sterven op het aan» gename gevoel waarmede een belofte tot hen gebracht wordt dan op de belofte zelf. De zoodanigen kunnen niet leven op het bloote Woord van God, dat brood, waarvan de ziel alleen moet leven maar zij moeten, evenals de kleine kinderen, er eenige suiker of andere pmxmn:: Door de V. P. N. afd. Franeker en Omstreken werd op 15 en 17 Oct. een Nat. Tentoonstelling van pluimvee, konijnen, duiven en watervogels gehouden. Hierbij een foto van een Vlaamsche Reus, (haaskleurig) van den heer J. v. Burg uit Leeuwarden. gehouden deze te houden en evenzoo omdat massaal te doen. Deze verdragen hebben ten doel willekeurige en ruwe aanvallen te voor» komen den weg tot arbitrage te bevorderen, waarbij de landen instaan elkander te helpen, wanneer daarin tegen elkaar misdaan wordt. Door deze samenvinding moet de achterdocht wijken en 't vertouwen komen of versterkt worden. Daarom was er terecht na den afloop dezer conferentie op 16 Oct. groote geestdrift en dankbaarheid allerwege. De slotzitting dezer conferentie begon om half 7. Een half uur daarna kondigde handgeklap aan 't publiek op straat aan, wat daar binnen plaats had. De conferentie»leden waren 't eens geworden en de verschillende verdragen aangenomen. Briand, Fransch minister en Stresemann Duitsch minister, een Franschman en een Duitscher, kwamen naast elkander voor 't raam aan het publiek, zich vertoonen. Een wild gejubel zoetigheid op hebben. Deze gesteldheid in de geloovigen is een wettisch overblijfsel, dat hen meer een grond van geloof doet zoeken in zich zelf en hetgeen door of in hen gedaan en gevoeld wordt, dan in uit te gaan uit zich zelf tot hetgeen de Heere in zich zelf is, en wat Hij voor hen gewrocht en tot hen ge» sproken heeft. Het geloof is dan het sterkst wanneer het leven kan op een bloote belofte, zonder de ondersteuning der zinnen. Zoek derhalve geen rust in de beekjes der vertroos» ting die van God uitvloeien, en die nu hier dan derwaarts zich heen kronkelen, maar zoek ze in God zelf, als de Bron, die altijd dezelfde is. Verwacht niet altijd in slaap gezongen te zullen worden. Zeker is het zoet om neer te liggen in den schoot van het gevoel der liefe» lijke gemeenschap met den Heeredoch gij moet op uw voeten gezet worden, om te wan» delen door geloof. En dtt leven is zoo zeker. als het andere aangenaam is. Door een ge» voelsleven ontvangen wij meer troost, maar door een geloofsleven ontvangt God meer eer.® (Overgenomen). JANSEN. De historiciteit van Mozes. De correspondent van The Times in Berlijn schrijft aan dat blad van 20 dezer Hubert Grimme, hoogleeraar in de Semitische filologie aan de universiteit te Munster, beweert een van de grootste ontdekkingen gedaan te hebben op het gebied van bijbelsch archaelo» gisch onderzoek. Zij betreft zijns insziens niet minder dan de steenen tafel en inscriptie, die Mozes zelf zou opgericht hebben om zijn dank» baarheid te betuigen aan de dochter van den Farao, voor zijn redding uit den Nijl en de hooge waardigheden, waarmee hij later bekleed werd. Het blijkt, dat de steen, met 7 andere van een zelfde karakter, in 1915 door SirW. M. Flinders Petrie op het Sinaïplateau van Serabit el Chadem, in de nabijheid van een Egyptischen tempel werd gevonden. Het was onmogelijk hen mee te nemen, maar zij werden gefotografeerd en van sommige werden afdruk» ken genomen. Daarna werden zij zorgvuldig begraven op een plaats, die alleen Sir Flinders Petrie bekend was. Het lettertype was onbekend, maar leek eenigszins op Egyptische hiëroglyfen. Zij bleven onleesbaar tot 1915, toen Alan Gardiner erin slaagde 17 consonenten te vinden. Professor Sethe, dr. Eisler en prof. Grimme, gebruik makend van dezen sleutel, kregen ein» delijk een heel alfabet van 22 letters, en toen bleek het, dat de taal der incriptie's bijna gelijk was aan het Hebreeuwsch van den bijbel. Terwijl prof. Grimme met dezen sleutel de 40 cent per regel. Door de huidverzachtende en huid» versterkende eigenschappen van Purol kan men het stukgaan en naschrijnen 'voorkomen als men vóór het inzeepen zich telkens inwrijft met een weinig 30»60»90 ct. inscripties outcijferde, trof hij drie regels bij het lezen, waarvan, zooals hij zegt, «zijn hart stil stond«, want volgens zijn constructie be» heizen zij de volgende boodschap «Ik, Manasseh, tempelhoofd, breng dank aan de Faraonische koningin Hatshepsut, omdat zij mij uit den Nijl redde en mij tot hooge eer verhief.« Prof. Grimme wijst erop, dat Mozes eenmaal in het O. Testament Manasse wordt genoemd en beweert, dat hij hier met dien naam wordt bedoeld. De hoogleeraar beweert verder, dat de steen gewijd werd in den tijd, waarin, naar de bijbelsche chronologie, Mozes nog leefde. Hij dateert den gedenksteen tijdens de regee» ring van Hatsheput's opvolger, ThothmesIII. Het is z. i. heelemaal niet onwaarschijnlijk, dat Mozes den steen oprichtte ter eere van en ter herinnering aan de koningin, die zijn volk had beschermd, vooral daar haar aanhangers vervolgd werden en haar monumenten ver» nietigd door Thothmes. Professor Grimme dringt er op aan, dat men door middel van de origineele tabletten dieper op zijn ontdekking zal ingaan, die verkregen is door middel van Sir Flenders Petrie's fotogra» fieën en afdrukken. Hij oppert het denkbeeld, dat Duitschland een wetenschappelij ke expeditie zal uitrusten om het schiereiland Sinaï te on» derzoeken en naar supplementaire inscripties te zoeken. Men zegt, dat de Britsche regeering reeds medewerking aan dit plan heeft toege» zegd. De verrassende mededeeling van prof. Grimme werd te Berlijn gedaan op een ver» gadering van de Centrale Vereeniging van Joodsche Burgers. Zonde voor God. We worden er soms bang van Zooals tegenwoordig belijders der waarheid, en naar die belijdenis broeders in eenzelfde dierbaar geloof, tegen elkaar te keer kunnen gaan, met name als de politiek komt in 't spel. We sluiten onszelf er bij in. Willen mêe schuld belijden. Thans echter vonden we een staaltje, zóó erg dat we ons niet künnen begrijpen, hoe zoo iets met broederlijke gezindheid des harten kan neergeschreven zijn. «De Waarheidsvriend® kent men wel 't Orgaan van de gereformeerden in de Hervormde Kerk. Dit had het aan den stok met het orgaan der confessioneelen, waarvan ds. Lingbeek de eind»redacteur is. En wel over artikel zes en dertig. Elk gereformeerd mensch bekend. Maar lees nu eens, hoe ds. L tegen zijn broeder te keer gaat «Ik denkals de Waarheidsvriendredac» teur morgen een man als Pilatus op den weg tegen kwam, dan drukte hij dien in het voorbijgaan even de hand, om hem te danken voor het gulden woord, eenmaal door hem als Overheidspersoon gesproken *>Wat is waarheid Ja, als Pilatus nog leefde, werd hij wis vaste medewerker aan de Waarheidsvriend 1 En dan praatte hij óók van «Gerefor» meerd®. Hij had er ook hetzelfde recht toe als de overige leden der Redactie I® Dat belooft iets, en niet veel goed, als 't er in de Kamer straks ook zoo naar toe moet. Maar ons bekruipt de bange vrees, dat God zich niet alleen vanwege dit, maar over vele andere booze woorden, schrikkelijk vertoornen zal over christelijk Nederland. Kunnen wij niet anders wotden MIDDELHARNIS. Centrale veiling voor Goeree en Overflakkee Veiling van Woensdag 21 October 1925 Goudreinet f 8,— tot f 23,30 per 100 K.G Reinet d'or f 7,40 tot f 9,10 per 100 kg. Appels val f 5,10 tot f 7,40 per 100 K.G. Spruiten f 3,—tot f 16,40 per 100 K G. Stoksnijboonen f 8,— tot f 45 per 100 K.G. Druiven le srt. f 29,— tot f 37,— per 100 pond Druiven 2e srt f 19,— tot f 20,— per 100 pond Tomaten f 9,— per 100 pond Bloemkool le srt. f 16,70—f 20,80 per, 100 st. 2e srt. f 7,80 f 12,80 per 100 st. 3e srt. f 2,80 —6,70 per 100 stuks Savoyekool f 9,70 tot f 12,— p. lOOstuks Andijvie f 0,45 tot f 2,80 per 100 krop. Peen f 4,10 tot f 4,60 per 100 bos

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1925 | | pagina 9