Antirevolutionair
Orgaan
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
Voeten
PUROL
IN HOC SIGNO VINCES
No. 3151
WOENSDAG 2 SEPTEMBER 1925
40STE JAARGANG
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers
1880 31 AUGUSTUS 1925
Vijf en veertig jaar is 't geleden.
Alom luidden de klokken, onzen
bejaarden Koning en zijn Echtgenoote
was een dochter geboren.
Toen nog niet de troonsopvolgster.
Maar toen weldra een ware storm
ramp door onzen Oranjeboom henen-
sloeg en alle mannelijke zaad wegnam
was de „jonge prinses" geworden de
Hoop des Vaderlands.
Sinds jaren is Zij onze Oranjevorstin
Door Haar is onder Qods zegen het
geslacht nog weer voortgeplant en heb
ben we wéér een prinses, die eenmaal^!
zij 't spadohaar Moeder opvolgen
zal.
Nóg is Oranje de band, die velen
lnzei, van wat rang en stand, religie
of politieke denkwijze ook, vereenigt,
al sluiten wij 't oog niet voor het feit,
dat één vierde van ons volk den
tegenwoordigen staatkundigen toestand
slechts aanvaardt, omdat het dien niet
veranderen kan.
Toch blijft er nog drie vierden over.
Onder elkaar is de strijd soms fel.
Maar tegenover Oranje zijn ze één.
En dat achten we een grooten zegen.
De waarheid en het beginsel verplich
ten ons soms, meer dan ons lief is,
ons te onttrekken aan de samenwerking
op allerlei gebied met degenen die niet
met ons ééns geestes maar wèl
met ons kinderen zijn deszelfden vader
lands En dan is 't ons een voorrecht,
als we tenminste rondom den troon
van Oranje veréénigd mogert* staan.
Onze Landsvorstin heil 1
Vijfenveertig jaarzelfs als men
Haar nóg zulk een lang leven toewenscht
dat der „zeer sterken", is ze al over
de helft harer dagen gekomenZij
bij het klimmen der jaren de Heere
steeds meer Haar sterkte en stellejacobs
God Haar in een hoog vertrek.
Hij geve Haar wijsheid voor Haar
taak.
Voor de opvoeding onzer prinses.
En moge Haar oog niet gericht zijn
op aardsche heerlijkheid, maar op de
Kroon, die eenmaal uit genade al Gods
getrouwen zal worden uitgereikt.
V Die bittere laster tegen het Calvinisme 1
V Klinkend Metaal.
Coöperatieve
Ziekenhuis verpleging.
De weg van Middelharnis
naar Middelharnis-Haven.
Reclame-Mededeelingen
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 cent bij vooruitbetaling.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS
W. BOEKHOVEN ZONEN
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 - Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel,
D1ENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.- per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
Laster, die maar immer doorgaat
In een onzer groote bladen schrijft een in*
zender een overigens lezenswaard stuk ter
verdediging van de hoofdgedachte des Chris*
tendoms tegenover verschillende valsche reli*
giën.
Hij zegt veel waars, maar wee 1 als hij den
calvinist ontwaart 1
Dan vloeit er uit zijn pen
Volgens het christendom is «zonde®
iedere daad of gedachte die in strijd is met
Gods wil en met ons geweten, ongeacht of
wij daarmede alleen ons zelf of ook anderen
kwaad doen en ongelukkig maken. En
volgens het christendom zijn »vergeving«
en »genade« niet de willekeurige daden van
een oostersch despoot, die «zijn vriendjes
heeft« of op zijn Calvinistisch zijn
«uitverkorenen®, maar de voor ieder ver*
krijgbaar koninklijke gift van een liefheb*
benden »Vader*in*de*Hemelen«.
Of«op zijn Calvinistisch®
Als er één is, die staét bij en vasthoudt
aén de Schrift, zoo is het de Calvinist.
Welnu, die Schrift zegt
«Die tot Mij komt, zal ik geenszins uitwee
pen«, en die leer is van de dagen Calvijns
tot heden door zijn geesteskinderen de wereld
ingedragen 1
De blijde boodschap van de «koninklijke
gift des Vaders®,
Ja, sterker nog, gij lasteraar
Juist de Calvinist heeft op grond van dat*
zelfde onfeilbare Woord van God, de troost*
rijke zekerheid in de wereld verkondigd, daf
door Gods genade een iegelijk, wien de konink*
lijke gift eenmaal te beurte viel,
Haar ook nimmermeer verliezen zal 1
Misgreep.
jhr. de Muralt, de kranige burgemeester
van Borculo, heeft in 't begin één misgreep
gedaan.
Reeds op den tweeden of derden dag.
Onder den eersten, diepen indruk.
Toen hij de vreeselijke verwoesting zag,
begon hij met er tegen de pers de nadruk op
te leggenDe Regeering moet mijn stad weer
opbouwen
Dit nu had fataal kunnen zijn.
Blijkbaar heeft men den heer burgemeester
in den Haag direct aan 't verstand gebracht,
dat hij daarmee ophouden moest, want na
die eerste twee, drie dagen is burgemeester
gelukkig rustig en energiek aan 't werk gegaan
en heeft van de Regeering niet meer gerept.
Het volk diende hier vóór te gaan.
Gelijk voorheen stééds bij volksrampen.
En wanneer men aan alle kanten burge*
meesters kreet had overgenomenDe Regeering
moet Borculo en al de geteisterde plaatsen
herbouwen, dan zou dit een knak en een
slag geweest zijn voor de thans opbloeiende
milddadigheid.
Welllicht móét in 't eind de Regeering aan*
vullen.
Dat zullen we straks wel zien.
Dan kan ook rustig worden overlegd, wat
daarvoor is de beste vorm.
Maar het volk blijve voorgaan.
De Regeering regele vroeg, maar wachte
voorts af, wat er tenslotte haar te doen nog
overblijft.
V Wr eed.
Ja, wreed, dat is het.
Onlangs stond in »Het Volk® weer zoon
berichtje
«Naar wij vernemen®
En men had vernomen, dat er aan het De*
partement van Finantiën last gegeven was, om
es uit te rekenen, wat een maand of een halve
maand exfra»salaris aan de ambtenaren e.d.g.
kosten moest.
Van wién men 't vernomen had
Uit wat bron het wel kwam
Daar werd niets van gezegd»Wij verne*
men®. En wordt er dan straks rekenschap ge»
vraagd, dan heet het: »Wij waren blijkbaar
onjuist ingelicht®.
Men veegt de lippen afuit 1
Maar in vele harten en gezinnen heeft men
zonder genoegzamen grond éérst wat hoop
gebracht, die dan straks wreed moest worden
uitgebluscht, de minister van Waterstaat
moest reeds te kennen geven, dat hém van
een en ander niets bekend was.
Laat men dan toch voorzichtig zijn I
Ofzouden zulke berichten mêe be»
hooren tot den veldtocht die tegen het Ka»
binet»Colijn wordt voorbereid
Dat zou wel het toppunt zijnl
Het rómmelt in de metaahwereld.
't Botert niet tusschen de werkgevers en de
arbeiders in de metaalindustrie.
»Staking« wordt gehoord en «uitsluiting®.
Wat is daar aan de hand?
Een kwestie van beteekenis.
De werkgevers zeggen Om te kunnen con»
curreeren op de wereldmarkt, dienen wij 't
recht te krijgen, om langer dan 48 uur's weeks
te laten arbeiden.
Dies vroegen zij overwerk*vergunning.
De Regeering heeft de zaak onderzocht.
En stond overwerk tóé, niet, natuurlijk
onbeperkt, maar tot een bepaald aantal uren.
Toen kwamen de arbeiders
»Wij zeggen geen ja, wij zeggen geen neen,
maar over de vraag, óf er overwerk zal worden
verricht, willen wij eerst zelfstandig met de
patroons onderhandelen 1«
«Doen wij niet«, zeiden dezen.
«Als de Overheid ons overwerk toestaat,
hebben wij het recht te eischen, dat de arbei*
ders ook werkelijk zooveel uren zullen werken,
als de Overheid ons heeft toegestaan«.
«Dat is onjuist®, zeggen de arbeiders weer.
«De Overheid beslist niet dat gij 48 x
uren moet laten werken in de week, maar dat
gij het doen móógt. En zoo ook beslist zij
niet, dat wij, arbeiders 48 x uren moeten
arbeiden, doch dat wij het mogen doen. Of
we het werkelijk zullen doen, zie dat maakt
daarna een punt van overleg uit tusschen de
patroons en ons
Zóó staat, kort gezegd, deze zaak.
Naar onze bescheiden meening kunnen de
patroons nooit een toestane vergunning omzet»
ten in een plicht. Maar anderzijds zullen de
arbeiders verstandig handelen, door deze zaak
niet op de spits te drijven, want als de patroons
niet concurreeren kunnen snijdt dat in den
regel de arbeiders erger dan hén.
En de oplossing van 't geschil?
Is o. i. te vinden in 't ^collectief contract«,
waar óók een bepaling in behoort, hoe het
voortaan gaan zal in zulk een geval.
Wie het voorrecht heeft gehad gedurende
de laatste halve eeuw te hebben geleefd en
eens ernstig nadenkt over alle veranderingen,
die er in dien tijd hebben plaats gevonden,
beseft eerst ten volle, hoe belangrijk die zijn
op velerlei gebied.
Een halve eeuw geleden bestond in een
provinciehoofdstad als Leeuwarden geen in»
richting, die naar de moderne opvattingen
een ziekenhuis kon heeten thans zijn er bui*
ten het ziekenhuisje der gemeente Leeuwarden,
twee groote inrichtingen, die wanneer de eco»
nomische omstandigheden beter waren, zeker
nog zouden worden uitgebreid.
De groote ontdekkingen op het gebied der
bacteriologie, waardoor we een beter inzicht
kregen in het ontstaan van de infectieziekten
en de wondinfectie, waardoor het ons duidelijk
werd, dat we het schrikbeeld «wondinfectie®
uit vroegere tijden konden bestrijden door
strenge steriliteitde groote verbetering der
chirurgische techniek, die ontdekking der Rönt»
genstralen etc. hebben het mogelijk gemaakt,
dat chirurgisch ingrijpen veel vaker dan vroe*
ger plaats heeft en met veel grooter kans op
succes. Het aantal patiënten, dat voor een
operatie plaats zoekt in een ziekenhuis, neemt
dan ook dagelijks toe.
Van hoeveel voordeel de ziekenhuizen ook
mogen zijn voor de geheele bevolking, (hoe*
velen hebben daar niet hunne gezondheid
herwonnen, hun arbeidskracht en levenslust
terug gekregen) toch staat daar door de dure
exploitatie en dientengevolge dure verplegings*
kosten een groot nadeel tegenover. Het is op
het oogenblik zoo ver gekomen, dat de zieKen*
huizen alleen wijd open staan voor de aller»
armsten en de allerrijksten. Voor den kleinen
middenstand beteekent opname in een zieken*
huis dikwijls niet alleen zorg over het mogelijk
verlies van Vader, Moeder of Kind, maar zeer
dikwijls ook een financieele ramp.
Het belang van den kleinen middenstand,
der arbeiders, die steeds gewoon zijn, ook
onder ernstige omstandigheden, zich zelf te
helpen, eischt, dat er iets gedaan wordt, opdat
een opname in het ziekenhuis niet voor hen
tot een financieel debacle worde.
Wat ligt er dan meer voor de hand, dan
dat we de handen ineen slaan, samen beta*
lende wat den eenling moeielijk valt We
krijgen dan meteen het heerlijke gevoel, dat
onder omstandigheden, waarin we toch zoo
gaarne hulp aan onzen medemensch willen
verleenen, we te zatnen een deel van het leed,
dat nu dikwijls nog zoo lang nawerkt, hebben
verzacht.
Dit heeft in verschillende Friesche gemeen*
ten er toe geleid dat een vereeniging voor
ziekenhuisverpleging in het leven is geroepen.
Het doel van een dergelijke vereeniging is,
dat het uit haar kas de kosten van opname,
verpleging en behandeling van de bij haar
aangesloten leden bij opname, op medisch
advies, in een ziekenhuis betaalt.
Natuurlijk zal men uit fiinancieele overwe*
gingen den duur van de opname moeten be»
perken, b.v. tot drie weken (den gewonen tijd
van een goed geslaagde operatie) en zal de
vereeniging slechts derde klasse verpleging
moeten betalen en een maximum bedrag van
b.v. vijftig gulden moéten vaststellen voor
geneeskundige hulp.
Om algemeene deelname te verkrijgen, is
het gewenscht, dat beter gefortuneerden, die
zich door hun stand of fortuin verplicht ge»
voelen, om zich in een hoogere klasse van
een ziekenhuis te laten verplegen, zich toch
bij de vereeniging als lid aansluiten tegen
dezelfde contributie en ook het hun toeko*
mende bedrag accepteeren.
Ze kunnen dan de meerdere kosten uit eigen
zak betalen.
Dit zal zonder twijfel bijdragen om de ver»
eeniging spoedig populair te maken.
(w.g) H. OUDSBURG.
Menaldum, Juni 1925.
In verband met onze op te richten Vereeni»
ging «Steunverleening bij ziekenhuisverple»
ging« komt het mij gewenscht voor om boven»
staand artikel, overgenomen uit het officieel
orgaan van de Algemeene Nederlandsche ver»
eeniging «Het- Groene Kruis« eens onder de
aandacht te brengen van de inwoners van
Middelharnis en Sommelsdijk.
Op zeer duidelijke wijze wordt ons hierin
het nut en de noodzakelijkheid van een der*
gelijke vereeniging aangetoond. Ik zou zeggen,
wie dit met aandacht heeft gelezen, zal niet
langer aarzelen om als lid van onze vereeni»
ging toe te treden. Wij zijn thans zoover ge*
voraerd, dat zich reeds 1800 leden hebben
opgegeven, doch dit is voor deze beide groote
gemeenten nog niet genoeg. Wil onze vereeni*
ging kans van slagen hebben, dan moeten wij
m.i. beginnen met minstens 2500 leden. Hoe
grooter het ledental is, des te beter is het
risico verdeeld.
Vorige week vergaderden wij met diegenen,
die zich bereid hadden verklaard, om door
middel van huisbezoek (voorwaar geen be*
nijdenswaardig baantje) leden te werven. Zeer
hard hebben deze pioniers gewerkt, doch uit
aller mond moest ik vernemen, dat ze zoo
dikwijls naar huis worden gestuurd met de
boodschap «ik moet er nog eens over denken®
of «ik moet eerst eens kijken hoe het loopt®.
In onze vergadering werd besloten om deze
denkers en kijkers nogmaals met een bezoek
te vereeren. Moge bovenstaand artikel er dan
toe hebben bijgedragen dat hunne gedachten
en gezichten zich wenden in gunstige richting
voor onze vereeniging en zich zoo spoedig
mogelijk als lid opgeven. Bedenk toch dat
door operatie dikwijls vele menschenlevens
worden gered 1 Is 't niet verschrikkelijk als
wij om financieele redenen niet aan onze
zieken kunnen doen, wat behoort gedaan te
worden Treft ons dan geen groot zelfverwijt,
als wij door betaling van een kleine weke*
lijksche contributie daarvoor hadden kunnen
zorgen
Laat daarom ieder als lid toetreden. Dan
alleen krijgen wij een financieel sterke ver*
eeniging, die in gevallen van verpleging in
een ziekenhuis, krachtigen steun kan verleenen.
Voor opgave van het lidmaatschap vervoege
men zich voor de gemeente Middelharnis bij
de Heeren L Vroeg i/d Weij, boekhandel, en
H. van Heest en voor de gemeente Sommels»
dijk bij de Heeren A I. Hoek en A. van Es.
Op Donderdag 10 September e.k. hopen wij
onze oprichtingsvergadering te houden, wat
bij advertentie in onze plaatselijke bladen nog
nader zal worden bekend gemaakt.
H. VAN HEEST,
Waarn. Secretaris.
In de Zomerzitting van de l'rov Staten is
besloten den weg Middelharnis»Haven te re*
constreeren en in onderhoud over te nemen
door de Provincie. De gemeente Middelharnis
zal 10 °/o betalen in den aanleg en 5 in
den onderhoud, tot een maximum in f 2000.
Zoo luidde eerst het voorstel van Ged. Staten
maar aan de Staten deden zij een ander
voorstel. Over dit gewijzigd voorstel kregen
wij uit de dagbladen den indruk dat het laatste
voorstel voor de localiteit voordeeliger was,
dan het eerste maar ter wille van het ge»
nomen besluit in den Raad van Middelharnis,
beter ware, niet opnieuw te bespreken. Wij
hebben nu het verslag der handelingen van
die vergadering gevraagd en kunnen onze
lezers door woordelijk weer te geven, hetgeen
dakr is besproken, beter inlichten. De weg
komt er, en wij hopen binnen niet al te langen
tijd te zien, dat deze weg in zijn aanleg en
wijze van onderhoud een verlangstuk wordt
van de hoofdverkeerswegen op ons Eiland.
De toelichting en het prae»advies van Ged.
Staten aan de Prov. Staten gedaan, luidde
als volgt:
Reeds herhaaldelijk hebben ons klachten
bereikt over den toestand der wegen, die
wij verwijzen naar het bijgevoegd kaartje
de kom der gemeente Middelharnis verbin*
den met de tramweghaven en de gemeentelijke
buitenhaven aan het Haringvliet. Ook Uw
medelid, de heer C. Warnaer, heeft in de
zomerzitting van 1924 (zie blz. 272 e.v. van
het verslag der handelingen) de aandacht op
dien toestand gevestigd.
Deze wegen bestaan uit verschillende vak»
ken, waarvan vooral die tusschen den Oost*
plaatschen dijk en het Haringvliet zich, ten»
gevolge van verwaarloosd onderhoud, in slech*
ten staat bevinden. Over de verplichting tot
het onderhoud bestaat voor zooveel de op
het kaartje met de letters B—C C—D aange»
duide vakken betreft, geschil tusschen de Rot*
terdamsche Tramwegmaatschappij en den Van
Pallandtpolder. Eene spoedige oplossing van
dat geschil is niet waarschijnlijk. De wegvak»
ken staan niet op den legger der wegen en
voetpaden, zoodat van hoogerhand niet kan
worden ingegrepen en noch de Maatschappij
noch de polder hebben zelf zooveel belang
bij een behoorlijken toestand dezer vakken,
dat reeds daarom eene spoedige afdoende ver»
betering verwacht zoude mogen worden.
De hierbedoelde wegen, waarvan overigens
het onderhoud voor de vakken 1, A—B en
C—E respectievelijk is bij de gemeente Mid»
delharnis, den polder De Oost«Flakkee en de
Rotterdamsche Tramwegmaatschappij, hebben
voorzeker eene meer dan plaatselijke beteekenis.
Het Provinciaal belang is daarbij in ruime
mate betrokken. Zij vormen voor het geheele
eiland Goedereede en Overflakkee de verbin»
ding eensdeels naar de tramweghaven, vanwaar
de veerbooten van de Rotterdamsche Tram»
wegmaatschappij passagiers, goederen, vee,
paarden en rijtuigen naar Hellevoetsluis over*
brengen, anderdeels naar de schutsluis aan
het einde van de haven van Middelharnis
en naar de los» en laadplaats van die gemeente
in de buitenhaven, welke in onderhoud bij
de Provincie is. Bovendien ligt een gedeelte
van den weg op den Oosthavendijk, welke
als tijdvak van de hoofdwaterkeering van het
eiland in onderhoud bij de Provincie is en
ook daarom heeft de Provincie er belang bij,
dat de weg behoorlijk onderhouden wordt.
Eindelijk onderhoudt de Provincie reeds dat
deel van den grintweg op dien dijk, hetwelk
tot de havenwerken behoort en een lengte
van ongeveer 80 M. heeft.
Afgescheiden nu nog van het feit dat, gelijk
hierboven is medegedeeld, het onderhoud van
verschillende stukken dezer wegen geheel ver*
waarloosd wordt, moet hunne kruinsbreedte
bij hunne tegenwoordige bestemming als toe»
gangswegen naar de trambooten en de haven,
te smal geacht worden, terwijl ook de verhar»
ding van grint onvoldoende is.
9 Onder deze omstandigheden bestaat er o.i.
alle reden om aan de wegen, die volgens het
40 cent per regel.
Stukgeloopen, branderige, door eelt
of knellend schoenwerk pijnlijk ge»
worden voeten, verzacht en geneest
men met
30*60*90 ct.
door Uwe Vergadering in 1922 genomen be»
ginsel»beluit, behoudens medewerking der lo«
caliteit, door de Provincie in eigendom, on»
derhoud en beheer zullen worden overgeno»
men en zullen worden verbeterd, ook deze
wegen toe te voegen. Ook hier zou dan door
de localiteit 10 pet. in de verbeteringskosten
en 50 pet. in de jaarlijksche onderhoudskosten
behooren te worden bijgedragen.
De verbetering zou moeten bestaan in eene
verbreeding der wegen over de geheele lengte
en in het aanleggen van een nieuwe verharde
rijbaan, met dien verstande dat de tegenwoor»
dige kruinsbreedte van 4 tot 6 M., op 7 Meter
zou zijn te brengen en de breedte van de
verharding, die thans 2,30 tot 3,20 M. bedraagt,
op 5 M. terwijl voorts voor de verharding
basalt»steenslag op fundeering van puin, met
een stoomwals vast aangewalst, zou zijn te
kiezen. De kosten eener zoodanige verbetering
zijn voor deze wegen, die in totaal een lengte
hebben van 2330 M., te ramen op f 78,600.
De onderhoudskosten zullen voor de geheele
lengte ongeveer f 2000 bedragen of per Meter
lengte f 0,85.
Het Bestuur der gemeente Middelharnis is
nu met de verschillende bij deze wegen be*
langhebbende corporaties in overleg getreden
voor het bijeenbrengen van de, bij eene ver»
betering en overneming door de Provincie,
volgens het bovenbedoeld beginselbesluit ver»
eischte bijdragen der localiteit. Het is ons aan»
genaam Uwer Vergadering te kunnen mede»
deelen, dat dit overleg tot zoodanige resul»
taten heeft geleid, dat de gemeente zich heeft
kunnen verbinden voor een bijdrage van 10
pet. in de op f 78,600 geraamde verbeterings»
kosten en van de helft in de op f 2000 per
jaar geraamde onderhoudskosten, tegenover de
Provincie aansprakelijk te blijven. Vast zal nu
echter ook nog moeten staan, dat de wegen
kosteloos in eigendom aan de Provincie zullen
worden overgedragen.
Wij zouden nu Uwer Vergadering in over»
weging willen geven te besluiten
A, tot eene overneming in beheer en on*
derhoud en tot eene verbetering op de in
deze voordracht aangegeven wijze van de be»
doelde wegen op de volgende voorwaarden
le. de gemeente Middelharnis draagt 10 pet.
bij in de kosten van de verbetering der wegen
tot een maximum van f 7860 binnen een of
meer door Ged. Staten te stellen termijnen
2e. de gemeente Middelharnis betaalt aan
de Provincie de helft der kosten van onder»
houd van de wegen tot een maximum van
f 1000 per jaar
de gemeente betaat jaarlijks uiterlijk op 1
Juli te beginnen met het jaar 1926 met
inachtneming van het in de vorige zinsnede
bepaalde, het naar de raming van Gedeputeerde
Staten voor dat jaar verschuldigde. Van het
tweede jaar af wordt die raming verhoogd of
verlaagd met het verschil tusschen het in het
vorig jaar betaalde en het werkelijk verschul»
digde
3e. de gemeente Middelharnis draagt zorg,
dat ten spoedigste de wegen met de daartoe
behoorende bermen kosteloos aan de Provin»
cie worden overgedragen.