voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden. Antirevolutionair Orgaan No. 3136 ZATERDAG 11 JULI 1925 40STE JAARGANG IN HOG SIGNO VINCES EERSTE BLAD. Na den Uitslag. Op den Uitkijk. doorzittend W. BOEKHOVEN ZONEN Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers Over onze eigen partij handelen we reeds, al zijn we er daarom nog niet over uitgepraat. Overzien we de positie in haar ge heel. Men kan dan vooreerst dit consta- teeren, dat er wederom van heel die rits „kleine partijtjes", met soms on begrijpelijke namen en onbekende men- schen, niets terecht gekomen is. Op een enkele uitzondering na. Braat, de eenling, blijft. Hij en Lou(tje) de Visser kunnen nu straks zorgen voor de waardigheid, het if'scorum der Kamer, de toekomstige president weet alvast wie hij in 't oog houden moet. Maar Staalman en Van der laar en zooveel anderen moeten nu maar voor goed alle hoop op een Kamerzetel op geven. Zij hebben hun tijd blijkbaar gehad. Kunnen in elk geval voor vier jaren, als er geen ongelukken gebeuren, ter ruste gaan. Laat ons nu eens zien, wat de felle actie der drie predikanten, met name tegen Rome, uitgewerkt heeft. Is Rome in iets ook maar verzwakt In niets, het ging met 32 man en het kéért met dertig man en als het zuiver roomsche zaken betreft, dan heeft het in Mr. Arts nog een een-en- j-dertigste naast zich. lV 't Leek eerst dat het 'n pan zou zijn Zoo stonden de katholieken als leeu wen en beren tegenover elkaar. Maar de eenheidsband bleek sterk. Dat is daar de band der kerk. Rome blééf onbestreden de sterkste. Dat vrijwel de positie behéérscht. En als straks hare Majesteit ookdr. Nolens tot zich roept, om haar voor te te lichten, dan kan hij niet zonder trots tot de Dochter der Oranjes zeggen: „Mevrouwik kan zóó en ik kan óók énders." Dat heeft nu al dit felle anti-papisme uitgewerkt. Rome lacht er wat om. 't Is er nog nooit door geschaad. En het Nederlandsche episcopaat zit wezenlijk niet in onrust, vanwege de 3 predikanten, die nu naar hartelust hun stem in de Kamer verheffen kunnen. Weet ge wat deze drie predikanten hebben gedaan Dit hebben zij gedaan Tegenover Rome's eenheid hebben zij het protestantisme in het land en in de Kamer verzwakt. Dit is 't resultaat van hun arbeid. De cijfers zelf wijzen 't uit In de Kamer ligt het „protestantisme" in scherven uiteen. De A.-R. en de C.-H. partij min of meer verzwakt; en daarnaast twee kleine groepjes, die elk jaar het voor stel kunnen doen, om 't gezantschap bij den Paus af te schaffendie wat kunnen weeklagen over benoemingen en andere „roomsche stoutigheden" en voor de rest weinig of niets kunnen doen. Stel ze waren niet opgegroeid, De partijtjes der predikanten. En de A.-R. en C.-H. hadden elkaar nog wat meer gezocht, en nauwer voe ling gekregendan stonden ze nu 27, misschien 28 belijdende „protestanten" schouder aan schouder néast de roomsch-katholieken als twee vrijwel gelijke groepen. En zie, hoe 't nïi verdeeld ligt Dét heeft het anti-papisme der pre dikanten van artikel zes-en-dertig ge daan. Thans echter dankbaarder opmerking. Hiervoor heeft de Heere God ons in elk geval bewaard, dat er niet is een meerderheid van linksche elemen ten Dat was onze grootste vrees Zoodra dat het geval mocht zijn in de Kamer, dan overkomt ons 't ergste wat mogelijk is. Niet het verlies van politieke macht. Ook niet financieële achteruitzetting. 't Eerste is onaangenaam het tweede krenkend maar 't ergste zou zijn, dat we dan ook te wachten hebben een aanval op de nog overgebleven christelijke grondslagen van ons volks leven, zóó hevig als men 't maar zou durven doen. Dat nu lijkt vrijwel uitgesloten. Bij zulk een aanval zouden de „link- schen" 30 en 31 en 11 en 2 en 1 en 1 58 man tegen zich vinden en zou zelfs Kersten met dr. Nolens op één en dezelfde linie van verdediging staan. Die vrees is van ons weggenomen. Waarvoor we Gode dankbaar zijn. De „Vrijheidsbond" slonk alwéér. Eerst schéén het anders te zijn. Toen de groote steden los kwamen En dadelijk zetten de muziekkorpsen vóór De N. Rott. en het Hbl. al een vroolijke fanfare in. Maar 't platteland bedierf de zaak. En maakte 't nog tot een nederlaag. En wat is nu de taktiek dezer hee- ren Voor de „rooden" zijn ze doodsbang. En nu schreef een dezer twee bladen De Rechterzijde had 58heeft nu nog 54, en dus Dank u beleefd, mijne heeren Maar zóó zijn we niet getrouwd. Laten ook onze lezers dat van meet- af goed in 't oog houden Er zijn: 13 anti's, 11 chr. hist., 30 r.k. plus dan nog de drie predikanten en de roomsche advocaat. Al te gader mannen van rechts, ja Maar zij vormen géén „rechterzijde." Die is er niet meer, sinds de Vloot wet-geschiedenis. En die kan er alléén weer komen op vast accoord. Zóó hebben wij het geleerd, van Kuyper en later van Colijn. Prenten onze lezers zich dit dus goed in 't hoofd. Wij laten ons niet gebruiken om bij de bange liberale heeren particuliere nachtwakers tegen den gevreesden roo den brandkast-belager te zijn De S.D.A.P. heeft reden tot jubel. Al kwam het tenslotte niet zoo, als zij 't in hun eersten, stoutsten droom zich hadden voorgesteld. Maar één vierde des volks koos voor Marx, zóó is het. Cijfere men den ernst daarvan niet weg 1 Dat „roode" volksdeel is nog van tweeërlei ligging. 'n Groot deel is socialist in harten nieren, ja reeds in de geslachten, en afgezien van het feit van Gods almogend heid is er aan en bij hèn al zeer weinig te propageeren. Maar het luistert nog naar anderen ook. Het wil nog praten het wil bovenal nog veel lezen. En daarom, propaganda, nu niet met fiets en auto, maar door de pers. Juist onder dat deelEn natuurlijk I onder ons eigen volk, dat dit tenminste stevig in zijn schoenen sta. Straks, Broeders na den akkeroogst, spreken we elkander nader. V Ontslag gevraagd. Reclame-Mededeelingen. msr bij Wielrijders, m Ieen door de zon verschroeide Huid, I Schrijnen en Smetten.verzacht en I Geneest men met bil ArtftTIT am I VOOO DtK Z'!N KDUS Hoeden- en Pettenmagazijn Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 cent bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS SOMMELSDIJK Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2 ADVERTENTIÈN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel. DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.- per plaatsing. Groote letters en vignetten wordfcK berekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan. Advertentiën worden Ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. Natuurlijk vroeg het kabinet ontslag. Wij hebben 't ons geen oogenblik anders voorgesteld. Misschien dat een enkele eenvoudige dacht Ze moesten maar blijven zittenze hebben immers nog een meerderheid Neen, dat hebben ze niet. Zien we toch de zaken nuchter in Niet zooals wij ze graag zouden wenschen, maar zooals ze in werkelijkheid zijn. Sinds de Vlootwet reeds, had het Kabinet in de Tweede Kamer géén meerderheidwas er in de Tweede Kamer geen coalatie meer, want de onmisbare grondslag voor dit alles, het onderling accoord, was vervallen. Begrijpen we dat toch goed. Groen en Kuyper waren er altijd zoo op uit, om ons zulke dingen in 'f hoofd te ha; meren. 't Kabinet had géén meerderheid. Dat hebt ge de laatste maanden kunnen zien, want slag op slag werd wat de Regeering voorstelde, door de Tweede Kamer afgestemd! De rechte, staatkundige en parlementaire beginselen moeten ons veel dierbaarder zijn dan een stukje van de politieke macht, 't Is ons bizonder aangenaam als die politieke macht rechts blijft, en als wij er voor ons part ook aandeel in hebben, maar Langs den réchten weg I En die weg vorderde, dat het Kabinet begon met Hare Majesteit aan te bieden een geheel schoone lei, waarop zij haar arbeid van meetaf beginnen kan. Denkelijk wel de nachtelijke bezoeker wel verwacht. Hij behoort tot de Judeesche patriciërs en zal de goede vormen wel in acht genomen en den rabbi van Nazareth niet overvallen hebben, maar diens toestemming tot het nachte lijk bezoek wel hebben gevraagd. Tot 's mans blijdschap was Jezus bereid. En dat niettegenstaaude er in 't verzoek zélf, hij kan 't niet ontkennen 1 iets hinder; lijks ligt voor hem tot wien het gericht werd als zou de bezoeker vreezen zich in 't oog zijner vrienden en gelijken te compromitteeren, wanneer hij bij vol daglicht den man bezocht, met wien de oversten der Joden reeds nu in geschil lagen. Maar Jezus van Nazareth is boven zulke kleingeestige gevoeligheden verheven ze kum nen in Zijne heilige ziel zelfs niet opkomen wie tot Hem komt, zal Hij geenszins uitwerpen, of hij komt in 't openbaar of verborgen, bij dag of nacht. En dan is het in dit nachtelijk gesprek dat Jezus hem in de beeldspraak van den wind et groote geheim van het Koninkrijk Gods ontsluiert, als Hij zoo nadrukkelijk zegt »De wind blaast, waarhenen hij wil en gij hoort zijn geluid, maar gij weet niet vanwaar hij komt, noch waar hij henen gaat, alzoo is een iegelijk, die uit den Geest geboren is Dit woord verklaart, wat ons anders een eeuwig raadsel zou zijn. Neem b.v. de historie der Zending. Door ons veel te weinig gehoord Zij is vol van teleurstellingen. Zendelingen, die tien, twintig jaren lang arbeiden op dezelfde plaatsdie ingaan tot 't volk, hun den weg der zaligheid aanprijzen 3 Juli werd te Amsterdam in het Rijksmuseum geopend de historische tentoonstelling ter herdenking van het 650jarig bestaan van de stad en het 25=jarig jubileum van de vereeniging «Amstelodemum». Onze foto toont het oogenblik waarop de Voorzitter van «Amstelodemum» Prof. Brugmans de openingsrede houdt. Op den voorgrond de Min. van Onderwijs Dr. de Visser. Nadruk verboden, 't Was nachtelijke rust, alom Alleen buiten de muren van Jeruzalem op de hellingen der bergen en in het diepe dal klonk af en toe 't gehuil, de schreeuw, 't gebrom of geklaag van 't wild gedierte en binnen de stad 't gebrom der honden, de plaag van elke Oostersche stad. Misschien gaf de maan haar licht. Doch zij maakte de scherpgelijnde schadu; wen der huizen in Jeruzalems straten nog maar te donkerder en te kantiger en wie in die schaduwen voortsluipt wordt, als hij 't niet wil, niet herkend. 'n Eenzaam nachtelijkwandelaar zoekt zijn weg. Hij gaat eenige straten door, ziet bevreesd nog eens op en om en staat dan stil voor een huis, waarvan velen weten, dat hier Jezus van Nazareth verblijf houdt, van wien de stad op het jongste Paaschfeest vól is geweest. die allen alles pogen te zijndie ook misschien wel zekere persoonlijke achting ge; nieten, maai voor de Blijde Boodschap, die zij brengen, blijft de groote menigte doof zij voelt er niet de minste behoefte aan. 't Is een enkeling die tot bekeering komt Maar de oogst, die blijft uit. En vergelijk déirmee nu eens gebeurtenissen, gelijk in de vorige eeuw in de Minahassa op Celebes en thans op het eiland Nias, beide in onze Oost. Waar een gansch volk tot Christus kwam. Waar een overvloedige oogst handen te kort deed schieten, om hem te dragen in de schuren van de wonderbare genade Gods. Denk b.v. aan Nias, dat we noemden, 't Eiland ligt ten westen van Sumatra en telt meer dan honderdduizend inwoners. Reeds een paar jaar is daar als rechtstreeksch gevolg van den arbeid der Zending een groote godsdienstige beweging naar het christendom heen, onstaan Niet van buiten af gemaakt, maar werkelijk voortkomende uit het hart des volk. Zij stieten hunne afgoden van zich, be; groeven of vernielden ze en kwamen tot de zendelingen met de vraag van den stokbe; waarderLieve heerenwat zullen wij doen om zalig te worden 1 Bij duizenden ontvingen ze onderwijs. Steeds meer worden er gedoopt. De meerderheid des volks nam reeds den christelijken godsdienst aan en 't zal niet lang meer duren of men kan zeggen, dat heel Nias gekerstend is. Het is te begrijpen, dat zelfs niét alle zende; lingen durfden hopen, dat de beweging blijvend zou zijndaar waren er, die het en niet ten onrechte naar de uitdrukking onzer vaderen eerst eens wilden laten overzomeren en overwinteren. Die proef is heerlijk geslaagd. En het beste bewijs, dat Gods Geest hier op zeer krachtige wijze werkt, is wel het sterk optredende zondebesef, het diepe schuldgevoel, de overtuiging, dat ze God door hun leven hebben vertoornd en tegen Hem op 't hoogst misdreven. Dit toch drijft tot Christus uit. Wie dair zijn mag, dien behoeft men den Christus, met eerbied gezegd, niet op te drin; gen, maar die komt uit zichzelf, maar die zoekt rond als de Bruid in de straten van Jeruzalem, of ze Hem vinden mocht, die haar ziel be; vredigen kan. En dan komt de vraag, die de een «inte. ressant» zal noemen, doch die die den ander 40 cent per regel. Kipstraat 85.87 Rotterdam WV ZIE DE 5 ETALAGES Voor hoeden No. 85. Voor Petten No. 87 Aanbevelend J. HENIGER Jr. benauwen zalAls het dan zóó staat, als de ervaring leert, hoe komt het dan, dat het resul; taat der Zending den eenen keer zoo gansch anders is, dan den anderen En natuurlijk dan worden ook bestudeerd de zoogenaamde «tweede oorzaken», over welk onderwerp dr. K. Dijk in de «Heraut» weer pas zulk helder licht ontstoken heeft. Dan wordt studie gemaakt van de beste methode voor de Zendingop wat wijze zij naar den mensch gesproken de meeste kans heeft om ingang te vinden bij het volkdat volk wordt in zijn geschiedenis en religie nauwkeurig bestudeerd, om te weten hoe men 't het best naderen en overreden kan, 't maakt b.v. een groot verschil of Paulus voor de Joden in de Synagoge optreedt of voor de Grieken op den Areopagus Maar toch, 't blijven middelen. En 't gebeurt, dat de bést toegeruste zende; lingen uitgaan en de meest zorgvuldig onder; zochte zendings-methoden toepassen en dat het toch jaren lang niets anders is dan ploegen op rotsen. En 't gebeurt óók, dat de Zending hier of ginds plotseling zulk een zegenontvangt.dat de arbeiders niet weten, hoe ze den oogst in de schuren bergen zullen. Dat nu is de werking van Gods Geest. En 't woord des Heilands tot Nicodemus geeft er de oplossing van. Wa4r die Geest werkt en wannéér, wij merken het wat de uitkomst betreft, maar na< speuren of doorgronden kunnen wij het niet. En eveneens staat het ten opzichte van de vraag, met wat kracht de Geest werkt op een bepaalden tijd en in een bepaald volk of volksdeel. Het kan gebeuren, dat als 't ware de sluizen des hemels opengaan en dat het op aarde heet: «Heer, ik hoor van rijken zegen. Dien Gij uitstort, keer op keer!» Dan is er een weder;ópleven. Een bloeien als van de steppe, wanneer de vroege regen er in gevallen is en de bloemen van alle kanten uitspruiten en zij in schoon; heid praalt, als 'n bloeiende wel gewaterde hof. Een réveil, vaak heerlijk schoon Maar dan komt andere tijd Neen, gelukkigzich geheel terugtrekken doet de Geest Gods niet; er zijn werkingen, er zijn vruchten, er is vooral in het stille

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1925 | | pagina 1