ienzaad ierpeen jespeen ert voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden. OS CENTEN Antirevolutionair Orgaan m i tri- it |l RESTAURANT No. 3100 ZATERDAG 7 MAART 1925 40STE JAARGANG IN HOC SIGNO YINCES DEN St EERSTE BLAD. CHRISTELIJK? Op den Uitkijk. Htlffi 13 - M Wl H. SCHREURS W. BOEKHOVEN ZONEN g Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers HIE MS fELl tNIS l A 1 ;es, I I i i I i I tNDEL g w i 73 >AM 9 f teit 1 i oges en. 1 ai Reclame-Mededeelingen. Waar kunt gij in Rotter dam het beste eten Rotterdam. Alom bekend voor de beste keuken. Matige prijzen. Dagelijks versche Zeeuwsche Mosselen. Moderne inrichting. Aanbevelend, nmel >laat f ede Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 cent bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS SOMMELSDIJK Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2 ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel. DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing. Groote letters en vignetten woidti. berekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. 2577-' lissant. larden tegen e Holland, latschappij e uitkeering loo. den) n de Heeren sant, Hoofdage; 2572 ic, op ons gekroond 500RTEN, R1A, PAL- AZALIA'S ARENJES, NMAND- BESSFN JZEN enz. bill LM 2, 1 9 eenige maan. luitenlandsche theek en hoog» en, zoodat hij en als 't God [oei hoopte te ort. dit voorjaar :en eenvoudig oe 't daar ging. is heele dagen :n boer en dan ien te vinden. uw« gebracht, aoest zoo goed toertje of zusje nd kind moest »uit werken« nlijk verbazen, og gebeurden uitkomst. 7, al zeiden ze ts op hun me. or hen deed en was geweest, t niet, anders e spreken, al vrouw Cramer aat ichtskring van nder op. 7 geen inwoner arter of langer dat hij ergens an, daar wisten mevrouw Cra» zet immers de briefwisseling, hoe onrustig ze r al kan zijn in de bus dt vervolgd.) Mèt een flink vraagteeken. En hoezeer 't ons spijt, dit vraag teeken tegen broeders te moeten gebrui ken, het is nu eenmaal niet anders. Wij bedoelen de Staatk. Geref. Partij En haar orgaan „De Banier." Dit blad strijdt een weinig tegen de liberalen en de socialistenwat meer tegen de roomschen en allermeest tegen de anti-revolutionairen, die zoo ongeveer ,als de beroerders Israels worden be schouwd. Nu is dit zeer verklaarbaar. Als de Staatk. Gereformeerden uit- Ibreiding zoeken, dan móéten ze wel jfalihten aan toonen, hoe allerverschrik kelijkst die anti's afgeweken zijn, zoo dat bij hèn, de S. G. namelijk, alleen is overgebleven de zuivere staatkundige belijdenis en het zuivere staatkundige leven. Dit te trachten is hun recht. Gaarne willen we op 't stuk der be ginselen met hen van gedachten wisse len, b.v. over de vraag, die de „Banier" ook opwierp, of de socialisten recht hebben hun beginselen te verkondigen en te verbreiden. Wij schuwen zulk debat niet. Doch dan moet aan één voorwaarde worden voldaan, géén verdachtma king, geen woordverdraaiing, eerlijk elkanders bedoelingen weergeven en wederleggen, zooals dit onder christen broeders past. En daar nu hapert het aan. Daarom zetten we een vraagteeken. En zullen dit met twee voorbeelden uit eenzelfde nummer van „De Banier" nader aantoonen. De „Banier" leest wat „Uitkijk" schrijft. Wat deze schrijver, met wien we zeer na 'bekend zijn, op prijs stelt. „Uitkijk" nu schreef, een poosje ge leden, over die zonderlinge advertentie van een samenkomst der S. G. Partij, waar gesproken zou worden over „He- dendaagsche toestanden, en waaronder stond: „Niet voor vrouwen". En de „Uitkijk" betoogde, dat het bij wonen van zulk een vergadering niets met het stemrecht te maken had, maar eenvoudig bedoelde de bespreking van beginselen, die de vrouw net zoo goed kennen moet als de man, omdat hét behoort tot het terrein van de inzettin gen en rechten des Heeren, die man en vrouw beide behoorente verstaan, in welk opzicht zelfs tusschen man en vrouw geen onderscheid is. En, zoo betoogde „Uitkijk" Of de vrouw nu van die rechten en inzettingen thuis leest uit een krant of ervan hoort op een vergadering der S. G.,Partij, waar uiteraard alles even ordelijk en christelijk toegaat, zoodat haar vrouw-zijn in niets wordt gekrenkt, dat maakt principieel niet het minste verschil. Wat doet nu de „Banier" Schrijft die daar nu tegen tn 't minst niet! Er komt een lang -artikel tegen het vrouwenstemrecht, waar wij evenzeer tegen zijn en waar» 't niet omging, want er wès géén sprake van „stemmen", er was sprake van het bijwonen eener vergadering en de S.G. Partij zal toch zeker niet willen beweren, dat het bijwonen eener vergadering voor een vrouw op zichzelf a\ zonde is, want we hebben daarover nog nooit in de Schrift een enkele aanwijzing gevonden. Maar wat was dèn het kwaad Het onderwerp? Toch zeker niet Dit magere nietszeggende zinnetje geeft „De Banier"„dat de vrouwen haar mannen vragen, ons orgaan lezen, soit, maar dat is nog gansch anders dan het afloopen der politieke verga deringen." Daar is de venijnige woordverdraaiing. „Afloopen", ja, dat is iets leelijks. Dat doet de „loopster", die 't in ei gen huis niet houden kan, de klapper en nieuwtjesjaagster. Maar „Uitkijk" sprak van geen „af loopen", dat maakt „De Banier" er van om toch voorai den anti in valsch dag licht te stellen. Het ging over het bijwonen Van een eigen vergadering der St. Geref. Partij, dus absoluut niet over het „afloopen van de politieke verga deringen." Zoo verdraait „De Banier" niet slechts de bedoeling, maar ook de woorden zélf. Of dat soms „christelijk" is? En nu het tweede voorbeeld. In 't zelfde No. (29 Jan.) van „De Banier". „Uitkijk" had ook geschreven over de spottaal van „Het Volk" eruo.m. gezegd „Wat mij echter zoo ontzettend hindert is dit, dat „Het Volk" maar niet nalaten kan of wil om wat ons heilig is en met name Gods Woord op krenkend spottende wijze te ge bruiken." Goed gelezen, wat er staat? Wat zij bespotten is ons heilig. Want het is „Gods Woord". Is dat niet duidelijk en klaar Maar let nu esop, wat „De Banier" aandurft om den anti feitelijk tóch als Godsverachter op de kaak te stellen, men moet toch waarlijk vee| durven om zóó des broeders woorden uit te leggen Even later schreef „Uitkijk", dat de socialisten dus voor hun grapjasserij gebruiken „wat wij eeren als de eigen woorden Gods". En waarlijk, daar weet „De Banier" dit venijn uit te zuigen „Niet [dus) omdat het Gods Woord is, maar omdat wij het als de eigen woorden Gods eeren. Niet de rechten en de eere Gods, maar de rechten en de eere van een mensch, den belijdenden mensch, aan getast.". En dat waar we even te voren (zie het boven) Gods Woord met name uitgedrukt voor op hebben gesteld en terwijl „De Banier" ze,er goed wéét, dat wij de „eigen woorden Gods" eeren, niet omdat wij dat nu eens alzcn willen, maar omdat zij de eigen woorden Gods zijn. En toch zplke verdachtmaking Het ergste wat men een christen broeder aanwijzen kan, dat hij eigen eer stelt boven de eere Gods. Neen, geen vraag of vraagteeken nu, maar Hij dip de harten en nieren proeft oordeele Zijn rechtvaardig oordeel over wie zóó zijn broeder bestrijden durft. Dat zou maar 't beste zijn. Twee Parijsche bladen, n.l. Le Matin 't bekende groote Dagblad en l'Auto, den» kelijk een sportblad, hadden aan 't eind der vorige week een gelijkluidend telegram uit Amsterdam, aangaande het voorstel der Ne» derlandsche regeering tot geven van een mils lioen gulden subsidie. Het telegram gewaagt van den tegenstand, welken dit voorstel ont» moet, er bij voegend, dat het mogelijk is, dat het voorstel alsnog door de regeering terug» genomen wordt, om een eventueel echec te vermijden. »l'Auto« noemt reeds Los Angeles als plaats, waar de spelen in dat geval moeten plaats hebben. Nu, dat is er 'n mooie plaats voor. We gunnen 't zaakje Amerika wel. 't Is nu in elk geval reeds gebleken, dat ons volk tegenover dit voorstel zeer verdeeld staat en ons dunkt, zóó iets, een «milde gift« van één millioen, dat moet spontaan gaan bij »acclamatie« van een geestdriftig, eensge» zind volk, Of het moet niet gebeuren. Als 't er niet met een of twee stemmetjes doorgehaald moet worden, dan is 't een eere» zaak voor de Sport, om met een grootsch en weidsch gebaar «Dank ute zeggen. Nög eenvoudiger is, dat de Regeering, ge» zien de sterken tegenstand van allerlei kant, den nationalen tijd maar in 't geheel niet aan de behandeling verspillen laat. V De Brief aan Tietjerksteradeel De heer V. d Voort v. Zijp, thans nog A. R. Kamerlid, heeft in een brief aan den Voor» zitter der A. R. Kiesvereen. te Tietjerkstara» deel, die Zondagmorgen in de »groote pers» verscheen de brief n.l. feitelijk afscheid genomen van de Antirevolutionaire Partij. Wat te verwachten stond. Sinds hij n.l. met het liberale Kamerlid van Links, mej. v. Dorp, en vele mannen van Links, benevens sommig van Rechts, waar» onder we behalve den zijnen, géén bekende A. R. namen zagen, onderteekende den al» gemeenen zendbrief der nieuwe Nationale Unie. Zijn brief hebben we wellicht allen in de dagblad pers gelezen. Veel hoeft er niet van gezegd. Hoe goed stellig bedoeld, het is een breken principieel, met de A. R. politieke lijn, zoo» als die door Groen' en Kuyper getrokken is. Ook al wórdt dan, gelijk gebruikelijk is, op Groen van Prinsteren een beroep gedaan. V Mr. De Wilde over de her=inenting. In een belangrijke rede, die de Haagsche wethouder en Kamerlid in Middelburg hield, zeide hij o.m. volgens verslag in »De Zeeuw» Daar is ook de revaccinatie. Ook hier» over denken sommige C. H. en de meeste R. K. anders dan wij. Spr. deelt mede dat de revaccinatie, die geheel ingaat tegen onze A. R. opvatting, door minister Aalberse is is voorgesteld, nadat het wetsontwerp op de besmettelijke ziekten reeds in de Kamer» afdeelingen was onderzocht. Deze inlassching is dus niet den Ministerraad gepasseerd. Mocht de revaccinatie zóó in 't Staatsblad komen, dan zou er zeker van A. R. zijde reden zijn, om de samenwerking met de andere rechtsche partijen te verbreken. Maarals er nu eens een linksch kabinet was, zouden al onze protesten ver» geefs zijn. Wellicht baten ze nu wel Hiermee zijn we 't volmaakt ééns. Allerminst is dit een dreigement. Maar toch moet het ook van te voren rond» uit gezegdAl zóüden onze leiders anders willep, als dit zóó doorgaat, dan krijgen ze tóch een goed deel van ons a.r. volk op den weg der samenwerking niet verder mee. Dat is de nuchtere, zuivere waarheid. Nadruk verbode*. Het wordt een waagstuk vandaag! Want ik wou 'n geldpraatje houden. En ik weet vooruit, dan heb ik nogwel iets tegen. Vooreerst zijn daar de menschen, die mom» pelen van den »onrechtvaardigen Mammon». Nu ken ik den Mammon óók. En ze praten wel eens van den Alcoholischen duivel, die vele verslagenen maakt, wat helaas 1 juist is, maar ik geloof dat Mammon er nog heel wat méér maakt, 't verschil is, dat je deze laatsten minder gemakkelijk herkènt, ter» wijl de alcoholikus zich als 't wat voortvrat bij 'm, al gauw verraadt door 't beven zijner handen, door zijn min zekeren gang en de tint van zijn meest vooruitstrevend lichaams» deel. Mammon ken ik en ook de ontroerende waarschuwing van den Heiland, dat niemand twee heeren dienen kan »Gij kunt God niet dienen en den Mammons. Maar het is onjuist om Geld en Mamm'on op één lijn te stellen en om overdrachtelijk, bij manier van spreken het Geld den «Mam» mon» te noemen. Er kan met het Geld ontzettend gezondigd worden, maar het kan ook een zegen zijn, waarvoor men God hartelijk dankt. Als straks naar ik hoop ds. en mevrouw Biberauer met een goeden oogst aan geld naar Hongarije en naar hun Bethesda terugkeeren, dan nemen zij volstrekt den »Mammon« niet mee, maar dan wordt er in dat Bethesda een «Eben» Haëzer« opgericht, omdat de Heere hen met dat Hollandsche geld uit hun Hongaarschen nood heeft willen helpen. En omgekeerd kan men dien Mammon, tegen wien Jezus zoo waarschuwt, zijn gansche leven achterna hoereeren, zonder dat er nu zooveel eigenlijk gezegd geld door de vingers gaat. Koeien kunnen ook »Mammon« zijn. En hectaren, zelfs aren land. Alles wat de mensch bezit zonder God. Waar hij geen getrouw »rentmeester« over wil zijn, dat alles kan hij tot zijn »Mammon« maken, zonder dat er nog geld aan te pas komt. Maar genoeg, ik verwerp dus de tegen» werping dat ik aan Mammon wierooken zou, alléén reeds omdat ik een geldpraatje maak. Dan zijn er weer anderen, die alleen van geld willen hooren, als ze er wat mee verdié» nen kunnen de vraagwat zit er aan ligt op hun lippen bestorven. Die wonen héél dicht bij Mammon. En ja! hen moet ik teleurstellen, want dit zeg ik vooruit. Financieele adviezen 'geef ik nietwat 40 cent per regel De goedkoope hoestmiddeltjes welke men gewoonlijk te baat neemt, genezen de hoest niet ze onderdrukken hoogstens de verschijnselen. Neemt toch Ak» ker's Abdijsiroop te baat, het krachtigwerkende, beproefde krui» denmiddel en U zult zien, hoe gauw U Uw verkoudheid kwijt is. IN maar goed is ook, want wie daarop afging zou gelijk zijn aan wie op een rietstok ver» trouwt. Maar 't zal zoo dróóg zijn, klaagt een ander. Ik zal mijn best doen, geachte lezeresAls ge een huismoeder zijt, komt ge of ge wilt of niet gedurig met dat geld in aanraking en móét ge wel geldoverdenkingen houden. Ik neem m'n laatste krant ter hand. Mijn oog valt op de »wisselkoersen«. En daar lees ik: Londen f 11.83'/4, Parijs 13.02, New»York f 2.49'/2. Wat wil dit nu zeggen Heel eenvoudig. Als ik op den dag van heden een Engelsch »pond« wil koopen, dan moet ik neertellen f 11.83'/»; als ik een Fran» schen »franc« wil koopen, dan kost mij dit 13,02 cent en als ik een Amerikaanschen «dol» lar« noodig heb, dan vraagt men mij f 2.49'/2. En nu hoor ik het al »Heb \ik niets mee noodig zegt een eerzaam landbouwer. «Ik koop geen ponden en geen francs en geen dollarsik dénk er niet aan, om buitens» lands te reizen, als ik maar mooie, ronde Hol» landsche guldens heb, of van die »papierkes«, die zoo frutselig tusschen de vingers kreuken kunnen, met «Nederlandsche Bank« er op, dan ben ik tevreden, ik heb met dat bui» tenlandsche geld immers niets te maken Ei, dat dicht ge, mijn waarde Doch dat heb ge nu es krek mis Zal ik u bewijzen ook. Gij hebt, ik neem nu maar een voorbeeld, voor uw vee heel wat mais noodig, niet Die groeit in ons land nergens en daarom kunt ge die ook niet met Hollandsche guldens koo» pen. Ja, ja, bij den handelaar zeker! maar ge weet toch ook wel, dat ze hém evenmin op den rug groeitdie handelaars moeten tenslotte terechtkomen bij den groot»importeur, die scheepsladingen tegelijk komen laat en dat be» grijpt ge toch welwat die voor de maïs geeft, daar hangt het van af, wat ook gij voor de maïs betalen moet. Die importeur koopt dus maïs. In Amerika en dan wordt er niet geaccor» deerd, dat die maïs zooveel guldens, maar dat ze zooveel dollars kostv Zeg nu eens voor 't gemak, dat zoo'n impor» teur voor honderd dollars maïs heeft gekocht natuurlijk koopt hij voor tienduizenden tege» lijk, maar dan krijgen wij zulke groote getallen Hij koopt voor honderd dollars maïs. Dan moet hij in Amerika dus honderd doU lars neertellen en om dat te kunnen doen, moet hij dollars koopen. Als nu de koers is f 2.49'/2 dan wil dit zeg» gen dat hij die honderd dollars koopen kan voor f 249.50. Anderhalf jaar geleden echter was de ergste dollarkoers f 2.68'/2. Tóén moest dus de Neder» landsche importeur, als hij honderd dollars koopen en betalen wilde, neertellen 268 gulden en vijftig cent. Wie zich nu uit zijn schooljaren nog iets van (rekenkundige) breuken herinnert, begrijpt dus dat men voor dezelfde honderd dollars, en daar komt het op aandaarmee moet je 38 betalen, in 1923 moest geven 1maal zoo» 499 veel als in 1925. Men kan me narekenen. En wie dat te veel moeite vindt, die gelooft me wel op m'n eerlijke gezicht. Dat geldt nu niet alleen voor de maïs. Dat geldt voor al wat uit Amerika komt. De tarwe is nogal in prijs gestegendat komt door de misoogst in allerlei landen en niet 't minst door de speculatie maar als onze gulden was blijven staan, waar hij in 1923 stond, dan zouden we tarwe nóg meer, 38 1 of ongeveer 1— maal zooveel betalen als 499 16 we reeds dóén. Men ziet dus van hoeveel belang Jiet is, als in een land de munt stabiel blijft, d.w.z. vast zoowat eiken dag, elke week, elke maand even» veel waard is. 't Is met de munt net als met een eerlijk meisje, hoe minder er over gepraat •wordt, hoe minder ze over de tong gaat, des te beter voor haar goeden naam. Waar 't omgekeerdè het geval is Duitschland, de laatste jaren, monpelt de lezer Neen, ik noem thans Frankrijk. De franc is weer over de tong gegaan, 't Is tobben met die franc, net als met een knaap of meisje, die als men zegt een »klier» achtig gestel« heeft, van alles probeeren, soms helpt het eens wat en dan, ineensis 't weer minder goed en je kunt niet zeggen hoe 't zoo nu weer komt. Die franc is al erg afgetakeld. Op school leerden wij vele jaren lang, dat de franc ongeveer 48'/2 cent golddat was nog in den goeden, ouden tijd van vóór den Oorlog, toen er werkelijk nog «vastigheid» was, behalve dan bij Portugal, Turkije en dergelijke financieele zwierbollen, waar ieder die zaken deed vanzelf al voorzichtig mee was. Na den oorlog is de franc van z'n troon gedaald tot pl.m. 13 cent. •Denk u dat alvast es in Millioenen Franschen zijn «kleine spaarders«. En zij koopen graag »stukjes«, zoo van hun eigen land. Welnu, een »stukje« van zeg 1000 franc, dat vóór den oorlog 50 franc rente gaf, dat geeft nu nóg 50 francsmaar de eigenaar, ieder kan dit begrijpen, kan mat die 50 francs nog niet het derde part dóén van wat hij er vóór den oorlog mee deed. Reken es na, wat een verarming dat reeds is 1 Nu heeft de Fransche regeering alle goede en verkeerde eigenschappen van den Frajisch» man»in»doorsnee, die o.m. wel graag 'n beetje opsnijdt, 'n ietsje zwètst. 't Zou heelemaal niets zijn voor onzen nuchteren Colijn, om in dat Fransche kabinet te zitten; hij had binnen de 24 uren ruzie; hij die er van houdt om altijd precies te zeggen waar 't op staat. De Fransche regeering stelt de menschen gerust «Bekommert u niet om onzen franc Heusch, die redt zich welGe zult zien, die komt nog weer op pari terecht«.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1925 | | pagina 1