DE SOCIALE KWESTIE.
in.
Reclame-Mededeelingen.
MIJNHARDT's
Zenuw-TablettenS 75<*
Laxeer-Tableften 60«
Hoofdpijn-Tabletten 60«
Hei goedkoopste, iel grootste, Het meest gesorteeerd
Hoeden- en Pettenmagazijn
Boekbeoordeeling.
Ingezonden Stukken
Verkoopingen
""Dan moeten we niet slechts belijden met
den mond, maar ook gelooven met het hart
Alleen de man die uit de zaak leeft zal
waarlijk welsprekend zijn en een geslacht
helpen voortplanten, dat ook in de zake van
de Verdediging des Vaderlands zegt en bes
lijdt»Op U betrouw ik, Heer der heeren
Op U, gelijk 't betaamt
En nu hebben wij daar onze eigen Vaders
landsche Geschiedenis, die helaasin onze
dagen veel te veel veronachtzaamd wordt
en die ons leeren kan, dat het neen waarlijk 1
niet alleen zit in cijfer, getal en macht
Wat was Holland in 1575, nu vierhonderds
vijftig jaar terug!
'n Mug onder de poot van den leeuw
Zelfs Vader Willem sprak er een oogenblik
van, om alles op schepen te laden en een
ander vaderland te zoeken'n Kwart
eeuw later klonken de koperen tonen van 't
Wilhelmus óp tegen Gibraltars rots en een
eeuw later zocht Spanje's vorst voor 't overs
blijfsel zijner macht schuts onder de schaduw
van den Oranjeboom
Dat is één feit uit onze wondere geschies
denisdaar zijn er vele.
Dsoch dan werden eerst géén geweren ges
teldmen nam zijn leven in zijn hand en
waagde het met Godde Verdediging van
Volk en Vaderland
Was het in Zuid=Afrika anders?
Met onze geloofsgenooten en volksver»
wanten
Zou het hun Afrika zijn thans, als ze tegens
over Dingaan en zijn tienduizenden Kaffer»
moordenaars, de leer der weerloosheid hadden
in praktijk gebracht en hun volksbestaan
niet verdedigd hadden
Ik las dezer dagen dat wondermooie zielss
ontroerende lied van Celliers over »Dingaanss
dag« en ik kan niet nalaten hier eenige cou»
pletten er van af te schrijvenmet eenige
moeite zal men ze begrijpen en er i n leven.
De Boeren hebben van hun huifwagens,
zooals ze dat gewoon waren een »lager« in
't vierkant gebouwd dat is hun fort en nu
komen van alle kanten bij 't morgenlichten
de Kaffers aangestormd als sprinkhanen in
menigte, om het te verpletteren onder hun
overmacht. «Vader, die taak is swaar, klein
en verloor die laer (lager) in die groot velde
En dan verhaalt de dichter
Woesssingend,
aanstuiwend,
danssspringend,
pluimswuivend
kom die barbare,
driemaal tien=Juisental,
dondrend hul voetesval,
storm hulle skare
Afrika,
Afrika,
was 't jou gegewe
vér en vooruit te skouw
wat, in die strijd vir jou
hier was te breek of bouw,
jij had gebewe 1
Kalmsinsdaad,
wereldsverlaat,
wereldsvergete,
sterk in die Heer se krag
staan hul die storm te wag,
oormag»oormete
Reguit en raak»sekuur
blits uit die tentwa»muur
driemaal die Boere»vuur,
kraak hulle roere,
maaiend die horde om
drie»male, al wat kom
kijk, tot die swarte drom
wijk vir die Boere
Dingaan--slag,
wondersdag,
jij het bevestig
al wat 'n nasie bouw,
al wat 'n taal behou.
Ere die helde»skaar!
Klein was die klompie daar
vier=honderd=sestig
»Klein was die klompie daar«
Inderdaad «vier»honderd»sestig« tegenover
«driemaal tienduisendtal«.
Al waren dan die Kaffers maar met asse»
gaaien gewapend en al had de Boer zijn roer,
dat was toch geen verhouding dat was wel
waarlijk zijn leven stellen in 't holle zijner
handhet willen verliezen, om het te be»
houden.
Maar zij stonden«sterk in die Heer se
krag«
Moge dat Godsvertrouwen doortintelen,
ons en ons zaad, dan zal ook de tegenstander
eerbied hebben voor den gloed onzer over»
tuiging! UITKIJK.
D.i. zij tellen geen overmacht.
In onze voorgaande artikelen trokken wij
met enkele groote lijnen, de geschiedenis der
sociale kwestie.
Daaruit bleek hoe in den Gildentijd de ar»
beid goed gereglementeerd was en de werk»
man bestaanszekerheid en bestaansmogelijkheid
had. Ook bleek, hoe later de regeling van de
arbeidsvoorwaarden gevoeld werd als een be»
lemmering voor de opvoering van het levens»
peil der meer gegoede volksklassen. Men pre»
dikte daaropde vrijheid van den Arbeid.
Bovendien deed de stoommachine haar in»
trede waardoor de massa»productie bevorderd
werd, alles aanvankelijk ten nadeele van de
arbeidersklasse. Voorts zagen we hoe deze
«vrijheid van den arbeid« (de invoering van
het coalitieverbod) een zee van ellende over
de arbeidsbevolking heeft uitgestort, maar ook
hoe in en door die ellende de sociale bewe»
ging is ontstaan, en het aan deze beweging
hoofdzakelijk te danken is dat het eene land
na het andere er toe kwam om het coalitie»
verbod weer op te heffen. Ten slotte wezen
we er op dat de sociale beweging recht van
bestaan had. Maar dan moet die sociale be»
weging ook geleid worden in goede bedding.
Uit reactie tegen de onrechtvaardige prak»
tijken waardoor de arbeidersbevolking op de
meest egoistische en baatzuchtige wijze ge»
exploiteerd werd, is er een strooming in de
arbeidersklasse ontstaan die in een ander
uiterste verviel.
Men predikte den klassenstrijd. De vernie»
tiging van het Kapitalisme, dat zoo schrome»
lijk zijn plicht tegenover de arbeidersbevolking
verzaakte, werd het doel. Men zag in het
Kapitalisme zelf het kwaad terwijl het kwaad
slechts lag in het machtsmisbruik van het Ka»
pitalisme. Men wilde met het badwater het
kindje wegwerpen.
Maar niet tegen het Kapitaal mag de strijd
gaan! De sociale beweging moet haar krachten
organiseeren tegen de kwade praktijken van het
Kapitalisme en alleen zoo zijn de gezonde
verhoudingen weer in het evenwicht te krij»
gen.
In welken weg de sociale bewegiDg gaan
moet
In den weg der Vakorganisatie.
Hierover willen wij in dit artikel iets meer
zeggen.
Het hoofddoel der vakorganisatie isdé
oude gilden weer herstellen, maar dan na»
tuurlijk gewijzigd naar de toestanden van
onzen tijd.
De vakvereenigingen, zijn organisatiën van
die personen die eenzelfde vak uitoefenen.
Ze zijn organisaties van uitsluitend arbeiders.
Dus niet zooals bij de gilden waar patroon
en knecht samen in één organisatie verbonden
waren.
Deze vakorganisatien hebben de taak de
positie van den arbeidersstand te verbeteren.
Het ideaal der vakorganisaties moet zijn
een levenskrachtige, zelfstandige arbeiders»
klasse te vormen.
De patriarchale tijd, waarin de patroon zoo
ongeveer de beschermheer van zijn arbeiders
was, is voorbij. De arbeidersstand moet op
eigen beenen staan, zich zelf opvoeden en
zich zelf redden. Een zedelijke factor in dit
autonome leven der arbeidsklasse moet nu
zijn de vakorganisatie.
De vakorganisatie moet zich stellen op den
grondslag van de tegenwoordige orde der
dingen zooals die zich in het maatschappelijk
leven voordoen. Dus niet staan naar omwen»
teling, waarvan niet anders dan ellende ko»
men kan. Zij hebben zich uit den aard der
zaak van politieke actie te onhouden. De
vakorganisaties hebben den socialen vrede
ten doel en niet den socialen oorlog.
Het is zeer moeilijk een zuivere definitie
van het wezen en het doel der vakorganisatie
te geven, maar als een der voornaamste be»
staansreden der vakorganisatie mag zeker wel
genoemd worden, dat zij een orgaan van sa»
menwerking en samenspreking schept tusschen
patroons en arbeiders.
Als zoodanig voorziet zij in een dringende
behoefte. In grootere bedrijven is het onmo»
gelijk geworden dat er, zooals vroeger, een
persoonlijk contact is tusschen patroon en
arbeider. De organisatie treedt nu voor den
werkman in de plaats.
Een belangrijk voordeel der Vakorganisatie
is verder dat zij stabiliteit bevordert in het
bedrijf. Van beide zijde is er meer zekerheid
en meer vastheid, dan dat de patroon met
iederen arbeider afzonderlijk moet overeen»
gekomen terwijl bij conflicten deze langs or»
ganisatorischen weg kunnen opgelost worden.
Deze meerdere vastheid in het bedrijf komt
het bedrijf zelve, dus beide partijen ten goede.
Een groote verbetering brengt de vakorga»
nisatie in de positie der arbeiders, doordat
deze meer persoonsvrijheid erlangen. Voorheen
onderhandelden patroon en werkman met
elkaar op een voet van groote ongelijkheid,
omdat de laatste feitelijk aan de genade of
ongenade van den eerste was overgeleverd.
Hij moest op alle voorwaarden het werk aan»
vaarden wilde hij niet den hongerdood ster»
ven. Door deze gebondenheid werd de gele»
genheid voor groote onderdrukking openge»
steld, waarvan helaas dan ook maar al te vaak
gebruik gemaakt is. Door de vakorganisatie
wordt dit vaak voorkomen. Wanneer velen
samenwerken in één verband, dan staan zij
sterk. De patroon heeft dan met de organi»
satie te maken.
En zoo zouden we nog door kunnen gaan.
Maar 't is genoeg om aan te toonen dat
wanneer de sociale beweging in de bedding
der vakorganisatie geleid wordt het machts»
misbruik van één zijde zeer beteugeld wordt.
Tegenover de ééne macht wordt nu een
andere macht gesteld.
Wij hebben de vakorganisatie in onzen tijd
te erkennen en te waardeeren als een nood»
zakelijk en een nuttig verschijnsel. Ook
al zijn wij voor ons zelf als patroon over»
tuigd, dat wij onze arbeiders het hun toeko»
mende niet onthouden zullen en wij hun een
menschwaardig bestaan ook zonder vakorga»
nisatie verzekeren, moeten wij de organisaties
toch toejuichen. Want naast ons staan er zoo»
velen, die anders over de verhouding tot hun
arbeiders oordeelen, wij hebben de organisatie
dus niet te beziën als particulieren, maar van
een standpunt van gemeenschapsgevoel, van
solidariteit.
Bezien we de Sociale beweging, zooals we
haar in deze beknopte schetsen hebben ge»
tracht te laten zien, dan stellen we ons er
niet meer tegenover, morren we niet langer
over de macht die zij ontwikkelt, staan we
haar niet tegen, maar aanvaarden we ze en
waardeeren we haar en zullen wij het onze
doen om haar in het juiste spoor te houden,
den arbeidersstand en het bedrijfsleven beiden
ten goede.
Het heeft lang geduurd eer er eenstemmig»
heid heerschte over het vraagstuk óf de over»
heid ten opzichte dezer materie iets doen
moest. Uit onze voorgaande artikelen bleek
dat de overheid eertijds geheel anders dacht
over het sociale vraagstuk dan tegenwoordig
Zij heeft vroeger zelfs op het standpunt ge»
staan, dat de arbeiders in hun vrijheid, om
voor hun belangen op te komen, beperkt
moesten worden, opdat de productie zoo goed»
koop mogelijk zou zijn en de concurrentie»
strijd-dientengevolge goed was vol te houden.
Gelukkig bracht de tijd kentering in deze
meening en leerde men inzien, dat handel en
nijverheid nimmer mogen bloeien ten koste
van een gedeelte der bevolking.
Toch zijn er door geheel ons land heen
nog velen te vinden, die zeer anti=pathiek
staan tegenover de Overheidsbemoeiing inzake
den arbeid.
Nu stellen wij op den voorgrond, dat iedere
ovèrheidsbemoeiïng welke niet strikt nood»
zakelijk is, uit den booze is. Wij houden vast
aan den gulden stelregelslechts daar waar
het particulier initiatief te kort schiet, grijpe
de overheid in. Nooit eer! Maar als het par»
ticulier initiatief te kort schiet, in dit geval
de onmacht der arbeiders om hun rechten
tegenover de economisch sterkeren te verde»
digen, dan schiet de overheid in haar plicht
te kort, wanneer zij baar machtige arm, niet
beschermend over deze zwakkeren uitstrekt.
Onder de sociale wetten van onze dagen
hebben we de' regeling van het arbeidscon»
tract.
Het heeft heel lang geduurd een deze wet
in het staatsblad verscheen. De lijdensgeschie»
denis die aan haar geboorte vooraf ging, liep
wel van 1891 tot 1909. In 1891 droeg de Mi»
nister van Justitie Mr. H. L. Drucker opeen
wet te ontwerpen tot regeling van de arbeids»
overeenkomst. Toen Mr. Drucker in 1894 een
zoodanig wetsontwerp den Minister aanbod
trad deze in hetzelfde jaar af. In 1898 werd
de opdracht door een andere Minister her»
haald en in Mei 1901 werd dien tengevolge
het eerste Regeeringsontwerp der Tweede
Kamer aangeboden. Maar eer het nog aan
het afdeelings onderzoek toe was werd het
weer door het opgetreden Minister»Kuyper
ingetrokken. Eenigzins gewijzigd werd het
ontwerp door dit Ministerie opnieuw der
40 cent per regel.
Bij Apotfu en Drogisten
Kipstraat 85»87Rotterdam
ZIE DE 5 ETALAGES
Voor hoeden No. 85. Voor Petten No. 87
Aanbevelend J. HENIGER Jr.
Tweede Kamer voorgedragen waarop het vóór
het in openbare behandeling zou komen weer
eenigermate gewijzigd werd.
Kort daarop viel het Ministerie Kuyper en
kwam het dientengevolge nog niet in behan»
deling. Eindelijk kwam het onder Minister
van Raalte in de Tweede Kamer in behande»
ling. In deze Kamer werd het 20 Juni 1906
en in de Eerste Kamer 10 Juli 1907 met meer»
derheid van stemmen aangenomen. Op 1
Februari 1909 kwam ze daarop in werking.
Het Burgerl. Wetboek verstaat onder eollee»
tief arbeidscontract het volgendeEen rege»
ling getroffen door een of m'ëë'r werkgevers
of een of meer rechtspersoonlijkheid bezit»
tende vereenigingen van werkgevers, met een
of meer rechtspersoonlijkheid bezittende ver»
eenigingen van arbeiders, omtrent arbeidsvoor»
waarden, bij het aangaan van arbeidsovereen»
komsten in acht te nemen.
De bedoeling dezer wettelijke regeling is
het misbruik tegen te gaan, dat anders bij
het maken van overeenkomsten allicht plaats
greep. Want in naam heette het wel dat de
overeenkomsten werden afgesloten onder we»
derzijdsch goedvinden van patroons en arbei»
ders, maar in werkelijkheid moesten de laats»
ten, in hun zwakkere positie als arbeiders,
alles goedkeuren wat de patroons decriteerden.
Maar ook aan de patroons biedt het arbeids
contract groote voordeelen. De stakingen wor»
den door het Collect. Arb. Contract zeer be»
perkt, daar zij niet meer kunnen voorkomen
naar aanleiding v^n die punten waar het
Collect. Arb. Contract over beslist. Ook zal
tengevolge van een gelijken loonstandaard bij
verschillende patroons in dezelfde vakken ook
de producten bij allen even duur zijn, terwijl
het loopen van arbeiders van den eenen pa»
troon naar den anderen om meer geld te ver»
dienen, voorkomen wordt.
De wet, die het collectief arbeidscontract
regelt, omvat de arbeidsovereenkomst waarbij
de gezel of de arbeider zich verbindt in dienst
van den werkgever tegen loon gedurende
zekeren tijd te arbeiden eenerzijds, en ander»
zijds de aanneming van hef werk, waarbij de
aannemer zich verbindt, voor den aanbesteder,
tegen een bepaalden prijs een bepaald werk
tot stand te brengen.
Onder de vele voordeelen die deze wette»
lijke regeling biedt noemen we slechts de
voorkoming van het kwaad dat voorheen aan
de uitbetaling van het loon verbonden was.
Zooals b.v. de gedwongen winkelnering, waar»
bij de arbeiders gedwongen werden in be»
paalde zaken hun inkoopen doen, of ook de
uitbetaling der weekloonen in de kroeg, of
de niet op tijd uitkeering der loonen, of ook het
beslag dat vaak op de loonen gelegd werd.
We noemen maar iets, óm een algemeenen
indruk te geven van de noodzakelijkheid van
en het gunstig gevolg dat de overheidsbe»
moeiïng had voor de beperking der sociale
wantoestanden.
Het is een lange rij van wetsartikelen in
het burgerlijk wetboek betreffende dit onder»
werp, en de zegenrijke gevolgen van deze
wettelijke regeling worden alom gezien.
Het spreekt van zelf dat het sociale vraag»
stuk hiermede nog lang niet is opgelost. Er
moet nog veel gebeuren. VéeL wacht nog op
uitvoering en regeling.
Denken we er slechts aan wat ons anti»rev.
program van actie in 1922 noemde
«Omtrent het vraagstuk der arbeidsbescher»
ming en dat der sociale verzekering worden
de navolgende punten op den voorgrond ge»
steld Maatregelen tot beteugeling van mis»
standen in de huisindustrieinvoering der
ziektewet»Talma, op enkele punten gewijzigd
uitbreiding van de ongevallenverzekering tot
den landbouw, reorganisatie van de sociale»
verzekering tot verkrijging van meerderen een»
voud en beperking der kosten, wettelijke re»
geling van de werkloosheidsverzekering in
dien voege, dat zij bedrijfsgewijze worden in»
gesteld en medezeggenschap verleend aan alle
groepen die in de kosten bijdragen, behoor»
lijke verzekering van de positie van het per»
soneel in burgelijken en militairen dienst.«
Natuurlijk kleven evenals aan alle over»
heidsbemoeiïng ook aan de sociale wetgeving
gebreken. En juist die gebreken zijn het waar»
door er nog zoo vele zijn die sceptisch staan
tegenover de arbeidswetgeving. Vooral de zeer
doorgevoerde overheidsbemoeiing in deze ma»
terie, zooals dit in onze dagen gezien wordt
brengen de sociale wetten in 't algemeen in
discrediet en doet de de verzuchting hooren,
«och was het maar zooals -yroegerDaar
hebben we b.v. de achturen werkdag. De
overheid is hiermede wter in ander uiterste
van haar vroeger standpunt gevallen. De wet
die de achturen dag regelt wortelt op geener»
lei wijze in het maatscbappelijk leven, zal dit
nooit doen ook. Haar fout is haar algemeen»
heid. Wat voor bijzondere bedrijven nuttig
zou kunnen ziin wordt hier als algemeene
maatregel aan het geheel opgelegd. En zoo
zijn er meer wetten die de noodige soepel»
heid in samenstelling en toepassing missen.
Maar laat men nooit vergeten dat deze be»
zwaren niet kunnen dienen om geheel de
sociale wetgeving af te keuren. In onzen tijd
nu zooveel van het oude verdwijnt, zooveel
nieuws haar intrede doet, zoekt en tast men
nog veelsins naar den juisten weg. En zoo
staat het ook met de arbeidswetgeving. Nog
veel zal in de praktijk blijken onmogelijk ge»
handhaafd te kunnen worden, doch de pu»
blieke opinie, de pers, de volksvertegenwoor»
diging, de vakorganisaties, de verschillende
corporatiën zijn daar ocü den juisten weg op
te sporen en allengs de sociale kwestie, langs
het zuivere pad te voeren-njar haar einddoel
«de sociale vrede«.
En nu gelooven we niet, dat dit schoone
ein ddoel ooit bereikt zal worden.
Ook al heeft de overheid al het hare ge»
daan, óók dan zal de Sociale Kwestie nog
niet zijn opgelost. Wettelijke reglementeeren
kan veel onrecht en verdrukking voorkomen,
maar de geest des volks, of ook maar de geest
van een deel des volks kan, zelfs door de
meeste ideale wetgeving niet worden omgezet.
Er zullen misstanden blijven, en alle onrecht
zal nooit weg genomen kunnen worden. Om
de eenvoudige reden dat de zonde heerscht
in het hart des menschen, en daarom de Kaïn's
vraag Ben ik mijn broeders hoeder, zal ge.-
hoord worden tot den jongsten dag.
Maar bjj dit alles blijft er de roeping.
De roeping van de overheid het zwaard
niet te vergeefs te dragen en het zwakkere te
beschermen tegen het sterkere.
De roeping van de kerk van Christus op
aarde, het sociale vraagstuk onder de oogen
te zien, de gemeenschap der heiligen, de
broederlijke gemeenschap óók tusschen patroon
en arbeider te prediken, en de banvloek van
Jacobus den zelfzuchtigen voor te houden:
Welaan nu, gij rijken, weent en huilt over
uw ellendigheden, die over U komen. Uw rijk
dom is verrot en uwe kleederen zijn van de
motten gegeten geworden. Uw goud en zilver
is verroest en hun roest zal U zijn tot een ges
tuigenis en zal uw vleesch als een vuur ver»
teren, gij hebt schatten vergaderd in de laatste
dagen. Ziet het loon der werklieden die uwe
landen gemaaid hebben, het welk van u ver
kort is, roept en het geschrei dergenen die ges
oogst hebben, is gekomen tot in de ooren van
den Heere Sabaóth
De roeping blijf er van de kerk van Chris»
tus om óók in zake de Sociale Kwestie het
zoutend zout te zijn. v. S.
Kentering. Wij ontvingen het vierde nummer
van dit tijdschrift. Het ziet er goed uit. De
door het eerste nummer verwekte verwachting
wordt niet teleurgesteld door de Januari»afleve»
ring. Moge het zoo blijven voortgaan 1
De eerste novelle is een schets van L. Loor
Goedhart »Bloesems«. Een stukje teere psycho»
logie. Vervolgens treffen wij aan »Nieuwjaar«
van J. W. Siertsema, «Uitzichten en Inzichten»
van A. Wapenaar, in welke rubriek hij deel
VI van de gezamenlijke geschriften van Prof.
dr. I. v Dijk behandelt. G. Sevensma»Them»
men spreekt over de «hoogtijden des levens«
P. Renssen over «Guido Gezclle«. Een nieuwe
medewerker, Ds. T. v. d. Hoorn heeft het
over lichaamsbeweging. P. J. Risseeuw breekt
een lans voor het boek van Mevr. J. van
Ammers»Küller «Het doornige Pad« waarbij
we graag gezien hadden, dat deze schrijver
zich op een zuiver positief christelijk standpunt
gesteld had, de naam Christelijk tijdschrift«
wettigt deze verwachting. De rubriek boekbe»
spreking sluit het nummer. De illustraties zijn
heel mooi.
Gaarne bevelen we kennismaking aan.
De Jonge Vrouw. Uitgave Bosch en Keu»
ning te Baarn.
«De Jonge Vrouw« is de voortzetting van
het bekende tijdschrift «Meisjesleven. Dit
maandblad staat onder redactie van mevr. J.
M. Westerbrink»Wirtz en den heer Keuning.
De uitgevers deelen mede dat dit tijdschrift
volgens het zelfde plan voortbouwt als dit
bij »meisjesleven« het geval was. «De Jonge
Vrouw« achten zij een betere aanduiding, om»
dat in het meisje van eiken leeftijd de «Jonge
Vrouw« te zien is. Wij hopen dat deze naams»
verandering beteekenen zal dat er met kracht
wordt voortgewerkt aan het opgezette plan.
Voor dit tijdschrift is er zeer zeker plaats
onder onze meisjes.
De inhoud voldoet uitstekend. De uitvoering
laat niets te weDSchen over. Een bijzondere
attractie van dit nummer is een bijgevoegde
reproductie van een schilderstuk, voorstellende
een woonhuishal.
Gaarne vestigen wij de aandacht op dit tijd»
schrift. Men viage eens een proefnummer aan.
Wij twijfelen niet of men zal zich dan gaarne
abonneeren.
Opgang. Orgaan van het Chr. Letterk. Ver»
bond. Uitgave Schoonderbeek te Laren.
De jongste aflevering welke in ons bezit
kwam bevat«De Maagd Marie tot het Kind
Jezus«, »Kerstkindeke«, «Bethlehems Pelgrim»,
«Oud Kerst proza«.
De inhoud blijft goed. Vooral het laatste
stuk trof ons bijzonder.
Het uiterlijk van dit maandblad blijft even»
eens goed verzorgd.
Opgang zal zijn weg wel vinden
Cijfers en feiten. Uitgave N.V. De Graafschap
Aalten.
Wij blijven met klem dit maandblad aanbe»
velen aan al onze mannen, die politiek mede»
leven. Het is hun onmisbaar.
't Houdt ons op de hoogte van, politieke»
zedelijke» sociale» en maatschappelijke vraag»
stukken van den dag.
't Wapent ons met cijfers en feiten in den
strijd met den politieken tegenstander.
En dat voor slechts f 2 per jaar
Wij ontvingen van de fa. Kessels, Ned. Fa»
briek van Muziekinstrumenten, een muziekka»
lender voor 1925. Dit werkje, voorzien van
foto's, kunstenaars»anekdoten, prijsrebus, ver»
kleinde proeven van composities enz. is smaak»
vol uitgevoerd. De fa. Kessels behoeft niet
bang te zijn met deze kalenders «te blijven
zitten«, te meer daar aan Muziekdirecteuren
op aanvraag een ex. gratis zal worden toege»
zonden.
Voorhoeve; Evangelisatiebiblotheek. De laat»
ste zending 1924 kwam in ons bezit ze omvat
een kinderboekje Anton's Kruis, naar 't En»
gejsch bewerkt door H. S. S. Kuyper. Wij ge»
looven niet dat dit soort exotisch gewas in
onzen Hollandschen tuin tieren zal. Vervolgens
troffen we een weekkalender aan voor 1925
met voor iederen dag een tekst en een viertal
heel mooi uitgevoerde tekstkaarten met bloem»
versieringen. Werkelijk iets heel fijns. Voorts
40 geïllustreerde traktaten, bijzonder goed ge»
schikt als evangelisatie lectuur. Eindelijk ver»
melden we nog het boekje «Die verloren gaan«
van Kristina Roy. Een verhaal uit Slowakije,
het vaderland van de schrijfster Wie dit leest
krijgt een goed inzicht in de veelszins treurige
verhoudingen die er in dit land nog bestaan
in het gezinsleven. Duidelijk wordt het dan
dat tot verheffing van den vrouwelijken staat
alleen het Evangelie het middel is. Gaarne
bevelen we dit schoone boekje ter lezing aan.
De Evangeliesatie»bibliotheek van Voorhoe»
ve verdient onze sympathie en steun. Wie een
abonnement neemt op deze bibliotheek steunt
de goede zaak der inwendige zending en och,
die is zoo noodigMaar voor deze steun krijgt
men een goede serie leesboeken in eigendom
die een zegen voor eigen gezinsleven kunnen
zijn.
Neem eens een abonnement! De prijs is
zeer laag.
«Hef land, dat ik u wijzen zak, door Ds. R.
E. van Arkel. Uitgevers maatschappij E. J.
Bosch Jzn. te Baarn.
Dit boek is het eerste deel van den vijfden
jaargang van de Vereen. Christ. Volksboekerij
misschien beter bekend onder den naam
s>Schouwvensterbibliotheek«,
Het boek bevat 12 keurige platen uit het
Heilige Land. Natuurlijk photo's uit den mo»
dernen tijd. Deze plgten stellen voor De Zee
van TiberiasGethsemané In de woestijn van
Juda; de Jordaan Nazareth; Jeruzalem en
de Olijfberg; de Jaffapoort te Jeruzalem aan
de ZeeBethlehem de Moskee van Omar
de toren van David, de berg Sion.
De platen zijn goed uitgevoerd.
De bijschriften van Ds. v. Arkel zijn van
bijzondere schoonheid. De platen toonen het
moderne Kanaan, maar de bijschriften voeren
den lezer terug naar den tijd van Christus
omwandeling op aarde. Het is Schriftstudie
en meditatie. Treffend is vaak de tekstkeuze
in verband met de platen.
Het boek is vervat in een prachtige band
van André Vlaanderen.
Gaarne bevelen we dit kostelijk boek bij
onze lezers aan.
In het Kraaiennest, door W. G. v. d. Hulst.
Uitgave E. J. Bosch Jbzn. Baarn.
v. d. Hulst is een onzer beste kinderschrij»
vers. Dat blijkt ook weer uit dit boek. Boeiend
is het van de eerste tot de laatste bladzij, en
het is een goed boek en een christelijk boek,
het heeft voor onze jeugd opvoedkuncffge
waarde.
Dankbaar zullen onze menschen voor hun
kinderen dit boek ontvangen.
De Copie van Ingezonden Stukken die niet f»
plaatst zijn wordt niet teruggegeven.—BuUai
verantwoordelijkheid van Redactie en Uitgev—
Brielle, 21 Januari 1925.
Mijnheer de Redacteur
Gaarne zou ik een plaatsje willen verzoeken
in Uw blad om aan het verzoek van velen te
kunnen voldoen en vooral van die vrienden
en vriendinnen, welke mede hielpen met den
verkoop der almanakken ten voordeele der
weezen. Hoewel nog niet allen schijnen uit»
verkocht te zijn, durven wij toch terwille van
hen die reeds lang hebben afgerekend, nog
langer hiermede wachten, temeer daar nu al
spoedig de maand Januari van dit jaar zal
zijn verstreken.
Van uit Brielle is geen rede tot klagen daar
het aantal overgebleven exemplaren van geen
beteekenis is. Het leeuwenaandeel in den ver»
koop hebben de kinderen der stichting van
Brielle uit naar de omliggende plaatsen behaald.
-Wij willen echter niemand hierdoor achter»
staan, daar er ook wel onder de vrienden zijn
welke rekening houdend met leeftijd en plaats
en andere omstandigheden er zeer veel hebben
verkocht. Eerlijkheidshalve zullen wij dus ge»
woon de personen en plaatsen en aantal in
volgorde noemen naar het aantal dat door
hen verkocht is. Wij beginnen dus met de meis»
jes der stichting en dan zijn er verkocht door
Cornelia Koorenneef, Johanna de Ruiter, Alida
de Joode, Hermina Storm, Jansje Koorenneef,
te Hoogvliet, Geervliet, Heenvliet, Overschie,
Oud»Beierland, Pernis, Zuidland en Zuid»
Beierland 1128 stuks, en door de jongens,,
Pieter Taal, Johannes Visser, Jacob Koorenneef,
Bartlomeus van der Vaart met welwillende
medewerking van den Heer H. Sicsling te
Brielle, Hellevoetsluis, Maasland, Nieuwen»
hoorn, Nieuwesluis, Oostvoorne, Rockanje en
Spijkenisse 1037 stuks. Te Maassluis doords.
Rietberg 241 stuks, te Brielle, Tinte en Nieuw»
land door L v. d. Ham 150 stuks, te Nieuwer»
brug bij Woerden door J. Hofman 147 stuks,
te Woerden door M. Voorbergen 95 stuks, te
Rhoon door J. J. van Herwerden 90 stuks,
te Rotterdam door dhr. G. Burger 86 stuks,
te Zwartewaal door mej. Moerman 74 stuks,
te Dordrecht door ds. Gravendijk 60 stuks,
te Schiedam door mej. N. Wiema 60 stuks,
te Rozenburg door mej. Doorduin 56 stuks,
te Heinenoord door mevr. v. d. Zwaai 42 stuks,
te Zoetermeer door mej. A. Koetsier 35 stuks,
te Velp door mej. Gerritsen 34' stuks, te
Amersfoort door mej. H. Lammers 33 stuks,
te IJmuiden door Dirk Rijke 27 stuks, te Rot»
terdam door P. C. v. d. Poort 26 stuks, te
Honselersdijk door N. Valstar 25 stuks, te
Rotterdam door P. H v. 't Hof 25 stuks, te
Haaksbergen door A. J. T. ter Hoopen 25 stuks,
te Geldrop door A. P. Michaël 20 stuks, te
den Haag door mej. Korevaar 10 stuks, te'
Rossum door W. Hoogmoed 25 stuks, te Rot»
terdam door J. de Ruiter 15 stuks, te Heinenoord
door J. Vogelaar 8 stuks, te Culemborg door
A T. Verschoor 6 stuks, te Drimmelen door
wed. A. v. Loon 5 stuks.
Zooals wij schreven moeten hierbij twee
zaken in aanmerking worden genomen ten le
dat nog niet alle posten zijn ingezonden en
2e dat wij nu niet de gevolgtrekking moeten
maken omdat er door ons weinig zijn geplaatst
dat ze daarom van minder beteekenis zouden
zijn. Zoowel plaats als gelegenheid moet in
aanmerking worden genomen en vooral omdat
liefde tot de weezen bij allen op den voorgrond
stond zijn ze de een niet minder dan de ander
te hoogachten en daarom voorloopig vast aan
deze vrienden en vriendinnen onzen hartelij»
ken dank voor die hulp in den verkoop. Moge
het zijn tot opbloei voor de stichting en tot
goede verzorging onzer weezen.
Namens het Bestuur,
H. HILDEBRAND
binnenvader
Openbare Vrijwillige Verkooping van de
Huizen en Erven te Oude Tonge, behoorende
tot de nalatenschap van wijlen den heer W.
J. van Dongen, op Vrijdag 30 Januari 1925
bij inzet in het Hotel de Weerd en op Vrij»
dag 6 Februari 1925 bij afslag in het Hotel
Legierse, telkens des avonds 7 uur. In ver»
schillende perceelen en combinatiën.
Notaris VAN BUUREN.
Verkooping bij Inschrijving van 22 Essche
boomen om te rooien, gemiddelde lengte 6
Meter, middellijn 50 centimeter, staande te
Zuidland achter de bouwmanswoning van den
Heer Iz. Zoeteman Jz.
In te schrijven per nummer.
Inlichtingen geeft ondergeteekenden Notaris
te wiens kantore de inschrijvingsbiljetten moe»
ten worden ingeleverd vóór of op Zaterdag
7 Februari 1925. Notaris LOEFF.
Zaterdag 31 Januari 's avonds 6 uur te Oud»
dorp in het Logement van Akershoek, ver»
huring bij inschrijving van een perceel bouw»
land te Ouddorp in het Oude Nieuwland,
genaamd «Stuifhoogte West«, groot plm.0,55,85
H.A. of 365 R. V. M. voor 7 jaren, dadelijk
ingaande, ten verzoeke van den heer P. Ta»
nis Czn. te Koudekerke.
Notaris VAN DEN BERG.
Openbare Verkooping op Woensdag 25
Februari 1925 des voorm. ten 10 uur, aan
den Heerenpolderschen dijk te Oude Tonge,
voor Mevrouw de Wed. J. van Schouwen
aldaar, wegens opheffing van bedrijf van
Paarden, Vee en Landbouwgereedschappen.
Notaris VAN ISPELEN.