Antirevolutionair Orgaan 1 II voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsehe Eilanden. AflDEL N 1 uergaM te Middens TfflPPU Kloosterhalsem IN HOC SIGNO VINCES ZEN. No. 3079 WOENSDAG 24 DECEMBER 1924 39STE JAARGANG EEHI OER OOM I RTIKELEK raad DUIF EERSTE BLAD. C De naam Jezus. Rotterdam Op den Uitkijk. AM uurwerken, s enz. erp en W. BOEKHOVEN ZONEN Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers tterdam 8 0! atorium oducten aar gegeven in de Chr. Sell. op Dinsdag 30 December, 4 uur 's mid. Reclame-HVIededeelingen. Ds venijnige steken van Spit in den FïMg verdrijft de pijn Hel goedkoopste, Hel grootste, Hel meest gesorteerde Hoeden- en Petfenmagazijn jDRAISIJlArvANVALKEhBURQ'S- ••.levertr; u O O N 2261 GEN E PROVISIE ISIE gazonen van 30329 lef. 9481 illQke prijzen Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 cent bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS SOMMELSDIJK Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2 ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel. DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing. Groote letters en vignetten wordto berekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. hn& Veerenbeddcn, edkoopst adres 25.—, en hoogez, nten vanaf f 10.—. ~dige kwalite'+en. S f «fl C&DEftl Spreker: Ds. C. W. J. v. LUMMEL. Onderwerpen: Defensie en andere urgente punten. Alle Bestuursleden enz. worden beslist verwacht „Bouwen en Bewaren", broeders! Namens 't Bestuur der Statensectie Ridderkerk J. v. d. WAAL, Secretaris. „En gij zult Zijn Naam heeten Jezus". Jezus' Naam wordt vaak genoemd. Helaasniet zelden als lastering, 't Zij dit geschiedt door den onver schilligen zondaar, die van zijn jeugd af den vloek indronk als water en nu lastert dien hij niet kent, 't zij het geschiedt door den welbewusten las teraar, die zeer wel wéét, wat hij doet en wiens geslachtslijst voort- en door loopt over Juliaan den Afvallige en Vol taire den leugenprofeet naar den bolsje- w ek van thans, die 't ronduit zegt dat het doel is, de heugenis van Jezus' Naam uit te roeien van den aardbodem. Laten we over die allen thans zwijgen. Op dit heerlijke feest van Kerstmis Maar ook onder degenen die den .Naam Jezus met meer of minder eer- lied noemen, welk een verschil Jezus, de groote Leeraar. Jezus, die sprak voor de verdrukten. Jezus, „het" voorbeeld voor alle eeuwen. Jezus, de groote religieuse figuur, de eerste van de allergrootsten en edei- sten van ons menschelijk geslacht. Zqo eeren millioenen Hem. En ook die eer wijst Hij niet af. Want zij komt Hem toe. Maar 't zal er niet één baten ter zalig- help, of hij „in dien Dag" al zeggen zal: „Heere! Heere! hebben wij u niet geprezen en geëerd als Helper en Leeraar en Voorbeeld, bij vele menschen „Ik heb u nooit gekendzal 't vreeselijke antwoord zijn. iÜMf „Gij zult Zijnen Naam heeten Jezus". Men weetdaar blijft het niet bij. „Want Hij zal Zijn volk zaligmaken van hunne zonden". Laten wij bij dit laatste vooral ook stilstaan, als 't Kerstfeest is. Zie, we zitten al gauw weer, eer we 't weten, midden in den grooten, politieken strijd. Meer dan ooit zal dan getracht worden om dien strijd te be perken tot de dingen van dit aardsche leven, tot het stoffelijke gedeelte van ons bestaan 't zal gaan over belangen en financiën en salarissen en al wat er méér ronddraait in dien kring. Nu moeten ongetwijfeld ook déze dingen onze aandacht hebben. Maar men zal er hoofdzaak van willen maken. Onze tegenstanders weten het wel Zoodra ze 't maar zoover kunnen brengen, dat ook bij óns het politieke dénken zich bewegen gaat om die stof felijke zaken heen, hebben zij gewon nen spel. Dan leven zij van „ontevredenheid". Dan zullen ze 't wel zóó weten te draaien en te keeren dat ónze mannen alles glad verkeerd hebben gedaan en dat het pas in orde komt als hun mannen al wat tot stand kwam weer overhoop halen gaan en de zaken heel anders aanpakken waarvan o, zoo'n beetje terechtkomen zal, als het dien kant eens uit moest Maar keeren we terug op ons pad Tegenover de vele pogingen, die zul len worden aangewend, om straks den strijd geheel neer te halen in de sfeer van dit aardsche leven, zal in de Anti revolutionaire Partij ook ditmaal weer hoog opheffen de leuze„Vóór den Koning Dat wil zeggenVóór Koning Jezus. Met name ook, om in dezen tijd, waar alom de aanslagen op de christe lijke grondslagen van het volksleven weer toenemen te behouden en uit te breiden het vele goede, dat ons in tegenstelling met andere volken nog bleef gespaard. En zoo zal straks ook weer Jezus Naam wel degelijk in den grooten strijd-der-eeuwen, waarvan elke stem busstrijd en klein onderdeel is, worden gespaard Ook, ja in de eerste plaats, door ons. Niet om dien Naam neer te halen. Maar om den strijd te heiligen. Doch nu is er één groot gevaar. Een binnenharts gevaar, zouden we 't willen noemen. We spraken daarstraks van degenen, die Jezus hebben geëerd, maar niet op de rechte wijze Wij moeten nog verder gaan. Er staat zulk een hartaangrijpend woord in de Schrift over de „velen", die „in dien dag" zullen zóéken en dus zullen meenen er alle recht en aan spraak op te hebbenom in te gaanen die tóch zullen worden teruggewezen. En die vindt men niet slechts ginds, bij de „tegenstanders". Zij zijn wel degelijk ook onder ons. De toestanden zijn zoo geheel anders dan voorheen. De ouderen herinneren het zich wel. Wie voor den Naam van Jezus op kwamen en het pleit voerden met woord en daad, die konden rekenen op spot, smaad, tegenwerking, achteruitstelling. 't Was niet bevorderlijk voor de carrière. 't Was in vele kringen en bij vele personen geen aanbeveling. Men heette al gauw een dweper, een drijver, een achterblijver, een domper, een bekrompen mensch, zoo iemand van wien de vooruitgang weinig te hopen had. Dit nu is veelzins veranderd. Voor smaad kwam soms eere Wat is dan zoo licht te vreezen? Neen, ik zwijg over wie opzettelijk onder valsche vlag juist bij ons zou pogen in te dringen. Maar ik heb het (mg op wie opkwam uit ons eigen volk van jongsaf hoorde en leerde van den Koning, in de wet des Konings onder wezen werdJezus Naam loofde en Hem aanbadzong ter Zijner eere, en zich, hoe kón 't anderslater bij ons voegde, vóór Jezus kiest op elk terrein des levens Wat alles schoon is en prijzenswaard: Als het zaak-des-harten iswant andersneen, niet andermaal breng ik thans het vreeselijke woord des Hei- lands in herinnering. En nu komt ons rustig Kerstfeest. We leven in den familiekring. We keeren eens stil tot ons zelve in. Laten we nu ons zelf de vraag eens zóó stellenWat is ons de Naam Jezus Feitelijkeen naam als zoo vele namens? Ofis het voor ons de eenige Naam Heeten wij Hem Jezus, niet ter onderscheiding van anderen, maar als uitdrukking van Zijn wil „Want Hij zal zijn volk zaligmaken van hunne zonden Ook óns van ónze zonden Daar komt tenslotte alles op aan. Dat wij ons voegen bij de partij, die Jezus Naam belijdt, het is gótedDat wij zoeken voor onze kinderen de school, die Zijn Naam in eere houdt, het is schoon Dat wij om ons te ont spannen de schrijvers verkiezen, die den Naam van Jezus zich niet schamen, het is bestdat wij dien Naam loven in ons lied, in ons gezin, in onze gansche zielsopenbaring, het is heerlijk, mits bij dit alles die Jezus ons óók worde onze Zaligmaker, die ons reinigt van al onze ongerechtigdheden. Mocht dit bij voortgang of bij aan vang de vrucht zijn van déze Kerst feest-viering. Ier Navolging. Door samenwerking van de stad Dordrecht, de Rijks» en de Prov. regeering, zal een stuk Biesbosch worden ingedijkt. Dat geeft primo een aantal Dordsche werke» loozen arbeid. Het verrijkt Nederland met een stuk beste teelgrond. En op dien nieuw verworven grond, waar straks 30 boerderijen elk 30 H.A. groot zullen gevestigd worden, vinden een aantal boeren benevens ettelijke knechten en arbeiders straks doorgaand werk en brood. Er is in deze richting nog zoo veel te doen. Door drooglegging, door inpoldering, door afwatering, och dat er een algemeene samen» werking was, om uit Nederland zélf alvast eens te halen, wat er in zit »De Spoor«. Hoop doet den burger léven De Min. van Waterstaat heeft dezer dagen in zijn Memorie van Beantwoording óók ge» zegd: Nu de bedrijfsuitkomsten der Ned. Spoor» wegen over 1924 èn door verdere verminde» ring van de exploitatiekosten èn door verhoo» ging van de ontvangsten belangrijk minder ongunstig beloven te zijn dan die over 1923, wordt langzamerhand de kans vergroot, dat binnen niet te langen tijd tot verlaging van de tarieven zal kunnen worden overge» gaan. Bepaalde toezeggingen kunnen even» wel nog niet worden gedaan. Wederinvoering van kilometerkaarten ligt niet in het voornemen. We leven dus in afwachting. Ons dunkt, 't móét er van komen Net zoo goed als bij de Post. Vroeger een briefkaart voor ïxl2 ct., thans voor 7'/2 ct., 't is geen verhouding en de rest is navenant. Nu schier èlks inkomen daalde: Nu zijn betrekkelijk gesproken de tarieven van Spoor en Post nóg drukkender geworden en de burgerij ziet er met groot verlangen naar uit, nu alles wat naar beneden moet, dat ook deze uitgaven in dezelfde richting kunnen gaan. Vruchten der Bezuiniging Eerstens hoeft er nu geen millioenen»tekort bij de Spoor meer op 't biljet van den belas» tingbetaler verrekend te worden en tweedens is er tenminste kans, dat we 'n zucht minder slaken, als we 't reisgeld afpassen vóór het kaartjesloket Kilometer°kaarten. Waarom staan die zoo slecht aangeschreven 't Is toch in elke zaak gebruikelijk, dat de grootverbruiker zekere reductie krijgt Waar» om mag dan de man, die 300 K.M. ver mee» rijdt, per K.M. niet wat goedkooper reizen, dan hij die een kaartje voor 30 K.M. vraagt 't Zou voor de rand«provinciën, die toch al zooveel missen moeten, een ware uitkomst zijn. Goed Getuigenis Zie, dat was ons een genot Waarin we dan met plezier een ander laten deelen. Zooals men weet, is voor enkele jaren, wel wat erg zonder overgang, gekomen de acht» urige werkdag, de daardoor verkorte werk» week, en de vrije Zaterdagmiddag. De vraag rees toen weieens of »de« arbei» der deze plotselinge »weelde« zou kunnen dragen, 't woord dan genomen in den be» kenden, spreekwoordelijken zin. In de eerste maanden werden soms rare noten gekraakt. Later hoorde men dat zoo niet meer. Thans is van bevoegde zijde, blijkbaar op degelijke manier een uitgebreid onderzoek in» gesteld naar deze zaak. Tal van gegevens zijn gezocht. Zijn ook behoorlijk verwerkt. En zoo verscheen een deugdelijk rapport. Wat blijkt daar nu uit? Eerstens, dat in de groote steden en de weinige dichte centra der industrie, nog steeds verhoogd kroeg» bioscoop» en tingeltangelbe» zoek, helaastoont waar een deel der arbei» ders hun meerderen vrijen tijd doorbrengen. Maar tevens, let daar vooral op, Want in die »groote steden« zégt men wel, dat klopt het hart der natie, doch daar drijft ook het schuim der natie, Tevens, dat in de kleinere steden, dorpen enz. enz. over 't algemeen het huiselijk en vereenigingsleven, 't bezoek aan leeszalen, le» zingen, vergaderingen enz., het lezen van bla» den, tijdschriften e d.g. door de aibeiders, had gewonnen en was toegenomen, of anders gezegd, dat »de« arbeider over 't geheel ge» 40 cent per regel overvallen U onverwachts. Grijp dadelijk naar Akker's Kloosterbalsem, welke tot diep in de weefsels doordringt, de pijn stilt, ophoopende ziektestoffen doet verdwijnen, snel en grondig geneest. VOOR CI,K Z'[N KDllS Kipstraat 85=87 Rotterdam ZIE DE 5 ETALAGES Voor hoeden No. 85. Voor Petten No. 87 Aanbevelend J. BENIGER Jr. •LEEUWARDEN- nomen door den ingeperkten werkdag op wat hooger peil gekomen was. Daarover verheugen we ons. En al moét soms, eenerzijds, eens wat wa» ter in den acht»uren»wijn worden gedaan an» derzijds moeten we het toejuichen, als de ar» beiders hun uiterste best doen om te behou» den wat gewonnen is. Want vooreerst kan er in acht uur stevig werken heel wat gedaan en ten tweede geeft een matige arbeidsdag, ik gebruik niet het leelijke woord »mensch» waardig«, maar ik zegeen meer christelijk bestaan. Kleine plooien. De heer v. d. Molen wees in het Onder» wijsdebat op de plooi in het Bezoldigings» besluit, die daar wel wat erg ongunstig knijpt, ten opzichte der hoofden van kleine scholen. Genoemde spreker zei er van »Over de salarissen zal ik niet veel zeggen. Ik wil mij aansluiten bij de opmerking, die is gemaakt over de hoofden van scho» len beneden de 145 leerlingen. Dat betreft ongeveer de helft van het aantal hoofden van scholen in Nederland. Volgens mij verstrekte gegevens zijn van de op 1 Ja» nuari bestaande 6592 openbare en bijzon» dere lagere scholen er 3225 met beneden de 145 leerlingen. Die bepaling komt ook in bijzondere mate ten ongunste van de scholen van buitengewonen aard, die niet vallen onder art. 4 van het Koninlijk be» sluit, maar gerekend worden tot het gewoon lager onderwijs, en die door den bijzon» deren aard van de school nooit boven de 144 leerlingen komen. Daaraan moet, naar mijn meening, iets worden gedaan«. De minister zou de zaak in behoorlijke overweging nemen. We kregen den indruk, dat dit meer was dan een frase. Moge de minister dan ook nog even over» wegen de positie van den pas beginnenden onderwijzer. Dat die 't krap heeft en om te beginnen maar net het noodige verdient, dat vinden we niet zoo erg. Maar wij vreezen, dat het pijl iets te laag is gezonken en dat er noodgedwongen bij sommigen de studie onder lijden zal, want die kost tegenwoordig aardig geld en dat ware schade voor onderwijzer èn school. Ook hiér zit o.i. 'n kleine plooi. Nadruk verbodea, 4 Zoo enkele dingen, dit keer, die ik op mijn uitkijk de laatste dagen zag en noteerde. Vooreerst dan heb ik de waarheid gezien van het Schriftwoord »Die vuil is, dat hij nog vuil worde 't Betreft het dagblad »Het Volk«. Dat dit blad zijn uiterste best doet, om er bij ons Nederlandsche volk de socialistische beginselen in te stampen, is zijn récht. Óf 't steeds met beleid is geschied Dat waag ik te betwijfelen. In vroeger jaren vooral, stampten deze pro» letariërs weieens met zóó harde hand, dat het er nü nog soms als communistische hutspot uit puilt en in de Tribune terechtkomt, die daarvoor is neergezet. Maar overigens, elk zijn partij. En doe er je best voor, mits met eerlijke middelen. Wat mij echter ontzettend hindert en ik geloof dat een humane, weldenkende socialist en zoo zijn er gelukkig óók velen 1 het volkomen met mij eens zal zijn, is dit dat »Het Volk« maar niet nalaten kan of wil, om wat ons heilig is en met name Gods Woord op krenkend»spottende wijze te gebruiken. Onkunde is hier uitgesloten. De mannen, die »Het Volk« leiden, weten bést hoe de »mentaliteit« onder christenmen» schen is, ze komen er immers gaarne voor uit, dat onderscheidene van hun mannen ge» zeten hebben op de banken der christelijke school en hebben meegedaan aan het chris» telijke jeugd»vereenigingsleven. Ze wéten dus best, hoe 't bij ons is. En ze hebben die teksten, welke zij te pas of te onpas er bij sleepen gerust nietnoodig voor hun betooghet is op z'n best grapjas» serij en daarvoor gebruiken ze niet wat een ónzer heeft gezegd, dat ware nietsmaar 't geen zij zeer goed weten, dat wij eeren als de eigen woorden Gods. Vooral de »Krabbelaar« is daar sterk in. Maar hij is de eenige niet. Sinds enkele weken wordt een bepaalde ru» briek in »Het Volk« besloten met een »dag= tekst*. Meestal zie ik die met opzet voorbij of tracht ze te vergeten. Maar wat zegt, om één voorbeeld te noemen, de lezer er van, wanneer onder 't kopje »Op Colijnde tekst volgt»Hij spreekt en het is erhij gebiedt en het staat er I« Ik ben overtuigd, dat menig socialist dit smakeloos vindt. Maar ieder onzer, en dat kan hij óók we» ten, voelt zich door zulk een profanie, in 't diepst zijner ziel geschokt en gegriefd en we vragen ons af, hoe »Het Volk«, dat zich, en waarlijk niet voor 't eerst, aan zulke Schrift» verkrachting te buiten gaat, nog in der waar» heid méénen kan, dat één waarlijk vroom christen=arbeider, zulk vuil in zijn huis dul» den zal Trouwens, die hoop schijnt vervlogen. 't Is in dat opzicht zoo héél anders, dan tien of twintig jaar geleden. Zie, Troelstra is een staatsman. Met groote gebreken ja zie 1918. Maar een staatsman is en blijft hij, in dat opzicht een der weinige wezenlijke staatslieden, die de groote lijnen weten te herkennen en ze voor de toekomst kunnen trekken, in tegenstelling van de honderden politieke peu» teraars, die graantjes pikken uit wat ze dage» lijks omwroeten met den voet. Troelstra begreep déze waarheid Als het socialisme wachten moet, tot het de helft plus één van het Nederlandsche volk achter zich heeft, eer het iets tot stand kan brengen, dan kunnen we 't intusschen wel uitluiden en begraven. Doch dat hoeft ook niet. Tweeërlei is immers mogelijk. Of, dat het als énergieke minderheid er door een samenloop van omstandigheden, komt met 'n sprong.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1924 | | pagina 1