1
Antirevolutionair
Orgaan
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden.
IN HOC SIGNO YINCES
Twee Bladen.
f.
ichten.
No. 3076
ZATERDAG 13 DECEMBER 1924
39STE JAARGANG
TWEEDE BLAD.
Hoestsiropen
voor Kinderen
Laat U niet meer
kwellen door
stramheid,
rheumatiek,
spit in den rug
Wrijf die pijn
dadelijk weg
me£ Akker's
Kloosterhalsem
Uit de Pers.
J
i
ingen
W. BOEKHOVEN ZONEN
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan de Uitgevers
Dit nummer bestaat uit
Ingezonden.
Reclames IViededeelingeii.
spierpijn,
het heerlijk verwarmende
wrijfmiddel dat direct een
he haagl ij ke verlichting
geeft en afdoend geneest.
elf zijn er nog veel
te veel opnamen,
nog in correspond
nnelijke schikking
die in termijnen
incasseerden Gaat
len ook dezen wor»
n candidaten op
lgend officieel vet'
vergadering
j.l. vergaderde het
op het Secretariaat,
am.
voorloopige candi»
le Kamerverkiezing
ad zullen worden
7erkiezingsprogram
tgen, niet voor pu»
e vergadering ge*
:ns blaffen over de
candidaatstellen en
Katholieken.
(Rsb.)
tber 1924, des na»
splaat aan het tram»
terhout als planken,
latten enz.
4 DIJK
December kunnen
/AN DEN BERG,
en ingeleverd voor
G. 20?''2 R. V. M.
/ierkanten® in den
254 R. V. M. bouw»
:den« in den Ouden
én
G. 246 R. -V. M.
acht Lijnen« vóór
ider Ouddorp, voor
ten verzoeke van
Wz. te Ouddorp.
December kunnen
VAN DEN BERG
en ingeleverd voor
H.A, 2 G. 231
:n Ouden Oostdijk
Molenweg, in pacht
tan Wz., voor den
ingaande, ten verd
Klijnsma te 'sdGra»
enefitie van 0.75.10
M.) Bouwland te
sland nabij de Phi=
;ectie B no. 1891.
or 10 jaren, dadelijk
pacht bedraagt f 60.»
ten verzoeke van
ksland. Inlichtingen
inschrijvingsbiljeten
1924 in te leveren
SLUYS te Dirkland.
's namiddags 1 uur
ivenhoofd, om cond
irtij Scheepsafbraak,
lken, ribben, brandd
an den Heer Gijsb.
^N DEN BERG.
Verkoop van een
chuurtje, Kippenren
aer 1924 bij inzet, en
nber 1924 bij afslag,
in Hotel Meijer te
eer M. Dubbeld Bz.,
VAN BUUREN.
'erkooping op Vrijd
24, v.m 11 uur, in
a Zuid»Holland« te
cb aur en erf te Zuid»
groot 6 aren 84 c.a.
i de Barakken, een
kom van het dorp
aarin café, bakkerij
een tuin in de verd
laar in een tuin in
iteenenweg.
1925. Inlichtingen
:ekende.
otaris C. LOEFF.
tig voor 5 jaren van
m als bouwland of
Hekelingen in »de
an Putten«, in 2 perd
van 2—45—50 H.A.
den Ramshilsche»
óór of op Zaterdag
12 uur ten kantore
otaris C. LOEFF.
Nederland.
m het Handelsinford
ER GRAAF S. Co 's
1 zijn over de afged
e 5 Dec. in Nederd
lissementen tegen 92
:de week van het
met 5 Dec. 1924
over 3896 over het
irige jaar.
LRNIS.
eree en Overflakkee
g 9 Dec. 1924.
,- per 100 K.G.
0 per 100 K.G.
t fll,10 per 100 K.G.
it f 12,— per 100 KG.
>ond.
AM, 9 Dec. 1924.
Veilingslokaal, War»
ouden Veiling, wer»
besteed
f 8j55 tot ƒ14.20
tot
tot
7,00 tot 9 25
tot -
tot
tot
VMSCHE VEILING
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent h'j vooruitbetaling.
BUITENLAND bii vooruitbetaling f 8.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMFRS 5 CENT.
UITGEVERS
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel.
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
JESAJA 32 x 1, 2.
Ziet, een koning zal regeeren
in gerechtigheid, en de vorsten
zullen heerschen naar recht.
En die man zal zijn als een
verberging tegen den wind, en
een schuilplaats tegen den vloed,
als waterbeken in een dorre plaats,
als de schaduw van een zwaren
rotssteen in een dorstig land«.
II.
(Vervolg.)
Wat onze tekstwoorden zeggen van
den Christus, doet Hem kennen als een
heerlijken Koning, wiens komst een
oorzaak van groote blijdschap is. Rijke
zegeningen zullen onder Zijn heerschap
pij genoten worden. Groote voorrechten
zal Hij aan Zijn onderdanen schenken.
Daarvan wordt melding gemaakt in ons
tweede tekstvers: „En die man zal zijn
als een vei berging tegen de wind, en
een schuilplaats tegen den vloed, als
waterbeken in een dorre plaats, als de
schaduw van een zwaren rotssteen in
een dorstig land."
Van dien Koning wordt allereerst ge
zegd, dat Hij is eelt- verberging tegen
den wind, en een schuilplaats tegen
den vloed, waarin uitgedrukt wordt,
hoe Hij Zijn onderdanen bewaart en
^beschermt tegen gevaren, die hen met
V «ondergang bedreigen.
De wind is op zich zelf beschouwd
goed en nuttig. Hij zuivert de lucht,
geeft koelte, waar andersfcde hitte ver
zengen zou en wordt gebruikt tot uit
oefening van menig nuttig bedrijf. Maar
hij kan ook een macht ten verderve
zijn, als hij aanzwelt tot een storm of
een orkaan. Zijn gangen zijn ons on
bekend. Wij weten niet vanwaar hij
komt of waar hij heengaat. Verschrik
kelijk is de verwoesting, die hij aan
richt, als hij zich buiten de maat ver
heft. Wij zien zijn kracht, als hij zware
boomen ontwortelt, steike huizen in een
puinhoop verandert. Tegen de storm is
niets bestand. Nu eens bevriezend, dan
weer verzengend strijkt hij over de
akkers, en doet de verwachting des
landmans in rook vergaan.
Ork het water is een zegen, onmis
baar voor mensch en dier. Zonaer water
kan niets groeien het doet h t zaad
ontkiemen en opwassen, het geeft
vruchtbaarheid aan den akker. Egypte
dankt zijn vruchtbaarheid aan de over
strooming van den Nijl. Door het water
wordt ook het onderling verkeer der
volken mogelijk. Maar hoe wordt ook
het water een macht tot verderf, als de
wind de baren üer zee opzweept en het
schip in den afgrond verzinkt, of als
het water der rivier zich uitstort over
de velden en alles in zijn verwoestende
vaart meesleurt. Hoevelen vonden in
het water hun graf, hoeveel schatten
zijn door het water verzwolgen.
Daarom is de wind het beeld van
vervolging en aanvechting; de vloed
van geweld en verwoesting.
Er zijn in dit leven stormen die ons
dreigen te verzwelgen. Hoe worden
wij geschud wat kan ons hart onrustig
zijn, zoodat we als heen en weer ge
slingerd worden, 't Gebeurt dat het
water tot aan de lippen komt, en de
ondergang nabij schijnt. Onze weg op
aarde is geen vlakke gebaande weg.
t Gaat langs afgronden, waarin één
misstap ons doet neerstorten. Dan weer
zijn het bergen van zorg en ondoor
waadbare rivieren die ons het voortgaan
onmogelijk maken. Van alle kanten komt
de vijand op ons af; als het eene leed
geleden is, komt weer een ander over
ons. En waar zullen we ons tegen dat
alles bergen De profeet zegt ons
Christus is een verberging tegen den
wind en een schuilplaats tegen den
vloed. Hij beschermt ons tegen onze
vijanden, zoodat ons geen leed geschiedt
zonder den wil des Vaders. Hij neemt
ons onder Zijn hoede, zoodat wij veilig
en geborgen zijn. Als de stormwind
opsteekt, grijpt Hij onze hand en be
waart ons voor bezwijken. Dat wij dan
onder al ons leed en smart de toevlucht
nemen tot Hem, die ons zeker niet be
schaamd zal maken. Nergens zijn wij
zoo veilig als onder de hoede van Jezus,
op wiens wenk de storm gaat liggen,
en die het water niet over de lippen
doet komen.
En nog veel meer is Hij een ver
berging, waar Gods toorn als een storm
wind en vloed op den zondaar aan
komt. Wij hebben te doen met God,
zoo heilig met God, onzen Schepper,
dien wij beleedigd hebben door onze
zonden; die wij op't hoogst vertoornd
hebben door onze ongehoorzaamheid.
Waar zullen wij schuilen tegen Zijn ont
zaglijken toorn, dat wij daaronder niet
vergaan Bij wien anders dan bij Jezus,
die met Zijn bloed voor de zonde heeft
betaald en daardoor Gou verzoend, die
gekomen is om de werken des duivels
te verbreken Bij Jezus, die Zijn ziel
gaf tot een rantsoen voor velen, den
kop der slang heeft vermorzeld en de
wereld overwonnen? Ons aanziende
in Christus, ziet God in ons geen zonde
meer, en toornt Hij niet meer op ons,
maar keert ons Zijn gunstrijk aangezicht
toe. IJdel zijn alle beschuldigingen, die
Satan tegen Gods uitverkorenen in
brengt. In een weg van recht wordt
Z;on verlost.
Als ons oog geopend wordt voor onze
schuld, dan is 't soms, alsof de vloed
van Gods toorn ons zal verzwelgen.
Maar welk een troostvolle wetenschap
er is een schuilplaats, waar de storm
ons niet deert en de vloed ons niet
bereiken kan. Die in Christus gelooft,
heeft zijn huis op een rotssteen ge
bouwd Er is voor hem geen verdoe
menis. Aan Gods recht is genoeggedaan.
Van dat volk, dat bij Jezus schuilt, zingt
de dichter
„De Heer verlost en spaart,
Zijn volk dat op Zijn hulp vertrouwt,
Het zal, door Hem ingunstbeschouwd,
Niet schuldig zijn verklaard."
Slot volgt).
De Amerikaansche Verkiezingen.
in de berichten over het Amerikaansche
alcoholverbod is van het begin af verzekerd,
dat dit bij verrading door de Volksvertegen»
woordiging was aangenomen, toen een groot
deel der kiezers toen ten tijde bestond er
nog geen vrouwenkiesrecht in Europa op
het slagveld was.
In aansluiting daarmee wordt tevens beweerd
dat de kiezers zich steeds meer en meer af»
keerig toonen van het Verbod, terwijl een
bekend professor Buttler in den aanvang
van dit jaar voospelde dat het binnen vijf
jaar zou zijn herroepen.
De feiten schijnen hiermee eenigszins in
tegenspraak.
Niet alleen dat het Huis van Afgevaardigden
en de Senaat, die het Verbod met zeer groote
meerderheid hadden aangenomen, gekozen
waren, voordat Amerika ten oorlog trok en
ook het later daarheen gezonden leger dus
meegestemd had, maar sedert zijn ze driemaal
hernieuwd, d.w z. het Huis van Afgevaardig»
den driemaal volledig, de Senaat telkens voor
V3. En het resultaat is steeds ongeveer hetzelfde.
Wat de laatste verkiezingen betreft, moesten
er 33 senatoren gekozen worden Daarbij is
slechts 1 tegenstander van het verbod gekozen.
4 verklaarden zich nu voorstanders, wat vroe»
ger niet geschied was, en de rest zijn alle
besliste voorstanders. De Senaat stelt dienten»
gevolge onder de 94 leden er zijn nog twee
vacatures 73 besliste voorstanders van het
Verbod.
Wat het Huis betreft, omtrent vijf leden
verkeert men nog in 't onzeker. Maar van de
rest zijn 319 voor en 111 tegen het Verbod.
De voorstanders zijn met 15 toegenomen en
niet zooals dezer dagen elders bericht werd,
met 40 afgenomen.
Opmerkelijk, dat van de 174 candidaten die
door de tegenstanders gesteld zijn, 82, dus
ruim 47 8 o gekozen zijn en van de 262 voor»
standers, die daartegenover stonden, 219 of
ruim 83
Acht candidaten, die door de verbodstegen»
standers aanbevolen waren, weigerden van die
zijde steun te ontvangen.
In Massachusetts, dat in 1922 een staatsver»
bodswet ter ondersteuning van de Volstead»
wet met groote meerderheid verwierp, verving
nu een voorstander van het verbod een te»
genstander, terwijl met de verkiezing een re»
ferendum over het verbod gepaard ging en
thans zich de meerderheid voor verklaarde.
Dergelijke feiten geven toch wel te denken
en doen de vraag stellen, of al die berichten
van mislukking enz. wel een juist beeld van
den toestand geven.
Het Brattsche steksel.
Op het congres te Scheveningen van de
tegenstanders van het alcoholverbod werd het
Zweedsche stelsel van drankverkoop, naar den
uitvinder Dr. Braat genoemd, uitvoerig be»
sproken en aanbevolen, zij het niet onverdeeld.
Dit stelsel houdt in een persoonlijke rant»
soeneering. Zeer onlangs verscheen de Zweed»
sche Statistiek omtrent den alcohol en zij geeft
voor de laatste drie jaren de volgende uit»
komsten
Verbruik per hoofd der, bevolking:
sterke drank
ad 50 wijn
1920/21 4 8 L. 0.48 L.
-1921/22 3.8 L. 0.40 L.
1922/23 3.9 L. 0.47 L.
belastbaar bier dunbier
1920/21 22.08 L. 12:7 L.
1921/22 19 35 L. 10.3 L.
1922/23 21 66 L. 11 1 L.
De openbare dronkenschap schijnt door dit
stelsel niet uitgeroeid te zijn. Integendeel,
tegen 25.673 processen»verbaal in het voorlaat»
ste jaar staan 30.137 in het laatste. Zij komen
bijna geheel ten laste van de steden. Immers
de 2407 plattelandsgemeenten, die slechts 300
gelegenheden voor verkoop van drank en wijn
hebben, wijzen een aanmerkelijke afname van
dronkenschap aan. Daar doet de Plaatselijke
Keuze haar blijkbaar niet noodlottige werking
gelden.
Opmerkelijk is dat ook het Brattsche stelsel
Zweden niet beveiligt voor den smokkelhandel,
dier er even welig tiert als in de verbodslan»
den Noorwegen en Finland
GezondheidsiKolonies.
Uitbreiding zonder kosten.
In de 9 koloniehuizen van het Centraal
Genootschap worden in 1924 rond 148000 ver»
pleegdagen gemaakt of 10500 meer dan in 1923.
In die huizen echter, als alle met betrekkelijk
geringe kosten tol winterverblijf zijn ingericht,
is in 1925 plaats voor het dubbele aantal. Zon»
der nieuw aanbouw kunnen dus 300.000 ver»
pleegdagen worden gemaakt
't Is bepaald merkwaardig en bedroevend
tevens, hoe halstarrig het Nederlandsche pu»
bliek vasthoudt aan zomeruitzending,
Het is aangetoond door tal van deskundigen,
het is bewezen door de ervaring, dat de re»
sultaten 's winters in geen enkel opzicht min»
der zijn dan de zomers. Het aantal gevallen
van epidemische en acute ziekten is 's winters
als regel geringer. Het is me niet duidelijk
waardoor, maar 't is een ervaring van jaren.
Wat een perspectief van bezuiniging 1
«Dezelfde huizen bruikbaar voor het dub»
bele aantal zwakke kinderen
Bovendien lagere verpleegkosten per dag
Ten slotte beter verpleging door de gelegen»
heid tot het verkrijgen van een volledig corps
geoefend personeel
Er is nog iets merkwaardigs in een cultuur»
staat als Nederland.
Het Centraal Genootschap verpleegt nn reeds
29 jaar.
Het heeft bijna 300 afdeelingen.
In 800 gemeenten worden behoudens hier
en daar enkele door onze zustervereenigingen,
geen kinderen uitgezonden.
De uiterst gemakkelijke manier om door
aansluiting bij een in 't binnen» en buitenland
gewaardeerde organisatie, kinderen te verple»
gen, wordt nagelaten door ruim van het
aantal Nederlandsche gemeenten.
't Is beschamend
-Qualitatief, ja, staat ons land aan de spits.
Quantitatief hebben we ons de laatste jaren
bijv. door België ver laten overvleugelen.
Vele zwakke kinderen worden uitgezonden.
Hun aantal verdwijnt echter ,iaast in het
niet, vergeleken bij de velen, die de kuur
no.odig hebben.
Een schitterend en goedkoop middel om
door zorg, voor de jeugd de volkskracht te
verhoogen, blijft onbenut.
Een machtig wapen in den strijd tegen de
tuberculose blijft ongebruikt.
Het Centraal Genootschap kan kan zich ein»
delijk weer eens onbelemmerd uitbreiden.
Door de bouw van 2 nieuwe huizen, waar»
van één een model»herstelbngsoord wordt voor
de zwaksten, door de gelegenheid om het
heele jaar door te verplegen, kan het Centraal
Genootschap op de dubbele capaciteit worden
gebracht.
Artsen, huisbezoeksters, verpleegsters, on»
derwijzers en allen, die het belang van het
kind ter harte gaat, span U eens in om in
één winter Nederland de plaats te geven, die
het toekomt.
Alle inlichtingen over verpleging, oprich»
ting van een atdeeling, propoganda worden
steeds gaarne verstrekt door
A. C. BOS.
Egmond aan Zee, December 1924.
Mijnhardt's Borsthoningsiroop f 0.60
Mijnhardt's Thijmsiroop f 0.75
Angassiroop (ook bij Kinkhoest f 1.75
Bij Apothekers en Drogisten.
Per groote pot van 20 gram 50 cent. Alom verkrijgbaar!
Potten v. 50 gr. f 1.100 gr. f 1.75 nog voordeeliger.
Belasting, schoolgeld en nog wat.
Het Pr. Dagbl. schrijft
Schoolgeld is tegenwoordig belasting.
Tenminste, zoo iets in dien geest.
En evenmin als iemand graag méér belasting
betaalt, dan hij eigenlijk zou behoeven te
doen als alles naar 't hoogste recht ging, even»
min betaalt hij graag te veel schoolgeld.
Nu wordt juist over dat schoolgeld nogal
eens gemopperd in den laatsten tijd.
Er bestaan ook zonderlinge toestanden.
Vooral ook op het platteland.
Velen kennen en noemen voorbeelden.
Zelfs in meer dan een Gemeenteraad kwa»
men deze dingen ter sprake, zonder dat men
er veel meer aan kon doen, dan er de aan»
dacht op te vestigen.
Nu heeft een blijkbaar deskundige inzen»
der, wiens stuk de redactie van de »Rott.« in
eigen kolommen met een »Men schrijft ons«
inleidt, over deze dingen heel wat geschreven,
dat ook onder ons van mond tot mond nogal
vaak wordt gezégd,
Daarom nemen we dit stuk hier over
In het voorloopig verslag der Tweede Ka»
mer betreffende de begrooting van Onderwijs
troffen wij de volgende passage aan
»Andere leden merkten op, dat kapitaal»
krachtige ouders, die gedurende een enkel jaar
geen inkomstenbelasting hebben betaald, om»
dat er in hun bedrijf gedurende eenigen tijd
geen winst was gemaakt, op dien grond ook
geen schoolgeld betalen. Indien zij ondanks
die winstderving toch hun levensstandaard
kunnen handhaven, kan dit aanstoot geven
en wordt aan de overheidskas een zeker bedrag
onthouden. Deze leden verlangden daarom
vrijheid voor de gemeentebesturen om een
anderen grondslag voor de schoolgeldheffing
aan te wijzen.
Het is naar aanleiding daarvan, dat ook
wij meenen nogmaals de aandacht van de
Regeering er Kamerleden te moeten vestigen
op een ergerlijken misstand in onze belasting»
wetgeving, wat betreft rijks» en gemeentelijke
inkomstenbelasting en de daaraan tegen»
woordig vastgekoopelde; schoolgeldheffing.
Reeds hebben tal van gemeentebesturen
geadresseerd bij den minister of de Kamer,
om aan den misstand, dien wij op het oog
hebben, een einde te maken.
In de eerste en voornaamste plaats schijnt
het zooals gezegd met onze belasting»
wetgeving niet »in den haak« te zijn, tot
groote schade van den rijks» en gemeentelijken
fiscus en van hen, die hun vaak sober in»
komen naar waarheid en billijkheid opgeven.
Wat toch is h^t geval
Tal van personen, ten plattelande vaak
de meest gesitueerde boeren, betalen de laat»
ste jaren geen cent belasting.
»ja maar«, hoor ik mij tegenwerpen, »als
die menschen nu inderdaad ook geen in»
komen over een zeker dienstjaar gehad heb»
ben, kan men ze toch ook niet aanslaan«
Daartegen zouden we twee bedenkingen
willen aanvoeren.
Ten eerste Hier zou wetswijziging uit»
komst kunnen brengen, door de aanslagen
te berekenen over h.v 't gemiddelde van
de laatste drie jareniets wat de meeste
plattelandsgemeenten voorheen ook deden
en wat in de praktijk uitstekend voldoet.
En dan ten tweedeIs men er wel zoo
zeker van dat tal van ingezeten die nu vrij
gesteld worden van belasting, inderdaad
geen inkomen gehad hebben Wij vermoe»
den dat de belastingambtenaren en vaak de
mededorpelingen of wel de buren van die
vrijgestelden daar anders over denken Schrij»
ver dezes zijn dienaangaande frappante en
tevens ergerlijke staaltjes bekend.
Natuurlijk de eerlijke niet te na gespro»
ken, die keuren dat evengoed af als wij
maar Men heeft een zekere catego-ie, van onze
blastingbetalers totaal gedwongen te gaan
boekhouden een categorie die nu eenmaal
in doorsnee van boekhouden niets afweet
of af wil weten.
We bedoelen onze landbouwers
Welnumen heeft het hen gemakkelijk
gemaakt en zij hebben zich aangesloten bij
accountantsbureaux die knappen het zaakje
wel op.
Daarover nu boort men vaak rare noten
kraken natuurlijk weer »de goeden niet te
na gesproken«.
Een feit, en niet tegen te spreken is, dat
vele menschen een stand voeren waarvan
men verbaasd staatin hun partikuliere leven
absoluut niet bezuinigen (wel het tegendeel)
zich geen enkel genoegen ontzeggen, zich
allerlei luxe permitteeren, maar geen
cent belasting of schoolgeld betalen.
Schrijver dezes is een geval bekend van
iemand, die verleden jaar geacht werd geen
belasting te kunnen betalen (vorige jaren
betaalde hij eenige duizenden!) en die zich
in datzelfde jaar dat hij geen belasting kon
betalen, toch de luxe permitteerde een mooie
nieuwe auto (natuurlijk geen Ford en een
motorfiets aan te schaffen
Dat gaat blijkbaar tegenwoordig. Welnu,
daarvan zeggen wij »het most niet magge«
Het eenige middel hiertegen is dat de
minister van financiën maar niet bezuinigt
op het getal zijner accountants, en er maar
wat nieuwe bij benoemt.
Die kosten zullen zeker meer dan ver»
goed worden en we durven wel voorspellen,
dat dit een goede, rendabele, productieve
uitgaaf zal zijn.
Het is toch een bekend feit, dat deze
misstand zich niet hier of daar plaatselijk,
maar over het geheele land voordoet.
Wij onderschrijven volkomen de meening
van een deskundige, die te dezer zake on»
langs de volgende opmerking maakteWan»
neer iedereen inderdaad belasting betaalde
van zijn werkelijk inkomen dan zou de belas»
ting veel lager zijn®. Want men verlieze
toch vooral niet uit het oog, dat al wat
ontdoken wordt, door den eerlijken belas»
tingbetaler moet worden bijbetaald.
Te onzaliger ure is aan den aanslag in
de rijksinkomstenbelasting het schoolgeld
vastgekoppeld. Dit nu geeft aanleiding tot
de gekste en zotste praktijken. Mijnheer A
is groot-adustrieel, groot=landbouwer, fabri»
kant of wat ook.
Hij heeft in een bepaald jaar geen in»
komen gehad, of hij heeft dit aannemelijk
weten te maken. Wat ziet men nu vaak:
hij voert zijn ouden stand leeft als voor»
heen en betaalt als voorheen, behalve be»
lasting en schoolgeld. Geniet zoonlief
middefbaar of hooger onderwijs, dan krijgt