N
usr
ISA'S
[1I8E0ER
Antirevolutionair
Orgaan
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsehe Eilanden.
IN HOG SIGNO VINCES
Uitslag
No. 3030
ZATERDAG 5 JULI 1924
39STE JAARGANG
fksland
WEG
otterdam
Op den Uitkijk.
rrage aan
ien Dordrecht
Hoopers gevraagd
W. BOEKHOVEN ZONEN
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers.
Sommelsdijk
EERSTE BLAD.
Verre Tonen.
233 Klooster-balsem
li.
T<
|XE AUTO
ien ZEER
iden.
aelmatig .Opfok»
bor Uw kuikens
Ien.
|lechts éénmaal
It overtuigd
lie gevonden te
I 5 K.G. 2'/2 K.G.
2.- 1.05
190 1.-
1.50 0.80
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 cent bij vooruitbetaling.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS
S O M1V1 E L S D I J K
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING lOcent per regel.
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.- per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
lissen en
ltbering.
KITNER
kgebond
vinden.
|te blad»
stellen
I gebruik
laan het
>N!
Ex.
It hierbij
W
10728
juk aantrok met
ezweek ze voor
vleesch en de
jp het toch be»
ot den Christus
'ven behee'rscht.
dat er een ma»
omen wasdat
hart het zocht
»t h ij de sterkste
huwelijksleven
heerschten.
afdwalingen,
te en het vorm
haar niets meer
volk ontweek
op de plaatsen
ijn indien niet
ook voor haar
niet ophouden
haar ontmoette,
n zij met volle
and van 'tgraf.
maar wél den
inover zich zag
Jitmat.tot»
a zielenood het
k«De Heere
eere schelde u.
yen geweest
ven geworden,
vrije gunst al»
Zonde« sleepte
ïsche leven mee
le« bleef bitter
"dt vervolgd).
I
Héél ver weg hoorde mijn oor de
krijgstrompet.
Héél in de verte en men moest er
een geoefend oor voor hebben, want
we zijn nog ver van de Junimaand '25
afmaar toch onderscheidde ik enkele
tonen van de „roode" stembusmarsch.
Reeds eerder had ik die gehoord.
Op 't Congres van de S. D. A. P.
Toen Schaper al heel duidelijk liet
merken, dat de S. D. A. P., die nu
vijf en twintig jaar lang in de oppositie
is geweest, nu ook weieens als regee-
'ets *e ze§gen krijgen wou.
Alleen haalt ze dat nooit.
't Moet gaan met anderen saam.
Daar zijn twee wegen op.
De S. D. A. P. kan probeeren, of ze
-de leiding kan krijgen van de gansche
Linkerzijde
Neen, lach daar niet te hard om
Ik weet, waar men aan denkt
De S. D. A. P. en de Vrijheids
bond
En ik geef dadelijk toe: die twee
staan een reusachtig eind van elkaar
af en er moet heel wat gebeuren, eer
ook de „Vrijheidsbond" in een linksche
regeeringscoalatie kwam.
Maar ik noem het niet onmogelijk.
Zij 't op een zéér beperkt program.
Op de manier als Hertzog 't met de
Arbeiderspartij in Z. Afrika probeeren
wil, zóii hetwellicht
kunnen bij ons tusschen de „Vrijheids-
*>nd" en de S. D. A. P. In de politiek
zijn weinig dingen nu bepaald onmo
gelijk. En dat komt niet daarvandaan,
dat de politiek „vuil" zou zijn, maar
wijl 't in de politiek gaat om te ver
krijgen hetgeen bruikbaar is.
Zeg niet te gauwonmogelijk
Laten we eikaars geheugen eens op-
visschen.
Er was een tijd dat de leuze en
politieke eisch van Staatspensioneering
alléén gesteld werd door de S. D. A. P.
Zelfs onder de vrijzinnig-democraten
vond men er die er scherp en fel tegen
over gingen.
En wat heeft men toen gezien
Dat die eisch, links, al maar verder
opkroop, den een na den ander voor,
tot men gerust zeggen kon, dat het
vrijwel een leuze voor de gansche Linker
zijde geworden was.
De S. D. A. P. won de positie.
En plantte er haar vlag.
Met het „algemeen stemrecht is 't
precies net zoo gegaan.
Eerst de S. D. A. P. alléén.
Steeds meerderen gaven zich ge
wonnen.
Tot in 't eind de gansche Linker
zijde achter de banier van het „alle-
;mansstemrecht" liep
Weer won de S. D. A. P. den voor
gang-
En zij gaf den weg aan.
Dat is in 't verleden geschied.
Nog in deze, twintigste eeuw
Wij hebben het allen gezien
-En daarom zeg ik, ook nu niet, dar
een politieke samenwerking tusschen
de Linkerzijde onmogelijk is. 't Hangt
er wel van af, hoe dezen herfst en
winter de zaken zich ontwikkelen.
Op dit oogenblik ziet 't er niet naar
.uit.
Maar 't kan snel veranderen.
En de gegeven voorbeelden doen zien,
hoe snel en radicaal iets in politiek
veranderen kan.
We móéten er mee rekenen.
Wat ik beweer is dit
Men moet met de mogelijkheid van
een aaneengesloten Linkerzijde, waarin
de S. D. A. P. als grootste partij vooraan
staat, rekening houden.
Verder kom ik in geen geval.
'k Zeg allerminst, dat het gebeuren
zal.
Integendeel geloof ik, dat de S. D.
A. P. veel meer uitziet naar een „demo
cratische" dan naar een „linksche'
meerderheid, waarin zij de leiding
hebben zou, maar nogeenshet kan
snel veranderen in de politiek
En daarom zeg ik: rekening houden.
Twee opmerkingen passen zich hier
nrg bij aan.
Ten eerste, dat men steeds moet reke
ning houden met den sterken geeste
lijken band, die al wat Links staat,
tenslotte verbindt, zooals dat onlangs
in de Tweede Kamer bij de bespre
kingen over de Statuten van de „Dage
raad" nog zoo duidelijk bleek.
Gansch Links trok één lijn.
Van goddelijk gezag en zeggenschap
wilde daar niemand wetenGerhard
niet, maar ook Dresselhuis niet.
Dat zit nog steeds net als altijd.
En als dan op den juisten tijd het
vuur van het anti-clericalisme wat aan
geblazen wordt, ochdan weet men
van te -voren, niet, wie er op de poli
tieke macht arm-in-arm uit wandelen
gaan
Onderwijs, Armenzorg, Huwelijks
wetgeving, ziedaar al drie groote
onderwerpen tot samenstelling van een
program-van-Links.
Maar nogeen te voorspellen is hier
niets.
Er is nóg een opmerking.
Als er nu één punt is,' waarop men
zou mogen verwachten, dat tenminste
de „Vrijheidsbond" onze Regeering
steunen zou, dan is 't de Defensie
's Lands verdediging.
Maar zelfs dat gebeurt niet
Nog onlangs in de Eerste Kamer
was 't een zóéken, hoe men toch met
goed fatsoen, in aansluiting met al wat
Links staat, zou kunnen tegenstemmen.
En eindelijk vond men wat.
Ja, zelfs werd van die zijde verklaart
Als Denemarken eens werkelijk tot ont
wapening overging, dan zou dit op óns
(„Vrijheidsbonden") een diepen indruk
maken
Neemt men nu daarbij in aanmerking,
dat de socialisten wel als eisch stellen
„Ontwapening", doch reeds duidelijk
verklaarden dat dit zoomaar in eens
niet gaat, dan- is het zelfs niet on
denkbaar, dat óók inzake de Defensie
de gansche Linkerzijde tot een regee-
ringsaccoord kwam.
Nogeens, 't ziet er niet naar uit.
Maar 't kan gauw verkeeren.
En dan is de mogelijkheid van een
„Links accoord" niet uitgesloten daar
wilden we ditmaal alvast op wijzen.
~'J' De hulp des Heeren.
Op 6 Augs. denkt men te Middelburg als
de Koningin er is, om mee te gedenken den
overgang der stad naar 's Prinsen zijde, vóór
350 jaar, tegenover 't beroemde Stadhuis een
«openluchtspel» te houden, waarvoor de be»
kende dichter B o u f en s, de coupletten schreef.
Hij kweet zich goed van die taak.
Natuurlijk heeft 't grootendeels slechts tij»
delijke waarde, maar één koraal vonden we
er bij, dat we gaarne onder de oogen onzer
lezers willen brengen.
't Is waard, dat het blijvend in onzen chris»
telijken liederenschat wordt opgenomen
Nog is er niets beslecht!
Die onze zaak en alle ding berecht,
Hij volgt Zijn eigen tijden.
Als elke hoop vervlogen is,
Als menschenhulp van geen vermogen is,
Dan treedt Hij tusschenbeiden
Niet slechts was dit de ervaring van onze
vaderen in den Spaanschen vrijheidskrijg,
maar het is immers de levenservaring van zoo
menig Christen van alle-tijden geweest:
Bij menschen was geen hulp of uitkomst
meer
Tóén hielp de Heer 1
Zulke verzen kunnen we altijd gebruik en
moge het daarom niet verloren gaan
Nadruk verbodea,
't Is gebeurd »ergens« in ons land.
En nog niet zoo heel lang geleden.
't Was en is daar een welvarende landbouw»
streek en ja, om den landbouw beweegt zich
alleshandel en industrie die er nog gevon»
den worden zijn ook op den landbouw ge»
fondeerd.
'n Streek voor bloeiende landbouwvereeni»
gingen.
Die er dan, meen ik, oqk zijn.
En dat in zulk een streek, vooral wanneer
't eenige jaren niet zoo geweest is, de gedachte
aan een flinke landbouwtentoonstelling- op»
komt, verwondert niemand.
Dit wat het stoffelijk leven betreft.
Wat het geestelijk leven betreft
»Rechts« en »Links« staan er scherp tegen»
over elkaar.
Men is modern öf gereformeerd.
Tusschen vorm is er niet veel.
Wat de g e t a Leerhouding betreft, vormt
»rechts« een sterke minderheid, maar heeft
»links« onbetwistbaar de overhand Toch ook
weer niet zóó, dat »links« de minderheid ver»
onachtzamen kan, wijl er dan aan 't geheel
een te groot deel ontbreken zou.
Nu zaten in de vereenigingen en collegiën,
van welke de tentoonstelling uitgaan zou, of
die er in elk geval aan zouden meedoen, of
er voor goedspreken zouden, vogels van zeer
verschillende plumage.
RecIame-SVIededeelingen.
40 cent per regei.
kunt Gij spoedig en zeker genezen
door de aangetaste plekken iederen
avond te behandelen met AKKER's
Daar zwijg ik ditmaal over.
Maar een feit is, dat »onze« landbouw»
menschen niet in onder»afdeelingen van een
eigen Chr. Boerenbond vereenigd waren,
christelijk boerenbondsleven kent men er
niet. Op dat punt zijn de roomschen ons ver
vóór. En de roomsch»christelijke boerenbon»
den hebben daardoor heel wat meer bij de
Regeering in te brengen dan de calvinistische
«boerderij«.
Doch ook dat blijve rusten.
Hier wilde ik maar op komen
Door dat alléén zitten in »neutrale« bon»
den en het niet ook georganiseerd zijn op
eigen erf, stonden »onze« boeren van den
aanvang af zwak.
Ze konden slechts spreken »elk voor zich«
temidden der tegenstanders en hadden niet
een eigen, vrij terrein, waarop ze zich met el»
kander en ónder elkaar konden beraden over
de aan te nemen houding.
Toch was 't begin wel goed.
Toen de bizonderheden der tentoonstelling
ter sprake kwamen, was 't eerste, waar onze
mannen voor opkwamen, dat ze op Zondag
zou gesloten zijn.
En dat niet alleen om Zondags rust.
Maar ook om Zondags heiliging.
Zij gaven gaarne toe, dat de »overzijde«
geenerlei bezwaar tegen Zondagsopening had,
maar zij stelden daar tei enover, dat de eisch
van Zondagssluiting voor hen niet een gril
was, maar door het beginsel gevorderd werd
en op grond van het beginsel vroegen zij, dat
men met hun bezwaar rekenen zou en hen
niet zou laten medewerken tot iets, dat ze
met hun consciëntie en den Woorde Gods
niet in overeenstemming konden brengen.
Eerst maakte dit eenigen indruk.
Men zou zich nogeens beraden.
Maar 't slot van de zaak was, dat de plannen
werden doorgezet en de Tentoonstelling ook
op Zondag zou geopend zijn.
Van de «overzijde» te begrijpen.
Die ként onze bezwaren niet.
En in een dergelijke zaak gaat ze alléén voor
zulke bezwaren uit den weg, als ze denkt, dat
anders de zaak te veel schade zal lijden, maar
om geen andere reden, want ons standpunt
vindt ze bespottelijk, onze Houding belachelijk
en onze opvatting bekrompen.
Maar n u werd het voor ons beschamend.
Een deel der onzen, helaas 1 niet eens zulk
een groot deelzeide kloek en fier«Dan
kunnen, willen noch mogen wij met die ten»
toonstelling ook maar eenige gemeenschap
hebben niet inzenden en niet bezoeken
zij onze gedragslijn
En dezen hielden zich ook daaraan.
Maar vele anderen deden zoo niet.
«Wij hebben gedaan wat we konden zei»
den ze. Wij hebben getuigd en geprotesteerd 1
Het heeft ons niet mogen baten. Maar nu is
de verantwoordelijkheid ook van ons af en
rust op degenen, die het hebben doorgedreven.
Wij dénken er natuurlijk niet aan om op
Zondag ook maar eenige gemeenschap met
die tentoonstelling'te hebben. Maar in de week
is 't wat anders. Op zichzelf is zij volkomen
geoorloofd en dus gaan tvij er gerust heen
En nu moet men dit goed verstaan.
Niet dadelijk komen met de vraagMócht
dit dan niet Was het dan zónde En waarin
school dan het kwaad?
Och, ik geef dadelijk toe dat geen kerkeraad
reden had om wie door de week zulk een
tentoonstelling bezocht, of ook wie er een
inzending heenzond, te brengen onder ker»
kelijke censuur.
Ja, ik wil nog verder gaan.
Ik wil toegeven, dat het inzenden naar en
bezoeken van deze Tentoonstelling valt onder
de «middelmatige zaken«, waarover tenslotte
elk in zijn gemoed ten volle verzekerd zij en
waarom we elkaar niet den broedernaam of
de broederhand zullen weigeren.
Maar dat is ook het uiterste.
Als ik d i t toegegeven heb
Dan houd ik ook staandeDie broeders
namen in deze «middelmatige zaak« onder de
gegeven omstandigheden en na hetgeen
was voorafgegaan een betreurenswaardig
besluit, dat onze positie aanmerkelijk moet
hebben verzwakt en waardoor de eere Gods,
zacht gezegd, niet bevorderd is.
Wat moest de tegenstander denken
Wat werd hardop door hem gezegd
Wel, dat het dan toch met die zoo ernstig
lijkende godsdienstige bezwaren niet zoo'n
vaart liep Dat dit minder ver strekte, dan 't
eerst wel leek. Want als eerst de »bezwaren«
maar behoorlijk genotuleerd waren, dan deden
de bezwaarden verder alles mee, aisof er niets
gebeurd ware, 't was een goede les in 't
vervolg, men wist nu hoe zwaar 't geen uit
dien hoek kwam, in gewicht genoteerd kon
worden.
En nu weet ik b.v. zeer goed
Als ik op reis ga, maak ik gebruik van spoor
en boot, die ook op Zondag vervoeren iK
bezoek b.v. musea, die ook op Zondag open
zijn; de kinders koopen bij 'n IJsco, die ook
op Zondag rijdt, enz. enz.
Maar dat is toch niet hetzelfde.
Hier was een opzettelijke weigering, 'n bruusk
en welbewust negeeren van Gods gebod voor»
afgegaan hier was een beroep op Gods Wet
plomp afgewezen, daartegenover was de
houding van velen der onzen jammerlijk slap.
Niet tegenover 't feit, dat w ij «onzen ^in«
niet gekregen hadden, doch tegenover ditan»
dere, dat men zich met opzet had schrap ge»
zet tegenover Gods Woord.
Nu staat dit feit niet alleen.
Anders zou ik er niet, ietwat inden breede
de aandacht aan geschonken hebben.
Er is in onze calvinistische levenspractijk
een zekere verslapping ingeslopen, wel»
ke als ze niet overwonnen wordt, ons meer
kwaad dreigt te doen, dan al de vijandschap
onzer tegenstanders ooit heeft gedaan"
Ik moest onwillekeurig denken aan watze»
ker wel vijf en twintig jaar geleden de oude
heer Boissevain in een «Van dag tot dag« in
het «Handelsblad» eens heeft verteld.
Het was zomer, net als nu.
En op een Zondagmorgen was hij uit Am»
sterdam weggefietst naar Het Gooi.
Daar kwam hij bij een tol.
Stapte af en wilde betalen, maar kon zijn
geld niet kwijt.
Er was niemand om 't aan te nemen.
Hij vond dit zoo vreemd, dat hij tegenover
den tol wat in 't gras ging zitten rusten en
zag hoe er in korten tijd tientallen fietsers
ongehinderd door den tol gingen, dat moes»
ten er op één dag ettelijke honderden zijn.
En niet één betaalde tol.
En toen Boissevain, die 't naadje van de
kous weten wou, es bij de buren ging infor»
meeren, ervoer hij dat de tol gepacht was
door een «afgescheidene», die 's Zondags met
zijn familie tweemaal ter Kerk ging, maar geen
cent aan de tol verdienen wilde.
Let er op 't Was alles verlies.
De pacht stond nu eenmaal vast.
De man verloor dus niet zeker procent
van de Zondags»opbrengst, maar al wat hij
dien dag derven moest, was louter verlies
en de Zondag was verreweg de beste dag.
Boissevain werd er stil van.
En enkele dagen later schreef hij, zonder
naam of aanduiding in zijn krant over 't ge»
val en sprak bewonderend van het «onver»
valscht calvinisme», dat van geen accoordje
weten wilde en dat eenmaal «de ruggegraat
van oud=Holland» was geweest
Stel eeps, die tolbaas had den t o 1 voor
den Zondag eens in onderpacht gegeven
aan iemand, die géén consciëntiebezwaar had
maar neen dat wilde hij juist n i e thij wilde
nu eenmaal geenerlei gemeenschap, welke ook,
hebben met de ontheiliging van 's Heeren
Daghij wilde er wel schade voor lijden
maar geen Voordeel uit trekken.
Nu zou ik »toepassing« kunnen maken.
Maar elk doe dit voor zichzelf.
En men meene vooral niet, dat ik nu al»
leen de Zondagsviering op het oog heb.
De verslapping dringt in alles door.
Onze crisis»tijd, zegt men, heeft daar veel
kwaads in gedaan.
Er was toen zoo honderderlei gelegenheid,
om zich vooruit te werken in de wereld, zon»
der bepaald tot schurkenstreken te vervallen,
als men maar niet een al te eng geweten had.
»Men« zegt, dat toen menig geweten zich zoo
heeft uitgezet, dat de rek er wat uitgeraakt
is, zoodat er nu al heel wat gebeuren moet,
eer het even trekken gaat.
Gaat het beslist om zonde, dan werkt het
nog.
Maar juist bij zoo tal van middelmatige din»
gen, dan is de veerkracht verslapt, zoo niet
verlamd.
Laten we ons zelf nauw onderzoeken
Niet doen b.v. als de vader, die zijn zoon
bestrafte, omdat hij op Zondag een overge»
schoten thema zat te maken en die even later
de krant openvouwde en mopperde over de
koersen, gister op de Beurs
En vooral, géén farizeesche werkheilig»
heid!
Dringen we door tot den wortel.
Is maar de vreeze Gods voor onze
oogen en in ons hart en heeft die, krijgt die
steeds meer de overhand, dan zal vanzelf ook
in al wat »middelmatig« is niet gevraagd
worden, wat w ij nu wel graag zouden willen,
doch op welke wijze nu de eere Gods hef
meest kan bevorderd worden.
Ook al kost het ons opoffering.
Al moeten w ij 'dan weieens een «mooie
kans« laten voorbijgaan
Want dan is het maar 'naardsche kans.
Die we, zeer zeker niet klein achten.
Doch die niet te waardeeren is tegen de
kans, dat onze Heere Jezus Christus zelf zeg»
gen zal, dat ons »genade« 1 —loon groot
zal zijn in de hemelen. Als daarheen ons ja»
gen is, dan zien we de «middelmatige dingen«
van dit aardsche leven ook in het juiste licht.
UITKIJK.
Art. 123 H. H.
Het lijkt alsof de S. G. P. begeerig
wordt om, op het voetspoor van ande
ren, op stembuswinsten, die het anti
papisme belooft, te gaan speculeeren.
Dit artikel, dat, naar zijn opschrift te
oordeelen, een duidelijke uiteenzetting
van de kwestie „Art 123 R. R." zou
geven, is in zijn gansche betoog, van
begin tot einde, een bangmakerij voor
„het Roomsche gevaar" en met de klaar
blijkelijke bedoeling om dat gevaar niet
van Rome zelf uit te bezien, maar het
toe te schrijven aan de politiek, welke
de A.-R. Partij voert. Dus om niet
de R.-K., maar in de eerste plaats de
A.-R. te bestrijden.
We hebben er niet het allergeringste
tegen, maar dan niet met onware
en tendentieuze voorstellingen, als het
U belieft!
Moet inderdaad het anti-papisme op
geld gaan doen bij de S. G. partij
Zijn de wapenen van vrouwenkiesrecht,
verplichte verzekering, vaccinedwang,
stemplicht, dan reeds stomp geworden
Ook bij den leider dier partij, Ds. Ker
sten, zelf is Rome in den laatsten tijd
schering en inslag. Zoo heeft hij bij het
jongste onderwijsdebat in de Tweede
Kamer in zijn overigens veelzins uit
nemende rede gezegd „De financi-
eele gelijkstelling heeft mijns inziens
geen voordeel gebracht aan de Chris
telijke scholen, kost de .schatkist milli-
oenen enleidt tol bevoorrechting
van een deel van ons volk, dat krach
tens onze historie daarop geen aanspraak
zou kunnen maken." We kunnen ons
levendig voorstellen, dat men bij de
groote massa, die zoo het heet
alleen naar beginselen vraagt en de prak
tische mogelijkheden kortweg aan haar
laarzen lapt, met dergelijke uitspraken
succes heeftdat ze van dit in-de-hand-
werken van het Roomsche gevaar aan
stonds omvalt. Maar wat we niet be
grijpen kunnen Dat een man, die in
de dagelijksche praktijk moet medewer
ken aan de practische staatkunde, zich
met dergelijke phrasen vermeien kan.
Laat Ds. Kersten nu eens heel eenvou
dig vertellen, of hij het inderdaad mo
gelijk acht een schoolwet te maken,
waarbij de Roomsch-Katholieken zullen
uitgesloten zijn van de financieele gelijk
stelling voor het onderwijs van hunne
kinderen. Of als hij zegtik wil ook
dieheele „financieele gelijkstelling" niet!
of hij dan weer terug wil keeren tot
de bevoorrechte positie der „neutrale"
-pi,Tij: 04-