voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsehe Eilanden.
Hoor Öe» Jlonftaq
Antirevolutionair
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
Drie Bladen.
No. 3010
ZATERDAG 26SAPRIL 1924
39STE JAARGANG
TWEEDE BLAD.
Gemeenteraad.
W. BOEKHOVEN ZONEN
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers
Dit nummer bestaat uit
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 cent bij vooruitbetaling.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel.
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.- per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
xwi yL«
LUKAS 24 34b.
»En is van Simon gezien.
Wanneer de Engel aan de vrouwen,
die naar het graf van Jezus zijn uitge
gaan, de boodschap brengt: „Hij is
hier niet, want Hij is opgestaan," dan
voegt hij er het bevel bij, aan de dis
cipelen te verkondigen, dat Jezus hun
voorgaat naar Galilea, alwaar zij hem
zien zullen. Markus zegt, hoe de Engel
haar opdraagt deze boodschap met na
me aan Petrus te brengen „Doch gaat
heen, zegt Zijn discipelen en Petrus
dat Hij u voorgaat naar Galilea". Ja
veel meer, aan Petrus is Jezus kort
daarop afzonderlijk verschenen. Werd
hij met name genoemd, de Heiland
heeft hem ook bevoorrecht boven zijn
medediscipelen, door Zich het eerst aan
hem te vertoonen. Als de Emmaüsgan
gers, na Jezus gezien te hebben, in den
discipelkring te Jeruzalem terugkeeren,
dan worden zij begroet met den juich
kreet: „De Heere is waarlijk opgestaan
en is van Simon gezien."
Deze verschijning viel aan Petrus
alleen ten deel op den eersten dag der
opstanding. Slechts met een enkel woord
wordt daarvan gesproken. Nog eenmaal
wordt ze met even weinige woorden
vermeld in 1 Cor. 15 5, waar de apos-
:nel zegt: „en dat Hij is van Cefasge
zien". Hoe Jezus verschenen is en wat
er verhandeld is, wordt niet gezegd. Er
is echter reden voor zulk eene korte
vermelding. Wij zien daarin 's Heeren
verschoonende liefde, en hoe wijs hij
met de Zijnen handelt. Tusschen Jezus
en Petrus is eene zaak afgehandeld, die
niet voor openbaarmaking geschikt was.
Maar al wordt ons alleen het feit der
verschijning medegedeeld, als wij ons
herinneren, wat er met Petrus geschied
is, valt het niet zoo moeilijk na te gaan,
wat er tusschen hem en Jezus verhan
deld is.
Het is aan een gevallen, een zeer
diep gevallen discipel, dat de Heiland
zich openbaart. Gij weet, wat enkele
dagen geleden in de zaal van Cajafas
heeft plaats gehad. Daar heeft Petrus
zijn gesmaden Heiland verloochend, tot
driemalen toe, onder eede, met vervloe
king van zich zeiven. Hij, die nog even
te voren betuigd had nimmermeer geër
gerd te zullen worden, al werden ookallen
aan Jezus geërgerd, ja Hem geenszins te
zullen verloochenen al moest hij ook met
Hem sterven. Neen, dat was hem nog niet
uit de gedachten geweest. Overal zag
hij dien blik van Jezus met Zijn zacht
verwijt. Bitterlijk had hij geweend, en
nog waren zijne tranen niet gedroogd.
Ach, kon hij zijn Heiland nog eens zien
om in schuldbelijdenis het hart voor
Hem uit te storten en van Zijne lippen
te vernemen, dat hem zijne zonde ver
geven was. Zijn ziel bezwijkt haast van
verlangen, om zijn beleedigden Heiland
te ontmoeten.
Kan het ons dan verwonderen, dat
Jezus zich allereerst aan hem openbaart?
Eerder dan aan Jacobus of Johannes
ol een der andere discipelen Petrus
had Hem het meest noodig. Niemand
was zoo diep gevallen. Wel hadden zij
Hem allen verlaten, maar alleen Petrus
had Hem verloochend. Geen smart was
mj de zijne te vergelijken. Daarom is
Jezus tot hem gekomen, om het schrei
end en tot Hem zuchtend hart te troos
ten met de verzekering, dat Hij niet
verandert en Zijn trouw niet kan te niet
gedaan worden door 's menschen on
trouw.
Hoe ontdekken wij hier de voorko
mende en opzoekende liefde van Jezus,
welke zich bij voorkeur uitstrekt tot
het diepst gevallene. Hij zoekt eerst
den schuldigste, den ellendigste, die
Hem 't minst kan missen. Hij is die
Herder, die de negen en negentig scha
pen in de woestijn verlaat, om het af
gedwaalde schaap te zoeken en terug te
brengen. Aan het verst afgedwaalde
wordt de meeste zorg besteed.
Welk een troost ligt daarin voor een
ieder, die aan zijn zonden werd ontdekt,
welk een troost ook voor den afge-
dwaalden discipel, die vraagtwil Je
zus met mij, ontrouwe, nog te doen
hebben? O, verstaat ge, hoe zwaar en
hoe lang ge tegen God overtreden hebt?
Zijt ge, uit den slaap der zonde ont
waakt, met eene hartelijke droefheid
naar God vervuld Of wel zijt ge als
Petrus, een ver afgedwaalde discipel?
Zijt ge~ soms Jezus ontrouw geworden
Hebt ge Hem verloochend voor de
menschen Hebt ge weken, maanden,
ver van uw God geleefd op schadelijke
wegen En zegt ge o, ais er iemand
Jezus noodig heeft, dan ben ik het
O, mag dit u dan niet tot troost zijn
dat Jezus zich het eerst tot den diepst
gevallene Zijner discipelen wendt, om
zijne tranen te drogen Is het niet die
opzoekende liefde van den Heiland,
welke u moed mag geven O, de Heere
zag u op uw dwaalweg. Hij ziet ook
uw tranen en hoort uw zuchten. Hij
zoekt u om u toe te roependroog
uwe tranen, want Ik ben niet veran
derd, maar gisteren en heden dezelfde,
en in alle eeuwigheid.
Van dat samenzijn van Jezus en Pe
trus is niemand getuige geweest. Het
was een onderhoud onder vier oogen.
Wat daar werd afgehandeld is onder
hen gebleven. Er zijn dingen te teer
om ze ruchtbaar te maken dingen, die
in de binnenkamer moeten blijven. Het
is niet goed te spreken van alles wat
tusschen God en onze ziel werd afge
daan. Er zijn dingen, die niemand dan
Jezus mag weten.
Ir. deze handelwijze van Jezus zien
wij, hoe wijs en verschoonend hij af-
gedwaalden terecht brengt. Hij bestraft
Petrus niet in het openbaar. Hij wil
hem niet voor de anderen ten schande
maken, opdat deze zich niet boven den
diep gevallene zouden stellen.
Waarlijk Jezus handelt zachtkens met
zijn ontrouw volk, dat zijn afdwaling
beweent, en als hij hen bestraffen moet
doet Hij het op zulk eene kiesche, ver
schoonende wijze.
Het is voor Petrus een zalig oogen-
blik geweest, toen hij, met Jezus alleen
zijn innig berouw kon uitspreken en
uit 's Heilands mond mocht hooren,
dat alles hem vergeven was. Dat was
een oogenblik om nooit te vergeten.
Wij zullen geen poging wagen om te
beschrijven, wat er toen bij hem is om
gegaan. Wie, die op den dwaalweg
vervallen, door Jezus werd gezocht en
Hem terugvond als een vergevende
Heiland, verstaat er niet iets van Za
lig oogenblik, als wij uit de donkerheid
roepen om licht, als onze ziel verlangt
naar God en dorst naar de verzekering
van Zijn gunst, en de Heere alsdan tot
ons inkeert en Zijn licht weer in ons
hart laat schijnen en den storm in ons
binnenste doet bedaren door Zijn Vre
de zij u. Hoe goed is het ons dan na
bij God te zijn, die ons verstaat en
voor wien wij niets van hetgeen ons
benauwt, behoeven achter te houden.
En is er wel iets, dat ons meer aan
Jezus verbindt, dan juist Zijn trouwe,
opzoekende liefde Hoeveel inniger
heeft Petrus na dit samenzijn zich aan
zijnen Heiland verbonden gevoeld. Hij
heeft er Jezus te liever om gehad. Hoe
grooter de zonde was, des te rijker is
de genade. Hoe verder wij waren afge
dwaald, des te dierbaarder wordt ons
Jezus, die ons vergaf al wat wij mis
dreven.
Dat is de ervaring van al de Zijnen.
O, hoe vaak waren wij ontrouw, hoe
telkens dwaalden wij af, maar was de
Heere ook weer de eerste om ons te
zoeken, te bemoedigen en te vertroos
ten. En zullen Wij Hem dan niet lief
hebben Hem, die is opgewekt en met
eer en heerlijkheid gekroond, maar die
niet te hoog is verheven om zich met
afgedwaalden telkens in te laten? Hij,
die voor ons stierf, Hij leeft ook voor
ons, cm Zijn Middelaarswerk aan ons
toe te passen. Hij leeft om over ons
te waken en voor ons te bidden. Pe
trus heeft door zijn val en door de ge
nadige openbaring zijns Heilands ge
leerd niet hooggevoelende te zijn, maar
te vreezen. Niet te vergeefs is hem zulk
eene onderscheiding boven zijne mede
discipelen te beurt gevallen. Leeren
dan ook wij door zoo menig blijk van
Jezus' trouw de zonde te vlieden en
ons dicht aan onzen Heiland te houden
En zij de vrucht Zijner genade, aan
ons bewezen, dat wij niet meer ons
zeiven leven, maar Dien, die voor ons
gestorven en opgewekt is.
Vergadering van den Gemeenteraad van
OOLTGENSPLAAT. op Vrijdag
18 April des nam. om 4 uur.
De VOORZITTER, burgemeester Donker*
sloot opent de vergadering, wiarna de heer
v. Rossum de eed aflegt en als lid van den
raad wordt geïnstalleerd. Door den voorzitter
en de leden van den raad wordt de heer v.
Rossum gefeliciteerd.
De heer v. ROSSUM (Lib.) dankt den voor»
zitter voor zijn aangename woorden en zegt
al zijn krachten in het belang der gemeente
te zullen gebruiken. Spr. doet een beroep op
de medewerking der raadsleden.
Een schrijven van den Ned. Bond van ver»
pleegers en verpleegsters wordt op voorstel
van B. en W. voor kennisgeving aangenomen
De Gas centrale levert een staat van het
gas in alsmede een bedrijfsoverzicht over de
maanden Nov. Dec.'23,waaruit blijkt dat erover
die maanden een winst gemaakt is van f 1834.17,
Uit een overzicht van het geheele jaar '23
blijkt dat er een netto verlies is geleden van
f 2129.43.
De fabriek heeft op momenteel een totaal
verlies van ongeveer f 17000.
De keuringsdienst van waren geeft een rap»
port over het eerste kwartaal van 1924, waar»
uit blijkt, dat er uit deze gemeente 12 mon»
sters melk en 17 monsters van andere waren
genomen zijn. Afgekeurd is één monster, 12
waarschuwingen zijn verzonden, prosessen»
verbaal zijn er niet opgemaakt.
Ged. St. berichten hun goedkeuring over
eenige genomen raadsbesluiten.
Ged. St. berichten dat er aan deze gemeen»
te over het eerste kwartaal van 1924 uitgekeerd
wordt f 1500 over 1923 was dit totaal bedrag
f 6032.64.
Het gemeentebestuur van Oude Water vraagt
adhaesiebetuiging aan zijn adres aan de re»
geering betreffende de verlaging der jaarwed»
den van Burgemeesters en Secretarissen. B en
W. stellen voor dit schrijven voor kennisge»
ving aan te nemen. Zij vinden het een bele»
diging voor Ged. St. dat in dit adres gezegd
wordt dat dit college onder invloed staat van
den Bond van gemeenteambtenaren. Bovendien
zullen er weldra voorstellen over een nieuwe
salarisregeling de Kamer bereiken. Conform
het voorstel B. W. wordt met algemeene stem»
men besloten.
Ged. St. berichten dat zij hun goedkeuring
van het raadsbesluit om f 28800 aan de land»
arbeidersvereeniging ter verkrijging van on»
roerend goed, hebben uitgesteld.
Op een adres van den raad van Koudum
betreffende de subsidies voor Middelbaar en
Vrijheidsonderwijs, adviseeren B. en W. geen
adhaesie te betuigen. Conform wordt met al»
gemeene stemmen besloten.
De keuringsdienst bericht dat de gemeente
over het tijdvak 1 Juli—31 Dec. teveel betaald
heeft een bedrag van f 93,98. Dit bedrag zal
Worden terug gestort.
De minister van arbeid bericht dat het rijk
f 5500 zal bijbetalen voor de 24 arbeiderswo»
ningen in de Pieter Biggestraat en op de 18
arbeiderswoningen in de Emmastraat f 1583,
idem op de 19 woningen in de Wilhelmina»
straat f 2000. Totaal ongeveer f 400 lager
dan B. en W beraamd hadden.
De gezondheidscommissie doet haar rekening
ter goedkeuring aan den raad toekomen.
De heer HOBBEL (Wild) vraagt of de ge»
meente van deze subsidies niet kan afkomen
van zooveel belang is deze commissie niet
dat hiervoor telken jare f 120 moet wor»
den betaald.
De heer v. N1EUWAAL (A. R.) zou dit
ook willen probeeren.
De VOORZITTER antwoordt dat er niets
aan te doen is het is wettelijk verplicht.
De heer HOBBEL zegt dat de gezondheids»
commissie weinig of niets uitricht. Spr. las dat
ze in den Bommel eens een varkenshok heeft
weggeruimd.
De heer WITTEVRONGEL constateert
dat de gezondheidscommissie een nuttige in»
stelling is. Haar adviezen hebben waarde.
De VOORZITTER zegt dat deze zaak beter
bij de begrooting behandeld kan worden, nu
is de goedkeuring der rekening aan de orde.
B. en W. stellen voor haar goed te keuren.
Conform wordt met algemeene stemmen be»
sloten.
De heer G. Broere vraagt de beschikking te
mogen hebben over een lokaal in de Open»
bare School om er openbare godsdienstoefe»
ningen in te kunnen houden.
De VOORZITTER zegt dat B. en W. dit
schrijven breedvoerig besproken hebben, maar
tot hun spijt tot geen andere conclusie kon»
den komen, dan den raad te adviseeren af»
wijzend over dit adres te beschikken. B. en
W. nemen wel het standpunt in, dat het goed
is wanneer een volk zijn godsdienst betracht
welke godsdienst dit ook wezen mag, maar
de raad kan niet overgaan voor openbare
godsdienstoefeningen publieke gebouwen be»
schikbaar te stellen. Dit schept een precedent
voor andere vereenigingen en het einde zou
niet te voorzien zijn. Wel mag het lokaal voor
huishoudelijke vergaderingen van vereenigin»
gen gebruikt worden, maar dit is iets geheel
anders.
Conform het voorstel B. en W. wordt mét
algemeene stemmen besloten afwijzend op het
adres te beschikken.
De muziekvereeniging «Uitspanning door
Inspanning» bericht den raad dat zij wil trach»
ten een verplaatsbare muziektent aan te schaf»
fen, maar daar zij er geen terrein voor heeft
zou ze er zeer veel prijs op stellen indiende
gemeente een stukje grond er voor afstond
waar de tent permament geplaatst kan worden.
't Liefst had zij de tent op de speelplaats
der bewaarschool, ook zou een tent daar ter
plaatse bijdragen tot verhooging van het aspect.
Bovendien zou er meer gelegenheid komen
om goede concerten te geven wat zou bijdra»
gen tot de ontwikkeling der kunstzin en de
goede smaak van het publiek.
B. en W. meenen dat er geen bezwaar kan
bestaan dit verzoek in te willigen, onder voor»
waarde dat B. en W. de plaats in den speel»
tuin aanwijzen en de tent tot wederopzegging
geplaatst kan worden. Bij de repetities zullen
behalve de leden der vereeniging en der zang»
vereeniging alsmede de begunstigers dezer
vereenigingen, geen publiek in den tuin toe»
gelaten worden.
De heer DE VOS (S.G.P.) vindt dat als het
eene geweigerd wordt het andere ook niet
toegestaan mag worden. Er zijn altijd nog
heel wat menschen, die niet van muziek hou*
den. Ook is muziek voor zieken die in de
nabijheid wonen zeer hinderlijk. Spr. heeft
dat zelf ondervonden tijdens de ziekte van
zijn vrouw.
De VOORZITTER zegt dat de heer de Vos
de dingen verward. De aanvrage voor het
houden van godsdienstoefeningen gold open*
bare vergaderingen, dat is hier niet zoo. Dan
kan bij ernstige ziektegevallen de repetities
tijdelijk verboden worden. Dat er menschen
zijn die principieele bezwaren tegen muziek
hebben, gelooft spr. niet. Misschien wel be»
zwaar tegen den aard van een zeker soort
muziek, maar meer toch niet.
Conform het voorstel B. en W. wordt met
algemeene stemmen besloten.
Het bestuur der bizondere school vraagt
ontheffing van de voorwaarde gesteld bij den
aankoop van grond, nl. dat er vóór 1 Sep*
tembet 1924 een onderwijzerswoning gebouwd
moet zijn. Het bestuur vraagt deze ontheffing
voor één jaar. B. en W. hebben hiertegen
geen bezwaar. Met algemeene stemmen wordt
hiertoe besloten.
C. Doornheim, ambtenaar ter secretarie ver»
zocht in de vorige vergadering verhooging
van salaris tot een bedrag van f 500 per jaar.
Ambtenaar Ras heeft mondeling verzocht zijn
jaarwedde te verhoogen.
De VOORZITTER zegt dat B. en W. deze
zaak besproken hebben en thans voorstellen
Doornheim een vergoeding toe te kennen van
f 250 en Ras van f 150.
Gezien den benarden financieelen toestand
meenen B. en W. dat niet hooger gegaan kan
worden. Wanneer men het allergunstigste
geval neemt staat de gemeente voor een tekort
van f 21500 over het jaar 1923.
De heer WITTEVRONGEL zegt dat hij
met bevreemding en verwondering kennis
neemt van dit voorstel van B. en W. Voor
hetgeen de genbemde jongens presteeren is
dit geen belooning. Maar spr. is er van over»
tuigd dat er andere drijfveeren dan bezuini»
ging achter dit voorstel van B. en W. zitten.
De VOORZITTER laat de hamer vallen en
zegt den heer Wittevrongel het woord te zullen
ontnemen, wanneer hij op deze wijze voort»
gaat of hij moet zijn beschuldiging waar maken.
De heer WITTEVRONGEL zegt bewijzen
voor zijn beschuldiging te hebben. Niet be»
zuiniging maar wraakneming zit achter het
voorstel=B. en W. De jongens zijn bij Wet»
houder Noordijk geweest om over hun salaris
te spreken en deze heeft zich toen laten ont»
vallen dat f 400 geen salaris is voor het werk
dat Doornheim doet. Hierop zijn de jongens
bij een paar raadsleden geweest om steun te
zoeken voor hun verzoek om verhooging.
Dit is Wethouder Noordijk ter oore gekomen
en nu is hij zoo kwaad dat hij uit wraak in
B. en W. het voorstel doorgedreven heeft om
de jongens minder te geven. Spr. vindt deze
houding verschrikkelijk en stelt voor aan
Doornheim f 350 en aan Ras f 250 te geven.
De VOORZITTER zegt dat de beschuldiging
dus feitelijk aan den heer Noordijk gericht is.
Spr. zegt dat hier niet een voorstel»Noordijk
maar een voorstel van B. en W. ter tafel ligt.
Er is niets van aan dat B. en W. onder invloed
van den heer Noordijk staan. Ieder lid van
het dagelijksch bestuur heeft een eigen mee*
ning. Spr. vindt het sen verkeerde gewoonte
dat personen die belang hebben bij een raads»
besluit de raadsleden afloopen om die te be»
werken. Bovendien moet spr. de houding der
twee jongens laken wat betreft hun houding
welke zij in gemeentezaken aannemen. Spr.
heeft gemerkt dat die jongens heel gewoon de
notulen der vergaderingen van B. en W. opslaan
en den inhoud aan anderen overbrengen.
Wanneer hierin geen verandering komt zal
spr. ze voordragen voor ontslag. Tot zijn spijt
zal spr. gedwongen zijn een vijandige houding
aan te nemen tegen die jongens.
De heer v. NIEUWAAL (A R.) zegt dat de
jongens ook bij hem geweest zijn om over
hun verzoek om verhooging te spreken. Bij
die gelegenheid hebben zij gezegd dat de heer
Noordijk hun tegenwerkt. Spr. heeft hierop
geantwoord dat de heer Noordijk niet alleen
regeert.
De VOORZITTER zegt dat ieder lid van
het dagelijksch bestuur een persoonlijke mee»
ning heeft en spr. kan verklaren dat de heer
Noordijk nooit getracht heeft het dagelij ksch
bestuur onder zijn invloed te brengen.
De heer BRINKMAN (S.D.A.P.) zegt dat
de heer Wittevrongel nooit met spr. over het
salaris der jongens gesproken heeft. Spr. vindt
dat de jongens te weinig verdienen en gaat
mee met het voorstebWittevrongel.
De VOORZITTER zegt dat de jongens voor»
heen als volontairs ter secretarie werkzaam
waren. Zij hebben spr. echter gevraagd om
benoemd te mogen worden als ambtenaar, dit
met het oog op hun pensioenregeling. Zij
hebben spr. toen uitdrukkelijk verklaard dat
zij om geen salaris zouden vragen wanneer
ze tot ambtenaar benoemd werden. In de
raadsvergadering waar deze zaak toen behan»
deld is heeft de heer Waling gezegd liever
geen benoeming te doen omdat hij vreesde
dat de jongens later toch met een verzoek om
salaris zouden komen. Spr. wenscht wel dat
hij toen naar den raad van den heer Waling
geluisterd had, want deze heeft gelijk gehad.
Nu komen de jongens toch met een verzoek,
hoewel ze beloofd hadden dit niet te doen.
Volledigheidshalve wil spr. nog zeggen dat
de f 120 welke spr. ontvangt als ambtenaar
van den burgelijken stand door de jongens
samen gedeeld worden ten hunne bate.
De heer v. ES (A.»R.) zegt dat op ieder
secretarie de jongens eerst volontair zijn. Spr.
ken er wel die diploma H.B.S. hebben en
nog f 150 toegeven om de gemeenteadmini*
stratie te leeren. Wij moeten dit werk bezien
van uit dit standpunt. Later hebben de jongens
er de voordeelen van.
De heer v. NIEUWAAL (A.=R.) zegt dat
het verschil in belooning tusschen Doorn hein
en Ras wat groot is en stelt voor f 50 bij het
voorstel B. en W. voor laatstgenoemde bij te
doen.
Wethouder JACOBS (R.*K.) zegt dat de
hoofden wat warm geworden zijn, misschien
is het wat beter dat de bespreking van deze
zaak wordt uitgesteld tot de volgende zitting.
Dhr. VÉRMAAS (R »K.) zegt dat de jongens
ook bij zich gehad te hebben. Spr. heeft
Doornhein toen gezegd dat als hij voor loon
werkte f 500 nog veel te weinig was. Maar
spr. heeft hem er op gewezen dat hijdejo/j»
gens niet beschouwt als werknemers in de zin
van de wet, maar dat ze nog leerlingen zijn
en dit secretarie een doorgangshuis voor hun
is. Wie het hiermede niet eens is en zijn stem
geeft aan het voorstel»Wittevrongel maakt zich
bespottelijk. Wat zijn jaarwedden van f 350
en f 250 voor menschen die voor geld arbei»
den. 't Is belachelijk dit bedrag te durven
voorstellen. De jongens hebben hier geen
salaris in de zin der wet, maar slechts een
vergoeding. Daarom zou spr. er veel voor
voelen het te laten zooals het nu is. Wanneer
hun dat niet naar de zin is, moeten ze maar
zien dat ze een andere betrekking krijgen.
De VOORZITTER zegt dat deze laatste
beschouwing juist is. Wat zij krijgen moet
beschouwd worden als een weldaad, meer niet.
De heer HOBBEL (Wild) vraagt of wanneer
er een volontair kwam, deze ook het werk
zou kunnen doen.
De VOORZITTER antwoordt bevestigend
en meent dat het dan heel wat goedkooper