:n
Ell
ID
hen
voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsehe Eilanden.
z
fiSPEE
IIDS OER
RtUEGEli
Antirevolutionair
Orgaan
liERIJ
IN HOC SIGNO YINCES
llill
ind
I en
No. 3005
WOENSDAG 9 APRIL 1924
39STE JAARGANG
gederen
tie
iBank
Uit de Pers.
Ingezonden.
E-
suze
W. BOEKHOVEN ZONEN
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan de Uitgevers
rdam
ELSH
iRNIS H
gde
EN Zn.
V Eén honderd en vier
Land» en Tuinbouw.
Reclame-Mededeelingen.
Zijn Uw handen en lippen
Ingexonden Stukken
'11
f
T
iellen
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent bij vooruitbetaling.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS
SOMMELSDIJK
Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2
ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel.
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur.
2RDAM
aanvraag
SDIJK i
ironge
Je lippen.
rongen
ItflELSDIJK"
len aan leden
ars. Ze neeml
aCt. 's-jaars,
Voorschotten
aangevraagd
eden van het
tot inbreng-
;elden eiken
van 6-8 Ulir
ierD.JOPPECZ.
23842
Den beker vól
Amsterdam riep gegadigden op, die den
Stadsschouwburg op bepaalde voorwaarden
zouden willen bespelen.
B. en W. deden een keus.
Maar nu berichtte de pers
Wij vernemen, dat het raadslid mejuffrouw
mr. C. F. Katz, van oordeel dat onder de
tegenwoordige omstandigheden slechts dr.
Willem Royaards in staat is te voldoen aan de
hoogste eischen op het gebied dertooneel»
kunst, bij den gemeenteraad het voorstel
heeft ingediend het subsidie voor denjvas»
ten bespeler van den Stadsschouwburg met
f 30.000 te verhoogen en op 100.000 te bren»
gen en een nieuwe sollicitatie open te stek
len, opdat al het mogelijke zal worden ge»
daan om alsnog dr. Royaards en diens ge»
zeischapvoor de vastebespeling van den
Stadsschouwburg in aanmerking te doen
komen.
De beker moet boordevol.
Er moet bezuinigd worden
Jawel, zegt de Chr. Historische mej. Katz,
maar de geestelijke belangen der bevolking
mogen niet verwaarloosd worden en die kan
alleen dr. Royaards behoorlijk behartigen, als
h ij den Stadsschouwburg bespeeltdertig dui»
zend gulden subsidie méér en mr. Willem ge»
vraagd of»ie asjeblieft solliciteeren wil.
Opdat niet groote scha worde toegebracht
aan onze Christelijke Cultuur.
Geen strijd.
De bouwvakarbeiders hebben het verstan»
dige besluit genomen, wat «verlies® te nemen
en het niet op strijd te laten aankomen.
Bij de »modernen« leek 't eerst raar.
Er werden harde noten gekraakt.
Velen wilden er »den kop voorhouden«.
Hadden absoluut geen besef er van, dat de
tijden er werkelijk niet naar zijn, om zoowat
kalles naar beneden te j zien gaan en de nog
niet slechtste arbeidsvoorwaarden der bouws
vakarbeiders te laten wat ze zijn.
De »kopstukken« moesten hun volle woord
en gezag in de schaal werpen, om die te doen
overslaan.
En toen legde men zich er bij neer.
Alleen Amsterdam wilde nog niet.
Doch dat houdt alléén den strijd niet vol,
temeer, wijl terecht opgemerkt werd even
sympathiek als ons volk staat tegenover den
strijd in Twente, even weinig zou het voe»
len voor bouwvakarbeiders, [die in staking
gingen.
't Is goeddeels hun eigen schuld.
QF6AAF
11,
boekhandel
Wij lezen in de bladen
«Gemeld wordt, dat aan 104 ambtenaren
werkzaam aan het hoofdbestuur der poste»
rijen, telegrafie en telefonie, op 1 April
ontslag 1 zal worden aangezegd op nader te
bepalen datum.
Deze maatregel wordt getroffen, als gevolg
van het rapport van de commissie, belast met
de controle over de werkzaamheden aan
bovengenoemd staatsbedrijf«.
Hier moet toch es iets bij
Al is het voor die ambtenaren natuurlijk
een zeer bedroevende zaak, in dézen tijd ont»
slag te krijgen; niemand kan tenslotte dit ont»
slag, blijkbaar gegeven na nauwkeurig onder»
zoek, afkeuren.
Die ambtenaren zijn overbodig.
Anders werden ze niet ontslagen.
We vertrouwen, dat ze behoorlijk wachtgeld
genieten zullen en hopen dat ze spoedig in
t vrije bedrijf den een of anderen werkkring
zullen vinden.
Maar wat ons onbegrijpelijk is?
Dat er eerst een contröie»commissie aan den
arbeid moet tijgen, om uit te vinden, dat er
alléén aan 't hoofdbestuur van P. T. T.
niet minder ;dan één honderd en vier
ambtenaren te veel zijn.
Had dit hoofdbestuur zélf daar nu niets
geen notie van?
Wat is dat dan voor 'n bestuur?
Wat zou men zeggen [van een particulier
bedrijf, waar de directeuren 104 employ,s meer
in dienst namen en hielden, dan voor den
gang van zaken [noodig was? En is het nu
zoo gek als meer en meer een van onze hoofd»
programpunten worden gaat, waarlijk niet om
deze reden alléén «Inkrimping van 't aantal
ambtenaren van den Staat
Opoe en de S. D. A. P.
Tranen heb ik me gelachen
En 'dat staat nu als hoofdartikeltje met groote
letter op de eerste pagina, van het dagblad
der »bewusten«, van «Het Volk«.
Het is zoo aller»dolst»vermakelijk
Zoo écht onbollige boert,
Dat ik het gappen móétik knip het
en bewaar 't in mijn album, als blijvend bewijs
van wat de S. D. A. P. siikt, als «Het Volk®
't maar schrijft.
't Is een vertelsel van »Opoe«.
En 't komt op 't volgende neer
Ze was de liefste Opoe van de wereld.
Voor de meisjesskleinkinderen maakte ze
jurkjes, boezelaars, breidde ze kousen, wollen
onderbroekjes en winterhandschoenen. Voor
de jongens verstelde ze broeken, bloesjes,
stopte ze kousen en zette knoopen aan hun
bovenkleeren, die er nog al dikwijls af wa»
ren.
Ze was in alle opzichten een ideale opoe
en de rechterhand van moeder.
Als tegenprestatie verlangde ze alleen dat
we haar twee avonden in de week en Zon»
dags kwamen voorlezen.
M'n oudste zuster kreeg altijd het gemengd
nieuws, stadsberichten en feuilleton voor
haar rekening.
Mijn taak was, haar mooie reisverhalen
en kindersprookjes voor te lezen.
Ze was dol op de boeken van Jules Verne
en de sprookjes van Klein Duimpje, Moeder
de Gans, Asschepoetster en Roodkapje.
Totzoover zeg je leuk
Alleen merk je langs je neus weg op «Die
»bewusten« zijn nog niet aan de «vaste spijze«
toe en zelfs de »melk« krijgen ze nog maar
één»om»twéé«.
Maar nu verheft zich de toon.
't Wordt nu eerst een echt stukje «snotter»
lyriek«, als zeker iemand, dien ik onlangs in
een andere rubriek aanhaalde, zeggen zou
«Als we dan klaar waren kregen we een
koekje of boterham extraliepen dikke
vreugdetranen over haar gerimpelde wangen,
en kwam het altijd, altijd weer over haar
70»jarige lippen «Kinderen, kinderen, wat
is het |toch heerlijk dat jullie' dat allemaal
zelf kunt lezen
Let vooral op die »dikké« tranen.
Op die »gerimpelde« wangen, dacht de
schrijver bij »grootje« soms zacht meisjesvel
te vinden En verdiep uzelf in de vraag,
waarom die »lippen« wel 70 jaar mogen zijn
en die wangen blijkbaar nief«
Maar nu de klap op de vuurpijl
«Als Colijn zijn verderfelijk plan kan door»
zetten, zulleh de toekomstige moeders en
grootmoeders niet meer dan analphabeten
zijn, en ook geen kleinkinderen hebben
die hun behoorlijk kunnen voorlezen.«
En dat gelóóven nu die lui.
En dat slikken die lui.
Zélfs de dubbelzinnigheid in de laatste zin»
snee, waaruit 'n eenvoudig oog even goed
lezen kan, dat Colijn het trouwen verbieden
en elk surrogaat er van met den sterken arm
verhinderen wil
Zulk een onzin, dat was voor mij 't meest
verrassendedurft «Het Volk« als een soort
«gouden kleinood« op de eereplaats zetten in
het blad.
Die lui zijn zoo wanhopig achterlijk, en
als ze dat maar noemen, dan gelóóven ze 't
voor vast als hun verteld wordt, dat Colijn
een soort «dikke Bertha« gegoten heeft, dat»ie
er Troelstra als 'n levende granaat in stoppen
wil en hem dan voor altijd wil wegschieten
in 't wereld ruim.
Alles gelooven ze dan.
Uit den tijd der voorsvaderen.
Dezer dagen meldde de »Tel.«
Een bericht uit Los Angeles in Californië
meldt, dat in de nabijheid van die plaats vier
versteende menschelijke geraamten werden op»
gegraven, die volgens schatting wel tien» tot
vijftienduizend jaar oud zijn.
De «Chicago Tribune« kreeg over dit geval
een bericht uit Los Angeles volgens hetwelk
er menschelijke schedels waren opgegraven,
die nog van een ouder ras waren dan het
ras waarvan de overblijfselen in hetNeander»
tal zijn gevonden en die niet overeenkwamen
met de schedels van het Indianen type.
Ongeveer op dezelfde plek zijn fragmenten
gevonden van het geraamte van een tijger met
z.g. sabeltanden« en de geleerden meenen,
dat deze voorhistorische mensch en tijger meer
dan een half millioen jaar geleden in Califor»
nië hebben geleefd.
Vijftienduizend jaar is al een fatsoenlijke
ouderdom Toet»Ank»Amen is er een kind bij
maar een half millioen 't Komt er bij
den voorhistorischen mensch op een jaartje
meer of minder niet aan.
Zooals men ziet, kan ook de schrijver in de
»Tel.« zijn lach en spotlust niet geheel be»
dwingen.
Dat is ook zeer begrijpelijk.
Zóó wordt er weer wat ouds gevonden, of
de zoogenaamde geleerden weten precies te
zeggen, hoeveel duizenden of millioenen jaren
oud het gevondene is, zet dan maar es al»
tijd een ernstig gezicht bij zoo'n poespas 1
Wat nu die menschelijke gedaanten betreft,
óns werd speciaal gemeld, dat er in een
metalen kokertje een bewijs van den Burger»
lijken Stand uit die oude eeuwen bij gevonden
werd, waaruit de ouderdom zonneklaar blijkt.
Tegenspraak uitgesloten dus
Ontijdige knolvorming bij vroege
aardappelen.
In de jaren 1919 en 1922 kwamen in ver»
schillende streken van ons land de vroege
aardappelen niet of zeer slecht op, hetgeen
gepaard ging met de vorming van eenige
nieuwe knolletjes direct of zeer nabij den
ouden knol. Dit verschijnsel, dat thans vrij
algemeen wordt aangeduid met de naam
«O n d e r z e e r s«, is reeds veel vroeger op»
getreden, maar in genoemde jaren kwam het
in zulke hevige mate voor, dat geheele velden
bepoot met vroege aardappelen, moesten wor»
den omgeploegd.
De heer S. J. Wellensich heeft in de
«Mededeeling van de Landbouwhoogeschool«
een en ander omtrent dit verschijnsel gepu»
bliceerd waaraan wij het volgende willen
ontleenen. Omtrent de vermoedelijke oorzaak
van het ontstaan der onderzeeërs worden èn door
practici èn door geleerden de meest verschil»
lende meeningen geopperd, een rationeel on»
derzoek naar deze oorzaak werd echter tot
dusver niet ingesteld. De onderzoekingen van
Wellensich, die bijkans uitsluitend met Schot»
sche muizen werkte, leidde tot het resultaat,
dat de neiging voor onderzeeërsvorming bij
aardappelknollen wordt gevonden, die bij
hoogere temperaturen zijn bewaard,
wanneer zij met spuiten worden ge»
poot. Het bewaren bij hoogere temperatuur
brengt mee, dat bij het afspruiten veel stof
verloren gaat, omdat bii hoogere temperaturen
de spruiten zich veel sneller ontwikkelen dan
bij lagere. Er schijnt dus een toestand in den
knol te ontstaan, die hem verhindert nor»
maal verder te groeien en waarbij de strekking
van de spruit wordt vervangen door een ver»
dikking. Het is waarschijnlijk, dat in de prac»
tijk onderzeeërs ontstaan, nadat bij het afsprui»
ten veel materiaal is verloren gegaan. Omtrent
de te nemen cultuurmaatregelen ter voorko»
ming van onderzeeërs laat de heer Wellensich
zich als volgt uit
«De resultaten van de beschreven experi»
menten geven aanwijzingen, dat in de cultuur
van vroege aardappelen ontijdige knolvorming
dan kan optreden, wanneer tengevolge van
droogte in de laatste groeiperiode de poters
vroeg rijpen, hetgeen voert tot v r o e g t ij d i»
ge spruitvorming. Bij het afspruiten
wordt dan veel stof weggenomen, waardoor
neiging tot ontijdige knolvorming schijnt te
ontstaan. Dit wordt nog versterkt door bewa»
ring bij hooge temperatuur.
«Is de temperatuur na het uitpoten van tot
onderzeeërvorming neigende knollen laag, dan
worden deze gevormdzich normaal ontwik»
kelende spruiten treden niet of eerst na zeer
langen tijd op, wanneer de temperatuur hoo»
ger is geworden. Bij hoogere temperatuur
bestaat de neiging van de plant om zich, al
of niet na ontijdige knol vorming, normaal bo»
ven den grond te ontwikkelen. Er zijn verder
waarnemingen en proeven verricht, die 't
waarschijnlijk maken, dat onderzeêërvorming
niet optreedt, wanneer de poters zonder sprui»
ten worden geplant, - zelfs al zijn de overige
omstandigheden gunstig voor ontijdige knol»
vorming.
«Wanneer deze wijze van voorstelling bij
het verdere onderzoek bevestigd wordt, dan
liggen eenige cultuurmaatregelen voor de hand,
die de onderzeeërvorming kunnen voorkomen.
«Men zou gedurende het laatste deel der
groeiperiode kunstmatig de vochtigheid van
den grond, waarop de poters worden geteeld,
kunnen verhoogen door gieten, wanneer er
weinig regen valt. In de thans toch al niet
loonende aardappelcultuur is deze maatregel
practisch niet toe te passen. Wél kan getracht
worden een hoogen grondwaterstand te ver»
krijgen, vooral daar, waar de cultuur in pol»
ders wordt gedrevenlage grondwaterstand
gedurende het begin van den groei zal sterke
wortelontwikkeling bevorderen, hetgeen bij
latere droogte den planten ten goede zal ko»
men.
«Of de tijd van rooien invloed heeft, kan
uit de voorhanden gegevens in 't algemeen
nog niet worden gezegd. Wél zal het aan»
bevelenswaardig zijn om snel te rooien wan»
neer na een regenrijke periode eenige achter»
eenvolgende droge dagen op het einde van
den groei volgen.
«Een zoo koel mogelijke bewaring is ge»
wenscht. Deze immers houdt te snelle sprui»
ting tegen en doet de knollen hard blijven.
Verwarming op eene of andere wijze van de
bewaarruimte moet worden vermeden, tenzij
er kans op vorst bestaat. Dan nog moet men
er voor waken, dat de temperatuur slechts even
boven het vriespunt komt te liggen. Een goe»
de luchtverversching moet aanwezig zijn,
zoodat de bewaarruimte niet bedompt wordt.
Een dusdanig koele bewaring, dat afspruiten
niet noodig is, zal gunstig werken.
«Bewaring in het volle licht, waardoor
spruitvorming wordt tegengehouden, moet m.i.
gunstig werken. Nadere proeven hieromtrent
ontbreken echter nog. Deze bewaarmethode
wordt in sommige streken van Friesland ge»
bruikt (warenhuizen). In Schotland wordt
voor de bewaring van pootgoed wel gebruik
gemaakt van schuren met 'n glazen dak, het»
geen ook in Holland toepassing zou kunnen
vinden.
«Vroeg uitpoten moet worden vermeden.
«Het zou verder waarschijnlijk wel gunstig
zijn om de poters zonder spruit te poten,
doch een bezwaar hiertegen is, dat daardoor
de snelle ontwikkeling, die in de vfoege aard»
appelteelt vereischte is, belemmerd wordt—
40 cent per regel
pijnlijk, schraal of gesprongen door de koude,
gebruik dan de heerlijk verzachtende en snel
genezende Purol. In doozen van 30, 60 en
90 ets. Bij apothekers en drogisten.
De Copie van Ingezonden Stukken die niet ge»
plaatst zijn wordt niet teruggegeven. Buiten
verantwoordelijkheid van Redactieen UitgevMl
Mijnheer de Redacteur
Wie veracht den dag der
kleine dingen?
Zach. 4 10a,
't Was in 't begin van het jaar 1924, dat
in het hart van een eenvoudigen man te
Ouddorp de gedachte opkwam, te probeeren
om naar het wel is waar afgelegen, maar toch
gemakkelijk te bereiken eiland Goeree en
Overflakkee te doen overkomen een ooggetuige
die wat meer dan in de bladen daarvan te
vinden was kon meedeelen over den nood
in de Saksische pastorieën alsmede in de krin»
gen van den middenstand. Zijn naam noemen
zou hem boos maken immers een stillen be»
lijder is het te doen om de zaak en niet om
eigen eerdus dien verzwijgen we.
Maar het resultaat hopen we in de volgende
regelen te vertellen.
De ooggetuige, die uitgenoodigd werd, op
wiens mededeelingen wij staat kunnen maken,
was de leger» en vlootpredikant in algemeenen
dienst Ds. H. Janssen van 's Gravenhage.
Z.Eerw. werd bereid gevonden in Ouddorp
te komen bevestigen dat de krantenberichten
de zaak niet overdreven hadden voorgesteld,
integendeel van de grootte van het lijden nog
maar een vaag beeld hadden gegeven. Wie
dan ook de bezielende rede heeft aangehoord
is ontvonkt en gaat over niet tot de orde
van den dag, maar tot het werken voor uit»
geteerde medemenschen.
In den Bommel hoorde Ds. Janssen dat
iemand te Sommelsdijk in November 1923
niet was rondgeweest, maar bij enkele vrien»
den en kennissen had aangeklopt met een
verblijdend resultaat.
«Dat zijn er dus al twee, waarop ik kan
kan rekenen®, aldus dacht Ds. Janssen, de
organisator bij uitnemendheid, die met zijn
spreekbeurt te Ouddorp niet meer en niet
minder bedoelde dan het heele eiland te mo»
biliseeren.
De eerste stappen, in Februari daartoe ge»
daan, zijn mislukt omdat het gekozen uur
van samenkomen een ongelukkige keuze bleek.
De hernieuwde poging in Maart dreigde
weer op een mislukking uit te loopen, want
wederom was de Hulpcentrale onze concurrent
Evenwel vorderden we zooveel, dat onder
presidium van Ds. Janssen, die 's avonds in
de Ned. Herv. Kerk van Middelharnis zou
spreken over Saksen een bestuur, een mode»
ramen werd gekozen, dat toen met volmacht
en uit volle macht aan 't werk kon gaan en
is gegaan.
Hoe klein was het begin.
Een brief om een spreker. Twee kleine lo»
kalen met veel kleine menschen en toch de
groote collecte van f 76, gevolgd door de
grootere gifteder meisjesvereeniging een luier=
mand, waarvan in de kerk van Middelharnis
mededeeling werd gedaan onder 't beschrijven
der onuitsprekelijke vreugde, waarmee die
weldaad in Saksen wordt ontvangen.
In de courant kwam de simpele vraag te
staan Welke jongedochtersvereeniging volgt
Het antwoord op die vraag blijven we U niet
schuldig
Daar de meeste gemeenten op de institu»
eerende vergadering niet vertegenwoordigd
waren, moest de werkwijze persoonlijk wor»
den medegedeeld in ieder dorp aan een kring
van menschen van verschillenden staat en rang
immers het heele eiland mobiel maken, was
het wachtwoord. Met de grootste voldoening
ziet het moderamen op dien thans verrichten
arbeid terug. Alle burgemeesters, alle predikan»
ten (op één na) die natuurlijk in de eerste plaats
zijn uitgenoodigd hun naam ter aanbeveling
te plaatsen, vonden we bereid en overige
vooraanstaanden, mannen van invloed in rui»
mer of beperkter kring, teekenden de lijsten.
't Zou ons te ver voeren alle bijzonderhe»
den van onze voorspoedige reizen mee te
deelen, doch met één plaats maken we een
uitzondering, n.l. Oude Tonge.
In alle plaatsen hadden we meer of minder
vasten voet aan wal gezet. In Dirksland en
Ouddorp met name is de zaak in bijzonder
goede handenvandaar vernamen we bij ge»
ruchte, dat er hard gewerkt wordt. Doch in
Oude Tonge misten we wegens vacature het
eerste aanknoopingspuntden predikant.
Hoe dus daar contact te krijgen Die vraag
hield ons eenige dagen bezig, toen op zijn
onverwachtst het antwoord werd gegeven.
Ten huize van den Voorzitter van ons Co»
mité vervoegde zich de presidente eener Meis»
jesvereeniging uit Oude Tonge met de vraag,
waarheen de door de meisjes gemaakte kin»
derkleertjes voor Saksen konden worden ge»
zonden.
Die vraag, doorgegeven aan den Secretaris,
gaf dezen aanleiding dat adres niet te schrij»
ven, doch er persoonlijk heen te gaan, want
zoo dacht hij op die presidente kan ook
stellig gerekend worden. En zijn vertrouwen
is door haar niet beschaamd.
Ook zij had die eenvoudige vraag gelezen
«Welke Jongedochtersvereeniging volgt Oud»
dorp's voorbeeld en aan Oude Tonge de
eere, dat het nummer twee is. Zij zou echter
nog meer doen. Na eenige aarzeling, na eenige
bezwaren nam zij, gezien de aanbeveling van
den Burgemeester, den Rijksontvanger en den
Notaris het moedige besluit met een vriendin
«rond te gaan«.
Na één week (wat moet daar hard gewerkt
zijn werd de eerste zending uit Oude Tonge
den Penningmeester toegezonden, te weten
driehonderd drie en twintig gulden 35 ets.
(f 323,35) met de belofte, dat de dames nog
niet klaar waren, dus nog meer zou volgen.
Van Oude Tonge begon de victorie
Dank aan U, Burgemeester, voor Uw me»
dewerking
Dank aan U, milde Oude Tongenaars, voor
Uw gaven!
Maar vooral dank aan U, dames, voor Uw
ijver en toewijding.
Waren de groote giften en de totale som
voor U niet een heerlijke belooning
Alzoo zonder eenig comité een pracht re»
sultaat.
Zoo baande een kleine vraag over kleine
kinderkleertjes den weg voor een groote be»
tooning van milddadigheid, waarop de zegen
niet zal uitblijven.
P. DE ZEEUW.
Geachte Redactie.
Met het oog op het groote belang der zaak
verzoeken wij U beleefd, doch dringend het
volgende in Uw orgaan een plaatsje te geven.
Met vriendelijken dank,
Hoogachtend Uw dw.
A. DE JONG Ezn.
De Schoolstrijd in Duitschland.
Help 1 Help!
Dat is de kreet van den machtelooze, die
in doodsnood verkeert.
't Is de kreet van de Christelijke School.
Och, 't is zoo bitter en bitter erg.
Daar is een- school in Moabit II-
wel, een wijk in Noord=Ber'i;,^ -4 "vk,
de school naakt wordt TV
Meester Koch laat
kend dansen. J J
De Bund entscheideni f
dedigt die naaktdanserij in J-é *,t.
De Vorwarts zelfs is er verlegt fit 4emr'^
zet natuurlijk een grooten mond
Maar deze naaktdanserij is waHV— is TM
feit een feit dat de wereldbeschouwing
typeert van de groote tegenstanders, moorde»
naars der Christelijke School in Duitschland.
Ze vinden het wel goed en wij, christelijke
menschen, wij voorstanders van Christelijk
onderwijs, wij zijn bekrompen, onwaarachtige
menschen wij beweren maar, dat wij vroom»