Antirevolutionair Orgaan IN HOC SIGNO VINCES 2982 ZATERDAG 19 JANUARI 1924 38ste JAARGANG EERSTE BLAD. Zware Lasten. (th Reclames Tafel- Scheer- en Zakmesse PAARDEflSCHftREH, «SCHAREN ?wwTwm?7?wmm?7 Op den Uitkijk. Alle stukken voor de Reductie bestemd, Advertentïën en verdere Administratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers Sinds méér dan een eeuw VAN DOORN Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 cent bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS W. BOEKHOVEN ZONEN SOMMELSDIJK Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2 ADVERTENTÏËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel. DIENST AANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. Wat stellig het ideaal zou zijn Een land zonder belastingen. Ik denk, dat de meesten van de wieg tot het graf wel in zulk een land zou den willen wonen. Mits dat land natuurlijk goed werd geregeerd, geregeld verkeer had in post spoor, telegraaf, weg, kanaal enz., goede bescherming van lijf en goed, een deug delijke rechtspraak, kortom alles wat in een wel ingerichte maatschappij mag worden verwacht. En dan zónder eenige belasting Het zal niet gaan, mijne heeren Ergens in de woeste binnenlanden van Afrika, zou 't u misschien nog wel ^fukken om zulk (een land en volk te vinden, eenig anarchistisch paradijs, waar ge echter na een halven dag al uit wegvluchten zoudt, om asjeblieft opgenomen te worden in eenige be schaafde samenleving, mét belasting Zie, want dat gaat samen. Zonder vingers geen vuist. En als wij 'mopperen over „zware lasten", wat vaak alleszins grond heeft, en met alle recht om verlichting vragen, om vermindering van druk, dan moeten we toch onder alles billijk blij ven, en ook bedenken, wat we voor onze lasten zooal van de zijde van Staat en Regeering ^genieten. En. dan komen we met onze klacht. Onze lasten móéten verminderen. Al kan dit onmogelijk thans. Naar we ruim 125 mill, gulden tekort omen per jaar, daar moet eerst dat „tekort" worden weggewerkt. En om dat te verkrijgen, komt men er zelfs met „bezuiniging" alléén niet. Moeten zelfs nieuwe „heffingen" worden uitge dacht, die vanzelf nieuwe „lasten" mee brengen. Daar is nu eenmaal niets aan te doen. Wie het doel wil, n.l. de „sluitende begrooting", die moet ook de middelen willen en dan komt men er zonder ze kere verzwaring van lasten niet, 't zij dit heffingen worden op thee, chocola de, koffie, tabak of waarop méér. De S.D.A.P. maakt het zich makkelijk. Die heeft ook haar „program". Maar een sluitende begrooting krijgt zij niet. „Niet zoo erg!" zegt zij. „Laat de gaten maar open „Al zou de gulden iets dalen, laat hem maar gaan, als-ie maar niet te vér gaat Dat is gewoon boerenbedrog. Een gat in een kleed stopt men niet door er een ander gat bovenop te leg gen, doch door het te dichten. Door de Begrooting te doen sluiten. Al móéten dan, om te beginnen de lasten verhóógd. 't Is het begin van beterschap. Doch ook maar een begin. Is eenmaal het evenwicht in de Staats huishouding hersteld, dan blijft bestaan 't vraagstuk der „zware lasten" dan blijft klemmen de vraag, of deze lasten niet een weinig behooren te worden verminderd. Dit kan slechts op één manier Door vermindering van uitgaven. De Overheid moet zich geheel of gedeeltelijk, terugtrekken van terreinen, die nu zoo wat heelemaal door haar worden gefinancieerd. En in de tweede plaats moet zij, wat zij blijft financie ren trachten op goedkooper wijs te doen. Laten- we eens een voorbeeld nemen. De Overheid geeft Hooger Onderwijs. Dm nu van de Faculteit der Natuur- nppfv "iaar te zwiïgen, is die derge- skunde er zeker een, waar zelfs de gewone burger eenigen kijk op heb ben kan, dat die duur is en steeds duurder wordt. Ten eerste al de hoogleeraren. De Wetenschap gaat steeds verder. Telkens krijgt zij een nieuwe „tak" Gedurig weer is er een onderdeel 't welk zich zoo uitbreidt, dat een be paalde professor -'t er niet meer „bij" nemen kan en dan moet daar een nieu we hoogleeraar voor worden aangesteld. Of ook ineen of ander opzicht komt een nieuwe „School" op, waarin de faculteit iets „ziet" en die moet dan een eigen vertegenwoordiger hebben. En zoo gaat het steeds voort Zoo gaat 't met de assistenten. Zoo gaat het met de klinieken. Zoo gaat 't met de ziekenhuizen. Altijd uitbreiding, naar alle zijden, en 't eind ervan is nooit te zien. Wat is dan 't eenige redmiddel. Weldat de Regeering na rijp be raad en onderzoek, zegt Zooveel kunnen we geven voor H.O. Daarvan zooveel voor de Geneeskunde. Nu moet de faculteit zélf maar es komen met een plan, hoe zij voor die som zichzelf op den duur t best zou kunnen inrichten. En dan laat men de Faculteit wel vrijheid. Houdt er de bureaucratie buiten. Maar houdt zich onverbiddelijk aan de eenmaal vastgestelde kosten-reke- ningZóóveel kan 't lijden! Daar niet boven gaan Dat is de eenige manier. Uit tal van dergelijke gevallen. En dien weg móét het op. *s5 Ooltgensplaats nieuwe burgemeester. De benoeming van den heer W. J. Donker» sloot tot hoofd der gemeente Ooltgensplaat is ongetwijfeld een handeling geweest geheel in den geest van de burgerij van Ooltgens» plaat. De heer Donkersloot is in Ooltgensplaat een populair man, wat niet het minst te dan» ken is aan 't feit dat hij reeds op jeugdigen leeftijd zich gaf aan het publieke leven. Een terugblik op de loopbaan van den heer Donkersloot moge hier tot bewijs strekken. Reeds in zijn jonge jaren streed de heer Donkersloot in de gelederen van de Anti» Revolutionaire partij jaren aaneen diende hij de Kiesvereeniging als trouw secretaris. Bo» vendien was hij in den laatsten tijd tweede voor» zifter der Flakkeesche Hulpcentrale derA.»R. Partij Voorts neemt hij in diverse corporaties een invloedrijke bestuursfunctie in. In 1919 werd hij candidaat voor de Prov. Staten in den kieskring Ridderkerk. In 1913 werd hij gekozen tot lid van den Gemeenteraad, welk mandaat steeds vernieuwd werd. Zes jaren achtereen is hij wethouder der gemeente ge» weest. In September j.l. werd hij weer als zoodanig gekozen. Wegens ziektevan den afgetreden burgemeester, den EdelAchtbaren heer v. Putten, was de heer Donkersloot vanaf Mei 1923 loco»burgemeester, in welke functie hij zich al direct voor vele en groote moei» lijkheden geplaatst zag. (De gemeente Ooit» gensplaat zucht onder een zwaren Hnancieelen last). De manier waarop hij deze moeilijkheden tot heden het hoofd bood, heeft beloften in voor de toekomst. Ook is reeds gebleken dat hij het brandend werkloosheidsvraagstuk on» der de oogen durft te zien en dit langs een gezonden economischen weg tracht op te los» sen. Moge hem dit tot heil der gemeente in 't algemeen en den arbeiders in 't bijzonder goed gelukken. Uit een en ander blijkt duidelijk, dat de heer Donkersloot op deze verantwoordelijke post op zijn plaats is, en de belangen der ge» meente Ooltgensplaat in zijn handen goed toevertrouwd zijn. Dat het meerendeel der burgers dier ge» meente het ook zoo inzien, bewees het ver» zoekschrift dat naar den Haag ging, om den heer Donkersloot tot burgemeester te mogen hebben, een verzoekschrift voorzien van zoo» veel handteekeningen als slechts weinigen ten deel zouden vallen. Wij aarzelen niet, aan de tallooze heilwen» schen, die den heer Donkersloot gewerd, den onzen toe te voegen, en bidden hem toe dat hij den zegen Gods moge ervaren op zijn moeilijk werk, dat in dezen tijd van econo» mischen druk en maatschappelijke inzinking alle glans der aantrekkelijkheid verloren heeft. Ook de burgers van de oostelijkste gemeente van ons eiland wenschen wij geluk met hun nieuwen burgervader. 40 cent per regel. koopt men 20 ni by OPPERT 144 ROTTERDAM Specialiteit 'V' In de kou. Arme, blauw verkleumde kinders Maar, 't is de gemeente haar schuld E vertelt er van in »De Sch. m. d. Bijbel«. In een »goede«(!) gemeente van ons vader» land, had het bestuur der biz. school van de gemeente 'n nieuw gebouw gekregen, maar het bouwplan was indertijd slechts goedgekeurd onder voorwaarde dat de verwarming door middel van gashaarden zou geschieden. En nu »stookt« men daar dan gas. Kost het schoolbestuur plus minus twee honderd gulden per maand(!) zoodat het wel last móést geven, om reeds vóór 't end van de schooltijden het verwarmen te(staken. Bo» vendien kon al gassend, vóór de vorst, de temperatuur in de lokalen worden »opgevoerd« tot 56 (zes en vijftig) graden Fahrenheit Maar de gemeente wou gas. Want zij zelf stookt en levert gas En dan heeft het bestuur eener »vrije« school niets, niemendal meer in te brengen. Wat nü noodig is. Thans komt de ^bezuiniging*. Minister Colijn is, schakelen we 't »roode plan«(!) uit, de eenige, die gekomen is met een plan Zóó kan het. Wat is er nu gebeurd Critiek aan alle kant 't Geen heusch niet moeilijk is. Allerminst, als men komt met vragen als deze: Of de minister wel weet dat thee zoo'n algemeen gezochte, nuttige volksdrank is? »Slecht en recht« zou 't vólk zeggen »Dat weet m'n grootje ook Aan zulke praat heeft men niets. Zet geen zoden aan den dijk. Brengt geen cent in den buidel. Neen, laat men nu komen met opbouwende critiek. Niet alleen zeggen: Dat deugt niet! Maar tegelijk zeggen, hoe 't dan wèl deugt hoe men wèl de desbetreffende millioenen krijgen of bezuinigen kan. Minister Colijn is niet strak. Er is bést met hem te praten Tot overleg is hij bereid. Alleen op dit punt staat hij wèl stijf en strak De einden moeten aan elkaar Uitgaven en inkomsten moeten kloppen. En daar heeft hij gelijk in. Een minister die daar anders over denkt, verzaakt zijn plicht. Nadruk verboden, 't Is daar een echt stuk waterland: Te lerseke, waar ds. Kersten woont, de bekende predikant der oud»gereformeerden, die tevens Kamerlid is. Het eiland Zuid»Beveland gaat zich, hoe verder Oostwaarts al meer versmallen, net of het door die twee reuzenarmen der Schelde, Ooster» en Wester», saamgeknepen wordt. Maar wat er land is, dat is bést De vetste klei, puik bouwland En zullen de Iersekers zeggen wat er zee is, dat is ook best. Daar bedoelen ze d i t mee In veel vroeger eeuwen was daar veel méér land dan tegenwoordig, gelijk men op oude kaarten nog duidelijk kan zien. Maar in Zee» land is 't alle eeuwen door steeds een ge» vaarlijk stuivertje=wisselen geweest tusschen water en land en hiér wón het de zee, kijk op de kaart maar die breede plas aan, die ge» teekend staat als het «verdronken land van ZuidsBeveland®. Tal van dorpen zijn hier weggezonken en de zee vierde feest. Toch heeft, in den loop der vorige eeuw, de mensch ook van dat water weer partij leeren trekken. lerseke is er geweldig van gegroeid. In 't begin der 19e eeuw had het nog geen 1000 inwoners en ih 't begin der twintigste was dit ver over de 3000 gestegen, dat hadden voornamelijk de oesters gedaan maar ik breek hier mijn gedachtengang af, omdat het niet mijn doel is in aardrijkskundige bijzonderheden te treden en nog minder in die van de oesterteelt. Uit lerseke kwam dezer dagen een eigen» aardig bericht, dat toch wel verdient, er even bij stil te staan. Het kwam hierop neer De gemeenteleden van ds. Kersten zijn van plan een eigen bizondere school te stichten, geheel uit eigen zak, zonder steun van het Rijk en die ze dus ook op enkele algemeene bepalingen na, geheel kunnen in» richten naar hun eigen meening en inzicht. Meer weet ik er ook niet van. Alleen dit bericht in de bladen, dat ik ook nergens tegengesproken zag, hoewel er tijd genoeg voor tegenspraak zou zijn geweest. Als reden gold vooral het volgende De kinderen zouden bijna alle moeten komen van reeds bestaande christelijke scholen en zooals men weet en wij indertijd duidelijk genoeg hebben uiteengezet! na de jongste »herziening« in de Schoolwet van '20 gaat dit niet meer als ze, van de openbare school komen, tellen ze mee, maar van de eene prot. chr. school naar de andere geldt dit n i e t. En ten tweede, als die menschen heelemaal een »eigen« school bouwen, geldt vanzelf voor hen niet de verplichting, dat deze tegen brand moet worden geassureerd, waartegen zij ge» wetensbezwaar hebben. Zoo staat daar, volgens de berichten de zaak. Nu weet ik wel, er is tusschen zeggen en doen een groote stap En met name bij die over 't algemeen zeer gemoedelijke oud=gereformeerden kan men te voren slecht berekenen, hoe zoo iets zal gaan. Ik hèb het van hen meegemaakt, dat ze in een paar avonden voor een broeder, wiens huis door den bliksem getroffen en verbrand was, ettelijke duizenden guldens bijeenbrach» ten, terwijl hun eigen voorman, ds. Kers» sten, nu al geruimen tijd geld zocht voor een soort theologische school ter opleiding van predikanten, waarvoor zelfs hij veel verdacht» making en weinig contanten krijgt Die zijde van de kwestie laat ik dus rusten. Ik neem de zaak, zooals wij ze uit de bladen kennen Daar is een groep ouders, die met elkaar een 90 kinderen school sturendie zich niet kunnen vereenigen met het onder» wijs dat op de bestaande scholen gegeven wordt en die nu toch, als ze een eigen school willen, deze geheel uit eigen zak moeten stichten en onderhouden. Voor wie dus de wijzer van de klok op 1888 is teruggezet. Nu zal ik eerst klare wijn schenken Ik ga met die mannen van ds. Kersten in geen enkel opzicht mee. Noch in hun staat» kundige, noch in hun godgeleerdmystieke, noch in hun practische ideeën en beschou» wingen. Ik acht de »verzekering« christenplicht en een zegen»van»God, al kèn ik het misbruik zeer wel; ik onderschrijf allerminst het schuld» register van de a r. partij ik kan met hün subjectieve waarheidsbeschouwing voor mijn God niet terecht, 'k Zou het nèt zeggen, zoo 't i s. Ik kan in geen van deze zaken met hen meegaan. En waar te lerseke christelijk en ook gere» formeerd onderwijs te verkrijgen is, daar zeg ik, naar m ij n beschouwing Die menschen hebben geen enkele reden om te verlangen naar een eigen school. Nogeens, dat kan duidelijk zijn! Maar nu de keerzij van de zaak. Z ij moeten niet naar m ij n, doch naar hun eigen consciëntie geoordeeld worden. Niet uw of m ij n maatstaf geldt hier. Maar de vraag Hoe z ij voor God staan. En wie nu die mannen ként, ook door eigen omgang, die weet ook de hypocrieten die altijd en overal zijn uitgesloten dat die menschen in hun geweten overtuigd zijn, dat d i t hun weg is. Dat ze voor hun kinderen onderwijs moeten hebben naar Gods Woord, maar dat ze, zelfs met het onderwijs op de gereformeerde school geen vrede kunnen en mogen hebben. 't Is van hen geen gril of aanstellerij Neen, zoo leeft het in hun hart. Daarom zoeken zij een eigen school. Een geslacht terug, dit mag wel eens even worden opgemerktzaten verreweg de mees» te hunner kinderen, hoe vreemd het klinke op de banken der Openbare School. Of z ij dan onverschillig waren Het neutrale onderwijs zoo bewonderden Niets ervan, maar de valsche lijdelijkheids» idee bracht hen tot de uiterste konsekwen» ties. God moet het doen, al wat w ij probeeren is mènschenwerk, eigen werk en dies ten doode opgeschreven, riet en stoppelen voor het vuur. Als God den jongen of het meis» je bekeert, dan schaadt het niets, al gaan ze op de openbare schoolals God het niet doet, dan zal 't ook niets baten al zitten ze jaren lang op de School met den Bijbel. Zoo was toen de »ligging« dezer menschen. Diep zondig, zij het door dwaling, ik stem het toe, maar merk tevens op, dat er met name door den jarenlangen, onvermoeiden arbeid van ds. Kersten, die meen ik zelf Chr. onderwijzer is geweest en van sommige mede» standers heel wat verandering is gekomen, zoodat deze oud»gereformeerden op verschei» den plaatsen reeas eigen scholen hèbhen nog pas werd er een te Rotterdam geopend of goeddeels hqn kinderen zenden naar een bestaande christelijke school. Keeren we tot ons punt van uitgang terug Thans staat het er te lerseke met hen zóó voor, dat zij volgens de bestaande Wet voor een eigen chr. school geen cent Overheids» hulp kunnen krijgen en alles uit eigen zak mogen betalen. Trouwens, zij zijn 't alleen niet! Wij wezen daar meermalen op. Met andere richtingen is 't net zoo. Voor de gereformeerden, wier kinderen gaan op scholen van algemeen»christelijke richting staat de zaak precies eender Met de Wet in de hand kan hun een eigen school geweigerd worden. Dat zij dit zoo niet merken en voelen komt daarvandaan, dat zij almee 't langst voor de Chr. School zijn gewonnen geweest en bijna overal onderwijs overeenkomstig huu gereformeerde beginselen kunnen verkrijgen. Wat hieruit voor ons volgt 't Systeem van de Wet deugt niet. Gelijk door enkelen onder ons van meet af is ingezien. Dit moet op verdrukking uitloopen. Aan den eenen kant k a n en m a g de Over» heid de uitgaven voor het Onderwijs maar niet eindeloos laten oploopenintegendeel zij moet ze, en niet zuinig ooki n k r i m» pen. Maar aan den anderen kant k a n en m a g de Overheid niet het eindoordeel hebben over de vraag, of een bepaalde school voor m ij n kind geschikt is of niet. Begrijp goed: dit is tyrannie. 't Is er het begin, de wortel van. We keeren dan terug tot vóór he t jaar '57, toyn het ook de s t e d e 1 ij k e en de gewes» telijke en de land s»overheid waren, die uit» maakten, of hier of daar een bizondere school noodig was of niet. Men kan ze stichten »uit eigen beurs« Ja! voor lerseke helpt dit allicht. Die boeren schijnen geld te hebben. Maar dit is geen rechtsgelijkheid, als een «christelijke» en een «gereformeerde» school alles vergoed en een «oud»gereformeerde« school niets vergoed krijgt. En nu nogmaals ik ben 't met die menschen volstrekt oneens. Maar ik kom voor hun vrijheid op. Ik zeg: zij niets en jwij alles, dat is niet récht. De Overheid op 't oogenblik kan en mag niet anders, want zóó is de Wet, doch daarom mogen wij met die et geen genoe» gen hebben. De antirevolutionair vraagt om «Recht voor a 11 e n En vraagt men Wat dan Wel, me dunkt, dat het stelsel van die alge» heele verzorging van het Onderwijs door de Overheid, waaruit volgt dat zij zich uit zelf» behoud wel tegen te groote versnippering moet verzetten Dat stelsel moet verlaten worden. Al kan dat niet een»twee»drie. Als we maar beginnen op te houden ons bij het tegenwoordige stelsel, dat achzoo makkelijk is, maar dat én op den duur tot verdrukking»van»minderheden leidt, én op den duur den band ouders»bestuur=school steeds losser doet worden, neer te leggen Het kón op den duur wel anders. Zóó, dat de Overheid zegtIk kan van de Staats»inkomsten zóóveel missen voor het Lager Onderwijs. Dat is per kind zooveel. Welnu, dat keer ik uit aan alle grootere en kleinere »schoolschappen«, die aan bepaalde voorwaarden voldoen, opdat zij dan zelf zien

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1924 | | pagina 1