Uit de Pers. ReclamS'Mededeeüngen. V erkoopingen Gemengd Nieuws. SM Naar die totale, uiteindelijke, volkómen heerschappij van het ongeloof, die haar vols ledige triomf vieren zal in de komst en het koninkrijk van den Antischrist, is de werelds historie op weg. Hoever we er van af zijn nog, wie zal het zeggen Maar we glijden steeds vérder weg. In Rusland, men weet het, was het al zoo ver dat de Sovjetsster voor het Christusskruis in de plaats werd gesteld en dat een rechts bank werd gevormd, die God indaagde, Zijn daden oordeelde en vonnis tegen Hem sloeg 'n Echte trek van den Antischrist. Maar dit alles is nog slechts begin. En de wereldshistorie gaat wèl in hoofds richting steeds op haar einddoel af, maar toch ook vaak langs ingewikkelde Zigzaglijn en daarom hoeven wij, christenen, allerminst de hoop op te geven, dat er evenals op de Revos lutie der achttiende eeuw ook nu een christes lijk Revéil volgen zal, gelijk aan dat hetwelk in de vorige eeuw voor Nederland zulke zegens rijke gevolgen heeft gehad. Groen van Prinsterer heeft 't ons geleerd De idealen van de Revolutie heeft zij ges stolen vanhet Christendom zij belóóft de vervulling, die Christus gééft. Alleenlijk, en ziehier het groote onders scheid Zij wil den weg van den Christus niet uit. En zij wil zijn tijd niet afwachten. Dat was te allen dage het ongeluk van hen, die zich aan den Heere Christus gestooten hebben als aan een steen des aanstoots en een rotssteen der ergernis. Zoo was 't al tijdens Zijn omwandeling. Neem b.v. Farizeën en Schriftgeleerden. Als zij leeraarden dat de Christus komen zou en Koning zijndat Hij zitten zou op den troon zijns vaders Daviddat Zijn Koninkrijk een eeuwig rijk zou zijndat alle volkeren der aarde Hem zouden gehoorzamen, komen en opgaan naar Jeruzalem dat in de beeldspraak van Jesaja »de berg van den tem» pel des Heeren zou vast staan, hoog op den top der bergen«, Dan hadden zij daarin volkómen gelijk. Dit was alles naar des Heeren Woord. Dat de Christus nooit weersproken heeft. Alleenlijk, tegen den wég, dien Christus aanwees, als de eenige weg, die tot dit alles leiden kon, verhitten, vergramden en verbit» terden zij zich, dien weg, die leidde over Golgotha tot de heerlijkheid, door middel van het kruis tot de kroon. Gelijk dit den Grieken een dwaasheid was, zoo was het hun, Joden, tot een ergernis. En zóó hoog steeg hun verbittering, dat het kookte in hun ingewand toen ze, trappe» lend van boosheid, dorstend naar het bloed des Rechtvaardigen, vóór Pilatus riepen«Wèg met hem Het is niet betamelijk dat hij leve 1 Zijn bloed kome over ons en onze kinderen Zij wilden wel den Christus Ariomf. Maar zij verwierpen den Christussivèg-. En toen is onze Heere Jezus Christus toch dien wég gegaan, want de Raad des Heeren zal bestaan tot in eeuwigheid, maar zij die dezen weg verwierpen, hebben niet gedeeld in den triomf, uitgezonderd de niet weinigen onder hen, die zich volgens 't geschiedverhaal der Handelingen nog aan déze zijde des grafs van hun boosheid hebben bekeerd. Welnu, wat zich tóén heeft afgespeeld Met den Christus in den staat der vernede» ring, - Dat ziet men zich in allerlei vorm gedurig herhalen, nu Hij in den staat der verhooging gezet is \er boven alle macht, die daar is in den hemel of op de aarde. Eén voorbeeld greep me dezer dagen al heel sterk aan. Als de lezer dat goed begrijpt, kan hij het zelf met andere vermeerderen, wanneer hij maar een weinig let op de teekenen, de be» geerten, de verlangens, het hijgen en jachten van dézen tijd. Zie, de natiën zuchten om vrede Geloof toch niet, dat de eigenlijke vecht» jassen onder de kinderen der menschen, die den strijd willen óm de geneugten van den krijg, zoo groot in aantal zijn. Na de verschrikkingen van den vierjarigen wereldoorlog, zullen er maar weinigen zijn, die weer naar zoo iets verlangèn. De mensch, zelfs in zijn gevallen, bedorven zondestaat, heeft toch het heimwee behouden naar den storeloozen vrede van het Raradijs, al heeft «de® mensch die dan ook moedwillig verspeeld. Nu is Christus' werk niet slechts ter zalig» heid van zondaren dat is slechts een onder» deelmaar om te komen tot «de weder» herstelling aller dingen®. Dit geldt ook voor den Vrede. Hij brengt ons den vrede weder. En zooals hij voor den zondaar verworven heeft in de eeuwigë zaligheid den staat van het «niet»meer»künnen=zondigen«, zoo heeft Hij ook in beginsel den eeuwigen vrede op Satan veroverd. En nu leidt hij het «mensche» lijk geslacht® tót dien vrede. Doch nu komt weer 't groote conflict Den Christus=friom/ over strijd, oorlog, satan en dood, jadién wil men wel. Maar den wég, dien de Christus daartoe aanwijst, dien wil men beslist niet. Altijd weer om dezelfde reden! Omdat die weg door de diepte gaat. Door het dal der zelfvernedering. Wie dat koninkrijk van den eeuwigen vrede ingaan wil moet het kruis achter Jezus opnemen en Hem volgen en zichzelven verloochenen en zijn oude natuur dooden, door de kracht des H. Geestes, en in een nieuw godzalig leven wandelen. Dat is de weg naar den Vrede. En dat is geen luchtspiegeling dat is werke» lijkheid dat wordt alzoo door Gods Woord op vele plaatsen geleerd. Dat Woord, versta me es even wélis «pacifistisch® in den eenig»mogelijken, hoogst» heiligen zin van dit woord. Laat ik es één bewijs bij brengen. Dezer dagen las ik in de vertaling van «Tekst en Uitleg« die heerlijke beschrijving uit Jesaja 2, hoe het zijn zal »in het laatste der dagen«, een beschrijving die dan hierin haar hoogtepunt vindt «Hij zal tusschen natiën richten, voor vele volken zal Hij beslissen, dan smeden zij hun zwaard om tot ijzeren hak, hun spies tot een mes om te snoeien, geen volk heft zijn jzwaard tegen 'n ander meer op, de krijgskunst zal niemand meer leeren®. Zeg nu zelf: is dat niet precies wat de »pacifisten« van onze tijd leeren Kan één hunner 't zóó juist en schoon zeggen Afschaffing en vernietiging van alle wapen» tuiggeen strijd meer tusschen de natiën afschaffing van leger en vloot, want niemand zal meer de »krijgskunst« leeren en alle geschil» len tusschen de natiën en volken worden door arbitrage beslist Ja zeggen de «pacifisten®, de«anti»militairis» ten®, met glanzend, schitterend oog»Zóó moet het zijn! Zooals Jesaja 't beschrijft Ziedaar het vonkelend »overblijfsel« 't Heimwee naar den waren Vrede Maar helaasden wég willen zij niet. Dat is de groote tragiek van de wereldhisto» rie Altijd wéér het hiemwee, dat soms wordt een verterend verlangen naar de bruiloftszaal maar het bloedbruilofstkleed van Christus, he» laas dat wordt versmaad UITKIJK. Christendom en Socialisme. We lezen in 't Friesch Dagblad. De ouderen herinneren 't zich nog? Van »Walhalla« in Den Haag 't Was in den veelbewogen, anarchistisch gekleurden jongelingstijd van 't socialisme in ons land. »Domela« was de profeet in den Haag. In »Walhalla« daar stond zijn troon. Daar werden week aan week het volk de beginselen van het anarcho=socialisme in de ziel gedroppelddaar werd haat gestookt te» gen staat en maatschappij, tegen godsdienst en God. 't Waren andere tijden dan nu Heete hartstochen hitsten de massa op En toen zijn het christenmannen geweest, bedienaren des Woords, die 't waagden met hun Bijbel en hun God temidden van deze brieschende leeuwen te gaan en tegenover hun leugen de Waarheid te prediken Ik denk bijv. aan oud»prof, Lindeboom. En v aan dr. v. Gheel Gildemeester, die dezer dagen in den Haag zijn jubileum heeft gevierd en bij die gelegenheid een en ander uit den ouden tijd heeft in herinnering gebracht. Ziehier 'n kleine moot uit 't verslag De debatten in »Walhalla« in de Wester» baenstraat passeerden nu de revue. Vliegen's lezing als Maastrichts werkman, over »de nood» zakelijkheid der prostitutie in deze samenle» ving«, was de eerste gelegenheid, dat spr. met den tegenstander den degen kruiste, Toen kwam spr. lezen in «Walhalla® op 19 Nov. 1888 over «Wat we van den mensch te den» ken hebben«. In deze propvolle vergadering is spr. door een brandgangetje en door het zich ophijschen in een raam terecht gekomen. Spr.'s eerste stelling was »De mensch heeft een lichaam«. De tweede stelling»De geest beheerscht ons lichaam« en de derde«Ons lichaam is een tempel van den H. Geest«. Sp. eindigde toen zijn rede met «De schep» ping® van J. J. L. ten Kate. Later getuigde een verwoed socialist, dat dat hem in de ziel had gegrepen. 11 Dec. '89 sprak spr. in»Diligentia« over «Kunnen Christenen en socialisten samen» gaan Vele collega's raadden het hem af, maar spr. ging, bemoedigd door v. Koetsveld. Domela Nieuwenhuis debatteerde, maar som» migen trokken 't mes. Een jonge man riep dat God hem mocht verlammen, als Hij er was. Zes weken latei lag hij geheel lam in het ziekenhuis. Zoo sprak God in die felbewo» gen dagen meeEen sprong op het podium en riep, dat hij met het anarchisme aan den oever des doods was geweest, maar er niet mee kon sterven. Deze avond was de stichtingsure van den Chr. Volksbond met al zijn zegenrijke ver» takkingen. Gelijk den lezers bekend is heeft de dollar de laatste dagen een stijging gemaakt. Welk belang Nederland heeft bij de Ame» rikaansche geldkoers blijkt uit hetgeen de N. Haagsche Crt. schrijft De stijgende dollar. De laatste weken gaat de dollarkoers op» vallend omhoog. Vertegenwoordigt in normale tijden de dollar een waarde van f 2,50, thans moet men al f 2,64 a f 2,66 betalen voor één dollar. Wat dat beteekent voor alle door Ne» derland in dollars afgesloten koopen, ligt voor de hand. Het genoemde verschijnsel toont aan, dat de vroegere verhouding tusschen gulden en dollar verstoord is, ten nadeele van den gulden, 'n Kleine depreciatie, 't zij toegestemd, maar voldoende toch om ons opmerkzaam te maken. Nu geven we aanstonds toe, dat in deze koersstijging van den dollar meerdere factoren kunnen werken. Eenerzij ds wordt zij beïnvloed door den stand onze internationale vorderin» gen en schulden Anderzijds echter werken er toch ook op in de economische en finan» ciëele verhoudingen in het binnenland, die het buitenland waardeert in een cijfer, waarin het zijn vertrouwen ten opzichte van onze munt uitspreekt. Zien we goed, dan kan de stand der weder» zijdsche vorderingen en schulden den dollar zijn voorsprong niet verschaft hebben. Nog pas plaatsten we 25 millioen dollar aan Indisch leeninggeld in Amerika en verlaagden daar» mee ons debet op de betalingsbalans. Deze factor kan slechts in hoogst bescheiden mate hebben bijgedragen tot de ontstane de» preciatie, die tevens eenige inflatie beteekënt. Ook onze economische toestand op zich zelf levert geen voldoende verklaring op. 't Is, als overal, al lang slap met het werk in bedrijf en industrie. Men aanvaardt dat. Bevoegden meenen echter dit reageeren den wisselmarkt niet buiten verband te mogen zetten met de positie der rijksfinananciën. Niet dat deze reeds in absoluten zinveront» rustend zou zijn, en we de waardedaling van ons ruilmiddel onafwendbaar voor oogen had» .den. Zoo erg is het gelukkig nog niet. Maar we hebben ons te bezinnen, opdat we niet komen op den weg der inflatie. Dat wil de ons ongunstige beweging op de wisselmarkt even nadrukkelijk 'herinneren. Zij beteekent: bezuiniging, indien ge uw oude vertrouwen ten volle wilt handhaven. Gaat ge door zooals nu, dan loopt het fout. Hoe langer ge wacht, hoe bedenkelijker voor uw gulden. Dan gaat het groote publiek weer zeggen, dat alles duurder wordt. In werkelijkheid vermindert echter de koop» kracht van den gulden. Wie dan ook de bezuiniging remt ter wille van eigen groepsbelang, waagt er de belangen van heel ons volk aan. Deze waarschuwing uit de koersstijging van den dollar moge ernstig ter harte worden genomen. de wedergade tevergeefsch zoeken zal, is deze haatzaaiende, laffe scribent dag op dag bezig politieke tegenstanders te bezwadderen. Als een slang legt hij het daarbij op zijn prooi aan. Profaneeren, op en over den grens van het godslasterijke, in zijn fort. Dan leeft hij op, Dan toont hij zijn kracht en zijn waren aard. Als hij zijn vijandschap tegen God en al wat zijn Naam belijdt, maar uiten kan. Begrijpelijk, dat hij ons ook onze mooie bijeenkomsten niet gunt. Dat hij ook zijn gespleten venijntong moest steken in de wijze waarop de onzen te Ams; terdam met den heer Colijn vergaderden, - wie is er die het anders verwacht had Natuurlijk was 't weer in»en»in»gemeen. Lees maar eens Onze Gereformeerde mede»zusteren»en» broederen hebben in de Raamkerk hun groo» te gala» en familie=voorstelling gehouden. Colijn met den scheepsomroeper voorop. Merkwaardig, hoe vromer het volk, des te makkelijker gebruiken ze het huis des Hee» ren voor platvloersche konversatie. En de kermis der wereldsche .ijdelheid viert dan hoogtij, 't Was «Excelentie® voor. en «Mi» nister« na. De typische op=de»knieërij van den kleinburger voor den hoogen heer dier andere wereld, waar «óns soort menschen« slechts op een mijl distantie en minstens in drieën gevouwen naar kijken mag. Pure laster, de grofste volksmisleiding is hier aan het woord. Maar zoo iets doet 't em in socialistischen kring. Daar heiligt immers het socialistisch doel tegenover den tegenstander het gebruik van elk middel. Ook van het laaghartigste. En dat gebeurt dan door iemand, wienhet esocialisme .alleen maar in[dcn mond zit, diejleeft en doet als «groote mijnheer«, die met woor» den praalt, maar zoo laf is, dat hij misschien in staat is, indien hij is even met zijn socia» lisme in de knel kwam, al dat roode mooi's met even veel zwier als hij er nu over praat aan kant te doen, als oude plunje. Dat is de heer Kleerekoper, die smaalt op het koningschap, maar zich 't beste plaatsje 40 cent per regel. Zijn Uw handen en lippen pijnlijk, schraal of gesprongen door de koude, gebruik dan de heerlijk verzachtende en snel genezende Purol. In doozen van 30, 60 en 90 ets. Bij apoth. en drogisten. De N. Haagsche Crt. geeft het volgende portret van de «Krabbelaar lasteraar «in het Volk« We kennen hem nu langzamerhand den z.g. «Oproerige krabbelaar« in «het Volk». Klein, benepen, geniepig, listig, valsch gaat hij in zijn »Krabbels« te werk. Met een zelfingenomenheid, waarvan men uitzoekt om te zien als de Koningin zich in 't openbaar vertoont. Dan ligt hij met zijn neus platgedrukt tegen de ruiten te kijken, Wat zegt ge wel van zoo'n oproerigen krab» belaar Ge vat zijn viezigheidjes een enkele maal tusschen duim en vinger, kijkt er even naar en slingert ze dan met een trek van afschuw en verachting op het gelaat van u af. Zoo ver ze maar vliegen willen. En toch is deze man een steunpilaar van de socialistische toekomstmaatschappij. Gelukkig maar voor hem en de zijnen, in» dien zij dat begeerde land nimmer betreden. Ge kunt er toch verzekerd van zijn, dat het niet lang zou duren of de burgers der nieuwe maatschappij gingen elkaar op de roe» rigste wijze bekrabbelen. Ze kunnen 't nu al vaak niet laten. Want op dezelfde wijze als ze nu tegen anderen te keer gaan, zouden ze dan onder» ling de socialistische cultuur in de practijk brengen. Het beginsel daar brengt dat zoo mee. Wie haat en verdachtmaking zaait, wordt er zelf op den duur het slachtoffer van. Wie wind zaait, oogst storm. Een beschamend voorbeeld Het »Vaderland« ontving volgenden brief Mijnheer redacteur. Ik hep met meelij gelezen van de ont» zettende noot in Duitschland. Ik heb geen geld te vermissen, maar ik zend u mijne eerlijk verdiende echt zilvere medaljes. Ver» koop die maar, elk plakje zal nog wel een paar broden opbrengen, en ik stigt daarmee meer nuttigheid als ze te hangen op mijn beste jas, die toch maar in de kast hangt. Beter iets dan niets. N. N. een oude Vechtjas«. Dat briefje gaf de onbekende aan het loket af met de twee zilveren penningen, en ging heen. Het blad zegt er nog van «Op den eenen penning, ongeveer ter grootte van een rijksdaalder, staat aan de eene zijde het Nederlandsche wapen, te midden van oorlogsattributen, en daarboven«Voor trouwe dienst«aan de andere zijde een groote W op een draperie, met de kroon er op. Op den tweeden, grooteren penning aan de eene zijde, in een lauwerkrans«Hulde aan de strijders op Lombok, Amsterdam 6 Juni 1895« aan de andere zijde «Matarum— Tjakra Negara®. Die twee, met levensgevaar, eerlijk verdiende penningen, die ook nog hun waarde in zilver hebben, stelt de oude Vechtjas ter beschikking van de hongerlijders in Duitschland. Die gift is heel wat meer waard dan het zilver dat er aan zit®. We voelen ons soms al heel weldadig, als we een kleinigheid van onzen overvloed geven. Het voorbeeld, hier gegeven, doet denken aan het penningske der weduwe. Moge het dengenen, die geven kunnen, in deze ellendige tijden, tot spoorslag zijn, al het mogelijke te doen tot heil voor de lijdende menschheid. Op Donderdag 22 Nov. 1923, veiling, en Op Donderdag 29 Nov. 1923, afslag, beide dagen des avonds ten 5,30 uur bij den heer P. Jacobs aan het Tramstation te Achthuizen, van Een huis, erf en tuin aan den Kranen» dijk, plaatselijk geteekend B 111 en het recht van erfpacht tot 1 Januari 2000 van een per» pel bouwland aldaar, groot 4 Are 25 c.A., alles onder de gemeente Den Bommel, nage» laten door A. Hameeteman. Notaris VAN ISPELEN. Op Vrijdag 23 November 1923, in het Hotel van A. P. de Weerd te Oude Tonge, veiling, en Op Vrijdag 30 November 1923, in het Hotel van J. Leegierze aldaar, afslag, beide dagen des avonds 6 uur, vanEen nieuw hecht en sterk gebouw bestaande uit een boven» en benedenpakhuis met paardenstal, aan den Oostdijk te Oude Tonge met erfpachtsrecht groot 7 Aren 89 centiaren. Zonder machines. Ingebruik geweest bij de N.V. Handelsraad van den Land» en Tuinbouwbond. Notaris VAN ISPELEN. Zaterdag 24 November, 's avonds 6 uur te Ouddorp, in het Logement van Akershoek, verhuring bij inschrijving voor het seizoen 1924 van drie meeden bouwland te Ouddorp in het West»Nieuwland in den 4en blok, in 3 perceelen, met beding van vrije cultuur, ten verzoeke van Mej. de Weduwe Teunis Voogd. Notaris VAN DEN BERG. .Zaterdag 1 December bij inzet en Zaterdag 8 December bij afslag, telkens des avonds 4 uur, te Ouddorp, in het logement van Akers» hoek, van een huis met schuurtje en tuin te Ouddorp aan den Oudelandschen Langeweg, kadaster Sectie E no. 2133, groot 16 Aren 50 centiaren (108 R. V. M.) ten verzoeke van den Heer Jan Mierop Janszoon te Ouddorp. Dadelijk door den kooper in gebruik te aan» vaarden. Notaris VAN DEN BERG. Openbare vrijwillige' verkooping van vier nieuw gebouwde Woonhuizen, nabij den Dorpsweg te Sommelsdijk, voor den heer Jn. Ie Comte aldaar. Op Dinsdagen 4 en 11 De» cember 1923, telkens des avonds 7 uur in het Hotel Spee te Sommelsdijk. Notaris VAN BUUREN. Dinsdag 4 December 's middags half drie, te Stellendam aan de Voorstraat om contant geld. Van een huishoudelijken inboedel ten verzoeke van de erfgenamen van de weduwe Aart de Graaf. Notaris VAN DEN BERG. Dinsdag 4 December bij inzet, te Stellendam in het Logement van Mijnders en Dinsdag 11 December bij afslag, te Stellendam in het Logement van Troost telkens des avonds 7 uur van a. een goed onderhouden Woon» en Winkelhuis te Stellendam aan de Voorstraat, met gang, open plaatsje en uitgang naar den Achterweg, 15 Januari 1924 door den kooper te aanvaarden, b. een schuur te Stellendam aan den Noord»Westelijken Achterweg, 15 Januari 1924 door den kooper te aanvaarden, c. een huis te Stellendam aan de Jan de Naaijer» steeg, mondeling verhuurd aan Pieter Human a f 0.90 per week en d. een huis te Stellen» dam aan de Jan de Naaijersteeg, mondeling verhuurd aan de Weduwe D. Jansen af0,90 per week. Ten verzoeke van den Heer H. C. van Wezel te Stellendam. Notaris VAN DEN BERG. Het drukfoutenduiveltje. Dat is een wonderlijk soort kobolt of ka* bouter. Menschen met het zesde zintuig kunnen hem op zijn troon zien zitten op de zetterij. Van die zitplaats pakt hij zoo nu en dan den zetter bij den neus en heeft hij dat gedaan, dan hoort men hem grinniken van de pret. Zoo maakt hij den zetter tot zijn nar en den schrijver van boek of courantenartikel tot zijn slachtoffer. De drukkerij heeft het minst schuld aan zijn streken. Men spreekt wel van druk» fouten, doch 't moet eigenlijk zetfouten zijn. Als de handzetter, staande voor zijn letter» kast, ijverig zijn handen beweegt tusschen de verschillende vakjes en zijn zethaak, dan duwt de kabouter die hand graag ongemerkt een vakje te ver, of vertrotbelt een seconde den blik van den zetter. En de man aan de zetmachine, die dat kun» stig samengestelde werktuig bedient afsof het een groote schrijfmachine was, is al evenmin gevrijwaard tegen zijn sarrende plagerijen, die pas gemerkt wordt als het «zwart op wit« staat. Dat er een spatie te hoog staat, zoodat ze zichtbaar wordtdat een letter op haar kop staat, och, dat is het ergste niet. Het gevaar ligt daarin, dat een letter in de plaats van een andere komt, weggelaten of ingevoegd wordt, daar waar ze niet hoort. Bedenk men dan, hoe dikwijls één enkele letter, één enkele komma, één enkel streepje den zin geheel kan veranderen, dan krijgt men ook eenig idee van de verwoestingen, die de kabouter, tronend op zijn letterkast, kan aanrichten. Met het onschuldigste voorkomen van de wereld verandert hij de echtelijke slaapkamer in een echtelijke slaagkamer(een dambord in een dansbord, een weetgrage jongen in een eetgrage. Of hij laat een werkster per adver» tentie eenige werkbuizen vragen vertelt, dat de jonge dames onder veilig geleide reisden, behoed als ze waren door een paar waardige matrozen. Ja, hij durft het zelfs aan een groep aanzienlijke bezoekers van een museum aan te duiden als het deftige ezelschap. Minister Goeman Borgesius toonde indertijd,, weinig kiesch gevoel en reverentie toen hij in het vuur van zijn rede sprak over het kouwe vriesrechtmaar onze kabouter maakt het niet beter als hij den zetter stiekum verleidt en hem een verhandeling laat zetten met den kop Vrouwenknsrecht. Verbeeld u, en dat juist over die geëmancipeerde dames, die dat gewraakte werkwoord niet kennen of niet willen kennen De groote vijand van het drukfoutenduivelje is de corrector, die angstvallig al de ongerech» tigheden naspeurt om die te verwijderen. Maar wilt u wel gelooven, dat het den ka» bouter nog menigmaal gelukt ook hem te verschalkenHij deinst voor niets terug, en durft zelfs aanhalingen te vervalschen, zoodat de onoplettende voorlezer uit de preek las de koe en de boerin zullen te zamen weiden. Van een ouden staatsman vertelt hij, dat deze diplomaat dertig jaren lang de lusten van den Staat heeft gedragen, of hij spreekt van de hatelijke verstandhouding tusschen een voorbeeldig echtpaar. Weerlooze vrouwen verklaart hij zonder blikken of blozen voor eerloos hij laat ons iets lezen over den inhoud van een galblaas, maar heeft het dan met een ernstig f gezicht over den inhoud van een gasblaaas Ja, ik heb het zelf meegemaakt dat de schaik ons liet lezen Vriendelijk hijgend reed de Koningin van Nederland voor de eerste maal de hoofdstad van haar Rijk binnen. Bij al het bovenstaande heeft de koddige snaak alleen nog maar de handgreep of het oog van den zetter parten gespeeld, maar, o wee, als hij bij den man de zinnen even kan verwarren. Dan lezen we kalmweg, dat de padvindsters een middagdutje deden op een hooimeid, met een mijt kon de man blijkbaar niet overweg. Of, zooals de Fransche zetter, die een bericht van den schrijver aan hemzelf tot slot van den tekst afdrukte. Die boodschap luide Pour finir, il faut guillemeter tous les alinéas. (Zet ten slotte alle alinéa's tusschen aanhalings» teekens). Had hij dat nu nog maar afgedrukt, dan had hij alleen maar de lezers van het boek aan het werk gezet met het plaatsen van aanhalingsteekens. Maar de man drukte afPour finir, il faut guillotiner tous les aliènés. (Alle krankzinni» gen moeten tenslotte geguillotineerd worden). En daarboven op de letterkast grinnikte het drukfoutenduiveltje; misschien doet hij het over mijn zetter ook wel. Zoo'n lastig knaapjen, Zoo'n kittelig aapjen Dagjesmenschen. We dachten altijd dat Hollanders specialiteiten waren in het bevui» len van bosschen en parken met papieren, etenresten e.d. Het verschijnsel schijnt echter internationaal te zijn. Het Canadeesche week» blad «Toronto Goblin« heeft tenminste de volgende beschrijving van «Het slot van een leuken dag®. «Hebben jullie pret gehad jongens Koor van stemmen «ja, ma 1« «Laten we dan inpakken en naar het station gaan. Johnny «Ja ma.® «Heb je de boterhampapieren overal rond» gestrooid «Ja, ma.« «Mara, heb je de jam, die nog over was, op de bank gesmeerd «Ja, ma.® «Wim, sla jij die twee melkflesschen kapot en stop de scherven met de punten boven onder dien grooten boom in het zand.« «Ja, ma.« «Betty, trap nog gauw die bloemen neer.® «Ja, ma.« «Jack, ga jij je vader helpen met het afbre» ken van dien dikken tak daar.® «Ja, ma.« «Man, weet je zeker dat't kampvuurtje nog smeult, en dat er kans is dat er een bosch» brand van komt «Ja, vrouw.« «Vooruit dan maar, dan hebben we alles gedaan wat redelijkerwijs van ons verwacht mag worden.« Fr. Dagbl. Noodlottige hebzucht. Een Hongaarsch blad verhaalt van een uiterst tragisch familiedra» ma, dat zich onlangs in het Hongaarsche dorp Tatsalva afgespeeld moet hebben. Daar kwam op zekeren dag een Amerikaan in de dorps» herberg, die vertelde 25 jaar geleden naar Amerika vertrokken te zijn en daar een belang» rijk vermogen verdiend te hebben. Hij vroeg naar z'n ouders en vernam tot z'n groote vreugde, dat beiden nog leefden, maar dat ze hem, daar ze in jaren niets van hem verno» men hadden, al reeds als gestorven hadden betreurd. De Hongaarsche Amerikaan vroeg den waard hem niet te verraden en begaf zich naar zijn ouders, die hem niet herkenden. Hij wilde zich eerst den volgenden dag bekend maken en vroeg aan Izijn ouders nachtverblijf, waarbij hij zeide veel geld bij zich te hebben. De ouders, die geen „vermoeden hadden, wien ze herbergden, besloten den rijken Ame» rikaan uit den weg te ruimen en zich z'n geld toe te |eigenen. Ze wilden hem in den slaap overrompelen en vermoorden. Vooraf ging de vader naar de herberg, om zich moed in te drinken. Daar vroeg hem de waard naar z'n V Amerikaanschen gast. Uit vrees voor ontdek» king van de beraamde misdaad loochende de vader een gast te hebben, waarop hem de her» bergier het geheim openbaarde de rijke Ame» rikaan was niemand anders dan de vermiste zoon. Vol vreugde rende de vader naar huis maar daar vond hij z'n zoon reeds badende in z'n bloed. De vrouw had den vreemdeling met een scheermes de keel doorgesneden. Toen ze vernam wie haar slachtoffer was, kreeg ze een aanval van [krankzinnigheid. De zoon ver» keert in levensgevaar. Postzegeldiefstal. Het gebeurde eenigen tijd geleden, dat aan het Koloniaal Etablissement in Amsterdam 40,000 postzegels, voor Indië bestemd, vermist werden. Het waren postze» gels van 2'/2 cent, waarvan men aanvankelijk dacht, dat ze door de drukkerij der firma En» schedé te Haarlem te weinig waren geleverd. Doch een onderzoek wees uit, dat de zegels door de drukkerij waren verzonden. Er moest dus vermoedelijk een diefstal in het spel zijn. Intusschen was het de politie ter oore geko» men, dat in Amsterdam Indische postzegels van 12Va cent verhandeld werden. Ze zocht verband tusschen dit verkwanselen van I2'/2 cent zegels en het ontbreken van zegels van 2 V2 cent en vond ditde bussen, waarin de zegels, die voor verzending naar Indië klaar stonden, waren verpakt, werden geopend en ziet, waar de kleine papiertjes ter waarde van 12l/2 cent moesten zitten, was een ontbreken» de hoeveelheid met 2'/2 cent zegels aangevuld het waren dus 12'/2 cent postzegels, die ont» braken. De verdenking van den diefstal viel op den ambtenaar, die met de verpakking van de postzegelzending belast was. Bij een verhoor bekende hij, dat de 40,000 zegels, ter waarde van f 5000, aan een zekeren G., een berucht bij de politie bekend opkooper verkocht wa» ren. De ambtenaar pleegde na de ontdekking van zijn diefstal zelfmoordde beruchte G. ontkende de opkooping, zoodat de politie nog steeds uit gebrek aan bewijs denopkoo» per niet kon aanhouden. Met list werd echter de man, die nog im» mer rondliep met zijn 40,000 Indische postze» gels, die hij te Amsterdam niet kwijt kon ra» ken, in de val gelokt. Een gefingeerde hande» laar, die in Indië de gestolen zegels wel aan den man zou kunnen brengen, werd met hem in contact gebracht. Er werd onderhandeld, de koop werd gesloten in café Polen zouden de zegels tegen klinkende munt aan hun nieu» wen eigenaar worden overgedragen. G. ver» scheen op den afgesproken dag op het be» paalde uur in het café met de 40,000 zegels, vol vreugde, dat hij ze eindelijk verkwanse» len kon. Doch het was slechts een korte vreug» de. Met den gefingeerden handelaar waren te» vens de noodige politiemannen meegekomen, die op het juiste oogenblik toeschoten om den opkooper die nu in het bezit van de gesto» len zegels werd aangetroffen, in hechtenis te nemen. Hbld. M De Kooien dag ges Kathol] dr. Nc tionair] met dr. J. alleszir het sta voor binet met j nameli ties, blijken gangsj. mogen Ook de N. mateui vaardt, te neq De Het trachte zou d; de rei zij een vervol door hi willen groept werkiq De blik if thans partije willen Naaj S termid Ruys Meii De< gistere] band Oolj partij netscrl Naa een b derru: Neder verple tot u in hei In recher het c papie He( tairen in ve het verde Hij o marec In deze Van brigac tricht dekt, moet terdar Te arrest gen De huis king niet Kan Du In Rous heeft wapei trekki land lijks aanta rijksv saties slotte herstc Me

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1923 | | pagina 2