voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden, Antirevolutionair Orgaan No. 2957 WOENSDAG 24 OCTOBER 1923 38STE JAARGANG IN HOG SIGNO Y1NCES Uit de Pers. Binnenland. Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiëa eai verdere Administratie, franco toe te zeaidess aatt de Bitgevers V Uit votize Oost«, Lanid- esa Tuinbouw. Ingezonden Stukken Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 cent bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS W. BOEKHOVEN ZONEN SOMMELSD1JK Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2 ADVERTENTIÈN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel. DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. Thans mak genoeg. Ze zijn vrijwel murw getreiterd Plat geslagen koest gemaakt, Ze durven, over 't algemeen geen kik meer te geven en hebben 't hart niet meer dat ze ook maar met één woord aantasten de Ma» jesteit van den klasse»Onderwijzer De «hoofden» op de Openbare School. En nü mogen ze binnenkomen Meer dan één afdeeling van den «Bond van Nederl. Onderw.« van Ketelaar, Ossen» dorp en Co. stelt voor thans ook de «hoof» den» tot dien Bond toe te laten en 't Hoofd» bestuur adviseert, dat daar weinig tégen en veel vóór te zeggen is. Nu 't »hoofd« is onthoofd, Kan veilig de Bond vérhoofd 't Katwijksche adres. Over deze kwestie vonden we inlichtingen Jn het volgende stuksken van de N. H. Crt. Te Amsterdam colporteerde men met de adressen op straat en nam zelfs handteeke» ningen van kinderen op. Tal van personen beroemen er zich op, dat hun naam vijf, zesmaal op de adressen voorkomt. In trei» nen teekenden velen, omdat zij de zaak ongeveer als een grapje opnamen. Mag men sommige bladen gelooven, dan werden zelfs Duitsche dienstmeisjes met drogredenen be» wogen om te teekenen. En zoo is er meer. Hoogstopmerkelijk is b.v. het volgende adres, dat door een dertigtal Katwijkers aan de Tweede Kamer werd gezonden «Geven met verschuldigde eerbeid te ken» nen Ondergeteekenden allen ingezetenen van Katwijk aan den Rijn, gemeente Katwijk dat zij door den alhier gevestigden Rijks» ambtenaar der directe belastingen aangezocht tot onderteekening van het petitionnement tegen de vlootwet, waarvan het ontwerp binnenkort door U in behandeling wordt genomen, daarbij door bedoelden ambtenaar zoodanig zijn voorgelicht, als zouden de de kosten uit de aanneming en uitvoering evan genoemd wetsontwerp voortvloeiende, door de Nederlandsche burgers in hunne belastingen moeten worden opgebracht en tot aanmerkelijke verhooging van dezelve aanleiding geven dat zij in goed vertrouwen op de juistheid van deze voorlichting het petitionnement hebben onderteekend dat zij evenwel hierna overtuigd zijn ge» worden dat de door bedoelden ambtenaar gegeven voorstelling der zaken als onjuist moet worden aangemerkt weshalve zij U dringend verzoeken hune onderteekening van genoemd petitionnement als niet gedaan te willen beschouwen«. Natuurlijk trok dit de aandacht. Zeker, 't betreft slechts dertig namen Maar dan alle dertig uit één dorp En als men eens 't gansche land dóór kon gaan onderzoeken hoe de namen onder 't adres gekomen zijn, dan zou blijken hoezeer de «roode» heeren hun kleur éér hebben aange» daan rood van schaamte zouden zij staam. Geen wonder, dat Troelstra nattigheid voel» de 1 Hij nam dat adres maar niet zoo voor zoete» koek aan hij zou eerst eens ter plaatse een onderzoek laten instellen, zei hij. 't Was misschien goed, als wij ook eens met dit adres wat steekproeven namen, hier en ginds »Stil heldendom^, zei ik bij mezelf. Ik kén den gestorvene nietheb nooit van hem gehoord, noch weet iets van zijn wedu» we, maar wat ik van hem las deed zeggen «Stil heldendom«. Neen, groote daden zijn het niet. En k zou er ook niets van weten, als 't niet pas uit de Indische pers in een verscho» len hoekje van onze groote bladen gekomen was. Hij was «civiel»gezaghebber« in de Oost. D.i. onderstesklas bestuursambtenaar. Die met name op de buitenste buitenpos» en werd gebruikt en zoo werd deze Keyser naar Nieuw»Guinia gestuurd, twee dagen soomens.de Digoelrivier op, om daar in de wi ste wildernis en afgelegenste eenzaamheid emi en der verspreide Guineesche koppen» sne ers, met slechts enkele inlandsche politie» mannen tot zijn dienst de orde te handhaven gezag6 egCnwoordigen het Nederlandsche 'n Paar keer 's jaars is er contact met de buitenwereld. En verder is men er alléén op zijn een» zame post. H ij was er alleen met zijn vrouw Ik ken ook haar niet, maar ik acht ook haar een heldin. Met name toen haar man ziek werd en dagenslang de koortsen zijn lichaam sloopten en zij hem verpleegde en zijn leven betwistte aan den dood, zónder arts, zonder hulp alléén en het tenslotte van den onverbiddelijken vijand verliezen moest en haar doode met eigen hand begroef steeds alléén En toen wachtte tot na weken een gover» mentsvaartuig de post bezocht en eindelijk meenam de dappere vrouw, die niet had ge» schroomd haar man zelfs tot hiér te volgen en 't lijk van haren geliefde, dat nu op Am» bon voorgoed 'n rustplaats vond. Ik dacht zooWij hebben veel próathel» den. Op «roode Zondagen» e. d. g. hebben ze 't hoogste woord. Ook hebben we praat» heldinnen, die staan op 't podium van de spreekzaal voor de emancipatie der vrouw Maar hiér is echt «stil heldendom«. Dat gelukkig nog véél gevonden wordt. Niet het minst bij wie ons klein land »groot« maken, daarginds in de verre Oost, die onze »praathelden« te grijpen willen leg» gen, voor wie er maar de hand naar uitstrek» ken wil 1 Het ijzeren corset van Staatsbemoeiing «Observator» schreef dezer dagen in de N. Leidsche Crt. In wat voor wereld leven wij toch In een van de dorpen in den omtrek was een huisvader met een groot gezin, maar zooals het meer gaat een klein inkomen. Zijn zaakje floreerde niet. Slechts door de uiterste krachtsinspanning gelukte het hem in het allernoodigste te voor» zien. En zoo geviel het, dat hij arbeid verrichte op een bij de Arbeidswet verboden tijdstip. Met het gevolg dat hij werd veroordeeld tot f 10 boete. Had de man het hoofd laten hangen en de handen in den schoot gelegd, hij zou ongetwijfeld een flink bedrag aan ondersteu» ning hebben ontvangen. Maar hij gaf er de voorkeur aan zelf de handen uit de mouwen te steken met het ge» volg dat hij veroordeeld werd en straks mis» schien, daar hij niet bij machte is de boete te betalen de doos indraait. Een Arbeidswet is goed. Maar het moest toch niet kunnen voor ko» men dat op deze wijze een premie op het nietsdoen werd gesteld. Dat Jan Salie gesteund wordt, terwijl Jan Courage in het kot ^aat I Wanneer er binnen afzienbaren tijd geen verandering ten gunste komt in de tactiek van Minister Aalberse, staat het zeer te vree» zen, dat het maatschappelijk leven in het ijzeren corset van Staatsbemoeiing wordt dood» gedrukt 1 Een versje op het antUVlootwet=petitionnement. In de »Vrijheid«, het orgaan van den Vrij» heidsbond, komt het volgende rijmpje voor in verband met het petitionnement tegen de Vlootwet Men seint uit Castricum»Bakkum aan het «Volk» Zelfs de conservatiefste boeren en tuinders zetten na eenige toelichting onzer» zijds (van 't anti»Vlootwet»petitionnement), graag hun hand Wat is zelfs den «konservatiefste» te Castricum»Bakkum het liefste Welk woord voert te Castricum»Bakkum de hand op het roode papier van de lijst «Van het Land« Welk woord draagt dees'schit'rende rente «Pas op man Ze wille je cente Te Hoofddorp, te Slfedrecht, de Bilt en Leerdam, te Axel, Breda, Sappemeer en Veendam, ja, zelfs te St. Anna»Parochie loopt een S. D. A. P.»erig jochie overtuigend te «petitionnemente». «Pas op man Ze wille je cente Kalverstraat lijkt het wel «venten» «Meneer sèg Colijn wil uws'cente En ieder die dusdanig «toe wordt gelicht» slaat de schrik om het hart, en, met angstig gezicht, en één hand op zijn vestzak, verricht hij den toer met de pen als een Castricum»Bakkum'» sche boer De Copie van Ingezonden Stukken die niet ge» j plaatst zijn wordt niet teruggegeven. Buiten verantwoordelijkheid van Redactie en UitgevaM Wat elke maand te doen geeft. (2e helft October). Nadruk verboden. Terwijl we dit schrijven een paar dagen vóór medio October is men in de streek mijner woonplaats nog druk aan 'taardap» p e lrooien 2, 3 weken later dan anders. Het beschot, dat men niet boven het middelma» tige verwachtte, valt zeer mee Al zal er dus niet die overvloed zijn als verleden jaar mensch en vee zullen ruimschoots kunnen worden gevoed. Het eerst komen de aardappels in aanmerking behalve voor de menschen ars voeder voor varkens. Zij kunnen gekookt of gestoomd, het hoofdbestandeel van het rantsoen vormen. Daarnaast dient gezorgd te worden voor eiwit (karnemelk, wei, onder» melk, vleeschmeel), inzonderheid voor jonge varkens en vleeschvarkens. Voor jonge groei» ende of drachtige dieren voege men nog wat phosphorzure voederkalk toe. Nog veel is er de laatste 14 dagen gegroeid: spurrie, knolgroen, voederbieten. De laatste vertoonen dit jaar overal, evenals de suiker» bieten, een groot aantal »schieters«, die op sommige velden in massa boven de andere uitsteken het percentage wordt op wel 7 a 8 pCt. hier en daar zelfs op 10 pCt. geschat. De suikerfabrieken willen deze niet aannemen omdat zij moeilijk te verwerken zijn, en de verbouwer wil niet te graag de scha lijden, 't Onderzoek deed zien, dat het suikergehalte dezer zaadbieten niet veel minder is dan dat der anderede bieten zijn echter niet zoo zwaar. Deze »schieters« mee in te kuilen is niet aan te bevelen. Over bietenvoede» ring spieken we later. Thans willen we slechts opmerken, dat er tegen het voederen van h e e 1 e bieten geen overwegende bezwaren bestaan dat de kwaliteit van het spek van varkens, die gemest worden met bieten niet veel minder is dan bij mesting met graan wel is in 't algemeen het slachtverlies grooter. Gaan we zoo inkuilen, dan zij men er op bedacht, in den voedertijd de waterrijkste het eerst, de waterarmsie het laatst te zullen op» voerende eerste bederven toch het eerst. Daar zijn bietenbouwers, die hiermee reeds rekening houden, door twee soorten of varië» teiten te verbouwen ook neemt men voeder» én suikerbieten. De eigenlijke zaaitijd van rogge is voorbijtot half Octoberevenwel kan men nog heel goed na dezen winter rog» ge zaaien, als de vorst uitblijft, zelfs tot in Januari. Toch blijve men steeds gedachtig aan het oude boerenspreekwoord «Zaai rogge in het stof entarweinhetslijk!« Rogge op nat land gezaaid, mislukt dikwijls kan men dus zaaien tusschen 5 en 15 Octo» ber, dan late men dit niet na In den tuinOok hier is de laatste weken nog veel gegroeid boonen, kool andijvie. Al mogen er niet veel pootboonen zijn, omdat de eerste legsels zijn mislukt, de boonenoogst is rijk genoeg, zoowel de keuken als voor de inmaak. De andijvie binde men bij droog weer op bij gunstig weer krijgt men dan nog mal» sche gele harten. Worden de kooien geoogst, dan hange men ze op aan de stronk, op een koele, doch vorstvrije, droge plaats, in kelder of schuur. Men neme ter bewaring de groote, vaste ongekneusde kooien. Af en toe nazien en de rotte plekjes wegsmijten. Ook kan men als men er veel heeft, de kooien inkuilen, op een hooge droge plaats in den tuin; destronk moet boven de aarde uitsteken en wordt bij strenge vorst met ruigte of stroo gedekt. Vóór het inkuilen neme men de grootste buiten» bladeren weg. Het ooft moet nu, zoo dit nog niet is geschied, geplukt wordenniet schudden, en voorzichtig plukken, vooral als het kostbaar fruit is en of het lang bewaard moet worden niet in de mand gooien of onvoorzichtig omstorten. De pluktijd is er, als de vruchten beginnen te druipen val» len), niet eerbij d-oog weer 1 Hebt ge nog spinazie, leg dan bij vorst en scherpe wind, wat droge bladeren, een licht dek er over ter beschutting. Pluk telkens de grootste bladeren af, de kleinen groeien dan nog, als het niet vriestzoo kunt gij ze den winter overhou» den, in 't voorjaar begint de groei weer. B i o c o 1 i, een soort bloemkool, welke in April of Mei gezaaid en later ln goeden grond geplant is, moet nu naar binnen worden ge» bracht en in een kouden bak onder glas wor» den geplaatst. Huismoeder, als gij Hyacinten op wa» ter in bloei wilt trekken, denk er dan aan, als deze maand ten einde loopt. Ge kent de pa» tent bloembollen»glazen, welke daartoe dienen. Vul ze met 'zuiver regenwater, het onderste van den bol moet het water raken. Met een ijzerdraadje of koordje kan men den bol recht houden. Zet glas met bol een week of vier op een donkere plaats, de bol krijgt dan krachtige wortels. Daarna brengt ge ze in 't licht; het glas aanvullen als het water ver» dampt. Geachte Redactie Vergun me nog een enkel woord naar aan» leiding van het laatste »7e leerjaar« van Ge» meentebeheer in Uw blad van 20 dezer. Het komt me voor, dat Gemeentebeheer niet zakelijk blijft en uit het oog verliest dat een mondeling meedeelen van een standpunt niet vervangen kan wat door de pers publiek is gemaakt. Het is hier geen persoonlijke kwestie maar een die verder reikt, en wel zoover als de »Maas« lezers telt. Daar zijn, naar aanleiding van het beweren dat, als gevolg van de invoering van het 7e leerjaar, de kinderen een jaar langer de school moeten bezoeken, dan het geval zou geweest zijn indien dit niet ware ingevoerd, verwij» tingen gedaan, die niet op haar plaats waren. Ridderlijk zou het nu geweest zijn, als Ge» meentebeheer had erkend dat hij zich had vergist. Dit siert elk mensch, en hij zou zich kunnen vleien met de gedachte dat zelfs Ho» merus eens sliep. Van «practische beteekenis« zou dit ongetwijfeld voor Gemeentebeheer zijn, want ook hem is wellicht niets mensche» lijks vreemd. Ridderlijk ware het, want een onwaarheid handhaven is veel erger dan een vergissing begaan. Nu gaat Gemeentebeheer uitvluchten zoeken en spreken van »martelen« maar hij weet zeer goed dat 't niet de vraag is of het practisch nut heeft, ook niet of het onder alle omstandigheden te handhaven is, doch het loopt hier alleen over de vraag wat de wet zegt, en dan is hetgeen door Gemeente» beheer is beweerd onwaar. Het is een niet te ontkennen feit, dat de de invoering van het 7e leerjaar niet van in» vloed is op den duur van het schoolgaan, aangezien de kinderen 7 jaren de school moeten bezoeken, als gevolg van de wijziging der Leerplichtwet. Ten slotte nog dit. Indien Gemeentebeheer er prijs op stelt onder een pseudoniem te schrijven, wil ik niet onkiesch zijn, door te onderzoeken wie die schrijver is, en eveneens heeft hij er zich van te onthouden om na te gaan wie inzender K. is. K. Mijnheer de Redacteur 't Hoofdbestuur van »'t Hoefijzerverbond« heeft groote plannen. Het koloniehuis te Nun» speet toch vraagt om vernieuwing. Dit tehuis, ingericht voor winterverblijf en voor langdurig verblijf, komt te kort in inrichtingen in plaats» ruimte. Nu zijn er plannen gemaakt om een nieuw koloniehuis te bouwen, dat aan gestelde eischen voldoet. Een groot bedrag is nu reeds bijeen, maar een groot bedrag ontbreekt nog ook. Er is nu eene commissie gevormd onder eere voorzitterschap van baronesse Mackay» Hoeuff en deze commissie zal trachten 't ont» brekende bedrag bijeen te krijgen. De afdee» lingen vraagt ze daartoe om medewerking. Laat Middelharnis nu niet achterblijven Onze kinderen kunnen ook zoodanige hulp noodig hebben en kunnen dan ook in Nunspeet te» recht. Vele kleintjes toch maken één groote. 't Bestuur van Middelharnis nu opperde 't plan, te trachten een bazar te houden en 't batig saldo voor de helft af te staan aan Nunspeet en voor de andere helft aan onze eigen afdeeling. Zoo'n bazar zou dan opge» luisterd worden door muziek. Nu komt onze vraag wié wil er nu iets afstaan voor 't goede doel, in den vorm van 'n vaasje, handwerkje, enz. en wie wil er iets voor maken 't Komt voor een deel onze Middelharnissche kinderen ten goede, dus een woord van opwekking is niet overbodig. Allen nu, die ie(s willen bijdragen, in welken vorm dan ook, worden beleefd verzocht naam en adres of eventueele bijdra» gen op te geven of af te dragen aan een der onderstaande bestuursleden, de dames v. PAASSCHEN-v. d. Blink Hobbemastraat BUIJSSE—Kodde, Stationsweg Secretaresse P.S. Bijdragen van buiten de genfeente zijn ook hartelijk welkom I Een veeg teeken Geachte Redactie Mogen wij U voor het onderstaande een bescheiden plaatsje verzoeken Bij voorbaat onzen dank. Het is naar aanleiding van het ingezonden stuk van den heer J. v. d. Sterre, dat wij ons verplicht gevoelen één en ander op te merken en recht te zetten. Immers, hij zet de bazuin aan den mond om de Chr. onderwijzers te waarschuwen voor afglijden van het beginsel, en reeds heeft hij de verflauwing der grenzen geconstateerd. Nu is het zijn goed recht, met ons van meening te verschillen omtrent het lidszijn van het Onderwijzersgezelschap. Maar dat hij daarbij de 24 aangesloten Chr. O. en O. al dadelijk van beginselverzaking beschuldigt, gaat wel wat al te ver. Wij weten evenwel, dat hij het gc«d bedoelt en daarom zullen we hi t hem niet al te euvel beduiden. Toch komt het ons voor, dat wij zijn argu» menten eens wat nader moeten bezien. En dan blijkt terstond, dat er misvatting in het spel is bij den geachten inzender aangaande het doel van het Ond. Gezelschap. Dit beoogt niet anders, dan 1 maal per jaar een verga» dering te beleggen tot het bespreken van paedagogische kwesties. En nu is elke groep afzonderlijk, de »Groote«, de »Unie« (deze is er ook nogde »Bond«, en het »N.O.G.« niet bij machte zoo'n vergadering met een spreker van buiten te organiseeren. Daarom doen wij samen met eerbiediging van eikaars meening, maar niet met prijsgeven van onze beginselen. Nemen we daarbij het werk uit handen van onze eigen organisaties Immers neen Evenmin als de collega's van het Open» baar Onderwijs genoeg hebben aan het Ond. Gez., hebben wij dat. Wij hebben en houden daarbij onze eigen (vak)vereenigingen, waar wij onderwijsaangelegenheden behandelen niet van algemeenen aard. En wanneer de afdee» lingen hiervan mochten «slapen», dan is dat de schuld der leden die het noodige rugge» merg blijken te ^missen om, ze in stand te houden. Trouwens, de malaise in de afd. van de »Groote« dagteekent reeds van vóór de oprichting van het Ond. Gez. en kan dus niet het gevolg hiervan zijn. De le onderget. gaat dan ook van ganscher harte mee met den inzender, als hij oproept om te ijveren voor het lidmaatschap der «Ver» eeniging«, ja hij heeft al pogingen gedaan zijn afdeeling uit haar slaap te wekken. Deed de inzender dat ook al En de 2e onderget. wil gaarne de collega's wijzen op de »Unie«, die steeds op de bres staat voor de vakbelangen der onderwijzers. Hoe de inzender kan spreken van wegmof» feling der Chr. beginselen, is ons een raadsel. Hoe gaat dat dan Worden wij minder Christe» lijk door die vergadering te bezoeken, en zijn we principieeler Calvinist, wanneer wij ons separeeren Laat de inzender nog eens over» denken, wat de heer Colijn zei in zijn be» roemde Leeuwarder rede «Voor het afzonde» ringsprincipe blijft mijne bewondering bene» den het matige. Wij onttrekken ons wel aan andere invloeden, doch we sluiten tegelijk anderen van onzen invloed uit.« Hebben wij als Chr. O. en O. niets kunnen leeren van de rede van Prof. Casimir over Jan Ligthart? De inzender vrage het eens aan de bezoekers en het antwoord zal niet twijfelachtig zijn. Wanneer hij verder beweert, dat Chr. spre» kers water in hun wijn moeten doen, dan geeft hij weer blijk, het karakter der vereeni» ging niet te kennen. Zij kunnen hun beginsel even positief belijden als de voorstanders van het Op. Ond. het hunne. Geenerlei beperkin» gen worden hun opgelegd. Daarvoor staat het Bestuur borg. Dit bestaat uit 3 leden van het Op. Ond., 3 van het Chr. Ond. en 1 van het R.»K. Ond. Waar nu de groote meerder» heid van de leden der vereeniging het Op. Ond. dient, kan toch niet gezegd worden, dat onze invloed in het Bestuur te gering is. Wij kunnen daarbij meedeelen, dat de samen» werking in het Bestuur tot dusverre op de meest aangename wijze heeft plaats gehad. Wat ten slotte de meening van den inzender betreft aangaande het verschil tusschen de vroegere arrondissementsvergadering en de huidige bijeenkomsten, wij moeten eerlijk zeggen, dit niet te begrijpen. Samenwerking is volgens den inzender op dit terrein ver» keerd. Evenwel, vroeger deed hij mee, omdat hij geen verantwoordelijkheid droeg. Vreemd standpuntHet komt ons voor, dat het abso» luut geen verschil maakt, of een schoolopziener dan wel een Bestuur de zaak in elkaar zet. Wij komen dus tot de conclusie, dat we het ééne (ijveren voor eigen organisaties) kunnen doen en het andere (lid zijn van het Ond Gez.) niet behoeven na te laten. P. DE ZEEUW, A. VAN ECK, Bestuursleden. Sommelsdijk, 22—10—'23. UIT DE KAMER. De vlootwet. Zooals we reeds schreven werden de de» batten over de Vloot»wet ingeluid door een interpellatie=Troelstra over het ontwerp. Deze interpellatie is geen groot succes geweest voor de S. D. A. P. Troelstra stond in het parle» ment geheel anders te oreeren dan hij in zijn volksvergaderingen placht te doen. 't Was geen «donderen en bliksemen« zooals de S. D. A. P.'esche termen luiden. Integendeel, de rede van Troelstra was heel kalm, zelfs mat. 't Spreekt van zelf, dat een rededaar in onze Kamer er anders voor staat dan in een volks» vergadering. Hij moet er ieder woord wikken en wegen, terwijl onder het volk zoo nauw niet wordt gekeken. Men gelooft hét er al gauw Fel is de regeering en inzonderheid Minis» ter Colijn in 't verdere verloop der Kamer» zittingen bestreden, 't Kwam over't algemeen nog al op 't zelfde neer. De voornaamste

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1923 | | pagina 1