n 1923 CELEN mem mm voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden. Kb irgtl. van Slagmaat Antirevolutionair Orgaan IN HOC SIGNO YINCES LAZEN T No. 2934 ZATERDAG 4 AUGUSTUS 1923 38STE JAARGANG N, SCHILDEN, JE- en NATIO- terende collectie NKELIERS S0HÜMELS1IJK (OTTERDAM nhandel - u/ordt gratis geiesrd Komt zien laat dan ingen door 9 r d w ij n t a W. BOEKHOVEN ZONEN Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe té zenden aan de Uitgevers. OUDE TOtlGE CIALE ADRES iet behandelen WASCH Is - en Strgkinrlchtlng LWEISS" il M SCHIEDAM «LEENBANK zaken EERSTE BLAD. Drie bezwaren. Onze christenschrijfsters in oppositie Welke bezwaren hebben wij tegen haar Ons eerste bezwaar geldt de „bui tenwacht." Kijk, die moet als ze dat zoo lezen van mevrouw A. D., en van Anthonia Margaretha en van Johanna Breevoort wel gaan denken, dat toch ook onder ons, onder de „christenen" in enger zin, de positie der vrouw maar treurig is. Endaar groeien onze tegenstanders in. En, zij het dan ook geheel ten on rechte, de christelijke religie wordt er oor hen om gesmaad en de moderne- fnaatschappij-filosofie wordt hoog ver heven. En dat, waar deze vrouwen toch zeer wel weten, hoe de theorien van de overzijde zijn, werden ze konsekwent doorgevoerd, om maar es iets te noe men ten opzichte van het huwelijk en de positie der gehuwde vrouw, vernie tigend zouden zijn. En nu weten we zeer wel, dat ook onze christen-schrijfsters van zulke theo rieën gruwen; Dat zij juist het passieve kiesrecht willen hebben, om daartegen te kunnen getuigen, Maar wij antwoorden daarop dit: Indien op een punt; zoo hebben onze mannen in den loop der jaren in dit opzicht bewezen, dat ze voor de eere, de plaats en het recht der vrouw weten op te komen. En ten tweedeGij kunt de over zijde, gansch onbedoeld, niet beter ster ken in haar komenden aanval op het christelijk huwelijk, als goddelijke in stelling, dan door den schijn te wekken dat er ook onder ons heel wat verschil van meening, twist en ruzie is, juist om de kwestie der Vrouw. Ons tweede bezwaar is, dat de zaken onjuist worden voorgesteld en geen juiste proporties worden gezien. Wat is bijv. zwart op wit geschreven Dat bij de jongste Staten-verkiezin- gen de Chr.Historischen procentsgewijs zulk een groote winst hebben behaald, danken zij mee, ja vooral aan de hou ding die zij in 't politieke leven tegen over de Vrouw aannemen en daarbij aan de politieke aantrekkingskracht, die een fignur als mej. mr. Frida Katz op de Vrouwen uitoefent. Nu is dit toch schromelijk overdreven. Wat het laatste betreft? Mej. Katz is ongetwijfeld een der ®eest sympathieke vrouwenfiguren, die in het publieke leven der laatste jaren zich hebben vertoond, maar zij zal zelve erkennen, dat ze zelfs in 't klein geen "guur is als Kuyper of Lohman, en de groote scharen van vrouwen, die om haar ditmaal chr.-historisch zouden heb ben gestemd, bestaan alleen in de ver beelding der schrijfsters, al is het mo gelijk, dat in haar onmiddellijke omge- vmg 'n paar maagdelijke heethoofden haar ongenoegen op deze wijze hebben willen toonen. En wat in 't algemeen de vooruit sprong der Chr.-Historischen aangaat Daar waren allerlei oorzaken voor. Ze liggen voor de handIn de eerste Plaats hebben zij tot hun eere gezegd e laatste jaren in propaganda, bij vroe- Jergeleken, zichzelf drievoudig over- hnnri!1'tentweec'e h"°k hun meer strakke innf *egen Rome sommigen aan, zich hif H„erd^ Plaats kwamen zij die ppnnpcr vnfi0 riiheidsbond niet veilig Revolutie htf negen de u'twassen der M t' Lhaar terecht. Maar haar houding, met name tege„. over 't passief Vrouwenstemrecht, doet eer zeggen ondanks dan daarom. Onze christen-schrijfsters kennen slecht de kaart van 't land, als ze dat niet zien. En in de derde plaats hebben we 't bezwaar, dat er bij de vrouwen zekere verwarring van denkbeelden gevonden wordt, die niet geheel ongevaarlijk is. Haar redeneering gaat dan dézen kant uit Omdat er over het algemeen meer vrouwen zijn dan manmn, is feitelijk 't grootste deel der a.-r. groep onver- tegenwoordigd in de Kamer, wijl in de praktijk aan de a.-r. vrouw zelfs geen invloed op de samenstelling der can- didatenlijst wordt gegund. Dit ziet dan op onze kiesvereni gingen. Vele waarvan feitelijk de vrouw aller lei bezwaren in den weg liggen, als zij lid worden wil. Nu nemen we dit niet in bescherming. De kiesvereen. heeft geen „macht". Zij geeft slechts een advies, en we zien geen enkele reden, waarom met name de ongehuwde vrouw geen lid van de kiesvereeniging zou zijnde gehuwde zal naar a.-r. zede in den regel den man laten optreden voor een actie naar buiten, al is er o.i. wederom geen bezwaar, dat zij den man vervangt als deze verhinderd is. Doch dit staat hier geheel buiten. Het is zeker niet anti-revolutionair, om wanneer er goed antirevol. mannen gekozen zijn, zonder dat men er invloed op heeft gehad, te zeggen Nu zijn wij eigenlijk niet vertegenwoordigd Het strijdt met onze allereerste be ginselen Een Keuchenius, Groen, Kuyper e.a., al werden ze in hun tijd door een be trekkelijk klein groepje kiezers gekozen, vertegenwoordigden wel degelijk onze geheele groepkiezers en niet-kiezers, mannen en vrouwen, volwassenen en onmondigen. Onze christen-schrijfsters kunnen, ge- looven we, béter werk doen. De vrou wenkwestie, ook van onzen kant bezien, heeft meer zijden dan deze ééne. Op den Uitkijk» m 'OLEN hun vorm en hoog» >p A.H.V. IEDST. :tielantaarns, lantaarn» ;lichtafdrukken f 7.75. aten 9 X 12 f 1.15. lies op het gebied van hermometers. Doublé ft van H.H. Doctoren. HOOGSTRAAT 132, ËRDAM A M LINDHOLM, iere omstandigheden tBi Doden. Eén maand oud. SCHOONE-Terhaak, Wetstraat 115b. Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar, AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS SOMMELSDIJK Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2 ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel. DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. SMEDERIJ ekken, Heiningen, Krui» il adres voor Zware Bron» htwerk vanaf f 9.— en ekeldraad. saia—Sommelsdljk.c t gelden aan leden tegen 5. Ze neemt gelden op 's»jaars, ook van niet» otten kunnen dagelijks rden bij een der leden r. Gelegenheid tot in» etaling van gelden eiken Udagaaond van 6—8 uur en kassier D. JOPPE Cz. 17277 d) in het Hotel Meijer REN. ugustus 1923 des avonds verkooping van tarwe den Kruispolder onder Isplaat in het logement uizen, ten verzoeke van ij en .EN. jgustus 1923, des avonds jd, te Ooltgensplaat, in tzoeke van de Erven van van 15 perceelen Red in, Tarwe, Rogge, Eigen» laver en Roode Klavers. N. ijving voor 3 jaren van 1» en bouwland, onder et, in den Lammerland» ide van Derrie Vliet der Heiningen en Zwar» rshoek in 4 perceelen. Emmerzaal. ten kantore van on; nd alwaar de voorwaar» de inschrijvingsbiljetten en ingelevêrd vóór of stus 1923. in Nederland. van het Handelsinfor» DER GRAAF 6, Co.'s ndel zijn over de afge» de 27 Juli in Nederland ementen tegen 72 fail» reek van het vorige jaar. en met 27 Juli 1923 enover 1689 over het» vorige jaar. Onze positie wordt min of meer ver zwakt. uTeer punt«. Het teere punt geldt met name de gage. De belooning onzer onderwijzers. En 't zij terstond toegegeven, we'kunnen best begrijpen, dat zij op dit punt wat voor» zichtig zijn. Zij hebben thans hun rijks»salarisregeling, waarover we thans niet gaan handelen, maar die in elk geval, óók nadat zij zelf hun pen» sioen»premie weer moeten gaan betalen, heel wat beter is dan die van voorheen. Men weet hoe het voorheen was. Het Rijk stelde de minima vast. En keerde deze ook uit. Die minima echter waren, ook vóór den oorlog al, erg aan den lagen kant, maar door de prijsstijging in en na den Oorlog werd het heelemaal niets en wou het wat worden, dan moest er heel wat bij. Dat ging toen erg ongelijk. Voor 't openbaar onderwijs moest dat van de gemeente komen, en de eene Raad was gul de andere schriel, trouwens de eene gemeente kon 't flink doen en de andere was arm. Maar in elk geval had de openbare school de groote voorsprong, dat men wat voor haar boven het Rijksgeld noodig was, door middel van de belastingschroef uit de beurs der bur» gerij persen kon. Voor de bizondere school kon dit niet. Ook daar waren door den gang van zaken en den loop der tijden de salarissen geheel onvoldoende geworden. Daar moesten de bestuuren bijpassen. En het zien te krijgen door middel van vrijwillige bijdragen. Dat ging toen niet zoo heel best. Onze onderwijzers hebben toen enkele kwa» de jaren doorgemaakt, waarin gebrek geleden is somswaarin het in elk geval te schraal was. En de heugenis daarvan bleef onze on» derwijzers is het te verwonderen bij. En nu begrijpt men het wel. Wat wij op schoolgebied trachten te berei» ken, houdt o.m. ook inVermeerdering van den invloed dér ouders in ruimen zin geno» men, tegenwoordige, verleden en toekomstige ouders, dus feitelijk van ons Christenvolk in zijn breede rijen en lagen, vermeerdering van hun invloed op de school. De Overheid moet weer wat terug. En dat is heusch geen stokpaardje. Wij willen geen Overheidsschool, want dit wordt op den duur de dood in den pot. Van» zelf houdt dit ook in méér invloed der be» sturen op het salaris van den onderwijzer, maar dan ook de lasten zoo verdeeld, dat b.v. de Staat vergoedt gelijk het Unierapport vraagt de kosten eener eenvoudige ingerichte lagere school en het vrije schoolwezen zelf er de rest bijpast. Daarvoor nu hebben de onderwijzers vrees Nü zeggen ze, hebben we vastigheid Het tractement van den Staat. Maar als we nu weer voor een deel van de ouders en de bestuuren afhankelijk mochten worden, dan weten we hoe het gaatin de oorlogsjaren hebben we leergeld betaald Op dit laatste nu antwoorden we tweeërlei Inderdaad is in die oorlogsjaren, éér het Rijk de salarissen voor zijn rekening nam, niet altijd en overal door de onzen al het mogelijke gedaan, om dén nood onzer on» derwijzers te verzachten. Dat geven we grif toe en 't is niet noodig dat we daartoe voorbeelden bij brengen. Maar men vergete daartegenovor niet Er werd toch heel wat gedaan en daarbij 't was een onmogelijke toestand de gemeente» lasten vlogen omhoog en de onzen, éér ze aan de verzorging der eigen school toe waren, moesten in die al maar stijgende lasten duch» tig mee betalen. Die ongelijkheid had nog nooit zoo zwaar gedrukt. Onze conclusie is dan ook deze. Het bezwaar onzer onderwijzers, al wordt dit dan ook zelden hardop uitgesproken, is begrijpelijk en niet ongegrond en als door Schoolraad of welk lichaam ook wijzigingen worden voorgesteld, dan moet met dit be» zwaar voldoende gerekend worden. Onze onderwijzers hebben recht op een be» hoorlijke bezoldiging, al kan er natuurlijk over allerlei onderdeelen verschil van meening zijn, en die bezoldiging moet goed zijn gegarandeerd Daarom hoeft de Staat dit nog niet ten volle uit te keeren. Zoo laat zich b.v. best een stelsel van Scho» lenbonden denken, die naar bepaalde regelen en onder bepaalde voorwaarden; voor hun district net als b.v. onze Waterschappen, het recht van eigen heffing krijgen, zoodat elke groep»van»scholen voor 't eigen onderwijs aan» geslagen wordt en die onderwijzers van hun bepaalde vaste salarissen zeker zijn. De Overheid komt dan meer op de achter» grond. Die stelt algemeene regelen vast, voor school» bouw, schoolinrichting, salarissen enz. en de Schoolbonden en Schoolbesturen krijgen meer souvereiniteit in eigen kring, zoodat ze dien kring naar vaste regelen ook aanslaan kun» nen voor de kosten die worden gemaakt. Zoo komt er meer soepelheid. Maar de heillooze gedachte gaat er uitIk, Staat, betaal de gage en dus heb ik ook aan boord 't hoogste zeggenschap. Het is trouwens zelfs thans onwaar. De burgerij brengt die »gage« op, Maar 't gaat nu alles over de drijfriemen van 't groote belastingwerk van den Staat. En dat hoeft niet. Dat kan best anders worden. En ook wel zonder dat onze onderwijzers het kind van de rekening zijn. Nadruk verboden, l. 'n Eenvoudig, Zeeuwsch plattelandsarbeider: Zoo stond nij op die vergadering en sprak. Ik ben er niet bij geweest, maar ik kan mij hem, denkelijk in zijn oud vaderlijke, nationale kleederdracht levendig voor oogen stellen. Zoo heelemail geen bluf» of praatjesmaker. Die alleen spreekt, omdat hij moét. Omdat de nood hem is opgelegd. Omdat het water tot de lippen komt! En die bij dat alles bezadigd blijftzijn kracht niet zoekt in groote dreigende woorden die eenvoudig weg de waarheid zegt, over» tuigd dat niets dieper indruk maken kan dan wanneer precies die waarheid wordt gehoord. Het was, een paar weken geleden, te Zwolle op de vergadering van den Chr. Nat. Werk» mansbond, zooals men weet de arbeidersorga» nisatie, die naast en met hetzelfde doel als Patrimonium is opgericht, maar speciaal in nauw verband tot de Ned. Herv. Kerk en op die vergadering kwamen, naar aanleiding van ingediende voorstellen, ter sprake de huidige toestanden op het platteland, in onderscheiden streken van ons vaderland. Er was al heel wat over gezegd. Speciaal over de toestanden in Friesland. Toen vroeg deze arbeider het woord. Hij wilde den indruk wegnemen, alsof alléén in Friesland de toestanden zooveel te wenschen zouden overlaten en vertelde »Bij ons in Nisse dat was zijn woonplaats zijn de toestanden zoo, dat bij een 10»urigen arbeidsdag de landarbeider verdient f 2 per dag, f 12 per week. Hij bewoont een woning van den boer, waarvoor hij f 2 huur betaalt hij houdt dus om te leven met zijn gezih f 10 per week over.« Meer zei hij er niet van. Geen klacht, geen dreiging, niets. Alleen het zuivere, simpele feit. Zelfs wees hij er niet eens op, dat er ook weken zijn, waarin hij géén arbeid heeft, want anderen hadden dit voor hem reeds gezegd, 'k Heb daar lang over gepeinsd. Ik heb het feit zoo gesteld, dat zulk een arbeidev gehuwd is, want ook landarbeiders gaan tot den trouw en dat dit huwelijk met kinderen gezegend is. Nu heb ik me maar een middelmatig geval gedacht. Want ik wilde de zaak nuchter bezien en tegenover het gezin met veel »kinderen« staat weer 't gezin, dat er géén heeft en ook 't gezin, waar die kinderen meê de inkomsten verhoogen Daarom stelde ikdrie kinderen, 'k Bedoel dan, drie die nog niets »inbren» gen« en waarvoor vader en moeder alsnog de volle zorg hebben. Dat is toch zeker niet overdreven. Dat is stellig een normaal gevat. En toen heb ik me de kwestie zoo gesteld Hoe moeten vader en moeder van die tien gulden per week voor dat gezin van vijf per» sonen het noodzakelijk levensonderhoud vin» den, bij de prijzen, die tegenwoordig in ons land geldig zijn. Mijn slotsom wasik weet het niet. Want ge moet d i t niet vergeten 't Is ongetwijfeld met veel overleg te doen, vijf man van tien gulden in de week zooveel voedsel te verschaffen dat ze niet loopen met een rammelende maag, mits ge natuurlijk ook absoluut geen kéur op 't voedsel uit» oefenen wilt. Maar dat weet toch ieder onzer wel Er is in een huisgezin zooveel méér noodig Ik behoef niet aan 't opsommen te gaan Denk alléén maar aan kleeren, ondergoed, verlichting beddegoed, geneeskundige hulp en vul dit lijstje zelf maar verder in. »Aan alle kanten te kort«, Dat is de slotsom, waartoe ge komt. En dat geldt dan voor een nijvere arbeiders» bevolking, die in haar geheel genomen geen lijntjes trekt, in 't zweet haars aanschijns werkt, géén hooge pretenties heeft en t o c h met zulke cijfers voor oogen is 't duidelijk, vaak gebrek lijdt. Wat mag hiervan oorzaak zijn Het enkelvoud »oorzaak« deugt niet. Er is een samenloop van omstandigheden; er zijn allerlei oorzaken. Vooreerst werkt de historie van vele jaren na en het euvel van 'n ééuw wordt niet ver» holpen in een jaar. 't Is te allen tijde zoo geweest, dat de land» arbeiders de slechtst betaalde werknemers waren, wat ze met arbeiders in steen» en pan» nenbakkerijen en dergelijke industriën, waar» voor weinig vakkennis noodig is en waarin dus de arbeiders bijna zoo van 't land kunnen worden opgenomen, gemeen hebben. Er was steeds onder hen weinig aaneenslui» ting en zoo bereikten ze ook door organisatie niet veel. Aan den anderen kant is er onder de werk» gevers in het landbouwbedrijf lang niet altijd een billijke geest geweest, die den arbeider gaarne uitkeerde zooveel als 't bedrijf maar lijden kon en waren de voorbeelden niet zeldzaam, dat men tot het uiterste pingelde, met «hoe weinig de arbeider wel aan, 't werk kon gehouden worden. Dit z ij n oorzaken, 'k stem het toe. Dan vergeet ik vooral de malaise niet. Die, met name de laatste twee jaar het boe» renbedrijf zoo drukt, dat het aan vele kanten in de verdrukking zit en op 't oogenblik op tal van plaatsen ae boer van zijn verlies den arbeider betalen moet. Nu komt dat in elk bedrijf. Men kan en mag den toestand in eenig bedrijf niet afmeten naar den stand van zaken op een gegeven oogenblik, of ook in één be» paald jaar, doch moet over eenig tijdvak 't gemiddelde nemen. En dan geef ik direct dit toe: Boeren, in gunstige omstandigheden eigengeërfd, of op langjarige huur met 'n humaan pachtcontract en een behoorlijk be» drijfskapitaaldie bovendien de volle maat van de »goede jaren« uit den laatsten oorlogs» tijd genoten hebben, d i e worden door den toestand van 't oogenblik nog niet genekt. Echter, hoe velen zijn er dat Dat valt bij onderzoek niet mee. Temeer, daar niet weinigen hunner van hun standpunt bezien terecht, zich tijdig uit de boerderij hebben teruggetrokkenvan 't ge» spaarde geld zijn gaan leven en de »plaats« aan jonger krachten hebben overgelaten, die nu de volle zwaarte van 't zooveel moei» lijker geworden boerenleven hebben te dragen zonder genoten te hebben den krachtigen steun van den goeden tijd. Het kwam te Zwolle dan ook goed uit De moeilijke omstandigheden van zoo menig werkgever in 't plattelandsbedrijf zijn de voor» naamste oorzaak van de schrikkelijk lage loonen Eenvoudigweg gezegdHet kan er niet af. De burgemeester van Koudum, Z.W. Fries» land, teekende het voor zijn streek en gemeente schril, maar juist. Een der verslagen, zei er van: De heer Krol, burgemeester van Koudum, schetst den toestand van den landarbeider in zijn omgeving. In deze tropische hitte, waarbij de menschen flauw vallen, verdient een landarbeider f 25 per week. Is de hooi» oogst afgeloopen, dan is er geen werk, en heerscht er in ae gezinnen broodgebrek. Men heeft arme landarbeiders en rijke pachthee» ren, die elders hun woonplaats kiezen, zoo» als in Bilthoven, Heemstede, Twello, met lage belasting. Koudum heeft een sobere, werkzame bevolking, die werken wil en werken kan, maar voor wie geen werk te vinden is. Er zijn 40 boeren, die niet belast zijn door de rijksinkomstenbelasting. De arbeider heeft het nog beter dan de boer. De boer zwoegt om de pacht op te brengen voor het uitwonend bezit. Het ge» volg is, dat de andere ingezetenen een be» lasting moeten betalen, zóó hoog, dat die niet te betalen is, en dat de noodige ge» meentelijke instellingen niet in stand gehou» den kunnen worden. Het belastingvraagstuk bedreigt de volks» welvaart en de arbeider legt het loodje. Het groot»grensbezit is in dien hoek van Fries» land uitwonend bezet, dat niet belast kan worden, omdat er geen wettelijk geregeld pachtcontract is. En de andere afgevaardigde van Koudum, vertelde eenvoudig weg, ik geef het wéér zooals 't verslag het zegt, zonder critiek mijnerzijds Er is ontzettende werkloosheid onder de landarbeiders eenerzijds, er zijn stijgende huurprijzen anderzijds. De landprijzen uit mobilisatietijd gelden nog. De opbrengst der zuivelproducten daalt, De exploitatiekosten worden niet meer gedekt door het bedrijf. Men heeft schrijnende armoede bij de land» arbeiders. Tergende weelde bij de landheeren daar tusschen in de hardwerkende worste» lende pachtboer. De toestand in Frieslands Zuid»Westhoek is treurig. Van November af zijn er weken en maanden van werkloos» heid. De werkloozenuitkeering bedraagt f 1.20 per dag, 6 dagen per week. Als er werk is, verdient de landarbeider in den wintertijd f 10 per week. En nu nogeens I 't is niet bij allen en overal in 't vaderland éénder, doch dat we hier niet met een locaal verschijnsel te doen hebben, bleek reeds uit 't geen die Zeeuwsche arbeider mededeelde, terwijl ons dezer dagen een broe» der, 'n a.r. gemeenteraadslid uit den Frieschen bouwhoek schreef De toestand wordt én voor pachtboeren en voor arbeiders onhoudbaar. Koudum ligt in het Z. W. ik woon in het N. van Friesland. Midden in de vetste klei. Meen echter niet dat het hier daarom beter is. Ook hier in den winter en een gedeelte van den zomer groote werkloosheid. Ook hier ettelijke boeren die niet belast zijn door de rijksinkomstenbelasting. Vergeleken bij 1914 zijn de landhuren meer dan verdubbeld. Wie zullen straks als boeren en arbeiders uitvallen, de hooge gemeentebelastingen moeten betalen? Het heffingspercentage zal dus omhoog moeten tot aan, misschien tot over de grens. Ieder zal gevoelen, dat dit vast loopt. En zulke stemmen rijzen er meer. Een afdoend middel is hier stellig niét. En h e t groote middel ter verbetering, ophef» fing uit de malaise, is niet in des menschen hand. Maar wat steeds meer en aan alle kanten wordt gevoeld Verbetering van het pachtcontract is thans meer noodig dan ooit. De Christel. Nation. Werkmansbond nam dienaangaande de volgen* de motie aan De Chr. Nat. Werkmansbond vergaderd te Zwolle, het ten zeerste betreurend, dat het Rapport der Staatscommissie tot herzie t

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1923 | | pagina 1