voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsehe Eilanden.. Antirevolutionair Orgaan No. 2923 WOENSDAG 27 JUNI 1923 38STE JAARGANG IN HOC SIGNO VINCES Gemeenteraad. Dora „Juweeltje". W. BOEKHOVEN ZONEN Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie, franco toe te zenden aan de Uitgevers FEUILLETON Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 cent bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS SOMMELSDIJK Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2 ADVERTENTIÈN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel. DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. KoninklijkeBoodschap. Eigenlijk is dit niet geheel juist. Een Koninklijke Boodschap is een staatsstuk uitgaande van de Koningin in haar kwaliteit van Hoofd van den Staat. Dat nu was het nier niet. Daarom gebruikten we ook de aanhalingstee* kens, het was een particulier woord, dat onze Koningin per telegraaf richtte tot het Congres voor Inwendige Zending, dat deze week te Amsterdam saamkwam en waarvan de Koningin als Beschermvrouwe optrad. Géén staatsstuk, maar een recht christelijke groet en heilwensch. Een woord uit het hart tot het hart, waarin de Koningin buiten haar vorstelijken staat o m, aan degenen die met Haar denzelfden Christus dierbaar achten een heerlijk en bemoedigend woord doet toeko* 'n Woord waar «Pro Rege® boven kan staan. Zie het hier Aan de leden van het Eerste Ned. Cons gres voor Inwendige Zending. «Als Beschermvrouwe van het Eerste Nes derlandsche Congres voor Inwendige Zending acht ik mij gelukkig u een woord van web kom te zenden, waar heden uwe werkzaams heden aanvangen. Moge Gods zegen rusten op uwe beraad* slagingen en besluiten, op uw streven naar verstaan en waardeering van allen, waarmede uw arbeid u in aanraking brengt en uw sa* menzijn voeren tot d i e hoogere eenheid, welke gij allen zoekt in Christus. Die eenheid make u sterk, zoowel voor uw gemeenschappelijke krachtsontwikkeling, als voor uw arbeid op eigen gebied. Moge de zoekende liefde van onzen Hei* land u den weg wijzen tot tegemoetkoming aan de diepste behoeften van onzen tijd en schenke Gods Geest u bij vernieuwing de ga= f o;n en krachten, die deze verheven taak vors deren®. Dat is een van die kostelijke getuigenissen onzer Oranjevorstin, die w ij op onze beurt weer overdragen aan ons nageslacht! Doe onze God aan Haar, gelijk Zij hét deze christenbroeders toewenscht *s* Goede raad. De heer H. Colijn gaf «goede raad«. Enkele jaren geleden splitste «Boaz® zich. De aloude, christelijke werkgeversvereeni* ging van dien naam was wat in de versuk* keling geraakt en om dat te verhelpen, liet men haar het leven schenken aan drie nieuwe vereenigingende Chr. Boeren* en Tuinders* bond, de Chr. Middenstandsvereeniging en de Vereeniging van Christen*(groots)patroons. Waarop »Boaz« zelf in het mausoleum »Herinnering« werd bijgezet. En er kwam ook nieuw leven. Alleenlijk, 't had nog heel wat beter ges kund. Het groote gebrek is, dat nog maar al te veel christenswerkgevers niet inzien, waarom zij zich met gelijkdenkenden, beter gezegd gelijkgeloovenden zouden moeten vereenigen. Zoo bleef de deelname zeer beperkt. En 't is, dunkt ons, zeer goed gezien van den heer Colijn, dat hij den raad gaf om zich een linie terug te trekken en van de drie, waar dat te hoog gemikt bleek, er weer in de p r a c t ij k twéé te maken om midden* standers en groot=patroons nog wel admini* stratief gescheiden te houden, maar ze toch te laten samenwonen in één organisatiehuis. Mocht er nu verdere groei komen Het bleek zoo, uit de stellingen van mr. Gerbrandy, die hij verdedigde bij de Chr. Middenstanders en uit het debat dat daarop volgde, hoe noodig onze middenstand stelling kiezen moet bij 't licht van Gods Woord ten opzichte van de vragen van dezen tijd. Héél ons christelijk werkgevers*corps heeft daarbij het hoogste belang. Maar dan zal 't begin toch zeker moeten zijn, dat men zich als christensbroeders in eigen organisatie aaneensluiten gaat. Daartoe wekken we gaarne op. Sleehte tijden. Zeker de tijden zijn slecht. Wie 't anders zegt, is ziende blind. Maar hiertegen moet de mensch, de chris* ten in de eerste plaats, op zijn hoede zijn, dat hij den Heere God in zijn zegeningen erkent. Het is niet waar, dat de zegen weggenomen is niet waar, dat alles misère zou zijnniet waar dat de zaken «overal slecht gaan niet waar dat de Heere, ook in natuurlijk opzicht, vergeten zou hebben ons volk genadig te zijn. 'n Schrijver was dezer dagen in den »Ach* terhoek«. Hij maakte er studie van de daar gevestigs de ijzersindustrie, in allerlei vorm en tot zijn verbazing en blijdschap mocht hij constatees ren «En zoo zagen we in den Achterhoek eindelijk eens fabrieken, waar niet geklaagd werd, maar opgewekt en haTd werd gewerkt o wonder in onzen tijd om aan de loopende orders althans te voldoen. Pessis misten, houdt het voor oogenook deze fa* brieken hebben een moeilijken tijd achter den rug.« 'k Zou nog iets anders willen zeggen »Gij, die geleerd hebt het te verwachten van onzen Godhoudt voor oogen, dat Hij die de malaise hiér afwendt, het ook elders kan doenook uw zaak weer tot fleur bren* gen kan verwacht alléén van Hem en doe uw best alsof üw inspanning u er brengen moest! Vergadering van den Gemeenteraad van OUDDORP op Vrijdag 22 Juni des voorm. 10 uur. De Voorzitter, de Edelachtb. heer Gobius du Sart opent de vergadering met gebed, waarna hij mededeelt dat de secretaris wegens ziekte verhinderd is de vergadering bij te wonen. Spr. dankt den secretaris van Goedereede dat deze aangeboden heeft tijdelijk de plaats van den heer Hameetman in te nemen. De notulen worden voorgelezen en onver* anderd vastgesteld. De VOORZITTER zegt dat hij wegens drukte in gebreke is gebleven nog een zevende punt aan de agenda toe te voegen en welbenoe* ming onderwijzeres aan de Openb. L. School no. 2. Spr. stelt voor zulks nog te doen. Wordt goedgevonden. De schoonhoudster van hpt gemeentehuis W. J. S. heeft deze functie 50 jaar waargenomen en vraagt thans tegen 1 Juli a.s. ontslag we* gens ongesteldheid. De VOORZITTER zegt, dat de schoon* houdster in 1913 toen de pensioenregeling der gemeente*ambtenaren geregeld werd f 75 per jaar verdiende. Haar werd toen geadvi* seercl maar niet pensioengerechtigd te worden, daar dit qnet haar gering salaris niet de moeite waard was. Later is echter haar salaris op f 200 gebracht. En nu spijt het haar dat ze geen pensioen krijgen kan. Spr. meent dat het niet aangaat tegen de schoonhoudster nu maar te zeggen «gaat heen en wordt warm®. B. en W. stellen voor haar dus een gratificatie toe te kennen over de laatste helft van '23 groot f 50 en vervolgens over ieder jaar ook f 50. Zij woont bij haar zuster in en geniet straks haar ouderdomsrente, zoodat het dan nog wat beteekent. Dan stellen B. en W. voor, solli* citanten op te roepen naar deze vacature, op een jaarwedde van f 150. De heer J. WESTHOEVE dus f 50 minder De VOORZITTER er is niet zoo heel veel schoon te houden, bij elkaar is er nog geen 3 dagen werk aan. De heer VOOGD Men moet rekening hou* den met het feit dat de tegenwoordige schoon* houdster lang gewerkt heeft voor f 75 per jaar, en slechts in den ruimen tijd f 200 had. De VOORZITTER spreekt een woord van lof over het schoonhouden van het raadhuis. Bizonder prijst spr. het dat de schoonhoudster wanneer ze het bureau van spr. schoonmaakte alle papieren weer op de oorspronkelijke plaats legde. Conform het voorstel van B. en W. wordt met algemeene stemmen besloten. De heer Joh. Tanis, vertegenwoordiger der N.V. Handelsmij. J. v. As te Rotterdam be* richt den raad dat het terrein dat de raad beschikbaar wil stellen voor het bouwen van een loods te klein is. Requestant verzoekt den raad de loods van den havenmeester te verplaatsen om een grootere loods te kunnen bouwen en deze voor minstens 29 jaar te mogen gebruiken op die plaats. De Voorzitter licht een en ander nader toe. Spreker zegt den heer v. As gesproken en deze bereid gevonden te hebben f 75 per jaar huur te geven voor den grond waar de loods van den havenmeester op staat. B. en W. adviseeren dit toe te staan. Het aanbod is mooi. Conform wordt met algemeene stem* men besloten. De gemeenteraad van Wijnbritseradeel vraagt adhaesiebetuiging aan zijn adres aan H.M. de Koningin om het daar heen te leiden dat in het Wetboek van Strafrecht wordt strafbaar gesteld de publieke lastering van Gods Hei* ligen Naam. Conform wordt besloten op advies van B. en W De gemeenteraad van Melissant vraagt ad* haesie aan zijn adres aan de Min. van Arbeid om de gewestelijke gezondheidscommissie af te schaften. B. en W. adviseeren dit schrijven voor kennis* geving aan te nemen, aangezien de min. zich aan dit verzoek niet zal laten gelegen liggen. Bovendien meent de voorzitter dat ae gezond* heidscommissie een nuttige instelling is. Flakkee wordt van velerlei inrichtingen berooft, zoo* als de Rijksnormaalschool en misschien gaat het Kantongerecht van Sommelsdijk ook weg. Spr. zou er eerder wat voor voelen een adres te richten aan de regeering om Flakkee toch niet van alles te berooven. De heer KL. WESTHOEVE vraagt wat de gezondheidscommissie kost en wat zij oplevert. De heer VOOGD wil het maar houden zoo 't nu is. 't Is gelukkig dat de gezondheids* commissie niets doet. Conform het voorstel van B. en W. wordt besloten. Van Ged. St. zijn enkele goedkeuringen over genomen raadsbesluiten ontvangen. Ingevolge de wijziging van de wet op het Onderwijs zal het vervolgonderwijs niet meer bekostigd worden door het rijk. De VOORZITTER zegt de onderwijzers der Biz.* en Openbare school geraadpleegd te heb* ben over een gemeentelijke instelling voor het vervolgonderwijs. B. en W. meenen zooveel mogelijk te moeten doen om het vervolg* onderwijs te behouden. Ouddorp ligt vrijwel geïsoleerd van alle inrichting van vervolg* onderwijs. En er is behoefte de kinderen uit* gebreid onderwijs te geven. Binnenkort zullen B. en W. met een voorstel dienaangaande komen. De heer KL. WESTHOEVE zegt dat het Rijk voorheen alles regelde, de raad had niets te zeggen en nu het Rijk het niet meer dragen kan, schuift hij het af op de gemeentebesturen. Spr. meent dat de gemeentebesturen daar eens een stokje voor moeten steken. De rekening 1919 is thans na veel onderzoek en moeite goedgekeurd. De gemeenteraad van Smilde vraagt den raad adhaesie te betuigen aan zijn adres aan de regeering om de inkomstenbelasting niet' te baseeren op een grondslag naar het inkomen over 1 maar over 3 jaren. De VOOZITTER zegt dat er hierover ge* schil was in B. en W. De meerderheid is het met het adres van Smilde eens, maar een minderheid neemt een ander standpunt in. De meerderheid wil adhaesie betuigen omdat het met angst de toekomst in ziet. In het af* geloopen jaar heeft de landbouw zoogoed als niets opgebracht, 't Is te vreezen dat er een groote catagorie buiten de inkomstenbelasting valt. De rest zal dan moeten zorgen voor een kloppende begrooting. Hier schuilt een groote onbillijkheid in. Wordt het inkomen over 3 jaar genomen dan is men gevrijwaard voor te groote schommeling. Wethouder GRINWIS is het hiermede niet eens. Wanneer de boeren een rijk jaar gehad hadden zou dit adres niet zijn ingekomen. Er ontspint zich een verwarde discussie. De heer TANIS beweert dit jaar met z'n jongen nog geen kwartje verdient te hebben. De heer BOSLAND gelooft dat 80 °/0 der bevolking verloren heeft en 20 niets over heeft gehouden. De VOORZITTER vindt dit een reden te meer om in den geest van Smilde te handelen. Nu zal die 20 voor de inkomsten moeten zorgen. Dat is een groote onbillijkheid. De heer BOSLAND zegt dat de visschers ook een heel slecht jaar hebben gehad. De heer SANDIFORT meent dat geen mensch zich kan voorstellen hoe arm de vis* schersbevolking is. Wethouder VOOGD zegtdat gaat nog al, den laatsten tijd is er nog al goed gevangen zegt men. Maar daar gaat het nu niet ovei. Spr. vindt het niet goed dat er jaarlijks een groote schommeling in de financieele toestand komt. Een gelijkmatigen druk over 3 jaar is verreweg het voortreffelijkste. De heer KI. WESTHOEVE gelooft niet dat de gemeente Smilde een boerenbevolking is want dan zou dit adres daar niet vandaan gekomen zijn. Het zullen wel ambtenaren zijn die daar de boel regeeren. Spr. kan zich met het voorstel niet vereenigen. Die in hun goede jaren hebben betaald zullen nu ook nog eens over het slechte jaar moeten betalen, dat is dubbel op. Wethouder VOOGD zegt dat de heer West* hoeve het verkeerd opvat. Het blijft hetzelfde of men belasting betaalt naar een inkomen over telkens één jaar of over 3 jaar. 't Wordt toch door elkaar berekend, alleen is de be* lastingheffing minder onderhevig aan schom* meling. De VOORZITTER zegt dat dit adres niets te maken heeft met den ambtenarenstand. Smilde is een gemeente in Drenthe met een plattelandersbevolking net als Ouddorp. 't Schijnt wel of bij sommige menschen de ambte» naren alles gedaan hebben. Zij hebben te hooge salarissen heet het en hun pensioen wordt hun niet gegund. De heer KI. WESTHOEVE: dat is ook zoo. De VOORZITTER vervolgtWat Smilde wil is de inkomstenbelasting op denzelfden voet baseeren als de bedrijfsbelasting, die ook over drie jaren genomen wordt. De partij van den z.g.n. armen boerenstand is hier natuurlijk tegen omdat '22 slecht geweest is. Men moet echter niet achteruit zien maar vooruit. De heer SANDIFORT zegt dat van weers* zijde schuld ligt. De voorzitter neemt het op voor den ambtenaarstand. Volgens de ambte* naren heet hef dat de boeren net als de var* kens knorrende vet worden. De boeren even* wel zeggen dat de ambtenaars te veel verdienen. De VOORZITTERIk heb het niet opge* nomen voor de ambtenaren. Dit zal ik nooit in een openbare raadszitting doen. Ik stel echter den heer Westhoeve de vraag hoe hij er aan komt dat in Smilde de ambtenaren den toon aangeven en dit adres van ambtenaren afkomstig -is. Was dit adres product van een vergadering van B. en S. of van den Bond van Ned. Ambtenaren dan was het wat anders dan had de heer Westhoeve gelijk maar nu niet. De heer WESTHOEVE :Van den boerenstand komt dit adres niet. De regeering heeft alles hoog opgevoerd en nu raakt zij in de war. Maar nu is het de tijd dat de ambtenaren zullen moeten betalen. De heer VOOGD vraagt of de heer West* hoeve, afgescheiden van persoonlijke zaken, het niet toegeeft dat de financieele toestand op veel gezonder basis rust wanneer de in* komstenbelasting over 3 jaar genomen wordt. De heer WESTHOEVE gelooft dit wel in beginsel, maar om het nu toe te passen daar is hij tegen. Spr. neemt het op voor de be* 4 De zon was schuil gegaan aan den huise* lijken hemel. »'t Is er echt gezellig,was altijd 't zeggen geweest onder de kennissen. Van Loenen zag altijd nog 'n humoristisch slipje onder den langen mantel van den meest stroeven ernst €n kon dan niet nalaten er plagerig naar te wijzen. Léonie had de vroolijke natuur van haar vader, verfijnd tot leuke meisjes*dartelheid Nicolaas, 'n guit van 't gym, was 'n jongen vol grappen, waar je hart om lachen moest, al trok 't gezicht in 'n straffe plooi. De twee* \?°e? waren de speelkinderen van iedereen. pf Was n voor!)ee'd van geduld klaagde zelden had weinig pijn en was eigenlijk min meer buiten den kring van de huiskamer Maar nu knarste 't huiselijk raderwerk. e, to.01} in huis was niet helder meerals van n bel, daar een barst in is. Var^'^00^ °P huisaltaar, smookte, en oinl gemelijk de krantrookte 'n pijp viermaal n,aar bed dan ooit' Drie' of*ienoenie+les ge. en klok te bekijken, od met haar S n Ironie hield soms ineens klank vindt '«S door 't raam J, T? k?ek tijden verveeld uit te ziin Ji boodschapjes om er es uit te zijn. Nicolaas zei ronduit dat*ie 't 'n «saaie boel® vond tegenwoordig in huis en knorde tegen de tweelingen, dat Door «zuur® was, waarbij dezen groote angstoogen zet'ten dat*ie 't wagen dorst zoo te spreken over wie feitelijk de hoogste autoriteit was in huis. Maar zelf zaten ze ook vaak zeurig neer, zoekend naar wat afleiding, daar zelden iemand zich met hen bezig hield. Dora was er de oorzaak van. Zijzelf zou 't het laatst ontkennen. Om haar draaide nu eenmaal 't huiselijk samenleven; dat het nu knarste en knoerste, was haar schuld. Ze wist het wel en soms ontrust'te het haar. Maar dan suste ze haar geweten. Niemand kon toch 't onmogelijke van haar vergenEn ze deed immers haar best, meer dan ooit Ze was vroeger op dan voorheen. Nu ze 's avonds laat niet meer op haar kamertje zat, lag ze soms om vijf uur al wakker te bed, piekerend over haar tegenspoed. Dan kropen booze gedachten haar in de hersens en schoven er voort als slangetjes, heur ziel bezwadderend, dat ze er maar vroeg uitsprong, om in druk huisbedrijf affleiding te vinden. Ze deed immers haar plicht I Elke huisvrouw mocht bij haar over den vloer komen, of 't ergens, fan kelder tot zolder, beter in orde was dan bij haar Alles glom en glansde de linnenkast mocht gezien wordenstipt op tijd kreeg ieder 't noodige wat kon er meer van1 haar worden geëischt? Huichelen ging toch ook niet! 't Kon toch niet van haar gevergd worden, dat ze maar net zou doen, of er niets gebeurd was of niet haar zoete hoop was vernield, zooals de liefe* lijke lentebloesems door de alles verstijvende nachtvorsten Ze sprak er immers niet van Sinds dien avond, toen haar vader de zeker* heid bracht, dat het kleine kapitaaltje wég was, had ze geen enkele toespeling meer op haar verijdelde verwachting gemaakt. Moeder had er den dag daaraan met innig leedwezen wat van gezegd 't Is hard voor je, kind Maar Dora had de schouders opgehaald. Een norsch*onverschillig «Ochwas al, wat ze zei en toen was ze haastig de lampetkan gaan vullenhad, teruggekomen, snel een ander onderwerp aangeroerd. Toch merkte moeder wel, hoe diep het haar wondde. «Wou ze d'r maar es over beginnen«, zei ze tegen Van Loenen. «Al jammerde ze nog zoo hevig, 't zou haar lucht geven. Nou kropt ze 't op en er over praten maakt het nog erger.® Maar zoo was Dora nu eenmaal. Jammeren vond ze laf. Er was eenmaal niets aan te doen en met jammerklachten maakte je 't gebeurde niet ongedaan. «Spaar je zakdoek die lijdt ervan«, placht ze in dergelijke gevallen tot de tweelingen te zeggen. Niemand in huis had één traan van haar gezien. Maar ze was dezelfde niet meer van vroegerze verstijfde de vreugd, versom* berdé de lucht, verzwoelde de atmosfeer. Toch had ze daar zelf geen vrede bij. Al trachtte ze voor zichzelf dit alles recht te redeneeren, meermalen sloeg de Geest Gods haar 'n haak in de consciëntie, die ze niet los* krijgen kon. Soms was 't bij 't lezen der Schrift «Verblijdt u te allen tijd wederom zeg ik verblijdt u Dus óók in de dagen des tegenspoeds. Dan was 't weer in des Heeren Huis. Als 't gebed na den Doop werd uitgesproken en, als kenmerk van 't kindschap Gods, als plicht van den christen werd genoemd, dat het kruis niet slechts achter Christus gedragen, maar dat het vroolijk gedragen worde. Dan werd, éven, haar ziele ontrust. 2e wist het wel, dat onder dit uiterlijk kalm vervullen van haar plichten een vuur brandde van wrevelig verzet tegen hetgeen God over haar geheugde. De thermometer van den geestelijken om* gang met God, 't gebed, zonk tot bij het vries* punt. En 't ergste was de verharding in het kwaad, 't Werd niet beter, maar slechter. Wat eerst de wateren harer ziel nog beroerde, deed ze nu nauwelijks rimpelen. Vrede vond ze niet maar 'n valsche gerustheid, een sleur des kwaads maakte zich van haar meester. Juweeltje's glans was droef verdonkerd. En haar gesloten, vast en puntig karakter was oorzaak, dat geen der huisgenooten er over spreken durfde of wilde 't zou de scherpe snee van haar »ik« nog maar aanslijpen. Harde karakters vragen harde middelen 's Avonds had Van Loenen geklaagd over zware hoofdpijnen, maar Dora had er weinig acht op geslagenmannen zijn nu eenmaal wat kleinzeerigzóó zijn ze te slap, om op hun beenen te staan en na éen nacht slapens wandelen ze weer uren ver. Midden in den nacht schelde moe. Dora sprong er uitbang dat haar moeder wat overkomen wasnog niet denkend aan haar vader. Maar de schrik was dan ook te grooter, toen ze haar vader in zware koorts vond liggen, buiten kennis, woelend en ijlend. Even bracht ze de hand aan de borst vanwege 't plotseling bonzen des harten, door den schrikschok ineens in heftige beweging ge* bracht. Maar dan neemt ze 't roer weer vast. 'n Ledikant wordt klaargemaaktNicolaas stuurt ze naar den dokter, 'n paar straten ver maarze legt terwijl koude compressen op vaders hoofd De arts ziet het dadelijk ernstig in. Binnen tweemaal 24 uren is Van Loenen den dood nabij en de koorts wil maar niet afnemen de temperatuur kruipt nog telkens 'n tiende graad omhoog Dora werkt en waak en bidt Maar 't gebed gaat er niet dóór Daar is 'n muur tusschen haar en naar God 'n muur van onbeleden zonde 'n muur, dien ze zelf heeft opgestapeld met steenen van wrok en boozen onwil. Die muur stuit haar gebedGod heeft 'n twist met haarWat moet er van haar worden van de kinderen, als vader haar ontvalt «Dat kan zoo niet lang meer duren W De arts spreekt het vonnis uit, zélf bleek tegenover zoo insdroeve smart*oogen. Onbewegelijk staat Dora als 'n beeld. Dan keert ze zich tot haar zuster «Leonie Blijf jij even bij vader, zeg?« Dora gaat naar haar kamertje, waar ze in lange niet zat en de boeken zijn geruimd in de kast. Even staat ze nog, maar dan zinkt ze ineen voor den stoel en spreekt met haar God Ruimt dien muur, dien harden muur weg verootmoedigt zich in 't stofkruipt als aan 's Heeren voeten, of ze aan mag raken den zoom zijns kleeds (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1923 | | pagina 1