Antirevolutionair Orgaan voor de Zuidhollandsche en Zeeuwsche Eilanden. IN HOC SIGNO VINCES No. 2924 ZATERDAG 23 JUNI 1923 38ste JAARGANG Op den Uitkijk. Uit de Pers. W. BOEKHOVEN ZONEN Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan de Uitgevers. EERSTE BLAD. Koning-zijn? Zóó koning zijn? Neen! Die gedachte kwam onwillekeurig bij me op, onlangs toen ik de eerste berichten las van de jongste omwente ling in Bulgarije. 't Is al weer een paar weken ge leden. Maar die eerste feiten waren zóó. Stamb.oelinski was minister-pre sident. Ik neem het voor den man niet op Zijn manieren zijn de mijne niet en zijn beginselen nog minder. Wat deze laatste betrefthij dreef v^olop een belangen-politiek. Hij dek- '^nantelde dit ook niet onder mooie woorden, maar hij zei ronduitIk ben de aanvoerder der boerenpartij en wij zullen nu het land eens geheel en zuiver agrarisch, ten voordeele der boeren, regeeren. Nu moet men dit goed begrijpen Ook de boeren zijn burgers des lands. En overal, met name in een nog zoo V/einig ontwikkeld land als Bulgarije, vormen de boeren een der hoofdbestand- deelen van de bevolking en moet er met het welwezen van den landbouw duchtig gerekend worden. Ja, ik kan verder gaan. De veeljarige oorlogstoestand en de wetten, door de heeren in Sofia gemaakt, hadden den boerenstand in meer dan één opzicht in min goede positie ge bracht, zoodat zij niet ten onrechte »«onnen op middelen om daar wat ver andering in te brengen. Toen werd Stamboelinski hun hoofd. Hij wist de macht te verwerven. De koning benoemde hem tot eersten minister en hij koos zich een Kabinet, dat geheel uit zijn partij bestond. Totdusver ging alles goed. Was er niets op aan te merken. Maar nu ging Stamboelinski regeeren, alsof er alléén boeren in 't land woonden met uitsluiting, ja vaak met \rertreding der rechten van anderen alléén op de belangen van de ééne groep, die der arbeiders werd gelet. Dat is natuurlijk een slechte regee ring. Dat is zondig, naar ons dunkt. 't Is precies hetzelfde, wat in den grond ook de socialisten willen en wat in de volkomenheid de communisten in Rusland doen alléén letten op en regeeren volgens de belangen van één stand. Ook 's mans manieren waren slecht. Ik bedoel niet zijn omgangs-manieren dat hij van afkomst 'n eenvoudige boer was en niet veel moeite deed om dit te verbergen, neemt geen mensch hem kwalijkin een krulletje beschaving min of meer zit het 'm tenslotte niet. Maar: zijn regeerings-manieren. Het leger vertrouwde hij niet. Wel had Bulgarije, volgens hetvredes- verdrag van Nevilly zijn leger voor 't overgroote deel moeten afdanken en ontbinden, maar de oude aanvoerders en officieren waren er natuurlijk nog en hoe gemakkelijk kon er niet, waar zóóveel ontevredenheid heerschte een oud-soldaten-revolutie uitbreken, met oud-officieren aan 't hoofd, die 't be wind omverwierp Daarom richtten Stamboelinski en z'lnen naast het leger-van-Staat, een soort eigen boeren-armée op, die in QtomnrStv plaats werd gebruikt, om j™°ehnsW tot een lijfwacht te strek waar "t 'nrinH' tw.eede Plaats om overal HPn H,vA g bleek' a"e verzet tegen den dictator neer te slaan De lezer heeft al gemerkt. Feitelijk het zetzelfde systeem, dat Musiolini in 't groot in Italië heeft in toepassing gebracht. Men weet, hoe het ten val kwam. Allang „criselde" het. Stamboelinski had tweeërlei vijand binnenslands. In de eerste plaats al de overige partijen en partijtjes saam. En al is nu Bulgarije goeddeels een landbouw- land bij elkaar hadden al die anderen nog wel iets te zeggen En ten tweede de Macedoniërs. Nu laat ik die laatsten onbesproken. Zij vonden 't wel fijn, toen zij hoor den dat Stamboelinski was gevallen en dat zijn ministers gevangen zaten, maar zij hebben, naar 't schijnt, niet aan zijn val meegewerkt. Dat hebben de „burgers" beraamd. En het leger heeft het uitgevoerd. In 't allerdiepste geheim werd een samenrotting gesmeed. Slechts zéér enkelen kenden de bizonderheden de anderen stonden slechts „ter dis positie". En toen ging alles gesmeerd. Stamboelinski was „buiten-af". Om twaaf uur waren de ministers nog van een bijeenkomst naar huis ge gaan om vier uur 's nachts werden ze opgelicht van hun bed, in een cel gestopt, en om vijf had een geheel nieuw ministerie kant en klaar 't be wind aanvaard. Men liet het toen eerst goed dag worden. En toen toog men naar 't paleis, naar „koning" Boris, die nog nauwelijks zijn morgeneitje op hebben kon en van niets wist, verrast werd, doordat het nieuwe stel ministers zich presenteerde en zeide „Sire wij hebben 't zaakje alvast maar overgenomen hier is onze aanstelling, we hebben ze vast maar opgesteld, als ge daar nu uw naam maar onder zetten wilt 'n Beleefde buiging, dat hoorde er bij'. Het eert koning Boris, dat hij toch éven niet wou. Hij voelde toch, dat hij hier 'n allertreurigste rol speelde of liever dat men hem die liet spelen Maar wat zou hij anders doen Hij teekende. „Zóó koning zijn? Neen!" In een slot-artikel hoop ik zulk ko ningschap nader te bezien bij 't licht van ons antirevolutionair beginsel. Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 8.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS SO MME LSD IJK Telef. Interc. No. 202 Postbus No. 2 ADVERTENTIËN 20 cent, RECLAMES 40 cent, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel. DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 uur. Vacantie en Subsidie. Bezie een zaak van beide zijden. Dat is toch maar steeds wenscheÜjk Als weer blijkt uit 't antwoord van min. De Visser aan mr. Rutgers. Herinnert" men zich de zaak De minister heeft voor de openbare gymnasia en H. B. S.en een eenderhande va* cantie»regeling ingevoerd. Wat zijn recht is. Maar nu had het Departement daarover 'n circulaire aan de bizondere inrichtingen gestuurd, om ze dit mede te deelen. Nu, ieder begrijpt wat dit inhoudt 'n Uitnoodiging Toe doen jullie zoo óók! En daarin zag mr. Rutgers indirect een aan* randing der vrijheid, in elk geval een onge* wenschte drang. En nu blijkt, dat de Minister eerlijk erkent Jaik zou wel willen, dat de bizondere in* richtingen vrijwillig mijn regeling over* namen. Om twee redenenOm de regeling der eindexamens en omdat de vacantiën we* zenlijk te lang zijn, de Staat keert salarissen uit met 't oog op 't w e r k en niet op de vacantie. Maar, constateerde hij, het is en blijft een wensch: de bizondere inrichtin* gen b 1 ij v e n geheel v r ij. Daarmee kunnen we tevreden zijn. En als de minister dan 't voorbeeld aan* haalt van een gesubsidieerde, bizondere mid* delbare school, die in 't geheel d ri e maanden van de twaalf vacantie geeft, dan zeggen we 't Is óók wel weer es goed, als de Minister, die zijn oog en zijn zorg, over 't gansche Onderwijs laat gaan, op zoo iets met 'n har* tig woordje wijst. Nadruk verboden. Neen, ik had ze niet gelezen: De advertentie, die mij werd toegestuurd. Zoo heel groot wonder was dit nu niet; ik krijg eiken dag zoo'n paar dozijn bladen onder de oogen, die ik plichtshalve doorkij* ken moet, óf er ook iets in staat, waarmee ik mijn voordeel kan doen, dat het niet onbe* grijpelijk is, wanneer ik ergens in een neutraal blad, al komt het geregeld op mijn werktafel, in een van de advertentiekolommen een »kleintje« heb over 't hoofd gezien. Maar nu 'n goed vriend ze mij stuurt, Nó wil ik er toch wat over zeggen. Hij was er verontwaardigd over en bedroefd. Ik ook, alleen ligt bij mij 't accent 'n béétje meer op 't »bedroefd«. En daarbij heb ik medelijden. Dit zal trouwens bij mijn correspondent ook niet ontbreken »De stukken vraagt mijn lezer al Tut, tut; mijn waarde, dat is nu zoo s rhrij versmanier je moet in onzen gejachten, zenuwspannenden tijd al es iets doen om de aandacht te trekken en 't óór te krijgen en daartoe helpt 't altijd wel een weinig, de menschen wat nieuwsgierig te maken. 'k Zeg immers't gaat om n advertentie, 'n Annonce in een neutrale krant. Want zulk een blad neemt alles op Broek* huys' «Gouden*Kalf"»goksport*prikkellectuur net zoo goed als de aankondiging van een lezing over de »Stad met paarlen Poorten" van een gereformeerd professor. 'k Wil ze wel naast elkaar plaatsen. Zaken zijn nu eenmaal zaken. Let wel, ik neem het de «neutrale krant« niet kwalijkdie dóét het nu eenmaal zonder beginsel en is eerlijk genoeg, om daarvoor uit te komen ook, en wie ik het wél kwalijk neem, zég ik nu nietdie de schoen past, ben ik verzekerd, trók ze al aan. »De stukken herhaalt de lezer Maar, ik heb het immers over een ad* vertentie in een neutrale krant, die me toe* gezonden werd, de advertentie namelijk en aie natuurlijk niet.... over een nieuw reukwater, over een nieuwe pudding* of zeep* soort ging. Laat ik ze hier even overschrijven. Twee letters, die de geachte lezer cursief gedrukt zal zien staan, stonden in de oor* spronkelijke advertentie gewóón, maar 't zal duidelijk zijn, dat ik juist op d i e twee de aandacht vestigen wil. Er stond boven, érg duidelijk «H u w e 1 ij k« Want daar was het om te doen. En dan ging de omschrijving dós voort «Twee nette Meisjes, 28 en 29 jaar, G. G., wenschen in kennis te komen met twee Vrijgezels of Jonge Weduwn, een paar kinderen geen bezwaar, niet onbemid* deld. Brieven, met volledige inlichtingen en liefst portret, onder nobureau dezer courant". Cursief gedrukt zijn de letters G. G. Ik wou, om wat liefs, dat ik die zóó ver* klaren mocht«Geen Geloof" want dan zou mijn medelijden met die arme meis* jes even groot zijn, maar mijn verontwaar* diging zou niet worden gewektik zou zeg* gen de arme schepsels, zij zijn niet anders opgebracht Maar d i e verklaring is wel uitgesloten. Het zal wel zijn Gereformeerde Godsdienst. En nu hoef ik zeker niet te zeggen, dat ik er net eender over denken zou, als daar b.v. stond aangeduid «Confessioneel®, of «ortho* dox Hervormd«, of «positief Chr. beginselen« of zoo iets, maar ik moet me nu houden aan wat er staat en lees alzoo, dat deze meisjes Die bij Gods Woord zijn opgegroeid Mogelijk belijdend lid zijn eener Gerefor* meerde Kerk De gereformeerde belijdenis beamen In de Schrift toch zeker gelezen hebben, wat de «heilige vrouwen" betaamt, dat deze meisjes Haar eer als Vrouw wegwerpen Als een Rebekka in 't Godsbestuur meenen te moeten ingrijpen Openlijk in de krant, haar vrouwelijke schuchterheid achter de anonymiteit eener annonce verbergende, komen vragenWie wil ons hebben Zichzelf openlijk komen aanbieden Zich te keur zetten voor het volk Liefst laat ik 't naar den aard der liefde nog mogen gelooven lièfst ook »G. G.« hebben, maar als er op zoo'n advertentie in 'n neutraal blad 'n vrijzinnige "Vrijgezek, óf, 'n vooral »jonge«, Weduwnaar komt, daaruit ook wel keus willen doen Over allerlei bezwaren, zelfs over 'n paar kinderen willen heenstappen, a 1 s ze maar 'n man krijgen want dat »portret«, och als dat niet al te monsterachtig is en er ko* men eenige koeien bij en enkele bunders land, dan zal 't al gauw goed zijn Als de 28* en 29*jarige maar haar »man« krijgt Maar zouden ze daar nu niéts van voelen, deze «Meisjes", die wellicht belijdenis deden in een Gereformeerde Kerk en daarbij voor het aangezicht van God den Alwetende en zijn heilige gemeente beloofden «dat zij de wereld verzaken en in een nieuw godzalig leven wandelen zouden«; die wellicht mee aóngaan aan 's Heeren tafel, om te verkondigen den dood des Hee* ren, dewelke gekomen is óók om ons te ver* lossen van de heerschappij des vleesches die het eiken dag meebidden«Uw wil geschiede Zouden zij er nu niéts van voelen, hoe zij in dezen weg De wereld gelijkvormig worden Wandelen als de kinderen der duisternis in de dagen Noachs, die óók leefden om te trouwen en ten huwelijk uitgegeven te worden Den tegenstander reden tot lastering geven van 's Heeren Naam en om van onstezeg* gen Zij gaan dezelfde wegen als wij Den eerlijken, God vreezenden man, die de Vrouw hóóg houdt, in 't diepst zijner ziel bedróéven als hij ziet hoe zij zelf zóó zich 't stofgoud van de vleugelen afschudt En den spotzuchtigen cynicus inplaats van hem te dwingen tot eerbiediging der maag* delijke schuchterheid en eere, spotten doen met »de« vrouw, die immers altijd maar zit te hunkeren naar »de« man Het zou al 'n zéér zeldzame tref zijn, als de meisjes die deze annonce stelden, ook dit mijn stuk lazen, ik maak me er niet veel illusie van dat meisjes, wier zinnen en gene* genheden naar zulk een advertentie in een neutraal blad drijven, veel smaak zullen vin* den in wat ik geregeld schrijf, want haar «lig* ging« is de mijne niet! Maar men kan nooit weten En misschien z ij n er andere voor wie 't nog eenig nut doet Stel nu eens, meisjesik doe net of ik ze bereiken kan stél nu eens dat uw po* ging succes heeft. Gij komt werkelijk langs dezen weg in kennis met 'n man en 't gaat op een huwelijk aan, Welke worm knaagt dan al dadelijk als ge niet gansch verstompt zijt aan uw »geluk« Is het niet d i t, dat ge van meet af voor de pijnlijke vraag staatZou mijn man mij ook kunnen achten, waar ik toch feitelijk mij* zelf als «voor 't némen« heb aangepresenteerd En, geloof me, een vrouw heeft op den duur nóg meer dan aan de liefde en de liefkoos zingen van haar man, er behoefte aan te we* ten dat ze als vrouw zijn achting heeft En dan, laat ik even dieper gaan. Stél, gij slaigt, 't kan zijn dat God uw poging zegent? Neen: u laat voortwan* delen op uw eigen gekozen weg. Gij krijgt langs dézen weg een man Zult gij dan werkelijk, den avond dat 't er »dóór« is, uw knieën buigen voor den Heilige Israëls en zeggen«Ik dank LJ Heeredat Gij die advertentie in de krant zoo hebt willen zegenen, dat ik nu de wensch mijns harten vervuld zie ik zeg u, dat zult gij niet. Omdat gij 't eenvoudig niet kunt. Net zoo min als Jacob, toen hij uitging van zijn vader Izak is kunnen heengaan naar het veld, om God te danken voor den zegen, dien hij toch immers verkregen had En denk u d i t eens in Dat God de Heere want ook dat komt voor hij is een heilig Goddat de Heere u straft mét uwe begeerte en u zulk een man geeft, dat ge huwelijksjaren hebt, waarvan ge zegt«Ik heb geen lust in dezelve hoe zwaar zal dan uw teruggang zijn tot den God uws levens, bij Wien ge toch komen moet, als 't wél zal zijn En als ik aiu nog iets in 't algemeen zeggen zal, is 't dit Dat de Vrouw het huwelijk in de vreeze des Heeren; het verkrijgen van een eigen ge* zin en al wat daarmee samenhangt, begéért is zeker op zichzelf te prijzen, het is als regel haar bestemming. Doch vaak wordt één groote fout gemaakt. Ook huwelijk en huisgezin z ij n slechts middel. Hiertoe is de »mensch« op aarde gezet man én vrouw, dat zij hier hunnen God verheer* lijken zullen, Hem dienen en Zijn Raad ver* vullen zullen. Dat is 't hoogste 't is «het« levensdoel. En geen Meisje, dat ongevraagd bleef en nooit kwam tot een eigen gezin, mag daarom zeggen, dat ze haar plaats onnuttelijk beslaat op aarde. Gods Raad gaat over alles en allen. Ook over gehuwden en ongehuwden staat. En zoo waar als 't is, dat Hij den man zijne huisvrouw als met Zijn eigen hand aanbrengt, zoo waar is 't ook, dat H ij zorgen zal, clat elke Vrouw door Hém tot den heiligen, hu* welijken staat bestemd, door den man, dien God voor haar verkoor, op Z ij n tijd zal worden gevraagd. Dat wachte de Vrouw in stilheid af. En zij spreke er met haar God over. En de ongehuwde meene niet dat zij dóér* om minder is. Zooals God wil, dat geëerd zullen worden den weduwen «die waarlijk weduwen zijn", zoo wil Hij ook, dat het Meisje, hetwelk zich ook in haar ongehuwden staat, vroolijk in den Heere haar God, gééft aanhaar van God gewezen taak, hoog in eere zal gehouden worden. Neen, zij zal geen «oude vrijster« zijn! Geen dorre tak aan den boom. Want in den hemel, waar zij niet trouwen noch ten huwelijk gegeven worden, daar zal het uit den mond des Rechtvaardigen Rech* ters klinken tot de ongehuwde Vrouw, wier leven Christo mocht zijn en wier sterven ge* win: Kom in, ook gij, getrouwe dienstmaagd over het weinige, waarover Ik u zette zijt gij getrouw geweest en gij hebt uw hand niet uit* gestoken naar wat Ik in Mijn wijsheid u ont* hield over veel zal Ik u zetten, ga in, in de vreugde uws Heeren '«Christ avant toutschreef onze Konin* gin «Christus bóven allesboven man of vrouw, kind en gezin wie Christus heeft, die heeft «het" leven, niet deze korte spanne tijds hier op aarde, maar het leven tot in der eeuwigheid Zij het eenmaal velen onzer huns bekers deel. UITKIJK. We lezen in de N. Haagsche Courant Toneelcensuur Over tooneelcensuur schreef dezer dagen de heer Borel, daartoe blijkbaar geïnspireerd door allerlei rare vertooningen, welke in de Haagsche amusementsgelegenheden ten beste worden gegeven. Nu is de heer Borel iemand, die houdt van zekere vrijgevochtenheid gebo* ven «zedelijkheidsapostel" is hij allerminst. Wat echter niet wegneemt, dat er tegenwoor* dig dingen gebeuren, die zelfs hem te ver gaan. Zoo met de opvoering van het stuk »Erdgeist«. Hij schrijft daarover o.m. het vol* gende Wat Maria Orska echter in Wedekind's Erdgeist op het tooneel van den Konink* lijken Schouwburg als Loulou heeft vertoond gaat zóó alle perkèn te buiten, dat een pro* test wel niet kan uitblijven. Het verwondert mij alleen, dat er geen massa menschen zijn opgestaan in de zaal, en weggeloopen. Ik heb een vrouw gesproken, die niet gauw op kunstgebied aan het moraliseeren slaat, maar die onpasselijk van dégoiit den schouw* burg heeft verlaten. In mijn ochtendrecensie heb ik mij nog wat ingehouden, maar nu moet het er maar eens uitik vind deze Erdgeistsopvoering, ronduit gezegd, viezig* heid en smeerpijperij van de laagste soort." Hij besluit als volgt «En nu zou ik, op gevaar af voor een onbevoegden, onbenulligen sukkel te wor* den gehouden, te dom om een regel van Freud en Hirschfeldt te begrijpen, met na» druk willen zeggen Houdt al die Loulou's en consorten vér, zoo vér mogelijk van het tooneelToon ons op het tooneel het her* oïsche en verheveneI.aat ons niet den schouwburg verlaten met het idee, dat we eigenlijk allemaal gedegenereerden en sexuel abnormalen zijn, maar laten wij er uit komen als betere menschen dan toen we er in kwamen. Speel ons stukken, die ons nobele impulsen geven, die ons hoop geven de lijdende, dwalende menschheid er weer wat boven op te helpen spiegel ons idealen en fantazieën en vizioenen voor, zoo onmoge* lijk mogelijk, 't allermooiste kan niet mooi genoeg zijn, laat ons in den schouwburg desnoods even gelooven, dat we ééns alle* maal engelen zullen worden, ontroer ons zóó overweldigend, met verheven gevoelens dat wij een opwelling krijgen om onzen medemenschen naast ons de hand te drukken en onzen broeder te noemen maar druk ons niet naar beneden met viezigheden en weeë verdorvenheidjes, zoodat we ons scha» men mensch te zijnIn den schouwburg moet de nederigste, eenvoudigste bezoeker het aller hoogste menschelijke in zich bewust voelen worden, Iaat hem maar gerust een oogenblik gelooven dat een mensch een heilige, een martelaar, een engel kan wor* den We laten deze beschouwing voor wat ze is, alleen blijkt er'uit, hoever de degeneratie in de kunst reeds is voortgeschreden. En daar zouden anti»rev. niet op mogen wijzen en tegen strijden Zijn wij belagers van de geestelijke vrijheid als we dat doen Of wordt onze houding ingegeven door liefde voor de hoogste geeste* lijke en zedelijke belangen voor ons volk Immers het laatste is het geval. Als het in den Kon. Schouwburg al zoo ver gekomen is, dat gelijk ons bekend is onyervalschte liberalen zich geneeren er hun volwassen dochters heen te zenden, dan is stellig ons protest tegen de bemoeiing der ge» meentelijke overheid niet geheel misplaatst, maar juist alleszins van pas en gemotiveerd. De juiste weg. Wij lezen in de »N. Leidsche Courant" In «Luctor et Emergo", het orgaan van den Bond van Christelijke Gereformeerde Jonge* lingsveieeningen, wijdt Ds. Hilbers te En* schede enkele beschouwingen aan de gehou* den verkiezingen.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1923 | | pagina 1