Officieel Gedeelte V er koopingen Rechtzaken» BilsM aan mimiwiiiti Mem Candidaatstellifligfen gemeenteraad. Schoolbouw. Land- en Talufeoiiw Binnenland. den toestand van land en volk in de zes* tiende eeuw, vlak v o o r en in 't begin der groote Reformatie. Vergelijken we toch deze Reformatie met een boom, dan is het volk, zooals het toén bestond de b o d e m, waarin die boom wortelde en G o d is het, die dezen bodem alzoo had toebereid en den ge* planten boom den wasdom gaf. Me dunkt, dit zal ieder duidelijk zijn. »In 't verleden, ligt ge weet het wel. En dat woord van Bilderdijk geldt niet alleen voor onze dagen, maar het gold even* zeer voor onze vaderen bij den aanvang der Reformatie. Willen we de geschiedenis dezer Reformatie recht verstaan, dan moeten we ter* dege ons land en volk kennen, zooals het toen bestond. Welnu, wie helpt ons daarbij het best? Etn vreemdelingde Italiaan Ludovico Guicciardini. Aan zijn naam is niéts Nederlandsch 1 Maar het schrijven over landen en volken zat hem in het bloed hij is een neef van den beroemden Florentijnschen geschiedschrijver van denzelfden naam. Deze Ludovico kende zijn onderwerp door*en*door veertig jaar lang heeft hij te Antwerpen gewoond en de Neder* landen in alle richtingen doorkruist. In het jaar 1563 schreef hij een uitvoerig boek over de zeden, gebruiken, instellingen en hulpbron* nen van ons land en is op de proef gebleken zulk superieur werk geleverd te hebben, dat nu nog onze geleerden zijn boek noemen »van het allerhoogste gezag«. Neem b.v. deze ééne enkele bizonderheid. Guicciardini deelt als een groote merkwaar* digheid mede, zoo héél anders dan in zijn eigen vaderland I dat het een uitzonde* ring was in de Nederlanden, zelfs op het platteland, als daar iemand gevonden werd, die niet lezen kon; toén al, zonder leer* plicht! in 1563, voélt ge niet van hoe hooge beteekenis dit feit is voor de verbrei* ding der calvinistische religie, die 't immers vele jaren lang hoofdzakelijk van de schrifte* lijke propaganda hebben moest Waar ik nu eigenlijk henen wil Mag ik dat voor me houden, ééne week UITKIJK. Art. 78 der Kieswet, luidende als volgt «Wanneer blijkt dat een kiezer lichamelijk hulpbehoevend is, kan de voorzitter van het stembureau toestaan, dat hij zich doe bijstaan. geefs bij elke verkiezing reden tot infor* matie of discussie, zoodat een kleine beschou* wing daarover niet overbodig zal zijn. Het stembureau bestaat uit een Voorzitter en twee leden, de Voorzitter van het eerste en van het eenige stemdistrict is de Burge* meester of waarnemend Burgemeester, de rest, zijn zoo mogelijk, leden van den gemeente* raad. Niet het stembureau, maar alleen en uit* sluitend de voorzitter beslist over het verlee* nen van bijstand aan hulpbehoevende kiezers. Kiezers, die psychisch hulpbehoevend of geestelijk hulpbehoevend zijn, mogen niet worden geholpen, dus niet idioten en ztoak* zinnigen, evenmin geestelijk achterlijken, die niet lezen en schrijven kunnen de z.g.n. analphabeten. In de vroegere kieswet bestond daaromtrent verschil van meening, daarom is juist later het attribuut »lichamelijk« toegevoegd, ter nadere beperking. Bijstand mogen dus alleen ontvangen de physiék hulpbehoevenden, zij, die m.a.w. een lichaamsgebrek hebben, waardoor zij hun stem niet uit kunnen brengen, hoewel hun denk* vermogen of kennis hun dat niet belet. Dat zijn menschen, die te slecht van ge* zicht zijn, om zekerheid te hebben, dat ze het juiste hokje zullen dichtmakendaaronder vallen zij, wier vingers of armen zoodanig beven, dat ze gevaar loopen te ver door het stemblokje te schuiven Kan men zonder bril niet goed zien en beweert men deze nief bij zich te hebben, dan is aan te raden, indien daarvoor nog tijd rest, den bril te laten halen, om misbruiken tegen te gaan. Toch kan niet geheel ontkend worden, dat zooiets geen lichamelijk gebrek is, al is dat te verhelpen, doordat voorwerp te gebruiken. Geholpen mag worden, iemand, die niet, voor de lessenaar staan kan, door een of ander ge* brek. Meerdere voorbeelden aan te halen, zal nu wel niet noodzakelijk zijn. De Voorzitter wijst niet iemand aan, om den kiezer te helpen, neen, de kiezer zelf kan iemand daartoe, met verlof van den Voorzitter, aanwijzen. Ook een niet*kiezer mag aange* wezen worden, zelfs mag b.v. een blinde, zich doen bijstaan door een klein kind, hetwelk kind dan voor hem hef stemblokje met rood potlood mag dichten. Men kan ook den Voor* zitter verzoeken een persoon aan te wijzen, welke dan 't beste doet een geestverwant per* soon daartoe te kiezen. Onder »bijstand« behoort ook desnoods het alles doen verrichten door den helper. Tegen misbruik behoort de Voorzitter te waken. Het is den Voorzitter niet mogelijk ten allen tijde te kunnen beoordeelen ofwel werkelijk een lichamelijk gebrek aanwezig is, maar deze beslist naar zijn eigen overtuiging. Misbruik kan echter leiden tot vernietiging der stemming en tot strafvervolging. De stemming mag alleen in het stemhokje geschieden de kiezer moet zich alzoo daarin bevinden. Verboden moet daarom worden het stemmen voor een kiezer, die in een brancard of draagstoel naast het stemhokje wordt neer* gezet, als vorig jaar in Amsterdam schijnt voor* gekomen te zijn. Een dergelijke stemming wordt in artikel 87, juncto art. 75, ongeldig verklaard, waarom een dergelijk biljet buiten de bus be* hoort te worden gehouden. Het is niet verboden vóór het stemhokje inlichtingen te geven aan den kiezer, die niet lichamelijk hulpbehoevend is, mits de voor* lichter buiten het stemhokje blijft. Volgens Koninklijk besluit van 1 December 1917 Lut* tenberg blz. 572 mag dan ook door den Voor* zitter toegelaten worden, dat een ander, op verzoek van den kiezer hem b.v. met zijn duim het blokje doet vasthouden, dat hij invullen moet, mits men niet in het hokje komt. Dit valt niet onder het begrip »bijstand« als be* doeld in art. 78. GEMEENTEBEHEER. Met sommige candidaatstellingen voor den gemeenteraad schijnt het eigenaardig te gaan. Zoo b.v. in een gemeente van beneden 2000 inwoners, met 7 raadsleden, minstens 5 can* didatenlijsten, waaronder van 3 rechts prote* stanische partijen, n.I. Anti=Rev., Chr.*Hist. en Staatk. Geref. Vermoedelijk iedere partij één of hoogstens 2 zetels. Van een homogeen bestuur kan dan ook moeielijk sprake zijn, evenmin van goed door* gevoerde politieke verantwoordelijkheid. In die kleine plattelandsgemeente zal van ver* schil tusschen die 3 rechtsche elkander zoo nastaande groepen wel weinig blijken. Waarom dan niet vooruit geconfereerd om met eene lijst uit te komen Laat men toch bedenken, dat eendracht macht maakt, maar dat tweedracht de kracht breekt. Mogelijk gaan bij dezen kamp, door deze verdeeldheid, an* deren met den buit heen. In een andere gemeente verluidt, dat recht* sche en linksche personen op één candidaten* lijst zullen voorkomen, om de kracht te breken der Staatkundig Gereformeerden. Zulks, omdat men oordeelt, dat de laatsten de gemeentekas te zeer willen aanspreken voor hunne school. Stel, dat zooiets zou blijken, dan kuunen de raadsleden met anderen vereenigd, daartoe het hunne aan doen. Maar dit .mag toch geen reden zijn om zich met links te verzwageren tegen de christelijke school. Dat verbiedt de historie reeds. Men blijve trouw op zijn post en strijde met een onbezoedeld vaandel. Gemeentebeheer. In het hoofdartikel van de Standaard van 24 Maart j.l. worden gewenschte bezuinigingen aangegeven op het gebied van het Lager On* derwijs. Daarin staat o.m. te lezen, dat vóór 1914 particulieren een schoollokaal bouwden voor f 2500, de gemeenten voor gemiddeld f 3500, terwijl het Rijk voor niet minder dan f 4500 terecht kon, alles buiten den grond. De schrijver vindt die oorzaak in de hoogere wenschen, die onderwijzers, rijksambtenaren te kennen geven, waaaraan het Rijk genegen is te voldoen. Daarom moet het uitgangspunt niet zijn rijks* of gemeentebouw, maar de particuliere bouw. Ik neem gaarne aan, dat particulieren heel wat goedkooper werken dan Staat en ge* meente, daarvan zijn voorbeelden te over. Toch meen ik een klein vraagteeken te mo* gen plaatsen en wel dit geldt wat hier voor 1914 geschreven staat in verhouding ook voor 1922? Hooren we niet, dat ook voor bijzondere scholen eischen aan de gemeentekas gesteld worden, die zeker niet in die mate geuit zouden worden, als de scholen die zelf moes* ten betalen, ook al waren de middelen er. Vóór 1920 ontvingen de schoolbesturen een uitkeering voor schoolbouw naar het aantal schoolgaande kinderen, maar sedert 1921 moet de gemeente alles betalen. En zien we nu na dien datum niet de eischen van sommige bij* zondere scholen stijgen Gelukkig zijn er ook andere en betere voorbeelden schoolbesturen die tevreden zijn met een gewone doelmatige school. Men komt er zoo licht toe om hooger te willen mikken, nu men grootendeels van financieele zorgen ontslagen is. Te meer be* grijpelijk wordt dit in plaatsen, waar voorde openbare scholen geen geld ontzien is. Toch meen ik, dat men ook dient te letten op de gemeentekas, en laat het verlanglijstje niet meer uitdijen dan geschieden zou, indien uit eigen beschikbare middelen gebouwd moest worden. Qók in dezen kenne een ieder zijn roeping en verantwoording. Daarbij wake men tegen onnoodige opdrijving der uitgaven voor de openbare school. Gemeentebeheer. [Als we ons niet vergissen, grijpt de Over* heid reeds Zeer'krachtig in, in de bestekken, om te besnoeien en wordt er al angstvallig op gelet of soms oude, verlaten openbare schoolgebouwen nog wat op te kalefateren zijn. 't Gaat de .goede Achting, in van. sober* heid ën minimale eischen. En zoo hoort 't. Al die luxe komt. voor rekening van den belastingschuldige, èn 't ezeltje heeft al genoeg te dragen. Red.]. Lijst van toet de tweede klasse bevorderde Zeer* lingen der Rijkslandbouwwinter school te Dordrecht. 1 A. J. S. van Alphen, Rotterdam. 2 G. A. Bierens, Dinteloord. 3 J. A. van Dijke, Klaaswaal. 4 W. van Houwelingen, Giessen*Nieuwkerk 5 P. de Koning, Rijsoord. 6 J. Kooyman, IJsselmonde. 7 J. v. d. Linden, Dubbeldam. 8 G. N. Nelemans, Zevenbergen. 9 J. den Ouden, Maasdam. 10 J. J. van Strien, Spijkenisse. 11 T. v. d. Velde, Wassenaar. 12 A. Vink, Mijnsheerenland. Herexanen 3. Dordrecht, 29 Maart 1923. Wat elke maand te doen geeft. (Ie helft April.) Nadruk verboden. Maart heeft zich goed gehouden hij gaf ons zijn zomersche dagen en hij was daarbij toch in* en terughoudend, zoodat de planten niet te vroeg uitbotten. Van April verwachten we nu, dat hij ons mild Lenteweer brengt, 't Is nu de tijd om naar buiten te gaan, zoowel voor den Land* als voor den Tuinbouwer. Hoe meer we thans op den akker en in den hof kunnen zijn, des te beter. In de eerste helft dezer maand kunnen we gerst en haver zaaien, vlas, zomerspurrie en zomerkooi, voorts erwten en boonen poten. Echter mag bij dit alles de veehouder de zorg voor zijn vee niet vermin*' derennoch de voeding noch het schoon* houden van de dierenkoeien en varkens en het rossen der paarden. Zijn paarden neme hij in acht als zij bezweet van den akker in den stal terugkomen de stal mag niet te koud zijn. Gaan zij daarentegen uit den slal naar buiten, dan is 'n ietwat lagere staltemperatuur gewenscht. Een geregeld toezicht van den veehouder op voeding en verdere verzorging wordt stellig beloond het spreekwoord «Het oog des meesters maakt het paard vet", is ten volle waar. De dieren zijn ook dankbaar voor een zachte, goede behandeling. Met welk genoegen werken we nu in den hof I Met het mooie weer scheppen we er behagen in te zaaien en te poten, te schof* felen en te harken, alles in en om den hof op te knappen. Ook de boschjes worden doorgeschoffeld, of, als ze erg vuil zijn, om* gespit en geharktevenzoo wordt dé grond tusschen heesters en struiken omgelegd, het gazon of het grasveld van bladeren en sprik* ken (sprokkels) gereinigd. En in den hof is er dagelijks meer te doen. Men kan spinazie zaaien en raapstelen, kropsla, wortelen, radijs, enz., zijn ze halfweg, dan zaait men opnieuw, om zoo gedurende langen tijd er van te pro* fiteeren. Dat gaat echter met spinazie en raap* stelen niet den geheelen zomer doorals de dagen warmer worden, dan gaan ze spoedig doorschieten. Doperwten kan men wel leggen tot Julimen legt nieuwe, als de boven den grond staande een paar blaadjes hebben. Zoo kan men ook doen bij capucijners en peul* soorten. Erwten teelt men liefst ieder jaar op een andere plaats. Denk om de nachtvorsten 1 Vaak verrassen ze ons en veroorzaken schade, als we er heel niet op bedacht zijn. Beschut dus uw perziken en abrikozenboomen en dek vooral ook de planten, waarvan de bladeren het glas raken, als de vorst hierover gaat, dan zijn ze bedorven. Neem ook de bakken in acht, waarvan ge de ramen al hebt afgenomen. Perziken en abrikozen beschut men door dun* ne, doorzichtige schutsels, die dag en nacht blijven hangen Deze gaan bij nacht de uit* straling tegen en temperen overdag de scherpe zon. Men plaatst ook wel erwten of boonen* rijzen tegen den boom, totdat de vruchten gespeend zijn en de bladeren flink zijn uit* gegroeid. Een tobbe met water onder den boom wil ook wel de vorst van den bloeien* den boom afhouden, ook doen natte turven of plaggen wel denzelfden dienst In Duitsch* land en Amerika legt men vuren aan in boom* gaarden, men bezigt daarvoor stoffen, welke langzaam smeulen en een dichten rook ver* spreiden vochtige turf, vochtig stroo, groene takken, bladeren enz. Men legt die vuren aan kort vóór zonsopgang, als de temperatuur het sterkst daalt. Hoe minder wind er is des te beter treft het middel doel. Ook heeft men, naar het heet, den laatsten tijd in Amerika goede resultaten verkregen door in den vroe* gen morgen tusschen de vruchtboomen, op niet te groote afstanden, kleine haarden met kolenvuur aan te leggen. Uw knolgewassen Canna's Dahlia's e.a., die op een droge plaats bewaard zijn, moeten thans aan den groei ge* bracht worden. Ge kunt ze ingraven in den grond, maar dan hebt ge er niet spoedig plezier van. Beter is het daarom ze achter een bak te leggen, waar de grond altijd eenigszins warm is. Toelating tot de Openbare Lagere School. Burgemeester en Wethouders vanSommels* dijk brengen ter kennis van ouders, voogden of andere verzorgers, die voor hunne kinde* ren of pupillen op 1 Mei a.s. toelating tot de openbare lagere school verlangen le dat zij zich onder overlegging van de vaccinebewijzen ter secretarie kunnen aan* melden van 9 tot en met 21 April a,s. des voormiddags van 9 tot 12 uur; 2e dat alleen worden toegelaten kinderen die den leeftijd van 6 jaren op 1 Mei a.s. hebben bereikt of dien zullen bereiken vóór 16 September a.s. Met nadruk wordt er op gewezen, dat na 21 April a.s. geene aanmelding meer kan ge= schieden. Sommelsdijk, 4 April 1923. Burgemeester en Wethouders voornoemd Secretaris, Burgemeester, Iz. GEELHOED. L. J. den HOLLANDER. Belastbare opbrengst der gebouwde en ongebouwde eigendommen. De Burgemèester van Sommelsdijk maakt bekend, dat eene opgaaf van de uitkomsten der meting en schatting van gebouwde en ongebouwde eigendommen, in deze gemeente gelegen, gedurende dertig dagen, van 4 April tot en met 3 Mei aanstaande, ter gemeente* secretarie voor; een ieder ter inzage ligt. De Burgemeester, L. J. den HOLLANDER. STEMMING. Burgemeester en Wethouders van Sommels* dijk brengen ter openbare kennis, dat op Woensdag, 11 April 1923, van des morgens acht uur tot des namiddags vijf uur zal geschie* den de stemming ter verkiezing van de leden van de Staten der Provincie Zuid*Holland. Stemplicht. Herinnerd wordt aan de verplichting, op* gelegd bij artikel 72, tweede lid, der Kieswet, dat ieder, die volgens de kiezerslijst bevoegd is tot de keuze mede te werken, zich binnen den voor de stemming bepaalden tijd ter uitoefening van zijn kiesrecht moet aanmelden bij het stembureau in het voor hem op de kiezerslijst aangewezen stemdistrict. Artikel 150 der Kieswet luidt De kiezer, die niet voldoet aan de verplich* ting opgelegd bij art. 72, tweede lid, wordt, tenzij den rechter van eene geldige reden van verhindering blijkt, gestraft met berisping of met geldboete van ten hoogste drie gulden. Indien tijdens het plegen van de overtre* ding nog geen twee jaren zijn verloopen se* dert eene vroegere veroordeeling van den schuldige wegens gelijke overtreding onher* roepelijk is geworden, of de deswege opge* legde geldboete vrijwillig is betaald, wordt geldboete van ten hoogste tien gulden opgelegd De uitspraak is aan hooger beroep noch cassatie onderworpen. Indien de straf van berisping wordt opge* legd aan een afwezig gebleven beklaagde, wordt eene schriftelijke vermaning van den Kantonrechter om aan de verplichting opge* legd bij art. 72, tweede lid, in het vervolg te voldoen, aan den veroordeelde van wege het openbaar ministerie beteekend op de wijze, voorgeschreven bij art. 144 van het Wetboek van Strafvordering. Tevens wordt de aandacht gevestigd op artikel 128 van het Wetboek van Strafrecht, luidende Hij die opzettelijk zich voor een ander uiU gevende aan eene krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven verkiezing deelneemt, wordt ge= straft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar. Sommelsdijk, 4 April 1923. Burgemeester eu Wethouders voornoemd, De Secretaris. De Burgemeester. Iz. GEELHOED L. J. den HOLLANDER. EERSTE KAMER. De Zomertijd. Uit het afdeelingsonderzoek van het voorstel om den Zomertijd af te schaffen nemen we het volgende over Sommige leden betuigden hunne instemming met dit wetsvoorstel, waarvan zij met groote belangstelling hadden kennis genomen, en hetwelk algemeen steun vond in de verzoek* schriften, die te dezer zake tot de Staten*Ge* neraal uit landbouwkringen gericht waren. Men erkende hierbij wel, dat de zomertijd ongetwijfeld voordeelen biedt aan de stadsbe* volking voordeelen die echter grooter worden voorgesteld dan zij in werkelijkheid kunnen zijn, docht die bovendien eveneens bereikt kunnen worden, zonder de klok te behoeven te verzetten. Tegenover de voordeelen van den zomertijd staan echter zeer groote nadeelen voor de landbouwende bevolking. Deze nadeelen kun* nen echter moeilijk onder cijfers worden ge* bracht. Door de invoering van den zomertijd, die den arbeidsdag voor den landbouwer met een uur vervroegt, moet gedurende een ze* keren tijd het werk verricht worden, terwijl de morgendauw nog sterk zijn invloed doet geldende arbeid gedurende het vochtige, zeer vroege morgenuur is nadeelig voor de gezondheid der op het land werkenden. Het wieden in het natte gewas heeft veel bezwaar Het hooien brengt eveneens groote moeilijk* heden mede, wijl dit naar de droge avonduren moet worden verplaatst, terwijl tal van werk* zaamheden worden vertraagd, omdat het land* bouwproduct in drogen toestand moet worden verwerkt. Ook de bloembollencultuur lijdt schade door den zomertijd. Het economisch voordeel van besparing op kolen en licht, o.a. te Amsterdam bedragende f 41,600 op eene totaabuitgave van zeven millioen, is zeer betrekkelijk, omdat de zomer* tijd geen besparingen op afschrijvingen en algemeene bedrijfsonkosten biedt. De voor* deelen van den zomertijd staan dan ook niet in verhouding tot de groote nadeelen en be* zwaren, die hij aan de bevolking van het platteland berokkent. De leden hier aan het woord waren van evoelen, dat landbouw en veeteelt recht heb* en op den meteorologischen tijd. Hetgaant toch niet aan, omdat de sedeling niet vroeger op wil staan om daardoor een uur langer van het zonlicht te genieten, land* en tuinbouw en veeteelt schade te doen lijden. De Nederlanders moeten leeren vroeger op te staan. Er zijn ten onzent brouwerijen, waarin men bij voorkeur Duitschers gebruikt, omdat deze daaraan gewoon zijn. Onze vaderen stonden veel vroeger op dan het tegenwoordig geslacht. Men wees ook op het buitenland, waar de zomertijd öf niet ör veel milder wordt toege* past. In de Fransche Kamer is een voorstel om den zomertijd in te voeren, met451 tegen 90 stemmen van de agenda afgevoerd. België zal Frankrijk wel volgen. Duitschland kent geen zomertijd. De Vereenigde Staten van Amerika hebben slechts twee jaren den zomer* tijd gehad. Engeland heeft den zomertijd in* gevoerd van 22 April tot 16 September, doch is met zijne geringe landbouwende bevolking voornamelijk aangewezen op import van le* vensmiddelen. Een lid, dat zich met het voorstel kon ver* eenigen, stelde zich op een eenigszins ander standpunt als de overige voorstanders. Hij wees er op, dat de «zomertij d« metterdaad een gevolg is van de door den oorlog ver* oorzaakte buitengewone omstandigheden, in het bijzonder de schaarschte van steenkolen. Die tijd is nu voorbij, en de door de buiten* gewone omstandigheden in het leven geroepen wetten worden ingetrokken. Wat men nood* gedwongen in den oorlogstijd heeft gedaan, is in strijd met de natuur. Hij achtte het een minderwaardige handeling om, nu de nood er niet toe dwingt, zich zeiven en elkander, ten opzichte van de tijdsaanwijzing, te mis* leiden door de klok te verzetten, waarvan velen voordeel trekken, maar waardoor ook velen schade lijden. Vele andere leden daarentegen konden zich met het voorstel niet vereenigen. Men wees er op, dat het grootste deel der bevolking genoemd werd negentig percent, den zomertijd wenschtde stedeling, het over* groote deel der bevolking, die op het land woont en niet direct bij den landbouw be* trokken is, alle standen, vooral de midden* en de werkmansstand. De zomertijd verschaft kosteloos langer licht, doet den mensch lan* ger van de verkwikkende zonnestralen genie* ten. Eenige van de leden hier aan het woord waren van gevoelen, dat in dezen tijd waarin zooveel voor genoegen wordt uitgegeven, dit genot, wat nu eens niets kost, niet mag wor* den prijsgegeven. Tegenover de verzoekschriften uit land* bouwkringen staan de door honderd duizen* den ondersteunde verzoekschriften uit de groo* te en kleine steden, welke alle een beroep doen op de Eerste Kamer om dit voorstel te verwerpen. Indien dan ook bij seferendum dit vraagstuk aan het oordeel der bevolking zou worden onderworpen, zou en dit werd algemeen erkend de bevolking den zomertijd willen behouden. De geheele beweging tegen den zomertijd noemden onderscheidene leden grootendeels kunstmatig opgeschroefd. De bezwaren van het platteland zijn sterk overdreven en ten deele aangepraat. Zeer vele plattelanders zijn niet voor de afschaffingprofessor Van Leer* sum ontving op zijn adres voor het behoud van den zomertijd veel adhaesie van het plat» teland. Opvallend is het, dat zoovele Noord» brabantsche gemeenten, waar de landbouw de voorname bron van bestaan is, zich voor be* houd van den zomertijd hebben uitgesproken. Men mocht dan ook niet gewagen, zooals van de zijde der voorstanders van het voorstel in den lande geschiedt, van eene tegenstelling in deze van steden tegen platteland, omdat de stedelingen hier vrijwel één van zin zijn en de bewoners van het platteland niet. Ook houde men rekening met de omstan» digheid, dat steeds meer het platteland wordt ontvolkt en de bevolking zich in de steden ophoopt, zoodat de nadruk bij de beoordee* ling van het voorstel moet vallen op de ste* den. Bovendien, zoo werd door eenigen be» weerd, is ons land geen landbouw» maar een handelsstaalhandel, scheepvaart en visscherij waren steeds onze voornaamste bronnen van welvaart. Later is ook de nijverheid opgeko* men, maar landbouw en veeteeld zijn niet de voornaamste takken van bedrijf. Vele leden, op den voorgrond stellende, dat van beide zijden, zoowel door tegenstan* ders als door voorstanders van den zomertijd, overdrijving plaats heeft, maar de voordeelen voor de eene groep en de nadeelen van de andere groep juist afwegende, waren van oor» deel, dat vooral bij eenige inperking van den duur van den zomertijd de voordeelen eener* zijds gewichtiger zijn en een aantal personen ten deel vallen dan de nadeelen anderzijds ernstig zijn en het deel der bevolking, dat deze te dragen heeft, belangrijk is. Toegevende, dat in het vorige jaar de zo* mertijd zoowel te vroeg is begonnen, als te laat is geëindigd, meenden de leden hier aan het woord, dat de bezwaren bij de bewoners van het platteland, juist meerendeels liggende in dat te vroege en te late, voor een groot gedeelte zijn te ondervangen door den zomer» tijd niet vóór 1 Mei te laten aanvangen en uiterlijk 15 September te doen eindigen. Grie» ven als het moeten melken bij kunstlicht, het naar school gaan der kinderen in het don» ker, moeten noodwendig vervallen, indien de zomertijd beperkt wordt als hier is aangegeven. Men kwam tot de slotsom, dat het op den weg der regeering ligt met een modus vivendi te komen, door den termijn te bekorten, ge* durende welken de zomertijd zou gelden of, gelijk eenige leden aangaven, door invoering van den Midden»Europeeschen tijd. De ver* wachting werd daarom algemeen uitgesproken, dat bij eventueele verwerping van het voorstel van den heer Braat c. s. de regeering in dien zin zou handelen." TWEEDE KAMER. Ingediend is een wetsontwerp tot bestrijding van de zedelijke en maatschappelijke gevaren van den bioscoop. In de Memorie van Toelichting wordt op» femerkt, dat de verwerping van de ontwerp» ioscoopwet de regeering voor de beslissing plaatste om, hetzij in den bestaanden toestand te berusten, hetzij een gewijzigde wettelijke regeling voor te bereiden. Het eerste zou be» teekenen, dat aan het goedvinden der ge» meentebesturen blijft overgelaten, of al dan niet keuring van alle of bepaalde films wordt voorgeschreven. Het zal, na hetgeen ten aan» zien van het standpunt door de regeering ingenomen, is gebleken, wel geen verwonde» ring wekken, dat haar dit niet verantwoord zou voorkomen. Op Woensdag 4 April 1923, 's avonds 7 f uur, te Dirksland, ter herberge van H. van den Doel, veilingep, Op Woensdag 11 April 1923, 's avonds 7 uur, te Dirksland, ter herberge vanj. Keuve» laar, afslag, van 1.06.45 H.A. (2 Gem. 95 R. V. Maat (Bouw* land, dijkweiland en trekpad, te Melissant (vroeger Onwaard) aan den West*Havendijk, kad. Sectie C no's. 596, 598 en 600. In één perceel. Dadelijk te aanvaarden. Ten verzoeke van A. L. Bakker. Notaris VAN DER SLUYS. -.'Ac Op Vrijdagen 6 en 13 April 1923, telkens 's nam. 2 uur, te Dirksland, in hotel Van den Doel, bij veiling en afslag van een fabrieks* gebouw, volledig ingericht tot vlasbewerking, r met erf en grond, te Dirksland, aan den Vroon» I weg, Kad. Sectie A. No 653 groot 47 aren 18 centiaren houten bergschuur met dubbele I rietmatten, en andere houten bergschuur, staan* de op dat erf, in 3 perceelen en in combinatie I met verplichte overname door den kooper I van het fabrieksgebouw van stoomketel, zwin* I gelinstallatie met drijfas en 5 stofzuigers voor 9 f 500. Notaris VAN DER SL^YS. Zaterdag 7 April bij inzet en Zaterdag 14 April bij afslag, telkens des avonds 6 uur te Ouddorp in het Logement van Akershoek, van: a. Een huis met schuur en verdere opstal» i len met bouw» en weiland in den Ouden Oostdijk onder Ouddorp op het eind van jj) den Klaverweg, groot 6,64,42 H.A. 14 G. li 140 R. V. M. in 2 perceelen en massa, V' - en wagenhuis is verhuurd tot 1 Aug. iw \8 de schuur is op 1 Juni 1923 en de landerijen |p zijn dadelijk na de toewijzing te aanvaarden. b. Een perceel, bouwland aan de Klaver» scheweg in den polder den Ouden Oostdijk onder Ouddorp, groot 1,08,30 H.A. 2 G. 107'/2 R- V. M., dadelijk na de toewijzing te aanvaarden. Ten verzoeke van de erven van de Weduwe Hubert Sandifort. Notaris VAN DEN BERG. Op Woensdag 11 April 1923, des voormid* dags ten 10 uur, na aankomst der tram, ten verzoeke van den heer Johs. van Gurp Sr. op de door den verkooper bewoonde hofstede te Ooltgensplaat, aan den Langeweg, onmid» dellijk bij het dorp, van Een bruine merrie, oud 5 jaar, een vosruin, oud 9 jaar, twee kalfvaarzen, twee boeren* wagens, wielslee met hek, rolblok, maaima* chine, sacsploeg, portugalploeg, vijf» en zes* balks eggen en verderen landbouwinventaris. Notaris AKKERMAN. Op Dinsdagen 10 en 17 April 1923, >-'* kens 's nam. ten half 5 uur, te Dirksl&_. i I ter herberge van H. v. d. Doel, en J. "^J^r* meulen, van 8 arbeiderswoningen met erf en grond, nabij Dirksland, op Kralingeneen huis met tuin, erf en grond, te Dirksland, aan de Zomerstraat en een tuin te Dirksland, nabij den Stationsweg, behoorend tot de na* latenschap van wijlen de heer P. C. de Graaff.. Notarissen VAN ISPELEN en VAN DER SLUIJS. Op Vrijdag 13 April 1923, 's nam. te half' 4 uur, op het terrein van gemelde fabriek van Zuiggasmotor van 35 P.K. (merk Landaal),, reepmachine (merk Traast Enschedé), lijnzaad,, molen (merk Kuiper Bedum), braakmachine» lijmenmolen, centrifugualpomp (zuig* en pers») handpers, 2 groote en 1 kleine watertanks fairbankweegtoestel (weegt 4100 K.G.) volle* dige electrische installatie en kantoormeubelen, voorts hoorbuizen voor nortonpomp, droog* bakken enz., met recht van naasting van die goederen, door den kooper van het fabrieks* gebouw tegen betaling van 5 aan de voor* loopigë koopers dier goederen. Notaris VAN DER SLÜIJS. Woensdag 18 April 's voormiddags 10,30 uur, te Ouddorp op het Steedje van wijlen de Weduwe Hubert Sandifort, aan het eind van den Klaverscheweg, van twee 2I/2sj- vaar* zen, 2*j. vaars, 1 »'/2 vaars, vaarskalf, eenige kippen, partijtje hooi, windmolen, zeven, schoppen, vorken, rieken, geeselpaard, bieten» machine, handzaaimachine, bascule met ge* wichten, slijpsteen, juinhor, partij zakken enz. enz. Ten verzoeke-van de erven Weduwe H.. Sandifort. Notaris VAN DEN BERG., Op Woensdag 18 April 1923 veiling, in het! Hotel Geluk te Oude Tonge en Op Woensdag 25 April 1923 afslag, in heli Hotel A. P. de Weerd aldaar, beide dagen» des namiddags 2 uur, van diverse perceeiöjj. bouwland en eeuwkant in den HeerenpoJdèï te Oude Tonge, samen groot 17 Hectaren; .17 i Aren, 81 centiaren, Notarissen J. VAN 18*11-3 LEN te Oude Tonge en Mr. Dr. A, g SCHOUTEN te Baarn. Faillissementen in Nederland. Volgens mededeeling van het Hand elsiïufor» matiebureau van VA'N DER GRAAF Co.'s Bureaux voor den Handel zijn over de afge» loopen week, eindigde 29 Maart in N ederiand uitgesproken 59 faillissementen tegen 48 fail* lissementen in dezelfde week van hetvo iiïgejaar. Van 1 Januari tot en met 29 Ma art 1923 1073 faillissementen tegenover "641 over hetzelf* de tijdperk van het vorige jaar.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1923 | | pagina 2