Zaterdag 27 Januari 1923 HSIKERS Wit 5 ihoest tolan" BTU Jaargang N°. 2880. voor «le Zuidltollaiiilisclie ent üemwstJte iSllamleii. Eerste Blad. Nationale Bankvereeniging REES, -Jf Antirevolutionair Orgaan IN HOC SIGNO VINCES 9sse Courant verschlnt eiken WOENSDAG sn ZATERDAG, W. BOIKHQVIH k OP DEI UITKUL NIEUWS. ilvtrkandil straat 73 ERDAM. torloges «n Ingan. Ie Proeftuin SUBSIDIE AAN DE KERKEN. Reclames Mededeelingen. Belangwekkende verklaring. 1 er Dndspak in ons- nspakjes Alle stukken woot de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franc© toe te eenden siffl de Uitgevers. Kantoor MIDDELHARNIS. ZITDAGEN mm SOMMELSDIJK - Doling, DMSLAHD - Donierilag, OüDDOBP vrijdag, OUDE TONGE - TABBERS V. d. DOEL FLOBIL GELUK sï J. van Vliet alhier, 12813- ald op V.fldag26Jan. :l Holleman, or de recherche werd rig jongetje uit Delft, |n vau f 90, een zak- lit, een wapenstok en e voorwerpen had h| nedrgenomen. HQ zal en teruggebracht. :cherche werden aan- van 14 jaar uit de en een van 13 jaar ie aan een 80 jarigen at verschillende drelg- rd. In deze brieven die ran een HBS waren geëlscht, dat op een utel van de brandkast gen, want de jonge n inbreken, Ze hadden n eerst een ongefran- n en daarna, in een rerontschuldiging aan niet gefrankeerd was aan hun opgezet plan en z| briefjes geson- meestal van allesbe- Oe prlltle meende b| it, met H B.S. jongens Igeen echter niet zoo houden belhamels zin rone school voor uit- ]s. Het staat nog niet srllk sullen vervolgd Is te Oostesland op eelgheld van den ge- priesb rand ontstaan van de pastorie, die De brand is ontstaan in de nab|held van p hing' vlam had ge bet vertrek is ernstig e andere kamers heb- r te 1| den gehad. (Hdbl.) WLIJDERS Ikt steeds 1,50 'ETTER <S Co. aat 72, Rotterdam. gelezen 22506 oor de Holl. Mij. en op partij met bij D. MUS Johz., jp- en alQmhoest, isthma en andere en luchtptjpaan- ceest men met Warla Wortelboer, kela. Te bekomen icon bfl de verkoo- telboer's Artikelen OVERFLAKKEB te ingeweg) Is op elkan ilangstellendan GRA- Desgawansckt gaclt illehtingee, dia ■oak' mé 'Wtfl ABONNEMENTSPRIJS pet drie maanden franca per post ¥6 ©«stó voGreitbetaing, BUITENLAND b| vooruitbetaling f 8.50 pet jaar, JFZONDERLIjKE NUMMERS 5 CENT. UlTQIVKRSr SOMMËLSDIJK. Telefoon Intereomannaal Ne. 202. ADVERTENTIËN 20 Cent per regel, RECLAMES 40 Cent per regel, SOEKAANKONDIGING 10 Cent per regel. DIENST AAN VRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per pluatslnf, Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zlbssfegrL AdvertentiEn worden ingewacht tof DINSDAG- sn VRIJDAGMORGEN 10 UUR. Er is in den Nederlandschen Staat met 't oog op de scheiding van Kerk en Staat iets, dat niet klopt 't Zijn de Subsidiën, waarover nal798alhael wat gesproken is als in verband met 't meer genoemde art 171. Zoo herin neren we ons nog, dat op de Centrale Pastorale Conferentie van Gerei pre- ,nten in 1910 gehouden, juist niet dyer die subsidie gesproken is, ofschoon van de zijde der confessioneel© partij in de Herv. Kerk met nadruk was ver breid geworden, dat de Geref. Kerken hun vijandschap tegen de Subsidiën aan alle Kerken hadden laten varen en zelf ook van plan waren om het „beginsel" te aanvaarden dat de Overheid van Godswege „verplicht" zou zijn voor de predikantstractementen te zorgen, 't Is onjuist gebleken. Op die Conferentie is wel een motie aangenomen, dat 't op den weg der Geref, Kerken in Nederland lag zich tot de Overheid t© wenden met 't drin gend verzoek om art 171 der Grond wet te schrappenmaar niet om 't beginsel" te aanvaarden, dat de Over heid voor de traktementen moet zorgen ?r omgekeerdwant men wilde schap- art 171, met gevolg dat de Overheid ën cent traktement meer zou uitkee ren, doch aan de plaatselijke Herv. Kerk een som gelds zou uitkeeren voor ééns en altijd, om dan uit dat Kapitaal de oude Subsidie, die de Staat vroeger eik jaar gaf, aan den predikant uit ts keeren Als dus een Herv. predikant vroeger 700 gulden kreeg van 't Rijk, sou de plaatselijke Kerk een stamkapitaal krijgen van 14000 tegen 5 percent, wat aan in'rest ook 700 gulden is, De Geref. Kerken spraken dus in 1910 uit, dat zij ge,in Subsidie hegeer den; dat ze niet 't beginsel aanvaarden dat de Staat van Godswege om der reli gie wil verplicht was de Kerken te helpen, maar wel, dat de Staat verplicht was om art. 171 te schrappen. Èin nu laten we gansch in 't midden of die Gereformeerde Conferentie van predikanten haar boekje niet is te huiten gegaan om de kwestie van een Grond wetsartikel in haar midden te hespreken, omdat immers art. 171 niet alleen Geref. predikanten aangaat, maar 't gansche Nederlandsche volkwe laten ook pas- seeren de vraag of het plan oca een actie op tonw te zetten wel van zoo'n Conferentie mocht uitgaanwe laten ook zwemmen de vraag, pf zoo'n ge wichtige zaak niet veel meer een Sy nodale zaak is via de plaatselijke kerk, de classis, de provinciale Synode en zoo naar de Generale Synode. Wij laten die vormkwestie rusten, maar stellen wèl vast, omdat er toen gezegd is, dat de Geref. ook al subsidie gingen vragen; we stellen vast, dat die conferentie absoluut géén hulp van den Staat heeft aangevraagd, maar alleen oplossing van 't vraagstuk, dat inzit in Art. 171. Nu laten we art. 171 éérste deel, rusten, maar zulllen toch 't geheele artikel overschrijven met 't oog op die Subsidies. De traktementen, pensioenen en andere inkomsten van welken aard thans door de onderscheidene godsdienstige ge zindheden of derzelver leeraars genoten wordeu de blijven aan dezelfde gezindheden verzekerd. Aan de leeraars, welke tot nog toe uit 's Lands kas géén of een niet toereikend traktement genietenkan een traktement toegelegd, of het bestaande vermeerderd worden. De Grondwet bepaalt dus twee dingen. Ten eerste, dat de traktementen, pen sioenen en andere inkomsten aan nie mand toekomen dan aan de „thans" dat is, aan de Kerken, di6 er in 1815 waren, toen de Grondwet tot stand kwam. Die „thans" van 1815 wordt imperatief, gebiedend erkend, als de Kerken of gezindheden, wien geld toe komt in den vorm van traktement, en pensioenen der oude leeraars. De Regeering is dus aan dien eersten regel vastgeklonken: en zonder Grond- wetsschennis mag zij die traktementen niet inhouden, maar moet ze uitbetalen. Op deze traktemeuten hebben de ge zindheden van 1815 volkomen recht. Maar ten tweede bepaalde de Grond wet nog iets anders, Aan de leeraars welke tot nog toe uit 's Landskas géén traktement ontvingen, kan een trakte ment worden toegekend 1 De GroEdwetgever scheen't dus voor onmogelijk te houden, dat er na 1815 nog nieuwe gezindheden en nieuwe leerars bijkwamen. Wie in 1815 ge zindheid was of leeraar, maar verzuimd had om subidie aan te vragen voor 't traktement des leeraars, kon 't alsnog aanvragen; „Tot nog toe" staat er. Dat was 1815. Van een gebod om subsidie uit te keeren, om desnoods 't volle trakte ment uit te betalen, is in dat tweede de tl geen sprake; de Regeering moet niets, maar als ze wil, kan ze uitkee ren ja, maar aan wie Dat is een kritiek puntje. Wie zich krampachtig vasthoudt aan de drie woordjes tot nog toe', zal tegen de Regeering zeggenGéén enkele ge zindte na 1815 ontstaan, krijgt een halven cent" Alle nieuwe gezindte en nieuwe predikanten na 1815, zou met de letter der Wet in overeenstemming, zelfs geen cent mogen vragen; en 't toch vragende, moeten zwijgen, als de Regeering zei: „U krijgt niets, wantU is na 1815 ontstaan; en 1815 was het „tot nog toe." Maar dit staat vast, dat de Regee ring zóó niet gehandeld heeft, maar een veel breedere uitlegging aan die slotalinea heeft gegeven. Ze heeft n et alleen de in 1815 bestaande subsidies verhoogd voor predikanten met een al te sober traktement, maar ze heeft ook, waar in de bestaande gezindheden nieuwe gemeenten werden gesticht en waar nieuwe predikantsplaatsen ont stonden, in den regel een rijkstracte- ment uitgekeerd. En 't is juist dat afwijken, sinds 1815, van de Grondwet't is juist die breedere interpretatie of uitlegging, waar- om de Gezindheden na 1815 ontstaan recht hebben om subsidie te vragen. De Geref. Kerken, de Chr. Gerefor meerden, de Oud-Gereformeerden, de Geref, onder 't Krnis enz. enz. hebben 't recht om. subsidie te vragen en de Regeering mag niet meer terugwijzen naar 1815. Dat jaar geldt niet meer, omdat de Regeering al een eeuw lang anders opgetreden is, Nu zit er nog een moeilijkheid In de Grondwet van 1815 is er steeds sprake van „godsdienstige gezindheden." Maar wie nu met een zeker Kerkge nootschap, stel met het Ned Herv. Ge nootschap, met de Synodale Organisatie, breekt, mag die dan nog om subsidie vragen Neen en Ja. Neen, als ge onder „godsdienstige gezindheid" een bepaald Kerkgenoot schap verstaat. Wie dan met dat Ge nootschap breekt, valt huiten de „gods dienstige gezindheid" en wordt secte, en valt dus buiten de Grondwet. Ja, als ge onder „godsdienstige ge zindheid", zooals Groen v. Pr. deed, de belijdenis der Kerk verstaat. Dan behoorden de Afgescheidenen net zoo goed als de Hervormde Kerk in haar formulieren, ook tot de Gezindheid; en dus ook de Doleerenden en de Oud Geref. evenzoo. De belijdenis van alle deze zijn de 3 Formulieren vanEenig- heid n.l. Catechismus, de 37 Geloofs artikelen en de 5 artt tegen de Re- msnstranten. Als dus „godsdienstige gezindheid" beteekent „Belijdenis", dan mogen alle Geref., even goed als de Herv. Kerk, met 't zelfde volle recht om subsidie vragen, om traktement. 40 cent per regel. Asrselt nooit aan allen het geneesmiddel te doen kennen, dat u goede resultaten heeft gegeven. Hat Is een uitstekende dienst dien gl t-aa uw tldgenooten bewijst, door hen te wlzen op het gebruik van een middel, dat uw gesondheid heeft hersteld Dit is het geval met Me] W. Mosterd, geboren Stoute, oud 60 jaar, wonende Zut- phenschestraat 20 te Apeldoorn. Dese dame is lang ziek geweest en toen z^ b| toeval de de goede uitwerking der Pink Pillen boorde roemen, heeft s| se met succes gebruikt WQ halen hier de verklaring aan, die zl ons wel heeft willen schr|veu, en wij sporen allen die lijden, sooals z| deed, aan haar voorbeeld te volgen „Gedurende vele jaren, schrift zl, heb ik aan maagplnen, duizelingen en verzwakking geleden. Oak had Ik geen eetlust. Toen heb ik de Plak Pillen van Dr, Williams ingenomen en ik kan met genoegen verklaren, dat mine maagplaen volkomen xijn verdwenen en dat Ik veel beter, sterk en stevig ben geworden. „Ik geef u verlof deze verklaring te publl- ceeren" Dit Is een genezing te meer bl zoovele anderen Dit is gemakkeilk te begtfpen, daar de Pink Pillen een krachtig middel sin ter her stelling van het bloed en daaraan de kracht geven weerstand te bieden aan de stekten of hare gevolgen, die zich voordoen als een algemeens verzwakking, waaruit lichtellk allerlei aandoeningen voortkomen. Ais het bloed weer sterk is geworden, besorgt het voor altijd een bloeiende gezondheid De prls der Pink Pillen bedraagt f 1,75 de doos, t 9,— de zes doosen. Z\ worden ver kocht In het Hoofddepot: Nasaaufeade314 te Amsterdam, Elsch dit adres en de Hollandsche gebruikiaanwlzing. De Pink Pillen sin ook te veskslgen bl alle goede apothekers en drogisten, o a. bl D. VIJFVINKEL te S'dlk •'iLEVERTO LEEUWARDEN BEURS. Van een nieuwe gezindheid na 1815 zou alleen sprake kannen zija, als 't gaat over de Darbisten da Sabbathis- ten, en andere kleinere genootscbapjes, maar de Geref. waren er in 1815 al door hun belijdenisofschoon toen in wonend in 't Genootschap. En zelfs, al beteekende „godsdienstige gezindheid" niet hetzelfde als „belijdenis hebbende", dan nog zou de Geref. subeidie mogen vragen omdater in die tweede alinea niet staat: „Aan de leeraars, die Herv. zijn'maar omdat er kort en bondig staat„Aan de leeraars". Aan de leeraars! zonder beperking 1 dus ook aan de Afgescheidenen, en de Doleerenden en de Oud-Geref. enz. enz. Trouwens, de Regeering heeft er óók zoo over gedacht. De Hersteld Evangelische-Luthersche Kerk heeft zich van de Evangelisch Luthersche Kerk afgescheidenmaar „de Herstelde" krijgt toch subsidie. En als dus de Afscheidenen, de Do leerenden, de Geref. onder 't Krnis, vragen om Subsidie, krijgen ze het, al is 't ook, dat ze met 't Genootschap als zoodanig volledig gebroken hebben. Maar of ze 't zullen doen, dat staat nog te bezien. Wie krijgen er Subsidie en hoeveel? In een ander artikel zullen we uit de Staatshegrooting de Kerkgenoot schappen eens opdiepen, die geld ont vangen, en hoeveel. En van zelf komen we dan op den oorsprong dier sommen. Op de Kerkelijke goederen vóór en na de Reformatie. Nadruk verboden. Vandaag houd ik „opruiming". ,1 Dat most op s'n tld ook. En zoo zijn er enkele brieven en enkele vragen, waarover ik me reeds eenlgen i«d voorgenomen had iets te schrlven en dan kwam er weer niet van en dan was er weer lets van méér belang dat da aandacht vroeg. Maar nu ruim ik met elkaar op. En ik kom dadellk terzake. Onlangs heeft er eens in ons blad een stukje gestaan, waarin onze belastingambte naren 'n pluim op den hoed werd gezet. Ik vond, dat was verdiend Er Is in de laatste maanden veel over amb tenaren geschrevenveel ook ten kwade, er is heel wat erliiek op hen uitgebracht. En niet steeds ten onrechte Ambtenaren hébben soms I onaange name eigenschappen, als daar zin 'n laog- zameu telgang in hun werk, die 'n mensch tureluursch maakt'n zekere geringschatting voor 't publiek, dat bl 't loket k*tn schuifelen en trappelen en kuchen en vragen maar dat stil wachten moet tot m'meer sin laatste letter heeft gezet, wijl Immers het publiek er is voor den ambtenaar; voorts de eigen schap, dat ambtenaren, niet zoozeer door generatie, doch meer door verdeeling voort brengen en zoo voort Maar, let op het woordeken „soms" De vele goeden niet te na gesproken. En ze moeten er zich maar mee troosten 't Gaat hun als ieder, die aan den weg tim mert, wie tevreden over hen is, zw«gt, maar wie iets aan te merken heeft, die schreeuwt, en aangezien één schreeuwer meer de aan dacht trekt dan tien zwlgers, lijkt het dan alsof eigenlik de gansche wereld ontevre den Is Net als blv. met een dominee. De velen, die aan de preek iets voor hun ziel hebben get id, zwijgen als ze uit de kerk naar huis gaan en denken er nog eens over na, maar de criticus, die haar maar magertjes vond en dor niet sin eigen siel, doch de preek wel te verstaan die kan niet zwl- gen tot hl thuis is en begint reeds direct onderweg te klagen, dat dominee dien morgen al heel weinig naar den mond van Jeruzalem heeft gepreekt. Ik kom op de ambtenaren terug. Speciaal dan van de belasting-ambtenaren was dit gegegdSinds de O.-W.-belasting zoo goed als binnen was en se daardoor de handen wat meer ruim gekregen hadden, waren zl zich met grooten Iver op de In komsten-belasting gaan toeleggen en hadden deze op heel wat hooger peil gebracht. Daarover bu kreeg ik een brief. Erg duidelijk was hij me niet, doch zooveel bleek er wel uit, dat de schaver 't niet met dit stuksken eens wasdat hl die ambtena ren geen goed hart toedroag, en dat h§ wat in het stukshen geprezen werd, sterk laakte. Ik kreeg er dézen indruk uit: Om in deze slechte tgden de menschen nog als een sposss uit te kuipen wei foei 1 Nu staan twee dingen voor mf vast. Ten eerste, dat in onzen tld onze belas tingen veel te hoog zin. Met name de in komstenbelastingen. En zéér met name de gemeentelijke inkomsten-belastingen, welke thans ter versobering met die van het Rijk maar op één briefje geschreven worden 'i Is om er onder te beswlken. En naar min meening wordt er nog veel te weinig aandacht geschonken aan oe ko mende Gemeenteraad sveikte zingen. Daar lijkt het mlNu of nooit 1 Als in de dagen Vhn Heiligerlee, Dan moeten er in stad en land, als 't goed is, eigenlijk maar twee groepen-van-partlcn tegenover eikaar staaa; de eese groep, die tot leus heeft „Bezuiniging niet a l s 't kén, maar omdat het móét I" en de andere groep die tot leuze heeft: „Na ons de zondvloed, leef er tnaar op losEn dan moet de bur ger! maar weten wat ze wil. Dus de belastingen z«a te zwaar. Dat is 't eene, wat voor ml vaststaat. En 't a n d e r e is, dat ws eerlik en naar waarheid, met volkomen oprechtheid en zon der iets achter te houden, onze aangiften voor de belasting hebben te doen. Niet, w«l zware straffen zijn bedreigd. Maar omdat God dit van ons vordert. Toch schiet mm hierin vaak te kort. Ook onder óse vindt men dit kwaad, 't Ergste is wel, dat de consciëntie op d 11 punt wel met een brandijzer toegeschroeld likt en dat soms menscben, die In andere zaken werkelijk nauw leven voor God, als 't beiasiing-betalen en aangeven betreft, voor geen leugen terugdeinzen, Want liegen en stelen, dat is 't, AL ik den „fijcua" te kort doe I 3 Ik kén 't niet anders inzien. En als nu de belasting-ambtenaren met hun f«nen neus er achter komen, dat Iemand een deel van z«n inkomen verdonkeremaant en zl aan die fraude 'a eind maken, dan bewezen sl een dienst: a) aan den man zelf b) aan den Staat en c) aan de éér 11 fee burger!, 4 Aan den ma», omdat h« dan noodge dwongen van een leugansar ea een dief weer een eerlik mensch gaat worden. Aan den Staat, die nu aan zijn geld komt. En aan de éérlijke burger!, omdat die nu niet meer geplaagd wordt door de gedachte, dat z! feitelijk més betalen mag, wat de óaeerilken tea onrechte inhouden. Ja, ik weet wat men zeggen zal: 't Komt een mensch nu voorèl maar slecht te stade, als-ie zooveel meer betalen moet dan voorheen Dat zal zeker waar sin: Maar eilleve I aan wie de schuld Toch aan den man zélf immers, die niet thans „te véél" betalen gaat, met ónderen vergeleken dan 1 maar die, misschien jaren lang te weinig betaalde, omdat hl n.l. de man zélf, een leugenachtige aangifte deed. „Gellke monulken, gelijke kappen I" Eu de monnik, die óaeeslljk is en achter houdt, wat aan 't klooster volgens de kloos terwetten toekomt, die moet daarvoor niet nog er es belóóad worden, doordat ie 'n dubbele moot van de viseh krijgt, op vasten dag Betalen we te veel belasting, solt Maar we hebben 't vooral op 't terrein der gemeente goeddeels in o»zs eigen hand, om tot vermindesiug te komen. Niet door oncerllkhdd, doch door versobering van den gemeentedienst. De ambten aar echter, die er achterheen trekt dat de monuikea w e r k e 11 k gel|ks kappen dragen, verdient mi. lof en geen blaam Nu ga ik over tot 'u ander punt. 't Is ergens in een streek, waar de bevol king is van zéér uiteenloopeude geïoofs- en politieke overtuiging. De een zéé; be&list gereformeerd. De ander „rood-modern". Déze overtuigd antirevolutionairdie even vurig socialist ea gene een zeer, gelukkig alleen met den mond, zeer werkzaam com munist, 't Zin er meest „kleine" boertjes of „groofe" arbeiders: 't is er hard plee teren voor een mager korstje brood, maar met inspanning van alia krachten staat het toch zoo met de meesten: ze kómen er. Wat vooral nü niet gemakkellk is. Ai Ie s moet productief worden gemaakt. En zoo hebben dan die kleine landbouwers met elkaar 'n geitenfokvereenlging opgericht, 'n bésten Saanenbok gekocht en trachten door

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1923 | | pagina 1