Zaterdag 28 Mei 1921. 8Ö3fe Jaargang 2706 IN HOC SIGpfO VINCES voor Se Knidhollandsche est üeeowselie Eilanden Eerste Blad. Antirevolutionair Orgaan DE VACGINEHWANB. W. BOEKHOVEN Alle stukken voor de Redactie bestemd* Advertentien en verdere Administratie franco toe te zenden aan de Uitgevers, Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco pst post 75 Cent vooruitbetaling, BUITENLAND b| vooruitbetaling f S.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. USTGEVEiS i §©MMEL§D^K. TeteSasffl ïntermmmumsl No. 202. ADVERTENTISN 20 Cent per regel, RECLAMES 40 Cent per regel, BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel. DÏENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN 1 I.— per plasteiEg. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die sf beslaan. Mverteatiës worden Ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN S0 UUR. v::-, In onze »Maas« was Dinsdagavond 't Ingezonden stukje van den heer de Geus verschenen om mee te doen aan 't teekenen der lijsten tegen Vaccine- dwang. Den eigen avond lazen we >De Nederlander®, Chr. Hist, hoofdor gaan, waarin Ds. Kerslen deze zaak ook bepleit Laten we den lezers van ons Blad dit schrijven en 't antwoord van mr. Lohraan niet onthouden. Benig A<aor en Tegen brengt tot de waarheid. ^Het door ons uitgeknipte stuk luidt zoo VACCINED WANG. Hooggeachte Redactie 1 Overtuigd van uwe Instemming met ons pogen tot afschalfgn van tóen vacclne- dwang, neem ik beleefd de vrijheid eeuige plaatsruimte in Uw veelgelezen blad te via- gen opdat nog meerderen van onze actie kennis mogen nemen. Sinds jaren zucht on3 volk onder den vac- cinedwang, die ingrfpt in hetgeen ons heilig recht is: de zeggenschap over onze kinderen. Da wetgever dwingt ons, op strsife van de school gesloten te zien, onze kinderen der inenting te onderwerpen. Die dwang strijdt, zoo is sinds jaren geroepen, tegen alle anti revolutionaire bevatting van staatsrecht. De overheid blijve van de lichamen onzer kin deren af. 'tWeord des Heeren zegt ons zoo geheel begr|pel3k: „Die g e z o a d z?jn, heb ben dsn medicijnmeester niet van noode. Hebbe de overheid sieh daarna niet te lichte? Honderden in den lande gaan met eer bezwaarde consciëntie dea voorgesefare- ja gang; tlentaihia houden hun kinderen 'uever dom, omdat sij niet durven vaccinee ren wijl God 't hun verbiedt. Hoe lang zal de Regeeriag de coaclësües trappen Eischt niet goede regeeriug vrijlating der conciëaüe Nog erger wordt deze onrechtvaardige dwang, wijl nóg voor bet nut, nóg voor het onschadelijke der vaccinatie men overtui gende bewijzen levert. Van de door U ge boden gastvrijheid zou ik misbruik maken, als ik bier met verschillende citaten dit t; ach te ta bewijzen doch 't feit is te bekend, -iaa dat 't hier bew|s behoeft. Gsen voorstander der vaccinatie gelooft meer in haar levenslange behoedende kracht; men roept om revacci- natie. Met 5 jaar (zoo 't al 5 jaar öuurt) zegt men is de vacclnestof uitgewerktdas zjjt ge dus weer vatbaar. Neen sterker, de voor stander vaa de vaccine gelooft niets van de voorbehoudende kracht, Ais toch de inenting het kind beschermde tegen pokken, waarom weert men dan zorgvuldig eik ongevaccineerd klad. Waarom Omdat men vreestomdat men zelf slet gelooft in de vaccine. Boven dien wie kent 't groots gevaar der vac cine niet Allerlei verzwering naar vaa me dische zg beweerd wordt, de schrikkelijke toeneming der tuberculose is gevolg der vac cinatie ja 't vaccineeren ban onmiddelSk den dood tengevolge hebben. Men less eens 't werkje van Dr. Schoutenof ook „De Vac cineaanbidder van De Savornin Lehman Wa ren de schadelijks gevolgen der vacciaatie meer bekend; hielden da doktoren ze niet zorgvuldig verborgen; ons voik zou ontvlam men en eenparig weigeren. Voor wie opmerkt, moet "t wei zijn, of God ons volk bezoekt met ernstiger oordeel, sinds men roemde de pokken verbannen te hebben. Hos dwaas ook is die dwang I Niet tegen typhus, zoo veel vuldig voorkomend, maar steeds nog tegen door m.i. andere mispelen dan vaccinatie zeldsaam geworden pokslekte ent men in. Wat sleur I Men late ons vifl, men iioleere, zoo pokziekte kwam, dat is naar de Schilften. Doch de schooi sluite men niet. Komt dan, allen, die den dwang veroordeelt, komt dan als een oeaig man opgetrokken. Vraagt bij dhr. P. Vermeulen Vloeddijk Kam pen of bl ondergetekende de kcstelooze lis ten en verzamelt onder uw Stad-of dorpsge- nooten handteefceaiagen. Gaarne zai ik de ge- trekende listen in entvangst nemen, en Hare Majesteit de Koningin aanbieden. Laat uwe handteekeningen niet oatbrektn, Ook de Bond tegen Vaccinedwangbood medewerking in den vorm van adhaesle; en Ik twijfel niet, of onze Kamers tellen de mannen, die, zoo 't adres den Regeering bereikt heeft onze zaak met kracht verdedigen. U, Geaehte Redactie, vriendelijk dankend voor den steun, dien gi boodt door 't opnemen van dit schrlven, heb ik de eer te zfn, Uw dr., G. H. KERSTEN. lerseke, April '21. De geachte inzender heeft bl zin schrlven geen notitie genomen van de resultaten van het lange onderzoek door de Commissie van Voorbereiding ondernomen, naar aanleiding van het wetsontwerp ter wlziging van de wet op de bssmsttellke ziekten, in de jaren 1902 1905welk w. s. echter niet in op e u ba re be handeling is gekomen. Anders zou hl, stellig eenige s^uer beweringen minder stellig uit gesproken hebben. Wat ons zeiven aangaat, ook wl gelooven, dat de steeds toenemende verdwlning van depekziekte veel minder aan de inenting is toe te schrlven dan aan andere oorzakeno. a. aan het isoleeringsstelsel. Al heeft ontegeszeggel|k cok de inenting gedu rende korten ifjd eene zegenrijke uitwerking' toch zouden w| het geheele stelsel, dat ook disrenmartding meebrengt gaarne willen inruilen tegen behoorlgke wettelijke regeling van het isoleeriastel- s e 1. Het la echter hoogst onwaarschijnlijk, dat In de Staten-Generaal eene voldoende meerderheid vooralsnog daarvoor te vinden zou zin. Het vooroordeel door de genees heren krachtig gesteund, is nog te sterk. Overigens moeten w| de quaestie niet uitsluitend uit hyglësisch maar ook uit geestellk oogpunt beschouwends, verklaren niet te kunnen meegaan met de stelling dat inenting ingaan zou tegen een goddelijk gebod. De aangehaalde tekst la zin ver band gelezen, behandelt niet eene hygiëni schs vraag, doch eene zielkundigede vraag wie voor z|a ziel een geneesmees ter behoeft, Jezus had niet ten doel eeaig gebod of verbod te geven,Overigens betont de inenting juist te onderzoeken óf iemand ziek is, en, zoo de kiem aanwezig is, die te dooden. Ieder menach mag. zoo mogelijk, ziek te voorkomenook de geloovlge doet dat elk oogenblik. En wat de beschikking over de lichamen onzer kinderen, ook over onze eigene aangaat, zekerlik behoort die aan ons en aan hen die voor anderen te zorgen hebben te worden overgelaten. Maar wl hebben ons en onze kinderen te onderwerpen aan maatregelen die strekken om anderen te beschermen. De Overheid is bevoegd die te nemen, en op haar, niet op ons rust de verantwoordelijkheid daarvoor. (Red) Uit dit onderschrift van den Hoofd redacteur v. d. Nederlander blijkt dus: dat 't isoleeren (afscheiden) hem gunstiger middel dunkt dan de inen ting. dat hij ds. Kerstens tekst>Die ge zond zijn ecz.c gansch anders verklaart. dat inenting gean zonde is, geen ver bod Gods is. dat dwang geoorloofd is ter bescher ming van anderen. dat de verantwoordelijkheid voor die beschermingsmaatregelen rust op de Overheid, niet op ons als onderdanen. dat voorkomen van ziekte plicht is en de geloovige daar ook eiken dag aan meewerkt. En onze eigen overtuiging gaat daar mee accoord. Hetzij men 'tinentingsstelsel of 't iso- leeringsstelsel of zooals in Nederland, heide stelsels tegelijk toepast, in elk geval treedt de Overheid met dwang op niet om U zelf te bedillen (want de ziekte i s erraakt LI reeds aan) maar om uw buren en omgeving te vrijwa ren. Wij gebruiken dit vrijwaren* niet uit 't oogpunnt van Gods verborgen wil*, want Hij kan ons a 11 ij d straf fen, met en zonder inenting, met en zonder isolatie; maar menschelijkerwijs in den weg der middelen, Hoe we de zaak der inenting ook bezien, wij gelooven dat ze nog jaren aanhangig zal blijvenwant 't is een internationale kwestie. En al verdween de dwang der inenting, dan zou de dwang der isolatie door stren ger maatregelen dan thans, blijven en nog zwaarder gaan drukken. De Over heid heeft met 7 millioen onderdanen te doen en behoort ook interna tionale belangen te bezien. Maar 't is waar; dwang is onsmakelijk, fisdrak vsrboderr,' „Hoe groot zljs, Heer I Uw werken I" Eiken dag. wat zeg ik honderd walen op éénen dag mocht dat wel de betuiging z|n onzer ziel; hei stamelen der bewondering, waartoe onze lippen zich bewegen. „Des Heeren werken zijn zéér groot I" Zie het om u heen, nu 't gansche aardrijk weer pr|kt en pronkt in lentctooi. Vóór enkele weken alles dor es doodscb, cü botte aan alle sfjden met cnweerstaanbsuen drang weer nieuw, jong ie ven uft en alle sieraad dat uit de meest kunstvaardige mensehen- hacden kwam, zinkt in 't niet b| de frere, f|ne schoonheid van Gods bloemengaard. En Gods werken sjjn niet slechts groot in schoonheid i Groot zijn ze, hoe men ze ook beziet. Mits, met het oog des geioofe. Dat in en achter den gansc'riea bouw van 't heelal den greoten Bouwheer speurt, die het alles gemaakt heeft en door z|n almogende kracht onderhoudt. 'k Las onlangs 'n lang® llgst met namen. Iemand had beweerd, dat men als regel wel kon aannemen, dsst er onder de natuur-, genees- en sterrekundigen al heei weinig „geloovlgers" waren, in dien zin al dat zg geloofden is God, gelik Hl zich in de Heiliga Schrift heeft geopenbaard. Mams ü§ti@di@lifigisi. 40 cent per regel. Da natuur laat nooit na u voor de nade ring der ziekte te waarschuwen. Die waar schuwingen openbaren zich gewoonlijk door een volhardende afgematheid, een vertraging der activieteit, eer, onregelmatigheid der lichaamsfuncties, een vermindering van den eetlust. Wanneer die verschjjaaelen zich voordoen en eenigea lijd duren, geven ?ij duidelfk te kennen dat uwe krachten zijn verminde: d ten gevolge van de verslapping van uw bloed en van ds verzwakking van uw zenuwstelsel. Het is dus drisgend raoo- dig onmiddelijk uw gestel in steat van ver dediging ta brengen, door uw bloed en uwe zenuwkrachtea te herstellen en door het ge brek aan veci kracht, waardoor uwe organen bevangen zin tegen te gaan Om deze nood zakelijke tegenwerking te voorschijn te roe pen. kunt gl rieis beters d en dan uw toe vlucht te nemen tot de Pink Pillen, welker voortreffdPe samenstelling op merkwaardige wijze voldoet aan hetgeen verzwakte gestel len nooöig hebben. De Pink Pillen zijn een machtige hersteller der krachten, z| vertaken en zuiveren het bloed, versterken de zenu wen, wekken den eetlust ea de splsvertering op en werken bovendien zeer krachtig en duurzram op alle levensfuncties van het li chaam. Bij iedere seizoeawisseling. voorna- lgk in het voorjaar en in den herfst, is een kuur met de Piak Pillen alt|d goed voor de gezondheid. De prijs der Pink Pillen bedraagt f 1.75 de doos f 900 de sss doozen. Zf worden ver kocht in het HoofddepotNassaukade 314 te Amsterdam. Men elsche dit adres en de hol- lasadsche gebruiksaanwijzing. De Plak Pillen z|n ook te verkrijgen bij alle goede apothe kers en drogisten in Nederland. Een krant kwasa daar tegenop. Wel zijn er natuurlijk ook onder de ge noemde caiagoile ongeloovigea. Véle onge- loovigen zelfs, 't Geldt tenslotte voor üile standen en rangen, voor elk beroep, voor iedere greep, dat de weg smal en de poort eng is en dat er weinigen door gaan, niet velen op wandelen, doch dat dit nu juist onder hen, dis door hun studie en dageligksch bedrijf 'f meest met Gods groote werken ia de natuur, gemeenzaam worden, erger nog zou zijn dan onder anderen, dit werd beslist ontkend. En toen glrrg mgn oog over 'a lange r| van namen. Beióémde namenvelen waren er b§, die over de geheele wereld vermaard konden heeten. En 't was een vermoeiend lange lijst. Alle mannen, die in. hun vak onder de eersten en grootsten konden worden geteld en van wie tegel|k bekend staat, dat ze zich kinderlik bogen en hun zaligheid vonden in „het getrouwe woord, dat alle aanneming waardig is." Zie, dat deed me toch goed Niet, och! moet ik die opmerking nog maken: alsof de hooge God door mensshen- kinderen zou moeten worden geautoriseerd; alsof z|, de stofjes aan de weegschaal die Hi van eeuwigheid houdt, Hem zouden moeten rechtvaardigen uit de werken Zijne? handen. Maar om huns zelfs wil, deed 't me goed. Het is toch, wel beschouwd, zoo onuitspre kelijk droef, als daar menschen zijn, die hun gansche leven lang lezen, siudeeren In dat groote Boek der werken Gods en dan God niet zisn „Hoe groot z|n, Heer I Uw werken 1" Ik las onlangs van een groep sterren. De geleerde onderzoeker zou trachten aan te geven, hoe ver deze sterren wel van onze aarde verwijderd zin. Dit moest worden uitgedrukt in "n getal. Van meters kan hier geen sprake z|a. Van kilomefers al evenmin. Daar moet een heel andere maat voor worden gebruikt, anders heeft men zooveel regels druks, enkel ai voor de c|fers noodlg, dat het eind er van weg is. Men roept dan het licht te hulp. Dat licht gaat ongeloofel|k snel I In nog geen tien minuien legt het af den afstand van de zon naar de aarde, die bedraagt. In een uur wel acht keer dien afstand. In een dag bijsta 200 maal. In een jaar zeventig duizend keer, versta het goedhet licht legt in één jaar af ze ventig duizend keer dien afstand van de zon tot de aarde of zeventig duizend keer wie het in cijfers wil zien, die voere zei? de vermenigvuldiging maar uit I Welnu, dféa reusachtigen, onbegi|pel|ken, schier osuitsprekelfjken afstand, die het licht in één jaar cfiegt, noemt men met een ón- Nedeilandschc woordkoppeling, die echter steeds meer in onze taal binnensluipteen „lichtjaar." En om nu terug te komen op dien sterren- groep, waarover ik 't zoo straks hadde geleerden weten ons te verhalen, dat die sterren eenige mlllioenea lichtjarenvan ons verwijderd zijn I Wie er 'n getal van maken wil doe het. M| duizelt het al, als Ik er aan denk. Wij kunnen ons van zuibe afstanden een voudig niet de mlnsie voorstelling maken. Nu bestaat natuurlik, dat geef ik dadel|b toe, de mogelijkheid, dat zoo'n geleerde zich een weinig vergist en dat zijn afstandsmee ting ietwat onnauwkeurig uitvalt. Maar toch, verwar hier de dingen niet. Als daar een geoloog of aardkundige bij m| komt, en zegtZie, ik kan uit de ligging, de opeenvolging, de dichtheid en van de verschillende aard- en steenlagen berekenen, hoeveel mlllloenen jaren de aarde al bestaat, dan zeg ik„G§ ziji een knap man, maar ik neem uw soai niet zoo dadelijk aan I" Hij toch heeft veel te veel „onbekenden". Vooreerst, hij gelooft waarschijnlijk niet aan een schepping; ik wel en dan maakt 't een groot verschil, hoe die schepping uit Gods band voortkwam en of de krachten enz., wier werkkring wij ft das op aarde waarnemen, lóé s niet in geheel andere richting en op gacsch andere wijze werkten. De natuur is vol geheimenissen I Als een eik nü vele jaren noodig heeft, om een stevige boom te worden, wie zegt m| dat onder andere omstandigheden in een geheel aedele aard-periode zoo'n groei-proces niet in één dag aSiep? Ik zèg niet, dat 't zoo Is. Maar Ik heb ook niet de minste zekerheid, dat de natuurwetten, zooals ze cü op de aarde gelik ze thdas is, in haar werking worden gadegeslagen, altijd zóó en niet an ders hebben gewerkt. Doch nu de afstand der sterren. Ook dddrbij kan men z|n berekening niet op een kilometer precies maken, dat geef ik dadel|k toe. Doch men -behoeft daar ook niet van veronderstellingen uit te gaan, doch neemt de natuur, gelijk ze cü is, dat z|n waarnemingen, die elk deskundige controlee ren kan en stelt op grond daarvan z|n be rekeningen op, die wederom elk deskundige narekenen kan. Ea als dan die deskundigen komen en ver halen van sterrengroepen, die mlllloenen „lichtjaren" van ons verwijdert! zijn, dan heb Ik geen reden om dit niet aan te nemen, maar zeg het in eerbiedige bewondering den psalmist na: „Hoe groot zijn, Heer! Uw werkenI" En als de werken zoo groot z|n, hos groot moet dan niet de Werkmeester zelf zijn 1 Neen waarlik het groote boek der Natuur befetéft niet van God af te lelden, al kunnen we Hem daaruit alleen nooit in Z|n genade, barmhartigheid en zondaarsliefde leeren keuren. Wèl zien we hem in Z|n grootheid, wis heid en majesteit. Of is het geen duizelingwekkende gedachte, dat die God dezer sterrengroepen, waarvan wij ons den afstand niet eens kunnen voor stellen, van oogenblik tot oogenblik houdt in de holte Z|ner hand en niet alleen wéét, wat ook dédr geschiedt, maar het zelfs kómen doet naar het besluit van Zijn Raad Wat ik wel eens grusg sou willen 't Is natuurlik dwaasheid, es door een ktjkglaasje 'n blik wersen in de wereld, zoo als die over honderd jaar er uit zal zien als God ze dan nog draagt in 't geheng Z|ner lankmoedigheid Ik zou die wereld eist beg?|pea. Toen 't oniaegs de honderdjarige gedenk dag was van Napoleon's dood, kwam een soorigel|ke gedachte b| me op: deze ge weldige had zich in z§sa laatste levensjaar, op St. Helena's rots eecs even in ónzen t|d moeten kunnen verplaatsen. Van den oorlog zou hf weinig begrepen hebben- H|, als opperbevelhebber, leidde des slag ergens van een hoogen heuvel af, waar het slagveld kon overzirn, of tenminste door z|n adjudanten te psa d gedurig kon werden ingelicht omtrent den gang van zaken. Nü zou h| er weinig begrip var; hebben. Dat de opperbevelhebber ergens, vèr achter 't front, in eea studeer- en werkkamer zit, waar men nauweips of In 't geheel niet het geschutvuur hoortwaar zachtkeus de wind ruischt door de boomen van 't omringende park; dat h| door draden en geleid/nges daar veel sneller op de hoogte komt van 't geen er op 't verwijderde slagveld plaats vindt, dan ooit door ordonnancen mogelijk was, 't zou Napoleon een rasdael geleken hebben. Om van 't oorlogstuig nog maar te zwijgen. Maar ook in de burgermeiatgchappij- Hoe zou h| ongeloofeiqbe dingen zien Hf heeft de eerste beginselen van de stoomboot nog bezien, maar hg geloofde in een benevelde bui, hij met s|a verren en klaren blik, niet aan de mogelijkheid, om een schip ta consirueeren, dat onafhankelijk van van den wind, ja dwars tegen den wind in varen bon. 't Is wellicht Esgeland's behoud geweest. Hoe zou des grootea keizers oog geglansd, geschitterd hebben, als h| het vliegtuig bad gekend, dat binnen 't uur van Frankrijk vertrokken op England's kr|troteen landt. Welk een vooruitgang in ééae eeuw Welk een ontdekking van ongedachte mogelijkheden En nu nóg een eeuw verder Begrijpt men nu, waarom ik graag door een kfkglas eens een blik in de wereld van dén werpen zou? „Hoe groot zijn, Heeruw werken I" Wie zegt mij, dat we al aan 't eind z|a van de ontdekking der verborgenheden in de natuur, wie zegt me, dat we feitelijk neg niet pis staan aan het begin 'k Sprak over sterrenkunde, over oorlogs kunst 'k Zou de geneeskunst kunnen noemen. Laat de medicus verhalen op wat lager trap deze een eeuw geleden nog stond én wat bepsa!del|k de chirurg op de operatie tafel nu durft verrichten; wat hem geiükt. en 't l|kt immers somtijds een sprookjes verhaal I Wit zal h| na een eeuw niet kunnen En wie weet, wat God daa ook op 't ge bied der medic|nenieer vinden laatZou de stelling al te gevraagd z|n, dat er geen kwaal uitbreekt, of het geneesmiddel er voor bestéüt op aard* als het maar ge vonden werd Zóó, dat tenslotte de mensch alleen sterven zou aan de langzame ouder- domsversterving, die door geen middel ge stuit worden kén, omdat ze voert naar ds „dood" dien Gad op de zonde bedreigde? Neen, de studie der natuurkundige weten schappen behoeft niet van God af te trekken, 't Is maar, hoe onze ziele is gestemd. Hoe die op de dingen reageert. Ea dan zai de één uittrekken, als Lamech tegenover Ada en Zllla in een L'Jsang op den mensch die straks in het eindoor deel, waarvan de Zondvloed de prototype was, met z|n gansche anti-goddelijke cultuur, voor eeuwig sal worden vet ga».n, terwil de ander eerbiedig het hoofd buigt voor de Majesteit van den Almogende en fluistert: „Hoe groot zijn Uwe werken o Heere der Helrseharen de gansche aarde is Uwer heerlpheld vol I" UITKIJK, Brlmn uit tiet Ointryru. Amice Op het oogenblik, dat ik deze bsief schrijf, weet ik nog niets van de oplossing. Het is wel zeker, sis je dezen leest, dat er al meer bekend is. Maar dat neemt niet weg, dat we wel eens met elkaar kunnen keuvelen over die onverbwikkel|ke geschiedenis, die zich dezer dagen in onze Tweede Kamer afspeelde. Ik bedoel natuurlik het geval met onsen minister van Financiën, Mr. De Vries.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1921 | | pagina 1