Zaterdag 28 Mei 1921.
8Ö3fe Jaargang 2706
IN HOC SIGpfO VINCES
voor Se Knidhollandsche est üeeowselie Eilanden
Eerste Blad.
Antirevolutionair Orgaan
DE VACGINEHWANB.
W. BOEKHOVEN
Alle stukken voor de Redactie bestemd* Advertentien en verdere Administratie franco toe te zenden aan de Uitgevers,
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco pst post 75 Cent vooruitbetaling,
BUITENLAND b| vooruitbetaling f S.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
USTGEVEiS i
§©MMEL§D^K.
TeteSasffl ïntermmmumsl No. 202.
ADVERTENTISN 20 Cent per regel, RECLAMES 40 Cent per regel,
BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel.
DÏENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN 1 I.— per plasteiEg.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die sf beslaan.
Mverteatiës worden Ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN S0 UUR.
v::-,
In onze »Maas« was Dinsdagavond
't Ingezonden stukje van den heer de
Geus verschenen om mee te doen aan
't teekenen der lijsten tegen Vaccine-
dwang. Den eigen avond lazen we
>De Nederlander®, Chr. Hist, hoofdor
gaan, waarin Ds. Kerslen deze zaak
ook bepleit Laten we den lezers van
ons Blad dit schrijven en 't antwoord
van mr. Lohraan niet onthouden. Benig
A<aor en Tegen brengt tot de waarheid.
^Het door ons uitgeknipte stuk luidt zoo
VACCINED WANG.
Hooggeachte Redactie 1
Overtuigd van uwe Instemming met ons
pogen tot afschalfgn van tóen vacclne-
dwang, neem ik beleefd de vrijheid eeuige
plaatsruimte in Uw veelgelezen blad te via-
gen opdat nog meerderen van onze actie
kennis mogen nemen.
Sinds jaren zucht on3 volk onder den vac-
cinedwang, die ingrfpt in hetgeen ons heilig
recht is: de zeggenschap over onze kinderen.
Da wetgever dwingt ons, op strsife van de
school gesloten te zien, onze kinderen der
inenting te onderwerpen. Die dwang strijdt,
zoo is sinds jaren geroepen, tegen alle anti
revolutionaire bevatting van staatsrecht. De
overheid blijve van de lichamen onzer kin
deren af. 'tWeord des Heeren zegt ons zoo
geheel begr|pel3k: „Die g e z o a d z?jn, heb
ben dsn medicijnmeester niet van noode.
Hebbe de overheid sieh daarna niet te
lichte? Honderden in den lande gaan met
eer bezwaarde consciëntie dea voorgesefare-
ja gang; tlentaihia houden hun kinderen
'uever dom, omdat sij niet durven vaccinee
ren wijl God 't hun verbiedt. Hoe lang zal
de Regeeriag de coaclësües trappen Eischt
niet goede regeeriug vrijlating der conciëaüe
Nog erger wordt deze onrechtvaardige
dwang, wijl nóg voor bet nut, nóg voor het
onschadelijke der vaccinatie men overtui
gende bewijzen levert. Van de door U ge
boden gastvrijheid zou ik misbruik maken,
als ik bier met verschillende citaten dit t; ach te
ta bewijzen doch 't feit is te bekend, -iaa dat
't hier bew|s behoeft. Gsen voorstander der
vaccinatie gelooft meer in haar levenslange
behoedende kracht; men roept om revacci-
natie. Met 5 jaar (zoo 't al 5 jaar öuurt) zegt
men is de vacclnestof uitgewerktdas zjjt
ge dus weer vatbaar. Neen sterker, de voor
stander vaa de vaccine gelooft niets van de
voorbehoudende kracht, Ais toch de inenting
het kind beschermde tegen pokken, waarom
weert men dan zorgvuldig eik ongevaccineerd
klad. Waarom Omdat men vreestomdat
men zelf slet gelooft in de vaccine. Boven
dien wie kent 't groots gevaar der vac
cine niet Allerlei verzwering naar vaa me
dische zg beweerd wordt, de schrikkelijke
toeneming der tuberculose is gevolg der vac
cinatie ja 't vaccineeren ban onmiddelSk den
dood tengevolge hebben. Men less eens 't
werkje van Dr. Schoutenof ook „De Vac
cineaanbidder van De Savornin Lehman Wa
ren de schadelijks gevolgen der vacciaatie
meer bekend; hielden da doktoren ze niet
zorgvuldig verborgen; ons voik zou ontvlam
men en eenparig weigeren. Voor wie opmerkt,
moet "t wei zijn, of God ons volk bezoekt
met ernstiger oordeel, sinds men roemde de
pokken verbannen te hebben. Hos dwaas ook
is die dwang I Niet tegen typhus, zoo veel
vuldig voorkomend, maar steeds nog tegen
door m.i. andere mispelen dan vaccinatie
zeldsaam geworden pokslekte ent men in.
Wat sleur I Men late ons vifl, men iioleere,
zoo pokziekte kwam, dat is naar de Schilften.
Doch de schooi sluite men niet.
Komt dan, allen, die den dwang veroordeelt,
komt dan als een oeaig man opgetrokken.
Vraagt bij dhr. P. Vermeulen Vloeddijk Kam
pen of bl ondergetekende de kcstelooze lis
ten en verzamelt onder uw Stad-of dorpsge-
nooten handteefceaiagen. Gaarne zai ik de ge-
trekende listen in entvangst nemen, en Hare
Majesteit de Koningin aanbieden. Laat uwe
handteekeningen niet oatbrektn, Ook de Bond
tegen Vaccinedwangbood medewerking in den
vorm van adhaesle; en Ik twijfel niet, of onze
Kamers tellen de mannen, die, zoo 't adres den
Regeering bereikt heeft onze zaak met kracht
verdedigen.
U, Geaehte Redactie, vriendelijk dankend
voor den steun, dien gi boodt door 't opnemen
van dit schrlven, heb ik de eer te zfn,
Uw dr.,
G. H. KERSTEN.
lerseke, April '21.
De geachte inzender heeft bl zin schrlven
geen notitie genomen van de resultaten van
het lange onderzoek door de Commissie van
Voorbereiding ondernomen, naar aanleiding
van het wetsontwerp ter wlziging van de wet
op de bssmsttellke ziekten, in de jaren 1902
1905welk w. s. echter niet in op e u ba re be
handeling is gekomen. Anders zou hl, stellig
eenige s^uer beweringen minder stellig uit
gesproken hebben. Wat ons zeiven aangaat,
ook wl gelooven, dat de steeds toenemende
verdwlning van depekziekte veel minder aan
de inenting is toe te schrlven dan aan andere
oorzakeno. a. aan het isoleeringsstelsel. Al
heeft ontegeszeggel|k cok de inenting gedu
rende korten ifjd eene zegenrijke uitwerking'
toch zouden w| het geheele stelsel, dat ook
disrenmartding meebrengt gaarne willen
inruilen tegen behoorlgke wettelijke
regeling van het isoleeriastel-
s e 1. Het la echter hoogst onwaarschijnlijk,
dat In de Staten-Generaal eene voldoende
meerderheid vooralsnog daarvoor te vinden
zou zin. Het vooroordeel door de genees
heren krachtig gesteund, is nog te sterk.
Overigens moeten w| de quaestie niet
uitsluitend uit hyglësisch maar ook uit
geestellk oogpunt beschouwends, verklaren
niet te kunnen meegaan met de stelling
dat inenting ingaan zou tegen een goddelijk
gebod. De aangehaalde tekst la zin ver
band gelezen, behandelt niet eene hygiëni
schs vraag, doch eene zielkundigede
vraag wie voor z|a ziel een geneesmees
ter behoeft, Jezus had niet ten doel eeaig
gebod of verbod te geven,Overigens betont
de inenting juist te onderzoeken óf iemand
ziek is, en, zoo de kiem aanwezig is, die te
dooden. Ieder menach mag. zoo mogelijk, ziek
te voorkomenook de geloovlge doet dat elk
oogenblik. En wat de beschikking over de
lichamen onzer kinderen, ook over onze
eigene aangaat, zekerlik behoort die aan
ons en aan hen die voor anderen te zorgen
hebben te worden overgelaten. Maar wl
hebben ons en onze kinderen te onderwerpen
aan maatregelen die strekken om anderen
te beschermen. De Overheid is bevoegd
die te nemen, en op haar, niet op ons rust
de verantwoordelijkheid daarvoor.
(Red)
Uit dit onderschrift van den Hoofd
redacteur v. d. Nederlander blijkt dus:
dat 't isoleeren (afscheiden) hem
gunstiger middel dunkt dan de inen
ting.
dat hij ds. Kerstens tekst>Die ge
zond zijn ecz.c gansch anders verklaart.
dat inenting gean zonde is, geen ver
bod Gods is.
dat dwang geoorloofd is ter bescher
ming van anderen.
dat de verantwoordelijkheid voor die
beschermingsmaatregelen rust op de
Overheid, niet op ons als onderdanen.
dat voorkomen van ziekte plicht is
en de geloovige daar ook eiken dag aan
meewerkt.
En onze eigen overtuiging gaat daar
mee accoord.
Hetzij men 'tinentingsstelsel of 't iso-
leeringsstelsel of zooals in Nederland,
heide stelsels tegelijk toepast, in elk
geval treedt de Overheid met dwang
op niet om U zelf te bedillen (want de
ziekte i s erraakt LI reeds aan) maar
om uw buren en omgeving te vrijwa
ren. Wij gebruiken dit vrijwaren* niet
uit 't oogpunnt van Gods verborgen
wil*, want Hij kan ons a 11 ij d straf
fen, met en zonder inenting, met en
zonder isolatie; maar menschelijkerwijs
in den weg der middelen,
Hoe we de zaak der inenting ook
bezien, wij gelooven dat ze nog jaren
aanhangig zal blijvenwant 't is een
internationale kwestie. En al
verdween de dwang der inenting, dan
zou de dwang der isolatie door stren
ger maatregelen dan thans, blijven en
nog zwaarder gaan drukken. De Over
heid heeft met 7 millioen onderdanen
te doen en behoort ook interna
tionale belangen te bezien. Maar 't
is waar; dwang is onsmakelijk,
fisdrak vsrboderr,'
„Hoe groot zljs, Heer I Uw werken I"
Eiken dag. wat zeg ik honderd walen op
éénen dag mocht dat wel de betuiging z|n
onzer ziel; hei stamelen der bewondering,
waartoe onze lippen zich bewegen.
„Des Heeren werken zijn zéér groot I"
Zie het om u heen, nu 't gansche aardrijk
weer pr|kt en pronkt in lentctooi. Vóór
enkele weken alles dor es doodscb, cü botte
aan alle sfjden met cnweerstaanbsuen drang
weer nieuw, jong ie ven uft en alle sieraad
dat uit de meest kunstvaardige mensehen-
hacden kwam, zinkt in 't niet b| de frere,
f|ne schoonheid van Gods bloemengaard.
En Gods werken sjjn niet slechts groot in
schoonheid i
Groot zijn ze, hoe men ze ook beziet.
Mits, met het oog des geioofe.
Dat in en achter den gansc'riea bouw van
't heelal den greoten Bouwheer speurt, die
het alles gemaakt heeft en door z|n almogende
kracht onderhoudt.
'k Las onlangs 'n lang® llgst met namen.
Iemand had beweerd, dat men als regel
wel kon aannemen, dsst er onder de natuur-,
genees- en sterrekundigen al heei weinig
„geloovlgers" waren, in dien zin al dat zg
geloofden is God, gelik Hl zich in de Heiliga
Schrift heeft geopenbaard.
Mams ü§ti@di@lifigisi.
40 cent per regel.
Da natuur laat nooit na u voor de nade
ring der ziekte te waarschuwen. Die waar
schuwingen openbaren zich gewoonlijk door
een volhardende afgematheid, een vertraging
der activieteit, eer, onregelmatigheid der
lichaamsfuncties, een vermindering van den
eetlust. Wanneer die verschjjaaelen zich
voordoen en eenigea lijd duren, geven ?ij
duidelfk te kennen dat uwe krachten zijn
verminde: d ten gevolge van de verslapping
van uw bloed en van ds verzwakking van
uw zenuwstelsel. Het is dus drisgend raoo-
dig onmiddelijk uw gestel in steat van ver
dediging ta brengen, door uw bloed en uwe
zenuwkrachtea te herstellen en door het ge
brek aan veci kracht, waardoor uwe organen
bevangen zin tegen te gaan Om deze nood
zakelijke tegenwerking te voorschijn te roe
pen. kunt gl rieis beters d en dan uw toe
vlucht te nemen tot de Pink Pillen, welker
voortreffdPe samenstelling op merkwaardige
wijze voldoet aan hetgeen verzwakte gestel
len nooöig hebben. De Pink Pillen zijn een
machtige hersteller der krachten, z| vertaken
en zuiveren het bloed, versterken de zenu
wen, wekken den eetlust ea de splsvertering
op en werken bovendien zeer krachtig en
duurzram op alle levensfuncties van het li
chaam. Bij iedere seizoeawisseling. voorna-
lgk in het voorjaar en in den herfst, is een
kuur met de Piak Pillen alt|d goed voor de
gezondheid.
De prijs der Pink Pillen bedraagt f 1.75 de
doos f 900 de sss doozen. Zf worden ver
kocht in het HoofddepotNassaukade 314 te
Amsterdam. Men elsche dit adres en de hol-
lasadsche gebruiksaanwijzing. De Plak Pillen
z|n ook te verkrijgen bij alle goede apothe
kers en drogisten in Nederland.
Een krant kwasa daar tegenop.
Wel zijn er natuurlijk ook onder de ge
noemde caiagoile ongeloovigea. Véle onge-
loovigen zelfs, 't Geldt tenslotte voor üile
standen en rangen, voor elk beroep, voor
iedere greep, dat de weg smal en de poort
eng is en dat er weinigen door gaan, niet
velen op wandelen, doch dat dit nu juist
onder hen, dis door hun studie en dageligksch
bedrijf 'f meest met Gods groote werken ia
de natuur, gemeenzaam worden, erger nog
zou zijn dan onder anderen, dit werd beslist
ontkend.
En toen glrrg mgn oog over 'a lange r|
van namen.
Beióémde namenvelen waren er b§, die
over de geheele wereld vermaard konden
heeten.
En 't was een vermoeiend lange lijst.
Alle mannen, die in. hun vak onder de
eersten en grootsten konden worden geteld
en van wie tegel|k bekend staat, dat ze zich
kinderlik bogen en hun zaligheid vonden in
„het getrouwe woord, dat alle aanneming
waardig is."
Zie, dat deed me toch goed
Niet, och! moet ik die opmerking nog
maken: alsof de hooge God door mensshen-
kinderen zou moeten worden geautoriseerd;
alsof z|, de stofjes aan de weegschaal die
Hi van eeuwigheid houdt, Hem zouden moeten
rechtvaardigen uit de werken Zijne? handen.
Maar om huns zelfs wil, deed 't me goed.
Het is toch, wel beschouwd, zoo onuitspre
kelijk droef, als daar menschen zijn, die hun
gansche leven lang lezen, siudeeren In dat
groote Boek der werken Gods en dan God
niet zisn
„Hoe groot z|n, Heer I Uw werken 1"
Ik las onlangs van een groep sterren.
De geleerde onderzoeker zou trachten aan
te geven, hoe ver deze sterren wel van onze
aarde verwijderd zin.
Dit moest worden uitgedrukt in "n getal.
Van meters kan hier geen sprake z|a.
Van kilomefers al evenmin.
Daar moet een heel andere maat voor
worden gebruikt, anders heeft men zooveel
regels druks, enkel ai voor de c|fers noodlg,
dat het eind er van weg is.
Men roept dan het licht te hulp.
Dat licht gaat ongeloofel|k snel I
In nog geen tien minuien legt het af den
afstand van de zon naar de aarde, die
bedraagt.
In een uur wel acht keer dien afstand.
In een dag bijsta 200 maal.
In een jaar zeventig duizend keer, versta
het goedhet licht legt in één jaar af ze
ventig duizend keer dien afstand van de zon
tot de aarde of zeventig duizend keer
wie het in cijfers wil zien,
die voere zei? de vermenigvuldiging maar uit I
Welnu, dféa reusachtigen, onbegi|pel|ken,
schier osuitsprekelfjken afstand, die het licht
in één jaar cfiegt, noemt men met een ón-
Nedeilandschc woordkoppeling, die echter
steeds meer in onze taal binnensluipteen
„lichtjaar."
En om nu terug te komen op dien sterren-
groep, waarover ik 't zoo straks hadde
geleerden weten ons te verhalen, dat die
sterren eenige mlllioenea lichtjarenvan
ons verwijderd zijn I
Wie er 'n getal van maken wil doe het.
M| duizelt het al, als Ik er aan denk.
Wij kunnen ons van zuibe afstanden een
voudig niet de mlnsie voorstelling maken.
Nu bestaat natuurlik, dat geef ik dadel|b
toe, de mogelijkheid, dat zoo'n geleerde zich
een weinig vergist en dat zijn afstandsmee
ting ietwat onnauwkeurig uitvalt.
Maar toch, verwar hier de dingen niet.
Als daar een geoloog of aardkundige bij
m| komt, en zegtZie, ik kan uit de ligging,
de opeenvolging, de dichtheid en van de
verschillende aard- en steenlagen berekenen,
hoeveel mlllloenen jaren de aarde al bestaat,
dan zeg ik„G§ ziji een knap man, maar
ik neem uw soai niet zoo dadelijk aan I"
Hij toch heeft veel te veel „onbekenden".
Vooreerst, hij gelooft waarschijnlijk niet
aan een schepping; ik wel en dan maakt 't
een groot verschil, hoe die schepping uit
Gods band voortkwam en of de krachten enz.,
wier werkkring wij ft das op aarde waarnemen,
lóé s niet in geheel andere richting en op
gacsch andere wijze werkten.
De natuur is vol geheimenissen I
Als een eik nü vele jaren noodig heeft,
om een stevige boom te worden, wie zegt
m| dat onder andere omstandigheden in een
geheel aedele aard-periode zoo'n groei-proces
niet in één dag aSiep?
Ik zèg niet, dat 't zoo Is.
Maar Ik heb ook niet de minste zekerheid,
dat de natuurwetten, zooals ze cü op de
aarde gelik ze thdas is, in haar werking
worden gadegeslagen, altijd zóó en niet an
ders hebben gewerkt.
Doch nu de afstand der sterren.
Ook dddrbij kan men z|n berekening niet
op een kilometer precies maken, dat geef ik
dadel|k toe. Doch men -behoeft daar ook niet
van veronderstellingen uit te gaan, doch
neemt de natuur, gelijk ze cü is, dat z|n
waarnemingen, die elk deskundige controlee
ren kan en stelt op grond daarvan z|n be
rekeningen op, die wederom elk deskundige
narekenen kan.
Ea als dan die deskundigen komen en ver
halen van sterrengroepen, die mlllloenen
„lichtjaren" van ons verwijdert! zijn, dan heb
Ik geen reden om dit niet aan te nemen, maar
zeg het in eerbiedige bewondering den
psalmist na:
„Hoe groot zijn, Heer! Uw werkenI"
En als de werken zoo groot z|n,
hos groot moet dan niet de Werkmeester
zelf zijn 1
Neen waarlik het groote boek der Natuur
befetéft niet van God af te lelden, al kunnen
we Hem daaruit alleen nooit in Z|n genade,
barmhartigheid en zondaarsliefde leeren
keuren.
Wèl zien we hem in Z|n grootheid, wis
heid en majesteit.
Of is het geen duizelingwekkende gedachte,
dat die God dezer sterrengroepen, waarvan
wij ons den afstand niet eens kunnen voor
stellen, van oogenblik tot oogenblik houdt in
de holte Z|ner hand en niet alleen wéét, wat
ook dédr geschiedt, maar het zelfs kómen doet
naar het besluit van Zijn Raad
Wat ik wel eens grusg sou willen
't Is natuurlik dwaasheid, es door een
ktjkglaasje 'n blik wersen in de wereld, zoo
als die over honderd jaar er uit zal zien
als God ze dan nog draagt in 't geheng
Z|ner lankmoedigheid
Ik zou die wereld eist beg?|pea.
Toen 't oniaegs de honderdjarige gedenk
dag was van Napoleon's dood, kwam een
soorigel|ke gedachte b| me op: deze ge
weldige had zich in z§sa laatste levensjaar,
op St. Helena's rots eecs even in ónzen t|d
moeten kunnen verplaatsen.
Van den oorlog zou hf weinig begrepen
hebben-
H|, als opperbevelhebber, leidde des slag
ergens van een hoogen heuvel af, waar
het slagveld kon overzirn, of tenminste door
z|n adjudanten te psa d gedurig kon werden
ingelicht omtrent den gang van zaken.
Nü zou h| er weinig begrip var; hebben.
Dat de opperbevelhebber ergens, vèr achter
't front, in eea studeer- en werkkamer zit,
waar men nauweips of In 't geheel niet het
geschutvuur hoortwaar zachtkeus de wind
ruischt door de boomen van 't omringende
park; dat h| door draden en geleid/nges
daar veel sneller op de hoogte komt van 't
geen er op 't verwijderde slagveld plaats
vindt, dan ooit door ordonnancen mogelijk
was, 't zou Napoleon een rasdael geleken
hebben.
Om van 't oorlogstuig nog maar te zwijgen.
Maar ook in de burgermeiatgchappij-
Hoe zou h| ongeloofeiqbe dingen zien
Hf heeft de eerste beginselen van de
stoomboot nog bezien, maar hg geloofde in
een benevelde bui, hij met s|a verren en
klaren blik, niet aan de mogelijkheid, om een
schip ta consirueeren, dat onafhankelijk van
van den wind, ja dwars tegen den wind in
varen bon.
't Is wellicht Esgeland's behoud geweest.
Hoe zou des grootea keizers oog geglansd,
geschitterd hebben, als h| het vliegtuig bad
gekend, dat binnen 't uur van Frankrijk
vertrokken op England's kr|troteen landt.
Welk een vooruitgang in ééae eeuw
Welk een ontdekking van ongedachte
mogelijkheden
En nu nóg een eeuw verder
Begrijpt men nu, waarom ik graag door
een kfkglas eens een blik in de wereld van
dén werpen zou?
„Hoe groot zijn, Heeruw werken I"
Wie zegt mij, dat we al aan 't eind z|a
van de ontdekking der verborgenheden in de
natuur, wie zegt me, dat we feitelijk neg
niet pis staan aan het begin
'k Sprak over sterrenkunde, over oorlogs
kunst
'k Zou de geneeskunst kunnen noemen.
Laat de medicus verhalen op wat lager
trap deze een eeuw geleden nog stond én
wat bepsa!del|k de chirurg op de operatie
tafel nu durft verrichten; wat hem geiükt.
en 't l|kt immers somtijds een sprookjes
verhaal I
Wit zal h| na een eeuw niet kunnen
En wie weet, wat God daa ook op 't ge
bied der medic|nenieer vinden laatZou de
stelling al te gevraagd z|n, dat er geen
kwaal uitbreekt, of het geneesmiddel er voor
bestéüt op aard* als het maar ge
vonden werd Zóó, dat tenslotte de mensch
alleen sterven zou aan de langzame ouder-
domsversterving, die door geen middel ge
stuit worden kén, omdat ze voert naar ds
„dood" dien Gad op de zonde bedreigde?
Neen, de studie der natuurkundige weten
schappen behoeft niet van God af te trekken,
't Is maar, hoe onze ziele is gestemd.
Hoe die op de dingen reageert.
Ea dan zai de één uittrekken, als Lamech
tegenover Ada en Zllla in een L'Jsang op
den mensch die straks in het eindoor
deel, waarvan de Zondvloed de prototype
was, met z|n gansche anti-goddelijke cultuur,
voor eeuwig sal worden vet ga».n, terwil
de ander eerbiedig het hoofd buigt voor de
Majesteit van den Almogende en fluistert:
„Hoe groot zijn Uwe werken o Heere der
Helrseharen de gansche aarde is Uwer
heerlpheld vol I" UITKIJK,
Brlmn uit tiet Ointryru.
Amice
Op het oogenblik, dat ik deze bsief schrijf,
weet ik nog niets van de oplossing. Het is
wel zeker, sis je dezen leest, dat er al meer
bekend is.
Maar dat neemt niet weg, dat we wel
eens met elkaar kunnen keuvelen over die
onverbwikkel|ke geschiedenis, die zich dezer
dagen in onze Tweede Kamer afspeelde.
Ik bedoel natuurlik het geval met onsen
minister van Financiën, Mr. De Vries.