Zaterdag 22 Januari 1921.
859* Jaargang 2670.
voor «Ie
Zeeuwöelto lliiaiideii.
Eerste Blad.
Antirevolutionair
IN HOC SIGNÖ VINCE
W. BOEKH0YEN Zaaea,
Alle stukken voor de Redactie heatemd, Advertentiëa ea verdere Administratie franco toe te zenden aan cle Uitgevers
Crbisdagen
DE PARTIJDAG
Ss lö
Deze Courant versch|nt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie msandca franco per post 1& Cent hij vooruitbetaling,
iUITENLAND h| vooruitbetaling f 5.50 per jaar,
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITCJEVHPS s
SOM ME L S D IJ Sk
Telefoon Intercommunaal No, 202.
ADVERTENTïBN 20 Cent per regel, RECLAMES 40 Ceat per regal.
BOEKAANKONDIGING 10 Cent per regel.
DIENST AANVRAGEN cn DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per piaateifig.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die beslaan.
Advertentiën worden isgswaeht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 UUR.
We zitten in een moeilijken Tijd.
Geen Blad komt in handen of het
vermeldt van werkeloosheid, ontslag,
beperking van den arbeidsduur, loons
vermindering, kontraktopzegging, Hier
50, daar 200 ontslagen, Hier de meisjes
en de vrouwen, om de mannen en de
vaders nog door te laten werken. Hier
povere toezegging om van de keien
terug te komen, zoodra de economische
crisis maar iets opklaart. En onderwijl
zitten de Werkeloosheidkassenbe
stuurders ernstig te peinzen, hoe ze
zoo'n Sturm-en Drangperiode met zoo
veel duizenden uitgaven, zullen door
komen. Maar ondertusschen, bij allerlei
leden ellende, gaat de inzinking sluipend
en de Natie afmattend, voort. En een
schrale troost is 't om te beweran,dat
die crisis er alle eeuwen door geweest
zijnen dat zich alles wel weer her
stellen zal. Gewismenschelijk gespro
ken komen we er doormaar wanneer
zal 't einde zijn. Een economische crisis
is een samengesteld Wezen; een ge
complic erd verschijnsel. Waarvan ech
ter dit de kern is: het evenwicht
tusschen productie en consumptie is
verbroken. En daarom waren er door
alle eeuwen heen crisissen en zullen ze
in de Toekomst blijven Om de simpele
reden, dat geen Nijverheidsorganisatie
over de gansche Wereld te denken is,
die de productie naast de consumptie
in haar hand heeft. Het Ëocialisatie-
rapport en de socialisatie idee (maar
in 't kleinberust op 't beginsel om
de productie te regelen en dus ook de
consumptie te regelen. Maar wat soms
in één industrie in één Land misschien
kan geconcenteerd worden, is nog niet
to'epasselijk op het Wereldleven, waarin
de Concurrent e de moeder is aller
gedachten en de begeerte aller handels-
actie. Socialisatie op beperkte wijsen
dus ook regeling der productie op be
perkte schaal is be dist mogelijk maar
't sociale leven in den Staat Nederland
zal met zooveel draden vast aan de
Maatschappij, aan het Sociale leven ia
Engeland, Duitschland België, Frankrijk,
Rusland, Zweden, Indië, Amerika enz.
dat'n Socialisatie plannetje in Nederland
de moeite van het bekijken niet waard
is; geen stof tot heftige disputen in
Kamer, Pers of meeting behoeft te
geven, gezien het reuzen vraagstuk,
dat er achter ligt. De preciese verhou
ding te regelen van Wereldproductie en
Weraldconsumptie daar gaat het
om. 't Gaat niet om wat mislukking
van een bed radijs of kropsla; die
productie en consumptie, in onzen tuin
en aan den disch, komt wel in orde.
Of een bunder land verhagelt is wel
droef voor den eigenaar en we hopen
dat het nooit geschieden zalmaar
noch ons radijsbed, noch een bunder,
noch tienduizenden bunders tarwe, die
in ons Land verloren gaan, zullen ook
maar iets aan de verhouding van We
reldproductie en Wereldconsumptie
veranderen. Maar door den oorlog is
or veel meer veranderd dan een mis
lukking van eenige tienduizenden H.A.
bouwland of industriemateriaal. Er zijn
menschen verdwenen; er is een Kapi
taal te gronde gegaaner is productieve
arbeid, sinds jaren met zorg opgebouwd,
('t Mijnwezen) voor jaren geruineerd;
er is arbeidsschuwheid ontstaan; een
hooge loonstandaard ontwikkeld, lage
valuta, die b.v. de Nederlandscbe in
dustrie deprimeert, onderdrukt; een
Amerika met overvolle magazijnen.
Zullen er door alle eeuwen heen
slingerbewegingen blijven bij 't haast-
evenwichts punt van productie en con
sumptiezal de balans, de schaal nu
eens overslaan naar iets te veel pro
ductie, dan weer naar iets te weinig
productie: toch zal de stoornis voor 't
publieke leven nooit groot zijn, als de
slingering maar niet te bar is Nooit
zal 't-voorkomen, dat de evenaar pre
cies in 't huisje staat; dat kan niet
iD een wereld van 1700 millioen
menschen, al geven we toe, dat er
geen afstanden, geen zeeën geen ber
gen en dalen meer zijn door telegraaf
en telefoon en vliegmachine en zee
kasteelen, die in een paar dagen de
rijkste vrachten her- en derwaarts
voeren.
Maar slingering tusschen den h ilans-
arm der productie en den balansarm
der consumptie is nooit te ontgaan. Doch
erkead, dat die deiningen, dat wisselen
dat slingeren zal blijvenzooals de
slingering nu is, is ze gevaarlijk. Wat
te doen Socialiseeren We verwachten
van Staatsingrijpen en ambtenaarsbe
moeiing in deze produetie-onwrichting
niets Want de Staat kan de oorlogs-
gevolgen door geen honderd watten
wegnemen. Geen Staat kan Buitenland-
sche Concurrentie weren Jaeen paar
jaar door hooge invoerrechten Maar
dat middel zouonzes inziens nu absoluut
niets helpen tenzij wat voordeel voor
de Schatkist. Maar houd er die eens
buiten. Laten wij allesn op de invoer
rechten letten in verband met de nijver
heid Maar vergeet dan niet, dat
een goedkoop produceer end Land als
Duitschland, in den oorlog met handen
en voeten gebonden, nu zijn vleugels
als de Adelaar op zijn schild heftig
uitslaat en er voor den Duitscher en
Amerikaan „niets staat De Duitscher
komt zelfs bij hoogere invoerrechten
toch in Nederlanddit nog bevorderd
door de valuta.
't Is dus een moeilijke kwestie. Prijs
daling kan de Staat tegengaan doo
protectie, zooals dit in 1830 met de
Schaalrechter werd geprobeerd. Maar
dit is een gevaarlijk wapen, Gaat de
Staat prijsdaling tegen door protectie
dan is de werkman daar betrekkelijk
goed meewant er km werk komen
in de Nijverheid door betere prijzen, die
de industrieel binnenslands kan bedin
gen maar de rest van Nederland
wordt van zoo'n Staatsopi reden 't ge
plukte slachtoffer. De arbeider heeft
werk; ja! de Onderne user kan nog duur
verkoopen door die protectieja I maar
slachtoffer wordende heeie burgerij
voorzoover ze niet produceert en de
heeie werkmansstand, die wol weer
werk heeft maar duurder de con
sumptie moet betalen door de invoer
rechten, die er om zijnentwil zijn op
gelegd.
Do Staat kan dus moeilijk invoerrech
ten heffen, al heeft hij ook het plan
er toe.
Wat dan tegen de Crisis te doen?
Werkloozen uitkeering? Goed; maar
dat cijfer van werkloozen is toch niet
de zeven millioen sterk, Nederlandsche
bevolking; en die 7 millioen zijn het,
die allen de crisis dragen. Uitkeering
is een lapmiddeltje voor een klein deel
des Volks. Ën leidt tot Volks verarming.
Wat die fondsen moeten toch gevuld
blijvenEn wie moet ze vullen Na
tuurlijk de Burgerij die zelf alzoo
gemolken wordt en altijd de gesjochte is.
Wat dan Weinig raad en weinig
baat. Ge kunt zeggende valuta moet
hooger of de invoerrechten moeten naar
boven; of Duitschland zou zoo niet
mosten concureeren of de loonen naar
omlaag of de productie hoogerGe kunt
alles en nog wat opnoemenVerzeke
ringsgewicht en Achturendag
maar met alle opnoemen van de oorzaken
en redentjes blijven wa voorloopig toch
nog in de crisis Berusting is bat eenige
dat aan te bevelen is. Zit met de han
den in je haar Peins en vervloek des
noods den oorlog, maar voor deze Crisis is
geen kruid gewassen dan Uitzieken. En
door een stroom van arbeidsellende en
kapitaalverliezen zullen we weer komen
in den evenwichtstoestand, maar te
betreuren zullen zijn de duizenden
slachtoffers.
De Zondagsschool wes vol gestroomd uit
alle deden van het eiland, toen dc voorzitter,
de heer van Oversteeg uit Dirkslaad te kwart
voor 4 uur de vergadering opeade raet gebed.
Nadat hl| met een kort woord de beide
sprekers, de HH, de Wilde en Schouten,
h;d verwelkomd, gaf h§ den laatsten spreker
het woord oru te releveeren over .Or^zc Anti-
Revolutionairs beginselen".
Spr. zegt b!| te zijn op Flakkee te kunnen
spreken Hij hoopt er zijn kennis te verreken
en verschillende klachten te kunnen hooren
opdat hij wele hoe het nu eigenlijk met de
A R psrtii op Fiakkee gestela is.
Samen met de vergadering le spreken is
spr.'s doel. Toch hoopt hij het leeuwenaan
deel over te laten aan den heer De Wilde bij
wien spr. vergeleken, slechts een sdi'dknsap is
Slaan we het maatschappelijk en staat
kundig leven gade, aldus spr dan zien we
het zelfde wat de natuur ons thans te aan
schouwen geeft: Storm. Een «torna die lang
aanhoudt en zeer hevig is. Ia de 6 laatste
jaren is veel ontworteld en losgerukt waar
van gezegd kon worden dat het zoo hecht
en vast stond ah een fundament en alles
zou kunnen trotseeren Maar toch is het
gevallen.
In Rusland is het begonnen, vandaar ging
het over op Oostensgk-HongarSe en Duitsch
land om vervolgens Italië san te tasten. Ook
Frankrijk, België, Noord-Amerika en de Scan
dinavische landen werden, zij het op geheel
andere wijze asugadaan. ©ok daar woedde de
storra. Est tusschen dat alles in ons Vader
land eev eiland, waarop het vergelijkender
wijze nog rustig en zeker wonen is.
Wie de toestanden In ons land rechtvaardig
beoordeelen wii, als ook de politiek, de werk
zaamheden en verrichtingen van de Chr. par
tijen, vooral ook van de A. R. partg moet
dit steeds voor oogen stellen en vooroogen
houden zoolang hij bezig h een oordeel uit
te spreken.
Het is merkwaardig zegt spr. dat Nederland
vergelijkenderwijze, zoo rustig is gebleven.
Hoe komt dit? In de eerste plaats is het
een onverdiende genadeglfï Gods, vrucht van
sfjn Voorzienig bestel met onze lage landen
asa de zee, Maar we weten dat God ook
middel|k werkt. Hoe komt het dan dat Neder
land nog gebleven is wat het was Dat onze
Koningin nog alt|d is vorstin bij de gratie
Gods Dat de fundamenten van ons politiek
en maatschappelijk leven niet omvergestoten
sfn Hoe komt hat dat het importeeren van
dc revolutie bfjsa on niddelijjk gestaakt moest
worden Dat Troelstra ons gansche christen
volk tegenover zich vosd en niet heeft kunnen
zegevieren? Na het eerstgenoemde antwoord
is dat mede vrucht van dets arbeid en vrucht
van de actie onzer A R. parts, die z| ont
wikkeld heeft, Hoe veel verslapping er ook
gevonden werd, toen het ons volk duidelijk
weid, nu gaat het er op of er onder, toen
bleek dat er nog ruggegsaat in ons volk was,
toen kwamen uit de beginsel vaalheid en de
overtuiging dat de revolutie is de stelselmatige
verwerping van alle gezag, dat z| is in strijd
met Gods getu'genis.
Spr. stelt de vraag of dit op Flakkea wel
voldoende bedacht is. Als men samensprak
over de beteekenls en actie der A. R. partij
z|n er geweest, misschien maar enkele, dis
klaagden over verslapping, inzinking en af
glping der ouden Paden.
Mes vraagt dan wel Is de A, R. partij cog
wei de oude part® van voorheen
Spr. antwoordt hierop Ja en nog eens Ja!
Wat men ook moge te blagen hebben, dit
staat vast dat het onze partij is die nog al
tijd bel|dt de Souverciniieit Gods over al
het geschapene. Het z|a onze mannen geweest
die pal stonden toen de macht der revolutie
zich openbaarde en de oorzaak dat het versla
gen Is geworden. Het is niet het minst de
A. R. pari ij geweest die begrepen heeft dat
z| de roeping had, dammen op te werpen
tegen de wassende stroom der revolutie. Zij
heiben dat gedaan en si hebben het goed
gedaan ook.
Natuurlek wü dit niet zeggen dat er niets
veranderen zou in onze partl en dat ook ia
onze kri-ig op het terrein der pracffëche po
litiek alles hetzelfde zou s|r. gebleven. Na
tuurlijk hebben we nu niet meer concreet
precies dezelfde taak van voor 25 jsrea. Dat
kan ook niet, hst leven staat nooit stil, het
ontwikkelt groeit en vergroeit. De toestanden
wfizRen zich, de verhoudingen veranderen.
En dasroHi hebben we niet altijd de zelfde
practische afgelegenheden te venichten.
Zoo moest b.v. voorheen onze partij haar
aanvalspunt zoeken in de liberale slagorden
en die politiek verslaan. Daas na ia het de
roeping vaa oase partij geworden om andere
kinderen der revolutiegeest te bestrijden, dat
is hei socialisme en het communisme
Maar algemeen principieel bezien blfjfi t: ch
de A. R. partij in het publieke leven op
staatkuadig en maatschappelijk terrein uit
dragen de bdffdenia van God Almachtig,
Die het levea schiep en voor Hem bllft onze
partij de Eere opeischen, Gstrsuw z|e wij
gebleven aan die taak en roeping, naar die
beipenis faseft onze parlij gehandeld.
Vaauit dit algemeen gezichtspunt moeten
wij de zaken beoordeelen, wie dat niet doet
vergist slch ia de verhoudingen, verliest uit
het oog dst de politiek van A. R volk niet
Is losgerukt vau het fundament, dst onze
partij nog altijd staat op het historisch ge-
wordene en vergeet dat het door Gods ge
nade ome pastij is geweest die zorgde dat
wfl nog rustig konden leven in onze pe-slile.
Had de revolutie gezegevierd dan was de
vastheid van het bestaan, de vastheid in den
arbeid, de vastheid in het gezinsleven ea de
vastheid in de bestuurslichamen verloren
gegaan.
Wat ge nu te klagen en te morren mocgt
hebben dit eeae zult ge moeten toestemmen,
dat er la ons publieke leven, zij hst met
veel gebrek, plaats is voor de gerechtigheid
en de vastheid in de verhoudingen, dat het
leven nog mogelijk is Niet dat we dit ver
diend souden hsbben, het is Gods vrile gur.sl.
Maar van schromdlfee ondankbaarheid sou 't
getuigen ais we dit niet goed onder de oogen
zagen
Eeniga zaken wenschf spr. te bespreken,
Spr. heeft een brief ontvangen van sen A.-
R, broeder waarin deze s|n leedwezen be
tuigde dat de A R Kamerclub de subsidie
ring vm de dramatische kunst niet is tegen
gegaan.
Spr. weet niet of dit ach? free vaa Fiakkee
kcimf, doch mocht dit zoo zijn, dan zegt spr.
den schaver dat hg zich vergist, wam juist
osss A-R. sianBeahebbes slles gedaan, vrat ge
koaden am dit tegen te gaas
Ook een andere zaak heeft de gemoederen
len plattelands ia beweging gebracht. De uit
voering der invaliditeitswet, populair ge
noemd: het zegeltjes plakken.
Spr. wil direct al ondc-scheld maken tns-
gchea diegenen, die de in- en uitvoering
van dese wet een bïswaar achtsn, omdat zij
zich in de conciëatie beswaard zien es an
deren, die alleen cea fiaauckëlbezwasr heb
ben.
la do Maas- en Schsldebode las spr. dat
een Kiesvereen. op Fiakkee haar medewerking
san het Miljoenplan liet afhangen aan de
besprekingen op den partijdag. Dat vindt spre
ker niet onverstandig. Msar toch wl! spr.
vooraf een ding bepsfea en wel dit, dat men
zich wl! laten overtuigen en eerip z|a te
bekennen, dat zij gewetensbezwaren dan wel
fiuancicëlc bezwaren hebben.
Met beide partflen wil spr. de zaak wel
beredeneert», maar met dc laatste groep niet,
van uit het s'asdpunt dat de A. R niet goed
zouden hebben gedaan e» hun beginsel ver
laten, wel wil spr. bspraten of dat de kosten
vaa het zegeltjes plakken dan niet op aaderc
wijze betaald zouden moeten worden. Maar
vasi slaat dat bsginsBbczwaren geen geld
I§ka. en gddeigkc geen brginselbezwaren sfn.
Wat da beginselbeswaren betreffsn zegt
sor, dat de overheid alles gedaan heeft om
daaraan te geraoet te komen. Niemand wordt
verplicht daden te doen die hg in strijd acht
met zgn beginsel.
Zooals Kuyijer in 1901 zich er toe gezet
heeft om het beginsel van de ongevallen
verzekering te verdedigen en gezegd heeft
dat de ongevallen verzekering niets anders
is dan ces verlengstuk aan de arbeidsover
eenkomst iusschen patroon en arbeider of
ook aaa collectieve arbeidsovereenkomsten
tusschen patroons en arbeidersorganisaties,
zoo staat principieel ook de Invaliditeitswet.
Het i3 een verlengstuk aan de arbeidsover
eenkomst. Het gaat nergens andes om dsn
om toestanden te scheppen die In overeen
stemming rijs met recht en billijkheid inde
arbeidsverhoudingen.
Natuurlik zijn er leemten en gebreken,
wat betreft de uitvoering dezer wet, maar
het principieels staat zuiver. En wie een
principieel bezwaar heeft tegen de invalidi
teitsverzekering moet principieel bezwaar
hebben tegen alle verzekeringen, wie dst niet
heeft, kan niet ontkomen aan de verplichtin
gen, die deze wet hem oplegt. WAnu aan
het rechtmatige principieels bezwaar, ge
moedsbezwaren, zooals do wet het noemt,
heeft de rtgcerlng ten voile oldsan.
Maar wie bcEwsren heeft omtrent de kosten
aan de uitvoering van deze wet verbonden,
moet voor een ding waken, dat bua critiek
nooit tot gevolg hebben zal, dat met het
badwater het kindje weggegooid, wordt.
Men zegt wel, dat op her private terrein
vaa den patroon en den arbeider de Over
heid niets te zeggen heeft. Dat is niet juist.
De A. R. parti heeft altijd geleerd, dat cis
Overheid o.m. tot taak heeft een schild tg
sffa voos: de zwakken. Welnu, dis zwakken
z|s niet slechts de arbeiders, die geen on
dersteuning genieten ten dage zulks noodig
is, maar de zwakken z§& ook die patroons,
die recht en billgkheid verstaan, maar in
hun uitkeering verhinderd worden door andere
patroons, die dit niet willen.
Het spreekt vanzelf, dat de kosten uit de
productie moeten komen en het uit het bedrjjf
betaald moeten worden, Indien de goede
patroons dit doea en de kwade niet, dan
kunnen die goede hef niet tegen de kwade
volhouden, moeten s| het opgeven en ij ra
dus de zwakken, die de Overheid'te be
schermen heeft, door maatrcgelia te treffan.
Hst is 3pr.'s vsste overtuiging, dat de A.-R,
partg bleef in de oude paden, toen $g hielpen
de wetten Talma tof uitvoering ta brengen.
Heeft spr. zich daaria vergist, cf de pnrffj,
of de voormannen, dat meet In onderlings
bespreking dan maar eens uitgemaakt worden
De arbeidswet is ook een moeilijke zaak
waar omtrent veel misverstand bcssaat. Wat
spr. met eenige voorbeelden aantooat Onder
dia wet vallen geen dienstboden geen land
en tulaaibeidere, terwijl er grooie groepen
arbeiders z|n die 10 uren psr slag of 55 uren
per week mogen werken.Onderdo8 urendag
valt güs niet de textiel- en mctaalnijverheid
terwijl er veel seizoenarbeid bestaat waar
rekening gehouden werd met eventueel over
werk, Hst is niet zoo eenvoud g als sommige
couranten wei cess schrijven. Wat de criüek
betreft moet men wel onderscheiden de
wet zelve cn haar toepassing Vele bezwaren
gelden niet de wet maar de wijze van in
spectie die in verschillende deeiea van het
land wel eens verkeerd wordt uitgevoerd. De
ambtenaren houden wel eens geen rskeniDg
mat de slzgdigheid van het leven, zij verge
ten wel eens dat er soepelheid betracht moet
warden ea rekening gehcudt'n met de prak
tijk van het ieven. Da wet is goed raiis ze
in de praktijk goed wordt fosgepzst.
Era ais de wet naar inhoud en toepassing
goed wordt uitgevoerd ban z| toch wei op
behoorigke w|zs^werken. Spr, e? ket.it, de ia-
s sectie wrrkt wel «'.ces fe stroef, te ambte-
naarachtig, maar verzet U daar op verstan
dige, fatsoenlijke maaier tegen. Het echeelt
zoo veel hoe ge tegenover de ambtenaren
optreedt. Oppert ge uw beswaren op kalme
en zaïseigke mani. r dan zullen z% heel vaak
naar U hooren,
Spr. wil eindigen met allen cp (e wekken
tot trouw ea standvastigheid, zonder aarzelen
de hand aaa den banier slaan en dien op te
heffen,
Oszze Puïtif is dg zelfde :ebleve:i, is nog
de zalfde als Gro .ras van P lasterer in het
aansgn heeft geroepen ea daarea door Kuyper
geleld werd. Het is principieel de zefde part|
van vroeger jaren, waarvoor gij foca gebeden
en gestreden hebt en waarvan gy een aan
deel draagt in de overwinning. Het is prin
cipieel de zeifd pa ïy, die beigdt öat in
ons niets gocda is dat in de ms3nschei§ks
natuur de zonde wooat sis oo in de maat-
schappi en de SP at. Het is de part® die
voor het perioonUJk, ras&'schappelijfr, sociaal
ea politieke ieven heen wijst naar Christus,
die de Verlosser is van alle zouden ook in
de Staat ets de maatschappij.
Oaze partg bukt voor het Woord onzes
Gods heeft haar belijdenis uit dat woord en
en blijft getuige voor de Eere van onzen
Koning. Onze pastg is zoo OBsdat leeft
uit hrar beglussi.
Ea voor de onverandeljjke waai heden moe
ten wij uitkomen, ia oaze publieke colleges
en gij in uw kring, op het terrein waar gï
arbeid, in uw gemeente en gewest waarvan
m. deel uitmaakt.
Wij kunnen niet strides als gij niet mede»
sSrgd en arbeid.
De wetgeving heeft gsen beteekeaia als
oes volk zich er var, verwgdCrt.
Het ergert spr. wel eens als h| bedenkt
hoe z| zich liehaamlijk en geestelijk moe
worstelen voor de bggiusclen en dan te moe
ten hooren dat onze menschen niet hooren
en niet vast staan aan hun zijde, z|n w|
niet trouw, zeg spr., zegt het ons I Maar als
w| op het erf der geesten tegen een over
machtige vijand, die niet kieskeurig is met