i. SoMai. EIJER Zaterdag 13 November Ï920. 358i# Jaargang N*. 2050 voor de Znidhollandsclie en Zeeuwsche Eilanden. Eerste Blad. 9 Antirevolutionair 11F Orgaan 1 IN HOC SIGNO VINCES ^oor HuiflzieKt^n i ios oater laraitis. ipjes I 11 8 uwenlll llËWIÈI SiiEZOIDEl MEDEDEELINGEN. T. Gk KKEinOHST 23 Boschlaan 23, Rotterdam, L 0, KLEfHORST, loschban 21, ROTTERDAM. I oorzaak zema. voor MISUSE ratia inrichting. JONG. PELTERIJEN, roeren van alk ERK. LVOET is eiken uur v,m. tot consulteeren in .HARNIS, Proeftuin uitgevers s W. BOEKHOVEN Zenen, Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden man de Uitgevers fl i strijd zfln de i eindelik over ma en andere st door sieke maar door j clelne bacillen, de opperhuid, 1 :den. De lflder maar z|n huid et dus trachten huid te gene- huid te kunnen iet het genees-1 Ibaar z|n en U kel|k van over- vare middel te- verkrijgen b| ïoemde firma's. I U, dat dejruk van het middel, onmiddellïk nog een proef fl, j jroote fl. (Inh. eel voordeeliger j en verkr|gbaar. ig met D.D.D. i nd door het ge- .zeep (h f 1,— (if 1,25)0.0.0, re op aanvraag genwoordigster 3MA, DenHaag- iddelharnis, bij n zgne filialen. Drogist te Oude Omwegen Jzn eniplaat. m „DE EEKBOOHS" SJSaafe 94 BBAI. Hulskamermeu- Ètoelen, Linnen- i, Schilderles, ahouten Bufiet- n, Clubfauteuil, ameublementen, ten, Kapokma- en Satgndekers, enz. enz. Spot adres voor jon- Iksplannen. >b, bovenhuis ade, ROTTER- oon 12800. 1VERFLAKKEE te eveg) is op eiken gstellenden QRA- esgewenscht geelt htingen, die moch- 17161 ie ken ik heel goed men. De men&chen :t platteland weten id heel weinig af. maar anderigds het zeer gevaarlik ervaring, dat zulke de Middernacht- ogt. Neem me niet k, maar met u is 1 geval. Juist, dit et erg (of eigenlik werk moest veel en steun onder in 't kort vertellen ak. Als u dat weet meer vrgmoedlg- meedeeien, die ik voudlg-weg, wat ernachtzendlng is an baas Slnke en te weten, dat de ïtiewerk is. gebroken, ógelgke bizon icr- in Marie Lokkose Slnke deelt alles 'ordt vervolgd o 1$ Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent b|j vooruitbetaling, BUITENLAND hg vooruitbetaling f 5.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. SOMMELSD.ÜJK. Telefoon Intercommunaal No. 202= ADVERTENTIËN 20 Cent per regel, RECLAMES 40 Cent per regel. BOEKAANKONDIGING 10 Cent per regel. DIENSTAANVRAGËN en DIENSTAANBIEDINGEN f 1.— per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die besfesa. Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 50 UUR. De slag is gevallen. De Antir. partij heeft haar eminenten Leider door den dood verloren. Ongeveer 50 jaar lang was hij de tolk onzer antir gevoelens da schitterende woordvoerder harer ideeën in en huiten het Parlement. Door hem heeft enze partij naam en invloed gekregen in Binnen- en Buitenland door hem vierde zij haar triomfen op onderwijsgebied en op het terrein der gewetensvrijheid tegen liberaal verzet en conservatieve tegenwerking. Opvol ger van Groen v. Prinsterer, was dr. Kuypor meer dan deze een organisator, die allerlei verspreide troepkens uit alle deelen des lands tot een hechte gemeen schap aan een sloot, waarvan de schoo - ne vrucht nog tot op dezen dag erva ren wordt en nog jaren z-1 gezien worden. 't Leven van dezen grootvorst in 't denken en handelen te schetsen in een kort bestek is onmogelijk. Schrijf er een dik boek over en de schets is nog on volledig. Wie 't ook wagen moge dit rijke leven van kennis en macht en in vloed, zelfs tot ver over onze grenzen te beschreven hij zal 't ervaren dat nog altijd deze of gene zijde te weinig belicht zon zijn. Wantdr. Kuy- per was alles politicus, theoloog, ethi cus. filosoof, dogmaticus, jurist rede naar, styliist en journalist van 24 ka raat, Geen terrein, diar hij zijn voet niet had gezet. En greep hij iets aan diepzinnig en zwaarhij ontvouwde de zwaarste problemen zoo simpel, dat een leek- hem kon volgen in al zijn betoogec. Een Staatsman! ja, meer dan dat: een Christen Staatsman, een Evangelie- belijder, als Groen, èn vader van 't Ne- derlandsche Calvinisme, dat alle indi vidu, alle kring, alle partij, alle school, alle kerk ja. de ganscbe Maatschappij opriep om alleen in 't Eere zij God steunpunt voor alle actie te zoeken. En het sinds 1889 veranderde Neder land is gijn werr. Geen Vorstenkroon zoo schitterend dan deze kroon op dr. Kaypers hoofd Bij heeft het Nederland van 18 0 een nieuw leven geschonken, nieuwe ide ëa gewekt gepropageerd met ongeëvenaard succes. Niet alléén stond hij: zijn God dien hij liefhad en wiens Naam hij uitdroeg onder vriend en vijand, bewonderbaar en verachter die God ondersteunde hem op kennelijke wijze, maar niet alleen stond hij, omdat hem tal van andere Christenmannen het vaandel dar vrijheid ontrolden en hem, dien Mozes ter ver lossing als Aaron en Hur ondersteunden. En nu, is deze godzalige man, eere des Vaderlands, beroemde als wei nigen, bemind door tienduizenden, ge respecteerd door millioenen, de eeuwige ruste ingegaan. Zijn strijd is volstreden, zijn loop ge ëindigd, de Kroon der overwinning is hem weggelegdmaar God de Heere blijft. En wie nu ook onze leider zij of worden zal: nooit, neen nooit meer zal het een Kuypor zijn, omdat deze door God geroepen is in een tijd, toen er een Kuyper noodig was. God kent Zijn tijd en weet Zijn instrumenten of dienaars voor eiken tijd te vinden. 't Is nu weer een andere tijd maar vaat staat, dat, al moge 1920 een andere persoonlijkheid eischen als lei der dan 1850 of 1880 zonder dr. Kuypers grondbeginselen gaat onze par tij te niet. En dit waren zijn grond beginselen Tot het Woord en de Ge tuigenis en zoo neen, dan zal Neder land ge&n dageraad zien. Dr. Abraham Kuyper eminente leider, Staatsman bij Gods gratie, on vergetelijk, én hoogeüjk vereerd juiche dan nu na 50 jarigen strijd voor den troon van uwen God En in onze ziel staat ÏJw beeld en Uw naam en Uw werk als in marmer gegrift, of OEI orraji. Nadruk verboden. Dr. A. KUYPER. f 1837 1920. Zoo viel dan eindelijk de slag. De groote Maaier, die niemand spaart, kind noch gr|saa?d als de ure er is, die God in Zin eeuwigen Raad als de ure des doods voor elk menschenkind heeft bepaald, maakte een einde aan het leven, dat in 't laatst nauwelgks leven wés, van den man die 'n halve eeuw lang, naar de mate van zijn groote talenten, voor de eere Gods heeft op de bres gesteau. Dr. A. Kuyper gleg den weg van alle vleesch. En wie hem gekend hadden in z|n gewel dige kracht; wie geleefd hebben onder de machtige bekoring van z|n genialen geest; wie hem als den grooten veldheer vele jaren lang volgden in den str|d, z| baden, dat God de dagen der beproeving voor z|n kind verkorten mocht en de ure der ontbinding spoedig mocht doen komen. 't Was zulk een bezoeking voor den kranke zelf. 't Gaf zulk een droef aanzien voor de lijaen. En tienduizenden in den lande, die leis er van hoorden, hoe dezen eens zoo geweldigen strijder voor Gods aangezicht langzaam aan dlles ontnomen werd, wat hem geschonken was, zoodat h| niet sterven zou als een „held in volle wapenrusting", maar ais een grijze „vergaan van krachten", hoopten en baden, dat het nu spoedig gedaéa mocht z|n. Zooals hgzélf eenmaal, staande b| 't sterf bed van een Keuchenlus, dezen niets anders meer toewenschen kon dan een speedigen ingang in Gods hmeisch konlikrgk. Die bede heeft God op Zijn t|d verhoord. En toen deze Zijn dienstknecht, 's Heeren Raad ten volle had uitgediend, werden ook al zijne banden losgemaaktwerd de ziel van net lichaam gescheiden, dat ia z|n ver wintering geen otgh&a meer was, maar 'n hindernis was geworden en bleef dat „stoffe lijk overschot" achter, om straks in de groeve der vertering te worden weggeborgen. Zóó eindigt de mensch, die stof is „God alléén is groot I" En al wie hier op aarde voor Z|n tere, voor Zijn naam, voor Zfjn zaak en dienst en r|b, strijden mag hij is niet anders en niet meer, dan een Instrument in Gods handwien God van oogenblik tot oogenblik de kracht schenken en vernieuwen, den geest leiden, mond en pen besturen moet Zóó heeft de calvinist Kuyper 't ons ge zegd en het 't geslacht z|ner dagen inge prent. En daarom zal geen onzer b| zijn doods baar den ménsch verheerlijken en Dewteroo- ken, maar w| zullen essen God danken en groot maken voor wat H| ons in dezen, Zijn dienstknecht, geschonken heeft. God, die alléén groot is, eerst: Zóó zullen we spreken van den mensch. Neen, we geven hier geen kroniek z|ns levensjaartal noch data, wie daarvan meer weten wil zoeke het op in de vele werken, die hem kunnen inlichten. Wij herdenken allereerst de leidingen Gods. Als eenmaal Mozes, die onderwezen werd in alle wijsheid der Egyptenaren, om straks in de kracht Gods die Egyptenaren met hun eigen wapenen te kunnen bestr|den, zoo werd ook de man dis straks de godsgetrou- wen op eigen erf organlseeren zou, eerst in al de wisheid der v|anden naarstlgl|k on der wezen. Aan de Leidsche hoogeschool ontmoette h| het ongeloof. 't Modernisme was er in z|n opkomst. Gods Woord lag er op de sn|tafel. Menschellke wijsheid streek er vonnis over en zóó groot was de zuigkracht dezer |de!e filosofie en valschelgk'genaamde wetenschap dat ook de jonge student, straks dienaar des Woords mee onder haar bekoring kwam en de gemeente niet bracht „den vollen raad Gods" tot redding van zondaren en tot groot- making Zijns naams, doch haar gaf een brouwsel naar eigen recept. Doch daa komt de beslissende ure. Als Gods Geest z?n blinde aielsoogen opent, dan ziet h| in de eenvoudige vromen die z|n prediking versmaden en zich bi hun „oude schrijvers" afzonderen, hoe het groote heiigeheim, het eeniga dat de zielzaïigende werking oefent nóg vaak door God voor de wijzer» en veistaadigen verborgen wordt en aan de kinderkees wordt geopenbaard. Niet dadelijk is hg nu de „calvinist". Eerst nog verwacht hl zeer veel van de „Utrecütsche orthodoxie" cn ais hijzelf in tie bisschopstad den herdersstaf opneemt, is 't hem geweest in z|n hart als 't den kinde ren Israels was, wanneer ze onder 't zingen der liederen Hammsüloth, optogen naar Je ruzalem De teleurstelling is groot I H| zit er als in een belegerde veste, 't Gansche, onafzienbare terrein daar bui- t n wordt aan den v|and overgelaten. Diens aanval regelt den tegenweer, 't Eene bol werk na 't andere wordt hem prijsgegeven. In die atmosfeer kia h? niet leven I En dan z|n 't weer mannen uit 'a lands hoofdstad, die getrouwei|k het kleinood der gereformeerde belijdenis eenmaal san de va deren overgeleverd, hebben bewaard en die in Gods hand het middel zijn, dat dr. Ku(j per straks alle aarzeling en bezwaar en alle lafheid overwint, en eens voor alt|d zich voegt b| de tóén vooral kleine, verachte, ge schuwde secte „die overal tegengesproken wordt" Om met haar te leven en te sterven. Al naar 's Heeren zaak 't eischen zou I Grootmeester der Nederlasdsche dagblad pers. in zga goeden t?d kwam 't p tra-orkest pas wesr op dreef, als hij na de zomerva- caeitte wesr op 't podium kwam en met forschen armzwaai de maat aangafdkn pas werd het wsêr een spannend pers-debat ais zijn krachtige vuist tegen drie, vier tegen standers tegelijk in actie was, dezen een maagstomp, genen 'n kaakslag gaf en seifs de steskste kampioen werd „uitgeteld", zonder het oogvrrrukkend, machtig vuurwerk zijner schitterende „driestarren" ging de scha re, vriend en vgand, van het persvdd on voldaan heen. In een blad els het onze, 't kan niet an- d:rs I herdenken we dr. Kuyper bovenal als den grooten organisator der antir. partijals den man, die meer dan veertig jaar een der groote figuren was in de politieke worsteling als den Staatsman bg de gratie Gods. Vóór hem waren er antirevolutionairen. Maar een antir. partQ was er niet. H(j heeft de verstrooide troepen en groe pen onder ééa verband hecht aaneen verbon den h| wierf naar alle zijden en trok lie juist door de scherpe keur, die hg op begin sel en praktik -uitoefendehg brak voorgoed de bekoring, die bij velen nog nawerkte, wanneer er sprake was van de oude, con servatieve parts. Zóó vormde hij z|n keurtroepen. Klein in getal; sterk in hun God. En toen dorst m het Davlds-waagstuk aan om dat „kleene hoopten", gewapend slechts met gladde steenta uit de beek aan te voe ren en in slagorde te stellen tegenover den Goliath van het liberalisme, met de reuzen- legermacht, die deze achter zich had. 40 eest per regel. GEEN GOEDK0ÖPER HORLOGE DAN BIJ GOUDEN ZILVEREN en BYOUTERIE-ARTIKELEN, HORLOGES, KLOKKEN, WEKKERS ailes tegen de laagst mogelgken prgs. Massieve gladde RINGEN. B| zonder goedkoop, Eigen werkplaatsen voor reparatifin. En nu raken we vanzelf In verlegen heid Ia welk opzicht zullen we dr. Kuyper gedenken God had aan dezen r|k gezegende den vollen overvloed der tien talenten ge schonken en elk talent had het volle gewicht I Als prediker hing de schare aan zgn lippen. Nóg ontroert ons z|n woord, dat al haast 'o halve eeuw weerklonk, b| 't nalezen van „Den troost der eeuwige verkiezing". Tech was de pen zijn machtigst wapen I Daarmee bereikte hg de tienduizenden. Er was een tijd, dat het Zondagsgesprek na de preek en op 't gezelschap, nooit los was, vaak behrerscht werd door „wat Kuyper die week schreef in de Heraut". Met z|n pen heeft h| ons calvinistisch leger georganiseerdhet kader gevormdhet gestaald tot den strijd en het geleerd hoe 't als Willem III de nederlaag te gebruiken had, om de volgende overwinning voor te bereiden. Dat leger was geen „nachtschool" meer I De duizenden, die E. Voto kenden, de Gemeene Gratie lazen, de vele bundels Uit het Woord als geestel|ke sp|s genoten had den; die er van en er door, de schoonheden der eigen taal hadden leeren kennen en soms zelfs in de geheimen van Grieksch, LatQn en Hebreeuwsch werden ingewijd, kon men toch moeilijk meer „dulsterlingen" noemen Hij was ook de teedere meditator. De eeuwigheid zal openbaren voor hoeveien Kuypefs „tweede siukskens" uit de „Heraut" ten zegen z|n geweest, tot vermaning en troost, tot een stok en een staf, zelfs ia het dal der schaduwen des doods I Bij dit alles was h| de groote geleerde. Wien thans reeds zelf vergrlsden, van groote kennis en hooge positie, nóg gaarne hun „meester" noemden en er hun eer en roem in stellen „bij den ouden Kuyper college geloopen hebben". De stichter der Vr|e Universiteit: Wien destijds mannen als Rutgers en Loh- man en Keuchenlus krachtig ter zijde stonden, maar die toch de groote motor was, zonder welke naar den mensch gesproken, de „Vr|e" verongelukt zou zfin, nog vóór ze, uit haar hangar gereden, den eersten keer den beganen grond losgelaten had. Bn b| dit alles journalist Dien strijd tegen Goliath wón hij. Eerst ais aanvoerder der oppositie, straks afs de leider der coalitie, eindelijk als de premier van het Kabinet, heeft h| dat libe ralisme onttroond, in beginsel uit zijn macht omzet en in elk geval de ban gebroken als zou wat in Nederland den toon aangeven wilde, liberaal moeten zijn. Dat in 1918 de eens zoo machtige, é/er- machtige, schier dl!es machtige liberale partij in enkele kleine, machtelooze groepen uit eengespat tot het politieke „gruis" in de Kamer vernederd war, 't is goeddeels de nawerking van zijn werk geweest, al moet naiuuri|k erkend dat anderzijds niet minder de sterke aanwas van het socialisme de liberale buitenpolders in weinige jaren be dolf onder den rooden vloed. Machtig ook was zijn werk naar binnen. Vele jaren lang is h| niet alleen geweest de ziel, maar ook het denkend hoofd der partij. Schier elk vraagstuk dacht hij in. Toetste hef aan de beginselen. Kwam dan met een eigen, oplossing, die h| tegelijk én voor z|n volgelingen aanne melijk maakte én tegen de vele, vinnige aan vallen des v|ands verdedigde. H$ ontwierp ons Program van Beginselen. Gaf er een toelichting b|, die zelfs jaren lang in onze kringen aaïeveSfjk vaak als „het" Program gold. En toen door de vefe gewij zigde omstandigheden die toelichting ver ouderd was, kwam h| nog in den avond z|ns levens met z|n nieuwe, groote „Nadere" toelichting, die naarstlger bestudeering waard is, dan haar veelal te beurt valt. Ook als part|leider en staatsman is h| geweest een man van „grooten bedr|ve", die niet zichzelven zocht, maar brandde van |ver om uit te voeren de taak, die hem door God te doen gegeven was. Langzaam z|n de banden losgemaakt. Z|n sterven kwam niet onverwacht. Men wist hoe deze sterke held z|n kracht had zien verminderen, wegvloeien, in 't eind had voelen bezw|ken. Van alles moest h| zich losmaken. Als part|leider trad h| af. Hield h| 't daarna in de stilte der studeer kamer nog 'n korte poos vol als journalist, ook ddt moest h| opgevende avond viel en met aten avond kwam voor hem de tijd van inzinking, 't Zal hem ongetwijfeld een groote beproeving geweest z|n, nog te wéten wat hij eenmaal kón en eiken dag te moeten ervaren, hoe die kracht naar lichaam en geest steeds meer van feem week! Dïe beproeving nam thans 'n einde. De groote Meester, die eiken dienstknecht z|n eigen task geeft, loste dezen discipel, die zich met ons allen tegenover God een arm en ellendig zoadaar wist, doch die tegas- over menschea getuigen mecht, dat h| door de genade Gods overvloediger gearbeid had das z| allen, loste hem af van z|n „een zamen post". Het geloof ging over in aanschouwen. H| ging uit dit „jammerdal" over in den hemel der heerlpheid; voor esuwig weg uit het strijdgewoel, geniet z|a ziel, dieosn de bel|deni8 van 's Heeren Naam zoo vaak is bespot, gelasterd en gekweld, thans den eeuwigen vreê. W| richten hem geen standbeeld op. Dat ligt niet in onze lifts I „God is groot" en Hij aüéén. Maar wee onswanneer we Z|o groote daden vergeten j Ea met die daden z|u ook onafscheidelijk verbonden de instrumenten, die H| gebruikt. Hun heugenis mag niet vergaan 1 Hun werk snoet worden herdacht. Hun arbeid moet warden voortgezet. Want een held Gods, gelijk Kuyper onder oas is geweest, heeft tot stand gebracht, heb ben w| als een kostel|ke erfenis te bewaren en te verdedigen. Wat h| begon, hebben w| voort te zetten. Wat hij bouwde, hebben w| te voltooien. Hijzelf stierf thans onder ocs weg. Hij ging den weg van alle vleesch Maar z|n arbeid is niet vruchteloos ge weest, want b| alle mensche ijke fatcoren, die hier werkten, mocht h| meer dan verre weg de meeaten onder de kinderen der aen- schen gegund is, mede-arbeider Gods z|n, die des Heeren werk onder ons heeft ver richt en wiens werk d£i?om, wat het begin- sel betreft, niet zal kunnen gebroken worden. Omdat het Christus' eigen werk was. Die er z|n knecht toe begenadigde. Zelf heeft esnmaal op een der meest ge denkwaardige avonden z|ns tevens dr. Kuy per het werk s|us tevens aldus geteekend: „Voor mf, één zucht beheerschf m|n leven, Eéa booger drang drijft zin en ziel. En moog' m| d' adem eer begeven, Eer 'k aan dien heiligen drang ontviel, 't Is om Gods heil'ge ordonnantiën, In buis en kerk, in school en staat. Ten sp|t van 's werelds remoEstratiëi, Weer vast te zetten, 't volk ten baat. 't I« om die ord'aiagen des Heeren Wsar Woord en Schepping van getuigt, In 't volk róó helder te gravceren. Tot weer dat volk voor God zich buigt." Dat program heeft h| nimmer verzaakt, Menschel|ke gebreken kleefden z|n arbeid aan; menschellke zwakheden mochten ook hem niet vreemd z|n; mecscheiijke zonden had ook h| te heifjden voor sfin God maar als het ging om de eere Gods soo gaf h| 't 41 prijsnaam, eer, roem, vriendschap, positie, toekomst, 40es om alléén te vragen naar hetgeen bevorderlik was voor dat werk en de zaak des Heeren. Dr. Kuyper werd van ons genomen. Reeds vele maanden voelden we z|n ge mis en de bange vraag rfst i;ms in 't hart wat er op den duur wel worden aai van onze part? san onze gauscha actie als cal vinistische groep Maar neen toch géén vrees: God, die een Kuyper verwekte, bekrsch- ttgde, en s?n werk ongemeen gezegend heeft die God zal voor z|n eigene zaak zorgen. En de nagedachtenis van dezen groote in Israël zal nog bfj onze kindskinderen inze gening z?n. UITKIJK. Over het ziekbed van Dr. KUYPER. In de „Standaard" lezen we onderstaande ontroerende woorden: Zooals ik beloofde zoude ik, desgewenscht, nog eenige mededeelingen doen aangaande het ziekbed van Dr. Kuyper. Ik wil daarmee niet wachten; de levenskracht vliedt met snelheid weg; men heeft er zich op voor te bereiden, dat weldra de ure van bet schei den geslagen is en de paarlen Poort zich beeft geopend, die hem door Gods genade den toegang tot het Vaderhuis ontsluit. Zooais gisteren reeds werd gemeld werd Zaterdagavond do toestand plotseling zeer ernstigde nacht van Vr|dag op Zaterdag was wel onrustig geweesten de Zaterdag zelf bleef het aldus, maar eerst 's avonds kwam de groote verandering. Dez Zondags morgens kwam de geneesheer en achtte het iï IT Hi

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1920 | | pagina 1