Antirevolutionair ""^r Orgaan IN HOC SIGNO VINCES Woensdag 25 Augustus 1920. OS84" Jaargang N\ 2627, voor de Kaidhollaiidsclie en Keeumche Eilanden. c Tractaten en Nieuwe Tijd- talsÉpataiiɧiil§eï. W. BOEKHOVEN Zonen, Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentien en verdere Administratie franco toe te zenden aan de Uitgevers. Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG ea ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maasden franco per post 75 Cent bfj vooruitbetaling. BUITENLAND bq vooruitbetaling f 5.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS 80MMELSDQK. Telefoon Intercommunaal No. 202. ADVERTENTIËN 15 Cent per regel, RECLAMES 30 Cent per regel. BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel. DIEMSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN 75 Cent per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zq beslaan. Advertentien worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 UUR. De Antir. partij wil wijziging van art. 59 der Grondwet, dat aldus luidt: 1. De Koning sluit en bekrachtigt alle verdragen met vreemde Mo- gendhedea. Hij deelt den inhoud dier verdragen mede aan de beide Kamers der Staten Generaal, zoo dra Hij oordeelt, dat het belang van den Staat dit toelaat. 2. Verdragen, die wijziging van het grondgebied van den Staat in houden, die aan het Rijk gelde lijke verplichtingen opleggen, of die eenige andere bepaling, wette lijke regelen betreffende, inhou den, worden door den Koni g niet bekrachtigd dan na door de St. G. te zijn goedgekeurd. 3. Deze goedkeuring wordt niet ver- eischt, indien de koning zich de bevoegdheid tot het sluiten van het verdrag heeft voorbehouden. In dit artikel, alinea 2-, worden drie soorten van verdragen genoemd, die door den Koning niet bekrachtigd mo gen worden, tenzij ze door de St. G. zijn goedgekeurd. De eerste heetVer drag, dat wijziging van ons grondge bied bedoelt. De tweedeVerdrag, dat aan het Rijk geld zou kosfen. Re derde soort: Verdrag dat eenige andere be paling, wettelijke rechten betreffende, inhoudt. ij,- Onze partij wil nu, dat niet alleen '''deze 3 soorten verdragen door de Ka mers worden goedgekeurd maar aVe verdragen, die in de toekomst tusschen Nederland en de andere volken wor- dén gesloten. En alzoo blijkt deze Nieu we Tijd niets nieuws te zijn, wanton ze eerste Grondwet, die van 1798. eischte juist voor alle verdragen, met buitenlandsche Mogendheden zonder uit zondering goedkeuring van het wetge vend lichaam. Deze bepaling was in 1798 geheel in overeenstemming met de Fransche wetgeving der revolutie, nl. de eindbeslissing inzake buiten- landsch beleid aan den Vorst ontno men en in handen gelegd van 't volk, Maar al spoedig keerde men op dien weg terugmen werd gematigd rev. en de Grondwet van 1801 verkortte het verworven recht der volksvertegen woordiging, door een uitzondering te maken voor de geheime artikelen, die niet aan de goedkeuring van het par lement zouden onderworden worden, mits ze niet in strijd waren met de openbare artikelen en geen afstand van grondgebied inhielden. De overgang naar het eenhoofdig gezag verminderde traps gewijs den invloed van het wetgevend lichaam, en onder Lodewijk Napoleon, 1806 1810, was de goedkeuring der ver dragen geheel aan ae Kamer ontnomen en de Koning slechts gebonden mede- deeling te doen der tractaten, met uit zondering der geheime artikelen, die evenwel niet strijdig mochten zijn met de openbare. Toen Koning Willem I optrad, bieef deze toestand gehandhaafd: hij behoefde slechts mededeeling te doen der gesloten tractaten Maar allengs is er verbetering gekomen. Want bij de Grondwetsherziening van 1848 werd niet alleen mededeeling geeischt, maar weer goedkeuring door de Kamers, ten minste van die verdragen, welke in hielden bepalingen over afstand en ruil van eenig grondgebied des Rijks in Europa of in andere werelddeelen, het zij bepalingen, die wettelijke rechten betroffen, onder welke wettelijke rech ten men dan verstond en nog verstaat »het weren van alle mogelijke inbreuk op het recht der wetgevende macht in haren ganschen omvang*, zoodat geen tractaat mocht en kon gesloten worden waarin in de rechten der Kamers werd ingegrepen, door welke invloeden ook van binnen of van buitenland. En de andere soorten tractaten, die niet over grondgebied en niet over de rechten der Kamers spraken Ja, die mocht de Koning verzwijgen totdat hij oordeelde dat het belang en de zekerheid van 't Rijk het langer stilzwijgen niet toeliet en dus zweeg de Koning, zoo lang mogelijk. Nu passe men op om over die „goedkeuring" te juichen. Gewis, ze is meer dan de mededeeling uit den ouden tijd van Koning Willem Imaar de 2e Kamer heeft op den in houd van een tractaat. niet den min sten invloed; ze mag geen artikelen van een tractaat wijzigen, weg laten, er bij voegen niets mag zij er aan doen, dan aannemen of verwerpen. Een tractaat wordt niet door de Kamer ge maakt, maar buiten de Kamer om door den minister, dat is, namens de kroon, en stilletjes wordt het dan, achter den rug van de Kamer om, naar den Ne- derlandschen gezant gestuurd te Paiijs of Berlijn en die gaat er mee naar den Franschen of Duitschen minister, en zoo wordt dat hee'e zaakje tusschen ministers en diplomaten en Kroon of President of Keizer bekokstoofd. En is het tractaat dan „in orde*, dan pas komt het in de Kamer, en deze mest het meesttijds slikken. Soms tegen wil en dank. De Kamer kan de internationale en onze eigen volksbelangen n;et bevor deren door een tractaat, om de heel eenvoudige reden, dat ze het niet ziet voordat het klaar is. Hoogstens kan ze het verwerpen maar eerstens komt dan de ernstig.e vraagMet welke Mogend he id is het tractaat gesloten Met een machtige Zoo ja, dan is het met groote heeren kwaad kersen eten, want ze werpen je de pitten in het gezicht. Aannemen het tractaat is meesttijds plicht, zij 't met een lach van een iemand die kiespijn heeft. Nog iets. Niet alleen, dat de kamer alleen maar den inhoud mag beoordeelen zonder er vóóraf over gehoord te zijn; doch ze wordt ook slechts als kamer erkend als 't bovenbedoelde drie soorten betreft, nl. grondgebied, geld uitgeven, en de rechten der kamer in de Grondwet vastgelegd. Voor allo ande.e soorten van tractaten wordt haar goedkeuring niet geëischt. Niet voor een tractaat omtrent hulp in oorlog, omtrent door lating van troepen, zooals de Duitschers in 1918 door Limburg togenomtrent vriendschaps en alliantietractaten, die toch voor Nederland een bitteren na smaak kunnen hebbendenke maar aan de woede der Belgische en Fransche pers over dien doortocht. En daar komt nog bij dat men met dat woord »ver- dragon" knoeien kande koning moet sluiten en bekrachtigendeverdragen», maar als er een tractaat* gesloten wordt, krijgt zoo n stuk een ander ka rakter, en dan »sluit« hij wel, maar dan gaat 't toch buiten de kamers om, en zelfs in die 3 genoemde gevallen van verdrag over 't grondgebied*, »verdrag over de wettelijke rechten*, kan de kroon er toch de kamer buitenhouden ter goedkeuring als zij van dat verdrag* maar een tractaat maakt. En daarom zouden alle verdragen, onder wat naam of vorm ook, èn medegedeeld èn goedge keurd moeten worden. Wat wil de A.-R. partij inzake dit tractatenrecht Ze wil in art. 59 der Grondwet laten staan de le alinea n.l. De koning sluit en bekrachtigt alle verdragen met vreemde mogend heden. Hij deelt den inhoud dier ver dragen mee aan de beide kamers der St. Gen zoodra hij oordeelt, dat het belang van den Staat dit toelaat. Maar alinea 2 wil ze zóó veranderen Alle verdragen met vreemde mo gendheden behoeven de goedkeuring der Staten Generaal, vóór de koning ze b.-krachtigt, Voor de opzegging van een tractaat is de medewerking der St. Gen, noodig. Verdragen, welke bepalingen in houden, waarbij van de Grondwet wordt afgeweken, mogen niet be krachtigd worden dan na goedkeuring door de St. Gen. met een meerde heid die in elk der kamera de helft der leden te beven gaat. In 't rapport van de Commissie van Advies over de democratiseering van de Grondwet lezen we op bldz. 24 in zake de wijziging van art 59 Verdragen met vreemde mogend heden worden door den koning niet bekrachtigd dan na goedkeuring door de St. Gen. Verdragen, niet aldus bekrachtigd, missen voor den Staat en zijn on derdanen elke bindende kracht. Trouwens, in haar program van actie bij de kamerverkiezingen in 1918 stond zoo ongeveer hetzelfde nl.': „In alle verdragen met buitenlandsche mogend heden. zonder onderscheid, worde de goedkeuring voorbehouden van de Staten Generaal". In bij de andere partijen is 't ver langen naar uitbreiding der kamerbe voegdheden inzake diplomatiek beleid even sterk, zoo zelfs dat de vrijz dem. de kamer ook 't recht willen geven om zelf de tractaten te makenhun inhoud met der 100 of 150 te bepalenen als dat op bezwaren stuit, om dan toch uit de 2e kamer een Commissie te be noemen, die met de kroon de tractaten en 't buitenlandsch beleid bespreekt, om dan de resultaten aan de kamer al of niet, meê te d8elen, De Nieuwe Tijdpubliciteit van bui tenlandsch beleid en de diplomaten aan de kamer gebonden, zonder welke ze in den vreemde nie s kunnen en mogen bedisselen. Ja! de oorlog heeft toch wat goeds gewrocht! En op de 21ste jaarvergad. van de vereen, voor Vrouwenkiesrecht werd zelfs een m.tie aangenomen, dat bij de wijziging der artt. 57, 58 en 59 zooals die ook door de A.-R. partij be geerd wordt, de stem van de vrouwen en der moeders, in 't Parlement zal worden gehoord, opdat niet alleen door vaders, maar ook door moeders aan den vrede kan worden gearbeid. III De auto brengt ens van La Panne, dat In den vroegen ochtend nog geheel rust, naar Coxy de, een badplaats, even vriendelQlc en eenvoudig als La Panne zelf In denabqheid waarvan zich eveneensleenjgroot kerkhof uit strekt, dat ook tal van Dultsche graven draagt. Van Coxyde gaat dan de weg naar Nieuw- poort; Nieuwpoort in onze geschiedenis om den slag van 1600 bekend, maar bq de be zoekers die daar vóór den oorlog hebben vertoefd, onmiddeiqk Indrukken opwekkend van oude stedenschoonheld. Men is nog be zig den toegang tot Nieuwpoort over den Yser te herstellen; wij moeten langs een pad, dat tot de vroegere wallen behoorde, omrijden, en dat geeft ons de gelegenheid om de aangebrachte yerwoesting ln haar vollen omvang te aanschouwenom te zien, dat Nieuwpoort dag aan dag beschoten door het Dultsche geschut, zoowel van verre als van dlchtbi, niet meer is dan een groote, een hopelooze en verlaten puinhoop. De schitterende stralen van de zon doen de wit held van deze puinhoopen nog beter uitko men, zij maken het contract tegcriqker grooter. Tusschen de puinhoopen door kan men nog iets van vroegere straten terugvinden; ge wapend met een plattegrond van vóór den oorlog, gewapend met vage of minder vage herinneringen aan vroeger dagen, kan men zich nog iets herinneren van het vroegere stadje. Maar als men deze puinhopen voor zich ziet, dit slagveld van wat eertijds ge bouwen waren, dan kan men begrijpen, dat bewoners van verwoeste steden terugkeerden en hun eigen woning niet konden terugvin den, niet meer wisten in welke richting zij gaan moesten om de straat te ioopen, die z% zoovete malen per dag gedurende een reeks van jaren waren gegaan I Wij wenden thans onze schreden land waarts in, w| kunnen dan geheel door het wederzQd&che vuur verwoesten weg van Nieuwpoort naar Lombaartzljde niet berijden. En bovendien, wij willen naar Moere, een klein Belgisch gehuchtje, thans plotseling bekend geworden, omdat daar de Duitschers in het bezit zjjn gevonden van het groote reusachtige kanon, dat de geheimzinnige beschieting van Duinkerken en Nieuwpoort openbaarde. Wij leefden snel in den oorlogs tijd en toen het onzichtbare kanon zijn aan vallen op Parijs deed, waren wij reeds bij kans vergeten dat toch slechts korten t|d tevore» gelijke geheimzinnige aanvallen op Duinkerken en op het reeds hall verwoeste Nieuwpoort hadden plaats gehad. De „Qroote Max" het kanon met zijn 44 M. lange monding, soiled en zwaar gebouwd, heeft deze aanvallen op zijn geweten gehad, en wü wiilen dien „Grooten Max" van nabjj beschouwen. Wq gaan daarom van Nieuw poort over St. Georgen, Mannekesveere, Schoore, Leke en Couckelaere naar het Bel gische Moerdijk, een weg die ons ook weder voor een deel brengt door Belgische dorpen, die niet meer bestaanvoor een deel ec hter ook langs bloeiende velden, waartusschen een vricndel|k ongeschonden kerkje de spits verheft. Maar het kanon is niet gemakkelijk te vinden, want langs binnenwegen moet men de door de Duitschers zorgvuldig ge- helm gehouden plaats bereiken. Het kanon werd gebouwd, mag men gerust zeggen, in bgna een jaar tqds; links en rechts zqn ste vige, minstens l'/i M. dikke muren, die eiken granaat- of bomaanval konden weerstaan, ter zijde zijn bewaarplaatsen voor de pro jectielen, waarvan er ons nog enkele door Belgische soldaten worden getoond en die een zwaarte van niet minder dan 560 K.G. met zich dragen I Het Belgische meisje, dat ons op de treeplank van de auto tot gids heeft gediend, vertelt ons, dat bq elk schot de ramen van alle v/onlngen kapot giegen, eiken keer opnieuw. Maar de „Groote Max" werd opgeBtetd in een houtrijke streek, te midden van bosschage en van boven be hoorlijk gecsinoulleerd, en het heeft blijkbaar aan de Belgische en Engelsche vliegers heel wat moeite gekost om het groote kanon te ontdekken. Nog meer moeite heeft het ge kost het te raken, want tal van groote put ten in de onmiddelpe omgeving wijzen op vergeefs ontplofte projectielen. Eerst bil den terugtocht, toen het onmogelfk was den „Grootcn Max" met zich mede te sleepen, hebben Dultschland 's vijanden het groote kanon overmeesterd, dat vermoedeiqk nog wei lange, lange jaren in deze landeiqke omgeving zal bleven staan ais een sprekend bewijs van vernielzucht, die in den oorlog hoogtij vierde. De weg van Moere naar Ostcnde is slechts een twintigtal kilometers. De weg is goed, gelijk in het grootste deel van België de wegen weder uitnemend in orde z$n. Al spoedig verrast de mondaine badplaats voor ons; de groote hotels, die door de Duitschers in groot aantal werden bewoond, staan er nog als voorheen. Er is in Ostcnde weder een volkomen normaal badseizoen. Maar de mondaine strandbouwlevard draagt de sporen van deze oorlog in zich. Geheel aan bet zuidelijke uiteinde verhief zich vroeger liet paleis, vroeger het Casino, waarvoor een zeer moe le wandelplaats was. Daar hadden de Duitsehers hun sterke stukken geschut opgestelddaar zoowel als langs geheel het strand, dat z'.ch vóór den boulevard uitstrekt. Het geschut is gedeeltelijk vernield; naar men zegt niet volkomen onbruikbaar gemaakt, maar het moest bf den .overhaasten terug tocht worden achtergelaten. En als men dan door de drukke straten, die Ostende geheel het vroeger aanzien hebben teruggeven, naar de haven Is gegaan, kan men daar nog de over blijfselen waarnemen van den aanval, die zoo stoutmoedig de Britsche marine hier deed, nog geen maand nadat de haven van Zeebrugge voor een deel was verwoest. Achter de duinenreeks, over het prachtig geasfalteerde pad. snelt de auto met groote vaart van Ostende naar Zeebrugge. Voor ons strekt zich aan de eene zijde het landschap uit, dat niet onmiddelljk door den oorlog is aangetast; aan de andere zijde de dui nenreeks tusschen welker openingen door wij zoo nu en dan de zee zien, doch die met regelmatige tusschenpoozen de Duitsche zware batterQen draagt. Deze batterijen, z| waren bekend om die geschutskracht, die daarvan uitging: z| droegen bekende Dultsche namen: Hindenburg,Tirpltz,Keizer Wilhelm, Kroonprins e. a. Het mag bekend worden gebeeten, dat er zoodanig met deze batterijen viel te manoeuvreeren, dat zleen geconcentreerd vuur tot over een afstand van 15 mijlen konden richten op elk schip, dat ongenood de bavens van Ostende of Zeebrugge wilde naderen. Achter de batte rijen zijn in het duinzand de steenen be schuttingen voor de bezettingen gebouwd. Ook bier z|n de kanonnen gedeeltelijk ver woest, maar de hatter|en zijn intact gebleven, en zij staan er ais berinnering aan den oor logstijd, onbewaakt en toch een grooten schat vertegenwoordigende. Men mag niet verzuimen da pier van Zee brugge, het werk van Koning Leopold li, die door Zeebrugge de baven van Dover afbreuk hoopte te doen, te bewonderen. De Engelsche marine wist te goed weike gevaren haar uit de havens van Zeebrugge en Ostende be dreigden om niet te willen trachten, die gevaren te verminderen. Zij wist ook, dat de grootste moeilijkheden bij den aanleg van de haven van Zeebrugge waren te overwin nen geweest door den sterken uit zee ko menden stroom tegen te gaan, die elk oogen- blik opnieuw dreigde den haventoegang te verzanden. Het plan, door de Engelsche admiraliteit uitgewerkt, kwam hierop neer dat men in den doorgang tusschen de belde uiteinden der pieren en in het havenbassin zelf een of meer schepen wilde doen zinken, terw|l men tegeiqk wiide trachten dat gedeelte van de pier, bestemd om den sterken zeestroom tegen te houden, te doen springen. Eerst nu kan men op dit punt der krqgsoedrqven, ge lijk op zoovele andere punten, eenig inzicht in de werkeiqke waarheid krqgen. De aanval op Zeebrugge is in zooverre een mislukking geweest dat men niet geheel de uitvaart uit de baven beeft kunnen beletten, maar hq is geslaagd in zooverre dat de meegevoerde onderzeeboot op het bewuste deei van de pier inliep, en deze met hare bezetting van honderden Duitsche soldaten bq een ver- schrlkkeiqke ontploffing vernielde. Op dat zelfde ocgenblik landden aan den kop van de pier die door de sterkste Dultsche batte- r|cn bewerkt werd, de Engelsche schepen, die speciale landingsbruggen hadden vervaar digd en die het nachteiqk gevecht met de Duitsche bezettingstroepen, geheel afgesne den van den terugtocht, begonnen. Het is zeker geen grootspraak, wanneer de Britsche captela Carpenter, die den aanval leidde, zegt dat geen der mannen verwachtte, levend terug te zullen keeren; het is een stoutmoedige, meer dan brutale aanval geweest, waarvan degenen, die den toestand in Zeebrugge op nemen, zich n et kunnen begrqpen, dat hq voor een zoo belaagrqk gedeelte is gtslaagd. Maar intusschen heeft Zeebrugge reeds voor de verdere ontwikkeling van Belgie zqn grootste beteeken is verloren. Men zegt, dat het een grondspeculatie was van den ouden koning Leopold II, die hier veei terrein be zat en hoopte, het op voordeelige wijze te verkoopen, wanneer de door den Belgischen Staat toegestane geiden maar eerst zouden hebben bewerkt dat Zeebrugge een belang- rgke havenplaats was geworden. Al vóór den oorlog heeft men groote moeite gedaam om de moeiiqkheden van het verzanden van den haveningang te voorkomen; thans, nu het weggeslagen stuk pier is vervangen door een houten overloop, die den stroomuit zee vrq spel laat, is de haveningang hopeloos verzand. Ia het havenbassin ziet men nog een enkele der gezonken Engelsche schepengeheel aan den ingang lag de Harwich-boot „BrusselA" waarop een kapitein Fiyott als gezagvoerder diende. Hq werd te Zeebrugge gevankeiqk aangebracht en hq is te Brugge veroordeeld en doodgeschoten. Van Zeebrugge gaan wq langs het kanaal naar Brugge. Het mooie oude stadje, dat men Bruggts la Hotte kan noemen, maar welke dood en doodsheid toch een geheel andere is dan dien waarvan thans de dood van Yperen moet gewagenBrugge straalt nog in al zqnheeriqkemiddeieeuwsdhe schoonheid, Brugge is nog de stad van Breydel en de Conlnck, geiqk Gent nog de stad is van Ar- tevelde. Zeker, wanneer men leest in 't ge schrift dat Brugge onder Dultsche heerschap- pq behandelt, een geschrift, dat wq toevallig ln handen kregen, dan gevoelt men levendig dat hier het ieven der inwoners niet aange naam is geweest, dat een dergeiqke bezet ting door hen allerminst wordt terugverlangd. Begrqpeiqk. Maar aan de schoonheid der

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1920 | | pagina 1