Woensdag 11 Augustus 1920
85"u Jaargang N\ 2628.
voor «ie Xuidliollandscfie en Xeeumcbe Eilanden.
Antirevo
Orgaan
IN HOC
VINCES
Brieven uit het Oentrum.
sj<
W. BOEKHOVEN Zonen,
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentien en verdere Administratie franco toe te zenden aan de Uitgevers.
DE UNIE
VERKOOPIfiOEfL
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG css ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent hij vooruitbetaling.
BUITENLAND bj vooruitbetaiïng f 5.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS:.
SOMMELSDIJK.
Telefoon Intercommunaal No. 202.
ADVERTENTIËN 15 Cent per regel, RECLAMES 30 Cent per regel.
BOEKAANKONDIGING 10 cent per regel.
DïENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN 75 Cent per plaatsing.
Grootc letters en vignetter, worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentien worden Ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 UUR.
Waaneer niet alles bedriegt zal het
jaar 1920 met gulden letteren vermeld
werden in de geschiedenis van ons
Christelijk Onderwijs. Terwijl wij dit
schrijven, is het wetsontwerp op het
Lager onderwijs reeds door de Tweede
Kamer der Staten-Generaal aangenomen
en als het ontwerp straks, na de Eerste
Kamer gepasseerd te ?üu, de Koninklijke
sanctie verworven s. hebben, zal de
financiëele vrij mak ik /an ons Onder
wijs een feit geworden, zijn.
Welk een verandering sinds 1878,
het jaar toen onze Unie werd opgericht
De nederlaag, nu twee-en-veertig jaren
geleden ons smadelijk toegedacht, is
door de gunste onzes Gods het begin
der overwinning geworden. Tot die over
winning krachtig te hebben meegewerkt,
zal de onvergankelijke eere ook van
onze Unie blijven.
De nieuwe wet eal ons voor geheel
nieuwe toestanden plaatsen. Eenerzijds
mogen wij van God van harte danken,
dat Hij ons thans ruimte gemaakt heeft.
Aan den gewetensdwang, tot dusver
den Christelijken Ouders aangedaan, is
nu een einde gemaakt.
In haar jaarvergadering op 22 April
1919 heeft de Unie zich opnieuw uit
gesproken voor het oude beginsel„de
vrije school regel, de openbare uitzon
dering." Sleehts werd er aan toegevoegd,
dat de verwezenlijking van deze leus
aan de maatschappij moest worden
fiw vergelaten. De wet had slechts de ont
wikkelingskansen voor het openbaar en
bijzonder onderwijs gelijk te maken. De
wetDe Visser zal dit nu ten naasten
bij doen. Wij'twijfelen niet in welke
richting de toestand zich dan ontwik
kelen zal.
Wie de debatten in onze Stat en-Ge
neraal heeft gevolgd, zal bij de voor
standers der Openbare School dan ook
een vrees voor de toekomst hebben
bespeurd Een vrees, die zich openbaarde
als angst voor de rijke „fondsen" der
bijzondere school. Indien daarmee be
doeld mocht zijD, dat al onze School
besturen straks kleine kapitalisten zuilen
worden, is die vrees geheel ongegrond.
Maar wel bezit de School met den
Bijbel een ander „fonds", iets^heel kost
baars, dat de Openbare School in vele
gevallen mistde liefde en het hartelijk
meeleven der Ouders.
Aan pogingen, om dit kostelijk klei
nood aan de Bijzondere School te ont-
rooven, heeft het bij onze tegenstanders
niet ontbroken. Die liefde rechtstre ks
te verbieden, was natuurlijk niet moge
lijk. Maar door elke uiting vansympa
thie te verhinderen, trachtte men die
liefde zelf te versmoren.
Het graote gevaar, dat ons in de
toekomst bedreigt, zal c^an ook vooral
hierin gelegen zijn, dat onze Scholen,
losgemaakt van den band aan de Ouders,
meer en meer Overheidsscholen zullen
worden, met steeds toenemenden invloed
der Overheid en met Onderwijzers, die
zich gaandeweg als ambtenaren van
den Staat zullen gevoelen.
De nieuwe wet bevat reeds enkele
bepalingen, die reden tot bezorgdheid
geven. Terwijl de WetKijyfer in 1905
voor 't eerst aan de bijzondere scholen
den plicht oplegde, aan den Schoolop
ziener een leerplan te toonen, gaat deze
wet reeds een stap verder en bepaalt,
dat het leerplan niet door den Onder
wijsraad (een Regeerings-orgaan) om
bepaalde redenen mag gijn afgekeurd-
Een gewichtige verandering, dié ons in
de toekomst nog veel kwaad kan doen.
Een andere gevaarlijke bepaling
schrijft thans voor, dat de benoeming
onzer onderwijzers voortaan slechts ge
schieden mag na overleg met het Rijks-
schooltoezicht. Dit voorschrift lijkt the
oretisch tamelijk onschuldig, maar zou
in de praktijk voor vele onzer scholen
wel eens fataal kunnen werken.
Meer dan ooit dienen wij daarom op
onze hoede te zijn en ons er op toe te
leggen om ons Christelijk Onderwijs
dien rijken zegen door onzen God ons
geschonken, voor dreigende gevaren te
bewaren en vooral het zooveel mogelijk
te sterken. De Historie weet menig
voorbeeld van een nederlaag, die 't be
gin werd eener overwinning, maar ook
van een overwinning, die verkeerde in
een nederlaag! Zij, die in stad en dorp
de leiding in handen hebben, en dus
ook onze Correspondenten en Besturen,
mogen zich wel eens ernstig afvragen,
welke nieuw® eischen de toekomst ons
stelt.
Allereerst zal de organisatie van ons
Christelijk Onderwijs versterkt en vol
ledig gemaakt moeten worden. De
Schoolraad dient het centrale lichaam
te worden, dat voor de gemeenschap
pelijke belangen bij de Regeering optreedt
en daarvoor te allen tijde in de bres
staat. Wij hebben noodig een centraal
bureau, dat alle gegevens, ons Christelijk
Onderwijs betreffende, verzamelt an
steeds gereed is. om met advies en in
lichtingen te dienen. Wij bezitten een
Bibliotheek ten dienste van het Chris
telijk Onderwijs, maar door haar hoogst
bescheiden budget kan van eenige uit
breiding nauwelijks sprake zijn Wij
behoeven een eigen schooltoezicht, dat
een behoorlijk tegenwichtkan geven tegen
de voortgaande inmenging der Overheids
inspectie. Het is meir dan tijd, dat er
voor her Christelijk Onderwijs een eigen
leerstoel in de pedagogiek komt. De
schoolstrijd zal straks naar het terrein
der opvoeding verlegd worden en voor
dien strijd ontbreekt ons thans nog te
veel de „generale staf".
Voor al die behoeften is noodig de
blijvende belangstelling van ons volk
en veel geid.
Het zal voor de Unie een eere, maar
tevens een dure roeping zijn, tot h t
verwezenlijken van die eischen mede te
werken. Het is een veelomvattend pro
gram van actie, maar met Gods hulp
kunnen en zullen wij slagen Wat praat
men dan nog hier en daar, alsof de
Unie niets meer te doen hadMen zegt:
laat de Schoolraad het doen. De School
raad doet reeds wat hij kan en heeft
de handen meer dan vol. De Unie, de
Moeder van den Schoolraad, zal zich
wèl wachten zich op diens plaats te
dringen. Met vreugde ziet zij den groei
van deze organisatie. Maar haar verle
den getrouw, zal de Unie blijven voort
gaan, door woord en geschrift alom de
liefde tot de Scholen met den bijbel
te prikkelen, te versterkentot scholen
bouw op te wokken; gdden in te za
melen,
Onze God schonk ons een rijken zegen,
door de financiëele gelijkstelling te
geven. Zamelt dan nu het offer der
dankbaarheid in. Ons volk is tot dat
dankoffer gaarne bereid, als gij maar
de moeite wilt doen, het te vragen en
in ontvangst te nemen.
Laat van de opbrengst der collecte thans
eens een zeer groot deel worden afgedragen
aan de algemeene kas der Unie. Wij
moetennu de omstandigheden zoo ver
anderen, leer en den blik wat minder naar
ons eigen plaatselijk kringetje te richten
en meer op de algemeene belangen te letten.
Van de opbrengst dezer collecte worde
dit jaar minstens 50 pCt. aan de
generale has afgedragen. Dan kan er een
flinke som bijeengebracht worden waarmee
iets te beginnen valt. Het Bestuur der
Unie zal dan straks met voorstellen, be
treffende de aanwending der gelden, ko
men op die plannen vragen wij in de
jaarvergadering Uw goedkeuring
Dat deze Collecte worde voorafgegaan
door een ure des gebedsAan 's Heeren
zegen is toch al gelegen. Die zegen zij
ons deel bij het houden der Twee-en-
Veertigste Jaarcollecte voor de Scho
len met den Bjjbel.
Het bestuur der Unie Een School met
den BijbeV',
V H B. S te Middelhamis.
De heer Oud, Vr. Dem, Kamerlid, heeft
den Minister de volgende vragen gesteld:
I. Is het juist, dat eenige vertrekken van
het gebouw der R H.B.S.teMiddelhar-
n 1 s z$n afgestaan voor woning van den
directeur, mef het gevolg, dat o.a. de.wacht
kamer van den concierge, het wachtvertrek
der buitenieeriingen en het laboratorium ge
heel aan den dienstderschooizQnonttrokken?
Zoo ja, is de minister dan bereid aan dezen
toestand onmiddellijk een einde te doen
maken
II. Is het juist dat onderhandelingen zijn
aangeknoopt over den aankoop van een ter
rein aldaar en dat reedt bestek en teekening
zijn opgemaakt voor den bouw van een di
recteurswoning op dat terrein
Zoo ja, welke zijn dan de bedragen, waar
op de kosten van aankoop en bouw zgn ge
raamd
III Heeft de minister een onderzoek doen
instellen, cf te Middelhamis of in de on
middellijk aangrenzende gemeenten een voor
den directeur geschikte woning kan worden
gehuurd of met veel minder geldelijke op
offeringen dan nieuwbouw vereischf door het
rijk kan worden aangekocht?
Zoo ja, is de minister bereid de resultaten
van dat onderzoek mede te deelenzoo neen,
is de minister bereid ais nog een dergelijk
onderzoek ia te stellen, alvorens definitief
tot den in vraag II gemelden aankoop en
bouw te besluiten?
Uit deze vragen blijkt voor den deskundige,
dat hij voldoende op de hoogte is met den
toestand aangaande de Directeurswoning. We
zullen die vragen zelf niet beantwoorden,
ofschoon ons dat niet moeilijk ware. Laat
de Minister eerst maar eens zeggen, wat Z Ex.
er over denkt. Dan is 't nog tijd genoeg, in
dien ook anderen hun meeniag zeggen. Maar
dit staat vast: 't Geld is duur tegenwoordig.
En geld vermarzen is niet noodig; te sneer
niet, waar deze directeur toch ook niet met
ijzeren banden aan deze H. B. S. vastgeklon
ken is. Doch noch eensde Minister spreke
eu dan spreken daarna anderen, als 't noodigis.
126
Amice.
Je zult zeer waarschijnlijk in je courant
hebben gelezen, dat op het eind vaa deze
maand en begin volgende ia Amsterdam,
Rotterdam en Lelden bijeenkomsten zullen
gehouden worden ter herdenking vandePil-
gïimiathsrs of op z'n Hollandsch van de
Pelgrimvaders.
Ik ontmoette deze week iemand, die het
ook had gelezen en mij vroeg, wat het be-
tcs kende.
Die vraag deed bij mij de gedachte opko
men, dat het beat mogel|k is, dat jij ook niet
met alle finessen op de hoogte bent.
En dat ts toch noodzakelijk om de beiecke-
ni* dier bijeenkomsten te verstaan.
Waarom ik m% voorstel, je in enkele brieven
de afkomst, het werk, de betcekenia, en het
resultaat van het werk der Pelgrimvaders
aan te toonen.
Pelgrimsvaders op z'n Hollandsch, Pilgrim-
fathers op z'n Engelsch Dat is reeds een
bew|s, dat we niet hebben te doen van on-
vervalschten Holiandschen loot.
Dit Is dan ook niet precies het geval.
Maat wat zij wèl waren?
Zij waren broeders in het geloof,
W( moeten terug naar den tfjd van Alva,
toen de Bloedraad de naam zegt het al
zijn bloedig werk verrichtte, toen de Pro
testanten, de Hervormden werden verworgd,
gegceseld, verbrand, galleen omdat zij Gade
meer gehoorzaam waren dan de menscben.
Als we ons ik stem toe: het is moeilijk,
m&ar laten we het eens probeeren als we
ons dien tijd eens indenken, dan vragen wij
ons af: waarom liet Ood dat toch allemaal
toe?
Ik weet heel goed, dat we niet mogen
vragen waarom, maar ons menschelfjk hart
doet het toch maar en dat is begrijpeiqk.
En ik weet zeker, dat onze geloovige va
deren het ook gevraagd zullen hebben. Z|
hebben er geen antwoord'op kunnen geven,
evenals w| het nu niet kunnen op de waaroms
van onzen geweldigen tijd.
Maar w|, die ruim drie eeuwen later leven,
wij weten nu, waarom onze voorvaderen
werden vervolgd, om des geloofs wille.
Wfl kunnen, nu we de historie kunnen
overzien, uitroepen, dat Gods wegen hooger
zjjn dan de onze en dat wat toen geschiedde
gebeurde ter wille van het nageslacht.
O aze God is een onbegr|pel|k God, maar
vaak, uetn altijd, hetzij in het leven hier be
neden, maar anders toch hier boven, leeren
wij Hem begrijpen.
Dat is voor ons een groote troost, neen,
de grootste troost, in den str|d, dien we te
strijden hebben in onzen tfld.
Wij zien met den dag de afval van God
en Zijn Woord driester bet hoofd opsteken.
W| beluisteren met angst in het hart de re
volutionaire klanken, die alom opstijgen. W1
maken ons bekommerd, wanneer men tegen
woordig zich opmaakt, ons hierbl gezinsleven
te verwoesten, door tal van maatregelen voor
te stellen, C.ie het uiteenrukken. We denken
met smart aan onze vrouwen eh meisjes, als
men haar wil verlagen tot voorwerpen van
vrfe liefde; als men haar moederschap wil
maken tot een sociale taak, voor de maat-
schappl brengt z| dan haar kladeren ter
wereld, en de Staat moet dan maar voor die
kinderen zorgen, terwijl de man zijn lusten
kan botvieren, zooveel ais dat hem belieft
Ik noem nu maar iets van wat onzen ge
weldigen tgd kenmerkt.
Als we ons dat alles eens indenken worden
we dan niet angstig?
Maar we behoeven dat niet te worden,
want hoog boven ons troont onze God, de
God van de Pelgrimvaders!
De gebeurtenissen van onzen tijd, we moe
ten ze beschouwen in het licht van den t|d
der Pelgrimvaders en dat zal ons bracht geven,
om pal te staan in de stormen van onzen
tQd, om getrouw te zQn, net zoo getrouw
als zij.
Want getrouw waren zg
Onze voorvaderen, de volgelingen van den
grooten voorganger van Genéve, hebben om
des geloofs wille onnoemelijk veel geleden.
Ik behoef je dat niet op te sommen, zooveel
ken-je nog wel van je vaderlandsche geschie
denis, dat je wel weet vaa het bloed der
martelaren op Neerlands dierbaren grond,
toen Alva zijn onmeedoogenlooze septer
zwaaide en daar ginds in Spanje een fana
tieke Philips II op den troon zat; zich ver
bijtend, dat die Nederiandsche opstandelingen
maar niet tot rede waren te brengen.
De tijd der martelaren. Maar als God de
gelegenheid tot vluchten geeti, mogen zjj dan
nie gelegenheid onbenut laten voorbijgaan?
Immers, neen. Dat zou God verzoeken zijn.
En zoo nemen Emden en andere plaatsen
in Oost-Friesiand tal van onze landgenoo-
ten op.
Maar ook honderdulzenden vluchtelingen
gaan naar Engelhnd. Het zijn die, welke wij
willen volgen.
Maar dan moeten we even de reformatie
in Engeland nagaan.
Je zult misschien wel weten, dat die anders
in zijn werk ging dan hier?
Hier ging het van onder op, drong men
door tot de kern der dingen, brak men ab
soluut met de R jomsche Kerk. Van haar ge
bruiken, haar beelden, haar afgoden, men
moest er niets van hebben.
Dit was niet het geval in Engeland.
Daar kwam de reformatie van boven af.
De Engclsche kerk was staatskerk en nam
wel den Calvinistische godsdienst over, maar
handhaafde daarbij verschillende Roomsche
gebruiken. Men spreekt immers ia deAngll-
caansche kerk nog van aartsbisschoppen en
bisschoppen, al is het dan niet in Roomschen
zin.
Door die tailoozc vluchtelingen uit Neder
land kwam er in Engeland een kern van Ge
reformeerden, die ;het tweeslachtig karakter
der Engelsche reformatie bestreden, al dach
ten z? er voorioopig niet aan, uit de kerk
te gaan. Die menschen werden dissenters
genoemd of ook wel eecs non conformisten.
Onder die Hamen zijn ze evenwel niet alge
meen bekend. Beier bekend is de naam pu
riteinen, dat beteekeni zuiveraar, omdat zij
zuivering van dc kerk en van het leven der
gemeente wilden.
Toen ter tflde regeerde in Engeland de
ook jou welbekende Koningin Elizabeth,
die de puriteinen ongemoeid liet.
Haar opvolger, Jacobus 1, echter moest van
de puriteinen niets hebben. H| was geen
Anglicaan, maar Presbyteriaan, dus behoo-
rende bij de Schotsche kerk, als hoedanig
men verwachten mocht, dat hjj de kerk wet
wilde zuiveren, dus m. a. w, dat h| wei op
de hand der puriteinen zou zijn.
Niets van dat alles eehter.
IntegendeelJacobus, die niet afkeerig was
van vleierfl, kwam onder den invloed van de
leiden der Engelsche Staatskerk, die van
des konlngs zwak handig partf wisten te
trekken, hem vleiden.
Z| stelden voor, dat de leiders der Staats
kerk een twistgesprek zouden houden met de
leiders der puriteinen en dan moest de koning
als onpart|dlg rechter uitspraak doen, zijn
uitspraak, aldus vleiden zij, zou de stem van
Ood zj|n. Ge ziet, hoe dwaas men was,
Jacobus wordt dan ook wel de wijste dwaas
genoemd.
Gegroet HAKA.
Op Woensdag 11 Augustus 1920 des avonds
ten 7.30 uur nieuwe t|d Afslag in het Loge
ment van A. T. Waare Zoon aldaar van
een Huis No. 1,9 aan de Ring met daarachter-
staande Schuur, Erf en Tuin te Oude Tonge,
Kadaster. Sectie C. No 2502 groot 4 Aren 40
Centiaren. Ten verzoeke van den Heer H.
de Haas van Dorsser te Oude Tonge.
Notaris VAN ISPELEN.
Op Woensdag 11 Augustus 1920, desv.m,
10 uur (zomert|d), na aankomst der tram,
ten verzoeke van den heer P. Lufendgk te
Den Bommel, voor diens bouwschuur nab|
de O. L school aldaar publiek te verkoopen
Zwarte Oldenburger merrie, 15 jaar, met
zwart hengstveulenBelg, Vosmerrle, 7 jaar,
met Vosmerrie-veulep, beide Ingeschreven
No. 3817. Blauwe Belgische merrie, 5 jaar;
lichtbruine Oldenburger merrie; 4 jaardon
kerbruine Oldenburger merrie, klepper, 5 jaar
ingeschreven St.no. 16482-jarlge Belg. Vos-
ruin; dito Vosmerrle 1-jarige Belg. Vosruin;
1-jarlge Oldenburger, zwarte ruin2 Belgi
sche Liermerrie-veulens; 3-jarige ledige schot;
Melkkoe, genezen van mond- en klauwzeer,
Eenden, Ganzen, Kippen, boerenwagens, wlel-
slede, tllburry, korenmaaier, guanomachine
en verderen landbouwlnventaris.
Voorts nieuwe grenen dorschvloerdeeien,
vuren baddlngs en musterd
Breeder omschreven bfi biljet.
Notaris AKKERMAN.
Donderdag 12 Augustus, 's voormiddags
10 uur (zomertqd) te Stellendam in het Lo
gement van Troost van Klaver 2e slag en
suikerbieten.
Notaris VAN DEN BERG.
Veiling op Donderdag 12 Augustus 1920,
en bij afslag op Donderdag 19 Augustus 1920
belde dagen des avonds 7 30 uur nieuwe tQd
in het Logement van Wed. G. Kanters te
Oude Tonge, van een huis met erf en tuin
aan de Ring, no. 25 te Oude Tonge Kadas
ter Sectie C no. 2117 en 967 samen groot
2 Aren 52 centiaren ten verzoeke van den
heer P. Baart te Oude Tonge.
Notaris VAN ISPELEN-
Vrijdag 13 Augustus te Herkingen in de
herberg van Van der Velde, by afslag, des vm.
10 uur (zomertjd) van 2.7300 H.A. of 5 G.
283 R. V. M. Bouwland te Herkingen in dea
polder St. Elizabeth, kadaster gemeente Her
kingen no. 89, verhuurd aan Jacob Brulnse
tot 1 September 1924 A t 210 per jaar In 3
koopen en in massa; ten verzoeke van den
heer A. Schaberg te Poortugaal.
Notarissen J. C. de JONG te Capelle a. d.
IJstl en P. T. VAN DEN BERG te Goede-
rcede.
Vrfldag 13 Augustus te Stellendam, in het
Logement vanMijnders, hfl afslag, des namid
dags 1 uur (zomertijd) van A. 4.27.20 H.A.
of 9 Gem. 90 R. V. M. Bouwland te Stel
lendam, in kabel 22 van den Eendrachtspol-
der, Sectie B. nos. 290 en 884, verhuurd aan
Maarten van Setera Lzn. en de weduwe Jb.
van Seters Wzn. tot 1 Sept. 1921 k f372per
Jaar en daarna tot 1 Sept 1928 A f 615.50
per jaar, in 4 koopen, combinatie en massa
B. 8.41 30 H.A. of 18 Gem. 96 R. V. M.
Bouwland tc Stellendam, zijnde Kabel 11
van den Halspolder, aan den Westerweg
Sectie D No. 46. 47. 48. 49 en 50 in 4 koopen
combinatie en massa; verhuurd tot 1 Sep
tember 1925 aan Aren van der Vlugt en
Maarten Klejnenberg a f 824 40 per jaar
ten verzoeke van den heer A. Schaberg te
Poortugaal.
Notarissen J C. de JONG te Capelle a. d.
ljscl en P. T. VAN DEN BERG te Goedereede.
Op Vrgdag 13 Augustus 1920 veilingea
op Vr|dag 20 Augustus 1920, afslag, beide
dagen 's avonds 7 uur (zomertijd) te Som-
melsdtk In het Hotel Spee van7.31.30 H.A.
(17 Gem. 52 R. Rgnl. Maat) Bouwland, d|k
en weg, te Sommeisdgk, in den polder West
plaat, kad. Sectie A. no. 166, 183, 184, 185,
285, 393, 394 en 395. In 7 perceelen en in
massa. Verhuurd tot blootschoof 1922 aan
den heer T. de Gast te Sommeisdijk.
Notaris VAN DER SLUIjS.
Op Vrfldag 13 Augustus 1920 velling: en
op Vrjdag 20 Augustus 1920 afslag, beide
dagen te Sommeisdijk, In het Hotel Spee,
direct na afloop van de verkooping van het
Bouwland in de polder Westplaat, van drie