Zaterdag 5 October 3918. 3»38le Jaargang N*. 2430, voor de Znidhollandüche en Zeeuwsclte Eilanden. Eerste Blad. Antirevolutionair IN HOC SIGNO VïNCES PINGEN. Gelastingcritiek door Jan Publiek. „HET GOUDEN HEET", Brieven oft ligt Gsntrum. W. BOEKHOVEN Zonen, Alle stukken voor de Redactie bestemd, Idvertenllëa ess 'verdere Administratie Ijsbc® toe te zenden aan de fiitgevers (Wordt vervolgd.) De Staats- en Gemeente finantien stoelen op een zeilden wortel. Br is vierderlei belasting en er kan niet meer dan vierderlei zijn, jmog voor den Staat, ijijg voor de Gemeente. Er is productie "lan allerlei artikelen; en de eerstebe- w lasting is dus productiebelasting of Grondbelasting; er is distributie dier artikelen of m. a w. de artikelen wor den verhandeld en de tweede belasting is dus de Verkeersbelastinger is winst te maken op de artikelen en de derde belasting is dus de Inkomstenbelasting van die winst eet en drinkt en kleedt men zich en de vierde belasting is dus de Verteringsbelasting. Andere eco nomische toestanden zijn er niet dan Produceeren, Verhandelen, Winst maken en Verteren. En zoowel Staat als Gemeente vormen dan ook hun Begrooting, in zake de Inkomsten, uit Grondbelasting of opcenten er op; op Bedrijf en Bedrijfshulpmiddelen als Havens, Dokken, Waag, Weegbruggen enz, op Hoofd. Omslag; op 'tPersoneel of opcenten er op. Die belastingen hebben alle een pu bliekrechtelijk karakterd i. men heeft ze, omdat ze niet voor deze of gene, maar omdat ze voor de Gemeente als zoodanig noodzakelijk en goed zijn. En vandaar dan ook, dat bij alle belastin gen maet voorzitten èn 't beginsel van 't Openbaar Belang, maar ook 't be ginsel van 't Betalen naar Draagkracht. Afgedacht of een Rijke vooTdeel heeft van een Nieuwen Straataanleg of van 't slaan van een nieuwe Brug, hij moet er in zien een Openbaar Belang en hij moet 't ook kunnen velen zonder ge mor, dat zijn aanslagbiljet hooger wóidt, In elk finantie wezen zijn nog over blijfselen van de privaatrechtelijke ver houdingen uit den ouden Tijd. Neem de Invoerrechten. Tegenwoordig zijn ze van een algemeen© karakter d i. Wie invoert uit Duitschland, Engeland, Amerika enz. betaalt volgens de Tarief wet een zeker percentage 5%, 10%, 25% van de waarde. Ieder die een Tariefwet bezit, kan al de artikelen daarin vinden, waarvan hij niet of waarvan hij wel betalen moet; er zijn vrije artikelen en weinig .beschermde" en »veel bescherm de" artikelenmaar hoe dit verder zij er wordt betaald door ieder die invoert. Maar in de ouden Tijd werden ze al leen geheven van hen, wier koopvaar dijschepen een oorlogsvloot bij zich had den. Om de kosten van die Oorlogsvloot te betalen, moesten de importeurs of invoerders een zekere Convooi ofBege- leidinsgeldbetalen. In de Gemeentefinan» tien vindt ge datzelfde Privaatrecht te rug in de Weegbrugbelasting, die alleen de Schippers betalen; in de straatbe lasting, die alleen door de Winkeliers betaald wordt, welke aan een Straat wonen met veel passage; in de Haven en aanleggelden die alleen een vaartuig betaalt voor aanleggen of de Boeren voor hun artikelen, die ze aan een kaai of dijk in 't schip laden in de Weegbrug voor de Handelaars; in do Waag voor de Slachters, In een stad is het moeilijker dan in een dorp om aan te wijzen wat de privaatrechtelijke verhoudingen zijn omdat in een stad er duizenden en dui zenden van profiteerenmaar in een dorp zijn die z,g. Retribution of persoon lijke terugbetalingen, voor door de Ge meente gemaakte onkosten, beter aan te wijzen. Retributien of terugbetalen doet de Schipper bij de Ophaalbrug doet de slachter bij de Waagdoet de Winkelier voor het onderhoud van de Hoofdstraat met haar rioleering, gaspij- pen enz. enz. en deze Retributien kunnen in een klein dorp gemakkelijk worden aangewezen, 't Zijn privaatrechtelijke betalingen; maar voor 't Openbaar Be lang en 't Openbaar Verkeer en de Ge meentelijke Welvaart nochtans onmis baar. We weten wel, dat er belastingkun- digen zijn, die de Retributien zetten on der de Publiekrechtelijke belastingen, en niet onder de Privaatrechtelijke er zijn er ook, die onderscheid maken tus- schen Retributien en Belasting; maar we laten die strijdvraag voor wat ze is, Vast staat in elk geval, als schip pers een brug betalen, en de slachters de waag; en de Boeren de weegbrug, er toch iets privaatrechtelijks in die be lasting in ligt, omdat juist zij persoon lijk en niet een ander 't grootste por tie betaalt aan wat zoo'n toestel heeft gekost. Nu is 't een fout van Jan Publiek om te zeer op die privaatrechtelijke verhoudingen te staren. Men rekent uit of de Gemeentebelasting wel in even redigheid is met hetgeen zij or persoonlijk voor genieten; en die opvatting is on juist, is onsociaal en getuigt van gebrek aan burgerzin. Te meer, omdat er nog andere omstandigheden zijn, die een belasting doen rijzen. Ook komt 'ther haaldelijk voor, dat men die en die te laag aangeslagen acht, en zich een oordeel aanmatigt over 't bezit van anderen, dat er soms niet is. Ook ver geet men, dat de Belastingheffer in de Gemeente in meer dan één opzicht maar Agent of Zetbaas is der Rijksregeering, Ook vergeet men, dat de Welvaart van een Gemeente, pas 10, 20, 30 jaren, na de eerste Verhooging van 't Biljet, door 't nageslacht gezien wordt, terwijl men er in 't Heden nog niets van op merkt. Ook vergeet men, dat de Ge meente belasting-wetgever is onderwor pen aan de Rijkswet, en dat deze meestal nog al royale- eischen stelt, terwijl een Gemeente 't wel met wat lagere eischen kon doen; denk om de Onderwijswet op kleine dorpen met hun prachtscbolen als paleizen en de Volkshuisvesting, waar 't wel wat een beetje minder royaal kan, niet omdat 't niet mooi is, maar omdat 't zoo enorm veel geld gaat kosten. Dit alles en nog meer is voldoende om aan te toonen, dat de critiek op een Belastingbiljet wel gemakkelijk is, maar „de kunst" is moeilijk om 't ieder naar den zin te maken onder zulke omstandigheden als we boven noemden. Men geniet, 't is waar, zelf niet, naar verhouding van wat zoo'n Gemeente kost. Men heeft vaak geen begrip ervan, hoe 't toch komt, dat een Begrooting zoo enorm hoog is. Men kijkt zich blind op de cijfers van zijn eigen Biljet;be oordeelt verkeerd dat van zijn buren let niet op de behoeften, die een toe komstige Welvaart schept en op de hooggaande eischen van Rijks- en Pro- Mftotei Restaurant DINERS ƒ1,en hooger. LOGIES MET ONTBIJT propriGtair R. C F. y. d. LEE-Iöom vincieregeeriug, die aan de Gemeenten maar lasten opleggen, èn commandeeren, dat 't zoo en zoo zou moetencomman deeren, dat die en die traktementen naar boven moetende Schoolgebouwen zoo en zoo moeten zijnde Armenzorg zoo en zoo moet geregeld wezen, waar dan nog bijkomt, dat een Gemeenteraad, die actief is, en vooruitziet, dingen tot stand brengt, waar een nageslacht pas de volle vruchten van kan plukken, b,v. een drooglegging, spoor- en tram- aanleg met alles wat erbij behoort. En bij verkiezingen komt do finan cieel© kwestie aan de orde f dan heeft 't stemhebbend publiek 't in zijn macht om zich te wreken, Maar arme Gemeen teraad, die daar voor opzij gaat! Wie alles bij 't Oude laten wil die die juist moot niet gekozen of herkozen wordendien schrilheid en beperkten blik moot gestraft worden door-s een niet herkiezing. Do Vooruitgang der Gemeente, huidige en toekomstige Welvaart mag alleen doel des Raads zijnen wanneer die in 't oog gehouden wordt, al kost 't dan ook meer geld dan vroeger, dan mag en moet zoo'n Raad om de kritiek niets geven en zijn zetels met plezier afstaan. De welvaart van een dorp, al komt ze pas in de Toekomst, blijft graadmeter yoor het inzicht van B. en W. en der Raadsleden. Schrielheid-en bekrompen heid, om er kiezers mee te houden en ze te lokken, is de ondergang van een Gemeente. IJEfl UITKIJK, tober 1918, 's middags nabij den Vroonweg, en, alsKabinet, kastje, stoelen, 2 haarden, 2 aardewerk, enz. Ten eer J. de Koekkoek te SLUYS. •ctober 1918 bij afslag, na afloop der verkoo ld. C. Bresijn in het delharnis. Het perceel ig gelegen en geschikt vterrein aan den Lange- t Oudeland te Middel- i nummer 3282, groot n. 3 roeden Voornsdie n combinatie. de Hoog Wel© 'b. Heer ïels te Antwerpen. REN. October 1918 bij afslag in het Hotel Meijer 1.30 hectare (11 gem. genaamd „van Hoften" den polder het Oude iharnis, in 3 perceelen anvaarden biootschoof m Mej» Wed. C. Bresijn !EN. Ictober 1918, des nam. sweg te Middelharnis aisMahoniehouten lachtkasijc, vee sen bed n, feauteuilles, canapé, istok, spiegels, fornuis- mohonlehouten secre- koop zal worden aan- den dag der-verkooping 10-12 uur. devr. de Wed. Lagestee. IEN. October 1918 bij afslag at aldaar, ten verzoeke Weerd te den Bommel, van 10 perceelen kost- d, gelegen in den polder den Tilschen dijk, te HA. vrij van huur te aan- van de betaling der 15 November 1918. rekgeld ad 1 °/0 te vol- na de toewijzing, breeder omschreven bij lke op aanvraag franco V. ber 1918, 's avonds 6'/a herberge van H. van keihuis, roet twee arbei- tuln, erf er, grond, te oek van den Ring en ind door P. Poortvliet roeke van den Heer P. SLUYS. ctober 1918 bij afslag, 6 uur ter herberge van 't Haringvliet, tem. 50 roeden (voorn- i genaamd de Weelpad older, gemeente Middel eden in 6 perceelen en 231 roeden Voorsl aan de Boomgaard- Nieuwe Stad, gemeente tt in 2 perceelen en com- otschoof 1918. ÏEN. Oct. 1918, 's voorm. op de gedempte Spui, lcpper), l'/i jarige hit, kkoeien, 20 loopvarkens, mestvaalt enz, Ten Luijendljk. SLUIjS. in datums in November it herberge van H. van ig en ter herberge van ttslag wegens blijvende ógenaar, den Heer C. J. ;a (voormalig Transvaal) elegden Boomgaard met te Melissant, in polder Seciie E nommers 342, 7, samen groot 8.15,30 oeden Voornsche Maat), nvaarden; in perceelen, is sa. De boomgaard is st met goudreinetten, ellefleurs. gen geven de Heer Mr. nd en Notaris VAN DER Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent bij vooruiibetailng. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 5.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS: SOMMELSDIJK. Telefoon Intercommunaal No. 202. ADVERTENTIËN 121/, Cent per regel, RECLAMES 25 Cent per regel. BOEKAANKONDIGING 5 Cent per regel. DÏÉNSTA AN VRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN 50 Cent per plaatsing. Groete letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan. Advertentiën werden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 UUR. e, eken van God I Je hebt ie halen God overal bij. ich overal mee bemoeit, zich op den Bijbel, waar uizes hoófds allen geteld mscbje valt zonder den :hen Vader. Maar dati3 Dat dient ter versiering, et dat niet zoo letterlijk el te verheven, om zich en te bemoeien. Als dat er op de aarde toch niet zijn, zouden er immers nken worden vernomen. :n alles zoo naïef, zoo ankeren liep naast haar, rekkend met zijn wandel waarvan zij sprak, be moeder. Eerbied had hij l1 ging hij volstrekt niet ar feiteiijk had hij zich andount gesteld. Dat van niet bekoren. Die was Verouderde ideeën 1 fatjes I Onze tijd vraagt 13 nu de strijd om het Al het andere raakt a Neen, dat was eenigszins mystiek aan- Gedempte Boerecsteiger 63A., 63B 12451 Direct nabij de Hoofdsteeg, Sfeo tier dam. f 1.25, f 1.50, en 1.75 Tel. no. 1532. Aanbevelend, Het door ieder aanbevales adres, V Naar den Vrede? Uit millioenen monden is in deze dagen het woord Vrede I met dubbel verlangen en wellicht onbeschaatnbare hoop uitgesproken. Hoeveel millioenen zijn er niet, die, als in gedachten, de Kerstmishymne van 't Vrede op Aarde! reeds naar waaiheid, naar secure werkelijkheid, als een feit dezer Tijdshistorie hooren zingen. Duitschland'trekt terug. Belg met Chinees en Amerikaan, Zwarten met Bruinen uit Azië er. Amerika ïaten hun lood zware hand. vallen op dien eertijds Onover winnelijke, wiens wapenfeiten vol roem der Entente 4 jaren lang hebben doen vreezen en sidderen, Duitschland trekt tern gwillens of onwillens vallen dagelijks legio gevange nen in handen van den tegenstanderin 't Duitsche Parlement is onrust; de democra tische gedachte wint veld en maakt zich baan, oude toestanden schijnen opgeruimd te wor den; kiesrecht en vredeseischen, oorlogs doeleinden en zeggenschap ia 't Regeeren zuilen w rden punten van algemeen overleg, waarbij 't Volk niet meer uit te schakelen is. In 't Duitsche Parlement is wrijving ont staan er zijn Volkseischen gesteld tot Mede bestuur en Volkswenschen geopenbaard in zake Militaire doelen, nationale en interna tionale vraagstukken. Bulgarije gaf zich over 't zakte ineen. Hongarije smeekt om een Vredesconferentie. Den T urk wordt 't benauwd om 't hart èn in Konstantinopel èn in Jerg- zaiem. De Vierbond schijnt 't op te geven en Duitschland maakt aanstalten om zijn Vrijen Rijn, slechts en dus zijn Binnenland te beveiligende rest, eerst overwonnen, zoo in Frankrijk als in Belgie, schijnt hij los te laten, 't Kan niet anders of dit los laten moet den Vrede bevorderen. Zal hij komen Spoedig kothen Met Kerstmis er zijn Emopa zucht en kermt van den honger. Den invloed, steeds was sende, van den Amerikaan en z^n dollar, wordt smadelijk gevoeld door Frankrijk en Engeland, en men wilde toch zoo graag zichzelve weer zijn, ontdaan van dien v/or- genden band, die 't Overzeesche Land ge trokken heeft Otm 't op zijn Vrijheid zoo pratte Frankrijk om 't op zijn Zeehandel zoo trotsche Engeland. Ze voelen den worg- band, die zoo pijnt. Zou er vrede komen Spoedig O, ware 't zooEn geve de Aller hoogste in Zij" genade Ons Vaderland de vreugd om met Kerstmis den vredejubel te hooren mogen ruischen in Gezin en Kerken. 'n Tragi°che figuur: keizer Wilhelm II! Vóór den oorlog de machtigste soeverein van Europa; thans in de neteligste positie, die men bedenken kan, een wereld van vijanden rondom zich en een politiek ver deeld volk achter zich. Iemand, omtrent wien men niet onver schillig blijven kan, omdat hij is een karak ter, een persoonlijkheidiemand die historie maaktof onder de puinhoopen van zqn eigen maaksel bedolven raakt. jVien eert, óf'haat hem. Onbeteugeld is die haat opgelaaid bij de volken der. Entente. Och, het is zoo begrijpelijk! Het volk kent geen abstracties. 't Heeft geleerd, dat al de ellende, die thans over de wereld is uitgestort, Duitsch- iand's schuld is, en meer met name veroor zaakt wordt door het Duitsche militairisme, dat steunt op de Duitsche autocratie. Maar ach I dèt zijn begrippen. Die ban het volk slechts zeer gebrekkig omschrijven; het wil ze belichaamd zien in vleesch en blord, en dhar.voor had het den Keizer noodig; Was hij niet de .Opperste krijgsheer" En was hij niet de autocraat der autocra ten, hij met zijn altijd weer vooropgescho- ven „goddelijk recht" der koningen, met zijn keizerschap „bij de gratie Gods", met zijn regeerman Ier niet in „gemeen overleg" met „Huis" of „Rijksda'g", doch naar zijn vorste lijk welbehagen Zóó ziet hem '.t Entente-volk. En het spuwt hem zijn hoon en zijn haat in 't aangezicht; het verbrandt zijn beelte nis; het brult van woede als zijn naam wordt genoemd en het meent, dat Europa van den baarlijken duivel zal zijn verlost, als het huis Hohenzollern en daarmee keizer Wilhelm zal zijd ten val gebracht. Hij, met ::1 den nasleep, die hij om en achter zich heeft, staat den wereldvrede in den weg De pest der wereld is hij. En millioenen bij millioenen, in vijfwe- relddeelen, laten parelend de champagne schuimen in de vorstelijke feestzaal, of hef fen 't glas brandy hoog bij 't zinken buffet in bar of Jrroeg en drinken op den aanstaan den val van keizer Wilhelm den Bloedige. Nogeenseen tragische fi *uur Van hèm is het woord, in 't begin dezer eeuw gesproken: „Als de vrede van Europa in mijn handen rustte en in de mijne alléén, zou hij nóóit gebroken worden Is „Hoort den huichelaar I* joelt het volk, dat thans zijn scalp wil. Och, iaat dat volk schreeuwen Da „massa" is nóg dia ze ia alle "eeuwen en in alte landen was en isdie ze ook te onzent was, toen ze in de eene eeuw de gebroedei-3 De Witt vermoordde en in de andere Willem V een Naro schold, die naar 't schavot behoorde te worden gebracht. Ais Wilhelm II oorlog had willen zoeken en zich lucht verschaffen, dèa heeft hij in zijn bijna 30 jarige regeering meer dan ééa gunstige gelegenheid ongebruikt laten voor bijgaan. Toen Engeland in Zuid Afrika vast zat. Toen Rusland met Japan in ooriog lag I Maar hij verroerde zich niet Integendeel, voor züa grootmoeder liet hij een plan ontwerpen, óm generaal Cronjé te omsingelen en te verslaan en aan Rusiand beloofde hij op zijn keizerlijk eer^woord, dat het met volkomen gerustheid zijn laatsten man tegen de Japanners in Montsjoerije af zenden kon. Maarwerpt men tegen Hij begon dan toch in 1914! Och I arme, zijt ge dan vergeten, hoe de vroegere Russische minister van Oorlog in dat beruchte proces verleden jaar ronduit verklaarde: „Ik loog den tsaar vóór?" Roe hij het was, die tegen den wil van zijn meester in, de mobilisatie van het Russische leger beval en daardoor maakte, dat Wilhelm II wei oorlog verklaren móést? Doch laten we daarvan zwijgen. De historie zal eenmaal oordeelen Letten we op „de tragische figuur". Hoe komt het toch, dat keizer Wiihelm tenslotte vereenzaamd, als eenmaal Saul op Gilboa, op 't Europeesche slagveld dreigt over te blijven, aan alle kanten door vijan den besprongen De vraag eischt een studie. Slechts iets kunnen we aanstippen. Letten we eerst op de oorzaken buiten hem, buiten zijn rijk en bulten zijn politiek. Vooreerst is dan, sinds den aanvang dezer eeuw, de Engelsche diplomatie de zijne on- wedersprekelijk de baas geweest. Koning Edward was zijn meerdere. Waarmee allerminst is gezegd, datdever- maakzieke, losbandige Engelsche koning ook werkelijk hooger stond dan zijn keizerlijke neef Maar Edward kende zijn wereld. Eu zijn omsingelings- en vereenzamings- politlek is 't geweest, die thans haar triomf vierde in de wereld-coalitie tegen het Duit sche Rijk. Hier komt dan bij de Bismarckiaansche erfenis, die Wilhelm II In de wieg reeds meekreeg denk aan Elzas-Lotharingen gevoegd bij 't verlaten van den beproefden weg, door Bismarek noodzakelijk gekeurd voor het Duitsche Rijk; vrede en vriendschap met Rusiand. Maar zie dan ook den keizer zeif. Als de incarnatie van een stelsel. Denk aan zijn woordWie mij tegenstaat dien verpletter ikl en aan zijn daad vau de „gepantserde vuist". Alle volken hebben hun afgoden. Het Duitsche volk aanbad de macht. O, ik neem grif aan, dat de Keizer nooit eenige begeerte heeft gehad, dan die macht te gebruiken iti den dienst van het recht, maar een afgod blijft een gruwel ia Gods oogesi, al zou men ook de opbrengst van het altaar gebruiken om de gaven van Gods profeten te bouwen I En nu wordt die afgod neergeworpen. Mochten keizer en volk zich verootmoedi gen onder de slaande hand Gods -Zeker, dat moeten alle grooten en alia volken. Miar van den keizer is het bekend, dat hij in zijn publieke woord, zoowel als in zijn private leven den hoogen God eere geeft; dat h(j dien God aanroept in zijn gebeddat van hem zijn verwachting is. Daarom is hij ons lief. Daarom werpen wij hem niet in het on geluk na met modder en slijk. Wie werkelijk op den Heere vertrouwt, zal nooit beschïamd uitkomen. Al moet het ook door het dal der diepste verootmoediging en der ergste vernedering heen UITKIJK. LI. Amine Zoo getrouw mogelijk ga ik je eeu gesprek weergeven, dat ik onlangs met een reiziger had In zekere plaats stapten vier reizigers uit de 2e klas coupé, zoodat ik even alleen overbleef. Echter spoedig kwam een heer, beleefd groetend binnen. De treia liefst nog al een sneltrein vertrok en we zaten met z'n beiden ongeloofelljk in dezen tijd, waar maar al te vaak de looppaden vol staan. In het begin werd geen woord gewisseld. Ik staarde naar buiten. Lust om te lezen had ik op dat moment niet. Mijn medereiziger haalt uit zijn binnenzak een in de lengte opgevouwen „Standaard" en leest enkele driestarren. Dan laat hij zijn oog vlug over Buitenland glijden, doorloopt haastig Binnen land, verwijlt iets langer bij Kerk- en School- nteuws en vouwt het blad weer op met op het gelaat een eenigszins ontevreden trek. Hoe ik er toe kwam weet ik nog niet, maar ik haal mijn sigaar uit den mond en zeg: „Er staat niet veel nieuws in, geloof ik." Eenigszins verwonderd kijkt hij me aan. Maar dan ga ik verder: „U kunt gerust spre ken, ik ben ook anti-revolultionair." „Hoe weet u," vraagt hij, „dat ik anti revolutionair ben „Dat voel ik," geef Ik ten antwoord, „en ik voel nog meeru is over den Inhoud

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1918 | | pagina 1