Zaterdag 5 October 3918.
3»38le Jaargang N*. 2430,
voor de Znidhollandüche en Zeeuwsclte Eilanden.
Eerste Blad.
Antirevolutionair
IN HOC SIGNO VïNCES
PINGEN.
Gelastingcritiek door
Jan Publiek.
„HET GOUDEN HEET",
Brieven oft ligt Gsntrum.
W. BOEKHOVEN Zonen,
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Idvertenllëa ess 'verdere Administratie Ijsbc® toe te zenden aan de fiitgevers
(Wordt vervolgd.)
De Staats- en Gemeente finantien
stoelen op een zeilden wortel. Br is
vierderlei belasting en er kan niet meer
dan vierderlei zijn, jmog voor den Staat,
ijijg voor de Gemeente. Er is productie
"lan allerlei artikelen; en de eerstebe-
w lasting is dus productiebelasting of
Grondbelasting; er is distributie dier
artikelen of m. a w. de artikelen wor
den verhandeld en de tweede belasting
is dus de Verkeersbelastinger is winst
te maken op de artikelen en de derde
belasting is dus de Inkomstenbelasting
van die winst eet en drinkt en kleedt
men zich en de vierde belasting is dus
de Verteringsbelasting. Andere eco
nomische toestanden zijn er niet
dan Produceeren, Verhandelen, Winst
maken en Verteren. En zoowel Staat
als Gemeente vormen dan ook hun
Begrooting, in zake de Inkomsten, uit
Grondbelasting of opcenten er op; op
Bedrijf en Bedrijfshulpmiddelen als
Havens, Dokken, Waag, Weegbruggen
enz, op Hoofd. Omslag; op 'tPersoneel
of opcenten er op.
Die belastingen hebben alle een pu
bliekrechtelijk karakterd i. men heeft
ze, omdat ze niet voor deze of gene,
maar omdat ze voor de Gemeente als
zoodanig noodzakelijk en goed zijn. En
vandaar dan ook, dat bij alle belastin
gen maet voorzitten èn 't beginsel van
't Openbaar Belang, maar ook 't be
ginsel van 't Betalen naar Draagkracht.
Afgedacht of een Rijke vooTdeel heeft
van een Nieuwen Straataanleg of van
't slaan van een nieuwe Brug, hij moet
er in zien een Openbaar Belang en hij
moet 't ook kunnen velen zonder ge
mor, dat zijn aanslagbiljet hooger wóidt,
In elk finantie wezen zijn nog over
blijfselen van de privaatrechtelijke ver
houdingen uit den ouden Tijd. Neem de
Invoerrechten. Tegenwoordig zijn ze van
een algemeen© karakter d i. Wie invoert
uit Duitschland, Engeland, Amerika enz.
betaalt volgens de Tarief wet een zeker
percentage 5%, 10%, 25% van de
waarde. Ieder die een Tariefwet bezit,
kan al de artikelen daarin vinden,
waarvan hij niet of waarvan hij wel
betalen moet; er zijn vrije artikelen en
weinig .beschermde" en »veel bescherm
de" artikelenmaar hoe dit verder zij
er wordt betaald door ieder die invoert.
Maar in de ouden Tijd werden ze al
leen geheven van hen, wier koopvaar
dijschepen een oorlogsvloot bij zich had
den. Om de kosten van die Oorlogsvloot
te betalen, moesten de importeurs of
invoerders een zekere Convooi ofBege-
leidinsgeldbetalen. In de Gemeentefinan»
tien vindt ge datzelfde Privaatrecht te
rug in de Weegbrugbelasting, die alleen
de Schippers betalen; in de straatbe
lasting, die alleen door de Winkeliers
betaald wordt, welke aan een Straat
wonen met veel passage; in de Haven
en aanleggelden die alleen een vaartuig
betaalt voor aanleggen of de Boeren voor
hun artikelen, die ze aan een kaai of dijk
in 't schip laden in de Weegbrug voor
de Handelaars; in do Waag voor de
Slachters, In een stad is het moeilijker
dan in een dorp om aan te wijzen wat
de privaatrechtelijke verhoudingen zijn
omdat in een stad er duizenden en dui
zenden van profiteerenmaar in een dorp
zijn die z,g. Retribution of persoon
lijke terugbetalingen, voor door de Ge
meente gemaakte onkosten, beter aan
te wijzen. Retributien of terugbetalen
doet de Schipper bij de Ophaalbrug
doet de slachter bij de Waagdoet de
Winkelier voor het onderhoud van de
Hoofdstraat met haar rioleering, gaspij-
pen enz. enz. en deze Retributien kunnen
in een klein dorp gemakkelijk worden
aangewezen, 't Zijn privaatrechtelijke
betalingen; maar voor 't Openbaar Be
lang en 't Openbaar Verkeer en de Ge
meentelijke Welvaart nochtans onmis
baar. We weten wel, dat er belastingkun-
digen zijn, die de Retributien zetten on
der de Publiekrechtelijke belastingen,
en niet onder de Privaatrechtelijke er
zijn er ook, die onderscheid maken tus-
schen Retributien en Belasting; maar
we laten die strijdvraag voor wat ze
is, Vast staat in elk geval, als schip
pers een brug betalen, en de slachters
de waag; en de Boeren de weegbrug,
er toch iets privaatrechtelijks in die be
lasting in ligt, omdat juist zij persoon
lijk en niet een ander 't grootste por
tie betaalt aan wat zoo'n toestel heeft
gekost.
Nu is 't een fout van Jan Publiek
om te zeer op die privaatrechtelijke
verhoudingen te staren. Men rekent uit
of de Gemeentebelasting wel in even
redigheid is met hetgeen zij or persoonlijk
voor genieten; en die opvatting is on
juist, is onsociaal en getuigt van gebrek
aan burgerzin. Te meer, omdat er nog
andere omstandigheden zijn, die een
belasting doen rijzen. Ook komt 'ther
haaldelijk voor, dat men die en die te
laag aangeslagen acht, en zich een
oordeel aanmatigt over 't bezit van
anderen, dat er soms niet is. Ook ver
geet men, dat de Belastingheffer in de
Gemeente in meer dan één opzicht maar
Agent of Zetbaas is der Rijksregeering,
Ook vergeet men, dat de Welvaart van
een Gemeente, pas 10, 20, 30 jaren,
na de eerste Verhooging van 't Biljet,
door 't nageslacht gezien wordt, terwijl
men er in 't Heden nog niets van op
merkt. Ook vergeet men, dat de Ge
meente belasting-wetgever is onderwor
pen aan de Rijkswet, en dat deze meestal
nog al royale- eischen stelt, terwijl een
Gemeente 't wel met wat lagere eischen
kon doen; denk om de Onderwijswet
op kleine dorpen met hun prachtscbolen
als paleizen en de Volkshuisvesting,
waar 't wel wat een beetje minder
royaal kan, niet omdat 't niet mooi is,
maar omdat 't zoo enorm veel geld gaat
kosten.
Dit alles en nog meer is voldoende
om aan te toonen, dat de critiek op
een Belastingbiljet wel gemakkelijk is,
maar „de kunst" is moeilijk om 't ieder
naar den zin te maken onder zulke
omstandigheden als we boven noemden.
Men geniet, 't is waar, zelf niet, naar
verhouding van wat zoo'n Gemeente
kost. Men heeft vaak geen begrip ervan,
hoe 't toch komt, dat een Begrooting
zoo enorm hoog is. Men kijkt zich blind
op de cijfers van zijn eigen Biljet;be
oordeelt verkeerd dat van zijn buren
let niet op de behoeften, die een toe
komstige Welvaart schept en op de
hooggaande eischen van Rijks- en Pro-
Mftotei Restaurant
DINERS ƒ1,en hooger.
LOGIES MET ONTBIJT
propriGtair R. C F. y. d. LEE-Iöom
vincieregeeriug, die aan de Gemeenten
maar lasten opleggen, èn commandeeren,
dat 't zoo en zoo zou moetencomman
deeren, dat die en die traktementen
naar boven moetende Schoolgebouwen
zoo en zoo moeten zijnde Armenzorg
zoo en zoo moet geregeld wezen, waar
dan nog bijkomt, dat een Gemeenteraad,
die actief is, en vooruitziet, dingen tot
stand brengt, waar een nageslacht pas
de volle vruchten van kan plukken,
b,v. een drooglegging, spoor- en tram-
aanleg met alles wat erbij behoort.
En bij verkiezingen komt do finan
cieel© kwestie aan de orde f dan heeft
't stemhebbend publiek 't in zijn macht
om zich te wreken, Maar arme Gemeen
teraad, die daar voor opzij gaat! Wie
alles bij 't Oude laten wil die
die juist moot niet gekozen of
herkozen wordendien schrilheid en
beperkten blik moot gestraft worden
door-s een niet herkiezing. Do
Vooruitgang der Gemeente, huidige en
toekomstige Welvaart mag alleen doel
des Raads zijnen wanneer die in 't
oog gehouden wordt, al kost 't dan
ook meer geld dan vroeger, dan mag
en moet zoo'n Raad om de kritiek niets
geven en zijn zetels met plezier afstaan.
De welvaart van een dorp, al komt ze
pas in de Toekomst, blijft graadmeter
yoor het inzicht van B. en W. en der
Raadsleden. Schrielheid-en bekrompen
heid, om er kiezers mee te houden en
ze te lokken, is de ondergang van een
Gemeente.
IJEfl UITKIJK,
tober 1918, 's middags
nabij den Vroonweg,
en, alsKabinet, kastje,
stoelen, 2 haarden, 2
aardewerk, enz. Ten
eer J. de Koekkoek te
SLUYS.
•ctober 1918 bij afslag,
na afloop der verkoo
ld. C. Bresijn in het
delharnis. Het perceel
ig gelegen en geschikt
vterrein aan den Lange-
t Oudeland te Middel-
i nummer 3282, groot
n. 3 roeden Voornsdie
n combinatie.
de Hoog Wel© 'b. Heer
ïels te Antwerpen.
REN.
October 1918 bij afslag
in het Hotel Meijer
1.30 hectare (11 gem.
genaamd „van Hoften"
den polder het Oude
iharnis, in 3 perceelen
anvaarden biootschoof
m Mej» Wed. C. Bresijn
!EN.
Ictober 1918, des nam.
sweg te Middelharnis
aisMahoniehouten
lachtkasijc, vee sen bed
n, feauteuilles, canapé,
istok, spiegels, fornuis-
mohonlehouten secre-
koop zal worden aan-
den dag der-verkooping
10-12 uur.
devr. de Wed. Lagestee.
IEN.
October 1918 bij afslag
at aldaar, ten verzoeke
Weerd te den Bommel,
van 10 perceelen kost-
d, gelegen in den polder
den Tilschen dijk, te
HA.
vrij van huur te aan-
van de betaling der
15 November 1918.
rekgeld ad 1 °/0 te vol-
na de toewijzing,
breeder omschreven bij
lke op aanvraag franco
V.
ber 1918, 's avonds 6'/a
herberge van H. van
keihuis, roet twee arbei-
tuln, erf er, grond, te
oek van den Ring en
ind door P. Poortvliet
roeke van den Heer P.
SLUYS.
ctober 1918 bij afslag,
6 uur ter herberge van
't Haringvliet,
tem. 50 roeden (voorn-
i genaamd de Weelpad
older, gemeente Middel
eden in 6 perceelen en
231 roeden Voorsl
aan de Boomgaard-
Nieuwe Stad, gemeente
tt in 2 perceelen en com-
otschoof 1918.
ÏEN.
Oct. 1918, 's voorm.
op de gedempte Spui,
lcpper), l'/i jarige hit,
kkoeien, 20 loopvarkens,
mestvaalt enz, Ten
Luijendljk.
SLUIjS.
in datums in November
it herberge van H. van
ig en ter herberge van
ttslag wegens blijvende
ógenaar, den Heer C. J.
;a (voormalig Transvaal)
elegden Boomgaard met
te Melissant, in polder
Seciie E nommers 342,
7, samen groot 8.15,30
oeden Voornsche Maat),
nvaarden; in perceelen,
is sa. De boomgaard is
st met goudreinetten,
ellefleurs.
gen geven de Heer Mr.
nd en Notaris VAN DER
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent bij vooruiibetailng.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 5.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS:
SOMMELSDIJK.
Telefoon Intercommunaal No. 202.
ADVERTENTIËN 121/, Cent per regel, RECLAMES 25 Cent per regel.
BOEKAANKONDIGING 5 Cent per regel.
DÏÉNSTA AN VRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN 50 Cent per plaatsing.
Groete letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën werden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 UUR.
e,
eken van God I Je hebt
ie halen God overal bij.
ich overal mee bemoeit,
zich op den Bijbel, waar
uizes hoófds allen geteld
mscbje valt zonder den
:hen Vader. Maar dati3
Dat dient ter versiering,
et dat niet zoo letterlijk
el te verheven, om zich
en te bemoeien. Als dat
er op de aarde toch niet
zijn, zouden er immers
nken worden vernomen.
:n alles zoo naïef, zoo
ankeren liep naast haar,
rekkend met zijn wandel
waarvan zij sprak, be
moeder. Eerbied had hij
l1 ging hij volstrekt niet
ar feiteiijk had hij zich
andount gesteld. Dat van
niet bekoren. Die was
Verouderde ideeën 1
fatjes I Onze tijd vraagt
13 nu de strijd om het
Al het andere raakt
a Neen, dat was
eenigszins mystiek aan-
Gedempte Boerecsteiger 63A., 63B
12451 Direct nabij de Hoofdsteeg,
Sfeo tier dam.
f 1.25, f 1.50, en 1.75
Tel. no. 1532. Aanbevelend,
Het door ieder aanbevales adres,
V Naar den Vrede?
Uit millioenen monden is in deze dagen
het woord Vrede I met dubbel verlangen en
wellicht onbeschaatnbare hoop uitgesproken.
Hoeveel millioenen zijn er niet, die, als in
gedachten, de Kerstmishymne van 't Vrede
op Aarde! reeds naar waaiheid, naar secure
werkelijkheid, als een feit dezer Tijdshistorie
hooren zingen. Duitschland'trekt terug. Belg
met Chinees en Amerikaan, Zwarten met
Bruinen uit Azië er. Amerika ïaten hun lood
zware hand. vallen op dien eertijds Onover
winnelijke, wiens wapenfeiten vol roem der
Entente 4 jaren lang hebben doen vreezen
en sidderen, Duitschland trekt tern gwillens
of onwillens vallen dagelijks legio gevange
nen in handen van den tegenstanderin 't
Duitsche Parlement is onrust; de democra
tische gedachte wint veld en maakt zich baan,
oude toestanden schijnen opgeruimd te wor
den; kiesrecht en vredeseischen, oorlogs
doeleinden en zeggenschap ia 't Regeeren
zuilen w rden punten van algemeen overleg,
waarbij 't Volk niet meer uit te schakelen
is. In 't Duitsche Parlement is wrijving ont
staan er zijn Volkseischen gesteld tot Mede
bestuur en Volkswenschen geopenbaard in
zake Militaire doelen, nationale en interna
tionale vraagstukken. Bulgarije gaf zich over
't zakte ineen. Hongarije smeekt om een
Vredesconferentie. Den T urk wordt 't benauwd
om 't hart èn in Konstantinopel èn in Jerg-
zaiem. De Vierbond schijnt 't op te geven
en Duitschland maakt aanstalten om zijn
Vrijen Rijn, slechts en dus zijn Binnenland
te beveiligende rest, eerst overwonnen,
zoo in Frankrijk als in Belgie, schijnt hij
los te laten, 't Kan niet anders of dit los
laten moet den Vrede bevorderen.
Zal hij komen Spoedig kothen Met
Kerstmis er zijn Emopa zucht en kermt
van den honger. Den invloed, steeds was
sende, van den Amerikaan en z^n dollar,
wordt smadelijk gevoeld door Frankrijk en
Engeland, en men wilde toch zoo graag
zichzelve weer zijn, ontdaan van dien v/or-
genden band, die 't Overzeesche Land ge
trokken heeft Otm 't op zijn Vrijheid zoo
pratte Frankrijk om 't op zijn Zeehandel
zoo trotsche Engeland. Ze voelen den worg-
band, die zoo pijnt. Zou er vrede komen
Spoedig O, ware 't zooEn geve de Aller
hoogste in Zij" genade Ons Vaderland de
vreugd om met Kerstmis den vredejubel te
hooren mogen ruischen in Gezin en Kerken.
'n Tragi°che figuur: keizer Wilhelm II!
Vóór den oorlog de machtigste soeverein
van Europa; thans in de neteligste positie,
die men bedenken kan, een wereld van
vijanden rondom zich en een politiek ver
deeld volk achter zich.
Iemand, omtrent wien men niet onver
schillig blijven kan, omdat hij is een karak
ter, een persoonlijkheidiemand die historie
maaktof onder de puinhoopen van zqn
eigen maaksel bedolven raakt.
jVien eert, óf'haat hem.
Onbeteugeld is die haat opgelaaid bij de
volken der. Entente.
Och, het is zoo begrijpelijk!
Het volk kent geen abstracties.
't Heeft geleerd, dat al de ellende, die
thans over de wereld is uitgestort, Duitsch-
iand's schuld is, en meer met name veroor
zaakt wordt door het Duitsche militairisme,
dat steunt op de Duitsche autocratie.
Maar ach I dèt zijn begrippen.
Die ban het volk slechts zeer gebrekkig
omschrijven; het wil ze belichaamd zien in
vleesch en blord, en dhar.voor had het
den Keizer noodig;
Was hij niet de .Opperste krijgsheer"
En was hij niet de autocraat der autocra
ten, hij met zijn altijd weer vooropgescho-
ven „goddelijk recht" der koningen, met zijn
keizerschap „bij de gratie Gods", met zijn
regeerman Ier niet in „gemeen overleg" met
„Huis" of „Rijksda'g", doch naar zijn vorste
lijk welbehagen
Zóó ziet hem '.t Entente-volk.
En het spuwt hem zijn hoon en zijn haat
in 't aangezicht; het verbrandt zijn beelte
nis; het brult van woede als zijn naam
wordt genoemd en het meent, dat Europa
van den baarlijken duivel zal zijn verlost,
als het huis Hohenzollern en daarmee keizer
Wilhelm zal zijd ten val gebracht.
Hij, met ::1 den nasleep, die hij om en
achter zich heeft, staat den wereldvrede in
den weg
De pest der wereld is hij.
En millioenen bij millioenen, in vijfwe-
relddeelen, laten parelend de champagne
schuimen in de vorstelijke feestzaal, of hef
fen 't glas brandy hoog bij 't zinken buffet
in bar of Jrroeg en drinken op den aanstaan
den val van keizer Wilhelm den Bloedige.
Nogeenseen tragische fi *uur
Van hèm is het woord, in 't begin dezer
eeuw gesproken: „Als de vrede van Europa
in mijn handen rustte en in de mijne alléén,
zou hij nóóit gebroken worden Is
„Hoort den huichelaar I* joelt het volk, dat
thans zijn scalp wil.
Och, iaat dat volk schreeuwen
Da „massa" is nóg dia ze ia alle "eeuwen
en in alte landen was en isdie ze ook te
onzent was, toen ze in de eene eeuw de
gebroedei-3 De Witt vermoordde en in de
andere Willem V een Naro schold, die naar
't schavot behoorde te worden gebracht.
Ais Wilhelm II oorlog had willen zoeken
en zich lucht verschaffen, dèa heeft hij in
zijn bijna 30 jarige regeering meer dan ééa
gunstige gelegenheid ongebruikt laten voor
bijgaan.
Toen Engeland in Zuid Afrika vast zat.
Toen Rusland met Japan in ooriog lag I
Maar hij verroerde zich niet
Integendeel, voor züa grootmoeder liet
hij een plan ontwerpen, óm generaal Cronjé
te omsingelen en te verslaan en aan Rusiand
beloofde hij op zijn keizerlijk eer^woord, dat
het met volkomen gerustheid zijn laatsten
man tegen de Japanners in Montsjoerije af
zenden kon.
Maarwerpt men tegen
Hij begon dan toch in 1914!
Och I arme, zijt ge dan vergeten, hoe
de vroegere Russische minister van Oorlog
in dat beruchte proces verleden jaar ronduit
verklaarde: „Ik loog den tsaar vóór?" Roe
hij het was, die tegen den wil van zijn
meester in, de mobilisatie van het Russische
leger beval en daardoor maakte, dat Wilhelm
II wei oorlog verklaren móést?
Doch laten we daarvan zwijgen.
De historie zal eenmaal oordeelen
Letten we op „de tragische figuur".
Hoe komt het toch, dat keizer Wiihelm
tenslotte vereenzaamd, als eenmaal Saul op
Gilboa, op 't Europeesche slagveld dreigt
over te blijven, aan alle kanten door vijan
den besprongen
De vraag eischt een studie.
Slechts iets kunnen we aanstippen.
Letten we eerst op de oorzaken buiten
hem, buiten zijn rijk en bulten zijn politiek.
Vooreerst is dan, sinds den aanvang dezer
eeuw, de Engelsche diplomatie de zijne on-
wedersprekelijk de baas geweest.
Koning Edward was zijn meerdere.
Waarmee allerminst is gezegd, datdever-
maakzieke, losbandige Engelsche koning ook
werkelijk hooger stond dan zijn keizerlijke
neef
Maar Edward kende zijn wereld.
Eu zijn omsingelings- en vereenzamings-
politlek is 't geweest, die thans haar triomf
vierde in de wereld-coalitie tegen het Duit
sche Rijk.
Hier komt dan bij de Bismarckiaansche
erfenis, die Wilhelm II In de wieg reeds
meekreeg denk aan Elzas-Lotharingen
gevoegd bij 't verlaten van den beproefden
weg, door Bismarek noodzakelijk gekeurd
voor het Duitsche Rijk; vrede en vriendschap
met Rusiand.
Maar zie dan ook den keizer zeif.
Als de incarnatie van een stelsel.
Denk aan zijn woordWie mij tegenstaat
dien verpletter ikl en aan zijn daad vau de
„gepantserde vuist".
Alle volken hebben hun afgoden.
Het Duitsche volk aanbad de macht.
O, ik neem grif aan, dat de Keizer nooit
eenige begeerte heeft gehad, dan die macht
te gebruiken iti den dienst van het recht,
maar een afgod blijft een gruwel ia Gods
oogesi, al zou men ook de opbrengst van
het altaar gebruiken om de gaven van Gods
profeten te bouwen I
En nu wordt die afgod neergeworpen.
Mochten keizer en volk zich verootmoedi
gen onder de slaande hand Gods
-Zeker, dat moeten alle grooten en alia
volken.
Miar van den keizer is het bekend, dat
hij in zijn publieke woord, zoowel als in
zijn private leven den hoogen God eere
geeft; dat h(j dien God aanroept in zijn
gebeddat van hem zijn verwachting is.
Daarom is hij ons lief.
Daarom werpen wij hem niet in het on
geluk na met modder en slijk.
Wie werkelijk op den Heere vertrouwt, zal
nooit beschïamd uitkomen. Al moet het ook
door het dal der diepste verootmoediging en
der ergste vernedering heen
UITKIJK.
LI.
Amine
Zoo getrouw mogelijk ga ik je eeu gesprek
weergeven, dat ik onlangs met een reiziger
had In zekere plaats stapten vier reizigers
uit de 2e klas coupé, zoodat ik even alleen
overbleef. Echter spoedig kwam een heer,
beleefd groetend binnen. De treia liefst
nog al een sneltrein vertrok en we zaten
met z'n beiden ongeloofelljk in dezen tijd,
waar maar al te vaak de looppaden vol staan.
In het begin werd geen woord gewisseld.
Ik staarde naar buiten. Lust om te lezen had
ik op dat moment niet. Mijn medereiziger
haalt uit zijn binnenzak een in de lengte
opgevouwen „Standaard" en leest enkele
driestarren. Dan laat hij zijn oog vlug over
Buitenland glijden, doorloopt haastig Binnen
land, verwijlt iets langer bij Kerk- en School-
nteuws en vouwt het blad weer op met op
het gelaat een eenigszins ontevreden trek.
Hoe ik er toe kwam weet ik nog niet,
maar ik haal mijn sigaar uit den mond en
zeg: „Er staat niet veel nieuws in, geloof
ik." Eenigszins verwonderd kijkt hij me aan.
Maar dan ga ik verder: „U kunt gerust spre
ken, ik ben ook anti-revolultionair." „Hoe
weet u," vraagt hij, „dat ik anti revolutionair
ben „Dat voel ik," geef Ik ten antwoord,
„en ik voel nog meeru is over den Inhoud