ES. K.EN, «g. Woensdag 25 September 1018 33ste Jaargang N#. 2427. toof de KuidhoIIandselie en Keenwiche Eilanden. island .DEN. briek iter ater ddel 81e Ömrtof* 1 Antirevolutionair Orgaan >.r IN HOG SIGNO VINCES Rotterdam DERSTIM „DE DUIF' li]. R.V.S. "Jut nsplaat. LAND- EN TUINBOUW. UIT DE PERS. BINNENLAND. BUITENLAND. I W. BOEKHOVEN Zonen, %tïe «tuitnen «ie s&edacste tsesiesssxa Advertenties? verdere Adii»Iiitsfir®tSe firasucd t©e te lenden aan die Uitgeven. BOTTERDAM TO, Tel. 5121 Tollenstr. 50 'el. Int. No. 21. chtiging de ons BAKE- plekken) oi en. ïouwerij efooo No. 1948. Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 5.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS: SOMMELSDIJK. Telefoon Intercommunaal No. 202. ADVERTENTIËN 12"/, Cent per regel, RECLAMES 25 Cent per regel. BOEKAANKONDIGING 5 cent per regel. DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN 50 Cent per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zg beslaan. Advertentlën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 UUR. naar het ADRES en naam, doch wat daar IND kan er koopen !t)k 359. ïocht boeken van ren genoemd adres, M0. en der Ned. erenbedrflf, handel 30ES, en In Zaal- v x rraad Rioolbuizen, en van Regen- en aad Dakpannen, in Vloer- en Wand- inde mnren, plafon Efiisiers aan brengt. sliitis, en. Nieuwe wegen na den oorlog. Het zal er na den oorlog anders uit gaan zien dan nu. Is dit een voorspelling van profeten, die brood eten of is de huidige toe stand reeds profetie van wat te komen staat. Welnu dan; de Engelsche arbeiders hebben eenparig gezworen, dat ze de fabrieken en mijnen niet meer zullen ingaan zonder ont vangen medezeggenschap over die fabrieken. Welnu dande Nederlandsche arbeiders, door de Regeering opgeroepen in distributiecom missies; opgeroepen uit allerlei coöperaties om adviseerend en helpend op te treden; opgeroepen uit vakbonden en vakorganisaties: ze kunnen niet meer teruggeduwd worden naar eenvoudiger werkkring In Duitsch'and, waar de werkers en werksters uit de arbei- j'C-' derswereld den Keizer van steenkool en am munitie^ voorzien om den oorlog reeds yier jaar vol te houdenze kunnen niet meer ter zijde worden gesteld bij de regeling van 't arbeids- en fabrieksleven; ze hebben veel gepresteerd in den ooi log; ze zullen ook hun nieuwe jrgchten elschen na den oorlog. En in Amerika zijn reeds aan de arbeiders be loften gegeven van invloed op fabrieken en werkplaatsen in publieken en particulieren dienst. De arbeid heeft veel gepresteerd in deze bange jaren en hij zal vragen om meer loon, meer Invloed, meer zeggingschap op allerlei gebied. De nieuwe arbeidscontracten, die na den oorlog zullen worden afgesloten met de werkgevers zullen er anders uitzien da» nu aan 't kapitaal zullen tischen gesteld worden, die we nu wel eens hooren bespreken op vergaderingen, maar die dan werkelijkheid 'zullen zijn. Of daaruit dan niet zware strijd kan geboren worden tusschen kapitaal en arbeid? Gewis. Alle voorteekenen zijn er. De toebereidselen zijn er zelfs in Nederland in den Economlschen Bond. De aanleidingen en 't eerste begin is erdus komt het. Wat natuurlijk is, "houdt men nooit tegen. De ar beiders elsch om meer invloed na den oorlog, die hen opriep tot verdediging des lands, tot bescherming van eigen en anderer leven en bezittingen met opoffering van eigen leven en gezondheid, met verlating van vrouw en kind in ontbering en drukdie eisch om meer recht na meer prestatie is biliijk. Daarom zullen er nieuwe wegen moe ten ingeslagen door Landbouw en Industrie, bij Handel en Zeevaart. Het kapitaal zal veeren moeten laten, al wordt de kip nog niet gepluimd. Ten onrechte. Door meer dan een Blad is de opmerking gemaakt, dat de Troonrede nog al vaag was geen houvast aanbood voor de aanstaande politieke gedragslijn-in-fijten en daden, van dit Kabinet. Onzes inziens is die opmerking ongegrond. Elke Troonrede geeft slechts grove lijnen aan; opent slechts perspectief; noemt slechts de hoofdzaken en laat de détails rusten, die aan 't toekomstig beleid overblij ven ze dan en dan in den vorm van een Wetsontwerp aan te bieden. Hoe ware 't bv. mogtlijk geweest, dat Mr. De Vries, Minister van Financiën, in de de acht dagen vóór de Troonrede, pas geroepen tot Minister, dat hg in die acht dagen een heel financiëel program klaar heeft. De Troonrede was dan ook zeer voorzichtig en moest "dat zijn in zake die financiëele paragraafer was geldgebrek en er zouden middelen gevonden moeten wor den om de schatkist te sterkenmaar hoe I die gesterkt zal worden door Mr. De Vries, zal hij zelf nog niet doorzien in zijn voile lengte en breedte. En zoo is't met de andere punten ook! Men heeft gevraagd: hoe zal 't met de distributie gaankomt er nu ver andering van stelseler stond niets van in de Troonrede. Welke veranderingen zulien er komen in de Talma's wettener stond niets van. Wat zal de Indische vloot of de Iadlsche militie presteeren moeten; er stond niets van. Alleen bij 't Onderwgsvraagstuk was 't Staatsstuk iets duidelijker, inzake de herinnering aan de eendrachtige en vriend- schappeigke samenwerking in de Staatscom missie, die Art. 192 een nieuwen inhoud gaf. En te meerwaar de crisis een paar maan den geduurd heeft; de tijden onzeker zgn en in samenwerking zooveel mogeigk moet worden geregeerd, kan 't niet anders of de Troonrede moest alleen in breede trekken eenige aan wijzigingen geven, waaruit leder natuurigk zgn eigen conclusies moet trekken maar te eischen, dat de Troonrede in bgzon- derheden zou afgedaald zijn over distributie, Financiën, Koloniale vraagstuk, Verzekerings wetten enz., 'tis wel te veel geëischt. Zelfs in normale jaren zijn eertijds Troonreden verschenen van de Linkerzijde, die ook aan leiding gaven tot onophoudeigk vragen en gissen. Openbaarheid. De voorlaatste alinea der Troonrede wa3 deze: „Bij 't toenemen der binnen-en buiten- landsche moeilijkheden vertrouw Ik des te vaster op Uwe onverdeelde medewerking." En onwillekeurig denkt men by deze „on verdeelde medewerking" aan de bekende mo tie, die na de debatten der 2e Kamer over 't buitenlandsch beleid, 8 tot 10 Mei '17, is in gediend, n.l. De Kamer, van oordeel, dat 't algemeen belang ver langd, dat regelmatig overleg wordt.ge pleegd tusschen de Regeering en de Staten- Generaal over de zaken van buitenlandsch beleid, spreekt als haar meening uit, dat wijzi ging van 't Reglement van orde tot stand behoort te komen, teneinde door de in stelling van een vaste commissie voor de buiteniandsche aangelegenheden, tot het plegen van zoodanig overleg te geraken, en gaat over tot de orde van den dag. Bij 't toenemen der Buiteniandsche moei- ïgkheden (de motie gaat alleen daarover, en laat den Binnnenlanüschen toestand natuur lek aan de Ministers enz. over) zou 't dus gewenscht zyn, om de „onverdeelde mede werking" die de Koningin vroeg aan haar getrouwe Stalen-Generaal, in de richting van die Motie te zoeken. Het kan niet anders om zoo'n vaste Com missie van ernstige en degelijke Kamerleden, zou aan de medewerking des Voiks inzake Buiteniandsche Zaken een hoog karakter ver- leenen; zou vertrouwend en geruststellend kunnen werken; zou door de openbaarheid van wat nu soms onder den dekmantel wordt bewaard aanleiding geven tot mindere ver dachtmaking van personen en zaken. De ge- heimdoenerq zou wel voor een groot deel verdwgnen en 't meeleven van Kamer en Volk er dcor versterkt. V Te iaat. In de Troonrede staat één passage, die in veel woorden wonder weinig zegt. Er staat „De voorziening in het uit de tgasomstandighe- den voortvloeiend gebrek aan de noodzake lijke levensbehoeften blijft het onderwerp van Myne toekomende zorg. Ik ben er op bedacht de daartoe strekkende maatregelen zoo wei nig drukkend mogeigk te doen zgn en te stre ven naar zekerheid van de rechten naast de plichten der ingezetenen. „Er is dus een ge brek aan levensbehoeften, en er komen maat regelen daartegen, en die maatregelen zullen streven naar zekerheid van de rechten en plichten der ingezeten. Die maatregelen kuh- dus nergens anders op doelen dan op „pro ductie" en de „distributie" of verdeeling" dierzelve; of m. a. w. hier wordt 't woord gericht tot Landbouw en Veeteelt, en Tuinbouw, want dat zyn de takken waar van thans vruchten te oogsten zijndie de noodzakeig'ke levensbehoeften van Brood en Vet kunnen aanbrengen. Er zyn nog wel an dere noodzakelijke levensbehoeften, zooals Kleeren van wol linnen, en katoen, maar die kan de Koningin niet bedoeld hebben, om dat wol en katoen uit overzee komen en de Koninkigke „maatregelen" hebben in dit over- zeescbe product niets te beduiden, 't Loopt dus in de Troonrede over Graan en Vet en alle fabrikatie, die daarmee in verband staaf. En nu zal de Koningin streven naar zeker heid van rechten en naast plichten der inge zetenen. Maar die ingezetenen zijn drieërlei er zijn producentener zgn consumenten en daartusschen in de Handelswereld van groote kooplui, grossiers, kleine kooplui, com missionairs, kettinghandelaars, smokkelaars, groote dieven en kleine, woekeraars, sjache raars, enz. Nu zal de Koningin af die inge zetenen van Boeren, o! producenten, Burgers of Consumenten, en Handelaars met eikander verzoenen en dat in dezen tijd, waarin alle Stelsel mislukt; alle man naar zich zelve toe krauwt; alle rust uit de gemoederen is gewekenallerlei vertrouwen is verloren ge gaan nu er gebrek is In de steden, relletjes overal nu, na 4 jaar tobben zal aan alle Ingezetenen geschonken worden „zekerheid van rechten" en geëischt: „vervulling van plichten". In den chaos wil men nu orde Nu Te laat. De Eiectriciteit op het Platteland. De in letterigken zin donkere tijd, dien we tegemoet gaan, doet niet het minst op het platteland het verlangen ontstaan naar electrisch lich1, en men leest dan ook uit on derscheidene deelen van bet land berichten, dat men zich velerwege beij /ert om zoo mo- gelyk, nog in den a s. winter van het nieuwe licht te profiteeren. 't Zou speciaal voorden veehouder een genot een zegen zgn. Hg kan althans niet buiten licht in den stalin den avond en in den vroegen morgen, als het vee wordt verzorgd en gemolkenbg het kalven, of als er ongemak is met een of an der beest, vaak ook in den nacht. Was de aanleg er eenmaal, dan zou het wel tot verdere toepassing komen, tot groot gerief en voordeel. Dit heeft de heer J. M. Sttffelaar, electro- technisch en werktuigkundig ingenieur te 's Gravenhage, dezer dagen aangetoond in een voordracht, welke hij hield een voordracht met lichtbeelden voor de Zeeuwsche Landb. Mij. Aan de hand van een serie lichtbeelden werden de toepassingen aangetoond van den electromotor voor het aandrijven van dorsch- machines, maaimolens, water- en glerpompen, stroosngders, bietensnijders, lijnkoekbrekers, waschmachines, de werktuigen voor het zui velbedrijf de werktuigen voor het klelnbe- drgf te piattelande, voor smidsvuren, draai banken, circ 1- en lintzagen, boormachines, enz. Een der belangrijkste toepassingen van de eiectriciteit was volgens spreker, die voor het aandryven van de pompen voor de water voorziening. In een brochure van de N. V. Zuid-Bevelandsche Waterleidingmaatschappij wordt op de groote beteeker.is van zuiver water voor de veeteelt en het zulvelbediijf de aandacht gevestigd. Aan die brochure die spr. ten zeerste in belangstelling van zijn gehoor aanbeval, waren een paar lantaarn plaatjes ontleend. Een electrische pomp-in- stallatie is door de weinige rui r.'te, die zij inneemt, in aanschaffing goedkoop en in be diening zeer eenvoudig. Ze kan oj) elk ge wenscht oogenblik worden aan gezet* De elec- iriciteitsvoorziening kan dus de watervoor ziening krachtig bevorderen. Het omgekeerde is echter ook waar. De waterpompen vormen een zeer ge wensch- te "belasting voor de elecirische centrale, en met een dergelyke afnemer er bg wordt de kans grooter, dat het electrlciteitsbedrgf ren dabel wordt. Beide bedrijven hebben elkaar noodig. In Noord-Holland heeft de energieke di recteur van het Prov. Eleciriciteltsbedrijf, de heer Smit Kleine, den stoot gegeven tot de instelling van een commissie, die in opdracht voor de provincie de watervoorziening van heel Noord-Holland ia studie heeft genomen, en op dat voorbeeld wenscht spr. in het bg- zonder de aandacht te vestigen. Niet alleen de electrleiteits- en watervoor ziening was provinciaal goed te regelen, ook de gasvoorziening kwam daarvoor in aan merking. 0">k op dat probleem was in Noord- Holiand door den heer Smit Kleine de aan dacht gevestigd en reeds bij een commissie in studie, In L< iden, waar spreker zelf eenige jare" by de Stedeiyke Fabrieken van Gas en Eiectriciteit werkzaam was, voorzag men reeds lang tal van dorpen uit den omtrek van gas dat onder verhoogden druk er heen werd gebracht. Do >r dergelijke centrailseering wordt veel geld gespaard. Een andere belangrgke toepassing van de eiectriciteit was de aandrgving der pompen voor de polderbcmaling. Vooral een nieuw type pomp de vgzelpomp, waar spreker eenige lantaarnplaatjes van toonde, schijnt voorbe stemd om een belangryke rol in de bema lingen van onze polders te gaan spelen. Deze pomp is bgzonder geschikt voor lage opvoerhoogten. De groote bedrijfszekerheid, die een electrische bemalingsinstallatie bezit, de gelegenheid om op elk gewenscht oogen blik de installatie in werking te stellen, zon der dat het noodig is eerst de ketel op te stoken, enz., zyn de groote voordeelen van een electrische installatie boven de stoom- bemalingsinrichtingen. Omgekeerd vragen de polderbemaiingen een belangrgke afname aan eiectriciteit wat de rentabiliteit ten goede komt. De toepassing der electrische bema ling neemt dan ook, vooral in Noord-Holland sterk toe. De electrische kracht kan men gelyk we boven zagen, op de boerderg gebruiken voor het in beweging brengen van machines om te dosschen, voor de voederbereiding, voor het pompen voor het naar boven brengen van het hooi, enz. Ook voor andere machinale bewerkingen zooals b. v. schapen scheren, het in bewe ging brengen van de waschmachine, enz. Alle mogelijke landbouwmachines kunnen dus met electrische kracht in beweging wor den gebracht. De stroom brengt een electro motor, en deze motor brengt het gewenschte werktuig in beweging. Voor werktuigen en machines welke dan hier, dan daar in wer king moeten zgn, gebruikt men verplaatsbare electromotoren, welke zoo eenvoudig zijn, dat een ieder ze kan bedienen. De heer Steffelaar gaf geen kostenbereke ningen, hiervoor had hem de tijd ontbroken. Daarover deelde „N. L. W." laatst een en ander mee. De kracht, welke door de ver schillende machines gevorderd wordt, is afhankelyk van de grootte van den te leveren arbeid. Een dorschmachine zonder stroopers bijv. vordert van 5 tot 20 P.Keen hakselmachine van 2 tot 5 P.K., een bietensngder 05 tot 1 P.K., een koekenbreker 0 5 tot 1 P.K. Doordat dezen arbeid gedurende den dag wordt uitgevoerd en vele electrische centra- Ien overdag goedkooper leveren, komt het P.K. uur niet zoo duur dan het door het trekdier geleverde P.K. uur. De eiectriciteilsmeter teekent de gebruikte eiectriciteit in kilowatt-uur op. Wanneer door den meter gedurende 1 uur 1 kilowatt of 1000 watt gestroomd is, is 1 kilowatt uur verbruikt. Een kilo-watt staat ongeveer gelyk met V/3 PK.1 P.K. is ongeveer 850 watt en 1 P.K. uur bedraagt ongeveer 0.85 kilo watt uur. De stroomprgs op het platteland is veelal op 25 cent per kilowatt-uur voor verlichting en op 10 tot 12 cent per kilowatt-uur voor krachtstroom gesteld. De kosten van de electrische verlichting hangen af van het aantal en het gebruik der aangebrachte lampen. Met eiectriciteit wordt dezelfde lichtsterkte goedkooper verkregen dan met petroleum. Door de invoering van electrisch licht verkrygt men een verbetering van de verlichting; de uitgaven voor elec trische verlichting zullen echter in vele ge vallen hooger zyn dan die voor de vroegere onvoldoende verlichting met petroleum. De stroomkosten voor het afdorschen van 100 K.G. graan bedragen ongeveer f0.06. Het stroomverbruik van een hakselmachine hangt af van het meer of minder scherp zyn van de messen. Men kan gemiddeld 0.1 tot 0 2 kilowatt-uur per 100 K G. haksel van 7 tot 8 mM lengte rekenen d.i. pl.m. 1.8 cent. Voor een t.oekenbreker is het stroomver bruik per 100 K.G. circa 0.1 kilowatt-uur, d.i. 1 cent aan stroomkosten. Voor net oppompen van 1000 liter water op 10 M. hoogte is circa 0.1 kilowatt-uur noodig, d.i. aan stroomkosten pl.m. 1 cent. Het vullen van een gierbak van 800 liter duurt met een kettingpomp met handkracht ongeveer 10 tot 15 minuten, met electrische kracht circa 2'/» minuut met stroomkosten, berekent naar het 10 cent-tarief, van pl.m. 7j cent. Het afsteken en het opbrengen met een elevator van één voer hooi op 10 M. hoogte duuit 20 minuten en kost aan stroomver bruik circa 2'/i cent. Bovenstaande cyfers zgn als globaal te beschouwen, zg zijn ook afhankelijk van de wijze van aandrgving der werktuigen. De Btreomkosten zullen op zichzelf geen groot bedrag vormen, ook niet indien zij hier iets hooger mochten uitvallen. Het is het belang van den landbouw zelf om het stroomverbruik ook voor andere doeleinden te bevorderen, omdat men daar mede bg de electriciteitsvoorziening op het platteland rekening zal moeten houden. C. B. Wat ingevoerd moet worden. Te weinig wordt bedacht, dat Nederland behoefte heeft aan alles lei artikelen, die van uit de Centrale Rgken Ingevoerd moeten worden. Zoo bijv. landbouwwerktuigen en machines om de productiviteit van onzen bodem zoo hoog mogelijk op te voeren. Maar er is meer. Op dit oogenblik zijn wy wat het zout betreft, nog niet geheel onaf hankelijk van het buitenland. Er is evenwel hope dat wij binnenkort onafhankeiyk zullen worden. Voorts hebben wg behoefte aan kalizout, aan cement, kalk, tras, gips, hout, chemica liën, kleurstoffen, Thomassiakkenraeel, scheepsbouwyzer, ander gzer, kolen, benzine, petroleum, smeerolie, parafine, coustie soda, potasch, kaliloog, looistoffen, enz. Staat de invoer van al deze goederen stil, dan loopt ons bedryfsleven ernstig gevaar en wordt ook schade aan onze voedselvoorzie ning toegebracht. Men oordeele toch niet oppervlakkig over den uitvoer ter compensatie van invoer. Helaas, er valt weinig meer te exporteeren. Wg komen zooveel te kort. Maar dat zal ook voor den invoer weer nadeelige gevolgen hebben Wq raken al meer in de knel. (Merweb.) EIEREN. De minister van landbouw, nijverheid en handel, gelet op een beschikking van a. 18 Juni 1918, houdenden o. m. vaststel ling van den maximum-groot-, tusschen- en kleinhandelprgs voor kippen- en eendeneieren zoowel versche als geconserveerde; b. 17 Juni 1918, houdende verbod tot ver voer van kippen- en eendeneieren c. 6 Juli 1918, houdende verbod tot ver voer van eiwit en eigeel, heeft, te rekenen van 27 dezer ingetrokken 1. de in voormelde beschikking sub a be doelde maxlmumprg'zen 2 voormelde beschikkingen sub b. voor zoover betreft versche eieren, en beschikking sub. c. (St. ct.) De distributie. Volgens de Telegr. zou minister Van IJs- selstein voornemens zijn, de distributie naar het Engelsche systeem te organiseeren. In elke provincie zal een commissaris de dis tributie regelen en daarvoor een centraal bureau hebben in te richten. Iedere provincie heeft in haar behoeften te voorzien uit de eigen voortbrengselen. Wat daarna overblyft, wo/dt overgedaan aan de provincie, die deze artikelen noodig heeft. Deze reorganisatie zou binnen driemaan- den voltrokken zijn. DE TOESTAND. Ook in Palestina zyn de Engelschen tot den aanval overgegaan en met een niet on belangrijk succes. Welk een omvang de operalies daar hebben aangenomen wordt het beste belicht door een enkele bgzonder-, held, die in een van de Londensche berich ten wordt medegedeeld. Naast verschillende andere plaatsen die door de Engelsche troepen bij hun opmarsch genomen zgn, wordt ook Nazareth genoemd. Nu zgn de meeste plaatsnamen, waarvan melding wordt gemaakt, door het gebruik van de Turksche namen in plaats van de oud-Bqbelsche, zooals Nablus in plaats van Sichem en door binnengeloopen seinfouten enz. op de meest-gedetailleerde kaarten on vindbaar, zoodat een overzicht van de operaties zeer moeilijk wordt. Omtrent de ligging van Nazareth bestaat echter geen twgfel. Het is een goede 100 kilometer ten Noorden van Jeruzalem ge legen. En door het vermelden van den naam van die plaats, die wel geen strategisch-be- langrijk punt zal uitmaken, maar die een wereld-bekendheid heeft, lichten de Engel schen een verrassend-snelle ontwikkeling van hun groote operatie het duldelykste toe. Het schijnt, alsof de Engelschen in het H. Land eer. van de weinige waarigk strate gische successen in dezen oorlog behaald hebben, een succes waarby de tegenstander niet alteen wordt teruggedrongen en een min of meer belangrijk gebied hem wordt ontnomen, maar waarbg ook een aanzienigk deel van zgn levende stiydkrachten „in de pan wordt gehakt", om deze meer aan vroe gere strijdwgzen herinnerde uitdrukking te gebruiken De Engelschen hebben het Turksche front „doorbroken", in den meest, eigelijken zin -ffl

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1918 | | pagina 1